DAGBLAD voor NOORD- en 71HD-H0LLAND.
Moeder en Martelares
Kmëmwhmhimmmf. 88aS8-339 Haarlem
Parlementaire Kroniek,
BUITENLAND.
Geragde BuitenlandsGhe berichten
^AANöaC 13 DEC. i»©8.
34ste Jaargang No, 7066
A,
Bureaus van Redactie en Administratie
Inttfeomiiiunaai Teisfocrasssamm©»1 I4SI6.
Voor arivertaniiën en reclames buiten Haarlem en de agentschappen wende men zich uitsluitend tot RICARBO's Advertentie-Bureau, Si. Z. Voorburgwal 242, Amsterdam, Int. Telefoon 1020.
BELGIE.
DUITSCHLAND.
FRANKRIJK.
ENGELAND.
FEUILLETON*
DIE MUEMSCHE COURMT
ABONÜIMËRT8PRMSI
£*er maanden voor Haarlem i 1,86
rft.v do plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.35
vee.;- de overige plaatsen in Nederland franco per post 1.80
"fconriprlsjkc nummer' 0,08
WIJS OgR ADVïf?TE*»TtÊM
Van 16 regels 60 cent (contant 50 cent).
Iedere regel meer10 cent
Buiten Haarlem en de Agentschappen 20 cent per regel. Reclames dubbel tarief.
Dienstaanbiedingen 25 cent (6 regels), driemaal voor 50 cents contant).
Alle betalende st?©s»é* op dit blad, die la bet beg.it eenet verzekeringspoli» *9», volgens de bepailngec <?p de poiinwn vermeid, tegen ongelukken verzekerd voor
(SOLDEN bij ff§ -19" 481 --- - - S am GULDEN bij
levenslange onge- ÊS M S d 1 GULDEN bij
schiktheid tot overlijden,
werken,
GULDEN bij
verlies van éen
hand of voet.
II
GULDEN bij
verlies
éen oog.
GULDEN bij
verhes vaii
éen drum
so
verlies van
één
wijsvinger
GULDEN b)j
verlies van
éen anderec
vinger.
De ulikeeriog ftezer bedrag®» wordt gegarandeerd door de Maatschappij Ocean". Bijkantoor voor Haarlem de Nederlandsche Credietbank Nieuwe Oracbt 11.
VI.
Minister Wentholt heeft het met de
panier van de week niet best kunnen
'inden.
Baar heb je allereerst de kwestie
top de Ktüpp-leveranties. Een kritiek
Slotjede heer Thomson houdt tegen-
^Vf,r den minister stijf en sterk vol,
«at men bij andere geschutleveranciers
toel heter en vee1 goedkooper terecht
iah. Nu ia het oordeel van den beer
^Oregon niet altijd even bezadigd,
001 het zacht te zeggen. Maar ie de
F^hefme zitting, waarin de zaak der
A!tipp leveranfiën nog nader bespro-
s®r schijnt te zijn, moet de Kamer
'°ch besloten hebben tot benoeming
j®ber commissie van onderzoek op
®t, stuk
Bij de kolossale sommen die het
aier geldt, mag dan ook wel zoo groot
Mogelijke zekerheid bestaan dat het
*>eld goed besteed wordt.
He behartiging der godsdienstige
^slangen van ons zeevolk schijnt een
dtel der rechterzijde bij den Miirister
ton Marine nog niet veilig te achten.
En alsof die twee dingen nog niet
?to genoeg waren, kwauu er de motie-
Büymaer van Twist Dog bij, die be
delde de schepelingen zooveel mogelij k
5h de gelegenheid te stellen om in
ahn eigen gezin hun maaltijden te
gebruiken en hun daarvoor „voedings-
Seld" toe te staan.
De minister raakte uit zijn humeur
vond dat de Kamer de behartiging
ton de belangen der schepelingen in
d't opzicht best aan hem overlaten
W, noemde de motie overbodig en
dètn hoogst onaangenaam jawel,'t
Eielp allemaal niets. Zoowat de heele
Achterzijde stemde er vóór!
Enfin, na veel vijven en zessen is
d® begrooting van Marine dan tceh
maar niet zonder hoofdelijke
lemming goedgekeurd.
„Blij dat ik zoover ben," zal de heer
^entholt wel gedacht hebben. De
Kamer heeft hem dan ook wèl door
spitsroeden laten loopen 1
De Minister van Landbouw, Nijver
heid en Handel aan die combinatie
Aoet je nog altijd een beeije wet nen
heeft het er beter afgebracht, al
fcing het ook voor hem niet alles van
v&n eeu leien dakje.
Op de besprekingen over het „Land
houwrapporf' in zake den toestand
tof plattelaudsarbeiders, ging de heer
telma niet in. Hij herhaalde alleen,
Ao spoedig mogelijk met wetsont
werpen te zullen komen. De Kamer
*djgt heel wat te doen; als de ont
werpen tu ook maar afgehandeld
gorden, anders krijgt later het Mi
nisterie de schuld weer!
Overigens mocht bet landbouwr.-p-
Jort zien xerheugen in de gunst van
oen heer Schaper. De commissie heeft
Uoed werk geleverd óndanks haar
'Eenzijdige samenstelling" Er zat nanae-
'ijk geen socialist, in. moet u weten.
En toch goed werk hier! Hoe is 't
mogelijk
Bij art. 78 (loodswezen) pleitten de
heeren Bruut mei kamp en Boodhuyzen
voor betere regeling van da pensio
neering dezer ambtenaren. Schande
dat dit nog noodig is. Ais er bij onze
loodsen nog niet eens voor voldoende
pensioneering gezorgd wordt, waar dan
wèl! En dan worden nota bene de
loodsen nog wel zoo licht afgekeurd
wegens gezichtsgebreken wat tta-
tuurfijk op zich zelf uitmuntend is.
De arbeidsinspectie kreeg van den
heer Schaper een complimentje over
haar Centraal Verslag. Onder de vele
dingen, die deze afgevaardigde bij de
aigemeene beschouwingen over de
aldeeling „Arbeid" te berde braebt,,
was ook een pleidooi voor het opne
men der dienstboden in de arbeidsbe
scherming. Wij vermoeden dat de
gezamenlijke Nederlandsche dienstbo
den eerstdaags den heer Schaper een
standbeeld zullen oprichten, want hij
heeft zich heuscö eeu wakker kam
pioen getoond voor haie belangen,
en de dames niet weinig gevleid ook.
Id het vervolg mag niemand meer
van „keukenprinsessen en „gedienstige
geesten" spreken. Dat ziju smalende
benamingen, hoorl De heer Schaper
heeft bet gezegd.
We zullen dit gedeelte van derede
des heeren Schaper maar niet gebrui
ken als een maatstaf v< or den ernst,
dien men in zijn redevoeringen moet
zoeken I
Op bet voorbeeld van de Kamer,
die het heele „verzekeringsdebat"
een aardig kluifje uit de begroo-
tingsdebatten lichtte en tot later ver
schoof, zuilen wij de besprekingen van
den tien-urendag en de motie Aalberse
in deze kroniek maar overslaan. Dat
wint ruimte, en we kunnen over dat
gedeelte nog wel eens apart praten.
Een inspecteur voor de visscherij
heeft minister Taluaa niet zonder
moeite gekregen. Gelukkiger dan zijn
collega van Marine wist hij echter
een amendement, dat uitstel bedoelde
en dat de heer Talma op zijn beurt
„zeer onaangenaam vond, met vrij
groote meerderheid te doen verwerpeD.
Wonderlijk genoeg hebben we het
in deze Kroniek nog heelemaal niet
over dan heer Duys gehad. Aan Zaan
dam is deonvergankelijke eer, dezen
afgevaardigde, in wien de bescheiden
heid, gematigdheid en het parlemen
taire fatsoen vleesch en been geworden
zijn, naar de Kamer te hebben gezon
den. Als am betenaar op non-actie aan de
Rijksverzekeringsbank was de heer
Duys bij de bespreking van de kosten
dezer instelling „natuurlijk" speciali
teit. Betere zorg voor de lagere be
ambten en meer bezuiniging op de
hoogere heeren am deze instelling
ziedaar het kort begrip van 's heeren
Duys' rede. Dat klinkt nog zoo kwaad
niet, nietwaar?
Een erg hoog idee van de waarde
zijner argumenten hebben we echter
zelfs bij deze zaak, waar de heer Duys
dan „in zit", niet gekregen.
Oordeel zelf, lezer.
Natuurlijk komen aan de Rijksver-
zekersbank, zooals aan iedere andere
instelling, misbruiken voor.
Zoo schijnt het geen zeldzaam
verschijnsel ook daar te gebeuren
dat der ambtenaren overdag „luieren"
om 's avonds meer te kunnen over
werken, natuurlijk legen extra-be
looning.
Dat keurt de heer Duys scherp af,
al laat hij er niets van blijken. Het
eenige wat bij er wèl van zegt is,
dat uit dat misbruik „de finaDcieele
nood" der ambtenaren blijkt. Voor zijn
genoegen gaat men toch zijn vrijen
avond niet opofferen tegen een kwartje
per uur!"
De vriendschap van den heer Duys
voor zijn vroegere collega's gaat inder
daad wel ver.
Eindelijk de Waterstaat 1
Wie zich de districten, waarvoor de
verschillende Kamerleden zitting heb
ben, eens duchtig in het hoofd wil
prenten, moet de Waterstaatadebatten
maar volgen. Haast geen afgevaardigde
of hij beeft te wijzen op een of ander
waterstaatsbelang speciaal van zijn
district 1"
Nauwelijks had het nieuwe Kamer
lid voor Breukelen de droogmaking
der Utrecbtscha plassen bepleit, of de
afgevaardigde voor Haarlemmermeer
was er als de kippen bij om met
prijzenswaardigeu ijver te herin
neren aan de plassen bij Nieuwkoop
en de Brasemermeer, waar we zooveel
vruchtbaren tuingrond van kunnen
makeD.
Dit slechts als een voorbeeld.
Is het wonder, dat de Ministers van
Waterstaat de btwonderiog der Kamer
wekken door hun kunst om de zaken
in allerlei toonaarden uit te stellen,
en de Kamer zóo met een kluitje in
het riet te sturen, dat de leden er
dikwijls zelf pleizier in hebben?"
En gelukkig is het ook; we zouden
gauw tot een Staatsbankroet komen,
als alle Duttige dingen op het gebied
van den Waterstaat uitgevoerd moes
ten worden met een spoed, evenredig
aan de welsprekendheid en het klem
mende in de betoogen ten gunste van
de lange reeks dietrictsbelangeD.
Zou er misschien ook een heel
kleine nevenbedoeling zitten achter
al die waterstaats-speechen
Geen distric'shelang v as wat de
heer Smeeuge in het midden bracht
over de droogmaking der Zuiderzee.
De regeering zal voorloopig komen
met een ontwerp tot droogmaking
vau het gedeelte tusschen Wieringen
en Medemblik. Dat zal acht en twintig
millioen kosten, terwijl het groote
plan, ineens aangevat, ons op bijna
190 millioen zou kooien te staan.
Maar de heer Smeange wil dan ook
voorloopig alleen den groeten afsluit
dijk.
Bij de behandeling van het regee-
ringsontwerp komt dit alles natuurlijk
opnieuw te berde. De Kamer mag
intusschen wel overdag en 's nachts
vergaderen om al die ontwerpen klaar
te krijgen. Zouden we er niet eenige
Tweede Kamers bij kiezen, dan kon
den ze ieder een deel van het werk
voor bun rekening nemen
Nu moesten we bet eigenlijk nog
hebben over het geval Caflantsoog en
over het relletje, dat de socialistische
Kamerleden Vrijdagavond maakten,
nadat miuister Ragout de heeren
HeJsdicgen en Duys over hun onder
zoek op eigen houtje zoo duchtig had
afgescöaft.
Maar zelfs een Duys zou verlegen
kunnen worden over de vele aandacht,
aan zijn persoontje geschonken. Eu
dat zou jammer zijnmen moet toch
èrgens in uitmunten
KONING LEOPOLD.
Koning Leopold's toestand i« weder
om zeer verergerd. Gisteravond laat
zijn prins Albert, de troonopvolger,
de gravin van Vlaanderen,'s Koniogs
schoonzuster, en zijn jongste dochter
Clémentine aan het ziekbed geroepen
De koning lijdt aan darmkolieken
zijn toestand schijnt zeer gevaarlijk te
zijn. Da doktoren achten een operatie
noodig, doch er is twijfel of de koning
deze nog kan doorstaan.
G ODSDIENSTV RIJHEID.
De Centrumsfractie heeft de vol
gende motie ingediend
„De Rijksdag: besluite den kan
selier te verzoeken, om door onder
handelingen met de verschillende
bondsstaten het daarheen te sturen,
dat aan de beperkingen van de gods
dienstvrijheid, voor zoover ze nog
bestaan, langs .wettelijken weg een
eind© wordt gemaakt
Van ingrijping ,in de rechten der
afzonderlijk© staten kan bij deza
motie geen sprak© zijn.
Zij verlangt immers niet meer dan
godsdienstig© verdraagzaamheid en
die beperkingen van godsdienstvrij
heid uit den weg.te ruimen, zooals
ze zich thans in Mecklenburg, Sak
sen en Brunswijk nog voordoen.
In het voorstel worden geen voor
rechten gevraagd, maar alleen dat
gene, wat de andere godsdienstige
gezindten reeds lang bezitten, n.l.
vrije uitoef ening van den godsdienst
DE SCHOOLSTRIJD.
Vandaag begint in Frankrijk de
reeks processen die de opgeloovige
schoolmeesters hebben aangespannen
tegen de bisschoppen welke voor de
ouders d© vrijheid van onderwijs en
keus van leermiddelen opeischen.
't Is er ©en Schrikkelijke toestand
in Frankrijk I
Weliswaar heeft ©en enorme scha
re van onderwijzers in het geheim
de veroordeelde boeken op eigen ge
legenheid voor hunne scholen afge
schaft: Op talrijke plaatsen is dit
reeds geschied, maar het wordt stil
gehouden, om van de zijde van het1
gouvernement geen weerwraak uit
te lokken
Zoo kan men de verw,achting' koes
teren. dat in de meerderheid der
scholen de veroordeelde boeken zul
len geweerd zijn
Maar van den anderen kant zijn
er ook weer kenmerkende staaltjes
van kwaadwilligheid te melden
Er zijn tal van scholen, waar men
juist de door de bisschoppen ver
oordeelde boeken voor het eerst heeft
ingevoerd!
De ouders berusten hierin echter
niet Van alle middelen, welke hun
ten dienste staan maken zij gebruik
klachten bij den onderwijzer, hij den
schoolopziener, bij den minister,
klachten in de kranten enz
Maar voor die ouders is er geen
recht in -Frankrijk
De ongeloovige regeering wil de
ziel der kinderen hebben, en met
waarlijk duivelschen toeleg wordt
alles gedaan om Frankrijk's toekom
stig geslacht nog onverschilliger en
vijandiger jegens het Katholicisme
te doen zijn, dan het huidig©
Doch de bisschoppen waken.
Zullen zij slagen? God geve het)
i ntusschen verdient i n dit stadium
zéér de opmerkzaamheid een verkla
ring van den ultra-anti-clericalen
vroegeren minister-president Com
bes, waarin het onderwijs der Fran-
sche volksschool in menig opzicht
gecritiseerd wordt! Onder andere
ontzegt Gcmbes den mees-ten onder
wijzers de voor het onderwijs in de
nieuwste geschiedenis vereisohte on
bevangenheid van oordeel en phiilo-
sophische ontwikkeling'
En deze 'heeren gaan te keer
tegen de Bisschoppen
ASQUITR'S STRIJDREDE.
In Albert Hall te Londen heeft
de Engalsche premier Asquith met
een groot© rede de verkiezingscam
pagne van de zijde der regeering ge
opend.
Het meest opmerkelijke in As-
quith's rede was de toezegging ,aan
Ieland, welke dit land een soort
eig en bestuur in het vooruitzicht
stelt
Het. is waarschijnlijk het oude plan
van deze regeering, dat, mede door
de afwijzende houding1 van het Hoo-
gerhuis, maar ook door de weinige
geestdrift der Ieren zelf, niet tot
uitvoering .kwameen soort zelfbe
stuur voor eigen Iersche aangelegen
heden mits het oppertoezicht blijve
bij het Engelscbe Parlement Ier
land zou dan in ongeveer dezelfde
positie komen als Canada, Australië
of Z -Afrika.
Het spreekt van zelf, dat dit plan
dan wel zoo zal worden gewijzigd,
dat de Ieren zelf er iets voor kun-
voelen daar, zooals wij al zeiden,
het vorige plan geen onverdeelde in
stemming genoot
Maar één ding is zeker: van deze
plannen zullen de Unioinisten, die
vooral Home Rule' vroeger tegen
houden konden, handig- gebruik ma
ken bij de a s. verkiezingen.
En tal van Engelschen zullen on
getwijfeld door hun ingewortelde
vrees voor de Home, Rule van Ier
land, tegen de liberalen partij kiezen 1
Cook's antwoord.
In „Politiken", het groote Deensche
Dagblad, worden de vernietigende aan
vallen door Dunkle ©n Loose tegen
Cook gericht, door diens, secretaris,
Lonsdale als gemeene leugens gebrand-
merkj de personen die ze hebben
verspreid, als spitsboeven en eerroo-
vers.
Kieseh kan men in. elk geval het
optreden dezer heeren niet noemen,
maar het feit dat zij hun stukken naar
Kopenhagen hebben opgezonden, geeft
toch wel te denken. Immers öf het
zijn doortrapte vervalschers en leuge
naars die zelfs dit wagen, als truc,
zooals een diamantendief en wisselver-
valscher, die bijna betrapt wordt, meL
grandioos gebaar aanbiedt de gestolen
diamanten dan maar weer aan de hee
ren terug te geven, als ze zijn wis
sels niet willen aannemen óf zij
zijn volkomen te goeder trouw en zeker
van hun zaak, öf wél, een derde mo
gelijkheid, zij p rob eer en het maar.
In élk dezer gevallen moet echter,
dunkt ons, de waarheid aan, het licht
komen.
De commissie, die tot onderzoek dei-
bewijzen van Cook is samengesteld, be
staat uit mannen die men met eenig
recht niet de eerste de besten kan,
noemen. Het spoedige geloof dat aan
Cook's beweringen werd gehecht, toen
deze in het laatst van Augustus met
het opzienbarend nieuws zijner ontdek
king in, Kopenhagen kwam, is anders
in zooverre een precedent, dat men
nu wel niet met dezelfde lichtvaardig
heid of Iaat ons liever zeggen, gemak
kelijkheid, het tegendeel zoo maar zal
aannemen.
Mede is dit dus een voorwaarde dat
het onderzoek van Cooks, Looses en
Dunkles „bewijzen" wel grondig ge
schieden zal.
Tegen de beide laatstgenoemde hee
ren pleit nog het feit, dat ze zich
voor hun onthullingen door de „N.-Y.
Times" stevig hebben laten betalen.
Het publiek vraagt zich thans af of men
hier soms met een manoeuvre van
Peary's vrienden te doen heeft en acht
het waarschijnlijk dat er nog meer van
dergelijke onthullingen zullen volgen.
Wij schorten ons oordeel op cn hou
den voorloopig zoowel Peary als Cook'
voor zulke de spuigaten uitloopende
laster- en leugencampagnes, te goed.
De I! al kan-overeenkomsten.
Servië koketteert maar steeds nog
met Bulgarije. Een telegram uit Bel
grado meldde gisteren:
De Kroonprins is naar de grens ver
trokken om koning Ferdinand van Bul
garije te ontmoeten, die door Servië
reist en die speciaal om die bijeen
komst heeft verzocht.
47)
„Mijnheer", sprak hij met, een
'hepe buiging", „ik heb te Calcutte,
^Aurlioen mijn zaken mij nu 'en dam
^epem, vernomen da,t de markiezin
l Gypières in hechtenis genomen is,
"gehuldigd van ©en afschuwelijkö
Misdaad.
Terstond nadat .ik dit vernam ben
hierheen vertrokken om u haar
^vrijheidstelling: te vragen tegen
'r-d©ren borgtocht dien u wenscht, al
^'aren het ook millioenen."
w Ik' magistraat keek den Ooster-
tog met verwondering aan Dit
tori ijk© gelaat met den helderen oog-
'Tdug- liet hem niet den minsten
Mjfel of Richard de Clavjères was
r1 goeder trouw. Blijkbaar meen-
dl' deze Indiër, onder Engelsch©
(tot,ten levend, dat 'het ook in Frank-
tik gebruikelijk was een beklaagde
Tij te laten onder borgtocht
j J^Iet groot© welwillendheid legde
to president zijn bezoeker uit w'aar-
hij aan diens verzoek niet kon
°ldoen
K.?,pus moet ik aannemen", vroeg
Melu'rd d© Clavières, zichtbaar diep
"l'H'urgesteJd, „dat. het- op het ©ogen
blik absoluut onmogelijk is, aan de
markiezin voorwaardelijk de vrij
heid terug te' geven
„Bepaald onmogelijk, meneer"
„Ook als ik u mijn eerewnord geef,
dat de markiezin op dag en uur
doer n te bepalen, voor hare rech
ters zal verschijnen
„Mijnheer, de wiet verbiedt het
uitdrukkelijk".
„Dat doet mij ten zeerste leed",
verklaarde de Indiër, en zijn ver
driet- spirak zoo levendig uit het edele
gelaat, dat de president niet nalaten
kon te zeggen„Is het onbescheiden
u te vragen waarom gij zulk een
groet belang stelt in het lot van
deze beschuldigde
„Volstrekt niet. En daar ik door
niemand aan u voorgesteld ben kun
nen worden, zullen mijn mededeelin-
gen u tevens doen weten, wie het
is die zich hier bij u voor de, mar
kiezin da Cypières komt, interes
seeren."
Nadat de president met een lichte
buiging zijn dank had betuigd voor
deze bereidwilligheid, begon de In
diër: „Mijn vader was een verre
bloedverwant van de Sintély's Mijn
vader, een r ijk en zeer geacht koop
man op Ceylon, had bijna zijn geheela
familie zien bezwijken aan de cho
lera Van zijn vier kinderen had
hij alleen mij overgehouden, en mijn
moeder was ©oklreeds gestorven, toen
ik door de vreeselijke ziekte op mijn
aangetast werd
Ons, huis werd door iedereen ont
vlucht Zelfs de dienstboden hadden
voor de gevreesde ziekte de wijk ge
nomen Mijn vader was wanhopig.
Begrijp eens, dat zijn laatste kind
lag ie zieltogen en da,t de genees-
heeren voor geen schatten van geld
den dreriipeP onzer woning wilden
overschrijden
Toen kwam plotseling een redden
de gedachte hij mijn vader op. Men
zeide dat dokter Sintély alle, chole-
ralijders, die onder zijn behandeling
kwamen, gered had. Mijn vader
schreef hem, maar zou hij willen ko
men En dan nog1 Pondicbery
was. ver van Ceylon; zou hij niet te
laat komen
Ai aar dokter Sintély toet zijn edel
moedig© toewijding meende het recht
niet te hebben om te weigeren, en
stond weldra aan mijn ziekbed. Acht
dagen lang streed hij tegen de ziekte,
en hij had de hoop alreeds opgege
ven, toen er plotseling een gunst iige
wending in mijn toestand kwamik
was gered.
Mijn vader wilde hem een vermo
gen aanbieden, maar hij nam niets
aan dan een warmen handdrukde
vreugde, van voor een vader, die
slechts zijn laatste kind behouden
had, dit te r edden, was hem voldoen
de Miaar da wat der dankbaarheid
is voor ons geen ij dele klank, en
ziedaar waarom ik hier ben.."
Meer dan hij wilde doen blijken
was de rechter getroffen door een
grootheid van ziel, die op zulk een
edelmoedig© wijze vergeld, wat dok
ter de Sintély hem bewezen had
„De markiezin Madeleine de Cy
pières, do kleindochter van dekter
de Sintély, is wellicht uw goede, zor
gen niet waardig, graaf", sprak hij
ernstig
Richard sprong opheel zijn uiter
lijk was één krachtig protest tegen
deze woorden
„Sta mij toe u te zeggen dat ik
van het tegendeel absoluut overtuigd
ben, mijn|heer," sprak hij op vas
ten toon.
Hij was doodsbleek geworden
een vreeselijke opgewondenheid spie
gelde zich op zijn gelaat af.
Waren er nog andere redenen
waarom hij van zcoveT gekomen was
om. de arme Madeleine ter hulp te
snellen
M isscjhien i
„Zoudt u de markiezin de Cypiè
res misschien in kennis kunnen stel
len van mijn aankomst en het, doel
van mijn verblijf in Frankrijk,"
vroeg hij den [rechter. „Ik zou u
zeer verplicht zijn wanneer u er nog
bij wilde voegen dal zij geheel over
miji beschikken kan."
„Mijnheer", antwoordde de presi
dent, „ik ben gaarne bereid u dezen
kleinen dienst te bewijzen, te meer
daar i k u ee n groo t en moest wei
geren Maar zou het zelfs voor
hetgeen u mij thans vraagt, niet
beter zijn als u zich wendde tot de
heeren dei Sintély, de neven der be
klaagde, of tot den advocaat AuBry,
dien de, markiezin tot haa,r verde
diger gekozen heeft?"
„Dank u", sprak de Indiër nu op
ijskouden toon, „ik zal uw raad op
volgen."
Hij liet, zich het hotel van Char
les de Sintély aanwijzen. „Hie,r ten
minste zal men haar niet beleedi-
gen," sprak hij met een diepen zucht,
toen hij voor de deur van het hotel
stond. i
De ontmoeting der beide mannen
was allerhartelijkst.
„Ik kom om Madeleine te redden",
sprak Richard de Clavières eenvou
dig
En toen de priester blijkbaar zijn
weinig vertrouwen in het slagen
der pogingen om de markiezin te
helpen, niet verbergen kon, ging
Richard voort: „Verontrust u niet,
neef, en houd meed. Wij zullen
de helsche intrigues weten te ont
dekken, die achter dit vreeselijk ge
heim verborgen zijn."
„Zijt g'ij dan van alles, op de
hócgte," vroeg Charles de Sintély
verbaasd.
„Z,o© ongeveer. Een Fransche cou
rant, die ik te Calcutta toevallig
in handen kreeg-, bevatte een aan
tal hij zond erheden omtrent, de aan
klacht,"
„Weet gijl ook dat Madeleine's
kind dood is," ging'de priester voort
„Dat is mij gisteren verteld, ja,"
hernam Richard op zaohten toon.
Op dit o,ogenblik klonk er een vlug
ge stap op da gang, de deur werd
met een ruk geopend* en R,aimond
trad binnen. Richard de Clavières
wendde bet hoofd om, en zoodra hij,
zijn jongeren neef zag, helderde zijn
gelaat op en straalde van een nog
warmer sympathie- dan hij Charles
betoond had.
Het geheim van di© gr.ootere sym
pathie Raimond had Madeleine's
oegen, haar houding en haar fijn
profiel: hij geleek zóó op zijn nicht,
dat Richard de Clavières op het
eerst© oog-en bi ik reeds vriendschap
voor hem gevoelde.
Al spoe'dig zat de jonge genees
heer met, de hem eigen levendigheid
de gchecle treurige geschiedenis der
arme Madeleine sedert den dood van'
den markies, te vertellen.
„Wie is, die Reine Pen hoek" vroeg
de Indiër, toen Raimond hem liet
voernaamste had meegedeeld. Rui
mond keek' verrast op. Dus zocht
ook Richard de Clavières in deze-
kaan, ©nier terstond het, zwakke punt
der geduchte tegenpartij van Made
leine's verdedigers, die zich de vi-
oomtesse de Mondragon noemde!
Wordt V'Wolgdj.