f. J. G. Honing Zoon, Stookt! Stookt! GROND BÖrTn GEN! De fiaarlem$cbe Begrafeni$-$ocicteit. N. Dieben Zn., Plisseer-lnrichting. Grondboringen roor Pijpweflen De Nederlandsche Credietbank, JOH. A. G ERRITSE FLORA. Vragertbus. Advertentiên. Bieren, Bronwater en Limonades Siropen. Eierenbericht. te UTRECHT Confiseur - Plein TELEFOON 832. Bruiloffszaal, A. F. VAN DIJK, Pretoriaplein II. H. J. TJADEN. Adres G. M. van der MEIJ, Nieuwe Groenmarkt 6. De brand der toekomst zijn onze beroemde Nootjes III prijs per HL. f 1,40 franco huis» boot of spoor. aarlem Amsterdam Bussum Bloemendaal Tel. 23. Nieuwe Gracht 11, Hap^em. Tel. 23„ Effecten - Wissels - Coupons. Atelier dagelijks dopend. JAN P. LOUWS. Ged. 0. Gracht 111. Makelaar -Hillegom. Geld beschikbaar tegen 4 a 4'|20j„, als Ie hypo theek op landerijen en huizen. v.|h. J. J. DE WAAL MALEFIJT Zn. OVERVEEN HAARLEM. Utrechtsche Voorschotbank. Zoo zal de winter 19091910 een winter zijn zonder vorst, zonder ijs. Dat is wel jammer De ijsvereenigingen zitten te ver langen naar vorst, haar ijsbanen zijn in orde gemaakt, onder water gezet, de ijzerhandelaren hebben hun partijen schaatsen ingeslagen, doch de vorst blijft weg. 't Is alsof zij het af heeft moeten leggen in den strijd tegen de rolschaatsensport» Een lichtzijde van dezen kwakkel- winter is het blijde feit, dat van werkloosheid dezen winter zoo goed als Diets gemerkt is. Overal is men door kannen blijven werken. Wanneer hier in 't voorjaar en in den loop van den zomer maar geen reactie op volgt, dan heeft deze winter veel leed en ellende van vorige winters doen ver geten. Onze land- en tuinbouw is over dezen kwakkelwinter minder goed te spreken. Onze tuinbouwers willen, wanneer de tijd er voor is, liever flinke vorst. „Dan vriest het ongedierte in en boven den grond dood en nu blijft alles leven", zeggen ze en die redeneering heeft wel eenigen grond van waar heid. Men zou met dit weer veldwerk gaan verrichten, doch men kan het niet vertrouwen. Ineens kan 't weer omslaan en de vorst zich in al hare hevigheid doen gevoelen. Voor onze bloembollencultuur is dit weer al bijzonder gevaarlijk. De velden met de bollen er in, zitten warmpjes onder 't dek. En eigenlijk is het er veel te warm voor. Zoo hier en daar wordt een begin gemaakt met het losmaken der be dekking van hyacinthen en dan ziet men enkele variëteiten reeds vertoo nen, terwijl andere soorten „er tegen aan" zijn. Ook de tulpen zijn zeer „vroeg" Proserpine, Piukbeauty en andere soorien, vertoonen zich reeds flink. Het is te wenschen dat, indien eenigen tijd winter ons dit jaar is voorbeschikt, deze dan spoedig kome. Winter in het voorjaar is èn voor bloemist èn voor [landbouwer zeer schadelijk. Aardige fllpenplantjes. Er zijn van die wonderlijke dingen op de wereld; dingen, waarbij wij eome van verbazing de handen in een slaan, ejn die ons voor de zoo- veelsta maal verkondigen, dat wij leven te midden van een wonderwe reld, die wij niet vermogen te door gronden. Telkens weer doemen zij op, die Raadselen des Levens, en waar wij meenden, soms een oplossing te heb ben gevonden, rijzen wederom nieu we vraagstukken achter het oude op. „De wonderen zijn reeds lang de wereld uit," zoo zegt men dikwijls, maar daar gelaten de phantastische „wonderverhalen," die men dan dik wijls op het oog heeft, zon ik willen vragenIs eigenlijk alles rondom ons niet een wonderlijke verschijning? Zijn wij niet zelve, met ons geheele gevoelen, denken, willen, doen, met ons geestelijke zoowel als met ons stoffelijke leven een wonder Is niet alles, wat daar rondom ons woelt en krioelt, het zij groot of klein, groot in zijn oametelijken omvang of klein in zijn onmeetbare nietig heid, reusachtig in wijd© verte of nie tig in onze onmiddellijke nabijheid, is dat alles niet een wonder En dat wij ons da|n nog zoo vaak verbeelden zoo wijs te zijn en ons zoo groot in kennis wanen. Maar hoe klein en nietig zijn wij dan nog' niet in die kennis, vergeleken bij datgene, waarvan wij nog niets weten. Laten wij toch bescheiden zijn, wij nietige aardmensdhjes, die daar rondzweven op onzen zandkorrel temidden van het reusachtig heelal. En laten wij bij1 al datgene, waarvan wij o;ns eenig begrip hebben weten te verschaffen, toch vooral niet uit het oog verlie zen, hoe wonderlijk toch eigenlijk dat alles is, wat wij daar rondom ons zien Het wil zo© gemakkelijk wor den aangenomen, da.t de wetenschap, die zooveel verklaart, die zooveel licht brengt in de duisternis, eigen lijk overal haar licht kan laten schij nen en alles kan verklaren. Vooral menschen, die weinig nadenken, die liever anderen napraten, dan zelf hun gedachten te laten gaan, zij zijn zoo spoedig geneigd, mechanische verklaringen tvan het oppervlak kige te houden voor de verklaring van het tvezen der zaak. Maar hhl die een beetje verder nadenkt, zal moeten toegeven, dat bij al die „ver klaringen" nog zoo weinig is ver klaard, en hij zal de eerste zijn, die moet toegeven, dat de wonderen de wereld nog niet uit zijn, ja, dat we geheel en al leven te midden van wonderen, ons eigen bestaan niet buiten gesloten. En het is dan ook met een gevoel van bewondering, dat wij de dingen aanschouwen rondom ons en hoe meer wij (als leeken) studie maken van de levensverschijn selen naast ons, hoe meer nog' onze bewondering toeneemt voor al het heerlijk schoone, da.t daar tot ons bewustzijn komt. Telkens en telkens weer valt het op, hoe bewonderenswaardig de werkzaamheden der .Natuur zijn, hetzij fn het groote, hetzij in het kleine, en het doet ons goed, bij al het smartelijke, dat wij hier aan schouwen, ons te kunnen verzetten in en te kunnen genieten van die wonderwereld rondom ons in al haar mysterieuze schoonheid. [Waar ik eigenlijk heen wil, zullen velen mijner geëerde lezers en leze ressen vragen, die mij tot hier met geduld hebben gevolgd en waarlijk ik moet diegenen verscbooning vra gen ,voor mijn ietwat lange inlei ding. Ik heb reeds meermalen gelegen heid gehad, de aandacht te vestigen op de wonderenswaardige uitingen der Natuur in de plantenwereld. En het volgende over een paar merk waardige Alpenplantjes zal ons ze ker in die bewondering versterken. In de eerste plaats wil ik het heb ben over een merkwaardig» Alpen plantje, het Alpenklokje of Soldanella alpina, een klein nietig bloempje, oogenschijnlijk zeer onaanzienlijk, maar waaraan niette min een uiterst merkwaardige ge schiedenis is .verbonden, die het plantje zeker in ieders oogen bewon derenswaardig' maakt Soldanella a-lpina; dan komt voor in de Oentraal-Alpen, vooral in Tirol Daar waar blauwe dentia- nen in breede bloemgordels over de Alpenweiden slingeren, waar boter bloemen er de hellingen geel tinten of waar de Narcis in haar wit bloem- dek straalt en hare zoete geuren over de Weelderige lager gelegen weiden verspreidt," daar groeit en bloeit onze Soldanella alpina, hoog ,op de hellingen der bergen, te midden van jijls en sneeuw. Zij wacht niet de koesterende lentestra len af, die sneeuw en ijs boven haar zullen ontdooien, neen, reeds voor dat de zonnestralen in staat zijn ge weest, de sneeuw boven de kleine plantjes te doen smelten, beginnen zij reeds te werken en met schitte rend succes boren de teere bloem knopjes zich als 't ware door de ijs laag heen, om boven met hare vio lette klokjes hare gasten, de hom- j mels en bijen, tot bezoek uit te noo- digen en wie ze dan ook mocht zien op het sneeuwveld, hij zal ze met bewondering' moeten aanschouwen, 'st ui9i[ spe 3ffrpdCrr.g9quo hoe deze teere bloempjes zich door die harde ijsdag heen kunnen wer ken. Inderdaad geschiedt dit op een bewonderenswaardige wijze. Het Alpenklokje leeft gedurende den winter in zoete rust onder de sneeuwlaag De dikke wortelstok heeft zich vrij stevig: aan de harde, rotswand en tusschen verweerde massa's vastgehecht en draagt aan I zijn boveneinde eenige dikke, leer- achtige, ronde bladeren, die altijd groen zijn Beide, Wortelstok en de' dikke, leerachtige bladeren, zijn voor de plant van de grootste beteekenis Daardoor alleen weet het zich te handhaven tusschen de andere ial- penplanten In dien wortelstok en vooral ook in de dikke, eenigszins vleeschach tige bladeren, zitten reeds de bouwstoffen opgehoopt, die de plant voor haren bloei noodig' heeft. Zoodra, nu door de verwarmende I stralen der voorjaarszon de boven- ste laag van de fimsneeuw smelt, wordt de wortelstok door het naar die bovendien op 't punt staat, in 't huwelijksbootje te stappen, nu, hem kunnen wij 't niet kwalijk nemen, dat hij na de hitte van den eer sten strijd zoo goed als geheel alleen gedragen hebbende met opgehe ven hoofd en vertrouwen in de toe komst, het slagveld verlaat. Toch Toch was dit geenszins een plan, de goedkeuring der Nederlandsche Es perantistenwereld wegdragende, want in 'n volgend nummer tracht de heer G J Baart de la, Faille en met succes1hem op zijn besluit te doen terugkomen 'tls ook moge- Hik, dat de verschijning van een nieuwe propagandabrochure, de hoop op een meer succesvol tweede jaar verlevendigde. Reeds vroeger was er een 16 pagina's groot, geschriftje verschenen van den heer Vas Diaz; thans zond de heer Witterijck, nit Brugge, een boekje van 32 bladzij den de wereld in onder den titel: „Esperanto de zegepralende oplos sing der wereldtaal". Prijs 25 ets Deze Vlaamsche uitgave echter zon meer uitgewerkt hebben in Zuid-Ne derland, dan in Noord-Nederland. Maar ook in ons land kwam weer wat leven in de beweging. In Den Haag (H. J Bulthuis) en Utrecht (O. J Haart de la Faille) ontstonden kleine studie- en leesgroepen, kernen voor toekomstige af deelingen. En de bekende Rotterdamse.he Esperantist M J Weasel, stelt voor, wat meer propaganda te maken, en in verband daarmede het orgaan te verkleinen Op bladz 179 lezen wij, dat zekere heer D. F Romijn, nit Utrecht, in lichtingen gevraagd had omtrent de Esperanto-hewegingdat de gedane moeite niet vruchteloos geweest is, heeft de heer Romijn bewezen, welke thans reeds 2 jaar .Voorzitter der Nederlandsche Esperantistenvereeni- ging is, en in 1905 een propaganda- brochure (uitgaf„Het vraagstuk eener wereldtaal en bet Esperanto", in 1909 gevolgd door zijn„Esperan- to-spraakkunst voor zelfonderricht." „Al sinjoro S. de Vries ni dankas la fondon de Esperanto grupo en Amsterdam duin Novembro. En tiu urbo nia amiko sin faras ciam pli meritplenoschrijft Dreves Hit- tendijk. Hier ontmoeten wij dus den (zich door zijn buitengewoon vreemde handelwijze als redacteur van „Anoncoj Jurnaio" vrijwel berucht gemaakt hebbende „geest verwant" S. de Vries Deze heer schijnt dus een tijd gehad te hebben, waarin bij andere correspondentie voerde, als wij' thans van hem ge wend zijn. (Wordt vervolgd.) JOLO beneden spoelende water uit den zoe ten winterslaap gewekt en tot werk zaamheid aangespoeld. Niet lang duurt het, of de bloemknopjes begin nen te zwellen en zij' trachten zich met behulp van het steeltje, waarop zij [bevestigd zijn, naar boven te werken. Natuurlijk stooten zij daai- biji tegen de onderste tot ijs geworden fimlaag, en het zou haar onmoge lijk zijn, verder te komen, als zij niet op een wonderlijke manier zich een weg wisten te banen. Zooals de meesten mijner lezers zullen weten, heeft een plant voor haren groei de zuurstof uit de lucht noodig. Evenals een mensch en een dier ademhaalt, zoo ook haalt een plant adem, d. w. z. zij tracht de voe dingsstoffen in haar lichaam, in verbinding te brengen met de zuur stof van de lucht, waardoor een om zetting (een verbranding zou ik kun nen zeggen) .plaats heeft, die ge paard gaat met warmte-ontwikke- ling. (Elke verbranding, d. w. z. elke verbinding met zuurstof gaat im mers gepaard met warmte-ontwikke- ling.) Hoe sneller een plant nu groeit, hoe grooter de zuurstof-op name is en des te grooter is de warm- te-ontwikkeling' In sommige geval len heeft men die warmteontwikke ling zelfs kunnen constateeren door middel van den thermometer, die een duidelijke verhooging van tempera tuur aangaf. Gp deze manier geschiedt het nu ook met de Soldanella. Door groote zuurstofopname wordt de temperatuur (in verhouding .met de omgeving) iets verhoogd en daardoor smelt de sneeuw in de onmiddellijke nabijheid van het knopje, dat zich thans hooger kan opheffen; weldra bevindt zich dit knopje in het mid den van een rond luchtbelletje in het ijs, omgeven door de vochtig- warme lucht, die de ijslaag al meer en meer doet smelten en zoodoende dus aanleiding is, dat de bloemetjes zich hoe langer hoe meer naar boven werken. Van onderen bij den bloem steel vriest de laag echter even zoo spoedig weer aan, als zij van boven dooit, zoodat. het bloemsteeltje aan zijn voet weer in een ijslaag komt te liggen. Eindelijk is het bloemetje dan zoover, dat het door de bovenste, firn 1 a ag! fiecnbreekt en nu bengelt het klokje in zijn schoon, purperen gewaad, boven de blanke sneeuw, rondzwevende bijtjes tot bezoek uit- noodigend, om het stuifmeel van het klokje naar het andere over te bren gen, teneinde daardoor flinke kiem- krachtige zaden te .verkrijgen, die toekomstige plantjes zullen leveren. Meestal verheffen zich twee bloempjes op één steeltje, soms één en enkele gevallen ook wel eens twee tot vijf. De dikke bladeren hebben thans haar voedsel grootendeels afgestaan aan bloemstengels met bloempjes, als straks de zaden rijp zijn, zijn zij geheel verschrompeldalleen de dikke wortelstok is nog in wezen, ook .31 heeft hij: veel voedsel ver loren. Straks als de zonnestralen zooveel warmte geven, dat zij de geheele sneeuwlaag kunnen smelten, zullen uit dezen wortelstok weer nieuwe bladeren ontspruiten, die izooveel mogelijk voedsel trachten te verza melen voor het volgend voorjaar, om dan opnieuw de mooie violette klokjes boven de sneeuw uit te kun nen jenden t Op deze manier alleen kan ons ons wonderlijk plantje zich handha ven te midden tusschen de Alpen flora. Straks als de andere planten beginnen te groeien en te bloeien, zouden hare nederige en toch zoo lieve bloempjes, verloren raken tus schen de hooger opschietende plan ten en geen bijtje zou bezoek komen brengen aan de mooie klokjes om van den heerlijken honing te snoe pen. Overbrenging van stuifmeel zou niet kunnen plaats hebben en de zaden zouden noodwendig zwakke plantjes moeten opleveren, om wellicht binnen niet al te lan gen tijd aanleiding tot uitsterven van de soort te geven. [Wel gebeurt het ook thans een enkele maal, dat een bloempje zich niet boven de sneeuwlaag kan ver heffen, dat het noodzakelijk tot zelf- bestuiving is aangeyvezen, maar dat behoort toch tot de uitzonderingen. In den regel bezitten de bloempjes kracht genoeg om zich ,boven de sneeuw uit te kunnen werken. In mijn volgend opstel hoop ik mijn geachte lezers .en lezeressen met nog een ander merkwaardig Alpenplantje te doen kennis maken. Tot de volgende kqer dus H. J. LYOKLAMA. V r.:Mag ,een geestelijke ook in burger gekleed gaan Onlangs moet een priester in burgerkleeding op een vergadering ,'gesproken hebben- A n t w.Er kunnen omstandighe den zijn, waarin het nuttig', goed of zelfs gewenscht is, dat een priester voor een zekeren tijd in burgerklee ding gaat V r.[Waarom mag er, terwijl zoo geijverd wordt voor drankbestrij ding, in de kloosters bier gebrouwen en likeuren gemaakt worden? Antw.Omdat het drinken van een glas bier of een likeurtje noch tot de dood-, noch tot de dagelijksche zonden behoort.. En dus het maken of bouwen is volkomen geoorloofd. Drankbestrijding is alleen bestrij ding ,van 't drankmisbruik. V r.Js men verplicht een dag meid, welke bij' de week gehuurd is, en nu een week ziek is, het loon of een gedeelte van het loon te betalen Mijn vraag is niet of het zoo be hoort of dat het een gewoonte is, maar of het verplichting is, en hoe moet ik handelen met een knecht welke ook bij' de week gehuurd isi, buiten kost en inwoning. Antw.: Dagmeisjes behoeft ge niet langer dan één week loon uit te betalen. Zoo ook met een dag- knecht V r.Ik kom op een plaats, waar veel oud-Roomsehen zijn. Nu heb ik bij die menschen een Almanak ge zien. Daar stonden Poolsche Zusters op en Priesters Zij wilden mij wijs maken, dat dit menschen waren, die van ons Geloof overgegaan waren naar hun Geloof en wel ten getale van tweeduizend. Ik wilde dit niet gelooven en zei: ,,Die zullen wel Anglikaansch zijü Waf antwoordt u daarop? Antwf: [Waarschijn]ijk zijn be doeld de Poolsche „Mariavieten", Deze secte, waarvan het hoofd on langs door den Oud-R,oomschen bis schop van Utrecht tot „bisschop" is gewijd, is een felle vijandin van de Katholieke kerk, heeft alle gehoor zaamheid aan Z. H den Paus opge zegd en is ook op verschillende pun ten vlakaf in strijd met de leer der Kerk. De Mariavieten hebben een aantal priesters, welke vroeger tot de Katholieke kerk behoorden, maar die nu zijn afgevallen. En natuur lijk hebben deze priesters een deel der bevolking welke niet beter weet, met zich meegesleept in het schisma. A' r.Ik huur land van jaar tot jaar Kan de huurder mij nu, als het jaar om is, de huur opzeggen of moet hij mij een jaar en zes weken vooruit waarschuwen A n t w.Direct de huur laten ver vallen, als 't jaar om is, gaat zeker niet,, De opzegging behoort in den vorm te geschieden, volgens plaatselijk ge bruik. V r,Ik verhuur een woning en heb geen huurcontract gemaakt. Ik heb het per week verhuurd en wenschte thans de menschen de huur op te zeggen, omreden ik er zelf in wil gaan wonen, daar ik ga trou wen. Hoe lang moet ik vóór begin Mei 1910 dan de huur opzeggen A n t w.Zeg het nu maar reeds op, dan kunnen de menschen op hun gemak naar een andere woning uit zien Vraag Ik heb van iemand een schuur in huur waarvan de eigenaar mij geld schuldig is. Nu heb ik 1 Jan. de verschuldigde huur niet voldaan, daar ik het bedrag in mindering der rekening wilde nemen. De verhuurder is daar echter niet mede te vreden; had hij nu het necht mij de huur op te zeggen als hebbende de huur niet op tijd betaald? Antwoord. Ja. Eigen recht bestaat in Nederland niet. Wilt u het bedrag van hem vorderen, dan zijn. er andere middelen toe. Alleen in zeer speciale, door de wet genoemde gevallen is de „schuldvergelijking" geoorloofd Vr. Wanneer een dienstbode met November voor dag en nacht in een nieuwe betrekking komt, heeft zij dan recht op een Nieuwjaarsfooi. Antw. Zij 'heeft recht op de Nieuw jaarsfooi. A r. Ik bewoon een huis. Nu ben ik wat huur achter geraakt wegens om standigheden. Ik wil het mét een klei nigheid inhalen alle weken. Nu wil de huisbaas mij het bordje aanslaan. Ileeft hij daar recht op? Antw. Wanneer de huisbaas u de huur opzegt, zeer zeker. V rMijn meisje (21 jaar) is een wees. Geld of roerende goederen heeft zij niet. Ik wil nu met haar gaan trouwen. Moeten er nu voor haar nog voogden gesteld worden? Antw. Voogden had zij natuurlijk wel, van r eehtswege. Maai- nu zij 21 jaar is, is zij meerderjarig en vervalt dus 't voogdijschap. V r. Bestaat de doek, waarmede de H'. Veronica het gelaat des Ilecren droogde, en waarin Zijn goddelijk Aan gezicht gedrukt bleef staan, nog? _Zoo ja, waar wordt die bewaard Antw. Onder de reliquien der St. Pieterskerk is een doek, welke de „zweetdoek" van den Heiland wordt genoemd. Doch de echtheid ervan als- zijnde de bekende „doek van Veronica" is niet vastgesteld. De bedoelde doek is ai te Rome sinds het jaar 700, V r. Drie jaren geleden heb ik een jong perenboompje gekocht. Het eerste jaar droeg het vruchten, het tweede en derde niet. Iloe komt dat? En wat is ea- aan te doen om weer vruchten er van te kunnen, plukken? Antw. Er kunnen zooveel oorzaken voor zijn: koude noordenwinden, slecht snoeien, slechte of ondoelmatige be mesting enz. Vraag er eens een kweeker naar. Opgericht in 1847. Ingeschreven kapitaal op het grootboek der N.W.S. f208,000,- Neernt leden aan in den leeftijd van drie tot veertig jaar. De contributie, naar tien klassen, wisselt af van li/p tot 9 cents per week. De uitkeering bij overlijden bedraagt naar gelang der klassen van f 33, tot f 154,en na 25 jaren lidmaat schap van f 35,— tot f 162,—. Vrijstelling van contributie voor degenen, die 36 jaren lid zijn geweest. Kosteloos: inschrijving en regle menten. Aanmelding bij de boden: P. D. VAN DEN BERG, Parklaan 68 en H. VAN DER LAAN, Lepelstraat 5. Telefoon 885. Nassausfraat 22 IN IJSHAHDEL. Uitlotingen. DOTEN DER STAD AMSTERDAM 3 pet. a f100 van 3874, Seriën- en Premiëntrekking 35 Jan, Betaalb. 1 Juli. 11903 16305 16652 20554 Serie 11903 no. 1 f 1(000 serie 16652 no. 5 £1000; serie 16652 no. 9 f500 serie 16305 no. 2, serie 16652 no. 7 sede 20554 no. 4, serie 11903 no. 2. serie 16305 no. 4, serie 20554 no. 10, serie 11903 no. 4, serie 20554 no. 7 elk f200; serie 31903 no. 5 serie 20554 no. 9, serie 31903 no. 7. serie 20554 no. 6, serie 11903 no. 10 eD serie 20554 no. 3 elk f150. Alle overige nos. in de bovengenoemde serieën vervat met f100. Aanvoer vermeerdering is prijsvermindering. Gewaarborgd versche eieren worden thans 2 maal per week in Haarlem geleverd, tegen 5,5'/2 en 6 ct. p. stuk. Aanbevelend, H. HERSSENS, Communicatieweg Assendelft. Bestellingen worden ook aangeno men bij den Heer W. B. GUSKENS Groote Markt 4, Haarlem. Briefkaarten worden vergoed. verstrekt op gemakkelijke voorwaarden gelden ter lee» aan landbouwers en nering doenden. Vertegenwoordigd door den Heer L J. VALLENTGOED 3emt.-0ntvanqer te Halftueq voorzien van ruim Tooneel, Kleed kamers en verschillende Decors. Afzonderlijke toegang. Ook zeergeschikt voor Vergaderingen, Partijen, Repetities enz. Aanbevelend, Hoogstaand en platte Plissé. KAMPERVEST 17rood. METSELAAR. AANNEMER. SCHOTERWEG 24. HAARLEM. TELEFOON 1887. Geld verkrijgbaar (4 rente) met en zonder borgen, ter wijl de aangevraagde som zonder eenige korting wordt verstrekt. GEEH KOSTEN VOORUIT. Kantooruren van 9—4 en van 6-8, Zaterdag alleen van 9—4. Singel I 9-2 I Telefoon Mo. [1676. BREDIUSWEG Telefoon No. 264 Nieuwe Gracht 36 Telefoon No. 230 WEG A 223 B Telefoon No. 793 V erhuurt Safe-Loketten van verschillende afmetingen in haar gepantserde en brandvrije kluis. Huurprge van f 2.— tot t 50. 8 GED. 0. GRACHT 111. KIEST GED. 0. GRACHT 111. g JAN P. LOUWS, Ged. Oude Gracht III, maar alle Portretten in platina mat en onder garantie morden geleuerd. HET adres uoor portretuergrootingen naar de oudste po. fretten. BILLIJKE PRIJZEN. Aanbevelend, V. WELL WORKS utrecht. Maatsch. KAPITAAL f 500.000. Verstrekt aan particulieren, ambtenaren, landbouwers, kooplieden enz, VOORSCHOTTEN op langen termijn tot elk bedrag vanaf f500. Informatiën verstrekt de heer H. W. HAAR, Jacobijnestraat No. 21 te Haarlem. De Directie: Mb. H. W. J. SANNES. H. E. KOOPMANS VAN BOEKEREN. 4 seriën. altijd voor Uw Familieportretten de Fotografïsche-lnrichting van I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1910 | | pagina 12