Met de Landweer in Drente. Gemengde Buitenlandsche berichten Staten-üeneraaL sociale Berichten. Wetenswaardig Allerlei. BINNENLAND. Gewisselde stukken. b. om aanplakbiljetten te krijgen met opschrift: „Voedt de jeugd op in geheelonthouding," voor trams; apenbare gebouwen en dergelijke; NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. TW.EÊ?.^*a Gastra eters. In een vierslag aan den Ciityraadl van Londen, wordt ge klaagd over de gasmeters. Van do gas- meters, die verleden: jaar onderzocht ■werden op klacht van d|e gebruikers,, werden er 2658 goed bevonden en 3335 afgekeurd. Van dleze toekenden er 1430 te veel aan, en wel 762 nog geem 4 pQt., 526 nog geen 7 pGt., 96 nog geen 10 pCit., en 42 nog geien 20 pCt. De in specteur, die het rapport heeft opge steld, keurt die manier af, waarop da gasmeters worden beproefdL Dat diende aan huis, bij de klagers te gebeuren! Nu de proef op een andere plaats wordt gendniem, geeft zij z. i. geen maatstaf. Verder vindt hij 't verkeerd), dat, als «en gasmeter goed is gekeurd, dat ge tuigschrift onbeperkte» tijd geldit. Hij wil hebben, dat het slechts zeven jaar van. kracht zal zijn, onverminderd] het recht van den gebruiker oin tusschan- tijds herkeuring aan' te vragen. Ouderdomszorg in JDanemarken. Het rapport omtrent een onderzoek naar de werking van die wet op de ouder domszorg in Denemarken^ uitgebracht aan deri minister van Landbouw, Nij verheid ien Handel door mr. WL ;H. A. Elink Schuurman (in Juli 1909) is thans ut druk verschenen. Het draagt tot motto: „Zie in dien herfst met dankbaarheid achter u en goedsmoeds in die toekomst." Mr. Elink Sdhuurtman besiLuit zijn rapport, (dat 96 bladzijden druks telt, behalve de bijdragen cn waarin eenige foto's zijn o.pgenoimen van ouderdoms- tehuizen in Denemarken) met zichzelf deze vragen te stellen: Is het Deensche stelsel een hellend vlak ruïnes. voor de schatkist"? Ant woord: neen. Bevordert hel de zorgeloosheid? Ant woord: neen. Wat is de karaktertrek, waardoor de vreemdeling vooral wordt getroffen? Antwoord: de methode van het aanpas sen der ondersteuning aan de behoef ten van elk geval. Welke lichtzijden heeft dia regeling? Antwoord: Vooreerst de volmaakte aan sluiting aan het Deensche milieu. Daar bij, de vatbaarheid door zijh eenvoud voor toepassing der wet door de ver-* tegenwoordigers der burgerij zelf. Ten slotte: de volkomen harmonie van dioel «n middelen. Lijfstraffen op de openbare school. Het besluit van den Pruisischen minis ter van onderwijs ên ©eredienst, over do toepassing van lijfstraffen op de openbare school, luidt aldlus le. Het reclit tot lichamelijke tuch tiging van den leerling, mag den onder wijzer niet worden ontnomen. 2e. Het is een zaak van eer voor den onderwijzer de toepassing der lijf straffen in zijn school te beperken tot het allemoodigste. 3e. Misbruik van dit recht toont ge brek aan paedagogisclie vorming. 4e. De lijfstraf is geen geschikt mid del tot bevordering van het onderwijs. 5e. Zij mag niet worden toegepast zonder diat vooraf eiken invloed van huiselijke of physi ©logische omstandig heden op de houding van den leerling is onderzocht. 6e. De toepassing der lijfstraf mag in geen enkel opzicht de gezondheid van den leerlingen benadeel an, noch zijn eer aantasten of zijn gevoel van schaamte kwetsen. 7e. Overschrijding van het recht tot lichamelijke tuchtiging leidt niet zelden Siqoofs fiz s[B qoo SfUBqiqaej sp jooa in. ijver, opwinding of toorn is gepleegd. 8e. De onderwijzer moet daarom ter bescherming niet alleen van deax leer ling, maar ook van zijn eigen paedago- gische waardigheid, alles vermijden wat het optreden in opgewonden toestand verzwaren. 9e. Het is vooral raadzaam1 niet te dicht bij den leerling te komen. 10e. Het beste middel om aanleidin gen tot toepassing van lijfstraffen te voorkomen, is nauwgezette voorberei ding, boeiend onderricht en strenge tucht voor zich zelf. "7 Ch er het paard geftild. Als men het onderstaande leest, kan men zich er toch usch n'et tneer over verwonde- Ten, dat vele Duitsche officiertjcs zulke «nvercragenjke typen; zijn. Ze worden er letterlijk voor opgekweekt, meent de -,Zw. y«t. De „Sohikölener Antzeig-er" bevat in een extra-blad het volgende: „Hoogst verblijd en met gelukkig hart deel ik bij dezen aan mijn, beste ka meraden van he Milit&r-Verein m,ee, dat onze vereeniging zich te verblijden heeft over de bijzonder hooge ©er en onder scheiding, haar te beurt gevallen. De heer luitenant Siegfried van Tollmann, zoon van den koninklijken oeoonomie- raad, den heer ritmeester von Tellmaim, en eere-voorzitter van het Militar-Ver ein, is namelijk ails eeretid toegetre den. „In naam van het Verein acht ikQjet mijn plicht, bij dezen mijn warm sten en oprechtsten dank uit te spreken voor de hooge eer en onderscheiding, die onze vereeniging ten die,al geworden, zijn. „Met de meeste hoogachting en onder danigheid ben ik met kam era adschap- p el ijk en groet Karl Pauh Voorzitter." Stoutmoedige roorvcT. Bij klaarlich- teifdag is te Berlijn de koopman Wolf, eigenaar van een pdshandei, aange vallen en beroofd. Hij was van een bank Unter den Linden eene som gèlds gaan ontvangen en keerde toen te voet naar de Linkstrasse terug. Toen hij die trap van zijn magazijn op de eerste verdie ping opging, werd hij gevolgd door een vreemden man., dien hij niet bemerkt had. Op den tamelijk, donkeren draai van de trap, greep deze hieml vast en wierp hem een zwart poeder, waar schijnlijk gestampt houtskool, in het gelaat, zoodat het hem in oogen, heus en mond drong. De aanvaller stiet hem in een hoek rukte hem die kleeren open en greep zijne portefeuille met 2000 mark. Wolf was nog iro de dichte stofwolk gehuid, toen, een zijner bedienden, uil het magazijn, kwam eni zijn meester 'in dien. toestand] op de trap vond. De aanvaller was intusschem naar beneden gesneld en in het menschiengewoel ver dwenen. De aangevallen© werd in het tnagazijn gebracht en daar verzorgd. Hij heelt den dader nauwelijks gezien, zoo als hij later vertelde en kan hem zelfs niet ten naastenbij beschrijven; hij meent dat het nog een jonge man) ^vas, die een hoogen hoed droeg. Da trap van dilt huis is gewoonlijk druk beloopen, maar op dait ooganMik was er juist geen meniscb. Daar ,er in heel 'thuis nieimanfd ietts heeft gehoord is hetonder-i zoek der politie bootst moeilijk. Noodlottig kasteel. Het kasteel bij Saarbrilcken zal nogmaals van eigenaar veranderen. Op 1 Januari ji. was het aangekocht door Dr. Adlodf Scihmitt, di recteur van het hui» Krupp, te Essen. Schmitt is verleden week op het kas teel aangekomen, om er ©enige weken door te brengen. Hij heeft ©ene ver koudheid! opgedaan, die ontaard is in lomgomrtiStaking en gisteren is de nieuwe kasteelheer gestorven. Eene volksoverlevering in Lotharin gen zegt, diat er op de eigenaars van dit kasteel ©en vloek rust. Het begon me|t generaal de Gustine, die in 1793 op heit schavot stierf, omdat hij, Mainz had laten innemen door het Pruisisch© leger. Een twaalftal jaren geleden wend het kasteel gekocht door graaf van Stietencroiii, oud-kapitein der Pruisisch© garde, 't Was een man van zeer ge weldig karakter. Op zekeren dag, toen. een Italiaansch werkman. og> het kas teel bezig, op „omgeposten toon" ant woordde, schoot de ex-kapitein hem dood met een geweer. De graaf werd door *t gerecht vrijgesproken, maar hij moest de streek verlaten, om te (ont snappen aan de „vendetta" van de ka meraden van den doode. Hij vestigde zich aan den oövar van hot jncer van Genève, maar een nieuw incident van dien aard verplichtte hem spoedig te verdwijnen). Hij nam dliemst in het Rus sische leger en verloor hett laven in Manttsjoerije als kapitein der kozakken. Sedert zijn er vier onfllera kasteal- heerem geweasj te Saarbröokenj. Geen enkele heeft er meer dan tw©e jaren gewoond. De voorganger van Schmitt was een geneesheer, dde van. het kasteel sanatorium maakte. Verleden jaar werd het gesticht openbaar ver,kocht na ge rechtelijk in betslag genomen te zijn. iWtij lezen in de E i n dit oven sche Courant" Een jongen uit een dorp in de buurt van Eindhoven bezoekt de 3 jaxigte H. B. S. te Helmond. Vroe ger was die jongen leerling eener katholieke lagere school, bestuurd door Eerw. Broeders, waar hij. was ingeschreven als lid der Vereeniging „Voor Eer en Deugd" en ten bewijze van zijn lidmaatschap een insigne had gekregen, dat hij zichtbaar pp zijn jas droeg. Na 'het verlaten van de school der Eierwi. Broeders behield de kranige jongen den moed zijner overtuiging en bleef ook als leerling'! der Rijks H. B. S. tie Helmond zijn insigne dragen. Onlangs nu kreeg een der geleerde leeraren dier neutmie H. B. S., die natuurlijk een zeer „verlicht" man man was, dat insigne in de gaten en vroeg dien jongen „[Wat heb je daar voor een ding hangen „Een insigne van eene .vereejü- ging," was het antwoord, „Van welke vereeniging „Van „Voor Eer en Deugd," „Zulke dingetjes hoonen hier niet thuis!" Zie lieve lezer zoo oordeelde deze neutrale opvoeder der jeugd. Maar zeg 'j eens, Gij' hooggeleer de leeraar der 3-jarige H. B. S. van Helmond, zeg 'r eens is ook U voor de absolute neutraliteit en voor de stelling: „Geef het kind wat des kinds is?" En hoort dan ook1 onder dit laat ste, dat gij het kind tracht te lee- nen minachting voor eeue deugd, welke in hooge eer is bij alle vol ken, onbeschaafde zoowel als be schaafde, in hooge eere zelfs bij; hen, welke haar niet beoefenen De nieuwe Armenwet. Ingediend is een wetsontwerp tot regeling van het armbestuur In de 'Memorie van Toelichting wijst de minister van binnen land- echo zaken er op dat de bestaande wet in hoofdzaak rust op de volgen de beginselen: lo. overlaten van de ondersteuning der armen aan de kerkelijke en bij zondere instellingen van weldadig heid 2o de burgerlijke armenzorg mag een arme slechts dan onderstand ver- leenen, wanneer hij dien niet van kerkelijke of bijzondere instellingen van weldadigheid kan verkrijgen-; 3o de burgerlijke armenzorg mag slechts bij volstrekte onvermijdelijk heid ondersteunen; 4o vermindering van subsidies uit de fondsen van burgerlijke gemeen ten aan instellingen van. weldadig heid. Aanleiding tot het voorstellen van eene nieuwe regeling van het arm bestuur is in hoofdzaak de wensohe- lijkheid, ten deele zelfs de noodza kelijkheid van eene gewijzigde toe passing van het eerste en van een herziening van het derde hierboven aangegeven beginsel van de wet, en van een verduidelijking van de wet, wat betreft het tweede beginsel. De minister betoogt dat op,het ge bied der armenzorg versnippering van krachten is ontstaan die zich wreekt in twee .richtingen. In de eerste plaats tegenover de armenin de tweede plaats tegenover de in stellingen. Deze fouten van de be staande wet worden tegenwoordig alom ingezien en eenstemmig en dringend wordt aan den wetgever gevraagd dat hij te hulp zal komen aan het streven om de geschetste fouten te verhelpen, en dat wel door bevordering van onderlinge bekend heid van doel en werk. Het subsidiair karakter van de burgerlijke arjnenzorg moet-, aldus de minister, nadrukkelijk worden gehandhaafd. De omvang .van de burgerlijke armenzorg worde be paald door den omvang van de lief dadigheid; .tegen invloed in omge keerde richting worde zooveel mo gelijk gewaakt. Instemming, in zooverre^ met de strekking .van de geldende wet be let intusschen niet, dat de burger lijke armenzorg' aan critiek bloot staat Die critiek betreft het begin sel van de voltrektse onvermijdelijk heid zoowel op zichzelf als wat de toepassing aangaat-. In de praktijk toch is vooral in de latere jaren de burgerlijke armenzorg herhaal delijk getreden buiten de enge gren-j zen van heit Wettelijk .beginsel en werd stoffelijke hulp op ruimer voet! geboden. De samenleving ontgroeit aam het wettelijk beginsel, dat, wordt het niet herzien, meer en meer uit het oog zal worden verloren. Het beginsel dat de armenzorg wordt overgelaten aan de kerkelijke en particuliere liefdadigheid, bleek in de practijk te leiden tot tweeër lei kwaadgemis aan onderlinge be kendheid en samenwerking bij de in stellingen van weldadigheid en in de hand werken van bedrog tengevolge van de gedeeldheid van krachten. Beperking, van de toepassig van het beginsel is wenschelijk voor zooveel deze beide gevolgen betreft, en wel door wettelijke gelegenheid tot or ganisatie open te stellen. Daartoe worde de mogelijkheid ge schapen tot instelling in de gemeen ten van een centraal orgaan, waar in de verschillende instellingen van armenzorg samen kunnen komejn en dat- door organisatie van een inlich tingendienst bedrog onder de vele armen kan helpen weren. Dergelijk orgaan wordt gevonden in een ar menraad. Aan de samenstelling en de wer king vam den armenraad liggen de volgende beginselen ten grondslag. In de eerste plaats moet dwang tot deelneming tegenover de liefdadig heid zijn uitgesloten, vermits de geest tot samenwerking niet kan worden afgedwongen. De deelne ming .aam dem raad het zenden vaji vertegenwoordigers sta; voor alle instellingen van weldadigheid open, maar moet afhankelijk blijven van het. vrije inzicht der besturen. In één opzicht zal, volgens het ontwerp her ledental beperkt zijn. Alleen in stellingen, die armenverzorging bui ten gestichten ten doel hebben, zul len een vertegenwoordiger kunnen aanwijzen. Daarmee kan warden vol staan, omdat alleen bij de armenzorg buiten gestichten de behoefte aan samenwerking zich doet gevoelen. In de tweede .plaats moet de zelf standigheid van de deelnemende in stellingen volstrekt gewaarborgd blijven. Een armenraad zal nimmer dwingende bevoegdheden mogen heb ben. Alleen dan is de kans op ruime deelneming groot. In de derde plaats .zal de armen - raad moeten zijn adviseerend ooilege, behalve met betrekking1 tot het bu reau van inlichtingen, dat middel moet zijn tot wering van mislei ding. Volgens het ontwerp zal de inlichtingendienst een wezenlijk deel zijn van de taak, die aan het cen- traal-orgaan voor samenwerking wordt opgelegd Alleen in die ge meenten, waarvoor een armenraad niet is ingesteld, zullen burgemees ter en wethouders bevoegd zijn om een register van informatie in te stellen. De kerkelijke instellingen van 'wel dadigheid zullen aan dezen informa tiedienst mededeelingen slechts be hoeven te doen met betrekking tot de armen, die mede vam een andere instelling, niet behoorende tot de zelfde kerkelijke gezindte, onder steuning ontvangen of hebben ge vraagd. Opdat dit kunne blijken, zal ook eene kerkelijke instelling aan iedere andere instelling ,en aan den secretaris van den armenraad moe ten mededeelen, of een arme, die boj die andere instelling om steun heeft aangeklopt of aangaande wien in lichtingen zijn gevraagd. Van haar ondersteuning ontvangt. Gelijk gezegd, acht de minister handhaving van het subsidiair ka rakter van de burgerlijke armenzorg geraden Verduidelijking is alleen wenschelijk om de vraag, pf z g. dubbele bedeeling toelaatbaar is, in bevestigenden zin te beantwoorden (gelijk geschiedt bij art. 27 van het ontwerp) en eenige Vorm voor behan deling van gevallen van z.g, dub bele bedoeling te geven. In art. 27 wordt drieërlei uitgesprokenlo. de afwezigheid van plicht tot onder steuning; 2a het geoorloofde van z. g- dubbele bedeelingen; 3o. het subsidaire van de burgerlijke armen zorg, met dien verstande evenwel, dat zij ook tegenover de gemengde instellingen subsidair optreedt. Artikel 30 behelst niet meer dan een vingerwijzing. Het bepaalt dat indien de arme reeds ondersteuning ontvangt van een andere instelling van weldadigheid, over het verzoek om ondersteuning door de burger lijke instelling of de burgerlijke overheid niet wordt beslist dan na dat zooveel mogelijk overleg is ge pleegd met het bestuur van die in stelling. Voor het geval ondersteu ning mocht worden toegekend, wordt zooveel 'mogelijk gestreefd naar sa menwerking .en eenheid in de onder steuning en hetgeen daarmede sa menhangt. :Uit de omstandigheid, dat de over heid zich met armenzorg inlaat, niet ter wille van eenig individueel be lang;, maar van het algemeen be lang-, volgt naar 's ministers mea ning .drieërlei lo. principieel moet dfe overheids zorg jer niet op gericht zijn, dat de arme in nood gelaten wordt. Ge tracht moet althans worden, den arme uit zijn hulpbehoevendheid op te helpen, want alleen indien dat ge lukt is, kan gezegd worden, dat het belang der maatschappij; zoo goed mogelijk behartigd is 2o. het minimum, dat voor die hulp noodig is, moet gegeven won den. (Meer dan het minimum mag door ,de burgerlijke armenzorg nim mer gegeven worden, want het meer dere kan alleen voor zuiver indivi- dueele wenschen bevorderlijk zijn, maar gaat buiten het algemeen be lang omi 3o. dat minimum moet zijn mate rieel en ideëel en omvat, wat het materieel© betreft, het noodzakelijk levensonderhoud, niets meer en niets minder, wat het ideëele betreft, toe zicht, raad en bijstand. .Vélen ach ten de z.g. Elberfelder organisatie het onmisbare middel om deze hulp te verwezenlijken. De minister acht, afgezien van de vraag, of dit oordeel instemming- verdient, dwang in deze verwerpelijk. De gemeenten moeten zelve weten, op welke wijize zij de wettelijke voorschriften zullen toe passen, mits de wet de norm aan- geve en geen belemmeringen jhtecLe voor een of andere organisatie. Op deze overwegingen steunt het ont werp op dit- punt. Bobriëtam. De Sectie „Pérs en Lectuur" van Sobriëtas (voorzitter dr. Ariëns' heeft in haar jongste vergadering be sloten lo. tot uitbreiding: van het leden tal met twee dames-leden; 2. tot opname in Men Sobriëtas-al manak van een beknopt overzicht de® n iet-katholieken Drankbestrij- dersvereenigingen in Nederland; 3. tot uitgave van .a. een brochure over hét dioel en de beginselen der katholieke drank bestrijding b. een brochure tot bestrijding, der drinkgewoonten o. prentjes in verschillende soor ten met het. gebed voor geheelont houding zonder Latijnschem tekst, doch met korte gezegden, op het al coholgebruik door de jeugd toepas selijk; 4. tot vertaling Van „Die Seelaor- ge und die Miissigkeitsbeweging' von Joh. Kapitza; 5. een proef te nemen met een blad voor Jongens- en Meisjeshanden 6. de drankbestrijding du en door de school te bevorderen bij onze eerw. Zustens-onderwijzeressen, en de Boomsche Leakenverpleegstera voor de drankweer te winnen; 7. pogingen aan te wanden: a„ voor een dnderzoek naar het drankgebruik bij verkiezingen in verschillende districten, met de be doeling dat dit materiaal in bro- chuSe-vorm zal wooden gepubliceerd c. voor anti-alcoholiscbe-propagan- dla in het leger; 8. den katholieken boekhandel in kennis te stellen piet de inrichting en de werkzaamheid der keurings commissie van „Pers en Lectuur." LEVENDE DIEREN IN DE MAAG. Over dit ietwat curieuze onderwerp schrijft dr. Pinkhof onlangs een arti keltje in het „Tijdschrift voor Genees kunde". Wij omtleeneo aan dr. Pinkhof» arti kel hier eeo en; ander Onder de insecten zijn het vooral tw(eev!eugelige, maar ook schild- en schubvleugelige, die levendl door den mensch kunnen worden geherbergd; Zóó b.v. de hulsrlieg, de blauwe bromvlieg en de bloemvliegen,, wier eieren zich in die maag spoedig tot larven ontwik kelen, of wier larven, zooals bg do grauwe vleeschrlieg, kant en klaar op het vleesch worden gelegd. De blau we vliqg weet de eitjes te laten yat- len door de mazen van de gewon* vlieg end ehs els heen (zoodat het netel doek een betere bescherming vormt) en zoekt vleesch, dat reed» eenigszkts in ontbinding verkeert, terwijl de vleeschrlieg het vleesch reed» besmet, als de mensch nog niets van ontbin ding bemerkt. De bloemvlieg-soorten leggen haar eieren op verschillend© groenten en. vruchten; frambozen en bramen bevat ten vaak in iedere vrucht een larve. De larven der slijk vlieg, die op rat jes gelijken en in vuil poeiwater leven, weten soms ook den weg te vinden naar het binnenste van weinig kiesch- keurige mensch en, eveneens de larve*, van de vlooi en die kaasmade; de ove rigens onschadelijke larve van een klei* vliegje, schijnt een Lekkernij te zijn voor sommige mensch en, die aan onbewe gelijke kaas geen aardigheid] vinden. De horzels, die de maag der huisdiere», zoo vaak bewonen, komen slechts zel den bij den mensch voor. Vier-en-twintig soorten van kevers ot hun larven zijn, na prikkelingsverschijn sel en van de maag, uitgebraakt of met de ontlasting verwijderd door de» mensch. Meestal waren het kortvleu gel igen Joopkevers of zwartvleugedigen.. De doodlskever, wier larve bjjna 4 c.M. lang wordt en krachtige klauwen en ka ken heeft, is geen te versmaden gast. 'De meelworm komt bij genoegzam* warmte, en voeding gedurende het ge- heele jaar voor, en zoo kon hotiineom- mige gevallen gebeuren, dat het dier in alle trappen van ontwikkeling b% denzelfden persoon, werd gevonden. Meestal komen deze insecten met meet of brood naar binnen, of doordat aar de, die eitjes bevat, in den mond komt. Rupsen, meestal van nachtvlinders, zjjn ook meer dan eens bij den mensch waargenomen; ook vlooiensoorten ea houtluizen, die in grooten getale zij» uitgebraakt. Terwijl de oorzaak van het inslikken der eieren, larven en Insecten meestal is te zoeken in het gebruik van onvol doend© gereinigde of beschutte spijze» en dranken, komt het opzettelijk ete» van larven of tuinaarde, door kinderen of hysterische personen, ook in aan merking. In enkele gevallen moeten de insec ten hun gaheele ontwikkeling hebbest doorgemaakt in da ingewanden en. zich daar zelfs hebben, vermeerderd; dit bleek dan ook uit de verwijdering va» alle ontwikkelingsvormen van "het insect bij tueschenpoozen gedurende jaren. Proeven hebben het groote weer standsvermogen van larven, vooral va* schildpadvleugeligen, aangetoond, e» blaptidae kunnen urenlang onbescha digd in alcohol Liggen. Is er in de maag een tekort aan zoutzuur, dan begunstigt dit de ontwikkeling der larven. De verschijnselen zijn afhankelijk van het aantal en den aard der 'dieren. Vliegenlarveu geven vaak eerst bjj hu» verschijnen in de ontlasting een toe ken van bestaan. Keverlarven kunnen hevige prikke lingsverschijnselen teweegbrengen; tij dens hun ontwikkeling gaan soms, doch niet altijd, onduidelijke pijnen, gebrek aan eetlust, onrust vooraf. Daarna be staan de verschijnselen in hoofdpijn, dorst, flauwten, soms hevige duizeling, braken en oprispingen, vaak koorts ge durende dagen of weken, diarrhee; bij kinderen stuipen en delixia. Heftige, scheurende pijnen en bloedbraking zijn ook waasgenomen. .Weldra worden eendge exemplaren van het Insect uit gebraakt, maar eoms een liter vol! Dit larvenbraken duurt soms maanden I Wat men leest omtrent het uitbra ken van levende slakken na maanden lange klachten, is zeer onwaarschijn lijk, omdat deze het reeds in warm wa ter slechts kort kunnen uithouden, zoo veel te minder in den zuren maagin houd. Misschien zou het bij mensch e» zonder zoutzuur mogelijk zijn. Ook varhalen omtrent levende wor men, hagedissen, kikvorschen, kikker dril, kikkervischjes, salamanders, zoet watergarnalen, moet men niet te zeer vertrouwen. Kleine amphibeën zoudem wel na eenige uren nog levend kunnen worde» uitgebraakt, eenmaal zelfs na 60 uren. Van een Rus wordt verhaald, dat hg slapende een adder heeft ingeslikt, di* hem nog twee dagen lang hevig kwelde en eerst na twee weken dood mei ito ontlasting werd verwijderd 1 (Van een onzer medewerkers. I. Eerst een en ander over de Land- Mtoeroeafningien in liet algemeen Tot nu toe hebben de Ltandweeroe- teningen om het andere jaar plaats. Zooals wij straks zien zullen, ver ten deze oefeningen groote bedragen ën in verband daarmede hebben nu °°k de groote manoeuvres om het andere jaar plaats en wel in 't jaar, daarin de Landweer niet onder de Gapenen komt. Zoo is trots een goede uitvoering ter Landweer-wet evenwicht behou- i ten m de oorlogsuitgaven. V oor een groote manoeuvre heeft1 teen ©en Landweeroefening in de Plaats gekregen en wij hopen straks ten te toonen, dat deze ruil waarlijk teet slecht is te noemen. W© hooren reds vragen of er dan dit jaar geen "Meningen op groote schaal Lij die lp mouten gehouden worden? -rer zeker, doch de groote divisde- manoeuvres, zooals die de laatste ja ren gehouden zijn in do Betuwe, in Limburg, in Oost-Brabant, die heb ben dit jaar niet plaats. .Wel echter tot e!ot der zomer- oefeningon de z.g kleine manoeu vres in de maanden Augustus en Sep tember, doch dit zajn meer oefenin gen in het: compagnies bataljons re giments ver hand, oefeningen die, ztjn er geschikte terreinen yoorham- clen, op eenige uren alatands der g'arnizoensi) taatsen gehouden wor den of wel, de troepen worden gie- evaeueerd naar die terreinen, waar de oefeningen kunnen, plaats heb ben en ze slaan er kampen op. V oor deze soort oefeningen zullen de lichtingen 1903 en 1904 van 12 tot 22 September en de lichting 1909 van 16 Aug.. tot 20 September on der de wapens komen, die met de voorj aarsploegen en de Viermaan- diers der lichting van dit jaar aan de oefeningen deelnemen zullen. Maar nu de ndwem-oefening Neit mind* vr: 4 lichtingen n.l. van 1905, 19s.18 en 1909 komen dit jaar onder de Wapenen om een oefeningstijd. van Maandag tot Za terdag, zes daagjes, mee te werken in de verschillende plaatsen van ons land, waar kazernes zijn, die de hee- ren kwartier kunnen verleenen. In het geheel zijn dat niet minder dan 48 bataljons infanterie, 44 com pagnieën vesitdng-artillerie, 5 com pagnieën genietroepen en 2 compag- niën pontonniers. Voldoende georganiseerd zijn deze troepen nog allerminst. Nog een groot getal officieren en onderoffi- i eieren ontbreken er in en voor de l aanvulling zorgt nu het >aotieve leger Zoo zullen in elke Landweercom pagnie dienst doen 1 kapitein, 2 lui tenants, 1 sergeant-majoor instruc teur, en 1 sergeant per 30 man. (Wat nu de Landweerorganisatie te ruim, bezit, vult het actieve Leger aan. Doch dit gaat niet zonder bezwa ren gepaaid en men heeft nu midde len gevonden om decze aanvulling zoo klein mogelijk te doen zijn. Men heeft n.l. de officieren en on derofficieren, die dienst doen bdj, de Landweer, in de gelegenheid gesteld nog een Landweer oefen ing elders mea te maken, onder deze voordee- ligte voorwaarde, dat n.l. deze dienst- dagen dubbel in mindering zullen gebracht worden van den verplichte werkelijken dienst, die zij in 1910 of 1911 hij de regimenten zouden moe-1 ten volbrengen Dit pogen is niet zonder succes ge- j bleven en nu ziet men tal van oi'fi-; eieren, en onderofficieren bij vreemde districten dienst verrichten. JVdnnaer woj eens op de begrooting zien hoeveel deze zesdaagsehe Land-1 weer oefen ing onze schatkist welkost, dan komen we voor een bedrag te staan, dat waarlijk op 't eerste oogen blik verbazing moet wekken Deze zesdaagsehe Land weeroef e-1 ning kost ons Nederland niet meer; dan f 180.000 en dan zijn in ditj bedrag nog niet begrepen de gelden der vergoedingen, die aan de gezin nen der Landweermannen worden toegekend. En wij kunnen verzekeren, dat ook dit een belangrijk bedrag vormt! Niet minder dan 30.000 man komen onder de wapenen em het is vtan vo rige kéerem btakand, dat door 'tgros vergoeding wordt aangevraagd. Inderdaad kost de Landweeroefe ning dus een massa gpld. Er is dus voor ieder reden om te vragen of nu ook werkeliik iets goeds voor dit ueld zal geleverd worden? ÏW'ij meenen d©ze yraag bevesti gend te kunnen beantwoorden- Alles is erop aangelegd om de»e oefeningen zoo productief mogelijk te doen zijn. De oefeningen zijn met zeer veel zorg overlegd en vastge steld. Van den vroegen morgen tot den laten avond, ook zelfs 's nachts, wordt geoefend en den geheelen dag is 't tableau rijk aan afwisseling, zoodat ook hier het nuttige aan het aangename is gepaard. Direct na de opkomst is de dienst reeds aangevangen en even vóór 't vertrek eindigt hij. Met den tijd is op alle mogelijke wijzen gewoekerd. Zóó is op zeer oordeelkundige wij ze deze Landweeroefening in elkaar gezet en zóó zijn er resultaten van te verwachten. Deze oefeningstijd kan beschouwd worden als één groote repetitieweek. - s - Alles wat de milicien vroeger ge leerd heeft, wordt opgefrischt, op- gescherpt en opnieuw weer inge- pompt i Zeker, veel wordt tijdens deze oe- fening van de manschappen gevergd niet zoozeer omdat de oefeningen vermoeiend zijn, als wel omdat dezs niet alledaagsche arbeid moet ver richt worden door mannen, die reeds de 30 gepasseerd zijn; en uit den aard der zaak dit dienstkloppen min of meer ontwend zijn [Wij hebben 't genoegen deze week een dergelijke Landweeroefening in Drentbe's Hoofdstad mee te maken en in een volgend episteltje willen wij daar nog het e>en en ander van vertellen. Mogelijk hebben wij dan ook ge legenheid. iets mee te deelen over het „Noorscha Haagje", dat bij velen on zer lezers waarschijnlijk onbekend, toch wel recht heeft op een ruim» bekendheid

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1910 | | pagina 5