DAGBLAD voor NOORD- en 7UID-H0LLAND. Tegen Stroom op. Ons nieuw feuilleton. BINNENLAND. w ju. m. 'sis sii Kindepbuiswesii 28»3l-33, Haarlem BUITENLAND. DONDERDAG IS FEBRUARI 1909. 33»te jaargang No. 6843 Bureaux van Redactie en Administratie IntspcommunaaE Telefoonnummer 1426. KWARTJES ADVERÏENTIËN. Woestdoin. Verspreide Berichten. FEUfLLBTON BK HMRUEMSCHE COURMT ABONNEMEN TP R IJ S: Per 8 maasden roer Haarlemf 1,35 Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.35 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per postj 1.80 Afzonderlijke nummer» 0,08 PRIJS DER ADVERTENTIÊN: Van 16 regelsf ®,60 (contant) ffl.ad Hike regel meerV.l# Groote letters naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie 4 contant. Alle betalende abonnés op dit blad, die in het bezit eener verzekeringspolis zijn, zijn volgens de bepalingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor: 1000 «ÜLDBN bij levenslange onge schiktheid tot werken. 400 GULBBN bij •verlijden. 300 GULDEN bij verlies van éen hand of voet. 150 GULDEN bij verlies van éen oog. 100 GULDEN hg verlies van éen duim. GÜLDBN bij verlies va» één wijsvinger. GVLSSN bg verlies va* éen anderen De uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatsr'm ..Lcean", Bijkantoor voor Haarlem, Nieuwe Gracht 11. TT ebt ge mannelijk of vrouwe- 0 -4 lijk dienstpersoneel noodig 'Voekt ge een betrekking als dienstboden, loopknecht, win- kelbediende enz. 1 T ebt ge iets in uw huishouding 'J) -4 -*■ dat ge wilt verkoopen T Teht ge een huis te huur of 'J) -4-4 wenscht ge er een te huren "WL/dlt ge voor een koopje het "j) een of ander voor uw huis- houding van anderen overnemen Zoekt ge iemand, die u in de "J) avondaren helpen kan ^oekt ge bijverdiensten p Plaatst een advertentie in de NIEUWE HAARLEMSCHE COU RANT: eenmaal voor 25 cents, driemaal voor 50 cents a contant. By deze advertentiën afzonderlijk op te geven, t« plaatsen in de rubriek 1* verschillende bladen wordt niet «ooteoi ophef gesproken, over het ïealuit van B. en jWj. van Bloemen- ttaal, ojn op Zondag geen wedrennen aoJeor toe te laten. Dat is erg jammer voor de liefhebbers der rennen op eerste plaats, voorts: voor «ie gok kers, die spelen op de paarden, ten blende voor den eigenaar van [Wpest- thiin en ten vierde vooj- degenen, 4ie wedrennen beschouwen als nood- •oodzakalijk voor de veredeling1 van ket paardenras. Ons en onzlein lezers zal dit ver bod vrij koud. laten, al hebben w® «r onder onze berichten, een en an jer van gezegd. Katholieke bladen nemen juist ♦m de reden, die ook het besluit van B. en iWi. heeft ingegeven ®een berichten of verslagen van, wed- vennen op: wedrennen zijn in den tegenwoondigen tijld hoofdzakelijk •epel-gelegenheden, en worden zoo $oed als alleen daarom bezocht. LWie het publiek kent dat er gere geld heengaat, oordeelt niet anders Al zijn we dus niet zoo warm; voor Hit belangrijk besluit", zooals som- ■ïige bladen het renverbod op Zon- litog noemen, kunnen we het toch niet geheel voorbijgaan Een enkele opmerking derhalve IVincipieel juichen wij het besluit *an B eji W|. van Bloemendaal toe, Ütï is ie begrijpen- Of het wedden er door zal vermin derd worden, is een vraag die buiten bespreking moet blijven. Bespreekt men ze, idan is natuurlijk het ant woord ontkennend... want andere speelgelegenheden vallen als 't ware uit de lucht, zooals man juist in de laatste dagen weer hier ter stede kan ontwaren. Dcch 'dat is de zaak niet. Hier kan, zij 't ook zijdelings, een verbod worden gegeven met de wet in de handhet is> toe te juichen dat B .en [Wi. die gelegenheid aangrijpen Maar deze voorstelling' van zaken geeft vanzelf een anidera conclusie voor 't grijpen dat het werkelijk jammer iss dat de wet- niet méér en vollediger gelegenheid geeft om het spol-zelf te verbieden. Niet alleen op de renbaan, doch ook elders! De nadceleu van het verbod voor den eigenaar van [Woestduin en voor het paardenras, welke wij zeer goed gevoelen, worden nu direct veroor zaakt door dit besluit van sluiting op Zondag. [Wellicht zouden een zelfde soort nadeeien ook indirect door een ver bod om te spelen Worden veroor zaakt. doch dit is dan een zaak, waarmede de wetgever niet heeft te maken. ÖVaj ooneludecren dus: het besluit in kwestie moge dan zijn toe te jui chen, het is doer 't ontbreken van een rijkswet, die de speelzucht be teugelt, toch nog zéér onvolledig-. DUITSCHLAND. Koning Edward te Berlijn. Gisterenmiddag begaf Koning Ed ward zich in een automobiel door de versierde straten, waarin de bevolking hem zeer vriendelijk groette, naar het waardig getooide stadhuis. Hier waren verzameld de stedelijke overheid, de eereburgers, gemeenteraadsleden, hooge gemeen ieambtenaren, vertegen woordi- gers van den koopmanstand en leden van de kamer van koophandelverder de rijkskanselier, staatssecretarissen ministers Moltke en anderen. Opperburgemeester Kirschner ge leidde den koning in de feestzaal en dankte bem daar, dat hij de uitnoo- digiDg om op bet stadhuis te komen had aangenomen. Daarop verzocht Kirschner den koning den eeredronk te aanvaarden dien hem des opper burgemeesters jonge dochter bood. De koning antwoordde met zijn dank te betuigen voor de schoone ontvangst. „Het verheugt mij zeer zoo ging hij voort weer in Berlijn te zijn gekomen. Mijn grootste wensch is het, dat de betrekkingen tusschen onze landen steeds best zullen zijn." Bravo's volgden op deze merkwaar dige speech Die ontvangst ten stadhuize is tot dusverre Dooit gebeurd! 't Is een unicum, dat óók al leert hoe in Duitsehland andere tijden zijn aangebroken I Woorden van toenadering. Koning Edward is te Berlijn waar- lijk zoo vredelievend en vriendelijk als maar mogelijk is. Tot de verte genwoordigers der Engelsche kolonie die hem kwamen huldigen, zeide da vorst o. a. „Gij, die in deze schoone hoofdstad uwe woonplaats hebt, kunt veel er toe bijdragen om de Duitschers onder wie gij leeft, te overtuigen van de oprechtheid onzer vriendschap voor hen en ik weet dat ik er op kan reke nen, dat gij in dezen geest al uw best zult doen. Het was een groot ge noegen u heden hier gezien te hebben en nog eens dank ik u voor uw adres van trouw." Gisteren de gewone gast- en feest malen, en gisteren avond een plechtig hal met al d«n aankleve van dien. Overigens niets bijzonders te vermel den: het programma loopt stipt af det als alle andere vorstenbezoeken. Opstootjes. Achteraf blijkt, Idat na jlGn intocht- van koning' Edward eergisteren nog' danig is gevochten, door massa's werkloozen namelijk id ie een mani festatie hadden op touw! gezet.. „On der da Linden" en in verschillende hoofdstraten rukten de batopgers vlaggen en versieringen af. Maar 't grapje Was gauw uit-: in Berlijn maken ze daar korte metten mee! DE BALKAN. Servië blijft oorlogszuchtig. De Serviërs schijnen nu alweer kwaad op Rusland óók te wezen, omdat dit wat kalmte heeft aange raden. Die oproerige en woelige luidjes willen den oorlog, dat staat vast, en het zal ons benieuwen of ze bem nog eens krijgen zullentot hun eigen nadeel! Het ministerie-Welimirowitz, dat nog een beetje de krijgszuchtige stem ming kon temperen en tegerf den schreeuwerigen kroonprins kon optre den, is volgens gerucht alweer afge treden. AMERIKA. De anti-Japansche beweging. President Roosevelt dost zijn ui terste best om1 de anti-Japajisehe ge voelens van de JVestereche Staten tegen te gaan ,maar veel succes heeft hij niet. In Oregon is nu ook al een' ont werp tot uitsluiting van Aziaten ingediend, van een a-htd-J apamsdhe belonging in de Wetgevende verga dering van Neva da hebben wie reeds melding gemaakt en hoe het met de Californische Schoolwet zal gaan, moet. nog worden beslist maar |de gevoelens van het volk jegens de Japanners zijn nog volstrekt niet gewijzigd President Roosevelt heeft nu, vóór de beslissing, nog een uitvoerig te legram' gezonden aan den voorzitter van de (alifornische Kamer, waar in hij aantoont dat rde bestaande re geling ten aanzien van de Japansche immigranten voldoende is, dat er in de laatste maanden meer Japan ners Amerika verlieten dan er in kwamen, zoo dat dus langzamer hand onder de tegenwoordige wet geving alle moeilijkheden tot op lossing zullen komen, alle oorza ken van conflict zullen verdwijnen en1 waarin hij dus krachtig te velde trekt tegens de voor Japan beleedi- gende maatregelen, die men voorne mens is te nemen- ZUID-AFRIKA Hst VereeDigd Zuid-Afrika [We móeten nog een kleine en ty pische aanvulling gaven van het telegram omtrent den1 inhoud van de grondwet van het Vereen igd Zidd-Afrika. Uit dé uitvoerige berichten blijkt, namelijk, dat de namen van de tot provinciën geworden koloniën on veranderd zullen blijven, behalve wat de Oranje-Rivier-kolonie be treft die iien naam zal ontvangen van Oranje Vrijstaat-provincie Zoo herleeft 'dus de „Vrijstaat weer Wel typisch! PERZIË. De revolutie. Het lijkt dan nu toch wel ernst te worden voor den Sjah. Niet alleen dat op alle plaatsen de revolutie veld wint, maar ook te Teheran, in des Sjah's hoofstad, rom melt het. De reeds gemelde, te Resjt plaats gehad hebbende onlusten droe gen een zeer ernstig karakter. De berichten over den moord op den gouverneur en verscheidene ambtena ren gepleegd, worden bevestigd. Maar ook te Teheran wordt gevoch ten tusschen de revolutionnairen en de regeeringstroepen en zijn er vele dooden en gewonden gevallen. De troepen van de Sjah werden verslagen, heet het. De gebeurtenissen te Resjt vooral baren de Perzische regeering ernstige zorg, want de post-en handelsgemeen schap met Rusland is verbroken. Teheran is daarenboven geïsoleerd, en uit andere steden komen nog berichten omtrent moordpartijen in. De koning van Saksen is in zijn paleis gevallen en heeft zijn hand verstuikt of gebroken. De koning van Spanje is met zijn moeder op bezoek bij de Portugeesebe koningsfamilie te Villa Vicosa, het buiten verblijf der Portugeesche koningen. Alweer een aardbeving opge- teekend door de Seismografische instru menten. Te Reggio teekende men op, dat die ongeveer 2000 mijlen was verwijderd zeker weder in Turkestan, waar ook on langs de ramp heeft plaats gehad, waar van echter niets naders is bekend gewor den. Een diplomaat vermoord. In Santiago (Chili) brandde een paar dagen geleden de Duitsche legatie af en de kanselier verloor daarbij het leven. Nader is gebleken nu, dat hier misdaad in bet spel is: bij de schouwing van het ljjk van den kanselier is bevestigd, dat hij het slachtoffer is geworden van moord. Diefstal is de aanleiding geweest. De bode van de kanselarij is verdwenen. De justitie zet haar onderzoek voort. De president van de republiek beeft een onderhoud gehad met den rechter van instructie en drong er bij dezen op aan, dat de moord zaak spoedig worde opgehelderd. „TEGEN STROOM OP" is de titel van ons nieuw feuilleton. Het is een roman midden uit het leven, en onze lezers en lezeressen zullen meer malen twijfelen of de stof niet recht streeks aan de werkelijkheid ont leend is. Daaraan dankt dit verhaal dan ook goeddeels zijn boeiend karak ter. Het is speciaal voor de „NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT bewerkt en onze keuze zal, naar wij ver trouwen, door al de lezers en leze ressen van dit feuilleton ten volle worden goedgekeurd. Niet goed gelezen! Wij lezen in de „De Residentiebode": MINISTER TALMA. Naar aan de „N. H. Gr*." wordt gemeld, met zekerheid nog wel, werd bij de vervulling der vacature-Bevers „ernstig overwogen de portefeuille van Waterstaat op te dragen aan den heer Talma, terwijl dan de heer Regout minister van Landbouw zou worden, een oplossing, die ook ratio neel kon worden geacht met be trekking tot de richting, waarin de studie en het optreden van mr. Regout zich altijd bewogen hebben. Op den heer Talma is daarom aandrang geoefend van portefeuille te verwis selen, doch deze heeft zulks met beslistheid geweigerd. Hij was er niet toe over te halen en moet zelfs verklaard hebben, liever als minister af te treden, dan de portefeuille van Landbouw neder te leggen. Zoo is het gekomen, dat ten slotte de heer Regout toch aan het hoofd van het Waterstaatsdepartement werd ge plaatst." Wij kunnen deze mededeeÜDgen beslist tegenspreken; zij missen iede- ren grond van waarheid. Nu heeft „De Residentiebode" ods bericht „of het ook uitkomt" i» ons blad van Maandag 1.1. toch *1 zeer slecht gelezen. Wij wezen er juist op, dat de z.g. neutrale „Telegraaf" deze verdacht making lanceerde om zóo te kanaew afgeven op ons Ministerie, daar het tegen de verkiezingen loopt. Mogen wij „De Residentiebede" vriendelijk verzoeken ons „ia eerr' te willen herstellen? Uit de Staats-Couraat. Bij Kon. besluit zijn benoemdair. J. Kosters, hoogleeraar aan de Ryks- univereiteit te Groningen, tot lid der Staatscommissie, ten einde te aader- zoeken welke wijzigingen en aaaval- ÜDgen de wettelijke bepalingen t«t regeliDg der jacht behoevenmr. dr. K. J. Frederiks, adjunct-eommies bij het Dep. van Landbouw, Nijverheid en Handel, tot secretaris dier commissie. Prov. Staten van Zuid-Holland. Tot lid der Provinciale Staten vaa Zuid-Holland is gisteren ia het kiesdistrict Sliedrecht gekozen de heer T. A. Visser Mz. (anti-rev.) met 31K7 stemmen. De lib. candidaat J. L. A. v. Haatten te Sliedrecht had 1862 stemmes. Dè Friesche Landdag. Da Katholieke Landdag in Prieslaad is voor dit jaar vGorloopig benaald op 23 Mei. Dobbelende Studenten. De afgetreden president vaa den Seuaat van het Delftsehe Studenten corps, de heer W. H. van Leeawsa, noemde in zijn overdrachtsrede als een der feiten wel&e oorzaak zijn dat de plaatsen in de bestursn niet meer door jongeren bezet worden: „dat veiea, door het blijkbaar over hebben vani tijd en geld voor ontspanning em genoegen, daarvoor in aanmerking zouden komen, een heenkomen zoekea in het bekende straatje in Den Haag, om, volgens den geijkten term altijd, hun „geluk" te gaan beproeven. „Het is een schande voor het stu dentendom, een vernedering voor henzelven, dat zij de leegte van hun bestaan niet anders dan door het spel weten op te vullen, sich niet ontziende bij vriend en vreemde in de schuld te staan om dien hartstocht maar te kunnen bevredigen; die het twijfelachtig genoegen mogen smaken zoo het „geluk" hun dienstig zyn wR, huij winst slechts als verlies hij vrienden terug te vinden, waar i n dezen bijwagen van de sociëteit Phoenix voornamelijk slechte leden van het DeltscheStudentencorps aanwezig rijn. „En mocht er slechts een deel waarheid bevatten van de geruchten die er loopen over de wijze, waarop deze zwakkelingen te werk gaan om zich blijvend aan het spel te kunnen overgeven, dan brengen zij daarmede in hooge mate den goeden naam van bet geheele corps in gevaar. „Een woord van sterke afkeuring voor die leden is daarom op zijn plants, 1. I, j^inkls Jeu vroegen morgen al lag hét kinkl als stervende. ■Door Üe opeengeklemile tandjes klonk slechts nu en dan een dof ge rochel en zwaar drang de adem door 4© blauwe, licht opgetrokken lippen, ©een was er, «Re sprak in het kleine vertrekallen wachtten angstig- het ♦ogen Wik, dat het arme kind den taatsten adem zou uitblazen. Met 4e donkere schaduwen ,i,n de hoe ken em de loodzware gedruktheid, die alles en allen beheerschte, was Met vertrek één en al somberheid. De vader vau den kleinen lijder, flverard Dinner zat onbeweeglijk op een stoel, met de oogen strak op zijn doodziek kind gericht. Zenuwachtig woelde de ongelukkige man in zijn langen baard em herhaalde in zich tsélf„Hoe is het mogelijkHet kan •iet waar zijn Buurvrouw Martin begon telkens van voren af aan met luidruchtig meegevoel haar denk verhaal, hoe ibeè ongeluk zich had toegedragen1. ,,'t PTa» verschrikkelijk," sprak ze. „Mijn kleine Tiine heeft het eerst den val ein het geschreeuw gehoord. Moe, riep ze gaat u eens gauw kijken! Daar valt zeker weer een van di ejongens van Eavre de trap af. Ik Rep, zoo gauw ik kon, de gang pp. En daar lag' nu niet een der deugnieten van Favre, maar die lieve kleine .van u voor cLooil op den grond. Ik had het wel kunnen uitschreeuwen. Die arme Abel Voor die jongens van boven was het zoo erg niet geweestdie kunnen, een stootje velen! Maar klagen helpt hier niet Het lijkt net, of de goede God ons nu en dau onze kinderen maar leent, en als mien ze dan te rug moet geven, o, wat zou mjen ze dan graag willen houden. Denkt ge, dat ik mijn kleine line, die Jaar langzaam Rgt te sterven, ook zoo gauw 9.fsta Zoo ongelukkig als het kind is, zou ik het toch zielsgaarne altijd bij me willen houden. Maar in Godsnaam!" Everand luisterde niet meer naai den onhandigen, schoon góedbodoel- de troostredenen- Het ongeluk was hem al op alle mogelijke manieren fesöhetstde trap Was steil, oen leu- ing was er niet meer aan, het kind was op de weggesleten treden wegge gledengevallen en Abel, zijn jongen, was het moge lijk dat hij dien zou moeten missen En dat door zulk een dom ongeluk, door een streek dien het noodlot, hem speelde, zoo meende de ongeloo- vige man. [Welk een vijandige, inval va,n den dood, in een woning, waar een uur geleden nog zulk een opge- wtekt© vreugde heersehteHet scheen Dimier toe, als zag hij dien vreeselijken maaier al grijnzend op den drempel dér huiskamer staan, bëgeerig de armen uitstrekkend naar dé proof, die hij zich had uitgeko zen! TerugNog hebt ge niet ge wonnenIk, Everaxd Dimier, ik Zal u uw offer betwisten tot het uiter ste!" „Wat heeft de dokter gezegd?" vroeg de vader opeens aan zijn vrouw, die aan het voeteneinde van het bedje zat en miet den zakdoek voor de lippen onafgebroken haar smeekingen tot den Hemelschen .Va der opzond. Verschrikt keek zij op en fluister de: „Dokter Meunier was boven bij juffrouw Sabine Hij is dadelijk be néden giekomen en heeft Abel onder zocht. De Wonden waren Piet ernstig, maar hij sprak van inwendige kwétsuren, Moedaanirang naar de hersenen en weet ik wat meer." „Ja, ja, ik begrijp het al," was het bittere antwoord. „Dood of idi oot, nietwaar?" „Hij Zei nog, dat hevige schokken dikwijls die bewusteloosheid veroor zaken, die zooveel op den dood lijkt Hij h-ad al meer zulke gevalle» bijge woond. We móeten afwachten dn" hier daaljde haar stem tot een zacht gefluister „en bidden, Eve- rand." Een snijdende spotlach klonk door ide kamer. „Bidden klonk het. „Tot wien Slapen uw bewaarengelen dan, dat d© kinderen zoo maar van twintig treden hoog laten neerstorten?" „Bid tot God, Die alles vermag en den dood beheerscht," klonk het zacht verwijtend. „DwaasheidToen wc gelukkig waren, heb ik mij om! God niet be kommerd. en zou Hij mij nu in mijn ongeluk helpen Laat bidden wie gelooft. Maar val mij (daar niet mee Ia*%! Ge weet wei waarom Zoo lasterde de ongelukkige in ideze oogenblikken den Eeniga Die rijn kind kon behouden. Zijn vrouw had hem begrepen. Ja, sinds dién schrikkelijken avond, toen hij zijn oudste dochter letterlijk de deur uitgejaagd lxad, zijn oudste die nimmermeer teruggekeerd .was had hij zijn hart niet meer nederig tot dén Vader daarboven verheven. Hij verweet God het ongeluk, dat hem' getroffen had, en in plaats dat hij zich boog ander de hand des Heerea, vervulde een diepe wrok zijn hart en gemoed. In dé vemsterais teekeaien zich twee slanke meisjesgestalten tegen het donker van den avond af. Evelin Dimier wteemde ien verborg het hoofd aan idea schouder van haar oudere vriendin. Het weelderige haar was losgegaan in het- haastig zoeken op straat naar tksn vader, zoodra het ongeluk gebéurd was. Krampachtige snikken en Zenuw trekkingen deden haar geheele li chaam schokken, en het gelukte de andere slechts na de grootste mbeite, haai1 eenigkzins tot bedaren te bren gen. Lize Damel was een zeldzaam mooi meisje met donkere lokken en helder schitterende oogen in het bleeke gelaat. Zwijgend volgidc ze den hevigen zielestrijd. zooals deze zich op het gelaat van de® man daar vóór haar al'teekende. De onderwor pen smart ider arme moeder, het wan hopig verdriet harer jonge vriendin -wekten minder nog haar méde! ijlden dan de weigering van den trotsehen ongeloovige ,om hulpvra gend aan de poorten des Hemels te kloppen. Ze trad op Dimier toe en sprak met haar klankvolle stem, die welda dig werkt© op de sombere stemming in het vertrek„Meneer Dimier, u zegtlaat bidden, wie gelooft. Maar kan men niet, zonder oneerlijk te- worden jegens zichzelf, het geloof tegemoettreden [Wanneer we ojns in een eenzame woestijn bevinden, mo gen we dan niet eejiige schreden wagen in de richting der jnaastbij- zijnde Woning, in Je hoop er men sehen aan te treffen Bidden is voor u, dunkt mij, God fegemoetgaan em Hem als tot antwoord dwingen- En wie geloovig bidt klopt immers mm de poorten des Hemels, met- de ze kerheid. dat hij verhooTd zal wor den Everard Dimier sloeg de oogea naar haar op maar het volgeaide oogenblik haalde hij onverschillig de schouders op. „Ik wil niet" antwoordde hij .op ruwen toon. „En ik zeg u: als er een God is, is het maar heter, dat Hij niet weet wat er op dit oogenblik in mij omgaat en gij behoeft het ook met te Weten." Lize sidderdez® begreep dat hier niet te overtuigen viel. „Heeft dokter Meunier niet ge zegd, hoe laat hij van avond te rugkwam vroeg ze Eeline zacht jes: „Ja, we behoeven maar op de* grond te kloppen- Hij is in de ka mer hier beneden én gaat van avond niet uit. „Zoo! Nu, ik moet gaan. Moeier weet niet idat ik hier ben. Ik moet naar boven." Zacht verliet ze het vertrek, ea eveneens zonder het minste ge- druisch hoorle men haar bedaard en rustig Üe trap opgaan. Wtrii vervolgd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1909 | | pagina 1