DAGBLAD voor NOORD- en 7U1D-H0LLAND.
J.
Tegen Stroom op.
Uit de Statenzaal.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
ICS «aderhuisvest 29«Si-33, Haarlem
DONDERDAG 25 FEBRUARI 1909.
33*° Jaargang No. 6824
Bureaux van Redactie en Administratie:
Intercommunaal Telefoonnummer 1426.
Verspreide Berichten.
FEUILLETON.
HOWE HURLEHSCflE COOW
ABONNEMENTPRUSi
Per 8 maanden voor Haarlemf 1,85
Voor de plaateen, waar een agent ia gevestigd (kom der gemeente) 1.85
Voor de overige plaateen in Nederland franco per poet 1.80
overige plaateen
Afzonderlijke nummers
,0,08
PRIJS DER ADVERTENTtÊN:
Van 16 regelsf0,60 (contant) f0,50
Elke regel meer.0,10
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie A contant
IB00
Alle betalende abonnéa op dit Mad, die la het bezit eener verzekeringspolis zijn, zijn volgens de bepalingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor:
GULDEN bg
levenslange onge
schiktheid tot
werken.
400
GULDEN bg
overüjdeu.
300
GULDEN bij
verlies van éen
hand of voet.
150
GULDEN bfl
verlies van
éen oog.
100
GULDEN bij
verlies van
éen dnim.
60
GULDEN bij
verlies van
één
wijsvinger.
15
GULDEN bjj
verlies van
éen anderen
vinger.
De uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Ocean", Bijkantoor voor Haarlem, Nieuwe Gracht 11.
NaleBing van de Raadsvergadering.
Het was gisteren een vergadering,
die zich niet zoozeer kenmerkte
door behandeling van vele, belang
rijke of diepgaande onderwerpen,
alswel door een paar voorvallen die,
opzichzelve schijnbaar van minder
beteekenis, toch ieder voor zien
héél wat beteekenden en die met
elkaar in verband gebracht, voor
een goed opmerker nog méér doen
verstaan en begrijpen.
Daar was vooreerst de verwerping
van bet schijnbaar onschuldige
voorstel van B. en W. om van
bizondere scholen, vakscholen of
cursussen waaraan gemeentesubsidie
gegeven wordt, te eischen dat B.
en W. vooraf het leerplan moeten
goedkeuren.
Terecht o. i. zeiden de heeren van
Lijnden en Thijssen, dat zulk een
eiach onmogelijk is uit te voeren, tot
conflicten kan leiden, en tevens
volmaakt overbodig is. De wethouder
van onderwijs sprak trouwens ook zoo
goed als niet over de noodzakelijkheid
der goedkeuring van het leerplan,
doch betoogde alleen de noodzake
lijkheid dat het dagelijksch bestuur,
ter beoordeeling, toch weten zou
wat er op dat leerplan stond. „Als
dat het geval is, dan vraagt ge i n-
zage van het leerplan", zeiden de
opponenten, .en dan is de zaak ge
zond." De heer Kleynenberg echter,
die met zijn gewone pathos in su
perlatieven de bepaling verdedigde,
het wat méér los dan de handige
wethouder.
We hebben nu zoo'n mooi en
zoo'n breed stelsel van onderwijs
zei hij en dat moeten nu parti
culiere scholen en cursussen niet
gaan bederven I Wij moeten de
macht hebben, om de leerplannen
van die particuliere cursussen naar
ons stelsel te veranderenof an
ders géén subsidie!
Dat was de kneep.
Alles aan den wethouder onder
worpen, en anders w èg ermeeWant
inen vergete niet dat voor vele van
zulke vakcursussen of vakscholen
gemeentesubsidie haast noodzakelijk
is, daar zonder deze het Rgk ook
bijna nimmer subsidiëert.
De Raad liet zich nu ditmaal
■eens niet door wethouder Thiei be
praten deze stelde het wel zoo on
schuldig mogelijk voor, zeide dat men
van zijn kant absoluut geen kwade be
doelingen te vreezen had, dat die
heele goedkeuring alleen maar een
formaliteit was, enzoovoorts. Maar
de Raad redeneerde blijkbaar: als
't dan maar een formaliteit is van
zoo weinig beteekenis, waarom staat
gij er dan zóo fel op, dat ge het
heele „toezicht* van B. en W. zelfs
cadeau wilt geven als u deze eisch
van goedkeuring der leerprogram
ma's niet wordt toegestaan
En dank zij de wakkere en agres
sieve verdediging der heeren van
Lijnden, Thijssen en Rinkema bracht
de Raad den wethouder met 18
tegen 14 stemmen een gevoelig éohec
toe, zóo gevoelig dat de heerThiel
in boosheid stemming vroeg over
zijn nu „verminkt" voorstel, en er
zelf tegenstemde!
Daar waren nog een paar aar
dige momenten in dit opgewekte
debat.
Zóo, toen de heer Thy ssen leuk
weg praatte van „den deskundigen
wethouder, dien we nu hebben",
met nadruk op „nü", waarbij we
ter verduidelijking nog hoorden:
„'t is wel eens anders geweest!*..
Zóo, toen de heer Rinkema 'n
repJement van den voorzitter kreeg
over „onparlementairen toon" omdat
hij zeide dat Mr. Thiel „het er weer
dik op-lei!"
Zóo ook, toen de heer Schram
zich in een hoop zinnen had vast
gepraat, waaruit hij niet komen kon
dan met allerlei volmaakt- onnoodige
herhalingen en onbeduidendheden,
wat den Raad in hilaiiteite-beweging
zette, waardoor de heer Schram-
zelf weer zóo boos werd, dat hij
Mr. Thijssen iets over „in de rede
vallen" toesnauwde.
Intusschen, dit échec van Mr.
Thiel, die in onderwyszaken zijn
haan geregeld laat koning-kraaien,
maakte blijkbaar indruk op den
Raad, te meer daar men zich nu
niet eens door mooie redenaties liet
verduwen, maar aaneengesloten
voet bij stuk hield,
Een tweede voorval, waarop voor
de beteekenis van deze raadsver
gadering moet worden gewezen, was
de stemming voor een lid der Comm.
van toezicht op het Midd. Onder
wijs, tegen het einde der vergade-
ring.
L'ie Commis9ie-zelve deet voor
drachten ter benoeming van nieuwe
leden, en het is een overbekend
feit dat deze commissie er een is
van die vele officiëele en officieuze
lichamen, waar het exclusieve libe
ralisme alléénheerscht. Slechts een
driedubbel-overgebaald liberaal, een
onvervalschte aanhanger van het
systeem der heeren, die van mee
ning zyn: „nul n'aura d'esprit, que
nous et nos amis" heeft kans, in dis
commissie benoemd te worden, een
enkele uitzondering dan daargela
ten. Een katholiek evenwel heeft
geheel en al geen kans
Dat stelsel want bet is zoowaar
een stelsel ge worde» heerscht
hier in Haarlem zoowel ten stad-
huize als in de voorname openbare
instellingeneen Christelijk man
is met 'n lichtje te zoeken, een
katholiek is eenvoudig niet te
vinden! En kómt er eens van ka
tholieke zijde iemand in het liberale
„heilige huisje",danishet wel omdat
het niet anders kan.
't Zal hier wel niet behoeven te
worden gemeld, dat dit niet ge
schiedt, omdat er onder onze ka
tholieken op wetenschappelijk, maat
schappelijk, verstandelijk, sociaal
gebied een „tekort" zou heerschen!
Och neen, 't is de sleur, de ge
woontevoor zoover niet wat
antipapisme en anticlericale haat is.
De commissie van toezicht dan
op het middelbaar onderwijs, waar
van de heer Breda Kleynenberg
een der hoofden van 't bovenge
noemde „heilige huisje" secretaris
is, had ditmaal opgemaakt ter be
noeming van een lid in die com
missie het tweetal Dr. P. P. C. Hoek
en Dr. M. Jessurun. Beiden liberaal
natuurlijk.
De raad stemde.
Regel is, dat bij zulke voordrach
ten, haast onopgemerkt, nummer
één wordt benoemd metalgemeene
stemmen.
Maar de rechtsche, Christelijke
partyen in den Raad hebben na
blijkbaar den liberaleu heeren van
het „Heilige huisje" eens een waar
dige les willen geven.
De burgemeester zat met de twee
jongstgekozen raadsleden, de heeren
Lasschuit en Mr. Smit, aan het
stembustafeltje, en bij het oplezen
der namen ging het eerst heel kalm,
op 'n onderonsjes-toon als immer:
Hoek, Hoek, Hoek. Toen, even
verrast: J. J. Beijnes.... weer Dr.
Hoek, wéér J. J. Beijnes
De burgemeester begreep dat er
wat gaande was. en nu noemde hij
eiken naam luide, en de Raad, die
't sigaartje had opgestoken, en
gezellig causeerde, werd aandachtig
en luisterde: Beijnes, Beijnes.... Men
keek elkaar eens aan.
De uitslag wasDr. Hoek 18
stemmen, J. J. Beijnes 12 stemmen,
Dï. Jessurun 1 stem, en één stem ver
dwaald op „juffrouw van Santé",
blijkbaar van een verstrooid raads
lid die meende dat de benoeming
van een onderwijzeres één num
mer verder op de raadsagenda
al aan de orde was.
De rechtsche partijen hebben
door dit stilzwijgende doch veelbe-
teekenende stemmen op een Ka
tholiek die alleszins in aanmerking
komt om in zulk een commissie
zitting te nemen, op zéér welspre
kende wijze uiting gegeven aan
hun beslisten, unaniemen wil om
deze onbillijke en ongemotiveerde
partijzucht nu eindelijk eens uit te
maken.
Wij zijn ervan overtuigd, dat
deze stemming, die eveneens groo-
ten indruk maakte op den Raad,
nog wel gevolgen zal hebben
ENGELAND.
De kiearechtvrouwen
Ze ziju gistermiddag weer eens on
verwacht bezig geweest, de kiesrecht
vrouwen.
Een formeele aanval is gedaan op
het Lagerhuis, waar de wijven de
vergaderzaal binnen wilden dringen,
't Werd zoo goed als een veldslag en
verschillende politieagenten zijn ver
wond. Ten slotte werden een en twintig
vrouwen door de politie ingerekend.
't Wordt tijd dat tegen deze furies
eens andere, en scherper, maatregelen
worden getroffen I
De toestand in Bengalen.
Minister Buchanan deelde gisteren
in het Lagerhuis mede, Bat de regee
ring het overtuigend bewijs had van
een samenzwering die in Btitseh-Indië
op touw was gezet, (echter beperkt
tot Bengalen en eeDige andere gedeel
ten) om het Engelsche bewind omver
te werpen.
Het algemeene plan de campagne
was, door een schrikbewind de be-
stuurswet en het optreden van de
uitvoerende macht te verlammen.
De samenzweerders hebben echter
niet veel succes met hun veldtochts
plan gehad. De regeering geloofde,
dat deze staat van zaken plaatselijk
en tijdelijk was, maar daardoor wer
den dwangmaatregelen volkomen ge
rechtvaardigd.
De regeering wilde zich niet door
de tijdelijke dringende noodzakelijk
heid, laten afschrikken voort te gaan
met het invoerea van hervormingen.
OOSTENRIJK
Militaire toebereidselen.
De correspondent van de „Matin"
te Weenm verneemt uit welinge
lichte bron, idat drie legerkorpsen,
die te Agram, Leibach en Aral
(Hongarije) gemobiliseerd zijn De
groote tegerteverancters hebben be
stellingen gekregen, die zij in, den
kortst mogelijken tijd moeten (af
leveren.
In militaire kringen te- jWeenen
moet men de meening toegedaan zijn.
dat een oorlog onvermijdelijk is.
Uit Triest wondt aan de „Stampa"
gemeld:
De oorlogstoebeneidselen Worden
hier met. koortsachtigen haast voort
gezet. Het bestuur dor Algemeene
Entrepots (groote opslagplaats van
koopwaren) heeft order gekregen,
onmiddellijk bet grootste entrepot
leeg te maken, dat moet dienen als
bergplaats voor de fouxage.
Groote bestellingen fourage eijn
voor de Oostenrij ksche regeering in
geheel de provincie .Venetië ge-
Onder meenlere kenteekenen, die
als ongunstig voor het behoud van
den vrede worden beschouwd, re
kent men de bestellingen, aan de
Hongaarsdhe graanmolens gedaan-
Er zijn 150 waggons van Boeda
pest naar Semlin vertrokken, voor
de troepen, die aan de Servische
grens staan.
DE BALKAN.
De orisia in het Oosten.
De toestand is stataonhair.
Er is geen verbetering, doch ook
geen verslechtering te bespeurenen
daar het zeker is dat hoe langer
de crisis duurt, ook des te meer
de kansen op een vredelievende op
lossing moeten stijgen, is dat al
thans een lichtpuntje.
Overigens, zeker is het, dat de
spanning zóó niet lang duren kan-
Eén vonkje is voldoende om den
brand te doen oplaaien, en men
dankt het vrij algemeen; aan den
ouden keizer-zelf, dat de oorlog nog
in lange niet ontbrand is.
Eigenlijk zou men zeggenServië
verdient niet anders dan een fik-
sche tuchtiging.
De correspondent van het „Ber
liner Tageblatt" te Belgrado seint,
dat men het nieuwe, Servische mi
nisterie als een oorlogsministerie
heeft te beschouwen.
Op straat manifesteerde men Dins
dag voor iie „sterke regeering" en
riep: Leve de oorlog!
De Servische bladen voeren tegen
Oostenrijk maar immer een hoogen
toon. Een. schreef er: „Wij dreigen
niet met oorlog, wij wollen oorlog.
Hoe smaakt u dat, heeren Oosten
rijkers ?"t
Men komt ertoe te vragenwat is
dat eigenlijk voor een operette
volk, dat Servische
Het vredelievende Venezuela. De
gezant van Brazilië, die te Caracas de
Fransche belangen behartigt, heeft in
trekking verkregen van het besluit,
waarbij Brun, de directeur van de
Fransche telegraafmaatschappij, uit Ve
nezuela werd verbannen.
Spoorwegongeluk in Columbia.
Een naar het Noorden gaande passa-
gierstrein is nabij Riobamba door een
verkeerd liggende spoorstaaf in een
honderd voet diepen afgrond gestort.
Vijf en twintig personen werden ge
dood en veertig gewond.
Onbeleefd publiek.
In de laatstverstreken dagen is weer
waargenomen, dat in weerwil van alle
dringende verzoeken en maatregelen,
het pnbliek in Den Haag niet wil
nalaten, Hare Majesteit de Koningin
op Haar wandelingen lastig te vallen
en hinderlijk te volgen.
De Iiimburgsche Statenverkiezingen.
„De Tijd" deelt mede, dat er vol
doende termen gevonden zijn om ten
aanzien van strafbare feiteD, begaan
bij de verkiezingen in de Staten-dis-
tricten Gulpen en Meerssen, van ja-
titiewege in te grijpen.
Uit de Staatscourant.
Audientiën. De gewone audiëntie
van den Minister van Binnenlandsche
Zaken zal Zaterdag a. s. uiet plaats
hebben.
Een Nationaal feest in den
R. K. Volksbond.
Het Centraal Bestuur van den Ned.
R. K. Volksbond heeft de afdeelingen
van den Bond aangeschreven om,
zoodra de hoopvolle verwachting een
heuglijk feit geworden is, een ieest-
avond te organiseeren, als uiting van
vreugde en trouw aan het Oranjehuis,
zoo mogelijk op denzelfden of den
daarop volgenden dag. Mocht evenwel
de gebeurtenis in de Goede week plaats
grijpen, zal het feest ui tg es telt worden
tot na Paschen.
De Vastenmandemen ten onzer
Bisschoppen.
Hl.
Z. D. H. Mgr. Drehmans, Bis
schop van Roermond, behandelt
in zijn vastenbrief de hooge waardig
heid des priesters, offeraar en uitdeeler
van God-zelf.
„Een priester is naar de algemeene
opvatting van alle volken, een vriend
der Godheid, een man door God ge
roepen en aan God gewijd, van God
bemind en door God geheiligd om Hem
in naam der menschen welgevallige
offers en gebeden op te dragen, tea
einde Hem namens het volk te er
kennen en te verheerlyken, te danken
en te verzoenen, en telkens nieuwe
gunstbewijzen voor het volk van Hem
af te smeeken. Maar hij is ook an
derzijds het uitverkoren werktuig,
waarvan God zich ten bate van zijn
volk bedient ter mededeeiing van de
leer der waarheid en de lessen des
heils, ter vergiffenis der zonden en
de kwijtschelding der straffen, ter
oitdeeling zijner genaden en zegeningen
en ter verheffing tot volmaaktheid en
heiligheid."
Vervolgens zet Z. D. H. uiteen wat
de priesterlijke waardigheid beteekent
en inhoudt:
„Bedienaar der heilige geheimen,
deelt hij datzelfde Lichaam en Bloed
mede aan de geloovigen om hen te
heiligen en op te voeren tot liefderijke
vereeniging met God.
Beschikker over de middelen der
genade, reinigt hij de zielen van de
erfzonde in het doopsel cd van alle
andere zonden in de biecht.
Verkondiger van Gods woord leert
hij geloovigen en ongeloovigen de
waarheden des heils en spoort hij hen
allen aan tot een leven van deugd,
volmaaktheid en heiligheid.
Middelaar tusschen de menschen en
God, draagt hij Hem hunne verheer
lijkingen en smeekgebeden op en roept
hij door zijn priesterlijk gebed genaden
en zegeningen over hen neder.
Handhaver, gelijk Christus, van de
eenheid en onverbreekbaarheid des
huwelijks, roept hij door zijn zegen
en zijn voorbede vrede en voorspoed
af over de christelijke echtgenooten.
Herder en vader, rust hij niet voor
aleer hij het verdwaalde schaap heeft
teruggevonden en den verloren zoon
wederom gesierd heeft met het brui
loftskleed der genade.
Trooster en helper der zieken en
stervenden, beurt hij hen op door
zijn priesterlijk woord, en schenkt hij
hun door de heilige zalving moed en
kracht in den laatsten strijd.
Redder ook na den dood, roept hij
door zijne offers en gebeden verzoening
en eeuwige rust af voor de overledenen
die nog te boeten hebben.
Alles voor allen, is hij door zijn
roeping en ambt de aangewezen vriend
der huisgezinnen, de gezaghebbende
raadsman van werkgevers en rijken,
de trouwe en belanglooze steun van
arbeiders en armen, de ijverige mede-
12)
Die onverwachte tegenstand prik-
keld© Dimier's toorn. Dat was niet
meer de kleine Eveline, het gewil-
Hasj keitel idat took altijd ZOO gaarne
naar de wenschen van haan. ouders
voegde. Het was een jonge vrouw,
idi© zich haar rechten bewust
zich verzette tegen flea dwang,
dien men. op haar wilde uitoefenen-
Het was een merkwaardige gelijke
nis met de Marie van. tien j aren ge
leden alleen waren de rollen nu
omgekeerd. De eene had toten hard
nekkig1 gestreden om trouw te blij
ven aan den man, dien zij liefhad:
dje andere weigerde nu, den man te
huwen, van wien ze zich innerlijk
los gevoelde.
Dnftig sprak Dimier tot Eveline
„Is u dit ernst Ja of neen
„Vaider," smeekte Eveline, „kwel
mij toch niet. Houd1 mij' bij u: hier
ten ik gelukkigHebt u zoo'n
haast om' mij weg, te krijgen
„Dat niet, maar wat nu te begin
nen," bromde Dimier in zich zielf.
Eveline stond op en sprak, haar
vader vast aanziende: „Laat Ma
rde terugkomen en Gaston Lacaze
gaan !"l
„Neen, dat gebeurt niet," vloog
Dimier op. „[Wilt ge Laeaz© laten
varen, dan moet ge dat ten slotte
zelf weten, maar Marie komt hier
niet meer in huis!"
In het donker van den avond,
twee uren nadat de laatste arbei
der vertrokken was, sloop Jean
Pavre heimelijk wieer naar den hout-
zolder. Hij was zjwaar beladen: het
waren zagen hamers, hout, een
bijl, allerlei dingen die in vxoer
ger dagen op minder eerlijke manier
van de werkplaats naar zijn, wo
ning verhuisd waren»
Nu zijn geweten wakker gewonden
was, bevond hij zich hier om al
dit gastolene heimelijk terug, te ge
ven. Hij legde het (bundeltje op
den zolder in een denkenen hoek
neer omi de gereedschappen later
weer door lie geheel© werkplaats te
verspreiden. Daarna- keerde hij, ho
pende dat niemand ontdekken zou
wat hij gedaan had, met een ver
licht geweten huiswaarts. Dit was
d© laatste van een geheel© reeks te
ruggaven, die hij te zanten met Fpan-
cine ondernomen had. Ze beschouw
den dit als hun boete, in vel© win
kels brachten ze de gestolen voor
werpen terug, en de verbaasde eige
naars namen niet enkel hun veront
schuldigingen gaarne aan, maar
lieten hen nog dikwijls de ontvreem
de voorwerpen, die ze nu terug kwa
men bezorgen houden.
Op een morgen echter liet de heer
Maynand, id© directeur van de werk
plaats, die als een zeer streng en
rechtvaardig man bekend stond, al
de werklieden op d© plaats, bij
elkaar komen. Met ontevreden ge
laats-uitdrukking sprak hij„Reeds
sinds langen tijd zijn er nu en dan
stukken gereedschap uit de werk
plaats verdwenen- Nu echter zijn ze
alle weer te voorschijn gekomen-
jWi© van u heeft dat gedaan?"
Allen zwegen. Bekennen zou ge
lijk staan met zijn ontslag krijgen-
De werkliedjein keken elkaar vijan
dig aan: Jean Favre's gelaat wend
met een donker rood o vertogen. Die
ooigea van hen, die Zich niets te
verwijten hadden, klaagiden de an
deren reels aan en schenen te zeg
gen: „jVYie is de laffe ellendeling,
die nu nog blijft zwijgen en ande
ren daardoor aan verdenking bloot
stelt? En allen schaamden zich, nu
ze de oogen huns meesters op allen
met hetzelfde wantrouwen geves
tigd zagen.
De bekoring om te blijven zwijgen,
greep Jean Favre machtig aan.
Zou juist nu, nu er voor hem thuis
een beetje geluk begon op te bloeien,
alles weer bedorven moeten wor
den Als men hem frier wegens on
eerlijkheid ontsloeg, zou hij natuur
lijk nergens meer werk kunnen
krijgen. Toen hij echter rondzag en
daar al die arme eerlijk© kerels
met arme zondaars-gezichten zag
staan, woedend dat ze zich niet
rechtvaardigen konden, kwam zijn
beter ik wleer boven. Neen, met ste
len ophouden om met liegen te be
ginnen, da.t loonde nu toch werke
lijk de moeite niet!
5 Hij trad naar voren, nam zijn
pet af en sprak verlegen: „Ik heb
het gedaan, meneer Maynari- iWjat
ik toevallig noojdig had, ham ik mee,
en ik heb er n ootid aan gedacht, het
weer terug te geven. M.a&r eindelijk
kreeg ik er berouw over en toen heb
ik alles teruggebracht.
Jaag mij niet weg mijnheer, ik
zal dubbel hard werken om mijn
misdrijf te boeten, maar denk aan
mijn vrouw en kinderen!
De andere werklieden morden.
„Een ellendige kerel, die Favre!
Ik hoop dat hij zijn trekken nu eens
thuis krijgt," gromde er een.
De directeur keek ten schuldige
onderzoekend aan.
De verandering, die Favre in te
laatste weken ondergaan had, was
den soherpzinnigeji menschenkeji-
ner niet ontgaan. Favre bedronk
zich in het geheel niet meer, etn deze
vrijwillige teruggave was een be
wijs te meer van zijn oprecht be
rouw. In de nederige houding van
dezen man, zoo bezorgd voor vrouw
en kinderen, zag- Maynari den op
rechten wensch, dat hij van Favre's
eerlijkheid overtuigd mocht zijn De
directeur begreep ten strijd die er
in de borst van dezen man gevoead
was. Hij gevoelde idat op dit ©ogen
blik over het verder levenslot van
dezen pasbekeerde beslist ging
worden. Zonder antwoord te ge-ven,
verwijderde Maynaxd zteh.
allen nog even hier," riep
hij den arbeiders toe. Jean Favre
stond daar met gebogen hoofd, alsof
een zware slag hem getroffen had
Eenigen minuten gingen voorbij.
Daar kwam de heer Maynard weer
uit zijn kantoor te voorschijn en
trad op Favre toe.
„Hier hebt ge de sleutels van het
magazijn, Jean," sprak hij- „D het
vervolg draagt gij er zorg voor:
ik weet dat ik je vertrouwen kan.
Binnenkort kom ik je thuis eens
opzoeken. En nu kunt gij allen
gaan, mannen
Favre was niet in staat een woord
van dank te spreken. Hij draaide
zijn pet om en om, keek dien direc
teur met een blik van grenzendooze
erkentelijkheid aan en hield de sleu
tels zóó voorzichtig vast, alsof hij
bang was ze te breken.
Zijn kameraden, die blij waren dat
de zaak zoo goed afliep, riepen hem.
zoodra Maynari weg was, van alle
kanten toe: „Zeg, jou leelijke ge
luksvogel Dat had je niet gedacht,
he!"'
(S'+t volgtj