Dé Luxe Broodbakker!;! A. VON DER Mm Sr. Markt ■m uitsluitend prima kwaliteit Grootmoeders krijgslist Mengelwerk. MathiMe's Vond? Iin^. KOMI J* CAMELS voorheen P»&s!l §£aüs©®*j LEVERT: Specialiteit in WITTE „Nimmer!verstaan!Nimmer en nuvaarwel! en TRICSOTQOEDESfElli i êai. Lü tlr !M 'k «K Telefoon B8o. 8471 £*Q HAARLEM -s i30I£!£££! en BLOUSES- Mand worden uitgenoaJiget, a,ll ein ge tooid met het insigne, tot de H [Tafel te naderen en ook; hij! .de pro cessie in den tuin heft insigne zicht baar te dragen en allen er aan deel te nemen Degenen, die voorheen gehol pen hebben aan de goede regeling, worden weder beleefd daartoe uit- .genoodigd. Donderdag, half 9, v'era|iering Hoofdbestuur* Namens hat [Bestuur, Bi. Burger, Secr. i" Afdeeling VELSEN en 0. Blondsgebouw: Rijksstraatweg L! 24e. Zondag 10 Juli, bezoek van mannen en jongelingen, van Velsep. on Omstreken aan Q, L. [Vr. ter Nood te Iieilo V.oor die intentie zial dien morgen te vijf uur in de parochiekerk te Wij- keroog eene H. Mis worden opgedra gen hierna bestaat er gelegenheid in het bondsgebouw iets te nuttigen, V.an waaruit de pelgrims alsdan .ver trekken Ka,arten_hiervoor verkrijgbaar bij He heeren Li. .Bakker en P. Kaandorp te (Wjj'keroog, S. Eskus te Veis er- pord. Z o n d a g 17 Juli, des avonds 7 uur, ledenvergadering, waarin vol gens het gesprokene in de laatst ge bonden feest,vergadering alle leien tegenwoordig' zullen zijn. Agenda: notulen, installatie nieu we lbden. verkiezing van vier leden ter bestudeering der te ontwerpen sociale wetten, waarna bespreking van een paar, zoowel voor de afdee ling als de leden hoogst nuttige en Beter voordeelige onderwerpen. Alle Zondagen na 'de Hoogmis beeft het bestuur van bet .Cofmimunie- fqnds zitting in hst Bondsgejbiouw Namens het Bestuur, P. van 't P a d j e, V oora, J a c. Zuur.bier, Secr» Afdeelbg BEVERWIJK. Bondsgebouw: Peperstraat 15. Zaterdag.9 Juli 'savonds van 8 tot 9 uur zitting der Spaar bank St. Antonius, van 8 tot 9 uur Kitting .der Spaarkas St. Nicolaas en Comimuniefonds. Zondag 10 Juli 's morgens tus- stahen 9 en 10 uur, contribiutiebeta- ling der onderafdeeling St.. Barbara ui bet Bondsgebouw. i Bericht. Houders van Spaarbankboekjes worden verzoekt bnn boekjes in te leveren tot bijschrijving van rente-, flaterdag 9 Juli, 'sarvonds tussahen en 9 uur* Namens het Bestuur, J. d e G1 o e d e, Secr. Afdeeling HEEMSTEDE. R.-K. Vereenigingsgebouw,- M a)an dag 11 Juli, ledenverga dering in het R,. Kj- Vereenigiingsge- Ibouw, 's avonds half 9 uur. ,1. Le ring' der notulen. 2. Spreker de heer G. Goossen. 3 Verslag van de Centr Raadsvergadering .door den afge vaardigde. De leien worden verzocht deze vergadering bij1 te wonen. Namens het bestuur, J. J. Meeuwenoord, le Secr. Afdeeling LISSE. Bondsgebouw: Bondstraat H 4.7. Zaterdag 9 Juli, 'sa,V. van 8— 9 uur, zitting Spaarkas. Van 8 tot kwart voor 9 uur zitting Winterpro visie. Namene het Bestuur, A. H Sahrama, Seer Afdeeling O VERVEEN en O Z o n d a, g 10 Juli zal de H. Mis van 7 uur worden opgedragen voor He leden en begunstigers der afdee ling. De leden worden vriendelijk Verzocht allen tot de H. .[Tafel to ta.ad eren. Namens het Bes tour. ÖVS- J. Jansen, Secr HAARLEM. K. K. Militaire Vereeniging Zoetestraat 13. Het gebouw is dagelijks geopend, de.- avonds van 610 uur en op Zon- en Feestdagen den geheelen dag. Sint Joxefsgeiellen-Veresniglng. Vereenigingsgebouw Zoetestraat No. 3 geopend des Zondags van 12-3 en vad 5-10 uur. Op werkdagen van 6 tot 10 uu» "s avonds Liefdewerk: St. Josephs- Ambachtsleerlingen. Patronaat voor jongens van 12—16 jaar. lederen Zondagavond te 6 uur Gods dienstonderricht en daarna ontspanning en gelegenheid tot inleg op de Spaar bank. De jongens vereenigen zich in het St. Vincentiushuis, Zoetestraat no. 11, ab fwaar ook het Bestuur iederen Zondag avond van 6—7i/2 uur over de belangen der jongens is te spreken. (Ingang: N. Groenmarkt no. 22.) Aanneming van nieuwe leden ge schiedt in 't begin van September aan slaande, R. K. Ver eniging tot besohermin* van meisjes, gen. „Si. Martha." Het Bemiddelingsbureau der Vereeni ging is geopend eiken Dinsdagmiddag Van 12 2 uur, voor betrekkingen ah dienstboden enz., Donkere Spaant» 2i. alwaar voor R. K. dienstmeisjes wiei ouders buiten de -tad woonachtig ssijr lederen Zondag- en VVoensdagavon va 10 ure gelegenheid bestaat tegen d geringe vergoeding van 5 et. per weel haar vrijen tijd aangenaam en gezel li: door te brengen. Aanmelding daartoe aan het „Te Huis" Op bovengenoemde avonden. St. Elisabethsvereeaiging. Inleveren rtekeubriefjes Maan dagavond tusschen 7 uur en half 3 Woensdag- en Vrijdagmiddag tusschen t en 2 uur, Jansstraat 49. St. Koea-vareaniging. Tijdelijk Zoetestraat 12rood. Het Bestuur is te spreken eiken 2en Vrijdag der maand, fles avonds tusschen half acht en half negen. Het doel dezer vereeniging is: Meisjes uit den dienstbaren stand van 1216- jarigen leeftijd gratis in het naaien en aanverwante vakkenj alsook het knippen^ te onderrichten. Het onderwijs wordt gegeven eiken avond der week,- uitgenomen den Zater dag, des avonds yan half zeven tot half negen. Aangifte van leerlingen tweemaal per jaar op een steeds in dit blad te ver- aaelden datum. Maria-vereaniging. H. K. Vereeniging tot bestrijding van het drankmisbruik vergadert elke twee maandenj hetwelk vooraf in de agenda dezer courant wordt bekend gemaakt. De Mariaver. heeft een onderafdee- ling, M e i s j.e s b o n d, voor leden van 11—16 jaar, die ook tweemaandelijks vergadert op Zondags 's namidd. 4 uur in 't gebouw St. Bavo, Smedestraat. In de vergadering is gelegenheid zich voor het lidmaatschap te laten inschrijv ven; tusschentijds bij het secretariaat der vereeniging Zijl weg 21. Zondag 10 Juli, vergaderen de meisjes der Maria-vereen igimg op den gewonen tijd. (R|*-K. Propagandaclub ,BSt. Petrus", Schoten (stadsgedeelte). Het Bestuur bestaat uit de heeren: J, Th. Bakker, Voorzitter, Klooster straat 101. J. J. van Kolk, le Secretaris, 'Paul Krugerstraat 30rood. Tli. van Geldorp, Penningmeester, Borneo straat 15. P. Beers, 2e Secretaris, le Hooge- woerddwarsstraat 12, H. M. A. Mathot, Commissaris, Dr. Leydsstraat 74. Haarl. R.-K. Esperantistenclub. De Esperanto-cursustes van Maandag a.s. gaat niet door, doch deze zal Woensdag d. a. v. plaats hebben, ten 9 uur in het gewone lokaal* „ARTI ET RELIGIONI". Secretariaat: Roosvddstraat 45. Directeur: CAREL PHILIPPEAU. Wekelijksche repetitie op Woensdag 13 Juli a.s., in de kleine concertzaal van de Soc. „Vereeniging?', aanvangen de voor Dames te 8 uur, voor Heeren te 9 uur precies. De algemeen e repetitie voor de uit voering in het Brpngebouw, zal gehou den worden in Café „De Korenbeurs" op Zondag 10 Juli a.s., aanvangende voor dajrnes. en heeren te 6 uur pre cies. Alsdan zullen tevens de toegangs kaarten aan de leden verstrekt wor den. Daar reeds te 71/2 uur de uitvoering in het Brongebouw aanvangt, moeten wij den leden uitdrukkelijk verzoeken te 6 uur tegenwoordig te zijn. HetBestuur, Het was reeds na het avondmaal'; wij zaten om de groote ronde tafel. Willem, de grootste van ons, van wien men, om zijn groote blauwe oogen het meeste hield, verzodht grootmama weer eens een sohoone geschiedenis te vertellen. „Lieve kinderen," begon zij, „ik wil gaarne aan uw wemsch voldoen, maar ik moet u vooruit zeggen't geen ik vertellen zal ,is in werkelijkheid zoo gebeurd. Het is reeds lang geleden, wat ik verhalen wil, zeer lang al. Ik was des tijds 14 jaar oud. Den eersten Zondag, nadat ik van.de kostschool in 't ouderlijke huis geko men was het was een donkere, re genachtige dag zat ik bij de piano' Dm een lievelings-aria van Gounod te zin gen, toen ik eensklaps uit het aangren zende vertrek, mijns vaders studeerka mer, een levendig gesprek hoorde. Ik wist in het eerst niet wat dit te be duiden had; maar de luide, meerma len onvrieadèlijke toon liet geen twij fel over, er had een hevige woorden wisseling plaats* Instinctmatig luisterde ik toe, en her kende de stem van mijn grooten broar, voor wien ik vurige liefde koesterde. „Vader," sprak Ferdinand op vasten en beslisten toon, „ik betuig het u plechtig, dat ik Marie tot vrou.w neem. Zij is waardig, onzen naam te dragen, en ik bemin haar innig* „En ik," antwoordde mijn vader gramstorig, „ik zeg u dan, dat ge haar ■met mijn toestemming niet zult huwen. Nimmer! Want nooit of nimmer zal ik hel billijken, dat mijn zoon, de eenige mannelijke erfgenaam, die mijn naam draagt, iemand tot wouw zai nemen, van wie men ternauwernood weef, waar ze van daan gekomen is," „Het zij zoo, vader, maar ik' verzeker u, dat, hoe; hard het mij vallen zou de Hemel is mijn getuige! ik dan genoodzaakt wezen zou, uw huis te verlaten, want mijn liefde is te innig, dan dat ik haar kan laten varen. Ik ben zes-en-twintig jaar piud, en dus meerderjarig." „Dust, wilt ge haar tegen mijn uit drukkelijk verlangen, huwen?" „Ja,' 'antwoordde mijn broeder, vast beraden. Hierop werd het stil in de kamer, slechts haastige schreden waren van tijd tot tijd verneembaar* „Goed dan," dus brak' mijn vader het pijnlijk stilzwijgen af, „doe zooals ge verkiest, maar weet wei, dat ik u nimmer wil terugzien en ook haar niet, die ons van elkander verwijderd heeft. Onthoud die woorden wel, het zijn de iaatsten die ik tot u richt!" „Ik wil hopen," gaf Ferdinand treu rig ten antwoord, „dat de tijd dit harde besluit za!l veranderen." Toen Ferdinand, het studeervertrek van vader uitkomende, door de ont vangkamer ging, was. ik zeer onthutst. Hij kwam naar mij toe, en drukte mij de hand: „Het ga u wek lieve zus," zei hij met tranen in de oogen. „Wij zien elkaar in langen tijd, misschien nim mer weer." „Waarom jdan? Ik ben toch niet hoos op u,ik „Ah!" viel hij mij in de rede, „kleine ge hebt geluisterd". „Geluisterd nu juist niet*..., maar ik weet toch alles, en „Vraag niets, kindlief; ik kan u dat allemaal zoo niet uitleggen; ge zijt nog te jong, om m'n toestand te kun nen begrijpen. Vergenoeg u voor het oogenblilk er tmee, te weten 'dat ik onder omstandigheden des levens u geen oogenhiik vergeten zal dat ik uw gezichtje steeds liefdevol voor oogen zal hehben! „Ik ook.ik zal- alle dagen aan u denken!" antwoordde ik bedroefd. Nog eenmaal drukte hij mij de hand, en verliet het huis. Twee maanden later trad Ferdinand met Marie in het huwelijk. Dat wa-s een harde slag voor mijn vader, die in den dienst grijs gewor den, en er aan gewoon geweest was, dat zijn bevelen steeds nauwlettend werden opgevolgd. van mij scheiden; na afloop der vacan- Nu wilde hij geen oogenblik meer tie stuurde hij mij niet weer naar de kostschool, maar nam een gouvernante, en wat vroeger hoogst zelden plaaLs had, hij vestigde al zijn aandacht Qp mij. Zoo Verliepen dagen, weken en maan den, deels neersüaehlig, als wij dachten aan hen, die verre van ons leefden, en deels vroolijk ,als wij uit waren ge weest of gezellig samlen keuvelden. Zeer dikwijls, als ik met hem uit ging, was het minste woord voldoen de, om in het bezit van een of ander voorwerp te geraken; slechts één wemsch, die ik een paar malen uit sprak, maakte hem verdrietig, ik zou haast zeggen barsdh: namelijk mijn broer weer te zien. Ik had reeds lang bespeurd, dat ik een onweerstaanbaren invloed op mijn vader uitoefende; maar zoo mehigmaa! ik oveir mijn broer begon, keerde hij om, alis. het blad van een boom, hij wilde er niets van hooren en lang zamerhand kwam ik tot de gevolgtrek king, dat bet 't best was althans voo.r- riiands, die snaar niet meer aan te roe ren. Ik zweeg dan ook, zonder de hoop op fe geven. Zes jaren waren vervlogen, tedert mijn vader en ik teruggetrokken van de wereld leefden. Voor de üiinoociigiin- gen, die ons gedaan werden, werd be dankt, en slechts zelden bezodhiten wij schouwburgen of concerten. Daar .zou nu verandering in komen. Mijn vader was zeer bevriend met den toenmaligen minister van binnen- landsche zaken, en toen deze de stad bezocht, kon hij niet nalaten, op au diëntie te gaan. Het gesprek kwam op het ontwerp van een spoorweg, die langs de stad onzer inwoning komen zou, en de minister liet zich hoogst gunstig uit o-ver het ontwerp van een nog jeugdig ingenieur. „Hoe heet dat jonge menscih?" vroeg mijn vader. „Zonderling," antwoordde de minis ter, „hij draagt denzelfden naam als gij, generaat." „Dat verwondert mij niet," gaf mijn vader droog ten antwoord; „als zijn voornaam soms Ferdinand is, dan is 't waarschijnlijk mijn zoon." „Ja, als ik het wel'heb, is het zoo." Mijn vader was uiterlijk koel geble ven; maar toen hij thuis gekomen, de ontmoeting verhaalde, ontging mij de innerlijke ontroering niet, die hij tracht te te beheersehen. Zooals wij thans te welen "kwamen was mijn broeder niet alleen een uitstekend ingenieur ge worden, maar daarbij bleek ook, dat hij in zijn vrouw een zeer goede keus fiad gedaan. En gelukkig legde ik mij dien avond ter ruste, daar die onver hoopte berichten mij verrast hadden en de wijze, waarop mijn vader ze mij had medegedeeld, mijn hoop deed voeden. Hoewel ik tegenover mijn vader een goed eind dichter bij de overwinning gekomen was, meende ik toch met den besilissenden aanval ie moeiten wachten. c Mijn goede vader had de gewoonte, mij op mijn verjaardag altijd een ge schenk te geven. Da 15de December begon te naderen* Dit was mijn ver jaardag. „Ik moet u iets voor mijn verjaar dag vragen, papa," zei ik een paar da gen te voren. „Spreek gerust; ik ben in een goed humeur vandaag ,het zou mij moeilijk vallen u op dit oogenblik wat te wei- deren." „Dat is altijd bij u het geval, lieve papa, maar „Nu?" „Ik heb een verzoek te doen, dat misschien wel watwat „Doe het gerust maar," sprak mijn vader aanmoedigend; „ik heb u im mers al- gezegd, dat ik u vandaag alles toesta, wat ge mij vraagt." „Goed, vader, geeft ge mij uw woord van eer als officier, dat ge aan mijn verzoek zult voldoen?" „Oho!" „Ge trekt reeds, terug? Dan wil ik ook niets hebben!" „Nu danhet zij zoo. Ge 'hebt mijn woord." „Wees van harte bedankt." En ik drukte een hartelijken kus op zijn ge bronsd gelaat. „O'vermJorgen om twaalf uren hoop ik u aan de gedane belofte te herinneren." „Maar dan kan ik immers niets meer koopen." wat ik wensch, hoeft ge niet te koopen, want ik. zal niet meer vra gen dantwee kussen." „Hahalachte mijn vader, „dat is toch geen verjaarsgeschenk! Die kunt ge alle dagen krijgen." Den volgenden avond was. het bij twaalven, toen ik de studeerkamer van mijn vader binnentrad. ,,'t Is bijna twaalf uur, hier is uw dochter." De grijsaard omhelsde haar hartelijk en gaf haar een prachtigen armband met paarlen. „En nu hebt ge nog twee kussen te goed, die zal ik u ook maar meteen geven." „Nog niet, vader, die bewaar ik nog een oogenblikje. En zonder zijn antwoord af te wach ten, nam ik zijn arm en geleidde hem naar de huiskamer. Nauwelijks waren wij de kamer bin nengetreden, of twee allerliefste kinde ren kwamen ons tegemoet en met zil veren stemmetjes klonk het: „Goeden avond, grootpapa.'.' Mijn vader bleef verrast staan, en zag verbaasd de allerliefste kleinen aan, wier schitterende oogjes vochtig waren. Nog altijd stond hij daar aangedaan en besluiteloos, en van dat gunstig oo genblik gebruik makende, opende ik de andere deur van het vertrek, en liet mijn broeder en Marie binnenko men. Het oogenblik dat zij binnenkwamen, dreigde onaangenaam te worden; want plotseling verduisterde het aangezicht mijns vaders, toen hij hen gewaarwerd. Reeds duchtte ik, dat mijn zoo goed overlegd [plan (iin yluigen Zou vallen, toen Lk het dreigende van den pijnlijken, toe stand beseffende, naar hem toekwam en zoo plechtig als in mijn vermogen was, sprak: „Generaal, ik heb uw eerewoordgij hebt mij twee kussen toegezegd, nu kan ik daarover beschikken." Terwijl ik, bevend en met moeite mijn tranen bedwingende, zoo sprak, wees ik mijn broeder en diens vrouw. Nog aarzelde mijn vader, maar plot seling verdwenen de rimpels van zijn voorhoofd en zijn armen uitbreiden de, riep hij zijn zoon toe: „Kom aan mijn hart, Ferdinand!" „De eer aan de dames!" riep ik nu, weer moed "vattende, en ik wees op Marie. „Ge hebt gelijk, lieve meid," ant woordde mijn vader geroerd, en hij kwam Marie tegemoet. „Kom, mijn kind, ©n wees niet bevreesd voor dien grijzen snorbaard." Sprakeloos .en aangedaan beantwoord de de jonge vrouw zijn hartelijke be groeting, en ik wil u we.1 zeggen, dat wij op dat oogenblik allemaal weenden. „Verduiveld, de pasteitjes worden koud!" zei mijn vader eindelijk. Wij zaten aan tafel, terwijl de toren klok plechtig twaalf u.ux sloeg. Geen van ons allen zag op niemand wilde het gesprek beginnen. Heit was eene waarlijk aangrijpende stilte. De geluk kigste van allen was echter „ik": want mijn krijgslist was bij uitnemendheid gelukt m r Hot was in het begin van April, dus voor de naaisters da allerdruk ste tijd van het ja.ar. Ook Mathilde Barher zat tot over de ooren in het werk. Van den vroegen morgen tot in den laten avond hanteerde zij de schaar, en lang .nog nadat het gan- sche dorp reeds te kooi was gegaan, ratelde en gonsde in het kleine, kale huisje hare naaimachine. Dit onderin aan sche was voor Mathilde Barher geen lustoord ge weest. Vijf-en-dertig jaren reeds was 't .sedert haar vader stierf en haar dit „pandje" naliet a.an den buiten kant, bezwaard met eene ware nacht merrie van een hypotheek; en tegen dien last van zorg kon zij met a,l het klappen van hare schaar en het snor ren van hare naaimachine maar am per opwerken. Zij verdiende haal' dagelijksche brood, betaalde stipt den driemaandelijkschen interest, en had eene behoorlijke zwarte japon voor de kerk, /lie zij1 geen enkelen Zondag- verzuimde. Maar dit was dan ook allesen buiten deze zeer enge grenzen wa.s voor ,haar het leven een onbekend oord. In haar hopeloos eentonig besta,an .was nooit tijd geiweest tot liefde, of sym pathie, of menschelijke gezelligheid. Zij wist zelf niet welke eene holle leegte er was in haar gemoed, die slechts een beetje liefde zou heb ben kunnen aanvullen. STanneer zij zich gedrukt en neerslachtig voel de, zooals vaak het geval was, dan weet zij dit verschijnsel aan de zeer materieele oorzaak van eene slechte spijsvertering, en zij slikte trouw de pillen en remedies, die haar als onfeilbaar aangeprezen werden in de ajdvertenties van het plaatselijke courantje. Het was een echt .treurig leven, da;t zij leidie: eenzaam, duf en schraal. [En toch had zij het al die jaren volgehouden, slovend van mor gen tot na,cht, zonder zelf recht te beseffen hoe treurig het was, wat eigenlijk, wél beschouwd, nog maar een geluk Voor haar was te noemen Op den bedoelden avond stond Ma thilde Barher wéér aan hare knip- tafol, en sneed hare lappen paar papieren patronen, zoo zuinig moge lijk, om toc.h vooral geen slof ver loren te laten gaan. Eene, hanglamp wierp een allesbehalve schitterend licht op haar werk, en bijl het schijn sel .werden de hoekige trekken van Mathilde's physionomie ietwat ver zacht, terwijl zij zich over de tafel, hoog, met "den mond vol spelden en de wenkbrauwen nu en .dan in moeizaam nadenken saamgetrokken. Zóó verdiept wals zij in haar pas sen en meten, da.t een luid geklop aan de deur haar heftig deed op schrikken Haastig rukte zij zich de spelden uit den mond, bond haar lange voorschoot af en liep het por taaltje in. Maar toen zij de deur opende, viel er niemand te bespeu ren, alleen vond zij daar op de deur gespeld het volgende briefje: „Geachte Juffrouw. [Wij weten als dalt u alleen op de wereld bent en een goed hart hebt. [Wij zijn twee arme stumpers, die geen raad meer weten, en daarom zullen wij' morgenavond, zoo tusschen zeven en tien, op uw stoep een kindje neerleggen, van zes maanden oud, dat wij niet langer kunnen onderhonden. Wees goed voor het wurm; en maak een braaf mensch van hem. Met oprechte hoogachting, geachte juffrouw, de Bedroefde Ouders." - Hemelsche goedheid! kreunde de ontzette Mathilde wat denken die menschen wel Ik kan hem niet hehbenOnmogelijk Een kindje van zes maanden prevelde zij Mij dat zoo maar op mijn dak te schuiven Ze zullen 't wel la,tenIk zal de politie op hen afsturen! 't Is warempel wa.tmoois „Wees goed vö-or het wurm en maak een brave jongen van hem!.. Ja* ja! dat zou ik zeker ook wel doen, als ik hem tot mij nam. Ma,ar ik wil hem niet tot mij nemen! Ik kan nietIk heb al werk genoeg om mijn eigen mond open te houden, laat staan dat ik een andermans kind er bij tot mijn last hebben zouOn mogelijk!. En toch, en toch zou ik hem wel eens graag willen zien Zes maanden. Zoo'n lekkere leef- tijd I Zij vouwde het briefje, legde het op den schoorsteenmantel en keer de tot hare knippatronen terug Maar ha,ar geest wilde zich niet meer tot haar werk bepalen. Een kinderbakkesje scheen haal aan te kijken van tusschen de lappen zijde en moesselien, en een paar poezele armpjes schenen zich naar haar uit te strekken Och, och! mompelde zij spijtig ik wou dal ik hem nemen kon! warempel, ik wou dat ik 't kan! Zij staakte dien nacht haren ar beid vroeger dan gewoonlijk, hoewel zij wist dat zij weinig had uitge voerd. In hare slaapkamer zat zij nog lang aan het venster, turend na,ar de lichten en schaduwen van den maneschijn Haar hart, dat al die vijf-en-dertig jaren gesluimerd had, was plotseling ontwaakt Zij voelde dat zij er naar hunkerde, naar dat kindje, zes maanden oud, zooals zij nog nooit tevoren in haar leven naar iets gehunkerd had- Eindelijk stapte zij in haar bed, maar zonder den welverdienden slaap te kunnen vinden. Kinder stemmetjes klonken door hare ka mer, en kindergezichtjes keken uit al de donkere hoeken haar aan. .Zij stond weer op en begon oj> hare hloote voeten wat heen en .weer te loopen Ik kom al aardig op jaren, zoo peinsde zij, en als ik eenmaal oud hen, wat een steun en een troost zou hij dan voor mij kunnen wezen! Ik kan het huisje verhuren, als 't wezen moet; en in het ergste geval kan ik ondersteuning vragen van de gemeente Ik heb er wel zin in. Ja ik doet 't! zoo besloot zij. Ik waag 't er op, ja! Ik neem hem en ik houd hem. Het mag dan loopen hoe 't .wil. Zij kroop weer in bed, en, met een lichter hart dan zij sinds jaren ge kend had, viel zij onmiddellijk in slaap i Vroeg in den morgen ontwaakte zij Na een haastig ontbijt klom zij naar de vliering, rommelde daar in eene oude kist onder de hanebalken, en vond eenige stukken zacht wit linnen en een paar oude eindjes kant Haar eigenlijke werk geraakte dien dag deerlijk op den achtergrond want. den ganschen voormiddag be steedde zij aan het knippen van haby-kleertjes, en den ganseken na middag aan het naaien er van Dat kon echter zóó niet Voortdu ren Mathilde Barber begreep dat zij eene helpster noodig ha,d om voor het kindje! te zorgen althans in de eerste weken, totdat de voor- jaarsdi'ukte wa,t voorbij zou zijn Bus, toen deze lange, gelukkige.dagi op een einde liep, zette zij haren, verschoten hoed op, sloeg den ou den sjaal om, en, dribbelde het dorp in, om zich de medewerking te ver werven van een zekere Emma Hol ton, een jonge burgerdochter, die haar wel eens een handje placht te komen helpen, wanneer het werk haar over den kop liep Maar eerst later, toen Emma hij haar in haar huisje kwam, vertelde Mathilde haar het fijne van de zaak, en ook toen,1 nog eerst nadat Emma, de kinder- kleertjes had ontdekt, die op de tar fel lagen Wat moet dat? vroeg zij: Juffrouw Mathilde kleurde even en om hare verlegenheid te verber gen, viel zij uit: Zie je dat niet Dat zijn kinder- kleertjes Kinderkleertjes herhaalde Em ma Voor wie? Mathilde kuchte eens Zij vond de explicatie toch wel wat lastig Dat zal ik je zeggen, begon zij. De eigenlijke reden, waarom ik je hier noodig heb, is ahem dat ik een kindje ga benaderen. Wat blieft u? Emma keek juffrouw Mathilde aan alsof zij ten sterkste begon te twijfelen aan de geestvermogens der juffrouw. Ja* zei Mathilde Barher. - Hij wordt vanavond hier gebracht. Juffrouw Barber, riep nu het meisje [Weet u wel wat u praat? Van wie, is dat kind Dat dat weet ik niet, moest Mathilde, bekennen Weet u dat niet? Nu nog mooierEn wat is 't voor een kind.? Hoe oud is 't? Is 't een jongen of een meisje? Hoe ziet 't er uit? Het is een jongen, zes maan den oud, zeiie Mathilde. En verder weet ik er óók niets van. En hoe het er uitziet, dat zullen wij eerst kunnen beoordeelen als het komt. Hebt u 't dan niet eens nog gezien vroeg Emma achterdochtig. Mathilde schudde haar hoofd. Neen maarzóó iets heb ik nog nooit op de viool hooren spelen.1 luidde de niet juist vleiende com mentaar Dien ganschen namiddag ver keerde juffrouw Mathilde Barher in een ongekenden toestand van span ning Na het, avondeten deed zij of zij nog ,wat werkte; maar feitelijk luisterde zij slechts naar het komen van voetstappen en tuurde elke twee minuten uit het venster aan de straatzijde Toen de klok negen geslagen had en de geheimzinnige bezoekers van den vorigen avond niet waren komen opdagen, begon zij, erg nerveus te worden Emma daarentegen werd sceptisch, Ze schijnen vanavond met hun jongsken niet te komen, zeide ze, Waarschijnlijk komen zij eerst later, antwoordde Mathilde, met eene poging .om hare eigene oprijzende twijfelingen te onderdrukken. Maar toen de klok tien had gesla gen en de stilte daar huiten nog altijd onverstoord bleef, toen wist zij niet meer wat zij er van moest denken!.. [Was het kind altemet ergens elders afgegeven Eene bange beklemming sloeg haar hij1 deze gedachte om het hart. een ge voel van hittere teleurstelling. Half elf sloeg de dorpsklok toen elf. Emma. zat te geenwen op do paardeharen sofa. Ik ga. maar naar bed, juffrouw Barber, zeide zij. Ze zullen nu vanavond toch wel niet meer komen. Dat vrees ik óók, gaf Mathilde toe, met een merkbaar trillen van hare onderlip Eensklaps rees Emma op. Wie zou hem u brengen vroeg zij... Wat? weet u dat óók al niet? Ik begin te gelooven dat u de heele geschiedenis maar hebt ge droomd Neen. neen, warempel nietriep juffrouw Barber wanhopig En zij scharrelde onder de huisklok en haal de het briefje voor den lag Zie daar! Lees maar! en zij stopte het papier in Emma's handen Emma las En eensklaps wierp zij haar hoofd in den nek en schaterde 't uit van lachen Neen, die is kostelijk! Die is onbetaalbaar! gilde zij.... Maar, juf frouw Barber, onnoozele ziel, hebt u dat dan niet gesnapt Het was gisteren de eerste April en dit was een dolle streek van Sam Bar ry en nog een paar andere snuiters Het was een grap niks dan een gewone April-grap Juffrouw Barber was op een stoel ineengezakt. Een grap prevelde zij. Een Aprilgrap Juffrouw Jones, de echtgenoote van den bakker, kwam den volgen den namiddag zeer gramstorig van Mathilde Barber's huisje geloop en, en ontmoette op straat juffrouw Por ter, de wederhelft van den Hui denier Doe maar geen vergeefschen gang, snibde de ljakkersgaie Het mensch heeft onze Heeren zelfs nog niet geknipt! Maar wat denk je dat zij vandaag is wezen doen Hoe kan ik dat raden Wat dan? vroeg de kruideniersvrouw, die nooit in het oplossen van geheimen een genie was geweest Wel, verheeld je, mijn lieve mensch, ze is naar het wres r te Bedford gegaan en heeft ia m kind van tieD maanden aan,"c -Lieve hemel! schreeuw le hakkersvrouw hoe heef at in haar hoofd geHegen? I at- brak haar net nog maar!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1910 | | pagina 13