Gemengd Nieuws.
Vragenbus.
5'
Gemengde Buitenlandsche berichten
Een koning wan
misdadigers.
De oude ambachtsgilde en de
moderne vakvereeniging.
Wij hebben er reeds vroeger op
gewezen, dat Professor AengeniePt
een geheel andere meeuipg heeft è|r
van. de oude gilde èn vani de nn>
derne va kvere-eniging data He|.iri
Hermans in zijn boet verkondigt
BINNENLAND.
Waterstanden.
FEUILLETON.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT ™«55
De heer Hermans schrijft in de
.Volksbode
„He moderne vakvereeniging! is) de
vereenigiug een er klasse, die eerst
na en uit het verval der gildeta ge
boren werd. Met dein, arbeider van
onzen tijd is onmogelijk op éépe lijn
te steltlen de gezel uit die middel
eeuwen, en. de vroegere ambachts
baas kan allerminst viergelekejn wor
den met dep. modernen groiot-iadus-
trieel
De geziel van vroeger wó-opde bij
zijn mieester in, werkte met hem aan
dezelfde schaafbank, huwde sopis
met zijne dochter en nam dap. de
zaken van zijp, baas o-ver of opder-
nam eeta eigepi zaak; tusschen hem
en zijp meester w:as er slechts èéjn]
graadverschil, geen verschil vani
stand of klasse De moderne arbei
der staat mijlen ver vap zijp: werk
gever en dikwijls kept hij hemj niet
eensdie werkgever behoort meestal
tot de hoogste ep hij' geregeld tot de
laagste klasse der huidige maat
schappij:
De vroegere ambachtsibaas v-estig*-
de zijne positie door vakkepnis; de
tegepwpordige industrieel verovert
zijn© macht dopr kapitalisme in sta
geren zin, door geld.
Samenwerking iep harmopie tus-
schen kapitaal ep arbeid warep om
zo© te zeggen in de oude gildep be
lichaamd, om de eepvoiudigel redep,
dat- heide machten, warep. vereepigd
in éépe hand Kapitaal en arbeid
Waren, toen ook in wezen geheel ver
schillende factoren ip het voprtbrepi
gingsproces dap thaps Van coptrao-
teerende partijien kop1 er toep geep
sprake zijn Het modern© kapitalis
me is evenals de tegenwoordige fa
brieksarbeid iets nienw's, iets op'ge-
kends ip. de middeleeuwen:
Daarom is er in1 wezep tem doel
onderscheid tusschep de oude gild©
en de modertae vakvereiinigipg
De eerste was een© orgapisati© van
arbeid en kapitaal in de, oude beteu-
kenis, eene organisatie, die tan doel
bad de bescherming vata het vak of
bedrijf tegep ongelijke copcurr-eintii©
van bippein ep oneerlijke mededin
ging van buiten. Zelfs de gildeble,pa
lingen omtrept leerlingstelsel, loo|i
©n arbeidsduur st-opdein: met dit doel
in 't nauwste verband.
De modem© vakvereepigipg! daar
entegen. is de organisatie van. den
arbeid alleen, die zijp© hem ontno
men rechten weer wil veroveren op
het kapitaal. Die vakv-ereenigipg
kan natuurlijk niet tot doel komen:
bescherming van het bedrijf, al is
bar© actie, goed opgevat, in het be
lang van het bedrijf. Dl© bedrijfsrege
ling ligt in alndere hapdepzij moiet
op den duur worden, be invloed door
de modern© vakvereepigipg, maar
zal en kap. toch nimmer, als in de
oude gilde1, in haar kring getrokken
Worden, om! da eenvoudige redajn, dat
de oude gilde ee,ne organisatie was
Van de pat.roc.ns, vap de eigepaarsi
van het bedrijf, ©P de modern© vak
vereeniging, uitsluitepd bestaat uit
arbeiders van: geheel andere positie
en met geheel ander streven: dap
de gezellen uit vroegere tijdeta.
Dp modern© vakvereeniging heeft
niet tot doel het bedrijf te bescher
men, maar wel den bedrijfsgepoiot,
den modemep arbeider tegen het mo
derne kapitaal. Ep haar doel gaat
verder Zij. wil den stapd der arbei
ders verheffen cut voor den arbeid in
bet maatschappelijk leven de posi
tie te veroveren, welke dien voor-,
Paarasten factor in het voort brem
gingsproces rechtens toekomt Kaar-
mate zij1 har© macht ontwikkeld
maar ook op deze voorwaard© al
léén komt zij; dichter bij: het ka
pitaal
Het kan piet w-orden optkepd, dat
de moderne vakbeweging in werke-
lijkbeid is eene stapdsbewegipg, ter
wijl d© oude gild© mteer ©ene bedrijfs-
bewegiug was, Duidelijkerin de
oud© gilden w:as criterium, kenmerk,
richtsnoer, pupt, waar alles om
draaide: het vak of, bedrijf, in de
modern© vakvereenigipg is criteri
um: de economische machtspositie
Zoo ziet men, dat gild© lep moderpl©
vakvereepigipg in: weziep ep doel wiel
degelijk verschillend zijp iep verschil
lend mioetep! zijp: omdat de maat
schappelijke verhoudingen, wielke d>
ze organisaties behteerschep pu zoo
geheel anders zijp dap jp vroeger©
Ik schreefde moderne vakvere
niging is de vereiepigjpg! ©epjr klas
se, die eerst na en uit, het verval
der gilden geboren werd
Zeer duidelijk wordt dit als1 wij'
zien, hoe onmiddellijk padat de gil
den min of meer begopneP ba ont
aarden, eene wierkliedepbewiegipg is
ontstaan Tp-en de kans om vajn gezel
patroon te worden kleiner wierd ©n
het aap tal gezellen toePam; toep te
gelijk de bepalingen der gilden- meer
gingen in de richting va'n: patroops-
bescherming, kon de overheid piot
dan met groot© moeite „cosmplotte-
rijen" tegiepgaan, Stakingen en
„vuil''-verklaringen van werkplaat
sen kwamen in de 17a eeuw1 reeds
herhaaldelijk voor; de werklieden
begonnen zich te orgapisieerep tegen
over de gilden en zeker zou hunne
organisatie zich toep reeds ontwik
keld hebben t,ot w!at wij1 noemen de
modern© vakvereeniging, ware bet
niet, dat de overheid dit: streng te
genging door de wreedst© straffen.
Uit, dit feit en zeker uit hetgeen
er gebeurd is na het verdwijnen der
gilden, kan mep allerduidelijkst
zien, dat de moderne vakvereeniging
allerminst op één© lijn te stellen is
met, de oude gilde-
Evenals Atat-o-ine en apdere gezag
hebbende sociologen ip katholieken,
kring, me-ende ik onderscheid te moe
ten1 maken tuss-ch-en de modern© vak
vereeniging iep d-e beroepsorganisatie
der toekomst. Terwijl ik de eer-ste in
het eerste doel van het Handboek
der mod-erlne vakvereeniging in we
zen en doel Schiet-s-te, beloofde ik later
de -organisatie der toekomst te be
handelen. Sommig©sociologen ma
ken deze scheiding Piet- of niet vol
doende e-n gev-en daard-o-or onwille
keurig aanleiding tot groote ver
warring Het zou blv. leerzaam zijn
om eens na te gaan, Wat er nog
staande blijft van hetgeen geschre
ven ia o-ver vakyereenigipgien vp-o-r
ambtenaren, indien aap de opvatting
dezer sociologen wordt vastgehou
den
jWij moe-ten in opzien practischep
tijd met heide beenan op den grond
blijven staan Uit de organisaties
van den tegepw-oo-rdigien tijd in de
verschillende standen, zal zich in
verre toeko-mst, naar onze- overtui
ging, de publiekrechterlijke beroeps
organisatie ontwikk-eiep, iets wat
overeenstemt met de bedrijfsregeling
in den tijd der gild-en, doch dit mag
niet worden verward met -d-e m-oderpe
vakvereeniging van arbeiders.
Be verbinding der Schelde-oevors.
De „Nieuwe Gazet" van Antwerpen,
schrijft naar aanleiding van de benoe
ming van de commissie, ingesteld om
de verkeersmiddelen tusschen de Schel-
de-oevers voor Antwerpen te bestudee-
ren:
Volgens bet besluit der Kamer op
20 Mei, moet er niet meer gekozen
worden tusschen een transbórdeur en
een tunnel. De Kamer heelt de nood
zakelijkheid erkend van het een èn van
het ander. Zij wil dat de kwestie van
den tunnel ter studie worde gelegd,
maar meent dat het „een bekentenis
van onmacht zou zijn en tevens een
verloochening van de wetenschap, de
hangbrug van de hand te wijzen, zoo
lang het niet is bewezen, dat die hang
brug een wezenlijk gevaar voor de
scheepvaart oplevert."
Verder bevestigt zij haar besluit van
1906, dat er uiterlijk op 31 December
van dit jaar met de uitvoering van het
werk moet begonnen worden.
Met andere woorden: De Kamer
heeft er niets tegen, dat er eenmaal
een tunnel onder de Schelde worde
aangelegd, doch zij wil dat er intus-
schen gevolg gegeven worde aan haar
besluit van 1906, dat is te zeggen dat
er uiterlijk op 31 December 1909 met
den bouw van een transbórdeur worde
begonnen; tenzij.... tenzij er bewezen
worde, dat zoo'n transbórdeur wezen
lijk gevaar oplevert voor de scheep
vaart.
„Bewezen worde", zeggen we dus.
Maar, wie moet dat bewijzen? Toch de
Regeering-zèlve niet, als de Kamer
meent, dat het een verloochening van
de wetenschap zou zijn, den transbór
deur van de hand te wijzen. En dus
ook geen commissie, door de Regeering
ingesteld en op kosten van de Regee
ring.
De ware, eenvoudige beteekenis dei-
dagorde van de Kamer is: „Wij heb
ben in 1906 het bouwen van een over-
zetbak besloten; dit besluit willen wij
thans uitgevoerd zien voor Nieuwjaar.
Kan ons echter voor dien tijd iemand
bewijzen, dat wij ongelijk hebben ge
had en dat zulk overzetbak een gevaar
is voor de scheepvaart, dan zullen wij
het niet doen." -
Het gouvernement mocht dus wel een
commissie stichten om den tunnel te
besturen, doch onder geen voorwendsel
aan deze commissie opleggen, de geva
ren van den transbórdeur op te zoe
ken, gelijk zij nu gedaan heeft, om
te bewijzen dus, dat de Kamer onge
lijk heeft gehad.
Die ondankbare, domme taak mocht
niet anders dan voorbehouden blijven
aan hen, die van geen transbórdeur wil
len weten en koppig blijven opzwom
men tegen de openbare mee-ning, zoo
te Antwerpen, als in heel het land
van Waas.
De koning en de anarchist.
In zijn slotbrief over koning Alfonso
XIII, vertelt de Spaansche correspon
dent der „N. R. Ct." de volgende aar
dige anecdote over den jongen koning
van Spanje.
De koning en de koningin wandel
den in den omtrek van St. Sebastiaan
naar een naburig dorp, toen de koning,
die een sigarette opsteken wou (ver
moedelijk geen Spaansche, want hij
zal wel een beteren smaak hebben,....
evenals uw correspondent), merkte dat
hij bah, hoe prozaïsch voor een
vorst zijn lucifers vergeten had.
Bij een huisje langs den weg stond
een ongunstig uitziend individu te roo-
ken, en Alphonso ging hem, even den
hoed oplichtend, wat vuur vragen.
De man hield hem naar Spaansche
gewoonte, waar men zijn „eindje" nooit
uit de handen geeft zijn sigaret
voor.... Terwijl de koning opstak, her
kende hij in den kerel eensklaps een
der gevaarlijkste Spaansche anarchis
ten, iemand die voor de bom in de
Calle Mayor, zelfs, hoewel onschuldig,
eenige maanden in voorloopige hechte
nis gezeten had. En het individu, ook
hem herkennende, schrok hevig, werd
doodsbleek, en keek angstig rond zich,
om de vlucht te nemen.
Maar Alphonso glimlachend, pakt
hem bij een knoop van zijn jasje, met
de woorden: „Het spijt me ,dat -de
politie nu en dan vergissingen maakt
en onschuldigen gevangen neemt, in
plaats van schuldigen, die zij maar
al te dikwijls ontsnappen laat. Maar ik
dank u, dat ge zoo welwillend waart,
mij vuur te geven...."
En glimlachend nam hij uit de hand
der koningin een roos en bood haar
den anarchist.... die haar verbluft aan
nam.
Terwijl Alphonso, groetend, zijn
vrouw een arm gaf en verder wandel
de ,met het vuur van een anarchist
in zijn sigaret ging deze langzaam
naar binnen, de koninklijke bloem in
-water zetten.
En wordt, als koning, zóó nu eens'
niet populair!
Blijf d&n maar eens anarchist!
Een roman.
Te Moskou was voor eenige maanden
het drie-jarig dochtertje van een dame
van goeden huize plotseling spoorloos
verdwenen. Alle onderzoek bleef vruch
teloos, zoodat men ten slotte wel moest
gelooven, dat het kind door een onge
luk om het leven was gekomen.
Dezer dagen begaf zich de bedroefde
moeder met een vriendin naar een na
burig klooster, om voor het verloren
kind te bidden. Onderweg ontmoette
zij een bedelares, met een in lompen
gehuld kind op denarm, die haar een
aalmoes vroeg. Zij gaf haar eenig geld,
zeggende:
„Bid dan voor mijn gestorven kind."
Op den klank van haar stem draaide
het kind zich plotseling om, stak de
armpjes uit en riep: „Moeder, moe
der!" Het was het verloren gewaande
kind, dat blind was en de moeder aan
den klank der stem herkend had. Het
onderzoek, dat naar aanleiding hiervan
werd ingesteld, leidde tot een gruwelijke
ontdekking. Een troep bedelaars uit
een dorpje in de nabijheid van Moskou
bleek herhaaldelijk in het gewoel der
stad kinderen te stelen, om ze op de
een of andere wijze te verminken en al
dus de vrijgevigheid der voorbijgangers
uit te lokken. Ook dit kind bleek een
der slachtoffers te zijn.
Wantoestanden op oen rijkswerf.
Ue heer Jan de Boer t-e- Callapfa-
o-og zendt- 't Handelsblad nogmaals
een uitvoerig stuk over de waptoe-
-standen op het rijkswerk benoord-ep
'Groot© Keieten' (gemeente Oallants-
oog) n 1. bij de dammen, die daar
t-ot verdediging van d© 'Noordzeekust
gelegd worden door de aannemers
firma J van der Plas te Hardinx-
veld
Zijn eerste stuk beeft ziijn doel be
reikt, want reeds Maandag j 1. 19
Juli, kwam daar d-e heer inspieeteur-
generaal, begleleid van eenige an
d-ere b-eeren, om bet onderzoek te
beginnen,
De beer D-e Boer 'herstelt dan e-en
onwaarheid uit zijn voirig st-uk Er
staat daar dat met een. stukje rijs-
b-eslag niet volgens bestek werd ge
handeld, en dat aep rijksarbeider dit
zag en toeliet De directie verklaar
de echter, dat wat m'et dat stukje
rijsb-eslag is geschied, op- baar last
gebe-urd-e Bedoelden rijksarbeider
treft dus geen blaam, daar hij: op
dracht had te handelen, z.ooals hij-
deed
De schrijver verklaart dan, dat
hij nog geep definitief antwoord
heeft kunpep krijgeln ppi de vraag,
of de regeering goedkeurt wat o>p dit
werk gebeurt Hij- mieent, dat d© aan
nemers: hier alles, van hpn arbeiders
gedaau kunnen krijg© i, en dat d-ez©
o-ok ni-e-t klagen uit vrees voqr ont
slag ©n vermeldt, dat de aanpemers
niet, zooals ge-wooplijk, eerst, de ar
beiders van elders en daarna die nit
de plaats1 van het werk zelf ontslaan,
maar nu b-egipnep met het eerst Gal
lant soog-ers t-a ontslaap Omdat zij
vermoed-en (z-opalsi een der aanne
mers aan: schrijver zei,) dat Cal-
lantso-ogjscfae arbeiders inlichtingen'
vo-or zijne artikelen hebben ge-giev-ep,
JU,at de toestand in de arbeiders
keten betreft, die was na sehrij-
ver's bezoek iets verbeterd. H-et was
-er ni-e-t zóó vies- en de wanden wa
ren dichter. Die vloer ontbrak er nog
steeds. Een der aannemers! hield
-een mooie speech om te doen uit-
ko-men, dat de arbeiders; geen vloer
wienscht-en en dat het toch eigenlijk
veel beter was zond-er vloer. .Waar
geep vl-oer is, is: ook geep ongedierte,
zoo heette het -ongeveer. In de aap-
nlemerskeet was echter wiel e©n
vloer. Het- drinkwater was wat
heter.
De Trappisten van Tilburg
Men schrijft, va,n betrouwbare zij
de- aan 't „Huisgezin"
D© zooveel geruchtmakende zaak
lo-opt ten ©inde Het klooster der
Trappist-en is verzegeld; alleen ip
de stallen zijn pog ©enige arbeiders
in diepst om het vee te verzorgen
Dit geschiedt echter ni-et op last van
den ex-abt, die zich meit niets meer
bemoeit -en totaal niets vap zich
laat hooren, do-ch op hevel vap dep
rector der Trappistipnen te Bjojxtel,
pater jVipceptiusi.
Nog acht dagep zullep de arbei
ders in1 diepst gehopdep wordenlaat
dap de ex-abt pojg nietsi vap' zich
hooren, dan zullen ook zij' de werk
zaamheden. stakep. Wat er dap zal
moeten gebeuren, weet mep pog piet,
doch het gerucht loopt, dat dan de
wereldlijke overheid tusschenbeid©
zal kompn ep beslag zal leggen op
de abdij, als zijpd© onbeheerd goed.
Mep begrijpt de houding van den
ex-abt niet. Mien kap alleen zijp
houding verklaren door aap te ne
men, dat hij ernstig ziek is of on
verschillig voor alles is geworden.
Het schijnt ook, dat zijn sehuld-
eischers hem niet failliet kupmep]
verklaren, daar de ex-abt steeds al
zijn verplichtingen tegepover dezeP
heeft nageko-mien ep altijd op tijd
de r-entep heeft betaald.
Thans weet men ook zieker, dat de
-ex-abt indertijd wiel het plan heeft
gehad naar Home te vtertrekken, om
daar zijn zaak uiteen te zetten
doch in Brussel onderbrak hij zijn
reis ep begaf zich naar zijp familie
te Berchem, daar de abt vap een
Trappistenklooster in België, die
vroeger steeds zeer bevriend was ge
weest met den abt Verbruggen, hem
was nagereisd en hem, op- aanmaning
van den abt van Catzberg, gewezen
had op het vergeefscih© en nutte-
lo-oze van zijn reis naar B-ome, waar
m-ern hem t-oeh niet zou ontvapgep',
Uit, Borne is order gekomen, den
paters en Broeders Trappisten uit
de abdij vap Tilburg, die wetens en
willens in den b-egipn© met den ex-
abt ip zijn verzet tegen Eome zijn
meegegaan, zware penitenties o-p te
leggen:
Het staat thans vast, dat de- Trap
pisten nimmer meer zullen terug-
ke-eren in de abdij. Wat met het
groot© en prachtige klooster zal ge
beuren, weet men natuurlijk nog
niet, doch door haar' bouw: en ligging
is de abdij slechts voor zeer weinige
kloosterorden geschikt.
Door sommigen, die- niet met de
zaak op- de hoogte zijp en oppervlak
kig* oordeelen, wordt de houding van
Borne in deze kwestie gelaakt Die
van d© kloostergoederen, wist Bom©
geeft ©erst d-en abt beviel, afstand te
do©n vap de kl-oosterbezittingep, die
Op zij'n naam staan, doch later, toen.
uitlekte, dat er meer schuld dan be
zit was, trok Bo-me zijn bevel in
ep wild© niet meer, dat d-e abt de
goederen op de- kl oos ter gemeen te zou
overdragen
Deze voorstelling is echter geheel
en al onjuist.
Beeds jaren heeft Bom© getracht,
c«m zeer gegronde redeniep, den abt
te ontslaan. T-o-en pu vooreelaige
maapdep Bom© dep abt optsloeg ep
hem teven-s beval, afstand te doep
van den kloostergoederen, wist Bom©
heel goed, hoe h-et stopd met de
financiën,.
Be geestelijke p-vetheid, die met
de regeling* dezer zaak belast was,
wist t-oen zeer wel, dat er meier
schuld dan bezit was, ep B-ome stel
de- den abt voor, alle schulden en
bezittingen over t© pemep, i|i de
hoop, dat de zaak niet publiek zou
worden en pm een schandaal te ver
mijden De abt weigerde echter halsr
starrig; en toep de zaak toch eenmaal
was uitgelekt, had Bom© geen rediep
meer, n-o-g verder met den abt te on
derhandelen ep brak zij met dezen
alle betrekkingen af.
Aldus heeft- d-e zaak zich toegedra
gen,.
De- in- en uitbreker. Men meldt
uit Breda, dat Thomas, de bekende in
breker-uitbreker, te Breda is aangeko
men en naar het huis van bewaring
overgebracht.
i Met messteken overdekt. Te Maas
tricht is zekere T. niet messteken over
dekt in levensgevaarlijken toestand
aangetroffen. De vermoedelijke dader,
dien men op het spoor is, is voort
vluchtig.
„Schoenpoetsen, mijnheer". Op de
Tilburgsche tentoonstelling kwam een
jongetje van de „Nugget polish" op
den Prins af en vroeg parmantig of hij
diens laarzen mocht poetsen. Met een
grappig gezicht liet de Prins zich' die
attentie welgevallen. Toen een zijnen
laarzen glom als een spiegel, maakte
Z. K. H. er zich lachend verder af.
De dappere jongen kreeg van den ad
judant een flinke fooi.
Verdronken. Gisterenmiddag ge
raakte het 3-jarig dochtertje van den
arbeider M- P-, te Ouderkerk a. d.
IJssel, aan den Kerkweg in eene sloot.
Hoewel het kind er spoedig uit werd
gehaald, gelukte het niet de levens
geesten weer op te wekken.
Verloren voorwerp. Een gezette^
chique uitgedoste dame komt heel fleg
matiek, en toch een beetje ontsteld het
bureau van gevonden voorwerpen te
Nijmegen op.
„Mijnheer, ik heb mijn beurs verlo
ren, met 50 gulden er in."
„Dat is erg voor u. Maar waar bent
u overal geweest?"
„Molenstraat, Broerstraat, Burcht
straat, Markt, en nu ziet u mij hier."
„Inkoopen gedaan?" klonk het heel
lakoniek.
„Ja zeker, en alles uit mijn porte-
monnaie betaald."
„Op de Markt iets gekocht?"
„Ja mijnheer, fruit, en ook daar bo
ter bij de visch gegeven."
„Dus uw beurs is weg. Hebt u alles
wel goed doorzocht?"
„Bepaald, maar niets gevonden."
„Ook uw handtaschjes doorgezien?"
De dame had twee reticules bij zich.
„O ja, mijnheer. Ik wil nog wel
eens kijken."
Nu iets zenuwachtig grijpt de be
vende hand naar de taSchjes.
Verwondering tegelijk met vreugde
teekent zich op het volle, kleurige ge
zicht
Bovenop in de handtasch ligt de ver
miste beurs, waarom al die drukte ge
maakt werd, en angst doorstaan was.
De zorgvuldige beambte voor de ge
vonden voorwerpen lachte, de dame
mompelde in zich zelf en trippelde heen
met de „vermiste" beurs.
Dinsdag 27 Juli. (vm. 8 u.)
Plaatsen.
jin 24 uur
hoog. 1 iaag.
Amstebdam.
Kanaalwater.
Lobit
11 86
0.-
0.16
8u 0.49 MAP.
Nijmegen
9.43
0.—
0.14
12 §0.49
Arnhem
9.44
0.-
0.14
Stadswater.
Vreeswijk
2.24
0.—
0.09
8u 0.49 MAP
Kempen
0.54
0.06
0.05
ArMtelwater.
Grave
6.74
0.—
0.12
Zuid.zeevtater
AndrMaas
3.10
0.-
0.05
8u 0,21 MAP
Amsterdam, 27
per 100 K G.
Raapolie.
Vliegend
In de stad
Mei
Sept./Dec.
Lijnolie.
Vliegend
In de stad
Juli. Olienoteering
Aug
Sept./Dec.
Jan./A pril..
27 Juli
f
n
I 271/s
25 25'/8
243 g
26 Juli.
f 29i '2 291/4
273/4
273/4
25'/, 251/4
25'/42525i/8
245,8
n 248/s24V2
Vraag: Mijn biljet voor deperso-
neele belasting geeft in hoofdsom aan
f 13.20.
Ie. Tegen welke huurwaarde is het
perceel (winkelhuis) berekend?
2e. Hoe komt het, dat ojl een billet
uitgereikt in April voor de gemeente
50 opcenten en op dat uitgereikt Juli
70 opcenten berekend worden
A n t.Op 't kantoor der belastin
gen in de Kleine Houtstraat gelieve
u zich te vervoegen. Men deelde ons
mede, dat men u volledig zal inlich
ten.
Vraag: Bestaat er in Nederland
een R K, Inrichting, waar jongens
kosteloos ter verbetering kunnen wor
den opgeleid?
(Naar het EngekcJij
19)
Gij kunt die spreekbuis, welke toch
eigenlijk ©nvoldoepd.© ik; wel ver
laten, en de gang inslaan au 1 uw
luchterhand, als; gij: door de kleine
deur gaat- iu den hoek van de ka
mer
Als gij die gang, die ©en twaalf
tal passen- lang is, doorloopt, komt
gij voor een trap, die naar mijn
eigen kamers leidt waar ik u gaarne
persoonlijk zal ontmo©t©n,
Ik gehoiorzaaamde deze aanwijzin
gen; onvoorwaardelijk. Dloor een lag-a
deur kwam ik in -een lage- nauwe
gang, welke ik door liep. D|e gang
tvferd onzeker verlicht door een bo
venlicht dat echter sterk genoeg was
'°to te kunpep: opmerken, dat daar
dezelfde wteelde heerschte als in d©
hieeste andere kametrsi vap dit ge
heimzinnig onderaardse!) verblijf
'Ui© trap eindigde bij ©en zware deur,
Wnlke zonder eenige drukking vap
'mlve openging, zoo-dra mijp voet op
de laatste trede rustte
Ik stond verbaasd, toep ik de ka
mer zag waarin ik binnentrad. Ver
beeldt u een studeerkamer, het stu
deervertrek van ©en man, die all-es
bezit, wat- de fijnvoelende smaak van
een kunstenaar o-f letterkundig*© kap
istre-elen Die met e-ikenhout bekl©e-
de muren waren toit halverh-o-ogt?
met boeken gevuld, en boven dj lam-
briz-e-ering hingen zeldzame schilde
rijen Dit alles vertel ik nu v-ele-
jaren later dan h-et gebeurd is; en
daarom kan men be-grijpen, dat mijn
aandacht vooral door ee-n d-er schil
derijen w-erd gekluisterd
- Ja, dat is The Dluchess (.De
Hertogin") zei de zacht© stem, dio
mij: nu reeds bekend geworden was.
„Ik was een groot bewonderaar van,
die schilderij en toen ik dus- een
gelegenheid kreeg o-m haar machtig
te word©n, nam ik, ze. Ik kan het
niet- vap mij verkrijgen, om er af
stand te do-ende schilderij is z-00
volmaakt,"
Het was de- echte Duohéss, welks
verlies opschudding veroorzaakte in
de geheela wereld En terwijl 'de
Britsch© detectives de geheel-e- we
reld afzochten tan het meesterstuk:
t-erug' te vinden, hing h-et kalmpjes
aan den muur van een kupstli©ven-
den misdadiger, die de schilderij al
leen om haar artistieke waarde be
hield
Ik draaide mij om, te-n einde mijn
gastheer t© z jen, doch ik wierd teleur
gesteld Hij was zorgvuldig gemas
kerd cm de zeer wijde kamerrok diep
hij droeg verborg zijn lichaamsbouw-
geheel ©n al Hij koin lang en duP
zijn, maar evenzeer dik -ep kort
ik kon dat bij g.-e©n mogelijkheid uit
maken. D© spaarzaam v-erlichté ka
mer drqeg er nog- toe bij, o-m de
vermomming meer v-olkomen te ma
ken,
Ga zitten, mijnheer, zei de hof
felijk© stem achter het masker,
„Wilt ge iets gebruiken'? D|i© w'ijp
komt uit de kelders, van dep hertog
van hij schat ze op 70 gulden
de fle-sch De wijn is óp- z'p minst
t-we-e honderd jaar oud, maar ik
h-e-b een z wak vo-or goeden wijn:
en ik nam de-ze mede
Ik bracht een glas met den heer
lijken drank naar mijn lippep en
op-end© mijn oogen wijd hij den uit-
gezcchten geur van dep wijn Ik heb
nooit in mijn leven iets .gedronken,
dat in de verte haalde bijl dezen
koste-lijken drank,
Gij zult mij- mijn vermomming
wel willen vergeven", zei Cardmoin,
terwijl hij voor zich zeiven in-schonk
Maar het is absoluut noodzakelijk
ik ben er als, h-et war© toe gedwon
gen Hoewel ik zeer voel vertrouwen'
in uw eerlijkheid stel, Miontagu©;
daar kan eens een tijd komen, dat
gij, als ge wist wie en' w:at ik ben,
in de war zondt kunnen rakep en
uw verbazing uitdrukken
Dit kop noodlottig wórden1 voor
onze pi au,nep Gij' moet wieiteja', dat
ik mij in verschillende gez-elschap-
pen beweeg, waar ik eep naam draag,
dia n o-gal geëerd woirdt, E:n als gij
mij daar zoudt ontmoeten, kondt gij
misschien mij of u zeiven verraden.
Daarom b-em ik gemaskerd ep draag
ik den kamerrok, diep gij' ziet."
D;aar was niet- o-p te antwoorden
ik bleef dus zwijgen. Cardmon stopd
vermoeid o-p, en ging naar een prach
tig gesneden kabinet, dat voorheen
een sieraad had uitgemaakt vap e©n
z.aal in ©en koningspaleis. Uit die
kast nam hp brood en ©an andere
wijn en zette een maal pedjer op- -eep
zijtafel
„Niemand wordt onder w-elk
voorwen dsel ook in d-eze kamer toe
gelaten", lichtte hij mij1 verder in
Maar wijl ik w-en-sch, djat gij mijn
-secretaris wordt, maak ik te uwen
behoeve een uitzondering. Tusschep
twee haakjes, ik had van morgen
e-en kleine moeilijkheid in Horatius.
Ik geloof, naar alles' wat ik van u
heb gehoord, dat gijl goed thuis zijt
in Ho-ratius Gij, mijn best© Mop-
t-agu-e, zult ge-makkelijk begrijpen,
dat ik, ofschoon ik d-oior de wereld
-een misdadiger wordt genoemd, nog
lust heb de- genoegens- des ley-eps te
ge-nieten Maar laat oins daar niet
langer over spreken. Ik heb een plan
bedacht, dat gij nog dezer dagten
kunt ujtvoeren. Gij moest eens be
proeven het bijkantoor ip de Oxford-
street van de „LondoP apd Hompi©
Counties Bank" te- plupderep."
Ik viel achterover in mijn stoel
van verbazing,, Deze was zoo groot,
omdat Cardmon mij dit ontzettende
voorstel had gedaan alsof hij mij had
gevraagd mede te eten aan een heer
lijk l-everpasteitje,
„Het is geen groot© ondsrne-
ming zeid-e- hij met ©enig© mjpach-
ting Inderdaad is- het ©enigszins eep
geringschattepde opdracht voor eep
man van uwe bekwaamheden, maar
ook in het kleine leert mep: den
mensch kennen; ep ik zou gaarne
weten, welke talenten gij bezit Als
gij scherpzinnigheid en durf' aan dep
dag* legt, zult gij natuurlijk later
met zaken, die meer scherpzinpif?-
heid eischen belast worden. Zie e-eps
terwijl, ik nu hier z-oo zit, heb ik een
plan gevormd om de jnwe-elen uit
den Tower machtig te worden, maar
dit plan is nog zeer vaag, en ik zal
no-g meermalen de plaats mioetan, on
derzoeken, ©er ik het ten uitvoer
kan brengep. Ep ook denk ik, dat
bet u genoegen zal doen te hooren,
dat ik bijna geheel klaar ben met
een plan van inbraak bij- Hoggep-
heime-r en Arupsteip, die, naar ik
v-ern omen heb, in de eerste plaats
verantwoordelijk zijp voor pw val
Ik zal de zaak in uw© handen gevep,
z-ocdra ik een bewijs vap uw handig
heid heb gekregen."
Cardmon haalde een velletje pa
pier te voorschijn, en raadpleegde
zorgvuldig! wat daarop stond. D|aar-
na pam hij- eep groot dienstboek uit
eep lade, ©p liet .er zijn vinger over
op en neer glijdep.
„Five' en „Sevep" (Zeven) zijn
o-p dit 00-genblik bij de hand," zei
hij langzaam „Ik zou u daarbij nog
„Thirteen" (Dertien) en „Tlwenty-
One' (Eiep en; twiptig) kuppen g;e-
ven, Tusschen twee haakjes, gij zijt
hier ingeschreven als „Ope Hundred
and Twenty Three" (Hopdexd drie
en twintig), „Five" is eep zeer be
kwaam leider, maar ik wensch, dat
gij nu de leiding iu de zaak neemt,
om wat ondervinding "op te doen.
Maar „Five" zal steeds aan uw zijde
staan om u in eep oogcnblik van
gevaar raad te geven.
Nu, mijn plan is als volgt: Gij
moet .zoo aanstonds naar de Bank
gaan. Het is vandaag nogal mistig,
zooals ge wel zult hebben opge
merkt, en zulk weer is bijzopder gun
stig voor uwe taak.
„Gij! moet naar de Bank gaan en
deze chèque van duizend pond ster
ling presenteeren, met de verklaring
dat gij van plan zijt, het bedrag in
deposito te geven en ©en rekeniig-
courant met de Bank te opePen Ter
zelfder tijd moet gij den bediende die
u te woord staak dit kaartje over
handigen."
Cardmon haalde een cheque vap
duizend pond sterling op de Bank
vap Engelapd ep eejo. visitekaartje
voor den dag,
(Wordt vervolgd.).