TWEEDE BLAD. Een man van ijzer. Week-Kroniek. R. K. Middenstands- vereeniging Markten. Rond de Liturgie. RIOfiASCüE VACANTIEKOLONIES. Gemengde Buitenlandsche Berichten ZATERDAG If JUNI 1910. IV. Wijwatar. Wyl by de Joden reeds het water een zinnebeeld der geesteiyke reini ging was, nam de Katholieke Kerk, die de verruiling ia der Oude Wet, dit gebruik orer. Zij gebruikt wij water, d. L water met'zout gemengd en door kerkelijke gebeden gezegend. Uit zioh zelf niet de minste kracht bezittend, maaar geheiligd door bet gebed en gebruikt met een waar be rouw des harten, dient het water en het zout om on« op geestelijke wijze te zuiveren en voor geestelijk bederf te behoeden. Een heerlijke voorafbeelding van het wijwater vinden wij in het Oude Testament. Wij lezen in het 4de Boek der Koningen (II, 1922), dat de profeet Eiieeüs het schadelijke en on gezonde water der stad Jerlcbo met zout vermengde en het in de kracht Gods weder bruikbaar maakte. Eiken Zondag voor de Hoogmis geschiedt de wijdiDg van het wijwater door den dienstdoenden priester; daar na besprenkelt hij, terwijl het koor etnige passend» verzen uit de psalmen zingt, eerst het altaar, vervolgens zich self en eindelijk de geloovigen. De besprenkeling der geloovigen ia een zinnebeeldige vernieuwing van den H. Doop. Bij de messte kerkelijke inzegenin gen is het gebruik van wij wat^r voor geschreven. Goede Katholieken bedie nen er zich van bij het in- en uitgaan van de kerk vandaar de „wijwa tersvaten" achter in onze kerken bij het op-daan of ter ruste gaan vandaar het wij waterbakje in de slaap kamer bij hevige bekoring of als bijv. bij heng onweer gevaar dreigt Paus Pius IX heeft aan alle geloo vigen, telkens als zij met een rouw moedig hart het H. Kruisteeken met wijwater maken en tegelijk de woor den: „In den naam «ies Vaders enz." uitspreken, een aflaat vvn 100 dagen verleend. van 8 Juni tot 10 Juni. BUITENLAND. 3 Juni. De anticlelricale bedoelingen van den Spaan schen Minis ter) Canalejas beginnen, 1 reeds om den hoek te gluren. Gostenrijk's monarch is weer I uit Serajewo vertrokken.. 7 Juni. Partieele minister crisis in Duitschland. 7 Juni, Ernstige aardschokken inZ. Italië. Groote schade is af gericht, De Borromeus-encycliek1 wordt door de anti-clericale bende gretig aangegrepen om te stoken. BINNENLAND 7 Juni, Het rapport der Staatscom missie tot reorganisatie van 't onderwijs is verschenen. We hebben onlangs in onz* Courant opgenomen de mededeeling van de koninklijke goedkeuring der statuten van de Haarlemscbe Vereeniging voor R. Katb. Vacantiekoloriee. Alweer een nieuwe Roomsche vereeniging? Zoo zegt alliobt de een of ander. Hebben we er soms niet genoeg? We zouden zoo zeggen: dat ligt er aan. Naar het getal hebben we in Haarlem over de Roomeche veroeni- gingen zeker niet te klagen, maar ontkend kan ook niet worden, dat er soms werkelijk behoefte bestaan kan aan een nieuwe soort van vereeni- ging, en zeker moet dan worden toe gegeven, dat het werk der Roomsche vacantiekoloniea voor kinderen daar van één is. Zoodat de stichting der Vereeniging, die te» doel heeft de uitzending van Haarlemsche katholieke kinderen naar Katholieke vacantiskolonies, mag aan spraak maken op aller steun en op de belangstelling van alls Katholieken Méér nog: het is een dure plloht van onze Katholieke burgerij, het werk der Roomsche Vacantiekolonies voor uit te helpen 1 Dure plicht, want ook voer zoo velen onzer Hawlemsohe Roomsche kinderen zijn Roomsche Vacantiekolonies hoognoodig I Hoognoodig? Inderdaad: hoogneodig? Wordt er dan nü niet goed voer Roomsche kinderen gezorgd in dat opzicht? Staan ze achter bij de niet- Katholieke kinderen 1 De vraag behoort anders gesteld te worden. Men dient vooraf vast te stellen, wat op dit gebied voor Katholieke kinde ren noodig is. En daaraan moet worden getoeb t de toestand zooals die is. Welnu: voor niemand zal wel meer behoeven te worden aangetoond dal een verblijf in een z g, vscnntiekolonie voor zeer vele, zelfa voor de meerder beid van onze kinder n een hoogst gewenscht, en voor een groot aantal zelfs sen noodzakelijk iets moet wordet genoemd. Door niemand zal zeker meer wor den betwijfeld het goede resultaat van Vacantiekolonies op zich zeif, «oow< voor de gezondheid der kinderen, als voor de huisgezinnen waaruit se voort komen sn waarin ze weer ttrugk- eren M&ar Katholieke kinderen hebban nog méér neodig dan een goede ge zonde streek, een goede vertorgiog, licht en lucht en hygiënische voo* deelen Ze behoeven Roomsche omgeving Roomsche kameraadjes, Roomsche opvoeding. En die krijgen ze, uit den aard der zaak, niet in de neutrale vacantie kolonies. Dat kan niet, en dat zouernielop s'n plaats zijn. En toch is die Katholieke omgeving hoognoodig I Of zou het niet vreemd wezen, dat wij Roomschen, die zoo ijveren voor Katholieke vakvereenigingen en uit- spanningsvereeDigingen voor groote ren, die ons geld en goed over hebben voor Roomsen onderwijs en Roomsche lectuur, het Katholieke kind juist op d&t oogenblik des levens, wanneer het 't meest behoefte heeft aan omgang met Katholieke kinderen in den ont- spanningstijd en den tijd van geestelijk niets doen! overlaten aan „neutrals" kringen? Wij zeggen nu niet, dat Roomsche kinderen in dien „neutralen" kring altijd iets slechts zouden lesren. Maar wij houden vol, dat onze kinderen er dan toch niet dtU lesren wat ze noodig hebben en waar ze niet buiten kunnen. Ofschoon voorbeelden vanmoeisiijk heden bij het kerkgaan, van spot bij het bidden en erger, niet zeldzaam zijn in samenzijn van kinderen van allehande slag 1 Roomsche Vacantiskolonies dan zijn hoognoodig. En nu, is met veel moeite en werk, door veler opoffering en belangelooze- steun, in Haarlem een vereeniging gesticht, die zich ten doel heeft ge stald, Katholieke kinderen die het noodig hebben, voor een poos uit te zenden naar Katholieke vacantioko lonies, aan zse of in een andere ge zonde streek. Die vereeniging nu, we zeiden het reeds maakt aanspraak op den steun sn de belangstelling van zoo mogelijk alle Katholieken in Haarlem wien de toekomst van het Roomsche kind en de toekomst daardoor ook van het Roomsche leven in onze stad ter harte gaatl Wij bedoelen dan ook deze regelen als een warme opwekking onzerzijds aan allen, die om de een of andere reden totnogtoe desa zoo hoognoodige en hoognuttige vereeniging niet steun den, voortaan het goede en groote werk der Roomsche vacantiekolonies te helpen schragen. Zoo ooit, dan geldt hier het spreek woord, dat „vele kleintjes" ten slotte brengen to» een „groot" resultaat 1 Mogen velen daartoe bijdragenwij herinneren er tea overvloede (hopan we!) nog eens aan, dat president dezer vereeniging is mr J. H J, .Simons, Secretaresse m-juffrouw Bymolt, War- fnoesstraat 19, en penningmeester Dr. Kuensa Een liberaal oordeel over minister E R H. Regout. De Hoefijzer-correspondent van het Alg. Handelsblad wijdt zijn negenentwintigste artikel over „De Hoeren in den Haag" aan den nieuwen Minister van Justitie, Mr. E. R. H. Regout. Aan de zeer waar- deerende biografie oatleenen wij het navolgende Heugt dein Amsterdammers van niet al te prille jeugd nog 't groote proces van 't midden der jaren 90? 't .Was destijds trouwens het sensa tie-proces van Nederland en menig een, ook buiten de hoofdstad, zal nog wat heugenis hebben aan dat geding, waarin een stuk of zes of acht be klaagden hun zaak gedurende .vele dagen voor de Amsterdamsche recht bank hoorden, behandelen. [Welnu, indien we ons niet zeer vergissen, was er van al de schitte rende pleiter-s die ter verdediging van de beklaagden optraden (o. a. mr. Benjamins en mr. Simons, de tegenwoordige hoogleeraax) slechts één die zoo gelukkig was om zijn cliënt vrij te krijgenmr. Th.Heems kerk, de premier van het tegenwoor dige kabinet. Alle anderen Worden de rechtbank, tegen hun redenen in, gelijk geven aan den jongen substi tuut daar tegenover hemmr. E. R H. Regout, thans Minister .van Jus titie. De substituut van toen, en de eeni- ga advocaat die 't destijds van hem won, zitten nn samen ais Ministers. Het leven brengt soms wel heel wat minder vriendschappelijke be strijders in één gareel. De hanteering van het Recht, zoo- als dat in onze .wetboeken is gefat soeneerd, heeft tot nu toe heel de loopbaan Van den nieuwen Minister van Justitie uitgemaakt, althans voor zoover die buiten de politiek ligt. Na zijn promotie (op een disser tatie' over liet faillissement) Weid hij1 al heel gauw (in 1888) benoemd tot ambtenaar van het O. M. bij het kantongerecht te Roermond. Hij1 is daarna, in de staande magistratuur gebleven (in '93 werd hij substituut te Amsterdam, in 1903 officier te Roermond tot 1905, toen hij ontslag vroeg om meer werk te kunnen ma ken van zijn Kamerlidmaatschap. Ernstiger en nauwgezetter inan-van- 't-recht dan deze nieuwe Minister van Justitie is niet makkelij k denk baar,. [Wellicht zelfs gaat zijn ernst of gaat althans zijn wil om 't Recht te dienen zóó als hij 't verstaat, nóg dieper dan bij' zijn onmiddellijken voorganger, Minister Nelissen. Man nen van groote overtuiging zijn zij leiden, zeer schrandere en kundige juristen óók. En zéér geloovige Kar tholieken. Ma,ar in den heer Nelissen scheen ons, misschien vooral door dien hij: zooveel ouder is, minder fel heid, minder scheppingsdrang, min der drijfzucht dan wij hebben waar genomen in mr. Regout als Kamer lid voor Helmond. [Want dit wete men wél: Een der ijverigste en meest intransigente Roomschen is titans opgenomen in het Kabinet. Intransigent niet in den zin van onverdraagzaam en bekrompen. Allerminst, [Wij hebben wel eens treffende verhalen gehoord over do vriendschap tusschên dezen ultra- Katholiek, en Protestanten (gansch buiten de politiek) En er is in zijn gedragingen of in zijn woorden nooit iets op te merken geweest, waaruit gebrek aan eerbied voor, of zelfs gemis aan inziaht in de overtuiging van een tegenstander sprak. Maar wel een krachtige, zeer stugge en onverzettelijke, van loven en bieden, van over-en-weertjes war- se en daarom intransigente eigen be- overtuiging. Hij, hoorde, als Kamerlid, tot 't clubje jongere Roomschen (waartoe vooral do heeren O. van Nispen, Van [Wijnbergen en Ruys de Beeren- birouck nog zijn te rekenen) dat in deai Roomschen hoek, waar 't stiller was geworden na den dood van Schaep- man, nieuw leven heeft gebracht en roerigheid. Dat groepje jongere katholieken nu had mr. Regout in zijn midden. Er waren er misschien wel die meer streden om der wille van den strijd, meer om 't genoegen van 't toernooi, dan hij. Maar zeker was er geen die meer overtuigingsaandrang streed. Er luwde, in de allerlaatste jaren, misschien wat van dé roerigheid van jongere Roomschen (werd ze wellicht door eigen of door anderer wijsheid ietwat ingetoomd in mr. Regout is niets veranderd. Hij bleef getuigen met dezelfde kracht, denzelfden die pen ernst, hetzelfde vuur als steeds, zoo vaak de geest in hem tot spreken drong. Dat altijd brandende heilige vuur van overtuiging is, als men 't ziet laaien, óp, van achter 't uiterlijk van deze figuur, bijzonder treffend. [Want zijn physiek spreekt niet van groote kracht. Hij is niet boven de middelmaat van zijn generatie, en zijn gestalte en gelaat vertoonen niet dat rustig-gezonde, rozig-ge- vleesde van zijn broer, den Minister van Watestaat Zij' lijken ook nau welijks op elkaar, gene rosblonde en deze donkerbruine. De nieuwe Just-i- tie-minister heeft, zoo vlak van vo ren gezien, een opmerkelijk kader van gezicht. Er zijn menschen wier gezicht ',t bést past in oen ovaal, van anderen gaat het béter in een cirkel, of in ©en vierkant, of een rechthoek. Maar om 't gezicht van mr. Regout zou men een haast gelijk- zijdigen driehoek kunnen trekken met één punt heneden de kin, en met een rechthoek (om het voor hoofd) boven erop. De slapen heb ben haast iets zwaks, 't Profiel ie iet wat vlak, met weinig uitsprong van do neuslijn, een wat opkrullende bo venlip, een nogal vlakke borstlijn en wat hoogte in de schouders. De mond heeft, in dat krullen van de lip, iets zeer nerveus, iets dat ook trekt en krimpt, vaak om de hoeken van de meest zacht-ernstige maar diepe en wat vermoeide oogen. Doch uit die oogen wijkt elk zwee- men naar vermoeidheid als de ner veuze mondi aan 't spreken gaat. Dan brandt ei" heel het diepe vuur in van een overtuiging die zich niet laat dempen. En dan is ook heel de figuur in actie. De heer Regout is nauwe lijks de mindere, als spreker van zijn broer. Hij heeft niet zoo dat vloeiend-rustige, dat heel innemend- overredende waarmee de Minister van ÏWaterstaat de hoorders al heel gauw bekoort. Maar zijn gedachten giet hij' ev.en makkelijk in den 'taal vorm; en aan helderheid, aan kristal lijn© klaarheid van betoog staat hij al evenmin achter bij zijn broer. Hij houdt zich straffer bij de zaak en mist het speelseh-humoristische van den ander (zijn humor slaat haast altijd over in ironie, zoodra hij even den toon van den ernst verlaat). En hij is levendiger van gebaren. Ter wijl er in 't gebarenspel van L. H. iW< altijd iets sierlijk-rustigs blijft, is dat van E R. H veel kantiger; en minder rustig Men ziet vaak hoe kige lijnen aan Zijn sprekersfiguur, bV.. als hiji even op beidei, zijwaarts uitgehoekte armen Zich voorover op den lessenaar steunt om tot de hoor ders te naderen of wanneer hij, soms o'nmiddellijk daarna zich weer wat opricht en do ©ene hand met liorizon- zontalen benedenarm vlak voor de borst terugtrekt, als ware 't om een argument straks des te krachtiger vooruit te kunnen werpen, terwijl hij op den anderen arm zich s'teunip Qf Spel hij houdt met beide handen 't blad van den lessenaar heel stevig vast, alsof hij 't nooit weer los moest latenmaar dan hoekt opeens een van de armen saam en de andere slingert mee 't bétoog de zaal in, om dan even de hand in losse bewe gingen, druk de argumentenbeeldea te Soen schetsen in de ruimte. En daarbij flikkert soms een lichte iro nie rondom de oogen, rimpelt de hoe ken saam of flitst de birauwen heel- even op en neer...,. terwijl de stem, de niet zeetr luide, maar heel wel de woorden lirar gende en aangenaam klinkende, met onverflauwende warmfe het betoog blijft voeren, dat zoo prachtig zui ver is van heilige overtuiging als van helder argument. Er zijn misschien niet heel veel leden van de rechterzijde, wier over tuiging zóó vaak hotsen moet tegen wat een liberaal zijn beste overtui ging acht,.Maar er zijn er dan ook zeker niet velen, die, bij alle besef van politieke redelijkheid toch, zóó veel overtuiging hebben. En overtuiging is, zoo niet het beste, dan toch 't mooiste en hoogste in de politiek. |Wie daar wa.t veel van heeft, kan anderen tegen die overtuiging, maar dan ook des te minder tegen zich zelf in 't harnas drijven. Hij' is ee!n ridder met blank Mar zoen, „Sans peur en sans reproche." Warmtegraad der lava. De natuur kundige Frank Perret, die tijdens de laatste uiiLbarsting van den Vesuvius, mest prof. Martenucci verscheidene da gen in hot observatorium op den berg doorbracht, heeft eenige wetenswaardi ge bijzonderheden medegedeeld omtrent den vulkaan en zijn werking. Hij zegt, dat het nieuwe gedeelte van den Vesu vius, gevormd door opeenvolgende uit stortingen, meer en meer het oudere ge deelte overdekt. Door de laatste uitbar sting werd niet alleen de vorm van den kratermond, maar Ook het inwen dige van den krater aanmerkelijk ver anderd. Voorheen geleek deze n.l. op een trechter met tamelijk steile wan den, terwijl hij niu meer de gedaante van een wijde, platte kom vertoont Bij zijn onderzoek der Lava, afkom stig ,van verschillende uitbarstingen, ont dekte hij tot zijn verrassing, dat die, welke uitgeworpen waren in .'de jaren 1881'83 en 188586, nog Warm wa ren. Die van de jaren 1891—'94 ea 1895—'96 was nog zoo heet, dat, toen Perret zijn wandelstok in een der sple ten stak, deze er door geschroeid werd. De lava van 1905'06 is zeer lang zaam afgekoeld; want twee jaar later ontdekte Mercali dat lood er nog door tot smelten gebracht werd; zink smolt echter niet, zoodait men een temperar tuur kon vaststellen van tusschên 325 en 412 gr. G. Den 3en September 1908 was deze temperatuur gedaald tot 140 gr,; en wederom tien maanden later tot 65 gr. Een andere, veel dikkere lava stroom, afkomstig van dezelfde uitbar sting, bleek een temperatuur van 176 gr. C. te bezitten. Kerkschennis in Frankrijk. De „Correspondance hebdomadaire", 't or gaan van het Katholieke Comité voor godsdienstige verdediging in Frankrijk, maakt melding van een nieuwe daad van vandalisme, op last der R'egeering gepleegd. De sappeurs van de genie nJ. hebben op bevel van hoogertiand den toren van de kerk van Montchauvet, bij Septeuil (Seine et Oise), in de lucht Laten vlier gen. Deze toren dateerde uit de XVe eeu,w en was onLan&s door een onweer beschadigd. Door sommige radicale bla den werd nu beweerd, dat de toren dreigde in te storten en een voortdu rende bedreiging was voor 'de voorbij gangers. Maar deze bewering bleek ab soluut ongegrond, te zijn geweest. In- tusschen, zoo schrijft bovengenoemd blad, hoe het ook is, een feit is het, dat in dezen tijd van vollen vrede wij weer dezelfde verwoestingen te zien "idttr patronaat van den H. Jozef, te Haarlem, tfdaeling van „de Hanze", goed- keurd bij Bisschoppelijk besluit van 26 October 1907 en bij Konink lijk besluit van 9 Mei I908. D« R.-SL Middenstands vereeniging 'telt zich tan doel, volgens art. 2 harer 'tetuten, de zedelijke en stoffelijke be- 'legen van den handetdrijvenden en 'Mustriëelen Middenstand in het alge meen, en van hare leden in het bij pad or te behartigen, overeenkomstig besiwelen van den R.-JL Gods- lienst Nog slechts kort geleden opgericht Jfscht zij reeds veel tot stand, en nende op velerlei wijzen het nut van har bestaan. Zij voerde o.a. eene krachtige actie [*gen het verleenen vtn al te lang cre- ■iat en de z.g. vliegende winkels; in har vergaderingen werden belangrijke Onderwerpen, als coöperatie, inkom- 'tenbelasting, arbeidscontract, enz. be- hndeld; boekhoudcursussen werden door har opgericht; «ene onderlinge glas ver zekering is hur haar tot stand gekomen, deze Hedt bij zeer lage premie n, da •teotst mogelijke voordooien en keert &0o/» dar netto winst aan de verzeker- ï«n nit. op haar verzoek werden de le H. Communiedagen in de verschillende PasochieSn, zooveel mogelijk op uiteen lopende datums gesteld. Dit en nog veel meer deed zij reeds 'tl het belang harer leden en van den H.-K. Middenstand in het algemeen; Hog veel meer zou zij kunnen doen, hdien zij van de R.-K. Middenstan- Sera krachtiger steun genoot, dan tot Susver; indien nog meerderen zich bij baar aansloten. De betrekkelijk geringe contributie üan /1.30 per 3 maanden kan geen Üeietsel zijn. Daarvoor hebben de leden bovendien, koordat de Vereeniging aangesloten is h| de Haarl. Handelsvereeniging, gra- Ös gelegenheid information in te win- Hem; dvbiemze posten ter ineassw 'ng Ie geven aan het bestnmr der H. H. ba rechtskundige adviezen betreffende hue zaken te vragen bij de advocaten Ier H. H. V. Het bestuur zpoort daarom hiermede Wie, nog niet aangesloten R.-K. Mid denstanders aan, ais Lid dezer nuttige frereeniging toe te treden; zich niet le laten weerhouden door de gedach te, misschien onmiddellijk geen per- ioonlfjke winst te behalen, maar door hun steun aan deze vereeniging te ge- ken, het goede doel der vereeniging te helpen bevorderen en daardoor ook tniddeli\jk hun eigen belangen beharti- Voor bel Lidmaatschap kan men rtch aanmelden bij het Bestuur of bij &eo Secretaris G A. M. JONCKRLOEDT Lz. Lange Heerenstraat 24. HET. BESTUUR. tn de week van 13 Juni tot 18 Juni. Maandag. Alkmaar, Amsterdam, Beemster, Gouda, Haarlem, Hoorn, I Medemblik, Velsen. Dinsdag. Beemster Beverwijk, Purmerend. Wocnsdcg^ Am sterdam, Beemster, Enkhuizen, Haar lem, Helder, Sehagen, Uitgeest, Velsen, Donderdag. Beverwijk, Edam, Haar lemmermeer, Hoorn, Purmerend, Scha, fcen, Zaandam. Vrijdag. Alkmaar, Am sterdam, Assendelft, Hoorn, Leidon, Oostzaan, Purmerend, Behagen, Velsen. ZaterdagAlkmaar, Amsterdam, Edam, Hoorn, Leiden. FEUILLETON. 9) Daar komen o.a. dé graven Estrupip ein Kollund, de familiön voii Cyben ©ït von Schel be, en d!au iheel dicht in onze nabijheid, op zijn prachtig? lustslot graai' E.sborn-Snarre, die pas onlangs van zijn reizen terugge keerd, ia Geen gewoon inensch, en een koel beminnelijk egoïstEiaat uw broeder u maar eens va.n graaf Eb- bern-Sz.arr© vertellen. Hij kent hem heel goed, veel beter nog dan ik. Mogelijk noyodigt Richard den graaf Uit eens ten eten." Bianca Schudde JEneft hoofd. „De dagen Van mijn verblijf hier zijn geteld," antwoordde zij. „Als ïtichard terugkomt, moet ik toch ein delijk eens aan vertrekken ga,an den ken." „iWiat, zoudt u dat wezenlijk wil len doen," riep Alten, inderdaad ern stig verschrikt uit. „Neon, neen, dat mag niet gebeuren, dat Een oogenblik bleef hij' kwijgend vóór zidh uit staren en sprak toen eens klaps oip beslisten toon: „Nu, voor- loopig gaan we van middag het oude kasteel bezichtigen. Het spookt er Natuurlijk, zooals in ai die oude huizen. Pa,s maar op dal het spook u niet te pakken krijgt." „Het wordt steeds belangwekken der," lachte iBiianca. Het. heerenlruis van Limfo: den was niet naar één vast plan uitgevoerd, maar het vormde een groep gebou wen, in den loop der eeuwen ontstaan en voortdurend veranderd en uitge breid. Het was meer ouderwetsch dan mooi, en zijn groote aantrekkelijk heid was eigenlijk alleen het rondom afgesloten slotplein, waar in het midden een kunstig in zandsteen uit gehouwen fontein en in een hoek een fraaie kapel standen, boven welker ingang het Wapen der von jTolk's prijkte. „Hoe vorstelijk ziet hier alles er uit," riep Bianca. „Jawel," spotte Alten, „maar wie heeft daar hu eigenlijk wat aanDe mooie zalen Zijn leeg en verlaten, en of graaf Utzla.v nu juist wel de man is om; er nieuw leven in te doen ont staan, dat schijnt mij al heel twij felachtig. De oude ridders zijn nu eenmaal dood, en het ruikt hier over al even duf en antiek- Eindelijk traden ze een ovaal ge bouwde zaal met hooggewelfde en beschilderde zoldering binnen, van waar een groote lichtkroon uit mes sing neerhing. Het ovterige meubi lair bestond uit twee stoelen mét een oud gestikt zijden overtrek, die op de twee het verst van elkander ver wijderde punten der ellips stonden. „Hier woont de slotgeest," schert ste Alten. „Och, neem asjeblieft op dien stoel daar plaats, dan ga ik op dien daar ginds zitten. Ge moet u dain naar den muur toe brengen en luisteren wat de slotgeest n zegt. Naar de overlevering luidt, moet dit altijd iets van het hoogste gewicht zijn, en de hoofdzaak is, dat ge hem hef juiste antwoord geeft, al ware het ook in zijn eigen woorden. Ge be hoeft uw aintweord maar tegen ^den muur te fluisteren: de echo brengt ze dan wel verder, want we bevin den ons hier in de eoho-zaal. Em weet het wielde echo bedriegt nooit. Geloof onvoorwaardelijk al wat ge boort, want het is de slotgeest zelf, die hét zegt!" Biamca had! grooten schik in deze inleidingZe nam haar plaats in, en Altein snelde naar de zijne. „Bent u klaar, mevrouw," vroeg bijl J a," antwoordde zij. „En zijt ga ook in dé plechtige stemming, die thans hoog jioodig is?" „Zeker." Er ontstond een pa,uzé. En nu werd het Bianca; von Gunar toch vreemd te moede. Hier in die groote, war me zaal, waarin de namiddagzon juist hare laatste stralen wierp, kreeg, z© een gevoel van eenzaam heid „eU verlatenheid over zich. Ge dachten aan de aanstaande scheiding ,van Eimforden, aan haar zoo som ber en eentonig verblijf in Hamburg, dat haar nu weer wachtte de her innering vooral ook aan de zoo aan gename dagen, die Ze hier met haar broeder en Alten had doorgebracht, dat alles vervulde haar geest en stemde haar meer dan gewoon week hartig. „Met uw verlof, barones," riep Alten.. „Hebt u nog niets gehoord „Neen, nog geen woord." „Maar hebt ge dan wel scherp ge luisterd „Jawel, heel goed." „[Welnu, als u wat hoort, is het het best dat ge de laatste woorden maar herhaalt." Bianca luisterde: eerst hoorde Ze ©ein geluid als het bruisen van den wind, daarna, klonken haar duidelijk deze woorden in het oor „Bia,noa van Gunar, ik heb je lief." Haar hart klopte heftig, maar ze dwong .zich tot schertsen. „De geest" riep ze „Hoe zonderling is datHeb ben de geesten dan ook al lief?" „Neen, niet de geest," klonk het terug. ,,Ik heb u lief, ik!" Daarna bleef het stil. „Nu moet ge tegen den muur het antwoord fluisteren," riep Alten aanmoedigend. Schier ademloos luisterde hij1 toe maar er kwam geen antwoord. „Hebt ge werkelijk niets gehoord of wi.lt go 'niet hooren," riep hij' nu verwijtend. Er zoemde een vlieg door de zaal. Alten hoorde het zachte geluid der [vleugels, tot het wegstierf, en toen j klonk eindelijk "hare stem, die de echo hem overbracht-: „Kan de muur van liefde sprreken? Hard, gevoelloos is de steen; Uit het harte moet het breken, Zal het ware liefde zijn." Alt-en's gelaat helderde op, en met een trek van geluk om de lippen sprak hij terug: „Neen, mijn miond sprak deze woor den, Dien nw lieve ooren hoorden, En da,ar 't uit mijn harte kwam, Geloof het wat uw por vernam." Een oogenblik later stonden twee menschen, stralend van geluk en met den gouden glans der ondergaande zon over hen heen, daar naast el kander. „Ik heb je lief," klonk het bijna' tegelijk van hun lippen, en met een luiden juichkreet trok hij haar aan zijn hart. VI. Ruim veertien dagen nadat Alten aain Bianca zijn genegenheid ver klaard had, keerde Richarl Trom- holt naar Limforden terug. Slechts eenmaal had hij in dien tijd met de op heft landgoed achtergeblevenen gecorrespondeerd. „Wat ik allemaal beleefd heb-, niet veel aangenaams," schreef hij, „zal ik je jbij' mijn terugkomst wel verhellen. Ge zult aan een roman denken als ge het allemaal hoorh'^ Deze korte mededeeling had de verloofden in de grootste spanning gebracht, en toen Richard dan ook eenmaal weer tegenover hen za,t, kon den ze maar nauwelijks het oogen blik afwachten, waarop hij zijn ver baal beginnen zou. „Zooals ik u al vluchtig verteld heb," begon Trom bolt, „waren er kort vóór Ericius' dood zeer belang rijke verliezen geleden, die er onge twijfeld sterk toe bijgedragen hebben om den toestand van den zieke „te verergeren. Mevrouw Ericius wist daar intusschen niets van en vernam dat pas van mij, toen ik voor de eer ste maal te Kiel was. Dit is echter slechts het minst be langrijke deel van mijn ervaringen. Bij' mijn besprekingen met Acht, een oogenschijnlijk hoogst fatsoenlijk en be trouw baar man, scheen het mij al zeer verdacht toe, dat hij het nazien der contanten, die voor de familie Ericius overbleven, telkens weer zocht te verschuiven. De eerste maal had hij de sleutels niet bij de hani, een anderen keer, toen hij de boeken nog eens doorloopen hadden en ik verklaarde, dat ik de stukken nu kon onderteekenen, als ik den kas- stand even opnam, zocht hij opnieuw uitvluchten. Wordt vervolgd NIEUWE HAARLEMSCliE COURANT.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1910 | | pagina 5