Wetenschappelijke Berichten. Uit onze Oost. Dam-Rubriek. Wat anderen zeggen Wetenswaardig Allerlei. Marktnieuws. Zwart op. 3, 4, 8, 10, 12, 14, 16. 19, 81. ffBit op. 15, 21, 22, 27, 30, 32' 33, 36, 42 De volgende aardige stand kwam voor in een partij, die gespeeld werd in den wedstrijd voor niet-leden der vereeniging- Damclub' Haarlem. Eindspel No 7. Uitlotingen. 19 April. Th. van Stekelenliorg, han delsreiziger te 's-Gravenhage. 26 April. B. F. Brans* koopman, te Breda, handel drijvende onder de firma Brans en Co., H. Posthumus, koopman in sui- Eerwerken, te Roosendaal. 27 April. J. de Vries, grossier in jrieesdrwaren, Rotterdam. H. Beirthem, caféhouder te Fox- holsterbosch, gem. Hoogezand. H. G. Lindeman, rijwielhandelaar te Baamfcrugge. Geëindigd door het verbindend worden der uitdeelingslijst de faillisse menten H. Kievit, winkelier te Stellen dam-, G. Hofkamp, handelende onder de firma wed. L. Koopman, winkelier In ijzerwaren te Koog a. d. Zaan, en P. J. Scfaankman, horlogemaker en win kelier te Haarlem. ELECTRISCHE, VISSCHEN, Niet enkel de krokodillen en jar guar's vervolgen die Zmd-Arngri.kaa.n- sehe paarden, ook onder de visschen hebben die een gevaarlijken vijand: de moerassen van Bera- en Rostro zijn vol van een menigte elektrieke alen, •wier slijmachtige, geel gevlekte lichamen uit ieder gedeelte geweldi ge schokken naar willekeur uit- stooten! Diezie z.g. gymnoten" zijn van 1.50 tot 1.75 j&ï. lang Ziji zijn sterk genoeg om de gi'oo- ste dierten tiet do oden. 'zoodra. zit hunne zenuwwgrktuigen op eens in eene gunstige richting ontladen. De weg van Urituen door de step pen moest eens verlegd worden, daar ziji zich. in zulk eene over gr oo te me nigte in een riviertje vermenigvul digd. hadden, dat vele paarden jaar lijks bij het doorwaden verdronken. Alle andere visschen ontvluchten ook de nabijheid dezer vreeselijke alen. Zelf s dm hengelaars aan den hoogen oever jagen zij schrik aan, wanneer de vochtige lijn hun den schok uit de verte toebrengt. De vangst der gymnoten biedt een schilderachtig toaned aan. Men jaagt muilezels en paarden in een moeras, dat de Indianen dicht in sluiten, tot het ongewone gedruisch de moedige visschen tot den aanval drijft. Gelijk slangen ziet men ze over het water glijden en zich behen dig onder den buik der paarden drin gen Velen van dezen bezwijken an der de kracht der onzichtbare slan gen Met vliegende manen, snuivend, het oog vonkelend van angst, ont vluchten anderen den woedenden, storm Maar de Indianen met lange bam- boestavem gewapend drijven hen naar bet midden van den poel terug L'angzamerhand bedaart de onstui migheid van den ongelijken strijd. Van lieverlede worden de schokken der gymnoten ad zwakker en zwak ker. Door het gedruisch der stam pende paarden verschrikt, naderen zij vreesachtig den oever, waar zij door harpoenen gewond en met dro ge, niet geleidende stokken op de steppen worden gehaald. En zoo ein digt dan de vreemie strijd der paar den en visschen. 1 gundet om behoorlijk te ontbijten, omdat- ge door onwederstaanbare banden getrokken werd naar hen die, ten prooi aan de vreeselijke ziek te, hun laatsten strijd streden Staat htefb u nog voor, dat we u waarschuw den om uw kostbaar leven toch niet ai te zeer in de waagschaal te stel len en u vooral goed te voeden, op dat ge eenig'en weerstand zoudt kun nen bieden Ge zijl allang vergeten, niet waar? dat jeugdige en dartele leden van onze tafel soms den spot dreven met uw geestelijk kleed eu u, in dwazen overmoed, vragen stel den, die ge niet kondt en niet mocht beantwoorden en die ge daarom af- weerdet op echt- christelijke en ver gevensgezinde wijze. En daarna volgt een betuiging van eerbied, die, ook/,al kent hij dcR schrijver niet meier en ook al vermag zijn beeltenis zelfs geen herinnerin gen meer te wekken, den pastoor toch ongetwijfeld het hart zal ver warmen. Een ander officier, deze maal van het Indisch leger, waaraan hijal vele jaren dooi' pensioneering is ont vallen, zou aan pastoor Verbraak, schrijvenPastoor, nog als den dag van gisteren staat mij voor den geest het oogenblik, dat de beste soldaat van mijn compagnie, de fuselier.. door een schot in de borst verwond werd en dat ik met zijn rechterhand in de mijne en gij met zijn linker hand in de uwe, het oogenblik af wachtten dat de jonge en voorbeeldig oppassende man den laatsten adem zou uitblazen. En toen hij, na. „pas toor" en „kapitein" te hebben ge fluisterd, den eeuwigen slaap was ingegaan, was er tusschen ons een band gelegd, dien de tijd nimmer heeft vermogen te slaken. Een derde deelde mij mede, dat hij den heer Verbraak nog eens zou her inneren aan zijn bezoeken aan de ver schillende posten in de onderschei dene liniën, waaraan Atjeh in het kwade tijdvak zoo rijk was, en aan de volgende grap In alle bentings waarin zijn komst was aangekon digd, was bekend geraakt ïiat stok- visch zijn lievelingskost was. En alle officierstafels hadden zich bij tijds en ruimschoots yan die spijs voorzien. Zoodat de pastoor dag aan dag' op zijn tournée stokvisch voor gezet kreeg en eindelijk de tiende banting' binnenstapte met de vraag- aan den officier, die met de menage belast was, om vanmiddag nu als-je- blieft- eens niet op stokvisch tetrak- teeren Een ander weer wil den pastoor hulde brengen voor de moeite die hij altijd deed om de treurende betrek kingen in het verre moederland van de aan liet vijandelijk lood of aan ziekte ten offer gevallen militairen omstandig op de hoogte te brengen van het verscheiden yan hun zoon, broeder of maag' en alzoo de pijn van het verlies eenigszins te ver lichten. Pastoor Veroraak. Daar zijn in Oost-Indië weinig na men, die met zooveel eerbied en lief de door een ieder genoemi worden, als die van pastoor Verbraak. Geen wonder dan ook dat er ver schillend© stemmen /opgingen om dien beminden man op zijn vijf-en- zeventigsten jaardag blijken van sympathie en genegenheid te geven Een oud-officier wijdt naai- aan leiding .daarvan een kort artikel in het „Balt. Nwbld." aan pastoor Ver braak, waaruit wij gaarne het vol gende overnemen. Merkwaardig inderdaal is de groo- te liefde die aan den braven herder wordt toegedragen door iedereen die wel eens in Atjeh en met hem in aan raking js geweest. 'Trouwens, die twee zaken zijn onafscheidelijkin At^jeh te zijn geweest en pastoor Verbraak niet te hebben loeren ken nen en waardeeren, is gewoonweg ondenkbaar. Niemand die korter of langer tijd. op het oorlogsterrein heeft verwijld, die geen getuige is geweest van de inderdaal voorbeel dige wijze, waarop de pastoor zijn taak opvatte. En het. mooie is, dat die vereering en toegenegenheid door een jarenlan ge scheiding, door een nimmer weder zien, bij zoo heel velen nooit ziin ver flauwd geworden en dat Je belang stelling Van enkelingen in het bin nenkort te vieren feest zich zoo tref fend weet te uiten. Enkele voorbeelden van brieven die onderweg naar Indië zijn Een hoogbejaarde grijsaard, ge pensioneerd hoofdofficier van het •Nedeilandsche leger, die als luite nant en kapitein lang in Indië is .gedetacheerd geweest en het rumoe rige en aan afwisseling' rijke tijd perk-Pel heeft medegemaakt, legt, hoewel hij bijna zejier reeds lang door pastoor Verbraak, die zoovele tienduizenden gekend heeft verge ten is, in een kort doch roerend schrijven zijn hulde aan de voeten van dien waardigen man Gods. Hij zendt een portret en voegt er bijPastoor, herinnert- ge u nog wel de cholera-epidemie van het jaar... toen ge niet van de ziekbedden van mannen van alle geloof waart- af te slaan en zonder eenige poging tot zielenwinnerij elk in zijn laatste «ogenblikken troosttet en met zijn heengaan op jeugdigen leeftijd ver- zoentfet? ,Weet ge nog. dat ge bij ons in de mess waart en ge u in de* vroegen morgen den tijd niet Probleem No. 23. Ingezonden door den heer H. Dan tinga. Jr., Den Haag. 1 2 3 4 5 m. 46 47 48 49 50 45 47 48 49 50 Redacteur: H. C. VAN OORT. Alle correspondentie, betreflende deze rubriek, als ook damnieuws probl. slagzetten, eindspelen, gespeelden partijen, enz. Berichten Naesaustraat, No, 14. Telephoon, 1434. Haarlem. DAMNIEUWS- In de laatst gehouden jaarverga dering der vereeniging Damclub' Haarlem werd een voorstel door het Bestuur ingediend om een 2en speel avond beschikbaar te stellen. Met algemeene stemmen werd dit voor stel aangenomen Eeze 2de speel avond zal zijn Maandagavond. In hoofdzaak wordt- dat een instructie avond, d.w.z. uit de leden dier ver eeniging, zal het Bestuur een keuze doen voor 2 instructeurs, die jdan zoo welwillend willen zijn, om des Maandagsavonds op een groot in structiebord. wat de volgende week gereed zal zijn, zooveel mogelijk de tehandeling, slagzetten, eindstudie's partijen enz. voor minder geoefende spelers uit een te zetten. Dat deze Vereeniging steeds in groei en bloei toeneemt, is zeker al bewijs genoeg door dien 2den speel avond, een der eerste vereenigingen die dat aandurft. Hiermede worden ook de damliefhebbers jn de gele genheid gesteld, die Donderdag niet disponibel hadden, nu toch lid te kunnen worden, daar de Maandag avond vanzelf ook speelavond zal zijn, en het is ook een groot voordeel voor hen. die beide avonden dispo nibel hebben. 1 BERICHT. In de nog: pas opgerichte Dam club te Noordwijkerhout. .schijnt men ,ook niet stil te zitten. In de afgeloopen week werd er een onder linge wedstrijd gehouden om- fraaie prijzen1ste prijs J. de Jong: ,2de prijs C. de Jong; 3de prijs J. Reu- venkamp. Dat geeft blijken van bloei: met een .besten stuurman aan het roer. vaart men langs alles heenmijn béste wenscfien en veel succes in het clubleven DAMNIEUWS UIT PARIJS. Zooals ons nog .bekend zal zijn, i had de heer jWieiss, wereldkampi- oen, den pas benoemde kampioen v.an Parijs, den heer Ottina, uitgedaagd om te spelen om het kampioenschap j van Parijs. 1 Deze uitdaging- höeft de heer Ot- tina dadelijk aangenomejner zal ge speeld worden een match van 10 par- tijen. Tot nog .toe Zijn gespeeld 3 par tijen. die alle gelijk werden. Zwart op 13 en 33. Wit op 7. Een klein eindspel, maar mooi In dezen stand had zwart het ge luk om remise te maken, ik zeg ge lukkig voosr zwart:, want wit had de winst in handen. Hoewel de heer O. P. Kraaij direct de winst voor wit in de partij aantoonde, dergelijke winststelligen worden maar- si te vaak overzien, meestal door te gauw spelen, en het dan maar- remise ma ken. Het eindspel is dikwijls het mooist van een partij, men kan voer stellingen komen te zitten waar men op wonderlijke wijze winst kan be- halehdaarom is het ook aan te be velen, de meest mogelijke studie van het eindspel te maken. Die 2de speel avond zal een prachtgelegenheid daarvoor zijnamateurs die nu lief hebberij bezitten, om het vervaardi gen en het- oplossen van eindspelen, en problemen wat te leeren, moeten die avonden beslist bijwonen. Aangenaam zal het mij zijn, om ook de oplossing van het- eindspel van de lezers te ontvangen. Oplossingen s.v.p. schriftelijk bin nen 10 dagen in te zendein aan boven staand adres. Stand ,van probleem No. 21zvv op. 5, 7, 8, 9. 10, 12, 17, 18, 26 36: wit op 21, 23, 27, 39, 35. 39. 44, 45,46 Pplossingwit 2924, 2722, 44 -40, 3933, 40—34, 35:2 en wint. Stand van probleem letter C.zw. 1, 5, 7. 8, 10, 12. 17, 22, 27 35 37. Wit op. 19, 20, 23, 25, 33, 43, 45, 50. dam 49. Oplossing 3328, 1913, 2014 4540, 49:24 en wint. Neven-oplossingenA. wit 23—18, 25-20, 3329, 4540, 49:4 en wint B. wit 33—28, 19—14, 45—40, 49:24 en wint. In dank de goede oplossingen ont vangen van: Mej. Z. Dantinga. de heeren C. P. Kraaij, L- Kapteijn, v. V. P. Hopman, H Dantinga Sr.. allen te HaaiTenfM- C. Faas, Overveen; H. Dantinga Jr., 's-Hage; O. v. d. Berg, Noordwijkerhout, CORRESPONDEN TIE Bij de volgende rubriek worden de vragen beantwoord ,Voor spoed beantwoording- wordt ieder beleefi verzocht sv .p. postzegel in te slui ten Be accijnsver hooging. Dr. W. H. Nolens schrijft in de „N. Venlosche Courant": „In de vergadering der Eerste Ka mer op 2 December 1.1. zei de Mi nister bij de behandeling van het wets ontwerp tot verihooging van den accijns op ihet gedistilleerd: „Bovendien, als deze verihooging niet zou opbrengen wat ik daarvan verwacht en als geen hooger opbrengst werd bereikt dan wij thans, ontvangen, zoodat de schatkist niet meer zou krijgen dan ruim 25 mililioen gulden, dan zou ik mij mis schien op een gegeven oogenblik eens om liet oneerbiedig uit de drukken achter het oor krabbelen en in ver- legenheid komen, maar toch zou ik mij over den loop dei- zaak verheu gen". De opbrengst van dezen accijns over de maand Maart geeft wel «enige aan leiding om tot die zooeven vermelde operatie over te gaan. Door de wet van 4 Dec. 1909 werd, zooals men weet, de accijns op het ge distilleerd! verhoogd van 63 tot 90 gul den. Verwacht werd daarvan, terwijl met eenige vermindering van gebruik reke ning werd gehouden, een meerdere op brengst van vijf milïioen. Aan die ver wachting schijnt niet beantwoord te worden. De opBrengst althans over de maand Maart, de eerste maand, die «enig1 licht kan geven, vallt in dit opzicht niet mee. Immers- deze opbrengst bedraagt f 2.094.696, terwijl een twaalfde der ra ming over 't geheel® jaar 'f 2.616.666 uitmaakt. De opbrengst is derhalve ruim een half millioen minder. Het heelt er dus allen schijn van datt de kurk, waarop, zooals men zegt. de financiën drijven, aan het zinken is. Misschien slechts tijdelijk, voorbij gaand. Herhaaldelijk, ook nog in helt verslag der Commissie van rapporteurs uit de Eerste Kamer, werd gewezen o-p de tegenstrijdigheid1 die er in gelegen zat zijn, dait men aan den een-en kant den accijns verhoogt om in het bezit te komen van meer middelen, terwijl men van den anderen kan't hoopt, dat van die verhooging een vermindering van het gebruik het gevolg zal' zijn. Nu was het geval denkbaar, dat de vermindering van gebruik binnen een zekere grens zou blijven, zoodat nxen de verhooging zoowel het eene aLs het andere bereikt zo-u worden. Maar het geval was ook denkbaar, dat die grens overschreden zou wor den, en alleen het laatste gevolg, de vermindering van gebruik, zich zou voordoen. Dit geval schijnt zich' althans in de periode, waarover feitelijk de- opbrengst in Maart loopt, te hebben voorgedaan. Als alles nu echt is, en er niet verbruikt is wat geen accijns betaalde, blijft er uit anderen hoofde re-den tot blijdschap. Uit het i'inanciëel oogpunt, van waar uit een Minister van Financiën de zaak in de eerste plaats beziet, zeker niet. Althans op dit oogenblik niet. immers men mag met den Minister van Financiën aannemen, dat „een ge stadige vermindering van gebruik ook zal medewerken tot «en gestadige stij ging van de welvaart en draagkracht van ons volk". Dat het zich later dus wel weer zal vinden. Maar daarmee is hij op dit oogenblik niet geholpen. Uit een financieel oogpunt blijft hem tweeërlei troostgrond. Vooreerst is iiet niet uitgesloten dat in Januari en Februari nog geteerd is op de groote hoeveelheid, die met het oog op de aoeijnsverhotoging vóór 10 Dee. werd ingeslagen. En dan dat de verva'lsc'ning, die zich toch in sterkere mate schijnt voorge daan te hebben dan vermoed werd, ook tengevolge van het voor «enige da gen afgekondigde Koninklijk besluit zal worden nagelaten. Mocht de vermindering echter van blijvenden aard zijn, dan zal men zich met den Minister van Financiën over den loop der zaak mogen verheugen, maar moeten erkennen dat het twee ledig hoofddoel der verhooging niet be reikt is. Dat tweeledig hoofddoel was-, zooals blijkt uil de considerans der wet. io. tijdelijke versterking der midde len, 2o. -de beschikking te erlangen over fondsen, benoodigd om te kunnen over gaan tot. verlaging van den suikerac cijns." HOE MOET MEN ETEN? Een Amerika-ansch professor, Chitten den, van de Yale Universiteit, heeft met behulp van een aantal studenten trachten vast te stellen, hoeveel een mensdh eten moet om te blijven be staan. Reeds- meermalen was beweerd, ook door geleerden van naam, dat de mensch in het algemeen te veel' eet en dat hij met minder voedingsstoffen een veel beter en nuttiger effect zou kunnen bereiken, als hij de spijzen, die hij gebruikt, beter en langer kauw de. Het spijsverteringsproces toch be gint in den mond of juister nog op de telioor. Hoe grooter de stukken zijn, die men in den mond Krengt, hoe min der men ze kauwt, hoe minder voed sel men er van heeft. Eerst als het voedsel goed gekauwd is en goed met speeksel is doortrokken, kan het vol komen verteerd worden. De haastige wijze waarop velen eten, ten gevolge van de haastige leefwij ze, die geen tijd tot goed eten, dat is: verstandig eten overlaat, is de oorzaak, dat men gewoonlijk te veel eet en aan de maag te veel werk Iaat verrich ten, een werk, waartoe deze bovendien niet in staat is; want wat de mond moet doen, kan door de maag niet ver richt worden. Het gevtflg is, dat de maag zich overwerkt en dus ziek wordt en dat een goed deel' der spijzen 't lichaam onvoldoende verteerd, pverlaat. Professor Chittenden wilde de proef nemen, op een grooter aantal personen en 21 studenten boden zich voor de proef aan: zieken en gezonden, zwak ken en sterken. Langzamerhand werden de porties verminderd, maar naarmate deze afna men, werd er meer werk op gedaan, dit wil zeggen, ze werden béter ge kauwd. Alle deelnemers ondervonden de goe de gevolgen. De lijders aan slechte spijs vertering knapten op, de maaglijders werden gezondhet gewicht nam niet af en de spierkracht werd grooter. Zelfs de .sportmannen die onder de 21 wa ren, ondervonden geen kwade gevol gen van de proef en allen vOfclden zich opgewekter. Het einde van 'de proef was, dat gebleken was flat de mensdi met veel minder voedsel toe kan, dan hij ge woonlijk .opneemt en dat een ander pro fessor, toen hij beweerde, dat wie geen uur er voor over heeft om te eten, geen middagmaal waard is, volkomen gelijk had. OVER VERDOOVINGSMIDDELEN. Dezer dagen is. in Engeland het ver slag gepubliceerd van de onderzoek ings- commissie, die de gevaren verbonden aan de aanwending van verdoovende middelen heeft moeten nagaan. De commissie dringt er op aan, dat de verkoop van alle verdoovingsmiddelen aan een nauwkeurige contröle wordt onderworpen, daar deze middelen zeer dikwijls- worden gebruikt door onkun digen, door kwakzalvers en schoon- heidsdokters. Men heeft getracht een statistiek op te maken, dat het aantal dooden door narcose registreert en, hoewel de mededeelingen zeer onvol komen zijn, en zeer zeker slechts- een klein deel van het ware aantal slacht offers- omvat, heeft men toch kunnen vaststellen, dat dit aantal van jaar tol jaar sitijgt. Terwijl locih in het jaar 1866 slechts 5 gevallen van dood door narcose zijn gebleken, is dit cijfer in het jaar 1905 gestegen lot 155 en in 1908 bereikte het zelfs 235. In het vervolg zullen slechts geneesheeren en tandartsen van beproefde bekwaamheid -het recht heb ben, narcotische middelen te gebrui ken. De 'tandheelkunde zal beperkt worden tot. het gebruik van stikstof- oxydule. De ruggetncrgsnarcose, die wordt toegediend, door inspuiting met cocaïne of een ander verdoovingsmid- del 'in de ruggegraat, zal slechts door hiertoe bevoegde geneesheeren mogen worden toegediend. Men is in Enge land reeds- bezig, een wet op deze ver doovingsmiddelen samen te stellen, welke binnenkort zal worden ingediend WELKE ZIJN DE HOOGSTE BERGEN DER AARDE? Het bericht, dat op Nieuw-Guinea een berg roet een hoogte van meer dan 7000 meters- ontdekt is, maakt een opstel van dr. Ilennigs in de „Cosmos" bijzonder lezenswaardig. Hierin wordt beweerd, dait de juiste kennis van de hoogste bergen der aarde niet erg ver breid is. Vraagt men iemand naar den hoogsten berg van Europa, dan zal hij dadelijk zijn schoolwijsheid uitkra men: „Mont Blanc, 4810 meter!" De Mont Blanc is echter slechts dan de hoogste berg van Europa, wanneer men den Kaukasus tot Azië rekent, waartoe echter geen grondige reden bestaat. In den Kaukasus vindt men een aantal toppen, die hooger zijn dan 5000 me ter, de twee hoogste toppen van den Elbroes zijn 5593 en 5629 meter hoog. Over den hoogsten berg van Azië leert men meestal in de school dat „de Mount Everest of Gaurisankar met 8840 meter de hoogste berg van de aarde is. Dit is echter onjuist, want de Mount Everest en de Gaurisankar zijn twee bergen. In werkelijkheid is de Mount Everest aan de Noordrens van Nepal de hoogiste berg, welks hoog te waarschijnlijk 8832 meter bedraagt, de Gaurisankar is slechts 8143 meter hoog en staat daardoor bij andere reu zen van de Himalaya ten achter, de Dhawalagiri b.v. is 8176 meter hoog en de KantschiiKiseh inga 8585 meter, ook de z.g. Dapsang, K 2 of Mount Godwin Austen met een hoogte van 8620 metei, overtreft hem. Over den hoogsten berg in Afrika heerscht eenstemmigheid. Het fs de Kaümandscharo aan de grens van Duitsch- en Britsch-Oost-Afrika. De hoogte vand ezen berg bedraagt volgens nauwkeurige opmetingen van prof.Hans Meyer, die hem den 6den October 1889 te zamen met Purtscheller bestegen heeft, 6010 meter. Eveneens is het aan geen twijfel onderhevig, dat de Mount Townsend met 2211 meter de hoogste berg van Australië is. Geheel onjuiste meeningen worden gewoonlijk over de hoogste bergen van de Nieuwe Wereld verkondigt. In aardrijkskundige leerboeken wordt steeds de dwaling be gaan. dat de Eliasberg, die 5495 meter hoog fc, de hoogste berg van Noord- Aimerika i!s. Men kent echter reeds- se dert langen tijd twee hoogere bergen, ni. den Mount Logan met. 5955 meters hoogte en den; in 1898 in Alaska ontdek ten Mount Mac jKinliey, dien de „Noord- poolreiziger" Cook bestegen zou heb ben. Dezer dagen werd bericht, dat de Fairbanksche expeditie hem beste gen heeft, het is- te hopen, dat zij nauwkeurig de hoogte heeft gemeten. Het is- echter niet uilgesloten, dat er in Alasika nog hoogere bergen bestaan. Zeer onnauwkeurig is- de kennis over de bergen van Zuid-Amerika. Volgens de algemeene heerschende meening is- de hoogste de Aconcagia, die volgens. Gus-zfeldt 7020 meter hoog is. De Qhimborassö, die ten tijde van Humboldt ais de hoogste gold, neemt onder de Zuid-Amerikaansche bergen de 20e plaats in. Veel hooger zijn b.v de Cerro Mercedario (6798), en de Am- pato in Peru (6950). Waarschijnlijk ech ter zal de Aconcagua door den Peru- aanschen Muascan onttroond worden, die door de bergbewoners sedert langen tijd op 7500 meter- geschat wordt. Vol gens. een tamelijk onnauwkeurige trigo- nometisdie meting bedraagt zijn hoogste top 6720 meter. De Amerikaansche bergbeklimster Annie Peck, die eenigen tijd geleden zijn top zou hebben be reist, geeft als uitslag barer metingen een hoogte op van minstens 7200 me ter. Het Zu-idpoolonderzoek voegt bij deze hooge bergen die van het Zuid- pool-eon-tingent, waar reeds bergen zijn gemeten met een hoogte van 4000 tot 5000 meter. v DE GEVOELIGSTE BALANS TER WERELD. Sir William Ramsay, de beroemde scheikundige, heeft een nieuwe balans gemaakt, die alle andere balansen, zoo- als- de scheikundigen ze gebruiken, in gevoeligheid verre overtreft, want met haar hullpi Ikan men gedeelten van gram men afwegen, die achter de komma acht nullen en eerst in de negende decimaal een cijfer hebben. Dezer dagen heeft Ramsay de nieu we balans aan een bezoeker laten zicÊ. Zij is in de kelderruimte van zijn la boratorium in een half-donkcr vertrek ondergebracht. Zij is zoo gevoelig, dat zefts de geringe warmte, die een elec- trische lamp verwekt, invloed heeft op haar nauwkeurigheid. Natuurlijk wordt zij door een omhulsel beschermd. De ar-m der balans, die slechts eenige cen timeters lang is, ziet er uit als een spinneweb-draad van glas; hij bestaat echter uit kwarts, dat voor warmte minder gevoelig is- dan glas, ook de- schalen hangen aan kwartsdraden. Ram .say woog in het bijzijn van een bezoe ker eeng eringe hoeveelheid Xenon, het. door hem- ontdekte edelgas. Eerst werd een heel klein glazen buisje gevuld met Xenon op de weegschaal gelegd. De uit slag was met 't bloote oog niet te zien, maar een lichtstraal en een spieget toonden dezen zeer vergroot op een schaalverdeeling aan den wand. Daar na werd het buisje geledigd en nu bleek, dat het 1/700 millioenste ous lichter wasg eworden. De geringe hoeveelheid Xenon, woog dus ongeveer 0.000000004 Gram. TE NAUWE BOORDEN. Naar het vakblad „Hospital" mede deelt, is d'r. Walter G. Wolford tot de conclusie gekomen, dat menige onge steldheid! het gevolg is van het dragen van een te nauwe halsomsluiting, die de vrije circulatie van het bloed' be lemmert en op de zenuwen in deze streek een te grooten druk uitoefent. De schrijver heeft zich zelf een wel daad! bewezen door zijn boord losser te gaan dragen, want hij schrijft daar aan toe, dat hij bevrijd! is van hoofd pijn, rheumatiek, congestie en teeke nen van jicht, welke kwalen alle zicht vroeger bij hem voordeden. En hij heeft niet alleen bij zich zelf opge merkt, welke goede gevolgen bij dra gen van een wijderen boord! heeft ge had. LOTEN VAN PARIJS (Municipal) 2L/ pet. van 1892. No. 494601 fr. 100,000; No. 379178 fr. ',0"0; Nos. i37424 en 84832, elk fr. 10,000. De volgende Nos. elk fr. 1000: 9569 94253 95621 30680 36101 61724 58146 111025 5 i 1857 131297 577642118191 240338 439195 182ft 6 569993 533319 230846 478464 310663 240385 186633 95169 533292 463687 502011 218419 870367 511660 539821 SLOTEN. Ter voorjaar.smarkt waren slechts een 40-tal runderen aangevoerd; handel gering, prijzen hoog, f 195—260. HAARLEMMERMEER. Witte tarwe f.625—f8.50 per 80 K.G. Roodc tarwe f6.25—f8 per 80 K.G. Haver f6.30— f 7 per 100 K.G. Rogge f 5—f 5.30 per 75 K.G. Wintergerst f 4.55—f 4.75 per 65 K.G. Duivenboonen f 8.90f 10 per 85 K.G. Paardenboonen f 5.75—f 6.5Ó per 80 K.G. Kaxwijzaad f 15.25 inclusief. BEVERWIJK, 29 April. Spinazie 40— 660 CL per kistje. Postelein 50—70 ct.„ Zuring 15 oL, alles per mandje. Raap stelen f 1.50—f 2.50, Radijs f2.50—f3, Tuinwortelen f 35, Asperges f 70f 80, Rabarber f6, Prei fó—f6, Pieterselie f2—f3, Selderij f2—f3, alles per 100 bos. Koolrapen f 4 per 100 st., f 1.50 per ILL. Komkommers f 15, JRoode kooi f 2f 4, Savooie kool f 5f 8, Bloem kool f 15—f20, alles per 100 situks. K'leiaardappelen f 2.25-f 2.50, ld. Zand- f4.50—f5, alles per- H.L. Uien fl.80 f 2, per 100 pond. Sla f 2—f 5 per 100 krop. ALKMAAR, 29 April. Fabriekskaan, kleine f 32. Boerenkaas, kleine f 32, Commissie f 33, Middelbare 32.50, Aangev. 280 st., weg. 140000 K.G., Han del' stiug. Op: de graanmarkt van heden werd aangevoerd: 550 H.L. Tarwe f6f7.25, chev. gerst f5.25-f5.80j haver f3.25 3.75. BM'deboonen 3.75— 6, breine id- f8—15.50, citroen id. f14.50—f 15.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1910 | | pagina 6