DERDE BLAD. R. K. Middenstands- vereeniging Markten. Staten-Generaal. VAN ELDERS. Dieren en Muziek. ZATERDAG 30 OCT. 1909. onder patronaat van den H. Jozef, te Haarlem, afdeeling van „de Hanze", goed gekeurd bij Bisschoppelijk besluit van 26 October 1907 en bij Konink lijk besluit van 9 Mei I908. De R.-K. Midden stands vereeniging stelt zich ten doel, volgens art. 2 harer Statuten, de zedelijke en stoffelijke be langen van den handeldrijvendem en industriëelen Middenstand in het alge meen, en van hare leden in het bij zonder te behartigen, overeenkomstig de beginselen van den R.-K. Gods dienst. Nog slechts kort geleden opgericht bracht zij reeds veel tot stand, en toonde op velerlei wijzen het nut van haar bestaan. Zij voerde o.a. eene krachtige actie tegen het verleenen van al te lang cre- diet en de z.g. vliegende winkels; in haar vergaderingen werden belangrijke onderwerpen, als coöperatie, inkom stenbelasting, arbeidscontract, enz. be handeld; boekhoudcursussen werden door haar opgericht; door hare bemiddeling werden de feesten der Alg. Ned. Wielr. Bond den vorigen zomer hier ter stede gevierd; een onderlinge glasverzekering zai weldra door haar tot stand komen op haar verzoek werden de le H. Communiedagen in de verschillende parochieën, zooveel mogelijk op uiteen- loopende datums gesteld. Dit en nog veel meer deed zij reeds in het belang harer leden en van den R.-K. Middenstand in het algemeen, nog veel meer zou zij kunnen doen, indien zij van de R.-K. Middenstan ders krachtiger steun genoot, dan tot dusver; indien nog meerderen zich bij haar aansloten. De betrekkelijk geringe contributie van f1.30 per 3 maanden kan geen beletsel zijn. Daarvoor hebben de leden bovendien, doordat de Vereeniging aangesloten is bij de Haarl. Handelsvereeniging, gra tis gelegenheid iniormatiën in te win nen; dubieuze posten ter incasseering te geven aan het bestuur der H- H. V. en rechtskundige adviezen betreffende hunne zaken te vragen bij de advocaten der H. H. V. Het bestuur spoort daarom hiermede alle, nog niet aangesloten R.-K. Mid denstanders aan, als Lid dezer nuttige vereeniging to# te treden; zich niet te laten weerhouden door de gedach te, misschien onmiddellijk geen per soonlijke winst te behalen, maar door hun steun aan deze vereeniging te ge ven, het goede doel der vereeniging te helpen bevorderen en daardoor ook middellijk hun eigen belangen beharti gen. Voor het Lidmaatschap kan men zich aanmelden bij het Bestuur of bij den Secretaris C. A. M. JONCKBLOEDT Lz. Lange Heerenstraat 24. P.S. De vergaderingen zullen in de agenda der „Officieele Kerklijst" wor den bekend gemaakt. HET BESTUUR. [n de week van 1 Nov. tot 6 Nov. Maandag. Alkmaar, Amsterdam, Beemster, Gouda, Haarlem, Hoorn, Medemblik, Velsen. Dinsdag. Beemster Beverwijk, Purmerend. Woensdag, Am sterdam, Beenster, Enkhuizen, Haar lem, Helder, Schagen, Uitgeest, Velsen, Donderdag. Beverwijk, Edam, Haar lemmermeer, Hoorn, Purmexend, Scha gen, Zaandam. Vrijdag. Alsmaar, Am sterdam, Assendelft, Hoorn, Leiden, Oostzaan, Purmerend, Schagen, Velsen, Zaterdag, Alkmaar, Amsterdam,Edam. Hoorn, Leiden. Gewisselde stukken. De Staatsbegrootlng van 1910. Onze plaatsruimte laat natuurlijk niet toe dat Wij de Gewisselde stuk ken over de Staatsbeg'rooting voor 1910 alle, ook maar en resumé, hier op te nemen. Voor de afdeelingsverslagen op id® verschillende hoofdstukken zullen wij ons dus moeten bepalen tot korte uittreksels. Wij kunnen echter, om wille der belangrijkheid, dus hetzelfde lioen met de algemeen» -beschouwingen, die èn de christelijke politiek raken, èn belangrijke sociale maatregelen, voorts de befaamde „1 ntjes kwes tie", enzi Ofschoon die beschouwingen ge ring' zijn, zullen 'wij daarvan toch het grootste gedeelte hier achtcreenvol gens opnemen. ALGEMEENE- BESCHOU WINGEN. In alle afdeelingen hadden uitvoe rige gedaehtenwisselingen plaats omtrent den loop- en den uitslag der verkiezingen. De commissie van rap porteurs heeft gem end zich te kun nen bepalen tot eene korte vermel ding van de punten Idie licht kun nen werpen op den politiekep toe stand van het oogenMik. De politiek van hei ministerie, door de Linkerzijde gecritiseerd.. Terwijl men algemeen erkende, dat het aanblijven van het ministerie in overeenstemming is met co'nstitu- tioneele beginselen, werd van de Zij de van politieke tegenstanders van het kabinet de opmerking g' maakt, dat de uitslag van ide verkiezingen ten deele het gevolg hiervan is, dat de rechterzijde ditmaal hulptroepen verkreeg waarop zij onder normale omstandigheden bezwaarlijk had kunnen rekenen. Anders dan in 1905, streden thans aan deze zijde ook zij, die destijds zich als afzonderlijke groep onder den naam van Frieseh- Christelijk-Hiistoriseh aandienden, en de volgelingen van den: heer Staalman. Of echter het Kabinet op den steun van al die elementen zal kunnen rekenen, Werd betwijfeld, Voorts merkte men op, dat van christelijk-lhistorische zijde in den 'aa'sten tijd uitingen zijn vernomen ten aanzien van den verz-ekerings- dwang en het gezinshoofdenkies recht, welke niet getuigen van in stemming met de zienswijze, daarom trent door het Kabinet gehuldigd en dat het onder de antirevolutio nairen ook niet ontbreekt aan per sonen, die meenen, dat ide verplichte verzekering' niét met de beginselen dezer groep is overeen te brengen Ook wees men er op, dat, al (moge de houding; (door de regeering aan genomen ten aanzien van dein tien- urigen arbeidsdag, steun gevonden hebben bij' de leiders dezier groep, zich bij den Christelijken Werk mansbond oppositie tegen die hou ding' heeft vertoond. Uit een en an der viel, meende men, af te lelden, dat de positie van het ministerie niet zloo sterk is, als zij oppervlak kig schijnt te wezen. In de tweede plaats werd de mee ning' geuit, dat de invloed, door de kleurloc-ze middenstof ten gunste van het ministerie op- den uitslag der verkiezingen geoefend, eene aan leiding kan zijn, om van het Kabi net eene conservatieve politiek te verwachten. Voorts had naar de meening5 va:n sommige leden tot den uitslag' Ider verkiezingen bijgedragen vooreerst, dat ter linkerzijde groote verdeeld heid bestond, ten tweedie dat een aantal kiezers vreesden voor het op treden van een ministère», bij het welk de defenshebelangen evenmin veilig1 zouden zijn, als zij dat naar het inzien dezer personen waven in handen van het vorige ministerie. Het minis'crie door de Rechterzijde verdedigd. Anderen konden zich met hetgeen de leden, wier gevoelen hierboven werd aangegeven, omtrent den uit slag1 der verkiezingen opmerkten, niet vereenigen. Sommige leden beschouwden het als een belangrijk moment, dat de pogingen der Liberale Un:e, om de verkiezingen te haren gunste te doen uitvallen door aanbeveling van het stelsel van staatspensionnee.ring, mislukt zijn. Betoogd werd, dat het bestuur der Unie, die vroeger ver- plichte verzekering ihiad aanbevolen, thans Zich eerst had verklaard voor het stelsel van den Bond voor Staats- pensionneering; dat het, toen, dit geen bijval bleek to vinden, daarop was teruggekomen, maar het toch had doen voorkomen, alsof alle ar men, ook de bedeelden, staatspen sioen zouden kunnen krijgen. Anderen betoogden, dat de-z»voor stelling van de hoarding der Libe rale Unie volkomen onjuist is. Vele leden wanen van oordeel, dat de rede tot opening der zitting zich kenmerkt door eene gematigdheid, die den in Iruk van kleurloosheid geeft. Men betoogde Verder, dat al Ware ran christelijke beginselen gespro ken, eene nadere verklaring van, het kabinet omtrent Zijne politieke ge dragslijn noodig- ware. Opnieuw voerde men aan, dat een godsdienstig etiket geen voldoend li ht ge ft om trent de richting' welke op het ge bied der Staatszaken gevolgd zvl worden. Men voegde hieraan toe, dat de vooropstelling van christelijke be ginselen zeer nadesllig is, in zooverre zij leidt tot verscheuring! van de eenheid der natie. Vele andere leden hadden met be vreemding' vernomen, dat politieke tegenstanders van het ministerie de Openingsrede te kleurloos vonden. Dat de uitdrukking' „christelijke rechtsbeginselen' niet zeer duidelijk is, werd dezerzijds niet ontkend De troonrede Verscheidene leden Waren van oor deel dat de Openingsrede korter had kunnen zlijp. Ten aanzien van de verschillende onderdeelen ider Openingsrede wer den o.a. de volgende opmerkingen gemaakt. Al moge het Waar zlijn, dat in 'den toestand van handel en nijverheid eenig'e verbetering is waar te ne men, zoo vreesden verscheidene leden toch, dat in den komenden winter weder veel werkloosheid zal ont staan. In overweging werd gegeven hij het houden der aanstaande volks telling' .inlichtingen in te winnen omtrent, het aantal werkloozen Met bevreemding hadden verschei dene leden vernomen, dat over de vraag of de voorziening in de gevol gen van den ouden dag zal gesehie den in den vorm van verplichte ver zekering1, reeds ie:ne beslissing' iis ge nomen. i Opnieuw, bleek omtrent de rege ling' der vporziening in de gevolgen van den ouden dag verschil van ge voelens te bestaan. De aankondiging van voorstellen betreffende de kustverdediging en de verdediging der z'eegaten was door sommige leden met ingenomenheid vernomen. Zij achten het dringend noodig' dat .in de kustverdediging beter Wordt voorzien. Hetgeen in de paragraaf der openingsrede be treffende het onderwijs wordt ge zegd, gaf aanleiding tot de opmer king', dat daaruit wel blijkt van be langstelling .in het bijzonder onder wijs, maar niet van zorg voor de openbare school en voor liet onder wijs in het algemeen. Met leedwezen had men in de openingsrede de aan kondiging' van voorstellen tot ver betering' van de opleiding der onder wijzers gemist. Gevraagd werd of voorstellen daaromtrent al dan niet zijn te verwachten. Het voor nemen der regeering' om eene staatscommis sie in te stellen vcoir Grondwetswij ziging had bij vele leden bevreem ding' gewekt. Velen achtten die be noeming niet noodig", maar ook af- keuren-Waaid'g1, omdat daarli or de Grondwet herziening en dus ook Hb herziening van het kiesrecht voor onbepaalden tijd woridt uitgesteld Met name werd gewezen op de wensehelijkheid van verandering du bepalingen omtrent de troonsopvol ging', welke verandering thans, na de geboorte van Pbinses Juliana, om verschillende redenen met mi uier be zwaar kan ter hand genomen wor den dan vroeger het geval was. Door eenig'e leden werd de wenseh geuit, dat in afwijking van hetgeen hij de sim' nsle'l'ng der vorige oom missie gies hiedde, .in ide nieuwe com missie vertegenwoordigers van alle politieke groepen benoemd zpuden worden De lintjeskwestie Aanvallers van Dr Kuyper aan het woord. In alle afdeelingen warden gedach ten wisselingen gevoerd ter zake van de in 1907 aan den heer 11. 'Lehmann verleende decoratie en hetgeen om trent deze zaak bekend werd Vele leden waren van oordeel, 'lat het vcoi gevallene van dien aard is. dat- de Kamer Z'ch aan eene bespreking daarvan niet mag: onttrekken Ter wijl tot dusver ons land zich onder scheidde door de zuiverheid zijner politieke zeden en nimmer gebleken is van het geven van ridderorden in verhand met politieke vcrkiez-'ngen, hadden deze leden den indruk ge kregen, dat door; Ide wijze, waarop ten deze dcor den toenmaligen minister van binnenlapdsche Zaken gehan deld is, de goede naam der regeering uiet Zonder reden in binnen- en bui tenland in opspraak iis gebracht Men achtte eene tesp eking te m »r noo dig; omdat het hier betreft hande lingen van den leider eener invloed rijke partij, die er hare eer in 'stelt op te komen voor hooge beginselen van moraliteit Hier scheen te blij ken, dat het Vooïopistellen van Chris telijke leuzen geen waarborg' geeft voor het hoog houden van het gez'a.g Naar men meende, moeten de poli tieke nr d standers vn Dr Kuyper in d3 vei an Woerd lijkh il voor zij ne houding deelen, zoolang zij die houding verdedigen Rechistreeksche aanval Ten einde zich te vrijwaren voor de beschuldiging, dat zij zich ten deze zouden schuldig' maken aan las terlijke aantijgingen, uitgevonden om een politieken tegenstander te treffen, stelden deze 1 den er prijs op> aan- te t-o-onen, dat de grieven, welke zlij tegen de houding van den oud-min ster hadld n, berusten op: de door hem Zeiven in De Standaard van 29 Juni j 1. afgelegde verklarin- g'ei1- In de eerste pdaats blijkt uit die verklaringen, dat hij, terwijl hij mi nister was, herhaaldelijk, ook van den heer H. Lerhmann, gelden aan nam voor de kas zijner partij. Tot dusverre was het, voor zoover toen wiist, regel,, dat een minister zich onthoudt van elke bemoeiing' met po litieke verkiezingen. Afwijking van dien regel is, naar men meende, met' goede politieke zoden niet vereenig- baar. In de tweede plaats erkent de oud-minister, dat hij omtrent het verleenen der ridderorde correspon dentie voerde met iemand, die in echt Engelsehen stijl bij de verkiezingen als agente z;onder aanstelling op trad. Indien de aan dezelfde per soon gerichte brief, gepubliceerd in Het Volk van 1 Juli j.l inderdaad van d n genoemde afkomst g is, waaromtrent dezle zich in zijne ver klaringen van 28 Juni natuurlijk niet kon uitlaten, dan blijkt, dat bij haar ook geschreven heeft over eene aangelegenheid, de Utneehtsc.be Uni versiteit rakende. Mien oordeelde, dat het voeren van correspondentie mot bedoelde persoon ove-r staatszaken niet strookt met goede beginselen van regeeringsbe'ed. Evenmin acht te men het behoorlijk, dat de wieg aangewezen werd, waarop -amspraak oipi .eene dec-orati» kan worden ver kregen, omdat daardoor de schijn is gewekt, dat het geven van decoraties do.or politieke consideraties Wordt beheers-ciht. In de derde plaats ver klaart. de heer Kuyper, dat door hem in verband met de decoratie n iets is ontvangen, noch voor hem Zelf, noch met een bestemming voor e ne verkiezingsactie, en dat er geenerlei verband bestond tusschen het ver leenen der decoratie en de. verstrek king van gelden ten behoeve der partijkas. De verzekering dat hij niets voor Zichzelf aannam, achtte men overbodig, maar van de juist heid der verklaring', dat er geienerle'i verband bestond tusschen de deco ratie en de verstrekking van gelden ten b'.hoeve der partijkas, was m n niet overtuigd. De geloofwaardig heid dezfer verklaring" wordt, naar men meende, niet st kt door da om standigheid dat dr. Kuyper het noo dig' vond herhaaldelijk aan juffrouw Westmeyer te verklaren, dat zoo- danig verband was uitgesloten. Hij zegt in Juli 1903 vernomen te heb ben, dat de consul-generaal van Grie kenland ziek in nationalen zin ver dienstelijk maakte door aan de Ne- derlandsche krijgsgevangenen uit den Boerenoorlog, die op oen der Bermuda eilanden waren geïnter neerd, de middelen te verschaffen om naar Nederland terug te koeren, alsmede door aan de Nederlandsche kolonie op .Ceylon gelden te ver schaffen voor den wederopbouw eener ingestort» kerk. Mi?n meende dat, indien dezle feiten aanleiding gaven tot het verleenen van ©ene decoratie aan den consul-generaal van Griekenland, de voordracht ni.et van den minister van binnenland- sche, maar van zijn ambtgenoot voor buitenlandseihe zaken had behooren uit te gaan. Verder merkte men op, dat blijkens de memorie van ant woord betreffende hoofdstuk III dor Staatsbegrooting voor 1903, reeds o-p 24 Sept. 1902 geene krijgsgevan genen op de Bermuda eilanden en in Bmtsch Indiö meer aanwezig waren en blijkens een bericht in liet Han delsblad van 29 Get. 1902, reals toen aan den minister Van bijinenlandsche zaken, door iemand, die voelde voor onze nationale eer, het geheel» be drag' was ter hand gesteld, Eat nog noodig Was voor de restauratie van de oude Neidexlandsche kerk te Co lombo. op Ceyl-on. Het scheen dus niet aannemelijikl, dat de oud-minister de beide door hem bedoelde feiten eerst in Juli 1903 zou hebben ver nomen. Meer licht nooil. geacht. Sommige leden waren van oordeel, dat de hierboven aangestipte feiten, in onderling verband beschouwd, voldoende vermoedens opleveren om daaruit bewijs te putten dat het ontkeden verband wel degelijk be stond. Anderen gingen niet zoover, maar achtten to h v r chaffing van meer licht, omtrent dezie zaak, noo dig; In Verband met het bovenstaande werden van de regeering verschillen de inlichtingen gevraagd. Het spreekt vanzelf, dat het tegenwoor dige Kabinet niet verantwoordelijk is voor eene in 1903 verleende deco ratie, maar m n vertrouwde dat ld» regeering de Kamer zal willen in lichten -omtrent de wijze, waarop- ten aanzien van het verleenen van deco raties in het algemeen gehandeld pleegt te worden en van wat naar haar weten hij het verleenen van be doelde decoratie i-s geschied. Ook wenschte men, dat Zij haar oordeel zlou uitspreken over de vragen van politiek beleid, Waartoe het gebeur de aanleiding geeft. Mien herinner de hierbij, dat ide minister van finan ciën zich in 1868 bereid verklaarde mlieh+ingen te ve-rs'rekken omtrent de redenen, waarom |dé uitgaven voor decoraties onder het bewind zijns ambtsvoorgangers het daarvoor toe gestane krediet- hadden overschreden en dat het m'ni-sterie-Eo'll in 1894 aan de Eerste Kamer stekken over legde, Waanuit bleek, welke motieven het vorig'e Kabinet ertoe liadd n ge leid, ontbinding ider Kamer raad zaam te achten. Vragen aan de Regeering. De inlichtingen, Welke gevraagd Werden, waren de volgend»: l,o. Welke zlijn de regels, welk» bij het verleenen van decorat es aan in gezetenen plegen gevolgd te wor den Van welke autoriteiten worden daarbij informaties gevra-agd? Is bij1 de decoratie van den heer R Leh mann de gebruikelijke weg gevolgd Gaarne Zou men de ter zake daarvan uitgebrachte ambtelijke adviezen aan de Kamer overgelegd Z:en. 2o'. Welke regels gelden ten aan zien van de vraag, tot het ressort van w'elken minister de voordracht tot toekenning een-er decoratie bé- hootrt So: Komt het meer voor en acht de regeering het oorhaar, dat Idoor een minister de weg wordt aange wezen, door het volgen waarvan ie mand aanspraak zal kunnen maken op een r'dder-oalde *4o. Acht de regeering het in over eenstemming met goede po-litiekë Ze den, dat een minister geld aanneemt voor eene partijkas en op de in de verklaringen van dr. Kuyper ver meldde wijze over regeeringsaange- legenheden correspondent ie voert met iemand, die geenerlei officieele positie bezit? 5o. In verband met de verklaring van di". Kuyper, dat de heer E. Ai Lehmann niet op een lijst betreffen de het verleenen van decoraties kon geplaatst zijn, omdat zoodanige lijst door het Kabinet, dat aftrad, niet „gearresteerd" Was, werd vierder lie vraag gesteld of vóór dat aftreden een voorloopige lijst werd opgemaakt en Zoo ja, of de naam van genoemden persoon daarop voorkwam Een kort resumé van de verdediging. Algemeen was men van hm die aan de zijde van dr. Kuyper staan van oordeel dat de uitdrukkelijke verklaring van dr. Kuyper dat er geen verband bestaat tusschen het verleenen der decoratie en het aan nemen van geld voor verkiezings- do-eleinden geloofd behoort te wor den tot dat het tegendeel gebleken is. Dat het bewijs van het tegendeel uit zijne verklaringen afgeleid zou kunnen worden, werd dezerzijds ont kend. Voorts was men van oordeel dat hetgeen de heer Lehman voor de krijgsgevangen Nederlanders en voer de kerk te Colombo deed, het verleenen der decoratie alleszins rechtvaardigt. Verscheidene leden achtten het overigens gewenscht, dat dr. Kuyper de nadere inlichtingen, die hij toegezegd heeft niet langer achterwege zou houden. Naar aanleiding van het geopper de denkbeeld, dat de regeering ©en onderzoek zou instellen werd ve>: d r opgemerkt, dat zij zich met deze zaak alleen kan inlaten voorzoover er sprake zou kunsnen zijn van eenig ambtsmisdrijf en voor zoover betreft, het verstrekken van inlichtingen aangaande het verleenen der deco ratie. Varia Voorts kwamen nog de volgende onderwerpen van algemeenen aard ter sprake: de benoeming van den oud-minister Idenburg tot gouver neur-generaalde burgemeestersbe noemingen; de eed-kwiestie; het tele gram van den minister van water staat met betrekking van de jongste verk'ezing in Gulpenhet vraagstuk der droogmaking der Zuiderzeehet verbod van verkoop van sterken drank op aanbestede werken en de uitkeering van f4000 aan 'sBijks bouwmeesters voor toezicht hij den bouw van stallen op het Loo, De hofvijver te 's Gravenhagc. Op een vraag van den heer Thom son inzake de gedeeltelijke demping »an den Hofvijver te Gravenhage, heeft de minister vrn Financiën het volgende geantwoord: „Door het vanwege den Staat der Nederlanden aan de gememte 's Gra venhage beteekende exploit is vast gesteld, dat de Regeering niet wenscht prijs te geven het recht van den Staat op den Hofvijver. Welke maatregelen der Regeering zullen dienstig voorkomen bijaldien op het recht van den Staat zou zijn inbreuk gemaakt, zal afhankelijk zijn niet alleen van de wijze, waarop daarop zou zijn opgetreden, doch ook van de omstandigheden, waaronder zulks zoude geschied zijn. Het is derhalve niet mogelijk reeds thans die maatregelen aan te geven." Rechtszaken. Failliet verklaard: 19 Oct., C. J. L. Hofman, jaloezienë- maker te 's-Gravenhage. N. Kromhout, koopman te Leiden. H. D. Verstegen, handelaar en fa- fabrikant van suikerwerken te Uden. Geëindigd door het verbindend worden der uildeelingslijst, het faillis sement van J. Dekkers, schoenmaker te Waalwijk. Vernietigd, de faillietverklaring van D. Cardozo, te Amsterdam. Eenige jaren geleden meldde het Staatsblad van Sivas (Aziatisch Tur kije) een merkwaardig feit, dat zoo juist had plaats gehad in een klein dorp- uit den omtrek. Twee -muzikanten, waarvan de een een zour|na (soort klarinet) en de ander een davoul (groote trom) be speelde, waren geëngageerd door een familie, idle in een naburig dorp woonde, om bij een bruiloft te spe len Toen het feest afgeloopen was, verlieten de twee muzikanten het bruiloftshuis om naar hun dorp te rug' te keeren maar, ida,ar ze onder weg door een hevigem sneeuwstorm overvallen wierden» gingen zie- schui len in de ruïne van een ouden molen Nauwelijks waren z|a er, of de wol ven drongen den molen binnen. Die beide muzikanten hadden er zonder twijfel hun hachje bij ingeschoten zoo z-e niet 'de 'tegeinwoordigh-eiil van geest hadden geh-ajd een schril- len krij.gschmarsch te ga,an spelen. De wolven w.ekc'n eerst ontsteld te rug en namen vervolgens de vlucht. Eenigiein tijd later overkwam het een oud-hoornblazer van een Schotsch. regiment, inwoner van Ca nada, -Mac,-Lean geheeten, dat hij, toen hij bezig' was twee gedood© her ten in stukken te snijden, een kudde wolven -op zich zag aankomen. Hij gpeepi zijn hoor'n. blies uit alle macht een marsch, 'e|n! Zag' toen zijn geduchte aanvallers hevig verschrikt a,ls zie waren, Ina-air de vlakte ijlen. Ten slotte verhaalt men, da,t mrs. John UnterWiOod, vrouw van een rij ken Yankee, toen zie in de Zwarte Bergen vain -South-Dakota verdwaald was geraakt, verscheidene urein on der de bekoring van ha-ar stem een l-eeuw tegenhield, die zijn poot reeds op haar gelegd had, gereed haar te verscheuren. Hl verrukking luister de het dier naar ha-ar. Bij liet aan breken vain den dag verscheen plotse ling' .de echtgenoot, geleid door het gezang; Hij schouderde zijln karabijn en .schoot zoo- juist af, dat hij dein leeuw met het eerste schot doodde Zonder zijln vrouw te treffen, die van vermoeienis en schrik in -Zwijm viel. Zijn deze anekdoten authentiek? In ieder geval zijn ze waarschijnlijk En z'o,nder twijfel is men naar aan leiding' van analoge- feiten op het denkbeeld gekomen om de uitwer king van mu;z,iek op dieren te onder zoeken. 'In ld© Diergaa:de te Londen wlerÜ een va|n de eerste proeven genomen. De resultaten er van waren op zijn minst merkwUiardig. Op ©en ochtend, toen de beren e-én diepen slaap sliepen, installeerde z:ic;h een violist op de brug1, Idie |zidh boven hun kooi bevindt en begon zijn instrument te- bespelen. De jong st© der beren werd wakker, spitste d,e ooren, en begon, na eelnige ver- tika-le s-prongan gedaan te hebben, met groots oplettendheid (ima-r k»t wijsje te luisteren. Toen vervolgens- de violist va,n de brug' gedaald was om vóór da kooi te- spelen, wrong het dier zijn kop en p-o-oten tusschen de tra-lies, ter wijl zlich weldra, twee- oudere beren bij hem voegden. Plotseling sprongen de drie beesten, bij een v-alschen toon, Inaar achteren, als bevangen doo-r schrik. Toen de violist ©en marsch was begonnen ta spelen, gin gen de drie, beren heen en weer Joo- pien in de kool, op de ma,a,t van li® muziek. Het effecit was v-o-lko-men gelijk bij de lee-uwen, die dan violist zoo dicht mogelijk naderden. Een ex van bewoog op de maat het eind van IzSjn dikken staart, terwijl een leeuwin hem zijn pla,ats betwistte en er ten slotte in slaagde zich tusschein hem en het instrument te plaatsen. Da-aren tegen toonde de wolven een groote vrees, knarsten met de tan den, en namen, verschrikt e,n toet overeindst-aanden st-aa-rt, de wijk naar het achtergedeelte va|a hun kooi. De jakhalzen schenen minder le vendige indrukken te krijgen. De alpen schenen bijna alle gelijkelijk door een ziekere vrees bevangentoch luisterden Zij met aandacht en aöoom - pagneerdom ten slotte- d-e muziek met onduidelijke geluiden- Maar alle dieren Zonder uitzonde ring' legden een wiare angst aan den dag voor onwelluidende klanken'. Een öoteaert gegeven in dein Dieren tuin te New-York had op de wilde dieren ee|n geheel verschillende- uit werking. Mr Picador®, de oirkes-t- direeteuT vau den Tuin liet Ide kooi en voortbrengen rond den kring, ge vormd door. ide zestig uitvoerders, en Ziehier wa,t er voorviel: Gedurende iden maxs-ch On the road o-f Mondalay stortte Bazile, de reus achtige- olifant, dikke trainentwiee leeuwien, die hun brokken _vleesc!h aan het verslinden waren, lieten Ze liggen om te luisterende wolven en tijgers stonden toet gesloten oog en en schenen in extasse; de beren, her ten ©nreebokken begonnen' te dansen, Een wals van Strauss scheen z-e slaperig' te makende Treurmarscth van Chopin deed alle wilde dieren zonder onderscheid klagende gelui den uitstooten ©n de giga, lieed Ze springen. Na. do uitvoering van ieder stuk begonnen de herten tan beren te dansen, terwijl de groot ewilde die ren huildengehuil en gedans, wat bij' de hervatting dadelijk ophield. D© .dieren zijn dus ontwijfelbaar zeker gevoelig voor de bekoring van do muziek. Hieruit volgt, dat men door geschikte melodieën in hen Zon kunnen te voorschijn roepen, wat wij zouden willen noemen, speciale ziels toestanden. iWlist rn-en, dat dit beginsel in Ame rika op de men.se,hen is toegepast? „Een baefpaeker" van Chicago merk te -opi, dat zijn werklieden veel snel ler werkten op- de dage® ida-t oen (or geldraaier zlijn wijsjes tegenover zijn fabriek afdraaide. Mon heeft proe ven gelnomen en men heeft gecon stateerd, dat niets oen werkman, Idie een vlug werk heeft uit te voeren, zoozeer opwekt als een marsch of een meesleepende dans. Do eerste praktisch© proef werd genomen te Canacherie in. den Staat New-York in eein fabriol-L fwa,ar de wierklui stukwerk verrichten. De voortbrengst in do z-alen' waar een mechanische piano geïnstalleerd was, was veel grooter dan die van Ho an der© zalen, die van geen muziek voor zien w-arcln. En onlangs is een proef op veel grooter schaal genomen, te Chicago zelf, aan de Libby Corpo ration, die een groote bestelling gekregen had van te ©onservoeren vleeschwarem voor het eskader van den Stillen Oceaan, te leveren bin nen: een zeer beperkten termijn- De directeuren van dé fabriek engageer den dadelijk e©n volledig orkest, dat geplaatst werd in de- groote centrale keuken en bij bet geluid van de trroo- lijkste marscben, „Souza.-Marsch", „Honey-Girl", werden millioenen en millio-emen bussen geconserveerd vleesch hla-aigemaaki, gesoldeerd en verzonden. (Wanneer dit meer algemeen in toe passing' zal worden gebracht, zul len de, hoeren musici, ©en nieuw af zetgebied hebben gevonden. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1909 | | pagina 13