TWEEDE BLAD.
Een man van ijzer.
Week-Kroniek.
R. K. Middenstands-
vereeniging
Markten.
Rond de Liturgie.
RIOfiASCüE VACANTIEKOLONIES.
Gemengde Buitenlandsche Berichten
ZATERDAG If JUNI 1910.
IV.
Wijwatar.
Wyl by de Joden reeds het water
een zinnebeeld der geesteiyke reini
ging was, nam de Katholieke Kerk,
die de verruiling ia der Oude Wet,
dit gebruik orer. Zij gebruikt wij
water, d. L water met'zout gemengd
en door kerkelijke gebeden gezegend.
Uit zioh zelf niet de minste kracht
bezittend, maaar geheiligd door bet
gebed en gebruikt met een waar be
rouw des harten, dient het water en
het zout om on« op geestelijke wijze
te zuiveren en voor geestelijk bederf
te behoeden.
Een heerlijke voorafbeelding van
het wijwater vinden wij in het Oude
Testament. Wij lezen in het 4de Boek
der Koningen (II, 1922), dat de
profeet Eiieeüs het schadelijke en on
gezonde water der stad Jerlcbo met
zout vermengde en het in de kracht
Gods weder bruikbaar maakte.
Eiken Zondag voor de Hoogmis
geschiedt de wijdiDg van het wijwater
door den dienstdoenden priester; daar
na besprenkelt hij, terwijl het koor
etnige passend» verzen uit de psalmen
zingt, eerst het altaar, vervolgens zich
self en eindelijk de geloovigen. De
besprenkeling der geloovigen ia een
zinnebeeldige vernieuwing van den
H. Doop.
Bij de messte kerkelijke inzegenin
gen is het gebruik van wij wat^r voor
geschreven. Goede Katholieken bedie
nen er zich van bij het in- en uitgaan
van de kerk vandaar de „wijwa
tersvaten" achter in onze kerken
bij het op-daan of ter ruste gaan
vandaar het wij waterbakje in de slaap
kamer bij hevige bekoring of als
bijv. bij heng onweer gevaar dreigt
Paus Pius IX heeft aan alle geloo
vigen, telkens als zij met een rouw
moedig hart het H. Kruisteeken met
wijwater maken en tegelijk de woor
den: „In den naam «ies Vaders enz."
uitspreken, een aflaat vvn 100 dagen
verleend.
van 8 Juni tot 10 Juni.
BUITENLAND.
3 Juni. De anticlelricale bedoelingen
van den Spaan schen Minis
ter) Canalejas beginnen,
1 reeds om den hoek te gluren.
Gostenrijk's monarch is weer
I uit Serajewo vertrokken..
7 Juni. Partieele minister crisis in
Duitschland.
7 Juni, Ernstige aardschokken inZ.
Italië. Groote schade is af
gericht,
De Borromeus-encycliek1
wordt door de anti-clericale
bende gretig aangegrepen
om te stoken.
BINNENLAND
7 Juni, Het rapport der Staatscom
missie tot reorganisatie van
't onderwijs is verschenen.
We hebben onlangs in onz* Courant
opgenomen de mededeeling van de
koninklijke goedkeuring der statuten
van de Haarlemscbe Vereeniging voor
R. Katb. Vacantiekoloriee.
Alweer een nieuwe Roomsche
vereeniging?
Zoo zegt alliobt de een of ander.
Hebben we er soms niet genoeg?
We zouden zoo zeggen: dat ligt er
aan. Naar het getal hebben we in
Haarlem over de Roomeche veroeni-
gingen zeker niet te klagen, maar
ontkend kan ook niet worden, dat er
soms werkelijk behoefte bestaan kan
aan een nieuwe soort van vereeni-
ging, en zeker moet dan worden toe
gegeven, dat het werk der Roomsche
vacantiekoloniea voor kinderen daar
van één is.
Zoodat de stichting der Vereeniging,
die te» doel heeft de uitzending van
Haarlemsche katholieke kinderen naar
Katholieke vacantiskolonies, mag aan
spraak maken op aller steun en op
de belangstelling van alls Katholieken
Méér nog: het is een dure plloht
van onze Katholieke burgerij, het werk
der Roomsche Vacantiekolonies voor
uit te helpen 1 Dure plicht, want ook
voer zoo velen onzer Hawlemsohe
Roomsche kinderen zijn Roomsche
Vacantiekolonies hoognoodig I
Hoognoodig?
Inderdaad: hoogneodig?
Wordt er dan nü niet goed voer
Roomsche kinderen gezorgd in dat
opzicht? Staan ze achter bij de niet-
Katholieke kinderen 1
De vraag behoort anders gesteld te
worden.
Men dient vooraf vast te stellen, wat
op dit gebied voor Katholieke kinde
ren noodig is.
En daaraan moet worden getoeb t
de toestand zooals die is.
Welnu: voor niemand zal wel meer
behoeven te worden aangetoond dal
een verblijf in een z g, vscnntiekolonie
voor zeer vele, zelfa voor de meerder
beid van onze kinder n een hoogst
gewenscht, en voor een groot aantal
zelfs sen noodzakelijk iets moet wordet
genoemd.
Door niemand zal zeker meer wor
den betwijfeld het goede resultaat van
Vacantiekolonies op zich zeif, «oow<
voor de gezondheid der kinderen, als
voor de huisgezinnen waaruit se voort
komen sn waarin ze weer ttrugk- eren
M&ar Katholieke kinderen hebban
nog méér neodig dan een goede ge
zonde streek, een goede vertorgiog,
licht en lucht en hygiënische voo*
deelen
Ze behoeven Roomsche omgeving
Roomsche kameraadjes, Roomsche
opvoeding.
En die krijgen ze, uit den aard der
zaak, niet in de neutrale vacantie
kolonies.
Dat kan niet, en dat zouernielop
s'n plaats zijn.
En toch is die Katholieke omgeving
hoognoodig I
Of zou het niet vreemd wezen, dat
wij Roomschen, die zoo ijveren voor
Katholieke vakvereenigingen en uit-
spanningsvereeDigingen voor groote
ren, die ons geld en goed over hebben
voor Roomsen onderwijs en Roomsche
lectuur, het Katholieke kind juist op
d&t oogenblik des levens, wanneer het
't meest behoefte heeft aan omgang met
Katholieke kinderen in den ont-
spanningstijd en den tijd van geestelijk
niets doen! overlaten aan „neutrals"
kringen?
Wij zeggen nu niet, dat Roomsche
kinderen in dien „neutralen" kring
altijd iets slechts zouden lesren.
Maar wij houden vol, dat onze
kinderen er dan toch niet dtU lesren
wat ze noodig hebben en waar ze niet
buiten kunnen.
Ofschoon voorbeelden vanmoeisiijk
heden bij het kerkgaan, van spot bij
het bidden en erger, niet zeldzaam
zijn in samenzijn van kinderen van
allehande slag 1
Roomsche Vacantiskolonies dan zijn
hoognoodig.
En nu, is met veel moeite en werk,
door veler opoffering en belangelooze-
steun, in Haarlem een vereeniging
gesticht, die zich ten doel heeft ge
stald, Katholieke kinderen die het
noodig hebben, voor een poos uit te
zenden naar Katholieke vacantioko
lonies, aan zse of in een andere ge
zonde streek.
Die vereeniging nu, we zeiden
het reeds maakt aanspraak op den
steun sn de belangstelling van zoo
mogelijk alle Katholieken in Haarlem
wien de toekomst van het Roomsche
kind en de toekomst daardoor ook
van het Roomsche leven in onze stad
ter harte gaatl
Wij bedoelen dan ook deze regelen
als een warme opwekking onzerzijds
aan allen, die om de een of andere
reden totnogtoe desa zoo hoognoodige
en hoognuttige vereeniging niet steun
den, voortaan het goede en groote werk
der Roomsche vacantiekolonies te
helpen schragen.
Zoo ooit, dan geldt hier het spreek
woord, dat „vele kleintjes" ten slotte
brengen to» een „groot" resultaat 1
Mogen velen daartoe bijdragenwij
herinneren er tea overvloede (hopan
we!) nog eens aan, dat president dezer
vereeniging is mr J. H J, .Simons,
Secretaresse m-juffrouw Bymolt, War-
fnoesstraat 19, en penningmeester Dr.
Kuensa
Een liberaal oordeel over
minister E R H. Regout.
De Hoefijzer-correspondent van
het Alg. Handelsblad wijdt
zijn negenentwintigste artikel over
„De Hoeren in den Haag" aan den
nieuwen Minister van Justitie, Mr.
E. R. H. Regout. Aan de zeer waar-
deerende biografie oatleenen wij het
navolgende
Heugt dein Amsterdammers van
niet al te prille jeugd nog 't groote
proces van 't midden der jaren 90?
't .Was destijds trouwens het sensa
tie-proces van Nederland en menig
een, ook buiten de hoofdstad, zal nog
wat heugenis hebben aan dat geding,
waarin een stuk of zes of acht be
klaagden hun zaak gedurende .vele
dagen voor de Amsterdamsche recht
bank hoorden, behandelen.
[Welnu, indien we ons niet zeer
vergissen, was er van al de schitte
rende pleiter-s die ter verdediging
van de beklaagden optraden (o. a.
mr. Benjamins en mr. Simons, de
tegenwoordige hoogleeraax) slechts
één die zoo gelukkig was om zijn
cliënt vrij te krijgenmr. Th.Heems
kerk, de premier van het tegenwoor
dige kabinet. Alle anderen Worden
de rechtbank, tegen hun redenen in,
gelijk geven aan den jongen substi
tuut daar tegenover hemmr. E. R
H. Regout, thans Minister .van Jus
titie.
De substituut van toen, en de eeni-
ga advocaat die 't destijds van hem
won, zitten nn samen ais Ministers.
Het leven brengt soms wel heel
wat minder vriendschappelijke be
strijders in één gareel.
De hanteering van het Recht, zoo-
als dat in onze .wetboeken is gefat
soeneerd, heeft tot nu toe heel de
loopbaan Van den nieuwen Minister
van Justitie uitgemaakt, althans
voor zoover die buiten de politiek
ligt. Na zijn promotie (op een disser
tatie' over liet faillissement) Weid
hij1 al heel gauw (in 1888) benoemd
tot ambtenaar van het O. M. bij het
kantongerecht te Roermond. Hij1 is
daarna, in de staande magistratuur
gebleven (in '93 werd hij substituut
te Amsterdam, in 1903 officier te
Roermond tot 1905, toen hij ontslag
vroeg om meer werk te kunnen ma
ken van zijn Kamerlidmaatschap.
Ernstiger en nauwgezetter inan-van-
't-recht dan deze nieuwe Minister
van Justitie is niet makkelij k denk
baar,. [Wellicht zelfs gaat zijn ernst
of gaat althans zijn wil om 't Recht
te dienen zóó als hij 't verstaat, nóg
dieper dan bij' zijn onmiddellijken
voorganger, Minister Nelissen. Man
nen van groote overtuiging zijn zij
leiden, zeer schrandere en kundige
juristen óók. En zéér geloovige Kar
tholieken. Ma,ar in den heer Nelissen
scheen ons, misschien vooral door
dien hij: zooveel ouder is, minder fel
heid, minder scheppingsdrang, min
der drijfzucht dan wij hebben waar
genomen in mr. Regout als Kamer
lid voor Helmond.
[Want dit wete men wél: Een der
ijverigste en meest intransigente
Roomschen is titans opgenomen in
het Kabinet.
Intransigent niet in den zin
van onverdraagzaam en bekrompen.
Allerminst, [Wij hebben wel eens
treffende verhalen gehoord over do
vriendschap tusschên dezen ultra-
Katholiek, en Protestanten (gansch
buiten de politiek) En er is in zijn
gedragingen of in zijn woorden nooit
iets op te merken geweest, waaruit
gebrek aan eerbied voor, of zelfs
gemis aan inziaht in de overtuiging
van een tegenstander sprak.
Maar wel een krachtige, zeer
stugge en onverzettelijke, van loven
en bieden, van over-en-weertjes war-
se en daarom intransigente eigen be-
overtuiging.
Hij, hoorde, als Kamerlid, tot 't
clubje jongere Roomschen (waartoe
vooral do heeren O. van Nispen,
Van [Wijnbergen en Ruys de Beeren-
birouck nog zijn te rekenen) dat in deai
Roomschen hoek, waar 't stiller was
geworden na den dood van Schaep-
man, nieuw leven heeft gebracht en
roerigheid.
Dat groepje jongere katholieken
nu had mr. Regout in zijn midden.
Er waren er misschien wel die meer
streden om der wille van den strijd,
meer om 't genoegen van 't toernooi,
dan hij. Maar zeker was er geen die
meer overtuigingsaandrang streed.
Er luwde, in de allerlaatste jaren,
misschien wat van dé roerigheid van
jongere Roomschen (werd ze wellicht
door eigen of door anderer wijsheid
ietwat ingetoomd in mr. Regout is
niets veranderd. Hij bleef getuigen
met dezelfde kracht, denzelfden die
pen ernst, hetzelfde vuur als steeds,
zoo vaak de geest in hem tot spreken
drong.
Dat altijd brandende heilige vuur
van overtuiging is, als men 't ziet
laaien, óp, van achter 't uiterlijk van
deze figuur, bijzonder treffend.
[Want zijn physiek spreekt niet
van groote kracht. Hij is niet boven
de middelmaat van zijn generatie,
en zijn gestalte en gelaat vertoonen
niet dat rustig-gezonde, rozig-ge-
vleesde van zijn broer, den Minister
van Watestaat Zij' lijken ook nau
welijks op elkaar, gene rosblonde en
deze donkerbruine. De nieuwe Just-i-
tie-minister heeft, zoo vlak van vo
ren gezien, een opmerkelijk kader
van gezicht. Er zijn menschen wier
gezicht ',t bést past in oen ovaal,
van anderen gaat het béter in een
cirkel, of in ©en vierkant, of een
rechthoek. Maar om 't gezicht van
mr. Regout zou men een haast gelijk-
zijdigen driehoek kunnen trekken
met één punt heneden de kin, en
met een rechthoek (om het voor
hoofd) boven erop. De slapen heb
ben haast iets zwaks, 't Profiel ie iet
wat vlak, met weinig uitsprong van
do neuslijn, een wat opkrullende bo
venlip, een nogal vlakke borstlijn
en wat hoogte in de schouders. De
mond heeft, in dat krullen van de
lip, iets zeer nerveus, iets dat ook
trekt en krimpt, vaak om de hoeken
van de meest zacht-ernstige maar
diepe en wat vermoeide oogen.
Doch uit die oogen wijkt elk zwee-
men naar vermoeidheid als de ner
veuze mondi aan 't spreken gaat. Dan
brandt ei" heel het diepe vuur in van
een overtuiging die zich niet laat
dempen. En dan is ook heel de figuur
in actie. De heer Regout is nauwe
lijks de mindere, als spreker van
zijn broer. Hij heeft niet zoo dat
vloeiend-rustige, dat heel innemend-
overredende waarmee de Minister
van ÏWaterstaat de hoorders al heel
gauw bekoort. Maar zijn gedachten
giet hij' ev.en makkelijk in den 'taal
vorm; en aan helderheid, aan kristal
lijn© klaarheid van betoog staat hij
al evenmin achter bij zijn broer. Hij
houdt zich straffer bij de zaak en
mist het speelseh-humoristische van
den ander (zijn humor slaat haast
altijd over in ironie, zoodra hij even
den toon van den ernst verlaat). En
hij is levendiger van gebaren. Ter
wijl er in 't gebarenspel van L. H.
iW< altijd iets sierlijk-rustigs blijft,
is dat van E R. H veel kantiger; en
minder rustig Men ziet vaak hoe
kige lijnen aan Zijn sprekersfiguur,
bV.. als hiji even op beidei, zijwaarts
uitgehoekte armen Zich voorover op
den lessenaar steunt om tot de hoor
ders te naderen of wanneer hij, soms
o'nmiddellijk daarna zich weer wat
opricht en do ©ene hand met liorizon-
zontalen benedenarm vlak voor de
borst terugtrekt, als ware 't om een
argument straks des te krachtiger
vooruit te kunnen werpen, terwijl
hij op den anderen arm zich s'teunip
Qf Spel hij houdt met beide handen
't blad van den lessenaar heel stevig
vast, alsof hij 't nooit weer los moest
latenmaar dan hoekt opeens
een van de armen saam en de andere
slingert mee 't bétoog de zaal in,
om dan even de hand in losse bewe
gingen, druk de argumentenbeeldea
te Soen schetsen in de ruimte. En
daarbij flikkert soms een lichte iro
nie rondom de oogen, rimpelt de hoe
ken saam of flitst de birauwen heel-
even op en neer...,.
terwijl de stem, de niet zeetr
luide, maar heel wel de woorden lirar
gende en aangenaam klinkende, met
onverflauwende warmfe het betoog
blijft voeren, dat zoo prachtig zui
ver is van heilige overtuiging als
van helder argument.
Er zijn misschien niet heel veel
leden van de rechterzijde, wier over
tuiging zóó vaak hotsen moet tegen
wat een liberaal zijn beste overtui
ging acht,.Maar er zijn er dan ook
zeker niet velen, die, bij alle besef
van politieke redelijkheid toch, zóó
veel overtuiging hebben.
En overtuiging is, zoo niet het
beste, dan toch 't mooiste en hoogste
in de politiek. |Wie daar wa.t veel
van heeft, kan anderen tegen die
overtuiging, maar dan ook des te
minder tegen zich zelf in 't harnas
drijven.
Hij' is ee!n ridder met blank Mar
zoen, „Sans peur en sans reproche."
Warmtegraad der lava. De natuur
kundige Frank Perret, die tijdens de
laatste uiiLbarsting van den Vesuvius,
mest prof. Martenucci verscheidene da
gen in hot observatorium op den berg
doorbracht, heeft eenige wetenswaardi
ge bijzonderheden medegedeeld omtrent
den vulkaan en zijn werking. Hij zegt,
dat het nieuwe gedeelte van den Vesu
vius, gevormd door opeenvolgende uit
stortingen, meer en meer het oudere ge
deelte overdekt. Door de laatste uitbar
sting werd niet alleen de vorm van
den kratermond, maar Ook het inwen
dige van den krater aanmerkelijk ver
anderd. Voorheen geleek deze n.l. op
een trechter met tamelijk steile wan
den, terwijl hij niu meer de gedaante
van een wijde, platte kom vertoont
Bij zijn onderzoek der Lava, afkom
stig ,van verschillende uitbarstingen, ont
dekte hij tot zijn verrassing, dat die,
welke uitgeworpen waren in .'de jaren
1881'83 en 188586, nog Warm wa
ren. Die van de jaren 1891—'94 ea
1895—'96 was nog zoo heet, dat, toen
Perret zijn wandelstok in een der sple
ten stak, deze er door geschroeid werd.
De lava van 1905'06 is zeer lang
zaam afgekoeld; want twee jaar later
ontdekte Mercali dat lood er nog door
tot smelten gebracht werd; zink smolt
echter niet, zoodait men een temperar
tuur kon vaststellen van tusschên 325
en 412 gr. G. Den 3en September 1908
was deze temperatuur gedaald tot 140
gr,; en wederom tien maanden later tot
65 gr. Een andere, veel dikkere lava
stroom, afkomstig van dezelfde uitbar
sting, bleek een temperatuur van 176
gr. C. te bezitten.
Kerkschennis in Frankrijk. De
„Correspondance hebdomadaire", 't or
gaan van het Katholieke Comité voor
godsdienstige verdediging in Frankrijk,
maakt melding van een nieuwe daad
van vandalisme, op last der R'egeering
gepleegd.
De sappeurs van de genie nJ. hebben
op bevel van hoogertiand den toren van
de kerk van Montchauvet, bij Septeuil
(Seine et Oise), in de lucht Laten vlier
gen. Deze toren dateerde uit de XVe
eeu,w en was onLan&s door een onweer
beschadigd. Door sommige radicale bla
den werd nu beweerd, dat de toren
dreigde in te storten en een voortdu
rende bedreiging was voor 'de voorbij
gangers. Maar deze bewering bleek ab
soluut ongegrond, te zijn geweest. In-
tusschen, zoo schrijft bovengenoemd
blad, hoe het ook is, een feit is
het, dat in dezen tijd van vollen vrede
wij weer dezelfde verwoestingen te zien
"idttr patronaat van den H. Jozef,
te Haarlem,
tfdaeling van „de Hanze", goed-
keurd bij Bisschoppelijk besluit van
26 October 1907 en bij Konink
lijk besluit van 9 Mei I908.
D« R.-SL Middenstands vereeniging
'telt zich tan doel, volgens art. 2 harer
'tetuten, de zedelijke en stoffelijke be-
'legen van den handetdrijvenden en
'Mustriëelen Middenstand in het alge
meen, en van hare leden in het bij
pad or te behartigen, overeenkomstig
besiwelen van den R.-JL Gods-
lienst
Nog slechts kort geleden opgericht
Jfscht zij reeds veel tot stand, en
nende op velerlei wijzen het nut van
har bestaan.
Zij voerde o.a. eene krachtige actie
[*gen het verleenen vtn al te lang cre-
■iat en de z.g. vliegende winkels; in
har vergaderingen werden belangrijke
Onderwerpen, als coöperatie, inkom-
'tenbelasting, arbeidscontract, enz. be-
hndeld;
boekhoudcursussen werden door
har opgericht;
«ene onderlinge glas ver zekering is
hur haar tot stand gekomen, deze
Hedt bij zeer lage premie n, da
•teotst mogelijke voordooien en keert
&0o/» dar netto winst aan de verzeker-
ï«n nit.
op haar verzoek werden de le H.
Communiedagen in de verschillende
PasochieSn, zooveel mogelijk op uiteen
lopende datums gesteld.
Dit en nog veel meer deed zij reeds
'tl het belang harer leden en van den
H.-K. Middenstand in het algemeen;
Hog veel meer zou zij kunnen doen,
hdien zij van de R.-K. Middenstan-
Sera krachtiger steun genoot, dan tot
Susver; indien nog meerderen zich bij
baar aansloten.
De betrekkelijk geringe contributie
üan /1.30 per 3 maanden kan geen
Üeietsel zijn.
Daarvoor hebben de leden bovendien,
koordat de Vereeniging aangesloten is
h| de Haarl. Handelsvereeniging, gra-
Ös gelegenheid information in te win-
Hem; dvbiemze posten ter ineassw 'ng
Ie geven aan het bestnmr der H. H.
ba rechtskundige adviezen betreffende
hue zaken te vragen bij de advocaten
Ier H. H. V.
Het bestuur zpoort daarom hiermede
Wie, nog niet aangesloten R.-K. Mid
denstanders aan, ais Lid dezer nuttige
frereeniging toe te treden; zich niet
le laten weerhouden door de gedach
te, misschien onmiddellijk geen per-
ioonlfjke winst te behalen, maar door
hun steun aan deze vereeniging te ge-
ken, het goede doel der vereeniging
te helpen bevorderen en daardoor ook
tniddeli\jk hun eigen belangen beharti-
Voor bel Lidmaatschap kan men
rtch aanmelden bij het Bestuur of bij
&eo Secretaris
G A. M. JONCKRLOEDT Lz.
Lange Heerenstraat 24.
HET. BESTUUR.
tn de week van 13 Juni tot 18 Juni.
Maandag. Alkmaar, Amsterdam,
Beemster, Gouda, Haarlem, Hoorn,
I Medemblik, Velsen. Dinsdag. Beemster
Beverwijk, Purmerend. Wocnsdcg^ Am
sterdam, Beemster, Enkhuizen, Haar
lem, Helder, Sehagen, Uitgeest, Velsen,
Donderdag. Beverwijk, Edam, Haar
lemmermeer, Hoorn, Purmerend, Scha,
fcen, Zaandam. Vrijdag. Alkmaar, Am
sterdam, Assendelft, Hoorn, Leidon,
Oostzaan, Purmerend, Behagen, Velsen.
ZaterdagAlkmaar, Amsterdam, Edam,
Hoorn, Leiden.
FEUILLETON.
9)
Daar komen o.a. dé graven Estrupip
ein Kollund, de familiön voii Cyben
©ït von Schel be, en d!au iheel dicht
in onze nabijheid, op zijn prachtig?
lustslot graai' E.sborn-Snarre, die pas
onlangs van zijn reizen terugge
keerd, ia Geen gewoon inensch, en
een koel beminnelijk egoïstEiaat uw
broeder u maar eens va.n graaf Eb-
bern-Sz.arr© vertellen. Hij kent hem
heel goed, veel beter nog dan ik.
Mogelijk noyodigt Richard den graaf
Uit eens ten eten."
Bianca Schudde JEneft hoofd.
„De dagen Van mijn verblijf hier
zijn geteld," antwoordde zij. „Als
ïtichard terugkomt, moet ik toch ein
delijk eens aan vertrekken ga,an den
ken."
„iWiat, zoudt u dat wezenlijk wil
len doen," riep Alten, inderdaad ern
stig verschrikt uit. „Neon, neen, dat
mag niet gebeuren, dat Een
oogenblik bleef hij' kwijgend vóór
zidh uit staren en sprak toen eens
klaps oip beslisten toon: „Nu, voor-
loopig gaan we van middag het oude
kasteel bezichtigen. Het spookt er
Natuurlijk, zooals in ai die oude
huizen. Pa,s maar op dal het spook
u niet te pakken krijgt."
„Het wordt steeds belangwekken
der," lachte iBiianca.
Het. heerenlruis van Limfo: den was
niet naar één vast plan uitgevoerd,
maar het vormde een groep gebou
wen, in den loop der eeuwen ontstaan
en voortdurend veranderd en uitge
breid. Het was meer ouderwetsch dan
mooi, en zijn groote aantrekkelijk
heid was eigenlijk alleen het rondom
afgesloten slotplein, waar in het
midden een kunstig in zandsteen uit
gehouwen fontein en in een hoek een
fraaie kapel standen, boven welker
ingang het Wapen der von jTolk's
prijkte.
„Hoe vorstelijk ziet hier alles er
uit," riep Bianca.
„Jawel," spotte Alten, „maar wie
heeft daar hu eigenlijk wat aanDe
mooie zalen Zijn leeg en verlaten, en
of graaf Utzla.v nu juist wel de man
is om; er nieuw leven in te doen ont
staan, dat schijnt mij al heel twij
felachtig. De oude ridders zijn nu
eenmaal dood, en het ruikt hier over
al even duf en antiek-
Eindelijk traden ze een ovaal ge
bouwde zaal met hooggewelfde en
beschilderde zoldering binnen, van
waar een groote lichtkroon uit mes
sing neerhing. Het ovterige meubi
lair bestond uit twee stoelen mét een
oud gestikt zijden overtrek, die op
de twee het verst van elkander ver
wijderde punten der ellips stonden.
„Hier woont de slotgeest," schert
ste Alten. „Och, neem asjeblieft op
dien stoel daar plaats, dan ga ik op
dien daar ginds zitten. Ge moet u
dain naar den muur toe brengen en
luisteren wat de slotgeest n zegt.
Naar de overlevering luidt, moet dit
altijd iets van het hoogste gewicht
zijn, en de hoofdzaak is, dat ge hem
hef juiste antwoord geeft, al ware
het ook in zijn eigen woorden. Ge be
hoeft uw aintweord maar tegen ^den
muur te fluisteren: de echo brengt
ze dan wel verder, want we bevin
den ons hier in de eoho-zaal. Em
weet het wielde echo bedriegt nooit.
Geloof onvoorwaardelijk al wat ge
boort, want het is de slotgeest zelf,
die hét zegt!"
Biamca had! grooten schik in deze
inleidingZe nam haar plaats in, en
Altein snelde naar de zijne.
„Bent u klaar, mevrouw," vroeg
bijl
J a," antwoordde zij.
„En zijt ga ook in dé plechtige
stemming, die thans hoog jioodig
is?"
„Zeker."
Er ontstond een pa,uzé. En nu werd
het Bianca; von Gunar toch vreemd
te moede. Hier in die groote, war
me zaal, waarin de namiddagzon
juist hare laatste stralen wierp,
kreeg, z© een gevoel van eenzaam
heid „eU verlatenheid over zich. Ge
dachten aan de aanstaande scheiding
,van Eimforden, aan haar zoo som
ber en eentonig verblijf in Hamburg,
dat haar nu weer wachtte de her
innering vooral ook aan de zoo aan
gename dagen, die Ze hier met haar
broeder en Alten had doorgebracht,
dat alles vervulde haar geest en
stemde haar meer dan gewoon week
hartig.
„Met uw verlof, barones," riep
Alten.. „Hebt u nog niets gehoord
„Neen, nog geen woord."
„Maar hebt ge dan wel scherp ge
luisterd
„Jawel, heel goed."
„[Welnu, als u wat hoort, is het
het best dat ge de laatste woorden
maar herhaalt."
Bianca luisterde: eerst hoorde Ze
©ein geluid als het bruisen van den
wind, daarna, klonken haar duidelijk
deze woorden in het oor
„Bia,noa van Gunar, ik heb je lief."
Haar hart klopte heftig, maar ze
dwong .zich tot schertsen. „De geest"
riep ze „Hoe zonderling is datHeb
ben de geesten dan ook al lief?"
„Neen, niet de geest," klonk het
terug. ,,Ik heb u lief, ik!"
Daarna bleef het stil.
„Nu moet ge tegen den muur het
antwoord fluisteren," riep Alten
aanmoedigend.
Schier ademloos luisterde hij1 toe
maar er kwam geen antwoord.
„Hebt ge werkelijk niets gehoord
of wi.lt go 'niet hooren," riep hij' nu
verwijtend.
Er zoemde een vlieg door de zaal.
Alten hoorde het zachte geluid der
[vleugels, tot het wegstierf, en toen
j klonk eindelijk "hare stem, die de
echo hem overbracht-:
„Kan de muur van liefde sprreken?
Hard, gevoelloos is de steen;
Uit het harte moet het breken,
Zal het ware liefde zijn."
Alt-en's gelaat helderde op, en met
een trek van geluk om de lippen
sprak hij terug:
„Neen, mijn miond sprak deze woor
den,
Dien nw lieve ooren hoorden,
En da,ar 't uit mijn harte kwam,
Geloof het wat uw por vernam."
Een oogenblik later stonden twee
menschen, stralend van geluk en met
den gouden glans der ondergaande
zon over hen heen, daar naast el
kander. „Ik heb je lief," klonk het
bijna' tegelijk van hun lippen, en met
een luiden juichkreet trok hij haar
aan zijn hart.
VI.
Ruim veertien dagen nadat Alten
aain Bianca zijn genegenheid ver
klaard had, keerde Richarl Trom-
holt naar Limforden terug. Slechts
eenmaal had hij in dien tijd met de
op heft landgoed achtergeblevenen
gecorrespondeerd.
„Wat ik allemaal beleefd heb-,
niet veel aangenaams," schreef hij,
„zal ik je jbij' mijn terugkomst wel
verhellen. Ge zult aan een roman
denken als ge het allemaal hoorh'^
Deze korte mededeeling had de
verloofden in de grootste spanning
gebracht, en toen Richard dan ook
eenmaal weer tegenover hen za,t, kon
den ze maar nauwelijks het oogen
blik afwachten, waarop hij zijn ver
baal beginnen zou.
„Zooals ik u al vluchtig verteld
heb," begon Trom bolt, „waren er
kort vóór Ericius' dood zeer belang
rijke verliezen geleden, die er onge
twijfeld sterk toe bijgedragen hebben
om den toestand van den zieke „te
verergeren. Mevrouw Ericius wist
daar intusschen niets van en vernam
dat pas van mij, toen ik voor de eer
ste maal te Kiel was.
Dit is echter slechts het minst be
langrijke deel van mijn ervaringen.
Bij' mijn besprekingen met Acht, een
oogenschijnlijk hoogst fatsoenlijk en
be trouw baar man, scheen het mij al
zeer verdacht toe, dat hij het nazien
der contanten, die voor de familie
Ericius overbleven, telkens weer
zocht te verschuiven. De eerste maal
had hij de sleutels niet bij de hani,
een anderen keer, toen hij de boeken
nog eens doorloopen hadden en ik
verklaarde, dat ik de stukken nu
kon onderteekenen, als ik den kas-
stand even opnam, zocht hij opnieuw
uitvluchten.
Wordt vervolgd
NIEUWE
HAARLEMSCliE COURANT.