DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
Moeder en Martelares
c.
Uit de Statenzaal.
Gemengde Buitenlandsche berichten
fltf aifopfeufiftiriMt- 28«3l-339 Haarlem
BUITENLAND.
DONDERDAG 30 DEC. I909.
34ste Jaargang No. 7080
bureaux wan Reaactté en Administratie
ïsB4«9s*c«iiW8«ssi8«isK«iï Tatofoonnusniiitta* I4S6.
Voor advertentiën en reclames buiten Haarlem en de agentschappen wende men zich uitsluitend tot RICARDO's Advertentie-Bureau, N. Z. Voorburgwal 242, Amsterdam, Int. Telefoon 1020.
8ns Geïllustreerd Zondagsblad.
BELGIË.
RUSLAND.
TURKIJE.
VENEZUELA.
FEUILLETON.
59)
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
ASONUëimeNTSf'üusi
Fer h ma&caen voor ü&wlej» f i,Ü5
Voor do platteen, waar een agent is gevestigd (koa» der *.-»»A«ui«r 1.86
Voor do overige plaatsen ia Neder Saai franco per post 1.80
Aftorn ^rlqke nummer- <M®
3»P!J8 OER AOVERTERTIÊN:
Van 16 regeis 60 cent (contant 50 cent).
Iedere regel meer10 cent.
Buiten Haarlem en de Agentschappen 30 oent per regel. Reclames dubbel tarief.
Dienstaanbiedingen 25 cent (6 regels), driemaal voor 50 cents (i, contant).
Alle betalende «ttotsuc» op dit c-isa, die »»e» rmsi* «erna» vmeseflagtpoll* MJn volgen* de bepalingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor:
fSi A 1» is nm u, 4 HULDEN bi)
«■«Si Hl uTTi.nt™ hi, 9 H *3 u HULDEN bij li HIIH «tn .iwm hi.
verhes van
GULDEN bij
levenslange onge
schiktheid tot
werken.
400
GULDEN by
overlijden
GULDEN by
verlies van éen
hand of voet
HULDEN bij
verlies var,
éen oog.
too
HULDEN bij
verlies van
éen duim
één
wijsvinger.
15
HULDEN b8
verlies van
éen anderen
vinger.
De niikeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Gcean", Bijkantoor voor Haarlem de Nederlandsche Credietbank Nieuwe Gracht II.
Het „GfiHlustreerd Zondagsblad"
wan morgenavond bevat: 1. De aarts-
Ijisschop van Parijs en de social®
■rbeid (met Hl.); 2. Mn N. G
fterson f (met Hl.); 3. De begrafe
nis van Koning Leopold (met 2 ill.)
4, In het Baanwachtershuisje5.
Pastoor B. O. van Straelen (met Hl)
6 Mr. S. A. Vening Meiinesz (met
sll.)7. Een reuzenbrand te Londen
(met HL)8. Een nieuw wonder der
moderne wetenschap (met ill.); 9.
Qp Nieuwjaar (met Hl-); 10. De be
grafenis van Mgr. Malijngré (met 2
ÈLL); 11. Een leerschool voor luoht-
vliegers (met Hl); 12. Reusachtige
ferand te Amsterdam (met Hl.); 13.
De eerste rolscbaatswedstrijd in ons
land (m©t ill.); 14. Voor onze jon
gens en meisjes; 15. Sdbaafcrubmak
16. Kroonprins Leopold van België
«met Hl.)17. Ben zHvemn jubileum
toet Hl.).
Nalezing van de Raadsvergadering
De heer Bregocje ie dan in den
Raad terechtgekomen en wel op de
eerste bank recnta, in het aristocratisch
gezelschap eenerzijds van baron van
Lijnden, maar aan den anderen kant
geflankeerd door den beer de Braai,
wiens steun bij worden moet
als men ten minste het vrijzinnig-
democratische verkiezingsbiaadje moet
geloover, dat zonder blikken ol blozen
deze enormiteit aan de geduldige
kiezers te slikken heeft gegeven.
Enfin: de oude plaats van den heer
Gravestein is dan weer bezet, zij het
ook o. i. lang niet zoo gelukkig; eD
zeker zal er van den bezetter dier
plaats met zooveel invloed uitgaan
als de sympathieke, heldere en kern
achtige redevoeringen van den heer
Gravenstein hadden.
'n Bewijs hiervan ia aldat een
amendement van den heer BregODje
want het nieuwe raadslid is zoo
waar al dadelijk aan het redevoeren
en amendementen-voorstellen geslageD
met algemeene instemming, op die
▼en zij i partijgenooten na, gekelderd
werd.
En voorts voerde de heer Bregorje
al honderd uit net het woord tij
de groote discussie ov<-r de train
concessie, één van de twee hoofd
punten, die den R rad in deze
langdurige zitting hebben bezig ge
houden
'l Aüdere hoofdpunt was de kwestie
der diepboringeu. waarover nu eerst
een woordje.
Moj verwij zen voor de discussies
■aar ons Raadsverslagdit moet bij
deze kwestie nog eens uitdrukkelijk
gezegd, omdat de beschikbare plaats
ruimte ons noopt tot strenge beper
king en wij dus alleen eenige al
gemeen® opmerkingen kuïmen ma
ken.
Daar is- wel gebleken, dat bij vele
meijer, naar het schijnt, zoo harts
tochtelijk wil behouden
[Wij meenen, dat de stad Haarlem
werkelijk in alle opzichten verheugd
kan zijn walmeer later blijken zal
leden van den Raad eejn soort pi- dat prol. Dubois gelijk heelt gehad
kanterie is gerezen tegen den man, en dat men met goedkoop© diepbo-
die de gemeente van den rustigefn ringen voor onze waterleiding een
weg der geheime voorbereidingen ©ven voldoend® uitbreiding kan krij-
heeft afgetrokken naar het zooveel S©n Ms men het door de reeds voor-
rumoeriger pad der openbare beraad- bereide dtu® onteigen mg zou beko-
slagingen over den toestand onzer,raen!
waterleiding I Maar... de heer Loomeajer txleel met
De gemeente was nu zoo moor op1 ':«n ^reken owr de te^partr
weg id al dm geheime raadsvergade- ^eMapk jumt m de lijnd*^ak door
ringenen daar komt lm opeens f en lWl m aangenomen Verklapte
die professor Dubios uit de lucht d Breuk niek dafc^ de
vallen, en maakt openbare bespre- rechtsgeleerde raadsman d ^meen-
king enallerlei proefnemingen te ooli zooveel mogehjk proeinemm-
nocdig, die niet op het programma op d© Elzelmweide a^vaajdt?
voorde onder-onsjes voorkwamen^aarvoor een advoe^tebi ge-
van B. en LW> met nam®, de plotse- T- i i -a
der Vliet, om op deze- wijze to out- f Intusschm zal la-
komen aan de confiscate® v«i haar P benoetnmg van de commissie
dumterrepnenmet ietwat stroeven de
b-bk heeft aan,gestaard. i moet leiden „op de Ezelenweide e n
Te meer, daar door professor Du- punten van hiet terrein' al-
bbis betoog, en door het Rapport dei wterd door den heer van Lijindem
Heidemaatschappij eveneens, het al-voorgesteld en door den Raad tem
gemeen belang m het geding is ge- filotte aangenomen,
bracht.
En nu moge de burgemeester zeg
gen, dat de gemeente in alle onpar
tijdigheid eerlijk een proef wil Over- de, dan nu vastgestelde com-
doen, het kan iniet ontkend worden, cessie-voorwaarden, waarbij de Raad
dat eigenlijk gezegd door vele beeren zonderling genoeg alweer allerlei
die de overtuiging hebben dat onze amendementen bijbracht (dé heer
tegenwoordige wijz© van waterw.in-j Bregonje had er al een ingediend,
ning de best© is, van harte gehoopt vóórdat hij' goed ©n wel als Raadslid
wordt- een mislukking van de j beëedigd wasl) kunnen we hier niet
proef! juitvoerig ,zijn. Zonderling evenwel
Mjr. Thiel zeii het ronduitachter- blijven wb het noemen, dat de raads-
dat .voorstel om op de „Ezelenwei- leden in deze zitting nog allerlei wij
de," (door prof. Dubois aangegeven),1 zigingen voorstelden enen aan-
nu de proeven te ooncejntreeren, zit namen, die toch ten gevolge kunnen
heel wat anders dan wat men er zoo- hebben, dat de H. IJS. M, de oon-
onschuldig .uit lezen zou't Is tac- cessie nu Weer zonder nadere bespre-
electriscbe trams naast elkaar, nog
pas aan het begin van nieuwe moeie-
lijkheden zullen zitten! Doch wie dan
leeft, dan zorgt!
tiek!
En terwijl d© deskundigen aan Mr.
Thiel hadden verzekerd, dat er gieen
kleilaag is onder de Ezelenweide,
z-oodat het water daar zeker niet vol
doend© zal zijn, hadden (waarschijn
lijk wel andere?) deskundigen den
heer Sneltjes1 verteld, dat er water
genoeg ,was onder de Ezelenweide,
maar dat de hoogtere gronden zou
den uitdrogen, als men daar boort.
De beeren deskundigen blijken het
dus alweer ook in dit opzicht oneens
te zijn
Trouwens, dat de gemeente toch
allesbehalve staat voor een „eerlijke
en onpartijdige" proefneming, zoo
als de burgemeester maar bleef ver
zekeren, toont wel de qualificatie
aan welke de heer -Loomeijer gaf
van prof. Dubois, dien hij met
het gemeentebestuur van Rloemea-
daal incluis „onze tegenpartij"
noemde.
i.Wij vragen bescheidelijkin hoe
verre kan er hier van tegenpartij
gespro-ken worden Omda.t prof. Du
bois afkeurt het huidige stelsel van
waterwinning, wat de beer Loo
king niet aanvaarden kan.
lj»ar is o.v. B«rigenomen zoo
onder de hand weg een bepaling
dat voor de tariefoerekening de lijnen
a (door de stad) en b (Stationsplein
Schoterweg tot aan de Kteverlaan)
voor één lijn moeten gelden
Voorts heeft men in de gauwigheid
nog vroegtrammen gecreëerd met. een
tarief van niet méér dan 5 cents en
heeft de beer van de Kamp een (vrij
decoratieve) wijziging weten aan te
brengen der overname van het H T.
M.-personeel.
Dit zijn meest vrij ingrijpende wijzi
gingen, waarmee men met op het
laatste oogenblik had moeten r anko
men, dunkt ons: en de critiek van
den burgemeester en de be-r Spoor op
deze wijze van doen chten wij dan
ook zeer gegrond.
iDtusscben: de corcegfievoorwaar
den zijn dan in hun geheH aangeno
men we zullen nu aiwachten wat de
H. IJ. S. M. ervan zeggen zal, en
wanneer deze uitermate gerekte „kwes
tie" met het rijden van de eerste tram
zal zijn beëindigd. Ofschoon we dan,
met onze twee concessionarissen van
Over bet cadeau-doen van een
electriech-licbt-leiding en een paar
honderd gulden aan stroom aan de
Tentoonstelling van Bloembollencul
tuur kunnen we nu gevoegelijk zwijgen.
De optimistische voorstellingen van
den heer de Braai, dat het geld als
water de stad binnen zal stroomen 't
volgend jaar, deelen we nietdoch
niet vergeten mag worden, dat deze
directe geldelijke steun eigenlijk de
eerste en totnu de eemge financi
eels bijdrage is, die de gemeente
aan „Bloembollencultuur" geeft. Im
mers de deelneming in het waar-
borgfonds(waarvan deheerRiokema cu
rieus genoeg z ch niets herinnerde:
quandoque dormitat...) wordt al
gemeen beschouwd als zondir risico
voor de gemeente te zijn.
Het ongelukkige amendement van
den heer Bregocje waarmee deze
heer zich zoo schrikkelijk haastte, dat
de voorzitter het ai onder de inge
komen stukken voorlas precies twee
minuten nadat 't nieuwe raadslid had
zitting genomen 1 om die paar
honderd gulden van „Bloembollen
cultuur terug te eischen, zoodra de
tentoonstelling maar een beetje fioan
cieel succes heeft, werd dan ook naar
verdienste met groote meerderheid den
hals omgedraaid. „Krenterig", Doemde
de beer Spoor het zeer terecht.
Zij ten slotte vermeld, dat de heer
Mr. Taiel, die geen wethouder wilde
blijven, alweer „tijdelijk" wethouder
is gewordeD, nu Dr. Nieuwenöuiien
Kruseman ziek is. Een der stedelijke
bladen, waartoe de heer Thiel in nauwe
betrokking staat, had gemeld dat hij
deze benoeming niet zou aanvaarden
maar de heer Thiel dankte, en nam
aan Was het een slag om den arm,
dat berichtje?
GEEN VERDEELDHEID.
Onder aezen titel scünjft het
„Handbl. van Antw."
Dat is wel de waarheid en de
eenige hoop onzer tegenstanders, om
ons van 't newind te etooten, ligt in
Ttrdeeldbeid .er rechterzij. Ongetwij
feld is de oneenigneid nog niet- voorbij
en de redevoering van Woeste in de
Kamer hetfc bewezeD, dat velen onz-r
vrienden de iegerwet met aanvaarden.
Muar men vergisee zich met
deze opvatting beteekent geenszins
ontbinding onzer troepen. Men heeft
al'ijd het teent de herziening eener
wet te eischen en zelfs voor de wet
hare uitwerkselen zal bereikt hebben,
zal de herziening zeker een voltrokken
feit zijn. De heer Woeste bewee/t in
den zin van acnteruitgang, de heer
Janson zegt dat net zal zijn
in denzin van algemeenendienstplicht.
Waarom Tusschen het program
van Janson en dat van Woeste zullen
de katholieken niet aarzeleD, en zelfs
zullen de „vlottenden" die nu de
sterkte van oe regeeting uitmaakten,
zich tegen het alleman soldaat keeren.
Onze tegenstanders hebben dus wel
ongelijk van op onze verdeeldheid,
huone eenige reddingeplank, te reke
nen."
OOK EEN VOORBEREIDING!
Met 't oog op de aanetaaude komst
der Keizerlijke familie te 8t.Petersburg
hteft de politie reeds bijzondere
mastregelen genomen.
Wie te St. Petersburg aankomt,
zonder de politie kennis te geven van
zijn aankomst, zal worden gestraft
met een boete van 7500 roebel of drie
maanden hechtenis I
HET AFTREDEN VAN DEN
GROOTVIZIER.
De sultan heeft het ontslag van
den grootvizier aangenomenHus
sein Hilmi pasja verdwijnt dus op
nieuw van het tooneel.
Zijn vorig jgrootviziraat duurde
slechts enkele maanden en eindigde
met het optreden van TeWfik pasja
in April 1909.
De Lyncfhzaak is, naa;r nu bekend
is geworden, ditmaal de oorzaak van
zijn val. De ministerraad beraad
slaagde verscheidene uren lang wer
den lunnenlandsehea toestand, in het
bijzonder over de beweging die de
Lynqh-zaak onder de bevolking van
M'esopotamië teweegbracht. Na af
loop van de zitting begaf de groot
vizier zich naar den Sultan om hem
zijn ontslag te overhandigen, het
welk aangenomep werd.
Voor het Kabinet, en vooral voor
de ministers van de jong-Turksch©
partij1, en met name voor den minis
ter; van Einandiëp Djavid bei, was
het debat in de Kamer over deze
zaak gehouden eenige wieken gele
den, in val© opzichten teleurstellemd
Wegens de allerminst voorkomende
houding der Kamer en zelfs der
eigen partijgenooten.
Sinds dien dag z-ijn dan ook de
gerechten van ka-binetswijziigingen
niet van de lucht geweest
De bevolking van Bagdad hield
hevige betoogingen tegen het clo(n-
cessieplan men sprak van Duitsehe
intriges te Konstantinopel, die de
Engelsche concessie weer- zouden
doen mislrikkien.
Deze protesten, mjisschien ook
deze invloeden, schijnen op de Jong-
Turksehe partij1 zulk een indruk te
hebben gemaakt» dat zij den groot
vizier heeft prijsgegeven. HalH bei,
de leider der partij1 van Eenheid en
Vooruitgang, ging aan Hilmi pasje
mededeelen dat hij had heen te gaan,
indien hij niet wilde dat de Kamer
hem zou omverwerpen.
De partij schijnt, gelijk wij meld
den, Hakki bei tot opvolger te heb
ben uitgekozen, hoewel ook sprak*
moet zijn geweest van Tfewfik pasja,
thans gezant te Londen, die naar
Konstantinopel ontboden werd.
DE ZENDING VAN GRISANTI.
Volgens Venezolaan8che bladen, als
„El Tiempo" en „El Universal", is
bet den gezant, dr. Grisanti, niet ge
lukt bet eens te worden met de
Frnnscbe regeering.
Dexe regeeritig wenschte n 1. het
herstel der diplomatieke betrekkingen
tusschen bbide landen niet te bespre
ken, dan op den grondslag van de
reeds door den vorigen Venezolaan-
schen gezant, dr. Paul, goedgekeurde
overeenkomst, volgens welke zekere
eischen van Fransche burgers tegen
Venezuela aan arbitrage zouden wor
den onderworpen.
Dr. Grisanti verdedigde daartegen
over het standpunt der Venetsolaaneche
regeering, die arbitrage in zake de
bedoelde eischen niet toelaatbaar acht,
daar de conventie van 1885 tusschen
Frankrijk en Venezuela bepaalt, dat
dergelijke eischen volgens de wetten
van het betrokken laud, in dit geval
Venezuela, door den plaatselijken
rechter moeten worden behandeld.
Aangezien de pogingen om elkaar
te overtuigen vruchteloos bleken, zag
men van verdere besprekingen af, en
werden de onderhandelingen betref
fende het herstel dtr diplo natieke
betrekkingen lus»chen de beide landen
afgebroken.
Eu Nederland
Een naspel van den Rnssisch-
Japanschen oorlog.
Op 18 Maart 1906 s-telde het Rus
sische Ministerie van Ooriog bij de
Duits-che rechtbank te Kiautsjau een
eisch in tot teruggave van het door
den Duitscher Hellleld in beslag ge
nomen stoomschip „Anhalt" en van ds
aan de Russische Kroon toebehoorende
lading.
Hellfeld stelde daartegen een eisch
in tot betaling van 3 millioen Mk. Het
ministerie van oorlog wist gedaan t«
krijgen, dat de lading werd teruggege
ven en bestreed tegenover den eisch
van de tegenpartij de competentie van.
de Duitsehe gerechtelijke instanties.
De rechtbank te Kiautsjau verwierp
deze exceptie en deed uitspraak ten
gunste van Hellfeld, die daarop bij de
Bank Mendelssohn en Go., beslag liet
leggen op Russische waarden, waar
op de Russische regeering het mini
sterie van buitenlandsche zaken te Ber
lijn verzocht de onaantastbaarheid van
de Russische fondsen te verzekeren.
De Duits-che staatssecretaris van bui
tenlandsche zaken, antwoordde daarop,
dat de regeering had besloten de kwes
tie van de gerechtelijke bevoegdheid
door de administratieve justitie te laten
uitmaken.
„(Was de maMries de Cypières den
volgenden dag weer erger,' vroeg- de
president.
„Ja, er openbaard© zich een vree-
selijke crisis, die ons allen zeer heeft
verschrikt," antwoordde Sintély.
„Waarom hebt ge toen geen con
sult gehouden met een of meer uwer
collega's
„Markies de Cypières weigerde ab
soluut een anderen geneesheer dan
mij aan zijn ziekbed te ontvangen."
„Daar haxlt ge u niet aan moeten
storen,"
„Meneer d© president» dat is ge
makkelijk gezegd, maar de markies
was niet gewoon, dat tegen zij» wil
iemand den drempel zijner woning
overschreed, en zelfs van zijn ziek
bed af zon hij' dat met geweld be
let hebben, al ware het ook de beste
geneesheer ter wiereld geweest."
„Deel ons mede wat ge cmtrent
de laatste crisis Weet," verzocht de
president.
„De markies begon weer- aanmer
kelijk vooruit te gaan," verklaard©
Raimond Afgezien van de ernstige
zwakte waaraan hij nog bijna voort
durend i:«® prooi was, mochten wij
echter hopen hem te zullen redden,
toen c-peens die laatste misdadige
poging tusschenbeide kwam, die den
dood veroorzaakte."
„En iedere poging had plaats met
dezelfde soort vergif, nietwaar Dat
heeft althans de geneesheer die de
lijkschouwing verrichtte, geconsta
teerd."
„Het spijt mij dat ik met dokter
Laborde van meening moet verschil
len," antwoordde Raimond, „maar
ik geloof dat de laatste maal een
ander vergif gebruikt werd."
Waaruit leidt u dat af
„Het komt mij hoogst waarschijn
lijk voor, dat het de giftmengster
te lang duurde- en dat zij- daarom de
laatste maal den markies de Cypiè
res met een fijne naald geprikt heeft,
die in het vreeselijk vergif gedoopt
was, dat men „curare" noemt."
„Hebt gij- bewijzen voor hetgeen
ge daar zegt?"
„Neen. Dat denkbeeld is mij te
binnen gekomen in de lange uren
van eenzaamheid, die ik in de ge
vangenis heb doorgebracht. Ik heb
toen cverdacht dat in de glazen kast
op Mauvezin behalve de boonen van
Ca-labar. zich ook een tube curare
bevond. Nu heeft de markies in dien
besl.isscnden nacht eejn vreeselijken
la-eet uitgestoo-ten, die mogelijk op
den steek van de fijne inaald gevolgd
is. Voor mijn vermoeden pleit ook
de bewering omtrent de snelheid,
waarmee het curare werkt.
Zij! die den markies vergiftigd
heeft, moest daar wtel aan gelooven.
Zij' moet er dunkt mij zelfs op
gerekend hebben bij de overweging
van het gevaar, dat zij liep door den
zieke herkend te worden. Zij moet
gedacht hebben„Hij zal wied een
kreet slaken, maar eer hij den naam
zijner moordenaarster kan iioemen,
z:al -hij, reeds dood zijn."
„Maar werkt het curare dan niet
inderdaad zoo snel,", vroeg een
der gezworenen.
„Dat is betrekkelijk," antwoordde
Raimond. „Het Amerikaansch© wel,
maar het Indische werkt veel lang
zamer. Bij sommige gestedien ver
oorzaakt het pas na, zeven of acht
uren den dood. Mijn [nicht heeft door
haar- echtgenoot kunstmatig te doen
ademhalen, ongetwijfeld het leven
van den zieke verlengd."
„Laat het curare sporen na, in het
lichaam
„Ja, maar slechts zoo Weinig dat
de geneesheer, die de lijkschouwing
verricht, er in den nagel niets van
bemerkt, w-anneer hij niet vooruit
gewaarschuwd is."
Raymond beschreef nog1 verder dc
verschijnsele-n van curare-vergift!-
g;ing ,en zette nog nader uiteen, op
welke gronden hij1 tot deze vermoe
dens gekomen was. De aanwezige
geneesheeren moesten erkennen, dat
er niets onwaarschijnlijks was in het
geen dokter d© Sintély aa-anvoerde.
Dat was een groote- triomf voor
Raimond, en het pleitte ten zeerste
voor Madeleine's onschuld. (Want
hoe had deze zich het curare moeten
verschaffen Door naar Mauvezin
te gaan? Maar het was volstrekt
niet moeilijk te bewijzen dat de mar
kiezin daar in geen achtti-em maan
den geweest was. Zou ze zoó lang
te v-oren hare voorzorgen genomen
hebben?
„Bevindt Eet fleschje curare zich
nog steeds op Mauvezin," vroeg een
der gezworenen
„Ja, ik ben mij' daarvan persoon
lijk wezen overtuigen," antwoordde
Riaimond Hij eindigde zijn ver-
klaringen met de laatste ©ogenblik
ken van markies de Cypières te be
schrijven
„Ik ben het eerst aan het ziek
bed verschenen," sprak hij!, ,nog vóór
i mijn broeder dien men ook was gaan
j roepen Mevrouw de Mondragpn
noch Clemens Gaube bevonden zich
in de kamer toen ik er binnentrad
Alleen de markiezin- en Jeannette
waren er en deden bovenmenschelijko
pogingen om den stervende bij te
brengen Zoodra de markies weer
bij' kennis kwam, sprak hij tot zijn
echtgenoot©„O best© Madeleine,
lieve vrouw, verlaat mij toch niet..."
„(Waar was Clemens Gaube toen,"
vroeg d© president.
„Dat weet ik niet. Hij kwam pas
een half uur na mijn aankomst de
kamer binnen, tegelijk met mijn
broeder-"
„Heeft de- markies u nog gespro
ken van een drank dien men hem in
gegeven beeft of van een steek dien
luj gevoeld had?"
„Neen, daar had hij geen gelegen
heid meer toe. Zijn krachten wa
ren volslagen uitgeput."
„Met welke woorden heeft de zieke
zijn verlangen uitgedrukt o,m den
eerwaarden beer Charles de Sintély
alleen te spreken
„Hij zeido: „Gaat allen de kamer
uit." En toen mijn nicht vroeg:
„Ik ook, beste- Raimond toe-n
heeft lrij geantwoord„Ja, gij ook
beste» vergeef mij»
Dat alles maakte- op het audito
rium een diepen indruk.
„Goruimen tijd," zoo ging de ge
tuige voort, „is de- markies met mijn
broeder alleen gebleven. Madeleine
en ik wachtten met de dienstboden
in een aangrenzend vertrek. Opeens
zagen we Charles op den drempel
verschijnen. „Komt allen binnen,"
sprak hij» „de markies heeft u oen
belangrijk geheim te openbaren."
En zoo voortgaande, beschreef
Raimond het geheele indrukwekken
de tafereel, dat den dood van den
markies onmiddellijk voorafging ear
eindigde met de pijnlijke scène, toen
de ziek© die vieeselijke woorden
„Ellendige, wie-es gevloekt," uitsprak
zonder men wist of hij zich tot
Madeleine dan wel tot mevrouw öe
Móndxagon gericht had.
„Dus u hebt die woorden eveneens
gehoord," vroeg een der gezworenen.
„Ja," antwoordde Raimond de Sin
tély met nadruk; „ik heb ze ook
gehoord- Dr stond vlak achter me
vrouw de Mondragon, en recht te
genover de stervende. Daardoor kon
ik de richting van gebaar en blik
van den markies zooveel beter „zien
dan de andere getuigen, en ik ver
klaar n dan ook op mijn eer, gezien
te hebben dat de markies tot de
viconrtesse de Mondragon, en niet
tot de markiezin, die vreeselijke
Woorden richtte. Ik zweer dat hij
zijn hoofd zóó gewend had dat hij
niet de markiezin, maar mevrouw
de Miondragoiir vlak in bet gelaat
keek....
Eindelijk! Eindelijk had Raimond
dan vlakweg die vrouw beschuldigd,
wier naam hem al zoolang op de
lippen brandde. [Wanneer de blik
sem midden o-nde-r de aanwezigen in
geslagen was, zou dat op het audi
torium geen geweldiger indruk ge
maakt kunnen hebben dan deze zoo
formeele .beschuldiging-
Wordt rervolyd