Rjk FLORA. Stadsnieuws. Vragenbus. Posterijen en Telegrafie. Koloniën. Landbouw en Visscherij. Kerkberichten. fun: 0 kWooder Job Me Gemeentezaken. Rechtszaken. Van onze Rechtbank. SCHOTEN. HEEMSKERK. U tlotingen *r Jeugd mogen voorzeker met reent sen gerekend ■worden. Sappige vruchten. j 01 de meest geliefde vruchten "Jeugd me jjraambes. lar C' zlrarzoste dezer vruchten is er .9,°^ bepaald zeer aangenaam, Tnc ze^er de zuiverheid der 'ea? me(^e Emnlokken. Maar bo- (j^men zal ook niet weinig daartoe la» - ,aan het „bramen zoeken" te f?nrs dan ook voor vele kinde in re.C|ht een genotvolle uitspan- agen het genotvolle van het 'oiftej. ea dier vruchten. P een schoonen dag in de|n |na- *ordt. die nog meer gewaardeerd "aa iu' Waar er volle vrijheid is, om J- hartelust rond te loopen en ïohd ^walen. ElJ(iliet alleen jongerep, maa,r ook in !!rea verlustigen zich nog gaarne 5e k0o'n. «dagje buiten", daar dan 2a, ?er'ijk smakende vruchten op- ^j .'dende. die later gemeenschap- dlk worden verorberd. ,v °e aantrekkelijk is die vrijheid d;,"' pud en jong, gebonden als allen •MVltL. i.eu 113—w ïerf zulke heerlijke oogenblikken fills zijn in ons maatschappelijk bleven. En het verwekt alleen ing, idat niet ieder ineer ge "Qêt, om z:ic;h te vermeien in ij^ee, zuivere buitenlucht, te mid- Van bloemen en vogels, zich af s. J°e verlustigende in de bekoor- Q^eden van het landschap. e "ze wildgroeiende bramen noodi- --en e gasten dan ook dikwijls aan L dyelvoorz'ienen disch. Tal van Uj|3hjke violet-zwarte vruchten zijn 6ti ^stald aa.n de doornige takken is de gastvrouw, door dit laat- a,i juist niet bijzonder aantrek- de vruchten zitten gewoon- g genoeg naar buiten om zonder :'ar geplukt te kunnen worden, hi u fraaist zijn in den regel die te/ ten, die door den zonnegloed "rende het grootste deel van den l gestoofd zijn, deze zijn ook het t„ d en daardoor het meest be- j 'halve in onze duinen zijln de hen ook langs bosehra.nden, lajngs .Sen, qqJ^ en haar op de heide, vcoral op hooge gronden aan J jfeffen. Het zijn verschillende (errten, die nu juist, niet z!oo op 't ej ,.e gezicht uiteen zijn te houden v te door den bramenzoeker in den dan ook maar allen over één oj" geschoren worden. Wij zullen dan ook op, 't oogenblik in deze iFtenlijst niet verder verdiepen. Ie, u Mgemeenheid van dezie vruch- 2al zeker wel oorzaak mede, ge- zijn, dat- men ze niet in cul- nam. Een vruchtstruik, die z,i,cih ij uitstek op onze gronden thuis Q,elt, zal toch zeker bij eenige ?evi 'et de verpleging, ook nog wel in Vu» baarheid toenemen en ik ge- dan ook stellig, dat men het v V'el eens mee kon probeeren, al men er op verdacht zijn, onze „0'1 een beetje in toom te houden, <>t) l' ibet uitsnijden van oude takken vjVa-n zulke, die overbodig zijn. oh, ..zijn "Le bramen sedert over- ■,j, tijden bekend en ook heeft men Menigmaal als geneesmiddel ge- mt, maar tot eigenlijke cultuur j(0" deze bramen is het nooit, ge- ;.'"en. Misschien wel, omdat men "uiten zoo gemakkelijk zonder kon machtig worden, befi overigens de verzorging be- deze is bepaald zeer gering. nr> herfst geeft men de planten ij;'' flinke bemesting met kompost, men op den grond rondom de "ik kan strooien of iets onderwer- lJ1' terwijl de planten in het voor in"' dankbaar zijn voor een gierbe- Ag, af' en toe, vooral opi regen- ?flge dagen, toegediend. Ij bovendien moet- men zorgen voor m verwijderen va,n de overtollige (i a8els en zoo af en toe de lange «gels, iets inkorten, dmar de rijkdragendheid der strui- ii(« door een oordeelkundige behan- !'ÖS zeer bevorderd wordt, wil ik ^jJl0|Ver nog het een en ander z,eg- braambes draagt alleen aan r]j(i Voor jarige hout. Ete scheuten, la den zomer opschieten, dra- dat aar geen bloemen, maar A1 bet volgend jaar. Men moet "meiie dus rekening houden. Ging (,Jrü 'bk jaar de plant, tot aan den ^oe atisnij|den, dan zou men y geen vruchten verkrijgen. 'd-e oogst is afgeloopen, wor- 'de afgedi-agen scheuten, die toch th ^en, tot even boven den gro,nd 't^neden. Ook kan men dat in i,$ ,°dgend voorjaar doen, maar het Vf„ "ter, dat tijidig in den herfst te Jmhten. ko, at de tijd van planten betreft, liG^llleQ de braambessen zoowel iin Wa v°orjaar als in den herfst, ge- tij^t worden. Toch zal deze laatste '.vcoral a.ls het niet te laat in dic> "erfst is, zeker de voorkeur ver- tu "ep, waar het klimaat niet a,l te lu is- Mi ;,ea nrcet bij het, planten vooral oogen letten, die zien boven Ij) den wortelhals bevinden. IJ'eze «CC CUA11 u C/ - ÖGli WVJi'VLCJ.l. VC/tAUCCi- 1v(;|door worteluitloopei-s, door de()| dstokken, door afleggers, en ook aj I za.aiing. JDlit laatste wordt voor- V(>(,if;(!8epast, om nieuwe soorten te bcjh'dg.en. Eie vermeerdering door liju^miUoopers is wel het gemakke- deyj Wenseht, men geen vermeer- '<a] d door de wörteluitloopers, dan je sf"en goed doen, deze steeds af kojd "ken, daar het anders binne'n V>..ifljd vrij wel een wildernis Waarmee men niet veel kan smQen H. J. L YOKE AM A. Het werkliedcnreglomcnt. Deheeren Middelkoop en Modoo stel len in 't concept-werkliedenreglement een wijziging voor op Art. 20, welke wijziging <loor de Raadscommissie even wel is overgenomen. Deze Raadscom missie, bestaande uit de heeren: Joh. de Breuk, J. N. J. E. Tbijsscn, Vin cent Loosjes en J. H. Thiel, hebben eenige wijzigingen op het door B. en W. geconcipieerde werkliedenregle ment ingediend. De Commissie acht het noodig, nu 't aantal „losse" arbeiders vrij groot is, dat een maatregel ten behoeve van deze werklieden getroffen wordt en zij: stellen voor: „Losse werklieden, welke bij de in voering van dit Reglement in dienst „der gemeente zijn, kunnen door B. „en W. binnen drie maanden na die in voering voor vast worden aangesteld, „ook indien de betrokken werklieden „niet voldoen aan de eischen, gesteld bij art. 5 van dit Reglement." De Commissie blijft vasthouden aan het criterium, dat zij voor het begrip „losse" arbeiders heeft aangenomen, den tijdelijk en aard namelijk der te verrichten diensten. Dat t ij d e 1 ij k e diensten zich kunnen herhalen, doet aan de juistheid van die opvatting niet te kort. Art. 8 wenscht de Commissie te wij zigen als volgt: „De werklieden zijn verplicht zoo „noodig tijdelijk andere functiën te ver- „richten, dan waarvoor zij zijn aan gesteld, en, indien hun dit door of „namens Burgemeester en Wethouders' „wordt gelast tijdelijk werkzaamheden „te verrichten bij een anderen tak van: „dienst. Door deze wijziging wordt eene, last geving van B. en W. overbodig ge maakt, voor het gevat een werkman bij zijn eigen tak van dienst tijdelijk andere werkzaamheden heeft te ver richten. Tot eene wijziging van dit artikel, die opdracht van andere werkzaam heden ingeval van werkstaking onmogelijk zou maken, vindt de Com missie geen vrijheid. Het komt haar voor, dat „werkstaking" in gemeente lijke bedrijven onder alle omstandig heden is af te keuren. Tegen eene aanvulling van Art. 9 in dezer voege, dat ook aan werklieden- organisaties de gelegenheid wordt ge geven om algemeene belangen der werklieden met de hoofden der takken van dienst te bespreken, heeft de Com- missie geen bezwaar. Zij stelt mits dien de volgende redactie van art. 9 voor „Ten minste éénmaal per week zal „op onder goedkeuring van B. en W. „te bepalen tijd en wijze, aan iederen „werkman de gelegenheid worden gei- „geven, om aan den hoofdambtenaar „van den tak van dienst, waarbij hij „werkzaam is, mededeeling te doen van „klachten, of van bezwaren betreffen- „de de regeling van den dienst te zijnen „opzichte. „Op gelijke wijze zal aan besturen „van Gemccntewcrkliedenvereenigingen „do gelegenheid worden gegeven, om „algemeene belangen der werklieden bij „de hoofdambtenaren van de verschil lende takken van dienst voor te dra- ,:gen" Art. 10 vereischt eenige aanvulling: „De werklieden mogen zonder ver dunning van B. en W. geen handel „of nering uitoefenen, noch loonarbeid „voor derden verrichten, ook niet in „den tijd, waarin de Gemeente hunne „diensten niet vordert." De opmerkingen gemaakt naar aan leiding der door de Commissie voorge stelde regeling van ziekengeld, hebben in de Commissie een punt van ern stige overweging uitgemaakt. Zij er kent, dat uitbetaling van vol loon als ziekengeld simulatie in de hand kan werken. Zij vindt echter geene rede nen, haar oorspronkelijk oordeel te wij zigen. Wel zoude zij het nuttig achten, in dien alle ziektegevallen vanwege B. en W. door een geneesheer zouden wor den gecontroleerd. Voor het geval tot het instellen van eene dergelijke con- tröle mocht worden besloten, is art. 26 eenigszins gewijzigd. Tevens is de regeling der inzending van geneeskun dige verklaringen eenigermate vereen voudigd. Zij stelt thans van art. 26 de volgende redactie voor: „Bij afwezigheid wegens ongesteldheid „moet de werkman zoo spoedig doen lijk zijnen hoofdambtenaar daarvan „verwittigen en voorts binnen uiterlijk „acht dagen en verder zoo dikwijls de „hoofdambtenaar zulks noodig acht, een „gedagtcekende geneeskundige verkla ring aan dezen overleggen. „De werkman, die door ziekte zijn „werk verzuimt, is verplicht een van „gemeentewege ,aan te wijzen genees kundige in zijn woning te ontvangen „en zich aan een onderzoek doordien „geneeskundige te onderwerpen. „Het loon wordt niet uitbetaald: „a. bij gebrek van inzending binnen „den gestelden termijn van de in het „eerste lid in de eerste plaats bedoel- „de verklaring over den geheelen duur „der afwezigheid; „b. hij gebreke van inzending binrfen „den door den hoofdambtenaar te stel- „len termijn van de in het 'eerste lid „in de tweede plaats bedoelde ver klaring, met ingang van den dag, „volgende op het einde van den gestel ken termijn; „c. wanneer de werkman het in het „tweede lid vervatte voorschrift over-i „treedt, met ingang van den dag,, „waarop hij den gemeente-geneeskun- „dige niet heeft ontvangen of zhch aan „Hiens onderzoek niet heeft onderwor- „pen; „d. wanneer de werkman de hem ge- „gegeven geneeskundige voorschriften „niet in acht neemt, met ingang van „den dag, waarop die voorschriften ge- „geven zijn. „Het in het derde lid bepaalde blijft „buiten toepassing, voorzoover de be srokken werkman ten genoege van B. „en W. aantoont, dat hij niet in de „mogelijkheid heeft verkeerd, om aan „de gestelde voorschriften te voldoen.," Ondanks de gemaakte opmerkingen blijft de Commissie van oordeel, dat geldstraffen niet moeten worden op gelegd. Eveneens meent zij te moeten vasthouden aap hare meening, dat het scheidsgerecht, zooals dat door de hee ren Van de Kamp c.s. is voorgesteld, in strijd is met de Gemeentewet. Van Mr. J. N. J. E. Thijssen, ontving de Commissie eene nota over dit punt, die hierna zal volgen. Een scheidsgerecht voor ge meentewerklieden mo gelijk of weilseheilijk? Betreffende deze vraag, of invoering van een scheidsgerecht voor gemeente- wreklieden mogelijk en wenschelijk is, heeft mr. Thijssen zooals wij reeds meldden ,een nota ingezonden. „Tegen de invoering v,an een scheids gerecht, dat bij de bestraffing van ge meente-werklieden bindende uitspraken zal kunnen geven, bestaan bij onderge- teekende de twee navolgende bezwaren: le. dat een zoodanig scheidsgerecht ten deele in strijd is met de letter' en overigens met den geest der Ge meentewet, 2e. dat door tie instelling van zooda nig scheidsgerecht de beslissing in za ken, het gemeentelijk beheer betreffen de, wordt opgedragen aan 'personen, staande buiten het Gemeentebestuur en buiten de gemeentelijke administratie. ad. 1. De vraag, of de. Gemeentewet de invoering van een scheidsgerecht met bindende uitspraken al dan niet gedoogt, is uit den aard der zaak van overwegend belang. Wanneer, gelijk ik zal trachten aan te toonen, de Wet zich verzet tegen de invoering van een zoodanig scheidsgerecht, is die in voering a priori veroordeeld. Strijdig nu met de letter der Ge meentewet is eene bepaling nu, om, in geval van schorsing, beroep op een scheidsgerecht toe te laten, daar toch artikel 179q der Gemeentewet de schorsing van alle uit de gemeentekas bezoldigde ambtenaren, welker schor sing van alle uit de gemeentekas be zoldigde ambtenaren, welker schor sing niet (bij de Wet) aan anderen is opgedragen, aan Burgemeester en Wet houders opdraagt, zonder van een be sluit tot schorsing hooger beroep op wie ook, toe te laten. Bij Koninklijk Besluit v.an 16 Juni 1902 (Staatsblad no. 115) is nog, in navolging vary vroegere Koninklijke Besluiten, eeno gemeente-verordening vernietigd, waar bij de schorsing van een ambtenaar werd overgelaten aan diens chef, en zulks omdat met het opdragen van schorsing aan anderen de Wet bedoelt: „die ambtenaren, waarvan de We t „de schorsing aan anderen heeft opt „gedragen." Strijd met den geest van de Wet ligt overigens in ieder systeem, waar bij de bevoegdheid om te ontslaan niet wordt overgelaten aan de autoriteit, die den betrokken ambtenaar heeft be noemd. Aandachtige lezing van art. 145 der Gemeentewet kan, jiaar de mee ning van ondergeteekende, bezwaarlijk tot eene andere opvatting leiden, voor al wanneer uitdrukkelijk staat voorge schreven dat de Raad de daar bedoel de, door hem benoemde, ambtenaren schorst en ontslaat. Op vorenstaande gronden heeft dan ook de Raad der gemeente Leiden in 1905 bij de behandeling van het Werk liedenreglement geweigerd een scheid-s- gerecht in te voeren. ad. 2. Acht ik alzoo op form eel e gron den een scheidsgerecht met beslissen- den slem ontoelaatbaar, ook practische motieven moeten m. i. van de invoe ring ervan weerhouden. Een werkgever, die de bevoegdheid mist in hoogste instantie te beslissen over het ontslag van zijn personeel, wordt in zijne bewegingen belemmerd. Zoowel bij de aanstelling als bij het ontslag van werklieden behoort hij zich in de eerste en voornaamste plaats door het belang van zijn bedrijf te doen leiden. Andere overwegingen, hoe( zwaarwichtig ook, moeten daarbij ach tergesteld worden. Deze stelling be hoeft m. i. geen nader bewijs, even min als deze, dat personen of licha men, geen direct belang hebbende hij bedoeld bedrijf,, minder tot een oordeel over aanstelling of ontslag bevoegd zijn, juist omdat zij zich minder zullen la ten leiden door het belang van den dienst, of althans dat belang minder goed zullen beseffen. Er is geen enkele r eden, waarom de ze stalling niet eveneens zou gefdeiï voor de Gemeente, die meer en meer als onderneemster van verschillende be drijven optreedt en dus ook als werk geefster. Zoolang de beslissing over het ontslaan van een werkman blijft aan een orgaan der Gemeente, bestaat er een waarborg dat het Gemeente belang steeds zal overwegen en bij het nemen v,an iedere beslissing den door- slae zal geven, waarbij toch alle voor zorgen tegen onbillijkheid van de zijde der Gemeente genomen kunnen worden. Laat men de beslissing aan een der de,'die buiten de gemeentelijke admi nistratie staat, dan valt de bovenge noemde waarborg weg en is de mo gelijkheid niet uitgesloten, dat over wegingen, liggende buiten het gemeente belang, den doorslag geven. Op beide voormelde gronden is on dergeteekende van gevoelen, dat een scheidsgerecht met beslissende uitspraak in zake ontslag van gemeente-werklie den niet mag worden toegelaten. (get.) J. N. J. E. THIJSSEN. Vraag. Mijn zoon is Juni 1909 23 iaar geworden en wil nu trou wen1 Ben ik verplicht daar bij te genwoordig te zijn'? Of kan ik mijn toestemming schriftelijk vervullen, zco ja, 'hoe moet ik dat inkleeiden? Of is het ook niet noodig een schrif telijk bewijs te geven, daar hij nu 23 jaar is? Antwoord. Uw' zoon, meerlderjarig zijnde, heeft uw toestemming niet meer noodig. Vraag. .Wanneer iemand met ideze leting aangeloot is, echter vanwege zijn studie en met het oog op het halen van een acte, gaarne een jaar uitstel weuscht, wanneer möethij dan een rekwest schrijven en moet dat dan op gezegeld papier gezet wor den Antwoord. U schrijft een rekwest op een zegel van 22V2 cent, zend het naar den Minister va,n Oorlog. (Brieven aan den Minister zijn port vrij). Een antwoord op een vraag. Diergelijke Hofjes bestaan wel te Haarlem, n.l. 't Hofje van Spöorwater, aan de Heerenstraat, 't Berensteinhofje. Te Leiden is ons niet bekend. Vraag. Als iemand goed heeft op afbetaling en de leverancier is fail liet. Aan wien moet dan 't geld we kelijks betaald worden. Antwoord. Aan den curator voor- loopig. Later ziult u er wel meer van hooren, hoe de zaken van den fail liet veiklaa:de wouiden afgewikkeld. Vraag. Moet een inwonende zoon, die dienstplichtig is, ook Hoofde lijke Omslag betalen Antwoord. Reeds lang in onze cou rant beantwoord. In den regel w'el als hij voldoende verdient. De dienst plicht heeft er niets mee te maken. Verder hangt veel af hoe de belas tingheffing ten uwent geregeld is. Een fijn heer! Voor onze rechtbank stond Donder dag o.m., zekere J. v. K., beschul digd van op zekeren dag in een café te Heemstede een verbazende opschud ding teweeg: te hebben gebracht. Hij sloeg de ruiten stuk, en zelfs een ta felblad in tweëen. Een persoon, die hem wilde kalmeeren, werd ernstig door hem mishandeld, en ten slotte heeft hij aan den veldwachter, die hem na veel hevig verzet meenam, een val- sehen naam opgegeven. 3 maanden werd tegen hem geëischt. Striiatseliamlaleii. Reeds zeer vele malen maakten wij melding van vechtpartijen en straat schenderijen, die vooral op Zondag avond, in de Groote Houtstraat plaats vinden. Zekere M. K., had kort geleden, in verregaansden staat van dronkenschap, een tweetal personen mishandeld midr- den op straat Tegen hem werd door het O. M. 10 weken geëischt. Lijst van onbestelbare brieven in de eerste helft der maand Augustus. BINNENLAND. B r i e v e nH. Giels, Mej. Annie Wol- da, Mej. de wed. Kroese, P. L. de Ruiter, Mej. A. de Boer, allen te Am sterdam; Hrds. Binger, v. Rekom? Arn hem; Tuien Pruisen, Baarn; v. d. Horst, H. van Orden, J. van Looij, C. Oosten dorp, allen Den Haag; H. G. v. d. Bergh, Mevr. Vijven, D. v. d. Kamp, Heer Reijnders, allen Haarlem; Th. En- selaar, IJmuiden; W. van Buren, La ren (N.-H.); J. Eik, Noordwolda; Mej. Roorda Jongbloed, R'dam; Hoogendijk, Vlaardingen; Verdegaal, Vogelsang; Crommelin, Wageningen; A. van Helen, waar 1 Briefkaarten: Boerleg, A. v. Riet, Anjelierstraat, Evert Veldman, Jan Sluis, allen A'dam; J. Sedel, J. H. Sprink, waar? Mej. P. de Jager, C. G. C. Erkelens, allen Den Haag; Mevr. Stomp, G. Kroonsbergen,. J. Cancinius, J. Leenhout, allen Haarlem; Raar, Mep- pelMej. L. C. van Veggel, R'daml Sneek; J. v. d. Heuvel, Vlaardingen; de Greip, Wormerveer 19?? BUITENLAND. Brieven: H. Leenk, H. Lies, Bar men, J. de Geus,: J- de Geus, J.de Geus, J. de Geus, J. J. de Geus, Ba- nama. Batavia. C. Heijligen, Dussel- dorf. J. J. van Maas, La Gucazauca. C. A. Honing, Ischl. J. Jany, Oranje City. Mevr. de Renesse de Duiven- boode, Paris. Wessels, Tanisbacks. C. A. Zijp, Tebri-Tinggi. De Meijer, Cou- roisie Wintherthun. Briefkaarten: Schwester Alm- ka v. d. Mooie, Berlin. Dr. Hananer As sam, Budapesth. F. Dijksel, California. A. E. van Groningen Schillen, Ham burg. Fraulein A. Gasman, Hijlburg. C. Scholten, Hijlburg. A. van IJzeren, Moritsdorf. A. E. van IJzeren, Morits- dorf. Mr. H. W. Brown, New Cleet- kooper. Mr. Stephenn Venzath. 14 Ge drukte stukken. Behoefte aan arbeiders. De „Java-Bode" schrijft: Wordt door de Handelsvereeniging te Amsterdam evenals door de talrijke an dere ondernemingen in den Oosthoek van Java, met spanning eene beschik king tegemoet gezien op het geruimen lijd door dat lichaam aan de regeering gedaan verzoek om aan de ten behoeve van de op de grens 'der residentiën Pasoeroean en Bezoeki gelegen uitge strekte suikeronderneming Djatiroto in de bevolkte streken van Zuid-Kedoe aangeworven werklieden kosteloos ver voer per Staatsspoor toe te staan naar wij vernemen doet zich eveneens gebrek aan werkvolk gevoelen bij de uitvoering van de nabij die onderne ming, in de afdeeling Dj ember der resi dentie Besoeki onderhanden zijnde groo te irrigatiewerken ter verbetering van de bevloeiing en afwatering in het Zui den dier afdeeling. De kosten van deze, als de Bedadoeng-werken aangeduide werken zijn geraamd op niet minder dan f 1.700.000, terwijl het te irrigee- ren gebied globaal geschat is op 34.000 bouws. De kleedbaas en zijn kleed. Men schrijft uit Friesland aan de „N Ct.:" Er heerscht in Frieslands bouwhoek tegenwoordig overal op veld en akker een drukke bedrijvigheid: bet is de tijd van den oogst. Het vlas wordt getrokken, het koren gezicht, de vroege aardappelen gedolven. Een en ander geeft handen vol werk en zet veel leven bij aan het in dezen tijd van het jaar zoo schoone en schilderachtige land schap met zijn overvloed van weelig opgroeiende gewassen en zijn velden met rijken oogst beladen. Als men, zooals wij dat dezer dageo deden, rustig voortpeddelt op zijn onvermoeibaar ros langs de welocder- bouden grindwegen van Frieslands Noorderkwartier en al deze bedrijvig heid kalmpjes gadeslaat, dan merkt men hier en daar, soms op verren afstand, een enkele maal ook zeer nabij, een breed uitwapperende vlag op; het is Neerlands driekleur, ge bonden aan een zeer langen stok, rechtstandig in een bouwland geplant. Daaromheen is het een gewoel en gewirwar van menschen, die alle zeer druk in de weer zijn, daar is de kleed baas met zijn kleed. Hij is met zijn staf van werklieden bezu het koolzaad te dorschen op het veld, waar dit landbouwgewas nog onlangs zijn hel der gele bloemenpracht ten toon spreidde, een lust der oogen, dat tot op zeer verren afstand gezien wordt en dan een gele streep aan den hori zon afteekent. ThaDS ligt het ter aarde geveld door de sikkel van den zichter, in los6e schoven op het veld te wach ten tot den tijd dat de kleedbaas met zijn kleed zijn tenten komt opslaan op het veld, om het rijpe zaad in de za&ken te verzamelen en het uitge- dorsebte stroo meest als nietswaardige ballast te verbranden op de plaats wat.r het is blijven liggen, soms hoog opeengehoopt. De hoofdpersoon van dezen stoet van werklieden is de kleedbaas, van hem is het dorschkleed en de daarbij behoorende werktuigen: het dorsch blok, de vorken, gaffels, enz. Eigenaardig is het, dat al de man nen van zijn staf hun bizondere plaats innemen op het veld en dan ook een typischen naam of titel dragen, dien overeenkomstig. Naast den kleedbaas, die, de zaak dus aangaat, en die met den landman overeenkomt over het loon, vervult zijn rol: de procureur, dat is de man, die het eigenlijk dorschen op het groote kleed regelt. Dit dorschkleed is vooraf op een daartoe zooveel mogelijk effen ge maakte plaats midden op het veld. strak uitgespannen op den grond en met pinnen bevestigd. De boer levert de paarden, die geblinddoekt het dorschblok in een cirkelgang vrij snel moeten rondtrekkeneen moeilijk of liever lastig werkje waaraan de beesteD niet gewend zijnze moeten dan ook dikwijls door andere worden afgewisseld. Dan hebt gij de procureur-verklikker, die de bevelen van den procureur overbrengt en tevens op de paarden toezietvervolgens de jager, en jongen, die de paarden bestuurt en op een er van plaats neemt; verder zijn er drie scbekkers: zij werken het stroo los. telkens als het onder het dorschblok vandaan komt; zij schudden het stroo op en zorgen met den procureur en den procureur-verklikker, dat het zaad uit bet stroo komt. Nu volgen twee dwarsbongelers: zij werken de 3 schek- kers tegen, om des te beter het losse zaad uit bet stroo te schudden. Ook zijn er twee, die den naam dragen van klauwers, deze werken het korte stroo, dat de 3 schekkers hebben laten liggen, uit het kleed. Dan is er een oude en een jonge roekzij zijn belast met het zeven van het uitge dorschte zaad. Twee „beeren" dragen het te dorschen koolzaadstroo en bren gen het in een kleed dat aan twee stokken vastzit in het groote kleed Het zaad toch zit slechts zeer los in de peulen en er zou veel van verloren gaan, 'vooral bij feilen zonnescbijp, wanneer niet het stroo, heel voorzichtig in een kleed gelegd, verdragen werd De twee mannen die tot taak hebben het koolzaadstroo in het kleine kleed te leggen, heeten kikkerts. Met döze 16 personen trekt de kleed baaS uit. Zoo noodig worden de boeren bijgestaan door de dwarsbongelers (tegenstrevets). De boer stelt bij dit personeel van den kleedbaas nog iemand aan als hoannebyter, die moet zorgen dat het uitgedorschte stroo aan een hoop komt'en een of twee ooie vaars, die de enkele koolzaadhalmen opzoeken van het veld, welke de kik kerts hebben laten liggeD. Bij het einde van het werk wordt de vlag medegevoerd naar huis. Onder luid gezang, en trompetgeschal vaak, trekt men huiswaarts, zoodat men in het dorp reeds op verren afstand do kool dorschers hoort naderen. Ze worden door de dorpsjeugd gewoonlijk inge haald en met gejuich begroet. De wespenplaag. Van vele kanten ontvangeLi wij - en vooral ontvingen wij tijdens de warme dagen klaenten over de wespen, die dit jaar op sommige plaatsen talrijker zijn dan muggen in Amsterdam. In de „N. R. Ct." lezen wij 'net volgende over ide wespenplaag in het land van Altena: „Het aantal dezer insecten is zóó groot, dat het plukken van peren en pruimen zfeèr bezwaarlijk gaat- Bat deze insecten ook voor de die ren zeer gevaarlijk zijn, blijkt hier uit, dat te Meeuwen (land van Al tena) een jonge geit werd aangeval len en gedood." Toevallig lezen wij in de „D'aily Mail" (Engeland) een brief van een fruitkweeker, die zegt dat de wes penplaag goed bestreden kan wor den door premies van een stuiver uit te loven aan schooljongens voor elke wespenkoningin die zij in April e.a Mei vangen. Dit zijn de stichtsters van de wespennesten. Hij is daar drie jaren geleden mede begonnen en betaalde in 1907 3000 penny's voor 3000 wespen, in 1908 2228 penny's voor 2228 wespen, in 1909 903 penny's voor 903 wespen. Eit jaar is er haast geen wesp te zien, doch mogelijk is dit aan het kcude weer te wijten, zegt hij. Nu, wij weten hier dat die reden niet juist kan zijn. Ee wespeneampagne heeft hem on geveer f300 gekost, maar hij alleen heeft meer dan 300 gulden voordeel gehad door mindere schade aan de vruchten. Ongerekend het voordeel voor menschen die niet meiebetaal den. Ods dunkt op plaatsen waar veel moestuinen zijn. zou men coöperatief een wespenuitroeiingsfonds kunoen stichten. In „Onze Tuinen" lezen wij nog het volgende over wespennesten en wespensteken Het verdelgen van een wespennest gaat het best door 's morgens vóór zonsopgang een hoeveelheid benzine *n het uest te gieten en den toegang te verstoppen. Nog beter is het zwaarvergiftige licht ontvlambare zwavelkoolstof. Een zeer eenvoudig middel tegen een wespensteek is: men bevochtigt een weinig tuinaarde, legt het op de wond en bindt er een zakdoek om. Na 20 a 30 minuten is alle pijn verdwijnen. („Hbld.") ZONDAG, half 8 üe Vroegmis, om 10 uur de Hoogmis, om 6 uur Lof. Dinsdag, Woensdag en Donderdag geen H. Mis. VRIJDAG, om 9 uur gezongen jaar getijde voor Margaretha Twisk, echtg. van Petrus Vaders, te 7 uur Lof. Door de week de H. Mis om kwart over 8 (schoolmis). Dagelijks voor en na de H. Mis gelegenheid om te biechten. Zater dag van 4 uur af. De gebeden worden verzocht voor Helena M. Visser, echtg. v. H. de Bruin, Henrica Bartels, wed. van P. Bruinenberg, die met de laatste H. Sacramenten der Stervenden is voorzien en voor Joana Maria Jansen, echtg. van J. F. Dijkmans. die in den Heer is overleden. In den ondertrouw zijn opgenomen: Huberlus J. van Emmerik en Hen- drina C. Handgraaf. Theodor.us Fr. L. Spook en Helena Billars. Nicolaas Koedooder en Catharina Stam. ZONDAG. H.H. Missen te 7 uur, half 9, half 11. Kwart vóór 10 Bijbelsche geschiedenisles. 'sNam. 3 en 4 uur Catechismus. 6 uur Lof met Rozen hoedje en Litanie. MAANDAG, te 9 uur Catechismus. DINSDAG, te 10 uur gez. Huwelijks mis, te 12 uur Catechismus. WOENSDAG, te 8 uur gez. H. Mis ter eere van den H. Jozef, te 12 .uur Catechismus. DONDERDAG, te 12 uur Catechis mus. VRIJDAG, "s av. te 7 uur H. Kruis wegoefening. ZATERDAG, te 12 uur Catechismus, 's av. te 7 uur Maria-Lof met Rozen hoedje en Litanie. LOTEN VAN BhUSSEL, 2i/2 pet. ft fr, 100 van 1902. Trekking 14 Aug. Bet. 1 Juli 1910. 8 seriën 2095 6942 9043 12159 15447 18039 24034 28276. Serie 28276 no. 20 fr. 200,000serie 6942 no 20 fr. 2500; serie 2095 no. 15 fr. 1000; serie 6942 no. 25 en serie 18039 no, 13 beide fr. 500 De volgende Nos. elk fr. 200: Serie 2095 nos. 11, en 24, serie 6942 no. 7. 15 en 22, serie 9043 nos. 1, 4 en 25, serie 15447 nos. 2, 5, 6, 9, 15, 18 en 21, serie 18039 no. 25, serie 24034 no. 4, 5. 8 en 21, serie 28276 nos. 1, 2, 8 en 22. De volgende Nos elk fr. 150 Serie 2095 no. 16, serie 6942 no. 24 serie 9043 nos. 2, 3, 16, 19 en 21, serie 12159 no. 4 en 6, serie 15447 nos. 3 en 16, serie 18039 nos, 6, 20, en 23, serie 24034 nos. 10, 12, 17, 19 en 24, serie 2-8276 no. 13. De overige in gemelde seriën begre pen nos. elk met fr. 110.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1909 | | pagina 7