DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
DE TROONREDE,
Van alles wat!
BUITENLAND.
Sn den des
Eeweras*
29«3§-33y Haarlem
DINSDAG 21 SEPT. 1909
34ste Jaargang No, 699$
Bureaux van todactie en Administratie 5
SnterconrasviUBiaal TelefeoanraraisassneB0 §45§6.
Voor advertentiën en reclames buiten Haarlem en de agentschappen wende men zich uitsluitend tot RICARDO's Advertentie-Bureaa, N. Z. Voorburgwal 242, Amsterdam, Int. Telefoon 1020.
SPANJE.
FEUILLETON,
HAARLEMSCHE C011T
ABOKXEKEXTSPRUSi
Per 8 maanden voor Haarlem
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente)
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post
Afaoti-U'rlijke nummers
f 1,85
1.85
1.80
„0,03
PRIJS DER ADVERTED. EN:
Van 16 regels 60 eent (contant 50 cent).
Iedere regel meer10 cent.
Buiten Haarlem en de Agentschappen 20 cent per regel. Reclames dubbel tarief.
Dienstaanbiedingen 25 cent (6 regels), driemaal voor 50 cents (i contant).
Alle betalende abotmés op dit blad, die in het bezit eener verzekeringspolis zijn, egn volgens de bepalingen op de polissen vermeid, tegen ongelukken verzekerd voor
gsafr GULDEN bij
GOLDEN bij Hf GULDEN b? 2 ll tl GULDEN bij YerJiee vac
GULDEN bij
levenslange onge
schiktheid tot
warken.
410
GULDEN bij
overlijden.
verlies van éen
hand of voet.
GULDEN bij
verlies van
éen oog.
100
verlies van
éen duim.
één
wijsvinger.
GULDEN MJ
verlies vaD
éen anderen
vinger.
De ultkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij Ocean", Bijkantoor voor Haarlem de Nederlandsche Credietbank Nieuwe Gracht II.
Men seint ons uit 'e-Gravenhage:
Hedenmiddag 1 uur kwam de Sta
ren-Generaal in Vereenigde Zitting
om de Troonrede te aanhooren
Minister Heemskerk, voorzitter
van den Ministerraad, die daartoe
met de overige Ministers was aange
wezen door H. Mi. de Koningin, wel
ke Zelve op het Loo isi gebleven,
ging in pleehtigen stoet van het
Koninklijk Paleis naar het Binnen
hof. In hof gal arijtuigen waren de
Ministers gezeten, en cavalerie open
de en sloot den trein.
Om precies één uur trad' de M,inis-
ter de vergaderzaal binnen en
plaatste zich in het midden voor
de Ministerstafel, terwijl de andere
Ministers zich naast hem schaarden.
Allen waren in groot-galacostuum,
de Minister van Oorlog en Marine
in groot uniform.
Minister Heemskerk sprak daarop
de volgende rede uit:
Mijne Heeren
De Koningin, Wier Moederplicht
Haar verhindert, in Persoon deze Zit
ting van de Staten-Generaal te openen,
heeft ons opgedragen in Haren naam
die laak te vervullen.
De geboorte van Prinses JULIANA,
waarbij zoo ruimschoots is gebleken
van hartelijke deelneming in het geluk
van Hare Majesteit en Haar Huis en
van dankbare vreugde over den zegen
daarin aan het Vaderland geschonken,
heeft een nieuwen band tusschen het
Koninklijk Huis en het Volk gelegd.
Onze betrekkingen met de buitenland-
sche Mogendheden zijn van den meest
yriendschappelijken aard.
Ofschoon de toestand van land- en
tuinbouw niet onbevredigend kan wor
den genoemd, staat te vreezen, dat ten
gevolge van de voor het gewas ongun
stige weersgesteldheid de uitkomsten
van 1909 in menig opzicht belangrijk
bij die van andere jaren zullen achter
blijven.
In den toestand van handel ,en nijver
heid kwam eenige verbetering. Ook het
scheepvaartverkeer is dit jaar, althans
voor sommige havens, toegenomen; in
het scheepvaartbedrijf bleven echter ook
nu de uitkomsten van de algemeene
vrachtvaart beneden hetgeen mag wor
den gewenscht.
De toestand der Koloniën is over het
algemeen bevredigend. De gunstige be
richten omtrent den gang van zaken in
Atjeh doen vertrouwen, dat de bestuurs
voering in dat gewest in de goede
richting wordt geleid.
Zoo hier te lande als in de Kolo
niën kwijten burgerlijke en militaire
landsdienaren zich op lofwaardige wijze
van hunne taak.
Evenals tot hiertoe blijft de Regee
ring naar de toepassing van Christe
lijke rechtsbeginselen streven.
,De financieel e toestand des Rijks
eischt dringend voorziening. Een voor
stel tot verhooging der successiebelas
ting zal U onverwijld bereiken, ter
wij een ontwerp lot herziening van het
tarief van invoerrechten, naar de Re
geering vertrouwt, nog vóór den afloop
van het zittingsjaar zal kunnen worden
ingediend en eene algemeene inkom
stenbelasting in bewerking is.
Het zeer aanzienlijke tekort op den
komepden dienst vordert echter, dat in
afwachting van blijvende versterking
der Rijks-ontvangsten, buitengewone
maatregelen worden genomen tot aan
vulling der middelen.
Behalve de voortzetting van de hef
fing van opcenten op de vermogens
belasting en op de belasting op be-
drijfs- en andere inkomsten zal daar
toe dienstbaar kunnen worden gemaakt
de voorgestelde verhooging van den ac
cijns op binnen- eu buitenlandsch ge
distilleerd alsmede eene voorloopige
verhooging Van het tarief van invoer
rechten.
Een wetsontwerp tot regeling van de
begrootingen en rekeningen van Staats
bedrijven is ter indiening gereed.
In zake de arbeidersverzekering zul
len U voorsteilen worden aangeboden
tot regeling der verplichte ziekteverze
kering en tot nadere wijziging der onge
vallenwet, terwijl een ontwerp betref
fende de verplichte invaiiditeits- en
ouderdomsverzekering in bewerking is.
Indiening Van een wetsontwerp tot
instelling van een fonds ter aanvulling
en verbetering van de kustversterking
en van het materieel der zeemacht,
bestemd voor de verdediging der zee
gaten, kan eerlang worden te gemoet
gezien.
De reeds in uitzicht gestelde herzie
ning dar Militiewet 1901 is in voorbe
reiding.
Op de noodzakelijkheid om ter verze
kering van eene behoorlijke aanvulling
van het kader van het leger eene rege
ling te treffen, blijft de aandacht der
Regeering gevestigd.
Op onderwijsgebied blijft de werk
zaamheid der Regeering eenigszins be
lemmerd, zoolang de hoogst gewichtige
arbeid der Ineenschakelings-Commissie
nog niet is voltooid. Niettemin zullen,
overeenkomstig de reeds aangenomen
gedragslijn, maatregelen van urgenten
aard, welke met de taak dijer Commis
sie niet in 'nauw verband staan, niet
worden uitgesteld. Een plan is in over
weging tot meer doeltreffende subsi-
dieering in de kosten van sehoolbouw.
welke thans het bijzonder lager onder
wijs menigmaal al te zwaar drukken.
Naar de mogelijkheid eener vervroegde
uitbetaling der subsidies aan het bij
zonder lager onderwijs zal een onder
zoek w>orden ingesteld.
flet voornemen beslaat om eene
Staatscommissie in het leven te roepen
ten einde te onderzooken, welke wijzi
gingen in de Grondwet boh.ooren te
worden aangebracht.
(Uwe medewerking zal voorts, fee-
halve voor de reeds hij U aanhan
gige of ten vorigen jare U toegezeg
de wetsontwerpen, worden ingeroe
pen voor verschillende andere, waar
onder eene herziening van het straf
rechtelijk deel der kinderwetten
wijzigingen van de gezondheidswet,
van de woningwet en van de armen
wet eene regeling1 van de pensionee-
ring van leeraren aan bijzondere
hoogere burgerscholen en gymnasia,;
wetsontwerpen tot "toekenning van
pensioen aan de weduwen en weezien
van mindere geëmployeerden, werk
lieden en bedienden, werkzaam bij
inrichtingen van 's Rijks zee- en
landmacht, tot oprichting van
een landstorm; tot het aanbren
gen van wijzigingen in de arbeids
wet, waaronder die betreffende het
verbod van vrouwennachtarbeid,
welke noodig zijn geworden door de
toetreding van Nederland tot de des
betreffende internationale conventie,
tot instelling .van bakkersraden,
tot bescherming der steenhouwers
en der bootwerkers, tot herzie
ning der hinderwet, inzonderheid be
doelende bet tegengaan van de ver
vuiling der openbare wateren, -
tot het vaststellen van regelen be
treffende de aanduiding .van han dels
waren, tot bevordering van Re-
geeringswege van eene deskundige
en onpartijdige voorlichting der on
dernemers meer bepaald van den
middenstand, tot vernieuwing der
wettelijke regelen in zak© het tegen
gaan van overstro omingen, en
tot bevordering van het tot stand
komen van spoorwegljjnen voor het
lokale verkeer. Mede zijn voorstellen
in voorbereiding ten einde belang
rijke waterstaatswerken te kunnen
uitvoeren, waaronder de verbetering
yan d© groote rivieren,
,De Regecrinir -bljift doordrongen
van de roeping van Nederland om
het welzijn der bevolking v;an do
koloniën te .bevorderen.
Naar inperking van het misbruik
van opium in Nederiandseh -Indiö
zal ernstig .worden gestreefd.
De economische ontwikkeling der
Buitenbezittingen zal krachtig wor
den bevorderd. Bij de organisatie
van 'het bestuur aldaar ziullen de
inlandsche zelfbesturen zooveel mo
gelijk worden in stand gehouden.
Met de bevordering van het volks
onderwijs zoo op Java als in da
Buitenbezittingen zal worden voort
gegaan.
De herziening van do thans gel
dende bepalingen op de toelating
en op het verblijf en het verkeek
in Nederlandsch-Indië z:al eerlang
tot stand konten.
Den wetsontwerp is in bewerking
tjt wijziging van de Indische mijn
wet, waardoor de gelegenheid zal
worden geopend om' aan de Indische
geldmiddelen een grooter aandeel te
verzekeren in winsten uit mijnbouw,
Veel zal weder van IIwe toewij
ding worden gevraagd.
Moge Uw arbeid, onder den zegen
Gods, tot heil des Vaderlands strek-
jeen.
ïn naam der Koningin verklaren
wij de Zitting der Sta ten-Generaal te
Zijn geopend.
XL.
"Versch brood en bakkers-
nachtarbeid. II.
Men zal niet kunnen zeggen, dat
ik aan de heeren Roeters van Lennep
en Blaupot ten Gate niet de volle
maat heb toegemeten, nu ik gisteren
hun epistel woordelijk en onverkort
hier heb opgenomen.
Men gunne mij nu een enkel woord
van exitiek daarop.
Als ik de argumenten dier heeren
eens nader beschouw, dan blijkt het
dat zie ten eerste zeggen: ook bij
afschaffing van nachtarbeid zal het
publiek versch brood blijven
eischen, en ten tweede dat versche
brood zal dan uiteraard slecht van
kwaliteit zijn, en duur
Ziedaar
't [Wordt werkelijk een leelijk ge
val, als het waar is wat de heeren
zeggenDuur en slecht brood zou
het onvermijdelijke gevolg wezen
van de, afschaffing van den nacht
arbeid.,
Laten we eens zien, Wat daarvan
aan is.
Als een axioma wordt door de
heeren Roeters van Lennep en Blau
pot ten Gate gesteld, dat „het pu
bliek" 's morgens versch brood
wil hebben.
's Morgens,.,daar komt het op
aan.
[Wiant 'de voorstanders der afschaf
fing van den nachtarbeid zijn het
erover eens, dat het bedrijf zich (zoo
het nü niet overal zóó doen kan)
erop zal inrichten, vóór twaalf uur
goed versch brood te leveren. Dat
dit kan, daarover straks nog een
woordje.
__Nu is echter hét mooie, dat men
bij afschaffing van den nachtarbeid
des morgens geen versch brood zal
kunnen krijgen! En die onmoge
lijkheid juist zal de menschen er
spoedig aan wennen! Nu zoo
zeggen de heeren loopt „het pu
bliek" van A naar B en naar C, torn
tóch versch brood te krijgen: dat is
zeer wel mogelijk, want het versche
brood is te krijgen, en vele men
schen verkiezen dat, wanneer z© de
keuze hebben. Doch bij afschaffing
van den nachtarbeid hebben zij de
keuze niet meer!.. Daar zit 'm de
knoop. De heeren vergelijken dan ook
in het voorbeeld dat ze met „Eigen
Hulp" hier in Haarlem geven, den
toestand van nu, nu versch brood te
krijgen is, en dus daarom juist de
bakkerij van „Eigen Hulp" niet ge
lijk stond tegenover de andere bak
kers, met den toestand van dan, wan
neer ook de andere bakkers geen
versch brood des morgens meer zul
len kunnen leveren!
Dat is een vergelijking, die on
mogelijk kan opgaan
En men zal toegeven, dat de zaak
in het laatste geval er heel anders
vóór zal staan, dan nu het geval was.
{Want „Eigen Hulp" zal, wanneer
de afschaffing van nachtarbeid een
feit is, ongetwijfeld haar bedrijf zóó
inrichten, dat ze haar 1000 klanten
vóór 12 uur wél zal kunnen bedie
nen!.... i
Maar nu nog wat.
De heeren Roeters van Lennep
en Blaupot ten Cate stellen het maar
royaalweg als een axioma voor, dat
„het publiek" versch bropd wil
des morgens.
[Welnu, ik geloof dat ik met gerust
heid kan verklaren dat dit jrer
en ver overdreven is.
De arbeiders-organisatie £s tegen
woordig wel zóó, dat ongetwijfeld de
overgroote meerderheid van onz© ar
beiders nit een sociaal oogpunt en
om aan een groote grief van mede
arbeiders tegemoet' te komen, zich
gaarne het versche brood van 's
morgens zullen ontzeggen.
En ook onder de middenstanders
en de kleine burgerij zijn er talloos
velen, die reeds nu des morgens
brood van den vorigen dag eten:
ik zelf, en velen met mij, eten nn
geregeld brood dat den vorigen mid
dag versch gebracht is, en ik moet
zeggen, het is me nooit een opof
fering geweest,
't Is niet onbillijk geloof ik
dan ook te zeggen, dat het grootste
verzet tegen 't gemis van versch
brood des morgens, komt van de zijde
dergenen, die dat gemis door andere
dingen het gemakkelijkst en het best
kunnen vergoedenEn dan vraag ik
wederom: is du werkelijk tegenover
de groote en algemeen erkende maat-
schappelijke voordeelen voor den
kersknecht en den kleinen patroon,
dat kleine offer zóó gewichtig
JWie hierop antwoordt: „offer of
niet, 't kan me niet schelen, maar
ik eisch versch brood", dien zeg
ik: de eischen der maatschappij, de
gerechtvaardigde eischen yan een
geheele klasse, gaan boven UW, gui-
ver-matriëelen eisch
Maar als ge den nachtarbeid af
schaft, krijgt ge slecht brood, en
dat zult ge toch niet willen, zeggen
de heeren Roeters van Lanpep $p
Blaupot ten Gate.
Neen, zeker niet,-
Maar is dat wel Waar
In Napels is het zoo, zeggen de
heeren.
Ik wil het gelooven. Maar we zijh
hier niet in Napels! En de bakke
rijen, die hier werkelijk al den nacht
arbeid hebben afgeschaft, bakken
juist zee r goed brood, en even
hoog in prij6 als dat van de anderen.;
Dus is bewezen, dat althans hier met
afschaffing .van nachtarbeid toch
zeer goed brood kan geleverd wor
den en volstrekt niet brood hoeft
te worden gebakken, dat half gaan
is
Integendeeljuist het streven om
's morgens tóch versch brood te wil
len leveren, is dunkt ons de oorzaak
van dat slechte brood. Maar als hier
de nachtarbeid geheel wordt afge
schaft in het bakkersbedrijf, heeft
het versche brood van des morgens
eenvoudig overal afgedaan..dus be
hoeft het publiek niet des morgens
vroeg versch maar ongaar brood te
ontvangen, doch het krijgt goed door
bakken brood.. van den vorigen
dag!
Ik wil aan de redactie van Mo-
leschott nog wel eens vragen, wat
van die twee gezonder is: ongaar
versch. en uped-doorbakken oud
brood
Daarenboven vertellen de heeren
Roeters van Lennep en Blaupot ten
Cate, dat de bakkers in Napels maar
een paar dagen de „dwaze wet" zjjn
nagekomen. Toen zijn ze weer aan
het oude systeem gegaan..
Ik vraag dién heeren in gemoed© of
ge uit die paar dauen nu werke-
ljjk een bewijs voor of tegen willen
destilleerenIn een paar dagen ge
went men niet een geheel volk aan
een maatregel, die ongetwijfeld
maanden noodig heeft om zich in
te burgeren!
Komaan, de heeren Roeters van
Lennep en Blaupot ten Cate hebben
dan eens een anderen kant va.i de
kwestie bekeken, en dienzelfden kant
bekeek ik nn ook. Ik zie daar
echter wat anders dan de heeren,
en mijn geloof dat afschaffing van
bakkers-nachtarbeid mogelijk is,
is niet gewijzigd.
Dat die afschaffing nuttig, ja, noo
dig is, behoef ik niet meer te be
wijzen daarover is welhaast ieder
een het eens, en de heeren hebbn
daartegen dan ook niet geopponeerd.;
Nuttig, noodig, en mogelijk dus.-.
Ik zie er geen ander gat in, dan id at
we ten slotte, de een misschien wat
minder graag dan de ander, ons ver
sche broodje 's morgens eraan zullen
moeten geven
En ik vertrouwde wereld z;al er
niet door vergaan, als we dat doen
F.
Verwikkelingen. In 't Moor en land
nadert de orisis.
Er is wederom wat te melden over
de Spanj aarden in Marokko.
31)
De nachttrein voerde ham snel
naar het nog niet vast bepaald doel
zijner reis. In den morgen moest hij
op een klein station een poos wach
ten. De wachtkamer was benauwd en
onzindelijk, waarom bij er de voor
keur aan gaf in de milde morgen
lucht buiten te wachten. Hij zette
zich op een bank bij den ingang van
het station neer. Hij had daar nau
welijks plaats genomen, toen ©en rij
tuig naderde en voor het station
stilhield. Een beambte vroeg den
koetsier„Ge komt zieker van Alln
hausen?.. iWlie verwacht ge zoo
vroeg
„Mijnheer Veldenz en mevrouw.
De bruidsreis heeft waarlijk lang
genoeg geduurd."
„Ja, dat meen ik ook. Het zal
wel anderhalf jaap geleden zijn se
dert het jonge paar naar Italiëging,
Hoe gaat het baron Veldenz?"
„Ik geloof, dat hef niet goed met
hem staat. Wij hoorden er wel niets
met zekerheid van, maar de oude me
vrouw van Beikirchen, (Le met haar
^Wager naar Allnb a.usen gekomen is
om bij de aankomst barer dochter
tegenwoordig te zijn, is zeer bedroefd
en mijnheer vou Heszborn is zóó
verdrietig, dat men hem bijna niet
meer herkent."
Ortwin zat als versteend in zijn
stillen schuilhoek. Lina gehuwd
sedert anderhalf ja,ar reeds en hij
wist er niets van.
De heer von Heszborn had de brief
wisseling met üesendorf langzamer
hand laten verslappen en eindelijk
was deze geheel opgehouden. De cou
ranten hadden piet, gemeld Van het
huwelijk, dat op het eind van den
voorlaatsten winter in het afgelegen
Beikirchen gesloten wias. Het was
dus. niet vreemd, dat Ortwin er niet
van gehoord had, maar toch onder
vond hij het met een bitterheid, als
of hem daardoor een beleediging was
aangedaan.
Na een poos hoorde hij den be
ambte weer zeggen: „Het is eigen
lijk onverantwoordelijk, dat de oude
lui het rijke, jonge meisje met den
ten doode opgeschreven baron heb
ben laten trouwen."
„Nu, inspecteur," was het ant
woord, „van onzen heer moogt gij
niets zeggen, die is zoo goed als
iemand zijn kan. En de .jonge baro
nes heeft het zelf zoo gewild. Ze is
net een barmhartige zuster. Eerst
heeft zij zijne moeder tot haar dood
verpleegd, nu verpleegt zij hem."
„Ja, ja de oude Veldenz, die zal
het gedaan hebben", meende de in
specteur. „Dat was een van die zacht
moedige naturen, die alles doorzet
ten, wat zij willen. .Maar daar is de
trein."
Ortwin stond voor den trein, met
.den kraag van ziijn mantel omhoog
.getrokken, den hoed diep in de oogen
gedrukt, opdat niemand hem, den
uitgestootene, zoo herkennen. Een
man en een vrouw waren uitgestapt
en naar een coupé eerste klasse- ge
sneld om een heer en dame te hel
pen uitstappen. De heer was een
jong, voornaam uitziend man, die
in zijn houding en gelaat de onmis
kenbare sporen droeg van ziekte en
uitputting. Toch toonde hij zich
vriendelijk bezorgd voor zijn reis
gezellin, die dit echter allerminst
bleek noodig te hebben. Dezle, een
slanke, bloeiende gestalte, die z'ioli
vlug en gemakkelijk bewoog, was
in een eenvoudig maar fijn reisge
waad gekleed. Toen zij. op: het perron
staande vroolijk om zich heen z;ag,
herkende Ortwin Lina's trekken;
doch hij vond zie zeer veranderd. Dat
was niet meer bet vrijpostige jon
gensachtige kindergelaat, da.t hem
in Beikirchen als een half raadsel
verschenen washet was meer ovaal
geworden, harder en werkelijk
schoon. Zij scheen nauwelijks ven
moeid van de nachtelijke reis, die
haar gemaal zoo aangegrepen had.
De heerlijke staalblauwe oogen schit
terden zonnig en klaar en.toen zij
nu eenige vriendelijke woorden tot
den eerbiedig Platferkomenden in-p e
teur richtte, was zij in Ortwin's
oogen het bekoorlijkste beeld eener
beminnenswaardige slotvrouw.
Het teeken tot instappen werd ge
geven. De banneling moest zijn
plaats op de houten banken der derde
klasse weer innemen met de overtui
ging, dat hij de schoone barones
Veldenz, de Lina van zijn zorgeloo-
zen jongelingstijd, voor het laatst
gezien had.
Zij stapte zonder van de aanwezig
heid van den vtroeger voor haar be
stemden echtgenoot eenig vermoeden
te hebben, naar- het hen wachtende
rijtuig aan de zijde van ha,ar echt
genoot. Zij geleidde hem, niet hij
haar, omdat zij beweerde dat het be
ter stond. Het was voor beiden las:
tig en minder passend wanneer de
dame haar arm tot den heer van
hooge gestalte moest reiken en deze
zich moest buigen. Beiden deden zich
dan minder voordeelig voor. De
eigenlijke reden voor dezle vermeende
gril Was echter, dat zij hem steunen
wilde, wat hij zelfs hij 'een bedaarden
stap* bepaald noodig had, terwijl zij
hem toch deze zwakheid niet wilde
toeschrijven, maar zijn gehrekkigen
toestand voor hem zelf. en voor an
deren zooveel mogelijk wenschte te
verbergen.
De koetsier had namelijk de waar
heid gezegd, toen hij beweerde dat
zijn meesteres aanleg bad voor zuster
van barmhartigheid. Zij had trou
wens de plichten, aan dat moeilijk
beroep ver honden, sedert jaren Zeer
zorgvuldig volbracht.
Haar vriendschappelijke verhou
ding tot barones Veldenz was na
het eerste bezoek, dat zij als jong
meisje in Allnhausen gemaakt had,
steeds inniger geworden. Toen me
vrouw Veldenz een half jaar na het
vertrek van Desendorf uit Beikir
chen door een langdurige ziekte werd
bezocht, bracht Lina minstens de
harer dagen in Allnhausen door, om
de zieke te verplegen en te troosten
en toen na een jaar lijden het einde
meer en meer begon te naderen bleef
zij bijna voortdurend aan het ziekbed
der barones. Hare moeder beviel dit
in het geheel niet. Deze vond, dat-
het voor een jong meisje een treurige
jeugd gaf en was bovendien bevreesd
dat de gezondheid harer dochter
daaronder zou lijden.
De goede oom Koenraad, dien Lina
anders om haar vinger winden kon,
werd ten slotte met betrekking tot
haar vele en langdurige bezoeken
bij .Veldenz buitengewoon weerbar
stig en verklaarde, dat hij het als
voogd niet langer kon dulden, om
verschillende redenen. De jonge da
me liet zich echter niet van haar
stuk brengen en- wist telkens weer
van ha,ar moeder en oom verlof te
hekomen. Zij verpleegde de zieke
dame met een geduld en volharding,
die bij deze het warmste gevoel van
dankbaarheid wekte maar haar te
vens met een wenseh vervulde, dis
juist om deze dankbaarheid eerder
onderdrukt had moeten worden.
Toen de barones baar einde na
derde en de stervende allen troost
van zich afwees, kwam haar deze
wenseh eindelijk over de lippen. Met
het dubbel egoïsme van een zieke
en van een met blinde liefde ver
vuld moederhart eischte zij niet min
der dan de toekomst van hare ge
trouwe verpleegster.
„Hij bemint u, Lina, bij bemint
je hartstochtelijk", steunde zij. En
nu begon hij hem in overdreven be
woordingen te prijzen en op te heme
len en durfde het jonge meisje het
als haar plicht voor te stellen den'
baron te huwen, want deed zij het
niet, dan zou hem dat dooden. En
dan zou zij geen rustig eogenblik
meet hebben als zij zulk een verant
woording op zich geladen had.
Te vergeefs betuigde het beang
stigde meisje, dat ze er niet aan'
dacht te huwen, dat zij den baron
wel hoogachtte, maar hem volstrekt
geen liefde toedroeg.
De moeder antwoordde daarop:
„Als ge maar eerst zijn vrouw zijt,
zult ge zijn voortreffelijke eigen
schappen wel leeren kennen en hem
liefhebben. "-
Wordt vervolgd