DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
i. inn—» 30Q sa—..» inn™-" -
De Diocesane
Katholiekendag.
KimgÉephuiavast 28««3§-83f Haarlems
Kort verslag Tweede
Kamer.
BUSTENLAND.
Gemengde Buitenlandsche berichten
In den strijd des
levens.
MAAND* 13 SEPT. ISO».
34ste Jaargang No, 6989
bureaux van Redactie en Administratie
liitereomnauiiiiai Teiefoonnummer 1426.
Voor advertentiën en reclames buiten Haarlem en de agentschappen wende men zich uitsluitend tot RICARDO's Advertentie-Bureau, N. Z. Voorburgwal 242, Amsterdam, Int. Telefoon 1020.
S
ENGELAND.
GRIEKENLAND.
AMERIKA.
FEUILLETON.
I
MEUWE HMRLEMSGflE COURBOT
ABONNEMEIiTSPRMSi
Per 8 maanden voor Haarlem 1,86
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd {kom der gemeente) 1.36
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post 1.80
rlijke nummerr 0,08
J»RJJS DER ADVERTEfc. EN:
Van 1—6 regels60 .ent (contant 50 oent).
Iedere regel meer10 cent.
Buiten Haarlem en de Agentschappen 20 cent per regel. Reclames dubbel tarief.
Dienstaanbiedingen 25 cent (6 regels), driemaal voor 50 cents (A cntant).
Allo betalende abonnés op dit blad, die in het bezit eener verzekeringspolis zijn, eïjn volgens de bepalingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor
1 y Uiiii hand of voet. éénoog. I &8 U éen daim.
scbiktheid tot
werken.
GULDEK bij
overlijden.
300
verlies van
één
wijsvinger.
GULDEN bt
verlies van
éen anderen
vinger.
Oe uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij Ocean", Bijkantoor voor Haarlem, Nieuwe Gracht II.
Van de bestellingen op 't Kort
Verslag zijn nog een tiental onuitge
voerd gebleven, aangezien de abonne
mentskosten ons niet werden overge
maakt. Voor degenen, die nog deze
week een postwissel zenden zal een
nabestelling worden gedaan.
Voor opgave van naam zonder
toezending van f0,50 wordt geen
abonnement besteld.
DE ADMINISTRATIE.
De Diocesane Katholiekendagen,
zooals wij die sinds enkele jaren
in het bisdom van Haarlem kennen
»n hebben medegemaakt, beoogen in
hoofdzaak tweeërlei.
Vooreerst zijn ze sprekende mani
festaties van Katholiciteit, naar
huiten door de menigte der deelne
mers, naar binnen door het elkan
der weervinden van allen die maar
«enigszins medewerken aan de Ka
tholieke zaak, door het sterk gevoe
len van den hand die ons allen bindt,
door opfrissehing van gedachten en
den verwijding van gezichtskring
welke noodzakelijk gevolg zijn van
de wrijving der gedachten in debat
oi particulier gesprek.
En daarnaast ziijn de Katholieken
dagen, al van den eerste af, als
machtige tafbooinen geweest in een
bepaalde richting, aangegeven door
het onderwerp dat er werd behan
deld.
De invloed van een Katholieken
dag is zóó groot, dat men aan de
uitspraken daar gegeven, aan de con
clusies, daar genomen, het gewicht
toekent den norm te zijn voor alle
verdere actie op het bijzonder ge
bied dat die conclusies beheersehen.
Als we even wijzen op de Katho
lieke MIddenstandsvereeniging. als
we even maar herinneren in welke
richting .de Katholieke volkslectuur
aich uitbreidt en wordt ontwikkeld,
dan is al dadelijk voor ieder duide
lijk dat de Katholiekendagen de lijn
hebben aangegeven langs welke ge-
Werkt wordt.
Op 27 September a. e. ral te
's-Gravenhage de derde Diocesane
Katholiekendag worden gehouden,
die wederom van uiterst groot ge
wicht belooft te zijn voor de ont
wikkeling der Katholieke actie in
den vervolge.
De opleiding der jeugd, meer bi-
sonderiijk na het verlai n der La
gere School, is het onderwerp der
conclusies die op 27 September Bul
len worden behandeld.
Het zegenrijke werk der bijzon
dere school, waardoor bij het kind
den zoo hoog noodigen. ja, onmis-
baren grondslag wordt gelegd voor
een Katholiek leven, moet worden
voortgezet ook na het verlaten dier
school, - dat leert reeds een een
voudige beschouwing van den toe
stand waarin de meeste knapen
(voor jongens immers is die behoefte
het grootst) geraken in den genoem
den levenstijd.
Dan hruischt óp het jonge bloed,
dan breekt de gevaarlijkste periode
des levens aan, en dan is ook het
meest noodig een Zachte doch sterke
hand, die den knaap houdt binnen
de grenzen die hij niet overschrij
den kan zonder overgroot nadeel
voor het geheele leven, die ook be
teugelt wat losbreekt, die op den
akker het onkruid wiedt dat juist
dan zoo welig begint te tieren en
voor de nog teêre plantjes het aller
gevaarlijkst is!
Reeds op verschillende plaatsen
is men, met meer of met minder
succes, werkzaam in dezen geest.
Vakscholen en teekencursussen ge
ven reeds een opleiding naar tech
nische bekwaamheid, zoo noodig in
den levensstrijd, vierbonden tevens
aan de voorbereiding tot het chris
telijke vereen Ig ingsleven*: patrona
ten hier en' daar doen veel goed,
en de jongensbonden van allerlei
slag, meest onder leiding of toe
zicht der Eerwaarde geestelijkheid,
zijn eveneens opgericht om werk
zaam te zijn in de aangegeven rich
ting.
Doch eenheid ontbreekt, en de
vaste lijn naar welke die patronaten
moeten werken, is nog niet op prac-
tisehe wijze voor allen aangegeven.
Ook het Vakonderwijis .verschilt
te zeer van inrichting en van doel,
en wordt door te velerlei vereenigin-
gen en kringetjes totnogtoe gesteund
en ingericht, dan dat men spreken
kan van eenheid van actie.
En voor de meer intellectueele
knapen, die niet of niet uitsluitend
den levenskring van het handwerk
in gaan, ontbreekt helaas nog bijna
alles op bet gebied van 't Katho
liek Middelbaar onderwijs: de Hoo-
gere Burgerscholen met hun neutrale
inrichting, en den koo dikwijls ver-
derfelijken omgang met knapen van
allerlei aard en godsdienstloosheiid,
zijn voor verreweg de meesten het
noodzakelijke kwaad dat ze moeten
doormaken, willen zij het doel be
reiken, waarop zij en hun ouders
hopen.
Voor Katholiek Middelbaar On
derwijs is nog ontzaglijk veej te
doen
.Ziedaar dan tevens aangegeven de
drie onderwerpen die op den Haag
se,hen Katholiekendag va,n 25 dezer
in behandeling zullen komende Pa
tronaten, het vakonderwijs, het Mid
delbaar onderwijs.
Inleiders van beproefde autoriteit
op elk gebied zullen de conclusies
(die wij reeds vroeger in deze Cou
rant hebben gepubliceerd) verdedi
gen en bespreken.
En na de drie afdeelingsverga|de-
ringen wordt, als vroeger, een groote
algemeen© vergadering gehouden,
waarin de ZeerEerw. Heer Rector
Hageraats de groote rede 'zal hou
den en waar Monseigneur onze Bis
schop het slotwoord uitspreekt.
Het isi een deel van de opgelegde
taak der Katholieke Pers, hare le
zers aan te sporen, de Katholieken
dagen bij te wonen,
M'jj doen dat evenwel ditmaal niet
uit conventie, en omdat het zoo
hoort, maar met de meest warme
overtuiging, dat te 's-Gravtenhags op
27 dezer ontzaglijk veel te leeren
zal zijn voor de Rpomseta actie.
•«Wat daar gesproken en berede
neerd zal worden, is voor zeer velen
onder onze Katholieken een nieuwe
stof: en de enkelen die in deze rich
ting .reeds werkzaam zijn. zullen .er
nog te méér belang in stellen.
En vooral te Haarlem ztelf en in
onze geheele streek is voor het
werk der patronaten, en der vakop
leiding, nog heel veel te doen
Het 'ia daarom, dat we verwach
ten eene groote deelneming van
Haarlemsche sociale werkers, van
vereen,gingsmanneB, pfcoi onderwjjs-
autoriteiten, van de vrienden van
het kind eal van een goede vak
opleiding, aan den Haagsehen Ka
tholiekendag
En niet alleen aan de onderwerpen
die er behandeld zlullen worden, zijn
we het verplicht, uit Haarlem en
pmgeving in groote getale op te
gaan naar 's-Gravenhagehet
moet voor ons ook een eenetaak ziijn,
onzen Bisschop als trouwe lijfwacht
te vergezellen naar den Katholieken
dag
(Resebery's rede tegen bet kabinet.
Lord Rosebery, die in Engeland de
man is van de vlottende middenstof,
heeft zich tegen het kabinet verklaard,
zooals we Zaterdag meldden.
Zijn geweldige filippica, die enorm
veel indruk gemakt heeft, dient hier
wat uitvoeriger te worden vermeld.
Rosebery tastte de begrootiDg op
verschillende punten aan. In de eerste
plaats, zeide bij, doet zij geweld aan
het beginsel, dat een begrooting slechts
zooveel geld moet htffsn als er noodig
is. Deze begrooting is er op berekend
nu of in volgende jaren een overschot
te geven. Men zegt, er moet geld ïijn
voor de vloot, maar de regeering heeft
erkend dat de nieuwe grondlasten
de kosten van geen aanmerkelijk deel
van ook slechts één Draednought
zouden dekken (in het eerste jaar
niet). Met de ewchen van de vloot
kan men dus die revolutionnaire
grondlasten niet goedpraten.
Van het verhoogde vergunnings-
wou Rosebery niet veel zeggen. Hij
had er niet genoeg verstand van;
alleen maakte hij de opmerkiDg. dat
het voor Schotland onbillijk is. Rose
bery herhaalde, dat de begrooting een
omwenteling is; ten g.ede often kwade,
dat liet hij in 't midden, maar een
omwenteling en daar bad de regeering
van de kiezers geen opdracht toe.
Een bewijs, dat deze regeering de
zekerheid van 's lands financiën aan
tast zag Rosebery in de koers der
Consols. Die hadden nooit zoo laag
gestaan als nu.
Aanvaardt men eeDS het beginsel,
dat onverdiende waardevermeerdering
belast mag worden, dan zal straks, na
het land, alle eigendom aan de beurt
komen. De grondeigenaars gaan een
droeve toekomst tegemoet. Zij zullen
een kommervol bestaan leiden. En
niet alleen de groote grondeigenaars
zullen leiden, Qok b. v. de vele coöpe
ratieve vereenigingen, de ziekenfondsen
enz., die een groot deel van hun ka
pitaal in land hebben belegd.
De last van de successierechten
wordt onduldbaar. De verzwakking
vaa het kapitaal zal de werkeloosheid
vergrooten. Deze begrooting is geen
liberalisme, dat niet zonder vrijheid
kan bestaan. Hoe zou Gladstone over
deze begrootiDg hebben gedacht Hij
zou haar stellig hebben veroordeeld
De regeering moest liever den on
dernemingsgeest wel aanmoedigen, en
'sl$ads financiën hervormen in den
geest van een particuliere zaak. Op
praktischen grondslag moest de staat
huishouding worden ingericht!
Ten slotte nog deze verklaring van
Roseberyhij had d« overtuiging ge
kregen, dat de regeeriDg bepaald
wenscht dat bet Hoogerhuis de be
grooting zal verwerpen.
En nogde regeeriDg voert Enge
land naar het socialisme.
Hel militair© Bohrikhowwul.
De officieren zijn zeer opgewonden
tengevolge van de hartelijke ontvangst
aan den Kroonprins te Patras en te
Corfoe bereid.
De bond van officieren eischt dat
de Kroonprins gedurende de parle-
mentszittingen in <het buitenland zal
blijven. De regeering ondersteunt dezen
eisch en schijnt daarvan een kabinets
kwestie te maken. Theotokis heeft
verschillende brieven met bedreigingen
gekregen.
Vrijdag heeft de te Athene pasop
gerichte politieke vereeniging een op
roeping aan het volk verspreid, met
de uitnoodiging tegen elk verzet tegen
het hervormingswerk beslist op te
treden. De dynastie heeft krachtig de
hand gereikt aan de corruptie en de
Kroonprins is den strijd tegen het
vaderland en bet leger officieel be
gonnen.
In de oproeping wordt geen geloof
gehecht aan het gerucht van tusschen-
komst uit het buitenland.
Behalve een Engelsche vlootafdeeling
blijven ook de Russische en Oosten-
rijksche oorlogsschepen te Piraeus en
Phaleron.
De Noordpool Amerikaans»!)
Het staatsdepartement te Washing-
toa ontving de volgende mededeeling
van Peary:
„De Amerikaansche vlag heeech ik
den 6en April aan de Noordpool.
Voordien nam ik, in naam van den
president der Vereenigde Staten, van
de gansche streek bezit. Ik vertrouw,
dat de Vereenigde Staten dit bezit
zullen weten te bandhaven.
Het Marine-departement ontving
eveneens van Peaiy het volgende
telegram„Hierbij geef ik eerbiediglijk
kennis van mijn terugkeer. Heesch de
nationale vlag aan de Noordpool den
6en April."
De Noordpool.
Peary's verhaal.
In drie wereldkranten „Times",
„New York Times*1 en „Matin" wordt
tegelijk het verhaal van Pearj's noord
pooltocht gepubliceerd.
Hef tot nog toe verschenene is nog
niet tot aan het bereiken der Pool
toe, doch het scheelt niet veel.
Wij citeeren er hier enkele stukken
uit, betrekking hebbende op het laat
ste deel der reis, van 83 gr. breedte
tot aan de Pool.
Peary verhaalt:
Terwijl de mannen hun sleden laad
den, dacht ik na en veranderde mijn
programma. Ik besloot 5 tochten van
15 mijlen te maken, die den vijfden
April vóór 12 uur in den namiddagl
moesten zijn geëindigd, om ons in staat
te stellen dadelijk na onze aankomst
aan het kamp een "breedteopneming te
doen. Zoo tengevolge van een of an
dere omstandigheid onze tocht niet op
deze wijze kon worden uitgevoerd, had
ik twee middelen bedacht, om hierin
te voorzien.
Het eerste was om van onzen laat-
sten tocht een geforceerde marsch te
maken, waarbij men niet anders zou
ophouden, dan om thee te gebruiken,
en de honden te laten uitrusten, zon
der echter te slapen. Het tweede mid
del was aan het einde van den vijf
den tocht een geforceerde marsch te
doen met een lichte slede, met een
dubbel stel honden bespannen en ver
gezeld van slechts twee leden van de
expeditie, terwijl de anderen in het
kamp zouden blijven. Een der moei
lijkheden, waarmede wij steeds moes
ten rekening houden, was de nabijheid
van open water, waarover wij dikwijls
niet konden trekken. Ook zqu een
storm gedurende 24 uren al mijn
plannen door de war kunnen sturen
en ons leven ernstig in gevaa» kun
nen brengen. Na eenige uren van die
pen slaap, vond ik even na midder
nacht op 1 April een b'egaanbaren weg
en ik nam de leiding van den tocht.
Het was mooi weer, er was weinig
wind en de weg was goed en gelijk,
de beste, dien wij nog hadden gdvolgd.
Wel waren er hier en daar groote
ijsbergen, maar het was voor ons
thans slechts spel er omheen te gaan
of zelfs, zoo noodig, eroveE te trek
ken.
Een marsch van ongeveer tien uren
met een flinken gang, waarbij wij 25
mijlen aflegden, bracht ons over dc
88e br. gr. Terwijl wij bezig waren hut
ten van sneeuw op te richten voor ons
kamp, vormde zich een lange spleet
naar het oosten en zuid-oosten, eenige
mijlen verder. Wij sliepen eenige uren
en begaven ons toen weer op weg.
De zon had toen voor ons een hori
zontale loop. Wij waren bevrijd van
alle lastige bagage en konden daar
door zulke lange tochten doen als wij
verkozen, alleen moesten we minder,
lang dan gewoonlijk slapen. Het weer
was mooi en wij gingen bijna onder,
dezelfde voorwaarden als den vorigen
dag.
Nog tien uren, nog twintig mijlen en
wij waren halfweg van den breedte
cirkel van 89 gr. De beweging van hel
ijs was vrij sterk, maai men zag di»
bijna niet.
Dicht bij het einde van onzen tocht
kwamen wij bij een half open gedeelte
dat kraakte onder onze sleden en ten
slotte scheurde toen da laatste slede e«
over was. In het gezicht van de 89 gr.
cirkel was de temp.: 40 gr.
Een valsche prins.
De „NeueFreie Pr es se* verneemt hel
volgende fraaie verhaal uit Salonikk
Men is te Saloniki dezer dagen op
ongelooflijke manier de dupe gewees*
van een oplichter, die op de brutaalst»
manier alle hooge autoriteiten bij den
neus heeft gehad. Bij het herstel de«
grondwet was aan de vroeger streng
bewaakte Keizerlijke prinsen de volle
vrijheid gegeven en het wekte daarom
te Saloniki geen verbazing, dat een
prins Sjehab Eddin, neef van den
troonopvolger Joesoef Izzeddin, in een
hotel afstapte. De „prins* zeide eeni
ge dagen te willen doorbrengen in d«
residentie van het jong-Turksche cen
trale comité, waaraan de Osmaansch*
prinsen hun vrijheid te danken hadden.
Er heerschte zelfs groote vreugde bij
de jong-Turken, wier leiders zich haast
ten om den prins hun opwachting te
maken in het Splendid-hotel. Het voor
beeld der jong-Turken werd gevolgd
door den gouverneur, de burgerlijk»
en militaire overheden, de oonsuls en
de notabelen ter plaatse. Er werden
feestmaaltijden aangericht, waarbij da
prins twintig 6 dertig voorname gasten
aan tafel had. Kooplieden en juwe
liers maakten hun opwachting in het
hotel, om hun waren den prins ie koop
te bieden. En toen de prins eindelijk
verklaarde naar Weenen te moeten ver
trekken om daar zijn „studiën" voort
te zetten, liet de directie der Ooster-
sche spoorwegmaatschappij een salon
wagen ter beschikking van dan hoo-
gen gast stellen. Er waren echter on-
24)
„Ziet ge wel, ge werdt al rooi
«n weet niet wat ge moet antwoor
den", riep de gravin half boos en
half tevreden, dat 2e tam blijkbaar
hervallen had.
„Ik aciu zeker antwoorden, gravin,
*ls ik wist wat u wenscht te ver
nemen."
„Nu, dat is kxih duidelijk genoeg:
tfaarem verwaarloost ge het land
goed Emmerkamp, dat ik je verpacht
heb?"
„Dlat dce ik heelemaal niet, gra-
>in."
„Kom, kom, geen omwegen. Ik
tfeet dat je op tijd ploegt en zaait,
biest en maait en den oogst laai
binnenhalen. Maar dat is tnclh inlet
Hies, wat je oorspronkelijk met het
goed van plan was, en waarmee je
'.'adelijk had mceten beginnen, als
L voor je zelf eenig voordeel uit
fhümerkamp had willen trekken»
"viaarem heb je de rooiingen en drai-
taeringen niet ondernomen, die het
koed zoo aard noodig heeft? Ik be-
daar hoegenaamd niets van.'1
i ..Dit jaar had ik daarmee willen
"ëginnen."
„Zoo? Nu, dat zullen we afwach
ten. Maar als dat nu wel kan, waar
om heeft dat dan vroeger niet ge
kund Aan de middelen daartoe ont
breekt het u toch niet. Ge hebt rui
me inkomsten en zdjt volstrekt niet
verkwistend."
Qrtwim zweeg. De gravin keek
hem scherp aan en riep uit: „Zeg
eens, ik hoop niet dat je schulden
had toen je mijn zaken in handen
nam
„Ik had er geen en ik 'tab er nog
geen, gravin", was het op kalman
toon gegeven antwoord.
„Spreekt ge de waarheid
„Daar kunt u op rekenen", klonk
hat kortaf.
„Ja, ik moet ook wel", bekende
de gravin„je stem klinkt eerlijk
en je gezicht ziet er allerminst als
dat van een leugenaar uit. Maar
waar laat je dan toch je geld, man
„Ik heb het nuttig gebruikt, gra
vin."
„Ja, maar waarvoor?"
„Om een plicht te vervullen, Meer
mag ik u niet zeggen, want deze
zaak betreft een derde. [Wilt u dus
niet verder aandringen
„Tot volkomen oprechtheid kan ik
je natuurlijk niet dwingen. Ook tab
ik eigenlijk met uw eigen zaken
niete te maken, zoolang ge de mijne
zoo stipt behartigt. Maar op één
vraag eisch ik een openhartig ant
woord heqffc Alexander soms iets
,te' maken met je financieel© aange
legenheden
„Neen, in de verste verte niet"
„Zoo, dat is dan een troost Maar
u, jongmensch, waarschuw ik heel
ernstig. Het kan je onmogelijk voor
deel doen, je met zulke geheimzin
nige zaken in te laten, zooals gij
dat schijnt te doen en dat terwijl
er voortdurend groote sommen door
je handen gaan."
„Ik heb u meen ik niet de minste
aanleiding tot (Wantrouwen gege
ven", bruiste Ortwin op. Wanneer
u somS
„Blijf kalm en ga hier rustig zit
ten. Ik wantrouw je volstrekt niet,
mijn jongen. In tegendeel, ik ben van
je rechtschapenheid volkomen over
tuigd. Maar ik wou je er alleen op
merkzaam op maken, hoe weinig
raadzaam het voor iemand van uw.
leeftijd en in uw positie is, z|ich met
allerlei geheimen in te laten... Maar
we Zullen dat laten rusten. Ik tab
nog een andere gewichtige San-
gelegenheid met je te bespreken. JJm
je met Alexander's particuliere za
ken bekend
„In het minst niet, gravin."
„Dat Wil zeggen dat hij je er nooit
over gesproken heeft. Maar heb je
van andere zijde er niets; van ver
gomen
„Ik heb wel hier en daar zoo
eens een woord opgevangen, maar
zulke geruchten zijn gewoonlijk zoo
weinig .betrouwbaai' en zoo overdre
ven, dat ik er niet gaarne mijn oor
deel over iemand op bouwen zou
„Tegenover vreemden tab je_ na
tuurlijk groot gelijk, wanneer je je
op dat standpunt plaatst; tegenover
mij echter is dat tocjh wat anders
Ik vraag immers niet uit boosaar
dige nieuwsgierigheid, maar uit ern
stige bezorgdheid M
„Maar 'zon het dan niet beter zijn?
wanneer u zich tot graaf Haalburg
wendde Hij als Alexander's vader
en huisgenoot moet toch beter inge
wijd zijn in zijn particuliere zaken
dan ijk, die maar zoo zelden en da,n
nog telkens voor heel korten tijd
hier kom. En gé weet, dat Alexan
der mij nooit zijn bijzonder vertrou
wen geschonken heeft."
„Alsof de jongelui niet hun vader
het laatst van allen in het vertrou
wen namenEn alsof men in uw bij
zijn niet veel vrijer over Alexander
zou spreken dan in tegenwoordig
heid van graaf Haalburg! Maar
waarschijnlijk wilt ge niet in de rol
van aanklager optreden. Ik vraag
dat ook geenszins van u: want ik
ben niet van plan Alexander verwij
ten te doen of hem te straffen. Bij
al mijn zoeken en navorschen heb
ik geen andere drijfveer dan moe
derlijke zorg voor zijn welzijn. Zeg
me dus openhartig, wat ge omtrent
hem gehoord hebt. Zooveel oordeel
zult ge mij toch wel toekennen, dat
ik uit de geruchten, die u ter oore
gekomen zijn, het ware van tat val
sche onderscheiden kan. Overigens
zal noch Alexander noch iemand
anders ooit het geringste vernemen
van hetgeen gij mij in vertrouwen
meedeelt."
Toen de gravin zoozeer aandrong,
achtte Ortwin zich niet langer ge
rechtigd, te verzwijgen wat hij wist
Hij deelde haar dus uitvoerig mede,
wat hij van de levenswijze en de
uitgaven zijns halfbroeders verno
men had
De oude dame luisterde opmerk
zaam toe en viel, geheel tegen haar
gewoonte^ hem geen enkele maal Ln
de rede; alleen slaakte ze van tijd
tot tijd een diepen zuchts
Toen Ortwiin eindelijk alles ver
teld had, ook datgene wat hij wist
van Alexander's voortdurende be
zoeken aan barones von der Lend-
horst, bleef ze nog eenige oogen-
blikken in diep gepeins verzonken
zitten en sprak toen: „Ja, ja, tat
gaat zooals ik vreesde. Die gevaar
lijke coquette heeft lipm in haar
netten verstrikt. Zoo'n onnoozele
hals Op honderd passen afsta,nds
kan men haar al aanzien, dat ze
een avonturierster is van de ergste
soort. Maai- dat is juist tat ergste.
Miami oer zoo'n schepsel tat op een
van de „heeren der Schepping" ver
zien heeft, die zich met zooveel trots
mannen durven noemen, dan is de
stakkerd reddeloos verloren.'1
Ze zweeg en keek bezorgd voor
zioli uit. Opeens echter Zag ap Ort-
win scherp aan en riep toornig:
„Maar aan wien hebben we dit alles
nu eigenlijk anders te danken dan
aan u, jongmensch! jWiant u is die
aartseoquette toch hierheen nageloo-
pen."
Ortwin vloog op en antwoordde
nauwelijks minder heftig:
spreekt daar een bewering uit gra
vin, die u onmogelijk kunt volhou
den, en die alleen rust op de toeval
lige omstandigheid, dat ik barones
von der Lendhorst gedurende mijn
verblijf op Beikirchen tab leeren,
kennen."
„En op de minder toevallige om
standigheid, dat ge om harentwil
niet met freule Otiroline von Hesz-
born hebt willen trouwen", bromde
de gravin.
„U schijnt daaromtrent verkeerd
ingelicht te zijn? gravin", sprak Ort
win. „Ik tab een huwelijk met freule
von Heszborn heelemaal niet afge
wezen: zij was het die te verstaan
gaf, dat ze mij niet tot echtgenoot
wenscht©."
„Een vreemd jongmensch ben je
toch. die zich er haast op beroemt
een blauwtje geloopen te hebben. Ik
begin het zoo langzamerhand met
je moeder eens te worden, dat de
Desendorf's zonderling dwaze en
grillige lui zijn. Maar je zaken op
Beikirchen zouden mij niets aan
gaan, wanneer je als gevolg van de
ze die Melanie niet hierheen gesleept
h*di'* (Wiondt vemyjlgd.