Wetenschappelijke Berichten.
Uit onze Oost.
Dam-Rubriek.
Wat anderen zeggen
Wetenswaardig Allerlei.
Marktnieuws.
Zwart op. 3, 4, 8, 10, 12, 14, 16.
19, 81.
ffBit op. 15, 21, 22, 27, 30, 32' 33,
36, 42
De volgende aardige stand kwam
voor in een partij, die gespeeld werd
in den wedstrijd voor niet-leden der
vereeniging- Damclub' Haarlem.
Eindspel No 7.
Uitlotingen.
19 April. Th. van Stekelenliorg, han
delsreiziger te 's-Gravenhage.
26 April. B. F. Brans* koopman, te
Breda, handel drijvende onder de firma
Brans en Co.,
H. Posthumus, koopman in sui-
Eerwerken, te Roosendaal.
27 April. J. de Vries, grossier in
jrieesdrwaren, Rotterdam.
H. Beirthem, caféhouder te Fox-
holsterbosch, gem. Hoogezand.
H. G. Lindeman, rijwielhandelaar
te Baamfcrugge.
Geëindigd door het verbindend
worden der uitdeelingslijst de faillisse
menten H. Kievit, winkelier te Stellen
dam-, G. Hofkamp, handelende onder
de firma wed. L. Koopman, winkelier
In ijzerwaren te Koog a. d. Zaan, en
P. J. Scfaankman, horlogemaker en win
kelier te Haarlem.
ELECTRISCHE, VISSCHEN,
Niet enkel de krokodillen en jar
guar's vervolgen die Zmd-Arngri.kaa.n-
sehe paarden, ook onder de visschen
hebben die een gevaarlijken vijand:
de moerassen van Bera- en Rostro
zijn vol van een menigte elektrieke
alen, •wier slijmachtige, geel gevlekte
lichamen uit ieder gedeelte geweldi
ge schokken naar willekeur uit-
stooten!
Diezie z.g. gymnoten" zijn van 1.50
tot 1.75 j&ï. lang
Ziji zijn sterk genoeg om de gi'oo-
ste dierten tiet do oden. 'zoodra. zit hunne
zenuwwgrktuigen op eens in eene
gunstige richting ontladen.
De weg van Urituen door de step
pen moest eens verlegd worden, daar
ziji zich. in zulk eene over gr oo te me
nigte in een riviertje vermenigvul
digd. hadden, dat vele paarden jaar
lijks bij het doorwaden verdronken.
Alle andere visschen ontvluchten ook
de nabijheid dezer vreeselijke alen.
Zelf s dm hengelaars aan den hoogen
oever jagen zij schrik aan, wanneer
de vochtige lijn hun den schok uit
de verte toebrengt.
De vangst der gymnoten biedt een
schilderachtig toaned aan. Men
jaagt muilezels en paarden in een
moeras, dat de Indianen dicht in
sluiten, tot het ongewone gedruisch
de moedige visschen tot den aanval
drijft. Gelijk slangen ziet men ze
over het water glijden en zich behen
dig onder den buik der paarden drin
gen Velen van dezen bezwijken an
der de kracht der onzichtbare slan
gen Met vliegende manen, snuivend,
het oog vonkelend van angst, ont
vluchten anderen den woedenden,
storm
Maar de Indianen met lange bam-
boestavem gewapend drijven hen
naar bet midden van den poel terug
L'angzamerhand bedaart de onstui
migheid van den ongelijken strijd.
Van lieverlede worden de schokken
der gymnoten ad zwakker en zwak
ker. Door het gedruisch der stam
pende paarden verschrikt, naderen
zij vreesachtig den oever, waar zij
door harpoenen gewond en met dro
ge, niet geleidende stokken op de
steppen worden gehaald. En zoo ein
digt dan de vreemie strijd der paar
den en visschen.
1 gundet om behoorlijk te ontbijten,
omdat- ge door onwederstaanbare
banden getrokken werd naar hen
die, ten prooi aan de vreeselijke ziek
te, hun laatsten strijd streden Staat
htefb u nog voor, dat we u waarschuw
den om uw kostbaar leven toch niet
ai te zeer in de waagschaal te stel
len en u vooral goed te voeden, op
dat ge eenig'en weerstand zoudt kun
nen bieden Ge zijl allang vergeten,
niet waar? dat jeugdige en dartele
leden van onze tafel soms den spot
dreven met uw geestelijk kleed eu
u, in dwazen overmoed, vragen stel
den, die ge niet kondt en niet mocht
beantwoorden en die ge daarom af-
weerdet op echt- christelijke en ver
gevensgezinde wijze.
En daarna volgt een betuiging van
eerbied, die, ook/,al kent hij dcR
schrijver niet meier en ook al vermag
zijn beeltenis zelfs geen herinnerin
gen meer te wekken, den pastoor
toch ongetwijfeld het hart zal ver
warmen.
Een ander officier, deze maal van
het Indisch leger, waaraan hijal
vele jaren dooi' pensioneering is ont
vallen, zou aan pastoor Verbraak,
schrijvenPastoor, nog als den dag
van gisteren staat mij voor den geest
het oogenblik, dat de beste soldaat
van mijn compagnie, de fuselier..
door een schot in de borst verwond
werd en dat ik met zijn rechterhand
in de mijne en gij met zijn linker
hand in de uwe, het oogenblik af
wachtten dat de jonge en voorbeeldig
oppassende man den laatsten adem
zou uitblazen. En toen hij, na. „pas
toor" en „kapitein" te hebben ge
fluisterd, den eeuwigen slaap was
ingegaan, was er tusschen ons een
band gelegd, dien de tijd nimmer
heeft vermogen te slaken.
Een derde deelde mij mede, dat hij
den heer Verbraak nog eens zou her
inneren aan zijn bezoeken aan de ver
schillende posten in de onderschei
dene liniën, waaraan Atjeh in het
kwade tijdvak zoo rijk was, en aan
de volgende grap In alle bentings
waarin zijn komst was aangekon
digd, was bekend geraakt ïiat stok-
visch zijn lievelingskost was. En
alle officierstafels hadden zich bij
tijds en ruimschoots yan die spijs
voorzien. Zoodat de pastoor dag aan
dag' op zijn tournée stokvisch voor
gezet kreeg en eindelijk de tiende
banting' binnenstapte met de vraag-
aan den officier, die met de menage
belast was, om vanmiddag nu als-je-
blieft- eens niet op stokvisch tetrak-
teeren
Een ander weer wil den pastoor
hulde brengen voor de moeite die hij
altijd deed om de treurende betrek
kingen in het verre moederland van
de aan liet vijandelijk lood of aan
ziekte ten offer gevallen militairen
omstandig op de hoogte te brengen
van het verscheiden yan hun zoon,
broeder of maag' en alzoo de pijn
van het verlies eenigszins te ver
lichten.
Pastoor Veroraak.
Daar zijn in Oost-Indië weinig na
men, die met zooveel eerbied en lief
de door een ieder genoemi worden,
als die van pastoor Verbraak.
Geen wonder dan ook dat er ver
schillend© stemmen /opgingen om
dien beminden man op zijn vijf-en-
zeventigsten jaardag blijken van
sympathie en genegenheid te geven
Een oud-officier wijdt naai- aan
leiding .daarvan een kort artikel in
het „Balt. Nwbld." aan pastoor Ver
braak, waaruit wij gaarne het vol
gende overnemen.
Merkwaardig inderdaal is de groo-
te liefde die aan den braven herder
wordt toegedragen door iedereen die
wel eens in Atjeh en met hem in aan
raking js geweest. 'Trouwens, die
twee zaken zijn onafscheidelijkin
At^jeh te zijn geweest en pastoor
Verbraak niet te hebben loeren ken
nen en waardeeren, is gewoonweg
ondenkbaar. Niemand die korter of
langer tijd. op het oorlogsterrein
heeft verwijld, die geen getuige is
geweest van de inderdaal voorbeel
dige wijze, waarop de pastoor zijn
taak opvatte.
En het. mooie is, dat die vereering
en toegenegenheid door een jarenlan
ge scheiding, door een nimmer weder
zien, bij zoo heel velen nooit ziin ver
flauwd geworden en dat Je belang
stelling Van enkelingen in het bin
nenkort te vieren feest zich zoo tref
fend weet te uiten.
Enkele voorbeelden van brieven
die onderweg naar Indië zijn
Een hoogbejaarde grijsaard, ge
pensioneerd hoofdofficier van het
•Nedeilandsche leger, die als luite
nant en kapitein lang in Indië is
.gedetacheerd geweest en het rumoe
rige en aan afwisseling' rijke tijd
perk-Pel heeft medegemaakt, legt,
hoewel hij bijna zejier reeds lang
door pastoor Verbraak, die zoovele
tienduizenden gekend heeft verge
ten is, in een kort doch roerend
schrijven zijn hulde aan de voeten
van dien waardigen man Gods.
Hij zendt een portret en voegt er
bijPastoor, herinnert- ge u nog wel
de cholera-epidemie van het jaar...
toen ge niet van de ziekbedden van
mannen van alle geloof waart- af te
slaan en zonder eenige poging tot
zielenwinnerij elk in zijn laatste
«ogenblikken troosttet en met zijn
heengaan op jeugdigen leeftijd ver-
zoentfet? ,Weet ge nog. dat ge bij
ons in de mess waart en ge u in
de* vroegen morgen den tijd niet
Probleem No. 23.
Ingezonden door den heer H. Dan tinga. Jr., Den Haag.
1 2 3 4 5
m.
46 47 48 49 50
45
47 48 49 50
Redacteur: H. C. VAN OORT.
Alle correspondentie, betreflende
deze rubriek, als ook damnieuws
probl. slagzetten, eindspelen,
gespeelden partijen, enz.
Berichten Naesaustraat, No, 14.
Telephoon, 1434. Haarlem.
DAMNIEUWS-
In de laatst gehouden jaarverga
dering der vereeniging Damclub'
Haarlem werd een voorstel door het
Bestuur ingediend om een 2en speel
avond beschikbaar te stellen. Met
algemeene stemmen werd dit voor
stel aangenomen Eeze 2de speel
avond zal zijn Maandagavond. In
hoofdzaak wordt- dat een instructie
avond, d.w.z. uit de leden dier ver
eeniging, zal het Bestuur een keuze
doen voor 2 instructeurs, die jdan
zoo welwillend willen zijn, om des
Maandagsavonds op een groot in
structiebord. wat de volgende week
gereed zal zijn, zooveel mogelijk de
tehandeling, slagzetten, eindstudie's
partijen enz. voor minder geoefende
spelers uit een te zetten.
Dat deze Vereeniging steeds in
groei en bloei toeneemt, is zeker al
bewijs genoeg door dien 2den speel
avond, een der eerste vereenigingen
die dat aandurft. Hiermede worden
ook de damliefhebbers jn de gele
genheid gesteld, die Donderdag niet
disponibel hadden, nu toch lid te
kunnen worden, daar de Maandag
avond vanzelf ook speelavond zal
zijn, en het is ook een groot voordeel
voor hen. die beide avonden dispo
nibel hebben. 1
BERICHT.
In de nog: pas opgerichte Dam
club te Noordwijkerhout. .schijnt
men ,ook niet stil te zitten. In de
afgeloopen week werd er een onder
linge wedstrijd gehouden om- fraaie
prijzen1ste prijs J. de Jong: ,2de
prijs C. de Jong; 3de prijs J. Reu-
venkamp.
Dat geeft blijken van bloei: met
een .besten stuurman aan het roer.
vaart men langs alles heenmijn
béste wenscfien en veel succes in het
clubleven
DAMNIEUWS UIT PARIJS.
Zooals ons nog .bekend zal zijn,
i had de heer jWieiss, wereldkampi-
oen, den pas benoemde kampioen v.an
Parijs, den heer Ottina, uitgedaagd
om te spelen om het kampioenschap
j van Parijs.
1 Deze uitdaging- höeft de heer Ot-
tina dadelijk aangenomejner zal ge
speeld worden een match van 10 par-
tijen. Tot nog .toe Zijn gespeeld 3 par
tijen. die alle gelijk werden.
Zwart op 13 en 33.
Wit op 7.
Een klein eindspel, maar mooi
In dezen stand had zwart het ge
luk om remise te maken, ik zeg ge
lukkig voosr zwart:, want wit had de
winst in handen. Hoewel de heer O.
P. Kraaij direct de winst voor wit
in de partij aantoonde, dergelijke
winststelligen worden maar- si te
vaak overzien, meestal door te gauw
spelen, en het dan maar- remise ma
ken. Het eindspel is dikwijls het
mooist van een partij, men kan voer
stellingen komen te zitten waar men
op wonderlijke wijze winst kan be-
halehdaarom is het ook aan te be
velen, de meest mogelijke studie van
het eindspel te maken. Die 2de speel
avond zal een prachtgelegenheid
daarvoor zijnamateurs die nu lief
hebberij bezitten, om het vervaardi
gen en het- oplossen van eindspelen,
en problemen wat te leeren, moeten
die avonden beslist bijwonen.
Aangenaam zal het mij zijn, om
ook de oplossing van het- eindspel
van de lezers te ontvangen.
Oplossingen s.v.p. schriftelijk bin
nen 10 dagen in te zendein aan boven
staand adres.
Stand ,van probleem No. 21zvv
op. 5, 7, 8, 9. 10, 12, 17, 18, 26 36:
wit op 21, 23, 27, 39, 35. 39. 44, 45,46
Pplossingwit 2924, 2722, 44
-40, 3933, 40—34, 35:2 en wint.
Stand van probleem letter C.zw.
1, 5, 7. 8, 10, 12. 17, 22, 27 35 37.
Wit op. 19, 20, 23, 25, 33, 43, 45, 50.
dam 49.
Oplossing 3328, 1913, 2014
4540, 49:24 en wint.
Neven-oplossingenA. wit 23—18,
25-20, 3329, 4540, 49:4 en wint
B. wit 33—28, 19—14, 45—40,
49:24 en wint.
In dank de goede oplossingen ont
vangen van: Mej. Z. Dantinga. de
heeren C. P. Kraaij, L- Kapteijn,
v. V. P. Hopman, H Dantinga
Sr.. allen te HaaiTenfM- C. Faas,
Overveen; H. Dantinga Jr., 's-Hage;
O. v. d. Berg, Noordwijkerhout,
CORRESPONDEN TIE
Bij de volgende rubriek worden
de vragen beantwoord ,Voor spoed
beantwoording- wordt ieder beleefi
verzocht sv .p. postzegel in te slui
ten
Be accijnsver hooging.
Dr. W. H. Nolens schrijft in de
„N. Venlosche Courant":
„In de vergadering der Eerste Ka
mer op 2 December 1.1. zei de Mi
nister bij de behandeling van het wets
ontwerp tot verihooging van den accijns
op ihet gedistilleerd: „Bovendien, als
deze verihooging niet zou opbrengen
wat ik daarvan verwacht en als geen
hooger opbrengst werd bereikt dan wij
thans, ontvangen, zoodat de schatkist
niet meer zou krijgen dan ruim 25
mililioen gulden, dan zou ik mij mis
schien op een gegeven oogenblik eens
om liet oneerbiedig uit de drukken
achter het oor krabbelen en in ver-
legenheid komen, maar toch zou ik
mij over den loop dei- zaak verheu
gen".
De opbrengst van dezen accijns over
de maand Maart geeft wel «enige aan
leiding om tot die zooeven vermelde
operatie over te gaan.
Door de wet van 4 Dec. 1909 werd,
zooals men weet, de accijns op het ge
distilleerd! verhoogd van 63 tot 90 gul
den.
Verwacht werd daarvan, terwijl met
eenige vermindering van gebruik reke
ning werd gehouden, een meerdere op
brengst van vijf milïioen. Aan die ver
wachting schijnt niet beantwoord te
worden.
De opBrengst althans over de maand
Maart, de eerste maand, die «enig1 licht
kan geven, vallt in dit opzicht niet mee.
Immers- deze opbrengst bedraagt
f 2.094.696, terwijl een twaalfde der ra
ming over 't geheel® jaar 'f 2.616.666
uitmaakt. De opbrengst is derhalve
ruim een half millioen minder.
Het heelt er dus allen schijn van
datt de kurk, waarop, zooals men zegt.
de financiën drijven, aan het zinken is.
Misschien slechts tijdelijk, voorbij
gaand.
Herhaaldelijk, ook nog in helt verslag
der Commissie van rapporteurs uit de
Eerste Kamer, werd gewezen o-p de
tegenstrijdigheid1 die er in gelegen zat
zijn, dait men aan den een-en kant
den accijns verhoogt om in het bezit
te komen van meer middelen, terwijl
men van den anderen kan't hoopt, dat
van die verhooging een vermindering
van het gebruik het gevolg zal' zijn.
Nu was het geval denkbaar, dat de
vermindering van gebruik binnen een
zekere grens zou blijven, zoodat nxen
de verhooging zoowel het eene aLs het
andere bereikt zo-u worden.
Maar het geval was ook denkbaar,
dat die grens overschreden zou wor
den, en alleen het laatste gevolg, de
vermindering van gebruik, zich zou
voordoen.
Dit geval schijnt zich' althans in de
periode, waarover feitelijk de- opbrengst
in Maart loopt, te hebben voorgedaan.
Als alles nu echt is, en er niet
verbruikt is wat geen accijns betaalde,
blijft er uit anderen hoofde re-den tot
blijdschap.
Uit het i'inanciëel oogpunt, van waar
uit een Minister van Financiën de zaak
in de eerste plaats beziet, zeker niet.
Althans op dit oogenblik niet.
immers men mag met den Minister
van Financiën aannemen, dat „een ge
stadige vermindering van gebruik ook
zal medewerken tot «en gestadige stij
ging van de welvaart en draagkracht
van ons volk". Dat het zich later dus
wel weer zal vinden.
Maar daarmee is hij op dit oogenblik
niet geholpen.
Uit een financieel oogpunt blijft hem
tweeërlei troostgrond.
Vooreerst is iiet niet uitgesloten dat
in Januari en Februari nog geteerd is
op de groote hoeveelheid, die met het
oog op de aoeijnsverhotoging vóór 10
Dee. werd ingeslagen.
En dan dat de verva'lsc'ning, die zich
toch in sterkere mate schijnt voorge
daan te hebben dan vermoed werd,
ook tengevolge van het voor «enige da
gen afgekondigde Koninklijk besluit zal
worden nagelaten.
Mocht de vermindering echter van
blijvenden aard zijn, dan zal men zich
met den Minister van Financiën over
den loop der zaak mogen verheugen,
maar moeten erkennen dat het twee
ledig hoofddoel der verhooging niet be
reikt is.
Dat tweeledig hoofddoel was-, zooals
blijkt uil de considerans der wet.
io. tijdelijke versterking der midde
len,
2o. -de beschikking te erlangen over
fondsen, benoodigd om te kunnen over
gaan tot. verlaging van den suikerac
cijns."
HOE MOET MEN ETEN?
Een Amerika-ansch professor, Chitten
den, van de Yale Universiteit, heeft
met behulp van een aantal studenten
trachten vast te stellen, hoeveel een
mensdh eten moet om te blijven be
staan.
Reeds- meermalen was beweerd, ook
door geleerden van naam, dat de
mensch in het algemeen te veel' eet
en dat hij met minder voedingsstoffen
een veel beter en nuttiger effect zou
kunnen bereiken, als hij de spijzen,
die hij gebruikt, beter en langer kauw
de. Het spijsverteringsproces toch be
gint in den mond of juister nog op de
telioor. Hoe grooter de stukken zijn,
die men in den mond Krengt, hoe min
der men ze kauwt, hoe minder voed
sel men er van heeft. Eerst als het
voedsel goed gekauwd is en goed met
speeksel is doortrokken, kan het vol
komen verteerd worden.
De haastige wijze waarop velen eten,
ten gevolge van de haastige leefwij
ze, die geen tijd tot goed eten, dat is:
verstandig eten overlaat, is de oorzaak,
dat men gewoonlijk te veel eet en aan
de maag te veel werk Iaat verrich
ten, een werk, waartoe deze bovendien
niet in staat is; want wat de mond
moet doen, kan door de maag niet ver
richt worden. Het gevtflg is, dat de
maag zich overwerkt en dus ziek wordt
en dat een goed deel' der spijzen 't
lichaam onvoldoende verteerd, pverlaat.
Professor Chittenden wilde de proef
nemen, op een grooter aantal personen
en 21 studenten boden zich voor de
proef aan: zieken en gezonden, zwak
ken en sterken.
Langzamerhand werden de porties
verminderd, maar naarmate deze afna
men, werd er meer werk op gedaan,
dit wil zeggen, ze werden béter ge
kauwd.
Alle deelnemers ondervonden de goe
de gevolgen. De lijders aan slechte spijs
vertering knapten op, de maaglijders
werden gezondhet gewicht nam niet af
en de spierkracht werd grooter. Zelfs
de .sportmannen die onder de 21 wa
ren, ondervonden geen kwade gevol
gen van de proef en allen vOfclden zich
opgewekter.
Het einde van 'de proef was, dat
gebleken was flat de mensdi met veel
minder voedsel toe kan, dan hij ge
woonlijk .opneemt en dat een ander pro
fessor, toen hij beweerde, dat wie geen
uur er voor over heeft om te eten,
geen middagmaal waard is, volkomen
gelijk had.
OVER VERDOOVINGSMIDDELEN.
Dezer dagen is. in Engeland het ver
slag gepubliceerd van de onderzoek ings-
commissie, die de gevaren verbonden
aan de aanwending van verdoovende
middelen heeft moeten nagaan. De
commissie dringt er op aan, dat de
verkoop van alle verdoovingsmiddelen
aan een nauwkeurige contröle wordt
onderworpen, daar deze middelen zeer
dikwijls- worden gebruikt door onkun
digen, door kwakzalvers en schoon-
heidsdokters. Men heeft getracht een
statistiek op te maken, dat het aantal
dooden door narcose registreert en,
hoewel de mededeelingen zeer onvol
komen zijn, en zeer zeker slechts- een
klein deel van het ware aantal slacht
offers- omvat, heeft men toch kunnen
vaststellen, dat dit aantal van jaar tol
jaar sitijgt.
Terwijl locih in het jaar 1866 slechts
5 gevallen van dood door narcose zijn
gebleken, is dit cijfer in het jaar 1905
gestegen lot 155 en in 1908 bereikte
het zelfs 235. In het vervolg zullen
slechts geneesheeren en tandartsen van
beproefde bekwaamheid -het recht heb
ben, narcotische middelen te gebrui
ken. De 'tandheelkunde zal beperkt
worden tot. het gebruik van stikstof-
oxydule. De ruggetncrgsnarcose, die
wordt toegediend, door inspuiting met
cocaïne of een ander verdoovingsmid-
del 'in de ruggegraat, zal slechts door
hiertoe bevoegde geneesheeren mogen
worden toegediend. Men is in Enge
land reeds- bezig, een wet op deze ver
doovingsmiddelen samen te stellen,
welke binnenkort zal worden ingediend
WELKE ZIJN DE HOOGSTE
BERGEN DER AARDE?
Het bericht, dat op Nieuw-Guinea
een berg roet een hoogte van meer
dan 7000 meters- ontdekt is, maakt een
opstel van dr. Ilennigs in de „Cosmos"
bijzonder lezenswaardig. Hierin wordt
beweerd, dait de juiste kennis van de
hoogste bergen der aarde niet erg ver
breid is. Vraagt men iemand naar den
hoogsten berg van Europa, dan zal hij
dadelijk zijn schoolwijsheid uitkra
men: „Mont Blanc, 4810 meter!" De
Mont Blanc is echter slechts dan de
hoogste berg van Europa, wanneer men
den Kaukasus tot Azië rekent, waartoe
echter geen grondige reden bestaat. In
den Kaukasus vindt men een aantal
toppen, die hooger zijn dan 5000 me
ter, de twee hoogste toppen van den
Elbroes zijn 5593 en 5629 meter hoog.
Over den hoogsten berg van Azië leert
men meestal in de school dat „de
Mount Everest of Gaurisankar met
8840 meter de hoogste berg van de
aarde is. Dit is echter onjuist, want
de Mount Everest en de Gaurisankar
zijn twee bergen. In werkelijkheid is
de Mount Everest aan de Noordrens
van Nepal de hoogiste berg, welks hoog
te waarschijnlijk 8832 meter bedraagt,
de Gaurisankar is slechts 8143 meter
hoog en staat daardoor bij andere reu
zen van de Himalaya ten achter, de
Dhawalagiri b.v. is 8176 meter hoog en
de KantschiiKiseh inga 8585 meter, ook
de z.g. Dapsang, K 2 of Mount Godwin
Austen met een hoogte van 8620 metei,
overtreft hem. Over den hoogsten berg
in Afrika heerscht eenstemmigheid. Het
fs de Kaümandscharo aan de grens
van Duitsch- en Britsch-Oost-Afrika. De
hoogte vand ezen berg bedraagt volgens
nauwkeurige opmetingen van prof.Hans
Meyer, die hem den 6den October 1889
te zamen met Purtscheller bestegen
heeft, 6010 meter. Eveneens is het
aan geen twijfel onderhevig, dat de
Mount Townsend met 2211 meter de
hoogste berg van Australië is. Geheel
onjuiste meeningen worden gewoonlijk
over de hoogste bergen van de Nieuwe
Wereld verkondigt. In aardrijkskundige
leerboeken wordt steeds de dwaling be
gaan. dat de Eliasberg, die 5495 meter
hoog fc, de hoogste berg van Noord-
Aimerika i!s. Men kent echter reeds- se
dert langen tijd twee hoogere bergen,
ni. den Mount Logan met. 5955 meters
hoogte en den; in 1898 in Alaska ontdek
ten Mount Mac jKinliey, dien de „Noord-
poolreiziger" Cook bestegen zou heb
ben. Dezer dagen werd bericht, dat
de Fairbanksche expeditie hem beste
gen heeft, het is- te hopen, dat zij
nauwkeurig de hoogte heeft gemeten.
Het is- echter niet uilgesloten, dat er in
Alasika nog hoogere bergen bestaan.
Zeer onnauwkeurig is- de kennis over
de bergen van Zuid-Amerika.
Volgens de algemeene heerschende
meening is- de hoogste de Aconcagia, die
volgens. Gus-zfeldt 7020 meter hoog is.
De Qhimborassö, die ten tijde van
Humboldt ais de hoogste gold, neemt
onder de Zuid-Amerikaansche bergen
de 20e plaats in. Veel hooger zijn b.v
de Cerro Mercedario (6798), en de Am-
pato in Peru (6950). Waarschijnlijk ech
ter zal de Aconcagua door den Peru-
aanschen Muascan onttroond worden,
die door de bergbewoners sedert langen
tijd op 7500 meter- geschat wordt. Vol
gens. een tamelijk onnauwkeurige trigo-
nometisdie meting bedraagt zijn hoogste
top 6720 meter. De Amerikaansche
bergbeklimster Annie Peck, die eenigen
tijd geleden zijn top zou hebben be
reist, geeft als uitslag barer metingen
een hoogte op van minstens 7200 me
ter. Het Zu-idpoolonderzoek voegt bij
deze hooge bergen die van het Zuid-
pool-eon-tingent, waar reeds bergen zijn
gemeten met een hoogte van 4000 tot
5000 meter.
v DE GEVOELIGSTE BALANS
TER WERELD.
Sir William Ramsay, de beroemde
scheikundige, heeft een nieuwe balans
gemaakt, die alle andere balansen, zoo-
als- de scheikundigen ze gebruiken, in
gevoeligheid verre overtreft, want met
haar hullpi Ikan men gedeelten van gram
men afwegen, die achter de komma
acht nullen en eerst in de negende
decimaal een cijfer hebben.
Dezer dagen heeft Ramsay de nieu
we balans aan een bezoeker laten zicÊ.
Zij is in de kelderruimte van zijn la
boratorium in een half-donkcr vertrek
ondergebracht. Zij is zoo gevoelig, dat
zefts de geringe warmte, die een elec-
trische lamp verwekt, invloed heeft op
haar nauwkeurigheid. Natuurlijk wordt
zij door een omhulsel beschermd. De
ar-m der balans, die slechts eenige cen
timeters lang is, ziet er uit als een
spinneweb-draad van glas; hij bestaat
echter uit kwarts, dat voor warmte
minder gevoelig is- dan glas, ook de-
schalen hangen aan kwartsdraden. Ram
.say woog in het bijzijn van een bezoe
ker eeng eringe hoeveelheid Xenon, het.
door hem- ontdekte edelgas. Eerst werd
een heel klein glazen buisje gevuld met
Xenon op de weegschaal gelegd. De uit
slag was met 't bloote oog niet te zien,
maar een lichtstraal en een spieget
toonden dezen zeer vergroot op een
schaalverdeeling aan den wand. Daar
na werd het buisje geledigd en nu bleek,
dat het 1/700 millioenste ous lichter
wasg eworden. De geringe hoeveelheid
Xenon, woog dus ongeveer 0.000000004
Gram.
TE NAUWE BOORDEN.
Naar het vakblad „Hospital" mede
deelt, is d'r. Walter G. Wolford tot de
conclusie gekomen, dat menige onge
steldheid! het gevolg is van het dragen
van een te nauwe halsomsluiting, die
de vrije circulatie van het bloed' be
lemmert en op de zenuwen in deze
streek een te grooten druk uitoefent.
De schrijver heeft zich zelf een wel
daad! bewezen door zijn boord losser
te gaan dragen, want hij schrijft daar
aan toe, dat hij bevrijd! is van hoofd
pijn, rheumatiek, congestie en teeke
nen van jicht, welke kwalen alle zicht
vroeger bij hem voordeden. En hij
heeft niet alleen bij zich zelf opge
merkt, welke goede gevolgen bij dra
gen van een wijderen boord! heeft ge
had.
LOTEN VAN PARIJS (Municipal)
2L/ pet. van 1892.
No. 494601 fr. 100,000; No. 379178 fr.
',0"0; Nos. i37424 en 84832, elk fr.
10,000.
De volgende Nos. elk fr. 1000:
9569 94253 95621 30680 36101 61724
58146 111025 5 i 1857 131297 577642118191
240338 439195 182ft 6 569993 533319 230846
478464 310663 240385 186633 95169 533292
463687 502011 218419 870367 511660 539821
SLOTEN. Ter voorjaar.smarkt waren
slechts een 40-tal runderen aangevoerd;
handel gering, prijzen hoog, f 195—260.
HAARLEMMERMEER. Witte tarwe
f.625—f8.50 per 80 K.G. Roodc tarwe
f6.25—f8 per 80 K.G. Haver f6.30—
f 7 per 100 K.G. Rogge f 5—f 5.30 per
75 K.G. Wintergerst f 4.55—f 4.75 per 65
K.G. Duivenboonen f 8.90f 10 per 85
K.G. Paardenboonen f 5.75—f 6.5Ó per
80 K.G. Kaxwijzaad f 15.25 inclusief.
BEVERWIJK, 29 April. Spinazie 40—
660 CL per kistje. Postelein 50—70 ct.„
Zuring 15 oL, alles per mandje. Raap
stelen f 1.50—f 2.50, Radijs f2.50—f3,
Tuinwortelen f 35, Asperges f 70f 80,
Rabarber f6, Prei fó—f6, Pieterselie
f2—f3, Selderij f2—f3, alles per 100
bos. Koolrapen f 4 per 100 st., f 1.50
per ILL. Komkommers f 15, JRoode kooi
f 2f 4, Savooie kool f 5f 8, Bloem
kool f 15—f20, alles per 100 situks.
K'leiaardappelen f 2.25-f 2.50, ld. Zand-
f4.50—f5, alles per- H.L. Uien fl.80
f 2, per 100 pond. Sla f 2—f 5 per 100
krop.
ALKMAAR, 29 April. Fabriekskaan,
kleine f 32. Boerenkaas, kleine f 32,
Commissie f 33, Middelbare 32.50,
Aangev. 280 st., weg. 140000 K.G., Han
del' stiug.
Op: de graanmarkt van heden werd
aangevoerd: 550 H.L. Tarwe f6f7.25,
chev. gerst f5.25-f5.80j haver f3.25
3.75. BM'deboonen 3.75— 6, breine id-
f8—15.50, citroen id. f14.50—f 15.