loeder en lartelares
Hoe vrij de Paus is.
Oemenyde Baifeniandsehe berisbtep
Gemengd Nieuws.
FEI.ilLi ETON
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
Kil hebben reeds bot een en a;n-
ïer meegedeeld over de schandalige
betoogingen, die onlangs vrijmetse
laars en anti-clericalen van allerlei
«da® gehouden hebben voor de ven-
«ters van bet Vaticaan.
Da Bomeinsche correspondent van
he t„Hbld v.. Antw." schrijft hier
over nog het volgende:
Het anti-clerikalisme heeft in Bio-
«ae hoogtijd gevierd en nog eens re
vue gehouden over zijn troepen. Dui
dende n hebben wij hier door de stra
ten zien trekken, geschaard onder
standaarden van allen aard en alle
"kleur, en onder welke, gemengd on
der de leden van verschillende meer
<jf minder maconnieke of omverwer
pende vereenigingen, men de „fine
fleur der ïtomeinsche tappa (apa-
*hen) opmerkte.
Dit schouwspel was vooral treurig
«n men kon een gevoel van medelij
den niet onderdrukken, niet medelij
den met de Kerk, die hier op de
grofste wijze door deze verdwaalden
gelasterd en beleedigd werd, maar
voor de maatschappij, die onderden
verontzedelijkendcn invloed van het
aeetarisch liberalisme elementen
heeft voortgebracht, die vandaag
hare schuld zijn en hare schande,
maar eenmaal hare veroordeeling en
hare straf zullen zijn.
Het iir uno-Ferrer fees L begon reeds
'e morgens, met de oaununng van
twee medaillons aan den zetel der
Giordano jirnno-veieeniging- in via
di Bona Angelica, dragende de beel
tenissen van Bruno en Ferrer.
Slecuts een goed honderdtal perso
nen woonden deze plecntigneid bij.
l.TI in tussen en verkoon t men geden-
kenisKaarten tot zelis op St. Pieters-
plaais, bijna voor de poorten van
net ,V atieaan.
De deelnemers aan den anti-cleri-
falen stoet kwamen bijeen rondtwee
ure namiddag. Kr waren uitgebreide
politiemaatregelen genomen om elk
incident te vermijden. Bu verschil
lende localen waren troepen gecon
signeerd, benevens ambtenaars van
den veiligheidsdienst. Van de Pliazza
dei Termini trok de stoet, bestaande
«it. eemge duizenden, langs de yia
Üfazionaie, via Magnapoli, piazza en
via iSti-Apostoii, enz. naar het Cam-
jk» di Biori, waar bij rond half vijf
aankwam en zich rond het beeld van
den apostaat schaarde.
Onder weg, telkens als men aan
•ene kerk kwam, aan een saminarie
<of aan een ander katholiek gesticht
werd er gefloten en gehuild: „Viva
il libero pensiero! Mpirte al.Vatica-
Bo, (Leve de vrijdenkerij Dood aan
het Vaticaan).
Ziedaar hoe de openbare machten
hunne beloften houden, dat Borne
altijd zijn vreedzaam karakter van
rustig en geëerbiedigd verblijf van
Z. H den Paus zou behouden
Er werden eerst een paar kronen
«p het beeld van den apostolaat neer
gelegd, met opschriften als: Tegen
de kloosters. Tegen de Jesuieten,
®nz Toeu traden de sprekers op, de
-eerste M Mazza» voorzitter- van de
•ommissie, die onder meer Bruno een
van de duizend heiden noemde, die
het leven lieten voor de vrije gedach
te, voor welke Ferrer ook zes maan
den geleden gedood werd.
Het zal wel niet noodig zijn u hier
de verdere uitlatingen van Mazza
en de volgende redenaars aan te ha
len gij kunt u dat omtrent voorstel
len. 't iWaren eene reeks verwoede
aanvallen tegen Kerk en Paus, die
dan ook herhaaldelijk onderbroken
werden door de kreten„Morte al
Papa!" (Dood aan den Paus).
Leone Caetini, prins yan Teano,
♦en der redenaars, die onder zijne
voorvaderen verscheidene Pausen en
vele kardinalen telt, werd geweldig
uitgefloten door anarchisten en so
cialisten, maar ging toch voort, hoe
wel M! Mazza hem gedurig toefluis
terde „maak het kortVerscheidene
zoden aars hadden het vooral tegen
de kloosters, en zij eisfih.fen hunne
spoedige afschaffing.
Kr werd ben slotte een dagorde
in dien aard gelezen, waarin de ver
jaging der kloosterlingen en de
scheiding van Kerk en Staat werd
geëischt» en natuurlijk door de deel
nemers aan den stoet goedgekeurd.
Het eigenaardigste van al is, dat
de leiders van dergelijke betoogin
gen nog beweren heel gematigde
menschen te zijn. Zoo verklaarde Le
one Gaetani niet te willen doorgaan
voor een Jaeobijn en Bissolati zegde,
dat de socialisten geen godsdienst
vervolging willen.
Zonderling contrast niet waar tus-
sohen deze schijnbare gematigheid
van de leiders, en het gehuil der
kudde van abasso en morte tegen
Paus en Vaticaan en tegen alles wat
heilig is voor de katholieken.
Zeker, de leiders zouden niet
gaarne verward worden met de be-
toogers in den stoet, die de 999 per
duizend van de deelnemers uitmaak
ten daarom slaan zij een eenigszins
anderen toon aau en verklaren zij
zich enkel te verdedigen en den aan
val van den vijand, de clericalen, af te
wachten. Wat brave menschen toch
Jammer dat al hunne daden deze
beweringen logenstraffen.
Dat dergelijke betoogingen van
haat en goddeloosheid het hart van
den H. ,Vader diep bedroeven, is
licht te begrijpen, en zelden heeft
de sterfdag van den apostaat Gior
dano Bruno tot dergelijken vloed van
beleedigingen aanleiding gegeven.
Dat hebben de katholieken begre
pen. Talrijk zijn de telegrammen van
verkleefdheid en protest, die op het
Vaticaan zijn ontvangen van bis
schoppen en aartsbisschoppen, ka
tholieke vereenigingen en instellin
gen zoo van Italië als van den
vreemde.
OUD-PBESIDENT KOOSEVELT IN
OEGANDA.
De WelEerw. heer J. Bier maas van
Westerhoven, schrijft in de „Annalen
van het Missiehuis te Roosendaal"
Den 21sten December 1909 werd onze
missie in Nsambya vereerd met een be
zoek van den vroegeren president der
Vereen,igde Staten, vergezeld door zijn
zoon Kennit, en den provincialen Com
missaris, Mr. Knowles. Des voormid
dags te elf uur kwam het gezelschap
te Nsambya aan. De missie was rij,k
versierd met palmen, banieren en vlag
gen, terwijl 'de „Stars and Stripes" (1)
broederlijk naast de „Union Jack" (2)
wapperde boven den ingang van "Missie-
statie en Zusterschool.
Bij bun binnenkomen werden de
hooge gasten welkom geheeten door
Z. D. H. Mgr. Han,Ion, de Eerw. heeren
Proctor, Schoemaker, Campling, Toner
en ondergeteekendles, en Prins Joseph
van Oeganda. Daarna werd hun een
welkomstlied gezongen door de kinde
ren der Zusterschool, die daar ook ston
den opgesteld naast de Zusters en de
vrouwen der missie.
„Gij hadt geen oogenblik behoeven
te vreezen," merkte Kolonel Roosevelt
op, „dat ik de Nsambye-missie niet
zou komen bezoeken. Zelfs met hooi
vorken had men mij niet kunnen weer
houden."
Voorafgegaan door het fluit- en trom-
memcorps van onze Namilyango-sehool,
hetwelk Fr. Toner voor de gelegen
heid had laten overkomen, marcheerde
de gansche stoet omhoog naar den heu
veltop, onder het spelen van een vroo-
lijken mar&ch, tot wij het huis van
den Bisschop bereikten.
Hier wachtte ons het Fanfarecorps
van Fr. Schoemaker, bestaande uit
mannen en jongens, welke hij uit zijn
65 mijlen verwijderde Kamuli-missie
had meegebracht. Zij ontvingen ons met
het Amerika arische volkslied „The Star
Spangled Banner", dat prachtig gespeeld
werd en, luide bijvalsbetuigingen uit
lokte.
De plantage beviel Roosevelt buiten-
(1) De AmerLkajuiiSclie vlag.
(2) De Rritsehe vlag.
gewoon, daar zij werk verschaft aan een
aantal Katholieke inboorlingen, wonend
op den Nsambya-heuvel. Het geheele
proces, van de bloeiende kojfieboomen,
de volwassen bessen, het raffineeren
en branden werd kort en zakelijk uit
eengezet, totdat eene heerlijke kop kof
fie werd opgediend en practisch bewees,
hoe volmaakt deze nuttige afdeeling van
het groote missiewerk was.
Toen volgde de receptie in het kloos
ter der Zusters. De Overste, Moeder
Mary Paul, die eene New-Yorksche is,
was spoedig in druk gesprek met den
ex-president, verschillende oude herin
neringen en vrienden uit het vaderland
werden besproken. Ons, Hollanders,
vertélde Roosevelt natuurlijk, dat hij
ook van HollancLséhe afkomst was.
Een uur vloog aldus voorbijdaarna
toonden wij hem een anderen tak van
nijverheid: het vervaardigen van schors-
kleed. Dit is eene belangwekkende in
dustrie, s inds onheuglijke tijden door
de Oeganda-negers beoefend, om zich-
zelven van kleeding en dekens, en hun
dooden van lijkkleed en doodkist te
voorzien.
Het is de sehars van den Mutuba-
boom (een soort wilde vijgenboom),
welke hier even weelderig groeit als
de banaanboom, die het hoofdvoedsel
van den inboorling levert. Deze schors
wordt geschraapt, afgeveld, en met ge-
ribte houten hamers op een langen balk
geklopt, totdat zij verwerkt is tot een
groot stuk schorskleed, waarin de rib
ben van den hamer oppLooien-gelijkende
sporen hebben achtergelaten. Aan den
buitenkant ziet deze slof donkerbruin,
aan de binnenzijde heeft zij een kleur
als run.
De koningin-zuster, de voornaam
ste dame in dit Land, en, God zij dank,
etene voorbeeldige Katholieke werd
nu voorgesteld aan 'Kolonel Roosevelt
en zijn zoon. Zij werd vergezeld door
drie andere prinsessen, allen uitgedost
in schorskleèd.
Het volgende bezoek gold het St. Eli
sabeth's Ziekenhuis gebouwd van aal
moezen uit Amerika en Holland en
de school, waar de zusters onderwijs
geven.
De leerlingen waren bezig met hand
en machinenaaien, matten vlechten,
matten naaien, matten snijden en bin
den. het vervaardigen, van koord en
touw, palm versierselen, en inlandsche
mandjes.
Ook dit gaf Kolonel Roosevelt ware
voldoening, daar het huisarbeid ver
schaft aan vélen, die anders hun leven
in niots-doen zouden slijten, evenals
zoovele geslachten hunner voorouders
reeds gedaan hebben.
De bouw en het onderhoud dezer
school werd geheel en al bekostigd door
de milddadigheid van Amerika. De groo
te ex-president ging hier trotscti op,
en stelde een bijzonder belang in alles
wat hij zag in en om het Zusterhuis.
Het bezoek aan de school eindigde met
een onderzoek naar de vorderingen der
kinderen in schrijven enz., waarna zij
bet Amerikaansehe volkslied aanhieven.
Na eene korte verpoozing werd de
lunch opgediend in het huis van den
Bisschop. Dit was de eerste keer, flat
Kolonel Roosevelt eene uitnoodiging
voor lunch of diner aannam.
Om elf uur 's morgens was hij in de
missiestatie aangekomen: om kwart
voor drie vertrok hij en eindigde zijn
eerste en langste bezoek aan de Ka
tholieke missie in Nsambya. Den vol
genden dag gaf de commissaris, mr,
Knowles, een tuinfeest, waaraan, op
bijzondere uitnoodiging van den gast
heer, ook Mgr. Hanlon en de pries
ters dor missie deelnamen. Verder wa
ren alle Europeanen van mijlen in het
rond herwaarts gekomen om den voor
na men bezoeker te begroeten; en op
Roosevelt's verzoek had Mgr. zelfs den
Zusters toegestaan het tuinfeest bij te
wonen.
Eene voorname rol speelden ook hier
de Eerw. heeren Schoemaker en Toner
met hunne beide muziekkorpsen, de
eerste en eeruige in Oeganda. Het was
een gewaardeerd genot te hooren, met
welk een nauwkeurigheid en opgewekt
heid zij speelden, oude, welbekende
wijsjes, herinneringen wakker roepend
aan lang vervlogen dagen, aan vader
land en vrienden.
Op het einde va,n het tuinfeest ver
zocht Kolonel Roosevelt, dat de muzi
kanten aan hem zouden worden voor
gesteld. Voor ajles bedankte hij de
Eerw. heeren Sehoema,kea- en Toner;
met warmte prees hij hun taai geduld
en onvermoeibare volharding in het
vormen dezer muzikanten en wenschte
hun geluk met hetgeen zij hadden tol
stand gebracht. Daarna vertelde hij den
spelers, hoe verrast en verheugd hij
was, zulke schoone muziek te hooren
in het hartje van Afrika, en van harte
wenschte hij ook hun geluk met hun
streéas.
De jongens gaven hunne vreugde
lucht in een daverend, driemaal her
haald „Hoera voor Kolonel Roosevelt!"
Teen marcheerden zij huiswaarts onder
het spelen van een opgewekten marsch.
Nooit te voren in de geschiedenis
van Oeganda hadden de Katholieken
zulk een voornaam aandeel in een
publieke bijeenkomst, als bij gelegen
heid van Kolonel Roosevelt's bezoek
a,an de inlandsche hoofdstad Kampala.
De Oud-President en zijn zoon zien
er bijzonder goed uit en zijn meer dan
voldaan over hun jacht-uitstapje naar
Afrika,
Terwijl zij in Kampala waren, schoot
Kermit Roosevelt een zeldzaam soort
hert. waarvan men( voor zoover bekend
is, nog magr vier exemplaren heeft
kunnen bemachtigen. Dit is het 48ste
stuk grof wild, da,t hier in Afrika door
Kennit werd geschoten. Onder die .48
stuks zijn niet minder dan acht leeu
wen. Geen wonder, da,t vader Roosevelt
trotsch is op „z'n 20-jayigem jongen."
Altijd zullen ons de aangenaamste
herinneringen bijblijven aan den Oud-
President met zijn rondborstig en op
recht, hartelijk en gemeenzaam karak
ter.
Hij stelde het grootste belang in ons
werk, en beloofde uit eigen beweging,
voor ons te zullen doen wat hij kon.
Hij vroeg Moeder Pa.ul eene groote
meeting op touw te zei ten in New-York,
da.n zo-u liij met pleizier eene lezing
houden over onze missie; hij vroeg
den bisschop door bemiddeling van
Aartsbisschop Ireland eene dergelijke
bijeenkomst te beroepen in St. Paul's;
ook daar zou hij dan gaarne optreden
als spreker over do Katholieke missie
van Nsambya.
HET SUEZ-KANAAL.
Het contract der mogendheden met
de Suez-kanaalmaatschappij, die tol
heft van alle schepen in 't kanaal, loopt
tot 1969. De maatschappij echter heeft
onderhandelingen aangeknoopt voor een
verlenging van die conventie, loopende
tot het jaar 2008. Men kan dus de
Suez-kanaalmaatschappij het verwijt
niet maken, dat ze niet in toepassing
brengt, het voor allo groote ondemet-
mingen zoo ruoodige „gouverner c'est
prévoir".
De maatschappij is genegen aanstonds
eeniige belangrijke sommen te betalen
aan de Egyptische regeering, daarna
deze regeering een aandeel in de winst
af te staan en verder over eenige ja
ren in het bestuur te Parijs een ver
tegenwoordiger van de Egyptische re
geering als mededirecteur op le nemen.
Het Suezkanaal is echter niet een
doodgewoon spoorwegmaatschappijtje,
maar een internationale verkeersweg
voor alle groote maritieme mogendhe
den, waartoe als het u belieft ook binza
mogendheid behoort.
In deze zaak zijn 4 partijen: eer
stens de groote stoomvaartmaatschap
pijen van alle landen, ten tweede de
Suezkanaal-maatschappij, ten derde En
geland als groote aarideelhoudster, ten
vierde de Egyptische regeering als eige
naresse van het kanaal in 1969.
De rol van Engeland in de zaak' is
verbijsterend. Engeland moet als houd
ster van 176.602 aandeelen in de eerste
plaats denken aan de een millioen nond
sterling, die deze aandeelen als inkom
sten aan haar regeering schenken; in de
tweede plaats moet ze opkomen voor
de belangen der Egyptenaren, terwijl
als bijkomende omstandigheid haar
stoomvaartmaatschappijen hunkeren
naar vermindering van rechten voor
het gebruikmaken van het kanaal.
De „Manchester Guardian" dit onder
werp besprekende, zegt, dat reeds lang
de reeders, vooral die van vrachtschen
pen, hebban geklaagd over de hooge
rechten en deze klacht is van tijd tot
tijd hernieuwd door de „Ghambler of
Shipping" en de „Liverpool Steamship
Owners Assocation".
Dit protest nu wordt ijverig herhaald,
en begint de aandacht te trekken om
dat er gegronde redenen bestaan, dat,
als de voorgestelde verlenging der con
ventie plaats heeft, eene groote on
rechtvaardigheid tegenover de reeders
zal geschieden.
Het was toch overeengekomen in
1883 tusschen baron De Lesseps en
de Engelsche reeders, vertegenwoor
digd door de Brilsche regeering, dat
wanneer het dividend meer dan 25 pet.
zou bereiken, de hoogere inkomsten
zouden worden, besteed aan het vermin-
'deren van de scheepsrechten, totdat deze
op frs. 5 per ton zouden zijn terug
gebracht.
Deze overeenkomst werd ter zijde
gesteld in 1904, toen 26 pCt. dividend
werd uitgekeerd, om daarna te stijgen
tot 28 pCt. wat het dividend der laat
ste jaren is geweest, terwijl de ka
naalrechten zijn gebleven o_p frs. 7.75
per ton.
Het is nu 't oogenblik voor de groo
te stoomvaartmaatschappijen om haar
belangen in de toekomst te beharligen.
Wee haar gebeente als later de Natio
nalisten in Egypte de tarieven gaan
vaststellen.
Gokzuehf. Niet lang geleden heeft
er te Nice een zeer gewichtige meeting
plaats gehad, waarover men (en dit is
niet zeer te verwonderen) slechts zeer
weinig heeft gesproken. De meeting be
stond, volgens het „Vad.", uit hotel
houders en vaklieden, die bij elkaar wa
ren gekomen, om den strijd aan 'te
binden tegen de speelwoede. Vooral in
laatste twee jaren heeft zich die van
Nice en de geheele Riviera meester
gemaakt.
Een verzoekschrift door 3145 in den
handel betrokken personen werd naar
den eersten Minister gezonden.
Men deelde den Minister mede, dat de
inrichtingen waar gespeeld mocht wor
den in 1908 een winst maakten van zes
millioen francs en dat deze som met
tie nmillioen francs in 1909 gestegen
was.
Dat aan den anderen kant het' aan
tal faillissementen gestegen is van 126
tot 162.
Dat de hotelindustrie der voor
naamste hotels in de Riviera, zeer daar
onder leed, te meer daar de reizigers
slechts zeer korten tijd blijven. *De
eenige garantie der hotelhouders van
hunne gasten, die al hun geld op de
speelbanken verloren hebben, is de ba
gage. Daardoor is de toestand der ho
tel- en restauratiehouders vrijwel on
mogelijk géworden.
London-House, een dei- grootste res
taurants der Riviera, zag zich na een
wanhopigen strijd voor het bestaan, ge
noodzaakt zijne deuren te sluiten. Twee
andere restaurants, die in verbinding
staan met eenige eerste rang inrichtin
gen te Parijs, kunnen zich niet dan
met do grootste moeite staande hou
den.
De speelgelegenheden zijn voorzien
van prachtig-ingerichte restaurants,
waar den spelers alles gratis wordt aan
geboden en waaraan niets gespaard is
om ze zoo aantrekkelijk en mooi te ma
ken, opdat de speler de inrichting ook
maar niet voor een kort oogenblik zal
verlaten.
Op de speelinrichtingen 'is geen toe
zicht, zij staan open voor allen, die ko
men willen, rijk en arm, voor lage zoo
wel als hooge inzetten. Minderjarigen
kunnen van den vroegen morgen tot den
laten avond, den geheelen nacht door,
als zij het willen, spelen.
Men hoopt, dat het verzoekschrift
eenig goeds uitwerkt, daar er reeds een
groote verandering is te bespeuren in
het bezoekend publiek der Riviera. Van
uit alle oorden van Europa komt een
zeer ongewemscht soort van reizigers
naar de Riviera, zoodat de gegoeden,
Engelsche en Amerikanen, hunne reizen
tot Egypte en elders uitstrekken.
Onzinnige vortooning. Milliès-La-
croix, oud-mi uister van Koloniën en
Lintilhae, Senator, hebben geduelleerd.
Waarom? Och, om een nietigheid,
een nietsje natuurlijk.
De idiote vertooning had. plaats in
het Pare des Princes te Parijs.
De secondanten waren verrukt over
de magnifieke zijden bretels van den
oud-minisler en waren verder nauwe
lijks hun modeverbazing over het prach
tig gewezen flanel van dezen strijd
lustige heen, toen zij als paf stonde*
voor den aanblik van de sierlijke four-
in-hand (das) die Lintillac van zijn boord
losstrikte.
Ook de voering van het zwaar go-
bloemde vest des heeren Lintilhae deed
den aanwezigen dokter likkebaarden»
O ja, er is nog geduelleerd ook!
Nu weet mem, dat Lintilhae een be
kend schermer is en dat Milliès-Lacroix
het mes alleen goed weet te hantee-
ren bij het aansnijden van een biafstuk-
tartare of een Wiener Schnitzel.
Milliès is dus tot frikkadel gehakt
meent ge?
Mis! De oud-minister deed een. uit
val als een rhinoceros in een porce-
Jeinwinkel en gaf den kampioen-scher
mer een prik in den arm, zoodat inder
daad een 'klein spatje bloed te voor
schijn kwam.
Halt, riepen de secondanten, aan da
eer is voldaan, al geschiedde het dan
ook niet volgens de regelen der edele
scherm kunst.
Milliès en Lintilhae drukten élkaar
stevig de hand als de beste kamera
den.
Prachtvesten en dito cravattes wer
den weer aangeregen.
Dinertje volgde!
Groote stadsgemoegens. In. het
„Dagboek van een Amsterdammer" in
de „Tel." lezen wij: Dit zijn de ge
noegens van het wonen in een. groote
stad.
Een onzer meest verdienstelijke stad-
genooten heeft het voorrecht te wonen
op den hoek van een steeg, die aan
den anderen kant uitmondt in de Kal-
verstraat. Een heel genoeglijke situatie,
te oordeelen naar de eenigszins opge
wonden beschrijving, die hij me gaf.
Want zoodra het uur van kleeden-klop-
pen slaat heeft u ooit in Londen,
Parijs of Berlijn kleeden zien kloppen
op den openbaren, weg? trekken
gansche benden uit de Kalverstraat naar
den Voorburgwal en vullen de zuivere
lucht daar met stof, dat ze con amors
uit hun matten en kleeden ranselen.
En zé doen dit vlak voor de deur van
onzen verdienstelijken stadgenoot. Den
eersten, keer, dat het gebeurd, heeft hij
lieflijk geprotesteerd bij de Kalver-
straatsche tuultjes. 't Antwoord? „Ga
nou gauw deur met je Haarlemmer-
dijkies. De straat is net zoo goed van
ons as van jou."
De tweede week heeft hij, na een.
half uur zoeken, een porlitie-agent op
gedoken. „Niks an te doen, meneer.
In de Kalverstraat mag niet geklopt
worden en daarom sturen wij ze naar
den Voorburgwal."
Een bezoek aan het hoofdbureau van
politie hielp evenmin. Intusschen wa
ren twee kinderen van orizen verdien
stelijken stadgenoot bezweken aan long-
tuberculose vanwege het stof en
hoestte hij zelf bedenkelijk.
Toen. er weer geklopt werd, nam hij
een emmer met water en keilde die
over hot trottoir voor zijn huis. Oor
log! De Kalversfraatsche matten dre
ven en de tuultjes scholden. Zijn ant
woord? „Die straat is net zoo goed
van mij als van jullie!" De huisknecht
uit een van de hotels bood hem een
aframmeling aan. Hij trok zich be-
sche'dcn.lijk achter zijn voordeur terug.
Ging op bezoek bij den burgemeester.
Kwam terecht bij een der opper-hoofd-
commtezen.
„Niks aan te doen, meneer. Dat hoort
bij een groote stad. Ik doe mijn buren
ook wel overlast aan."
„Komt u dan dikwijls 's nachts laat
dronken thuis?" was de wedervraag.
Door een beleefden bode werd-ie
daarop plotseling uitgelaten.
En nu klaagt-ie zijn nood bij de
krant. Ik heb hem den raad gegeven,
eiken morgen voor het huis van onzen
waarnemend en burgemeester in de P.
Potterstraat de vuilste kleiden, die hij
krijgen kan, te kloppen. Morgen begint-
jÜ7
i binden, bleven de aanwijzingen van
j den geneesheer tóch in haar ooren
naklinken.
Maar neon, het zou inderdaad te
wreed zijn. Hoezeer zij ,ook gezon-
digd mocht hebben, zóó zwaar kon
jGod haar toch niet straffen
J Philippe, haar Philippe dien zij!
zoo overladen had met. weldaden, zou
Jas zeker zijt gij vergiftigd; reedshij1 tot zulk een laagheid in staat
ainds langen tijd woelt het vergif in zijnEn zonder te bedenken, hoe
uw aderen, en glij z«ult er aan ster-streng rijf baar eigen vonnis velde,
ven, daar de hand die het u toedient,1 vroeg ze zich verder af„En welke
daar zeker niet mee zal ophouden, j reden kan hij1 hebben om haar uit
Overweeg wel wat ik u gezegd heb, den weg te willen ruimenZou zijn
want ik zal den drempel uwer wo- fortuin niet mèt baar verdwijnen
aing .niet meer overschrijden. Ove- .Want daar zij1 geen kinderen hadden,
rigens kunt ge tegenover mij1 die zou haar man a.lleen van haar erven
waarheid loochenen zooveel ge wilt, als zij: een testament geheel en al-
hul u halsstarrig in een bedrieglijke leen te zijnen gunste had gemaakt,
gerustheid, als ge dat wilt. Ge zult Plotseling natn het gelaat derher-
aan uw lot niet ontkomen. God die togin een verwilderde uitdrukking
rechtvaardig is, zendf- u de straf over j aan. Dat .testament had ziji im-
die ge zoo ten volle verdiend hebt.... mers gemaakt! Op den dag na, haar
Vaarwel, denk aaai hetgeen ik u heb huwelijk, .toen zij nog alles voorkem
gezegd." j gedaan 'zou hebben <w!at hii maar
En hij, verliet haar, terwlijl zij wilde, had ze een testament gemaakt
•daar als verpletterd onder zijn vree- waarbij ze hem tot haar un i versed en
selijke Woorden nederlag. Ach, als erfgenaam' benoemde,
het toch eens waar iwas wat hij Nu herinnerde zijl zich! dat weer.
zeidcWie zou het gedaan kun- Zijl had het stuk aan Philippe laten
nen hebbenHaar :iodeyen dag en j zien, om hem een bewijls te geven
ioderen nacht weer dat vergif toe-1 van haar buitengewone liefde' voor
dienen, zooals de Sintély beweerd hem', en het daarna onder zijln
«ad. oogon verzegeld.
En ondanks haar pogingen om den Met een (schijnbaar hooghartige
naam van liaar echtgenoot niet aan on verschil) igfheid had [Philippe dat
èie afschuwelijke gedachte te ver- alles toen aangezien en zelfs gewei
gerd het stuk in bewaring te nemen.
I Cl ara had het toen op haar slaap
kamer in een lade weggeborgen, en
j van toen af aan het testament zelfs
i niet meer gedacht.
„Nu echter (wil ik toch weten of
die verdenking van Kaymond de Sin
tély oen schijn van waarheid bevat,"
j sprak ze bij! zichzelf.
Langzaam en imet groote moeite
want de ziekte had haar al zeer
verzwakt stond ze op en ging het
'testament halen. Daar lag het nog
in de groote witte enveloppe, waarin
ze het op dien dag na haar huwelijk
gesloten had
Buitenop stond met duidelijke let
ters: „Dit is mijn testament" En
daaronder haalr handteekeni ng„Cla
ra de Oypières, hertogin de Bioque-
birune."
Clara dacht er niet aan het stuk
nauwkeurig te onderzoeken. Het was
er nog, dat alleen beteekende alles.
Immers, als Philippe haar uit den
weg had willen ruimen, zou hij zich
dan niet eerst in het bezit gesteld
hebben van dit stuk papier, waar
mede fbfij zijn rechten op de erfenis
van zijn vrouw beVijzen kon
Zij' kende hem zoo goed. Het goud
was zijn eerste en laatste hartstocht, i
Het. scheelde weinig of Clara ware I
op de [knieën gevallen om God te
danken dat haar verdenking onge
grond was gebleken.
W|at was zij1 bang geweest!
En wat had B,aymond do Sintély
haar in die enkele oogenblikken doen Beweerde Philippe dan een vol-
lijden macht van haar te hebben, een vol-
Nauwelijks had ze haar secretaire macht die zij hem steeds zoohard-
weer gesloten of een harer kamer-nekkig geweigerd had l
vrou 'wen kwam den bankier [Ma-Wat moest dat beteekenen
bill o bij haar alan dienen. f Ze wilde op dit punt terstond
„Ik ben moe, Suzanne," sprak Cla- j volle klaarheid hebben,
ra onverschillig. ,,Zeg aan dien niy-j „Laat dien meneer binnenkomen,
neer dien ik overigens heelemkal nietSuzanne," sprak ze kortaf,
ken, da,t liet mij onmogelijk is hemEnkele seconden later stond Ma
te ontvangen." j bills op den drempel van den salon.
Do kamenier verdween als eenOfschoon zijn reputatie van buiten-
schaduw, maar keerde een oogenblik gewoon eerlijk en hoogst beschaafd
later met een gesloten enveloppe in man ai sinds lang gevestigd was, had
j de hand terug. j Clara die wel wist dat ze met
Met een uitdrukking van groote een geldman te doen kroeg toch
j verveling en ergernis op het gelaat den indruk gehad alsof ze een van
verscheurde Clara het omhulsel Van die Woekeraars voor zich zou zien,
den brief. (Maar nauwelijks had ze waarover Philippe zich altijd zoo
een blik geworpen op de weinige minachtend uitliet.
regels die daar stonden, of haar ge-j' Hoezeer vergiste 'zij zich
laat word loodkleurig. j Pierre Mabille zag er integendeel
Daar stonden onder den naam van j volkomen als een man van de wereld
den bankier deze weinige, onheil- j uit, elegant van top tot teen, en
spellende woorden „Ik moet u nood-i ziju open, sympathiek gelaat schit-
Zakelijk spreken over een allerge-terde van vernuft en rcchtschapen-
wichtigste ziaak die u en den hertogheid.
de Boquebrune betreft. Ondanks de j Hij nam' plaats op den stoel dien
volmacht die gij uwen echtgenootClara hem aanwees en begon ter-j
gegeven hebt. durf ik toch niet ver-;stond: „Uw echtgenoot, mevrouw,
der te g'aa.n dan na u eerst .gesproken doet im'ij .al sinds eenigen tijd de
en u gewaarschuwd te hebben." eer aan, mij' zijn geldzaken ter be-
Zonder zich ook maar een oogen- hartiging op te dragen. Ik ben be-
blik 'te ergeren aan den dragen za- gonnen met hem een zeer belangrijk
kentoon van deze regelen, die tegen- bedrag met het kasteel Boquebrune
over een vrouw Van haar rang bijna als onderpand voor te schieten."
beleedigend moest, heeten, staarde ze j Olara viel hem in de rede met hlet
opl dat ééne woord „volmacht." enkele woord „Hoeveel
„Vijfhonderdduizend francs," waz
het antwoord.
De hertogin scheen ongevoelig te
blijven. Haar bloed dreigde een oo
genblik stil te staan, maar zij wist
zi.ch te beheerschen.
Vijfhonderdduizend ifrancs
(Waai- kon Philippe zulk een reus
achtig bedrag voor noodig gehad
he'bben
Ze antwoordde intusschen op kal-
men toon„Ik begrijp niet, meneer,
waarom u [mij dit komt meedeelen.
De hertog heeft vijfhonderd duizend
francs van u geleend, zegt ge. Die
som wilt ge natuurlijk gaarne terug
hebben; maar dan moet ge u tot hèm
wenden. Bij ons huwelijk is bepaald
dat ieder onzer de beschikking over
zijn eigen vermogen zou behouden."
„O mevrouw* als het niet anders
was dan die vijfhonderdduizend:
francs
„Is er dan nog iets anders
„Zeker, en veel belangrijker zelfs;"
„Maar ik herbaal u dat de particu
liere geldzaken van den hertog mijl
niet aangaan. Misschien zou hij mij
zelfs kwalijk nemen als ik mij er
mee bemoeide."
Worili vervolgd).