der Openbare Godsdienstoefeningen in de R. K. Kerken te Haarlem en omliggende plaatsen.
alom verkrijgbaar.
Naami. Yens. „Drukkerij de Spaarnestad."
SCHOEN- EN LAARZENMAGAZIJN J. B. KLIER
Het Planeiaium van
Franeker,
Dit nummer behoort bij de
„Nieuwe Haarl Courant" van 29 Jan.
KINDERHU1SVEST No. 29—31—33. HAARLEM.
Directeur: F. EL M. v. d. GEIENDT.
ADVERTENTIE N:
Van 1 tot 8 regel»t L20.
Elke regel meei 0.20.
Ingezonden medodeelingen tusschen den tekst ten
minste 6 regeis fl.60; elke regel meer 0.30.
Het Auteursrecht op den inhoud van dit blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van '29 Juni 1881 (Staatsblad No. 124,)
ZONDAG
MAANDAG
DINSDAG
30 Jan Sexagesima.
Van den dag.
31 H. Petrus No-
lasco. Belijder.
FEBRUARI.
t Fehr. Herdenking van
het lijden on-
zes Heere".
WOENSDAG 2
DONDERDAG 3
VRIJDAG 4
ZATERDAG 5
Maria-Lichtmis.
Verplichting
om de H.
IWis te hoo-
pen.
Bekeering van
den H. Pauius.
H. Andreas
Gorsini. Bis
schop en Be
lijder.
H. Agatha.
Maagd en Mar
telares.
ZONDAG GENOEMD
SEXAGESIMA.
Les ah den brief van den H. apostel Pauius
aan de Korinthiërs; XI, 19—XII, 9.
Broeders! Gaarne verdraagt gij
het, als iemand u in slavernij brengt,
als iemand u verslindt, als iemand
u aantast, als iemand zich verheft,
als i6inand u in het aangezicht
slaat. Als oneer zeg ik het, alswa
ren wij zwak geweest onder dit
opzicht! Waarop iemand durft roe
men, (in onwijsheid spre.t k ik) daar
op durf ik het ook. Zijn zij Hebreen,
ik ook; zijn zij Israëlieten, ik ook;
zyu zij Abraham's geslacht, ik ook;
zijn zij dienaars van Christus, (als
een onwijze spreek ik) ik ben bet
meer; door zeer veel arbeid, door
gevangenissen overvloediger, door
slagen boven mate, door doodsge
varen menigmaal! Van de Joden
heb ik vyfmaal de veertig min één
ontvangendriemaal ben )k met
roeden gegeeseld; ééns ben ik ge-
steenigd; driemaal heb ik schip
breuk geleden: een nacht en een
dag heb ik in de diepte der zee
doorgebracht. Door menigvuldige
reizen, door gevaren op rivieren,
gevaren van roovers, gevaren van
de heidenen, gevaren in de stad,
gevaren in de woestijn, gevaren op
zee, gevaren onder vaische broeders;
door arbeid en kommer, door veel
nachtwaken, door honger en dorst,
door menigvuldig vasten, door koude
6d naaktheid Benalve hetgeen van
buiten komt, mijne dagelijkscke
bekommernis, de bezorgdheid voor
alle de gemeenten. Wie wordt zwak,
zonder dat ik zwak worde? Wie
wordt geërgerd, zonder dat ik
brande?
Indien er geroemd moet worden,
dan zal ik op mijne zwakheden
roemen. God en de Vader onzes
Heeren Jesus Christus, die gezegend
is in eeuwigheid, weet dat ik niet
lieg. Te Damaskus bewaakte de
stadhouder van den koning Aretas
de stad der Damasceners om mij
gevangen te nemenen door een
venster werd ik in eene mand over
den muur uedergelaten en ontsnapte
aldus uir, zijne banden.
Indien er geroemd moet worden
(het heeft wel geen nut, dan zal
ik komen op gezichten en openba
ringen des Heeren. Ik ken eenen
Baeusch iu Christus, die, veertien
jaren geleden, óf in bet lichaam,
ik weet het niet; óf buiten het
lichaam, ik weet het niet; God
*eet het; weggevoerd is gewor
den tot in den derden bemelen
ik weet dat die men?ch óf in
liet lichaam óf buiten het lichaam,
ik weet het niet; God weet het;
-weggevoerd is geworden in het
Paradijs en geheimvolle woorden
gehoord heeft, die het geen mensch
geoorloofd is te spreken. Wegei e
deu zoodanige zal ik roemen maai
Wegens mij zeiven zal ik niet roe
men, tenzij op mijne zwakheden
Want ook indien ik zoude willen
roemen, ik zou geen dwaas zijn,
daür ik de waarheid zou zeggen
maar ik laat het opdat niemand
mij schatte boven hetgeen hij in
mij ziet ol van mij boort. E i opdat
de verhevenheid der openbaringen
mij niet trotseh make, is mij een
prikkel mijns vleesches gegeven,
een engel van 8atan om mij in het
aangezicht te slaan. Weshalve ik
den Heer driemaal heb gebeden
dat die van mij wijken mochtmaar
Hij zeide tot mij; Mijne genade is
u voldoende,, want de kracht wordt
in zwakheid volkomen. Gaarne zal
ik das op mijne zwakheden roemen,
opdat de kracht van Christus in
my woae.
Evangelie volgens den H.Lucas; VIII,4—15.
Iu dien tjjd, toeu eene groote
menigte samenkwam en uit.de ste
den tot Jesus toesnelde, sprak Hij
in eene gelijkenis: Een zaaier ging
uit om zijn zaad te zaaien. En ter
wijl hij zaaide, viel een gedeelte
langs den wegen het werd ver
treden, en de vogelen des hemels
aten het op. En een ander gedeelte
viel op de rotsen opgeschoten
zijnde, verdorde het, omdat, het
geene vochtigheid bad. Eu een
ander gedeelte viel tusschen de door
nen; en de doornen, die tegelijk
opkwamen, verstikten het. En een
ander gedeelte viel in de goede
aarde, en het schoot op en bracht
honderdvoudige vrucht voort. Dit
zeggende, riep HijI 'ie ooren heeft
om te hooren, dat hij hoore 1
Zjjne leerlingen nu vroegen Hem,
wat dit voor eene gelijkenis was.
En Hjj zeide hunAan u is het
gegeven de verborgenheid van het
Rijk Gods te kennen, aan de vorigen
echter in gelijkenisten, opdat zij
ziende niet zien. en hoorende niet
verstaan. Dit du is de gelijkenis:
Het zaad is het woord Gods. En
die langs den weg: het zijn
degenen, die hooren daarna komt
de duivel en neemt het woord weg
uit hun hart, opdat zij niet, geloo-
vend, zalig worden. En die op de
rots: zij, die, na gehoord te hebben,
het woord met vreugde aannemen
maar zij hebben geene wortelszij
gelooven voor een tijd, en ten tijde
van beproeving vallen zij af. Eu
wat tusschen de doornen vielhet
zijn degenen, die gehoord hebben,
maar door bekommeringen en rijk
dom en vermaken des levens wor
den zij gaande weg verstikt, en
brengen geene vrucht voort. En
wat in de goede aardehet zijn
degenen die, het woord gehoord
hebbende, het ia een goed en best
hart be wart n en vrucht voortbren
gen iu lijdzaamheid.
Evangelieverklaring.
OP ZONDAG SEXAGESIMA.
De goddelijke Zaligmaker zelf
geeft ons de verklaring van de ge
lijkenis ons in het, Evangelie van
dezen Zondag voorgesteld, Hij zelf
zegt ons dat het zaad de voorstel
ling is van het woord Gods, dat
als een zaad in ot*ze zielen uitge
strooid daar verschillende vrucht
voortbrengt, naarmate onze zielen
beter of minder geschikt ziju omdat
zaad in zich op te nemen
Wy kunnen er ons dus toe be
palen de verschillende gesteltenis
sen, waarin het woord Gods door
verschillende menschen wordt op
genomen een weinig nader te be
schouwen.
Het wóórd Gods, het eerst door
Jesus Christus verkondigd, daarna
door de Apostelen gepredikt, wordt
ook aan ons bekend gemaakt door
de opvolgers der Apostelen, de Bis
schoppen, en door de priesters wet
tig door hen gezonden om ons den
wil van God bekend te maken.
Baiten de ware, de Katholieke Kerk,
wordt dat woord Gods niet verkon
digd, want zij die zeggen het te
verkondigen hebben daartoe geen
zeudiug of volmacht verkregen, en
dus is huu woord niet het woord
Gods, maar slechts vau menschen.
Pat woord Gods vindt verschil-
leude soorten van toehoorders, ge
lijk ook het zaad vau den zaaier
in verschillende soorten van grond
wordt opgenomen. Vier soorten
wordeu ons opgenoemd, de eerste
bestaat uit, diegenen tot wie het
woord niet doordringt, die er slechts
uitwendig dohr getroffen worden,
gelijk aan dat zaad dat langs den
weg viel, niet in de aarde door
drong, en door de voeten der voor
bijga gers vertreden werd. De eerste
soort van toehoorders is de minste,
want het ontbreekt hun aan goe
den wil, zij sluiten deu toegang tot
hun hart door de verkeerde ge
steltenissen die zy aanbrengen. Daar
toe behooren zij, die het woord
Gods slechts aan hooren uit een
soort gewoonte, of uit menschelijk
opzicht, of uit nieuwsgierigheid, of
uit een geest van kritiek, of die
het alleen op anderen toepassen
zonder te willen erkennen dat het
ook voor hen zelven van toepas
sing is.
De tweede soort van toehoorders
zijn niet. in zoo slechte gesteltenis.
Het zaad blijft bij hen niet op de
oppervlakte, maar dringt in hunne
zielen door, het ontkiemt er zelfs.
Maar waarom brengt het bij ben
geen vruchten voort? Omdat zij
geen diepte genoeg hebben, het
ziju rechtschapen, maar zwakke
zielen, gevoelig maar lichtzinnig.
Het zaad wordt met vreugde opge
nomen, maar kort daarna tegenge
werkt en bestreden. Het komt in
hun ziel te midden van steenen,
van hartstochten, die het onder
drukken en aan alle kanten belet
selen stellen aan zijn wasdom. Hun
zielen missen de moedige vochtig
heid, zij worden niet besproeid door
den dauw der genade, en daarom
verdort het zaad, brengt het woord
Gods, dat toch met zooveel blijd
schap werd opgenomen geen vruch
ten voort, het sterft by gebrek aan
voedsel.
Een derde soort van toehoorders
breDgt nog beiere gesteltenissen
aan dan de vorige. Het zaad val<
in een vruchtbare aarde, iu een
ziel die diep getroffen wordt door
de waarheden haar voorgesteld
het vindt geen steenen, geen hevige
hartstochten, die zich tegen zijn
wasdom verzetten; het ontkiemt
dus, spreidt, ziju wortelen uit, en
verheft zich zelfs boven de aarde
Eerst op het oogenblik dat men
vruchten ging verwachteu, gaat het
ten onder. Noodlottige doornen, die
zwak waren in het begin, en wier
aanwas men niet had tegengegaan,
zijn tegelijk met bet zaad opge
schoten. hebben langzamerhand de
overhand gekregen en eindelijk het
zaad verslikt en gedood.
De zorgen, de rijkdommen, de
genoegens van het leven, die ons
door Christus, de Waarheid zelve,
onder het beeld van doornen worden
voorgesteld, zijn op zich zelf niet
verkeerd of zondig, slechts het mis
bruik dat wij daarvan maken, doet
ze dit worden. De meusch, die ze
in zijn hart laat wortelschieten, zal
zien dat zij langzamerhand de goede
neigingen, die hij had aangekweekt,
onderdrukken, dat zij hem een te
genzin doen krijgen in Let gebed
en zijn oefeningen van godsvrucht,
die langzamerhand doen achterla
ten, en ten laatste hem tot grooten
val brengen. Ziet met hoeveel zorg
de landbouwer alle planten die op
zijn land woekeren uitrukt en uit-
delgt. Hij weet dat zij het goede
zaad verslikken indien zij niet ver
nietigd worden. Zoo gaat het ook
met de liefde tot d« wereld en de
vermakenverstikt de liefde Gods
in onze harten, indien zij zeil door
haar niet wordt uitgeroeid.
Eindelijk de vierde soort van
toehoorders zijn zij» die vooreerst
het woord laten doordringen in
hunne harten, die het zorgvuldig
daarin bewaren en besproeiën, die
eindelyk alle hindernissen voor zijn
wasdom uit hun harten wegnemen.
Zij zijn de vruchtbare aarde, die
dertig-, zestig- en honderdvoudige
vrucht voortbrengt.
Als wij deze gelijkenis overwegen,
treft een droevige gedachte onzen
geest, n. 1. hoeveel zaad er verloren
gaat op den weg, op de steenrots,
of tusschen de doornen, terwijl slechts
een klein gedeelte vruchten voort
brengt. La.en wij zorgen door onze
harten goed voor te bereiden en
vooral door daaruit de doornen van
wereldsgezindheid en genotzucht
weg te nemen, dat het woord Gods
in ons eeu goed bereide aarde vinde,
en honderdvoudige vruchten van
zaligheid in onze zielen voortbrenge.
Als men te Franeker in het
centrum der stad by het logement
ZIJLSTRAAT 53 TELËPHOON 769.'
RUIftSE KEUZE, ua BILLIJKE PRIJZEBL
De Valk de hreede hoofdstraat van
dit. vriendelijke stedeke, met haar
dubbele hooge boomenrij, waar
achter de gevels der meest flink
gebouwde van welstand getuigende
burgerhuizen voor een groot deel
schuil gaan en waaronder iu oude
typische bouworde vooral uitmunt
het tegenwoordige gemeentehuis
van Franekeradeel, den hoek om
gaat naar het in ouden stijl geheel
gerestaureerde stadhuis, dan ziet
men daargekomen recht voor zich
uit. over de brug op „het Noord*
een nederige burgermauswoning uit
de voor-vorige eeuw aan wier lage
gevel zich een vrij groot, wit ge
schilderd houten bord bevindt,
waarop met groote zwarte letters
geschilderd staat: „Het Plane
tarium."
In de achterkamer van dit huis
beweegt zich het wereldberoemde
planetarium van Eise ELinga, een
wolkammerszoou uit Dronrijp, die
zelfs ook zijn leven lang dit nederig
bedrijf zijn-s vaders heeft uitgeoefend
en in zijn snipperuren dit schoone
kunstwerk heeft tot stand gebracht.
Wat hem op de gedachte bracht
om dit planetarium uit te deuken
en zamen te stellen
Toen bij dertig jaar oud was iu
het jaar 1774, gebeurde het dat de
planeten Jupiter, Mars, Venus,
Mercurius en de Maau zich alle
gelijktijdig in het bemelteeken Aries
bevonden.
In een boekje dat in het voor
jaar van dat jaar in het licht
kwam, werd voorspeld, dat die
samentreffen dier planeten aller-
noodlottigst voor de menschheid
zou wezen. Eise Eisinga ging nu
rekenen en bevond, dat van een
samentreffen. een botsen van pla
neten, waarvoor „de vriend der
waarheid", gelijk de schrijver z ch
noemde, in zijn boekje vreesde,
eenvoudig geen sprake kon zijn,
dat zij enkel in dezelfde richting
zouden worden gezien, zonder ver
der eenigen nadeeligen invloed op
elkaar uit te oefenen.
Doch tevens bracht hem dit op
de gedachte, om een werktuig te
bedenken, waarop men ten allen
tijde den onderlingen stand van zon,
aarde en planten kan aflezen.
Als eerzaam wolkammer, kon hij
er alleen zijn vrije uren aan be
steden en was dit alzoo voor hem
een ontzettend werk
Gelijk koning Salomo aan zijn
tempel, heeft Eisinga aan zijn pla
netarium zeveu jaren gearbeid.
Toen was het gereed en werd en
wordt het nog steeds door een ie
der, die het ziet. hoogelijk genoemd
en geprezen als een kunstwerk bij
uitnemendheid, in zijn soort bepaald
zonder wederga over de gausche
wereld
Bedoelde achterkamer is op
ouderwetsche wijze zeer eenvoudig
gemeubileerd met matten kruk-
stoelen langs de wanden, een stee
nen vloer ingelegd met kleine vier
kante estrikken en de wanden hal
verhoogte opgezet met muurtegel-
ijes, gelijk dat in de voor vorige
eeuw het gebruik was. De kamer
heeft een dubbele zolderde
bover ste ligt op balkenaan de
onderste, die geheel effen is, is het
eigenlijke planetarium opgehangen,
terwijl het raderwerk, dat alles in
beweging b engt, in de ruimte
tusschen de beide zolders verborgen
is.
Op dit planetarium worden ver
toond le. de zes planeten, welke
ten tijde van de uitvinding bekend
waren, zich bewegende in haar ware
tijden en betrekkelijke afstanden
om de Zon, en 2e. de maan, die
in één maand zoowel om haar as
als om de aarde draait en tevens
met de Aarde in één jaar om de
Zon gevoerd wordt.
De planeten zijn elle bollen,
waarvan de halve oppervlakte ver
guld is, welke vergulde zijde steeds
naar de Zon is gekeerd.
De stijltjes, waarop die bollen
gevestigd zijn, gaan door sleuven,
welke cirkelsgèwijze in den zolder
gesneden zijn.
Om den cirkel van Saturn us loopt
nog een andere, op welken een
wijzer de schijnbare plaats en be
weging der Zon en door teekens
de maanden en dagen aanwijst.
Aan de zuidzijde der zoldering
bevinden zich vijf cirkels naast
elkander. Op den rand van den
middelsten zijn de namen der zeven
dagen van de week geteekend eu
iedere dag is in 24 uren duidelijk
verdeeld.
Een wijzer, die iu 7 dagen een
maal ronddraait, wijst eiken dag eD
elk uur aan, een en ander zeer
nauwkeurig.
In de ruimte tusschen den rand
en het middelpunt ie een sleuf,
waarin men het jaargetal ziet. Dit
getal blijft een geheel jaar staan en
verandert in den nacht van 31
December op 1 Januari, zoodat men
met het begin van een nieuw jaar
telkens dat jaargetal met onmisbare
zekerheid kan vinden op het plane
tarium. Voorts zijn rechts van dezen
cirkel twee wyzers. De eerste wijst
de plaats van den klimmenden of
noordknoop der maau aande
tweede de schjjn- en lichtgestalten
der Maan
Van de twee wijzers, die zich aan
de linkerhand bevinden, dient de een
ter aanwijzing van het verste punt
der Maan en de andere vau haar
lengte op de ecliptica (afstand der
Maan van Aries).
Aan het bovenste gedeelte van den
zuidelijken wand der kamer boven
een ouderwetsche bedslede bevindt
zich nog een schoon planisfeer of
hemelplein, door een iu uren ver
deelden horizon omringd. Op dit
hemelplein zijn de voornaamste der
sterren geteekend en ook een in tee
kens verdeelde ecliptica, waarop zich
een zonnetje beweegt.
Het hemelplein doet dagelijks met
de Zon één omwenteling en de Zon
doorloopt bovendien de ecliptica in
één jaar. Men ziet derhalve op elk
oogenblik van den dag de plaats der
Zon aan den hemel en des morgens
en des avonds de plaats en het uur
van haar op- en ondergang, ook
neemt men hier zeer nauwkeurig
waar de staudplaats, den op- en on
dergang der voornaamste sterren,
die te Franeker gezien kunnen wor
den. Op hetzelfde paneel naast het
hemelplein is aan eiken kant een
kleine sector aangebracht. De wijzer
van dien aan de linkerhand wijst tet
uur van zonsopgang, de andere dat
van zonsondergang aan, evenals dit
op het hemelplein geschiedt. Op het
hemelplein heelt dit echter slechts
een oogenblik plaats, op de sectoren
duurt de aanwijzing echter een
geheelen dag. Op de zijpaueelen
van dieuzelfden wand hoven twee
kasten is op elk een wijzer aange
bracht die aan de linkerband wijst
het uur van den opgang en de
andere dat van den ondergang dei
Maan aan.
Al deze bewegingen, welke alle
in en op haar tijd geschieden met
nauwkeurige stiptheid en zekerheid,
worden veroorzaakt door den gang
van een en hetzelfde uurwerk, be
staande uit vier raderen.
Dit uurwerk het raderwerk
van het hemelplein, dat der maan-
wijzers en de rondsels, die de be-
weging in het planetarium over
brengen is in de ruimte welke
er boven tusschen de bedstede en
de oude kasten en de balken is,
verborgen.
Hoewel alle deelen zoodanig on
derling en met het uurwerk ver
bonden zijn, dat zij alle te zamei
hun bewegingen volbrengen, k«r
ieder stuk gemakkelijk worden
weggenomen zonder dat de bewe
gingen der overige gestoord worUi
Het uurwerk wordt eenmaal pjr
week opgewonden en is nog zeer
solide, alies eigen handenwerk van
Eisinga het loopt uiterst geregeld
zonder eenige afwijking hoege
naamd.
Het wordt geregeld eigenhandig
behandeld uitsluitend door een en
dezelfde persoon een achterklein
dochter van den genialen wolkam
mer, een vriendelijke juffrouw, die
ons, met een langen stok gewapend,
al het hier zoozeer bezienswaardige
op duidelijke en bevattelijke wijze
aaowees eu demonstreerde, baar
voldoening er over uitsprekende,
dat wij, ik was in gezelschap van
een leerling der hoogste klasse van
de H. B. S. en een politechnisch
student, alles zoo goed begrepen en
vatten. Nog zij hier opgemerkt, dat
alles wat tot dit kunstwerk behoort
door den uitvinder en vervaardiger
zelf eerst, werd berekend, geschetst,
geteekend, afgepast en vervolgens
geheel eigenhandig gemaakt,
Is het wonder dat de Regeering
heru bij den Koning voordroeg voor
een benoeming tot Broeder der orde
van den Nederlandschen Leeuw,
waardoor hij op zyu oudeu dag
voor armoede en gebrek bewaard
bleef?
Het planetarium werd ten slotte
in 1825 door het Rijk aangekocht
eu later werd het door koning
Willem III aan de stad Franeker
overgedragen en is thans tegen be
taling van slechts 25 ets. voor een
ieder te bezichtigen. Het trekt tel
ken jare meer belangstelling in
steeds ruimeren kring. Wie een
bezoek aan Friesland brengt, ver-
zuime niet een kijkje te nemen in
het vriendelijke stadje Franeker
met zijn beroemd Planetarium.
Eise Eisinga, dit nog ten slotte,
bereikte den boogen leeftijd van
84 jaar iu 1828 en werd naar eigen
begeerte op het kerkhof te Dron
rijp, zijn geboorteplaats, begraven,
waar iu 1845 door het Friese h Ge
nootschap van Geschied-, Oudheid-
en Taalkunde in den muur van de
schoone dorpskerk, naast den hoofd
ingang van het familiegraf, een
groote zerk geplaatst is, te zijne eere
en nagedachtenis, bevattende tus
schen eenvoudig lof- en lijstwerk
het volgende opschift„Hulde aan
Eise Eisinga, uitvinder en vervaar
diger vanbet beroemde planetarium
te Franeker, geboren te Dronrijp
deu 21sten Februari 1744, overle
den te Frane er den 27sters Au-
gustut 1828. Op dit kerkhof begra
ven; toegebracht door het Friescii
Genootschap van Geschied-, en
Oudheid- en Taalkunde."
KERKBER1CHTEN.
Kathedrale Kerk St. Bave.
ZONDAG, De H.H. Missen i»
half 7, 8, 9 uur en te half 11 dje
plechtige (Hoogmis. Het H- Sacr.
blijft den geheelen dag ter aanbid
ding uitgesteld. Geen Catechismus»
half 3 (Rozenhoedje en luide Aan
bidding, 'sav. ,7 uur plechtig Lof
met feestpredikatie door deu (Wel
Eerw. heer kapelaan Quant en den
Lofzang „Te Deum".
MAANDAG, half S en 8 uur uit
vaartdiensten voor Jan Slootweg,
'say. 7 uur Lof met Rozenhoedje
voor de gel. zielen.
DINSDAG, half 8 en8 um* H.H.
Missen voor -Mevr. Willi. (Wennib.
als lid (van liet Broederschap dea
Geloovige zielen.
(WOENSDAG, feestdag van Ma
ria's zuivering. Verplichting van
Mis hooren. De Missen als op Zon
dag. 'sav. ,7 uur Lof met Rozen
hoedje..
DONDERDAG, feestdag van den
H. Rlasius, (Patroon tegen de keel
ziekte. De zegen van den H. Rla
sius zjal gegeven Wrden na iedere
Mis ,en verder Vrijdag en Zaterdag-
na de jMis van half 10, 'sav. van
6 nur tot half 8 gelegenheid om te
bichten.
VRIJDAG, 1ste Vrijdag dm-
DE OFFICIEELE KERKLIJST
UITGAVE VAN DE
SIPKES' JAMS
AiUeiirtreck) 11001 behouden.