DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND. Bedrogen. SdnstopiiHRSvosI 88*3t-3$, HaarSem Van alles wat! BUITENLAND. BINNENLAND. m DON OMR DAG II MAART 1909. 3S"° Jaargang Ns.6eS6 Bureaux van Redactie en Administratie: lniepoomnn»UMi9 Tatafaomnnmanap 1426. mtaitms hg «vectfdea. Algemeen overzicht Verspreide Berichten. raiMLLETQN. RUWE HAMLEMSCHE COUR/UT ABONNEMEHTPRUtt Por 1 V<hk to Voor (to overige plaatsen ia AfEMKiarigko nummers f 1,35 (kom der gamee»**} L35 aar past 1A0 „0,08 «•RUS REK ARVBrrBHTJftM: Yaa 1—4 regelttQ)M («#*taatt PR>0 regel meer<U® Greote iMMn Mar yMnmt*. MtsaetaanfciedinfU 56 wol pm advertentie i eontiuaL Alle (wtileadw tsso Mi leveerienge eage- aefcifcthaid tet dft Mud, Ae ia bet bedt eeser verzefeeriegspali) dj», s$u de bepeflegea ep de pollsaee vermeid, Njfet ongthtkkea v :erd voer: 400 300 GÜLDHK hjj vertoe va* kaü4 f voet. 150 •VfiiMX M vettoe va» •*a eeg. 100 aïEAÖJEf hij verRee va» ét» daim. 60 CMLB» bi veeBee vaa Urn wTj.viager. 15 %- viijtr De uitkeertag dezer bedrage* wordt gegaraadeerd door da Maatsebeppij „Oaasua", BQkaatoor voor Haarlem, Nieuwe OrifM tl. aed ti erna aangenaam eaaea Iesers tea «nadedcelea, dat Zijne Emi- OauriL Kerry del Val (bij schrij ve* vea S Maart) aas Monseigneur «a Kwaehop den dank van Z. H. den Mam heeft evergebracbt voor de gel- toa, welke Se leners van de „NIEU- COURANT" hebben ge nres 755.55) voor de slacbt- ier aardbeving in Calabrië. •Mat bedrag aal in den „OSSERVA- pmi ROMANO" worden vermeld. TA. M- getdt van harte zijn aposto- negen aan »Uea, die een» gift hebben. XXVII Al te veel ijver I Bi* sitgebreide ea heftige „rap- porten" van onze politie inspecteurs, die door de meerderheid vau 6. en W. dezelfde meerderheid, die voor 't behoad der kermis is agn openbaar gemaakt, konden wel mbs preeie» de tegenovergestelde aitwerking hebben als ermee was bedoeld 1 Ik heb «oo'n vermoeden, dat die bp one ia Haarlem zoo ongewone publicatie van zulke politierapporten publiek is daarmee om den dood niet verwend I) door dezelfde meerderheid van B. en W. heel on deugend en met 'a ergje gedaan is! Want het is niet tegen te spreken: wanneer men vele dikke woorden, holle frasen, onbewezen uitspra ken en vele elkaar tegensprekende beweringen van deze inspecteurs •ena met aandacht naleest, en ze dan toetst aan de practijk, dan komt men vanzelf tot de gevolg trekking dat geschreeuw tegen de kermis is toch eigenlijk gezegd voor een groot gedeelte overdreven, •a maar larie Ik houd het ervoor, dat B. en W. dat oordeel voorzien hebben, en dharom dan ook deze rapporten, die zooals een onzer andere stede lijke bladen heel terecht opmerkte, wel een reeks schoolj oDgens-ops tellen Ijken, hebben openbaar gemaakt In e«n vorig „Van-alles-wat"-je heb ik ai opgemerkt, dat er in deze xapportan schromelijk wordt over dreven. De beweringen van den hoofd inspecteur bijvoorbeeld over de ontzaglijke massa amusementen, die ens Haarlem dag in dag uit te gmieten zou geven, klinken eenvou dig bespottelijk! De verzekeringen van een der inspecteurs ik weet nu waarlijk niet meer, welken dat het kermis- publiek geregeld bestaat uit meiden en jongens, is eenvoudig verbazing wekkend van onwetendheid of naïveteit. Het is niet tegen te spre ken, dat des* „rapperteurs" enkel en alleen het leelijke zien, en dan nog alleen d&t leelijke waarmede slj in hun werkkring iets te maken hebben. Van Mn ruimen onbevan gen blik, van een zich verheffen boven het muffe, kleine standpunt van een ondergeschikt ambtenaar, daarvan geen spoor in deze rap porten! Ondanks de plechtstatige inleiding, die een paar der „rapporteurs" meenden te moeten maken, maar waarbjj ze spoedig den toon verlo ren, dragen al deze opstellen het karakter van eenzijdigheid en on doordachtheid. Natuurlijk ia dat zoo niet bedoeld. Integendeel 1 Ik stel me voor en je ziet het uit den stijl van som mige dezer opstellen, die klaarblij kelijk met veel moeit® zijn samen geflanst dat de schrijvers zich er nu eens veor hebben „gezet" Doch het is juist het ergste, dat er nu tóch zoo weinig van terecht is gekomen Van onzen politiecommissaris bij- voorbeeld zou men dan toch, nu zijn opinie gevraagd werd, een du- gelijk en uitgewerkt en gedocumen teerd betoog hebben verwachten wat zegt hij „De wijze waarop hier ter stede de kermis gevierd wordt, is bekend genoeg" Dat noemt men in het gewone leven een „Jantje-van-Leiden". Ik vestigde er reeds in bet verig artikel de aandacht op, dat de schrij vers dezer opstellen schermen met onbewezen, zeer vage beschuldigin gen tegen het publiek en tegen de kermisreizigers, waarvan de laatsten „vies volkje" heet en, en het eerste wordt gequalificeerd als een troep meiden en jongens. Zijn dat argument en? Neen: mijn conclusie ia, dat in de curieuze rapporten van de inspec teurs niet veel degelijke en drage lijk® argumenten, en vooral niet veel argumenten die van politie- w e g e gelden moeten voorkomen. Daarentegen is de toon dezer epistels werkelijk ongemotiveerd- heftig, allesbehalve „rapport- stij 1", en volstrekt niet onbevan gen en objectief, zooals een amb telijk rapport wezen moet. Het komt mij dan ook voor, dat er in de openbare zitting van den Raad vrij wat deugdelijker en meer- gemotiveerde en met bewijzen ge staafde argumenten zullen moeten worden aangevoerd, om de meerder heid er toe te brengen, tegen het advies van B. en W. in, de kermis af te schaffen t De heeren inspecteurs ayn in hun Ijver wat al te vèr gegaan, en.... il te veel ijver schaadt! F. RUSLAND ALS BALKANVOOGD. 't Is wel eens aardig1, het spel der diplomatiek nuchter en objectief te bezien. Daar had Oostenrijk in den laat sten tijd door de bekende maatre gelen in den Balkan, door Buiga- rije's nieuw koningschap en door de onderhandelingen met Servië en Turkije, plotseling een groot over wicht gekregen op den Balkan. Rusland, tot dus verre steeds de groote beschermer van den Balkan, dat Turkije in bedwang ltield door de oorlogschatting die nog niet was afbetaald, en dat de kleinere Bal kanvolkeren een voor een aan zijn leiband had. Rusland was voor een wijle op zij gezet, en Oosten rijk scheen Rusland» plaats te wil len innemen. Maai- de Russische drplolmatie speelde goed. Ze maakte handig gebruik van de gevoelens der Slaven, die in Rus land den beschermer van het ras zien, ze stookte achter Servië, en het is nu zóóver gekomen, dat Rus land openlijk optreedt voor Servië, en geheel onbestreden weer de eer ste viool strijkt op den Balkan 1 Meer nog dan vroeger zelfs! [Want Servië is uitgeschakeld, en Oostenrijk ontmoet nu bij de moeie- lijke onderhandelingen en de nete lige kwesties die het heeft door te maken op den Balkan, niet Servië als partij, maar Rusland! Openlijk heeft Rusland de voogdij voor Servië opgenomen Of dat nu op den duur vervul ling der Servische eischen zal geven, zooalsi de Serviërs hopen, valt na tuurlijk te betwijfelen. i Niet de Servische belangen nopen Rusland om op te treden, -ook al doet het voor de Serviër» nóg zoo lief en zoo onbaatzuchtig maar de Russische! i De nota, waarmee Rusland Mich als de Balkanvoogd aanduidt en openlijk de partij voor Servië op neemt, is gisterenavond verschenen. Die nota aegi o.a.„Wij zijn van meening, dat de Servisch# regeering onder de bestaande omstandigheden openlijk aan de groote mogendheden behoorde te verklaren, dat het niet volhardt bij de territoriale eischen en zich in allee wat met de hangende kwesties in verband staat verlaat op de beslissing der megendheden. Dan zullen de mogendheiden alle pogingen in het werk kannen stellen ten gnnete van de Servische belangen. "Wij hebben er one daarenboven van kannen overtuigen, dat de mo gendheden niet genegen zijn atenn te vevleenen aan het denkbeeld van ■ehadeloesatellingen in gebied ten gunst# van Servië. De Servieeke re geering moet er de gevolgtrekking uit maken, dat alle pogingen om de mngendheden er toe te krijgen de ejaehen in deeen geest te Meunen, zonder reenltaat zullen blijven en dat ay ei ah «lacht» dan de sympathie der mogendheden zal kunnen blij ven ver zekeren, ale aij er van af ziet vast te houden aan eisehen, die een gewapsnd conflict met Ooetenrqk-Hongarije zou den knnnen ten gevolge hebben. „Wij hebben het plan gevormd de koninklijke regeering te behoeden voor elke bending die het aan zulk Ma govaar zen kunnen blootetellen. Wy bopea, dat Servië, eooals het reeds gezegd heeft, getrouw zal blijven aan aijn belaften, en de raadgevingen der naegendheden zal opvolgen." De laatato zinsnede is toekenend. Kaar nog mar teekenend is dat Rus- laad stelselmatig Oostenryk voorbij gaat. „De mogendheden" «ijn niet gene gen schadeloosstelling aan Servië te gevenMen weet dat Oostenrijk ateede zeide en nog zegt dat de kwestie tuMchan Servië en de monachie alleen deze beiden aangaat! Trouwens, precise als een weerklank daarop, verklaart de Servische re geering in de nu openbaar gemaakte circulaire aaa de mogendheden: „8#rvië Verklaart de kwestie ven Bosnië en Herzegovina te zijn een luropeeschs kwestie, ten aanzien van welke de mogendheden, welke het verdrag van Berlijn hebben onder teekend hebben te beslissen, niet al leen nopens de inlyving, maar ook botreffende de nieuwe redactie van «t. 26 van het verdrag van Berlijn. Servië, vertrouwen stellende in de wijsheid en de rechtvaardigheid der mogendheden, draagt zijn zaafc zonder voorbehoud aan de mogendheden over, als aan Mn bevoegd gerechtshof en vraagt in verband daarmede bij deze gelegenheid aan Oostenrijk-Hongarije geenerlei schadeloosstelling, nog in gebiod noeh op politiek noch op oeconomiMh gebied." Het woord ia nu aan Oostenrijk. Wat dit seggem zal, en boe het de hooghartige woorden van Servië zal beantwoorden, daarvan sai veel kunnen afbangen 1 WA* MEN SYEBXBN ZEGT. Het Huis van Afgevaardigden en het Hoerenhuis zijn gisteren geopend en de minister-president Bienerth heeft er de politiek der regeering uiteengezet. Servië's antwoord, hierboven gemeld, was toen nog niet bekend, maar toch «al wat de minister zeide over de Balkanpolitiek van Oostenrijk, met belangstelling worden gehoord. „Dank «ij de raadgevingen van de mogendheden," zeide Bienerth, „is het niet onmogelijk, dnt er in Servië een verandering is ingetreden ten gunste van een sakelijker, practischer politiek. In dat geval ie Oostenrijk-Hongarije bereid met groote welwillendheid de nieuwe onderhandelingen met Servië over de economische kwesties te openen, zoodra Servië sün houding betreffende Bosnië znl hebben zigd ea ons den wil tal hebbsn gstoond de betrekkingen met de mouKehie weder correct en vriendeehsppelyk te doen worden." De minister hoopte instemming te vinden bij alle mogendheden, waar mede Oostenrijk-Hocgarije vriend schappelijke betrekkingen onderhoudt: „Het staat vast dat ds buitenlandse be toestand een zekere verbetering ver toont. De kansen voor het behoud van den vrede aijn grooter geworden. De internationale toestanden evenwel leggen de verplichting op tot waak zaamheid en tot bijeenhouding van alle krachten van den staat." Waakzaam, en op zijn hoede zijnde, is Oostenrijk voorzichtig, zooalt men ■iet Een concilie ia Canada, la het Begin van den zomer zal te Quebec een concilie plaats hebben, het eerste in Canada. Mgr. Sbaretti, apostolisch delegaat in Canada, heelt, naar uit Ot tawa gemeld wordt, daartoe de noodige instructies ontvangen. Alle bisschop pen en oversten van religieuze orden in Canada zullen aan dit concilie deelne men. Iets mb het handje? Keuter meldt uit St. Petersburg, dat, toen mi nister Stolypin gisteren van een au- diëntien bij den Czaar terugkeerde, hij een flauwte kreeg, wal door de genees- heeren aan influenza wordt toegeschre ven.... 't Lijkt een beetje verdacht! President Taf I's politiek. Nog geen week verblijft president Taft in hel „Witte Huis" of er komen reeds berichten over zijn staatkunde, over wat hij wil en wat hij niet wil. Zoo melden de Amerikaansche bladen dat hij er op aandringt om de tariefs herziening zoo vlug mogelijk ter hand te nemen en tot stand te brengen. Wat de politiek tegenover 't Zuiden betreft, deelt hij niet de meening van zijn voor ganger. Hij zal maatregelen nemen, dat negers niet in plaatsen waar het grootste gedeelte blanken zijn, tot eenig ambt benoemd worden. De president zal beproeven om de verlangens van blanken tegemoet te komen. Ten slot te heeft hij het bevel van Roosevelt herroepen, waarbij de zeearsenalen van Pensaeol» en New-Orleans geslo ten werden. Hofberichten. Z. K. H. de Prins bracht gister voormiddag, vergeseld van aijn adju dant jhr. van Suchtelen van de Haare, een beioek aan den kunsthandel Schüller, ter bezichtiging van de ten toonstelling van werken van den kunstschilder Hoynck v. Papendrecht. Gisteravond woonde de PrtM tot Taonkunst-conaast in het Getouw voer K. en W. bij. D# blijde verwachting Wanneer het oflieieel bekend aal wezen dat de aan occ Hef te ver wachten blijde gebeurtenis eea feit is, zal dit te Breda door een heenut te paard, voorafgegaan door baanin- blasers, aan de hoeken van alle stratun worden verkondigd, terwyl van de torens der gemeente deisenden exem plaren, houdende het heugelijke be richt, verspreid sollen worden; het zelfde ml geschieden door middel vau een automobiel. Drie muriekksipsen sullen door de gemeente trekken en des avonds zal een richtstoel, waarvoor zich tal van vereenigingea bobben opgegeven een rondgang deer de ge meente maken. De Prins in de HeofdstadL Prins Hendrik arriveert Maandag ».s. te 11.16 te Amsterdam. Yen af den steiger tegenover het Centraal station aal Z. K. H. zich onmiddellijk in de gereedliggende marinesieep a sar het paleis van den command»* der Marinewerf, baron Sweerts deLandas Wyborgh, begeven. Ten paleis# ra den schout-bij-nacht zsl Z. X. H. da lunch gebruiken. De te-wate*4ating ▼au „De zeven Provinciën" aal in aMen eenvoud geschieden. Uit de Staat a-Courant D# gewone audiënties van d# «ais- ters van oorlog, marine eu justitie, sullen dese week niet plaats hebbest. De Bjjks-postepaarbaak. Eenigen tijd sa het overlijden vau den heer A. Bassen, in lev» directeur der Rijkspostspaarbank, kwam in de „X. R. Ct." bet bericht voor, dat tet directeur sou worden benoemd de heer mr. 6. H. M. Delprat, lid van den Raad van Toezicht dier instelling en directeur der Rotterdamsch# Spaar bank te Rotterdam. De onderhandelingen met den hear Delprat hebben toen niet tot het gewenecht resultaat geleid en eerst daags ia dan ook de benoeming tot directeur te verwachten van dm heer P. J. F. Da Boie, sedert 27 Febrnmi 1896 onderdirecteur der Bank. De Hjiks-veruekeringabank. Geruimen tijd geleden werd doer bet bestuur der Rijksverzekeringsbank overgegaan tot het voorbereiden eener reorganisatie der Bank. Daartoe werd eea commissie be noemd. Het door dese heeren uitgeweekt plan scu een geheelen ommekees in den aard dsr werkzaamheden brengen en tevens vereenvoudiging en inkrim ping van personeel medebrengen. Donk van de uitvoering van dit werkplan werd afgezien. Ben nieuwe eonomissie ven aMne- lingsehefs werd in het leven geroepen. Het resultaat van den arbeid deecr commissie was dat haar plan werd aangenomen en reeda gedeeltelijk in TEERDE HOOFDSTUK. Bene maand later was Gaston geheel gmeeea van zijne zware ziekte en we der in het bezit van jeugdige kracht en fcvenzbljjheid. Nooit vernam hij van de vrienden, hoe hij in ijlende koorts de sronden zijns harten had blootgelegd. 0#k deden ze hem geen enkele nieuws gierige vraag. Op zekeren dag even- Ur«I vond hij op zijne tafel een rol geld en een brief, die blijkbaar niet i*it de« hemel was gevallen, maar door de hand zijner kleine vriendin Her- mine daar was nedergelegd. De brief, door André Leroy geschre ven au door den blinden organist ge- jSeteerd, luidde als volgt: „Waard# Buurman," Xracbt uiet onder allerlei voorwend sels fleze leening af te wijzen. Die voorwendsels zouden toch blijken niet afdoend» te zijn. Wij kunstenaars moe- tn met elkander meeleven en elkaar d» hand reiken. In geen geval moogt gij u weer overgeven aan dien over matige» arbeid, die u op den rand des grufs heeft gebracht. Neem dus zon der valsche schaamte aan, wat wij u aanbieden. Bijgaande 500 francs zul len u helpen om u verder te bekwa men in uwe loopbaan, aan welke ik een zeker en schitterend succes durf beloven. Vaak, wanneer ik u op den vleugel hoorde spelen heb ik tot. mij zelf gezegd, dat zoo mijne ervaring op dit gebied my niet bedriegt, u eene schitterende toekomst wacht. Wat gr doet, draagt den stempel van het ge nie maar het ontbreekt u nog aan rust en vastheid en aan harmonische afwerking. Ga bij de oude meesters te rade. Put uit die eeuwig frisch blij vende bronnen van het groote, van het schoone. En mocht u af en toe het gezelschap van die onsterfelijken te ernstig zijn, neem uwe toevlucht dan tot onzen vroolijken kring. Wij nemen allen hartelijk deel in uw lot en ver trouwen op uwe toekomst. Werk u omhoog tot het licht en indien gij ver moeid zijt, kom dan uitrusten bij een armen kunstenaar, wiens jeugd ook niet vrij is geweest van zware stor men. In mijne jeugd was ik ook ont moedigd, in vertwijfeling, had genoeg van het leven, doch een waardig pries ter heeft mij gered en toen heb ik bij mij zclven de gelofte afgelegd jonge ta lenten bij te staan. Den dank welken ik dien edelen man schuldig ben, wil ik aan u kwijten. Neem zonder aar zelen aan, wat ik u hierbij aansbied. Steeds de uwe. ...j Fr. La*Bert. Het papier trilde in Gaston's handen. De kieschheid, waarmede hem deze gave werd overhandigd, ontwapende zijn trots. Ja, hij wilde het geld aan nemen, doch hij zou al zijn best doen om het zoodra mogelijk terug te ge ven. Vijfhonderd francs! Een ewaar of fer, want men schepte niet uit den hoorn des overvloeds bij den ouden organist. Zonder de vlijtige handen van Gabrielle, die de kleederen der jon gere zusters zelf vervaardigde, het lin nengoed verstelde en eiken stuiver driemaal omkeerde, zou het onmogelijk zijn geweest alle uitgaven te bestrij den, welke een passend bestaan voor zulk een talrij huisgezin medebracht. Vijfhonderd francs! Het was voor die arme menschen een vermogen! Welk een grootmoedigheid betoonden hem die edele menschen, door hem een naar omstandigheden zoo groote som beschikbaar te stellen. Hij wilde dien schat dan ook naar beste weten ge bruiken, het geld niet uitgeven aan nieuwe kleed eren en handschoenen oin in het Bosch Charmette, de trotsche amazone te ontmoeten, die voor zijne ellende niets over had dan een spot tend lachen en eenige hoonende woor den. Zijn dwepen met de schoone Char mette van Ritten was nu uit; hij ver langde niet meer haar weer te zien. Geheel zijne dankbaarheid, al zijne ge negenheid zoa voortaan aan de» orga nist en zijne familie behooren. Hij wilde naar den blinde gaan en hem toeroepen: „Heb dank! Gij zijt mijn redder ik neem uwe gave aan en zal u daar eeuwig dankbaar voor zijn!" De heer Lambert ontving slechts des avonds, als de dagtaak was volbracht en al de huisgenooten vroolijk en vredzaam bij den huiselijken schijn der groote lamp in de woonkamer bijeen zaten. Omtrent acht uur klopte Dui'our Bij den ouden organist aan. Nauwelijks had hij den drempel overschreden of in eene onstuimige opwelling des har ten snelde hij op den blinde toe, greep zijne handen en drukte die met innig heid. „HeU dank, duizendmaal dank!" riep hij diep bewogen uit. „Uwe goedheid ontroert mij. Met welke treffende be zorgdheid hebt gij over mij in mijne ziekte gewaakt. En nu stelt gij mij nog in staat, mij geheel aan mijne ernstige arbeid te wijden! O, dat zal ik nooit vergeten nooit!" Nog altijd hielden zijne vingers de handen van den man omklemd, en zijn vochtig oog rustte met innige hartelijk heid op den schoonen kop des blin den, wiens zilverwitte haren een edel voorhoofd, vol verheven gedachten als met een aureool van eerbiedwaardig heid omkransten. Gaston daqht er over na, hoe gelukkig hij zich zou achten, wanneer hij zulk een man tot vader had. Of liever, boe geheel anders zou zij» leven zijn geweest, indien zijn oom, de rijke fabrikant, ook maar ee- nigszins op dien edelaardigen man ge leken had. „Mijn beste buurman,'' zeide de or ganist in den loop van het gesprek, „wees vol zorg voor uw talent, gij be vindt u thans in het tijdperk der ont wikkeling. Zorg, dat geen rijp of nachtvorst schade doet aan de teedere bloesems. Houdt u verborgen in de eenzaamheid uwer kluis. Luister met aandacht naar de inspiraties die over u komen, arbeid met ernst en volg niet het voorbeeld van heethoofdige makkers en genotzoekers. Het kwade voorbeeld werkt aanstekelijk men verliest elk ideaal, als het geloof aan de reinheid des harten sterft en dan kan men de lichtende hoogten der kunst niet meer bereiken." Gaston luisterde met welgevallen naar de woorden, die de organist tot hem sprak. In dit uur was er tus- schen den veteraan en den nieuwe ling op het gebied der toonkunst een zekere zielsverwantschap ontstaan. „Sta mij steeds Bij met uwen raad, lieve meester," vroeg Dufour. „Geleid mij met uwe wijsheid en ondervinding, opdat ik den goeden weg insla en mijn arbeid gezegend worde en vruchten drage." „Gij verlangt, dat ik u rade," her- hernam de blinde weemoedig, „gij ver wacht goede raadgevingen van mij, wiens haren vergrijsd zijn, en die door het verwende, oppervlakkige geslacht 'van heden reeds osderwetech gevo»- jden wordt en voor wien me» slechte een spottenden glimlach over heef* Mijne muziek deelt hetzelfde lot tb de uwe, mijn zoon men haait m minachtend de schouders voor op: 8» eene is te jong, de andere te ooM Gij stoot u aan de moeilykhedea, die in den weg staan, ik heb de* weg af gelegd en ben vermoeid aoader tot doel bereikt te hebben." Hij, die zoo sprak, was eea wff*#: die het leven en zijne teleurstellmgM kende en geleerd had zich daari» M schikken. Ook hij meende eeansasl, dat, zij het in de verre toekomst, zij»a ster zou opgaan. Tien jaar lang tol derzelver glans hem toegelachen, toaa verdween zij plotseling. Slechts ea» enkele lichtstraal was hem bijgeble ven: het bewustzijn van in z^ne loop baan steeds nauwgezet zijn plicht var- vuld te hebben. De talrijke lesse», dia hy gaf, de zorgen voor het onderfaoui van zijn huisgezin maakten het heat tot eene onmogelijkheid groote an to- roemde werken te scheppen htf aanmaal gedroomd bad. Wordt vem»1qtL>

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1909 | | pagina 1