Dé Luxe Broodbakker!;!
A. VON DER
Mm Sr. Markt
■m uitsluitend prima kwaliteit
Grootmoeders krijgslist
Mengelwerk.
MathiMe's Vond? Iin^.
KOMI J* CAMELS
voorheen P»&s!l §£aüs©®*j
LEVERT:
Specialiteit in WITTE
„Nimmer!verstaan!Nimmer
en nuvaarwel!
en TRICSOTQOEDESfElli
i êai. Lü tlr !M 'k
«K Telefoon B8o. 8471
£*Q HAARLEM -s
i30I£!£££! en BLOUSES-
Mand worden uitgenoaJiget, a,ll ein ge
tooid met het insigne, tot de H
[Tafel te naderen en ook; hij! .de pro
cessie in den tuin heft insigne zicht
baar te dragen en allen er aan deel te
nemen Degenen, die voorheen gehol
pen hebben aan de goede regeling,
worden weder beleefd daartoe uit-
.genoodigd.
Donderdag, half 9, v'era|iering
Hoofdbestuur*
Namens hat [Bestuur,
Bi. Burger, Secr.
i"
Afdeeling VELSEN en 0.
Blondsgebouw: Rijksstraatweg L! 24e.
Zondag 10 Juli, bezoek van
mannen en jongelingen, van Velsep.
on Omstreken aan Q, L. [Vr. ter
Nood te Iieilo
V.oor die intentie zial dien morgen
te vijf uur in de parochiekerk te Wij-
keroog eene H. Mis worden opgedra
gen hierna bestaat er gelegenheid
in het bondsgebouw iets te nuttigen,
V.an waaruit de pelgrims alsdan .ver
trekken
Ka,arten_hiervoor verkrijgbaar bij
He heeren Li. .Bakker en P. Kaandorp
te (Wjj'keroog, S. Eskus te Veis er-
pord.
Z o n d a g 17 Juli, des avonds 7
uur, ledenvergadering, waarin vol
gens het gesprokene in de laatst ge
bonden feest,vergadering alle leien
tegenwoordig' zullen zijn.
Agenda: notulen, installatie nieu
we lbden. verkiezing van vier leden
ter bestudeering der te ontwerpen
sociale wetten, waarna bespreking
van een paar, zoowel voor de afdee
ling als de leden hoogst nuttige en
Beter voordeelige onderwerpen.
Alle Zondagen na 'de Hoogmis
beeft het bestuur van bet .Cofmimunie-
fqnds zitting in hst Bondsgejbiouw
Namens het Bestuur,
P. van 't P a d j e, V oora,
J a c. Zuur.bier, Secr»
Afdeelbg BEVERWIJK.
Bondsgebouw: Peperstraat 15.
Zaterdag.9 Juli 'savonds
van 8 tot 9 uur zitting der Spaar
bank St. Antonius, van 8 tot 9 uur
Kitting .der Spaarkas St. Nicolaas
en Comimuniefonds.
Zondag 10 Juli 's morgens tus-
stahen 9 en 10 uur, contribiutiebeta-
ling der onderafdeeling St.. Barbara
ui bet Bondsgebouw. i
Bericht.
Houders van Spaarbankboekjes
worden verzoekt bnn boekjes in te
leveren tot bijschrijving van rente-,
flaterdag 9 Juli, 'sarvonds tussahen
en 9 uur*
Namens het Bestuur,
J. d e G1 o e d e, Secr.
Afdeeling HEEMSTEDE.
R.-K. Vereenigingsgebouw,-
M a)an dag 11 Juli, ledenverga
dering in het R,. Kj- Vereenigiingsge-
Ibouw, 's avonds half 9 uur. ,1. Le
ring' der notulen. 2. Spreker de heer
G. Goossen. 3 Verslag van de Centr
Raadsvergadering .door den afge
vaardigde. De leien worden verzocht
deze vergadering bij1 te wonen.
Namens het bestuur,
J. J. Meeuwenoord, le Secr.
Afdeeling LISSE.
Bondsgebouw: Bondstraat H 4.7.
Zaterdag 9 Juli, 'sa,V. van 8—
9 uur, zitting Spaarkas. Van 8 tot
kwart voor 9 uur zitting Winterpro
visie.
Namene het Bestuur,
A. H Sahrama, Seer
Afdeeling O VERVEEN en O
Z o n d a, g 10 Juli zal de H. Mis
van 7 uur worden opgedragen voor
He leden en begunstigers der afdee
ling. De leden worden vriendelijk
Verzocht allen tot de H. .[Tafel to
ta.ad eren.
Namens het Bes tour.
ÖVS- J. Jansen, Secr
HAARLEM.
K. K. Militaire Vereeniging
Zoetestraat 13.
Het gebouw is dagelijks geopend, de.-
avonds van 610 uur en op Zon- en
Feestdagen den geheelen dag.
Sint Joxefsgeiellen-Veresniglng.
Vereenigingsgebouw Zoetestraat No. 3
geopend des Zondags van 12-3 en vad
5-10 uur. Op werkdagen van 6 tot 10 uu»
"s avonds
Liefdewerk: St. Josephs-
Ambachtsleerlingen.
Patronaat voor jongens van 12—16 jaar.
lederen Zondagavond te 6 uur Gods
dienstonderricht en daarna ontspanning
en gelegenheid tot inleg op de Spaar
bank.
De jongens vereenigen zich in het St.
Vincentiushuis, Zoetestraat no. 11, ab
fwaar ook het Bestuur iederen Zondag
avond van 6—7i/2 uur over de belangen
der jongens is te spreken. (Ingang: N.
Groenmarkt no. 22.)
Aanneming van nieuwe leden ge
schiedt in 't begin van September aan
slaande,
R. K. Ver eniging tot besohermin*
van meisjes, gen. „Si. Martha."
Het Bemiddelingsbureau der Vereeni
ging is geopend eiken Dinsdagmiddag
Van 12 2 uur, voor betrekkingen ah
dienstboden enz., Donkere Spaant» 2i.
alwaar voor R. K. dienstmeisjes wiei
ouders buiten de -tad woonachtig ssijr
lederen Zondag- en VVoensdagavon va
10 ure gelegenheid bestaat tegen d
geringe vergoeding van 5 et. per weel
haar vrijen tijd aangenaam en gezel li:
door te brengen.
Aanmelding daartoe aan het „Te Huis"
Op bovengenoemde avonden.
St. Elisabethsvereeaiging.
Inleveren rtekeubriefjes Maan
dagavond tusschen 7 uur en half 3
Woensdag- en Vrijdagmiddag tusschen
t en 2 uur, Jansstraat 49.
St. Koea-vareaniging.
Tijdelijk Zoetestraat 12rood.
Het Bestuur is te spreken eiken 2en
Vrijdag der maand, fles avonds tusschen
half acht en half negen.
Het doel dezer vereeniging is: Meisjes
uit den dienstbaren stand van 1216-
jarigen leeftijd gratis in het naaien
en aanverwante vakkenj alsook het
knippen^ te onderrichten.
Het onderwijs wordt gegeven eiken
avond der week,- uitgenomen den Zater
dag, des avonds yan half zeven tot
half negen.
Aangifte van leerlingen tweemaal per
jaar op een steeds in dit blad te ver-
aaelden datum.
Maria-vereaniging.
H. K. Vereeniging tot bestrijding van
het drankmisbruik vergadert elke twee
maandenj hetwelk vooraf in de agenda
dezer courant wordt bekend gemaakt.
De Mariaver. heeft een onderafdee-
ling, M e i s j.e s b o n d, voor leden van
11—16 jaar, die ook tweemaandelijks
vergadert op Zondags 's namidd. 4 uur
in 't gebouw St. Bavo, Smedestraat.
In de vergadering is gelegenheid zich
voor het lidmaatschap te laten inschrijv
ven; tusschentijds bij het secretariaat
der vereeniging Zijl weg 21.
Zondag 10 Juli, vergaderen de
meisjes der Maria-vereen igimg op den
gewonen tijd.
(R|*-K. Propagandaclub ,BSt. Petrus",
Schoten (stadsgedeelte).
Het Bestuur bestaat uit de heeren:
J, Th. Bakker, Voorzitter, Klooster
straat 101.
J. J. van Kolk, le Secretaris, 'Paul
Krugerstraat 30rood.
Tli. van Geldorp, Penningmeester,
Borneo straat 15.
P. Beers, 2e Secretaris, le Hooge-
woerddwarsstraat 12,
H. M. A. Mathot, Commissaris, Dr.
Leydsstraat 74.
Haarl. R.-K. Esperantistenclub.
De Esperanto-cursustes van Maandag
a.s. gaat niet door, doch deze zal
Woensdag d. a. v. plaats hebben, ten
9 uur in het gewone lokaal*
„ARTI ET RELIGIONI".
Secretariaat: Roosvddstraat 45.
Directeur: CAREL PHILIPPEAU.
Wekelijksche repetitie op Woensdag
13 Juli a.s., in de kleine concertzaal
van de Soc. „Vereeniging?', aanvangen
de voor Dames te 8 uur, voor Heeren
te 9 uur precies.
De algemeen e repetitie voor de uit
voering in het Brpngebouw, zal gehou
den worden in Café „De Korenbeurs"
op Zondag 10 Juli a.s., aanvangende
voor dajrnes. en heeren te 6 uur pre
cies.
Alsdan zullen tevens de toegangs
kaarten aan de leden verstrekt wor
den.
Daar reeds te 71/2 uur de uitvoering
in het Brongebouw aanvangt, moeten
wij den leden uitdrukkelijk verzoeken
te 6 uur tegenwoordig te zijn.
HetBestuur,
Het was reeds na het avondmaal';
wij zaten om de groote ronde tafel.
Willem, de grootste van ons, van wien
men, om zijn groote blauwe oogen het
meeste hield, verzodht grootmama
weer eens een sohoone geschiedenis te
vertellen.
„Lieve kinderen," begon zij, „ik wil
gaarne aan uw wemsch voldoen, maar
ik moet u vooruit zeggen't geen ik
vertellen zal ,is in werkelijkheid zoo
gebeurd.
Het is reeds lang geleden, wat ik
verhalen wil, zeer lang al. Ik was des
tijds 14 jaar oud.
Den eersten Zondag, nadat ik van.de
kostschool in 't ouderlijke huis geko
men was het was een donkere, re
genachtige dag zat ik bij de piano' Dm
een lievelings-aria van Gounod te zin
gen, toen ik eensklaps uit het aangren
zende vertrek, mijns vaders studeerka
mer, een levendig gesprek hoorde. Ik
wist in het eerst niet wat dit te be
duiden had; maar de luide, meerma
len onvrieadèlijke toon liet geen twij
fel over, er had een hevige woorden
wisseling plaats*
Instinctmatig luisterde ik toe, en her
kende de stem van mijn grooten broar,
voor wien ik vurige liefde koesterde.
„Vader," sprak Ferdinand op vasten
en beslisten toon, „ik betuig het u
plechtig, dat ik Marie tot vrou.w neem.
Zij is waardig, onzen naam te dragen,
en ik bemin haar innig*
„En ik," antwoordde mijn vader
gramstorig, „ik zeg u dan, dat ge haar
■met mijn toestemming niet zult huwen.
Nimmer! Want nooit of nimmer zal ik
hel billijken, dat mijn zoon, de eenige
mannelijke erfgenaam, die mijn naam
draagt, iemand tot wouw zai nemen,
van wie men ternauwernood weef, waar
ze van daan gekomen is,"
„Het zij zoo, vader, maar ik' verzeker
u, dat, hoe; hard het mij vallen zou
de Hemel is mijn getuige! ik dan
genoodzaakt wezen zou, uw huis te
verlaten, want mijn liefde is te innig,
dan dat ik haar kan laten varen. Ik
ben zes-en-twintig jaar piud, en dus
meerderjarig."
„Dust, wilt ge haar tegen mijn uit
drukkelijk verlangen, huwen?"
„Ja,' 'antwoordde mijn broeder, vast
beraden.
Hierop werd het stil in de kamer,
slechts haastige schreden waren van tijd
tot tijd verneembaar*
„Goed dan," dus brak' mijn vader
het pijnlijk stilzwijgen af, „doe zooals
ge verkiest, maar weet wei, dat ik u
nimmer wil terugzien en ook haar niet,
die ons van elkander verwijderd heeft.
Onthoud die woorden wel, het zijn de
iaatsten die ik tot u richt!"
„Ik wil hopen," gaf Ferdinand treu
rig ten antwoord, „dat de tijd dit harde
besluit za!l veranderen."
Toen Ferdinand, het studeervertrek
van vader uitkomende, door de ont
vangkamer ging, was. ik zeer onthutst.
Hij kwam naar mij toe, en drukte mij
de hand:
„Het ga u wek lieve zus," zei hij
met tranen in de oogen. „Wij zien
elkaar in langen tijd, misschien nim
mer weer."
„Waarom jdan? Ik ben toch niet hoos
op u,ik
„Ah!" viel hij mij in de rede, „kleine
ge hebt geluisterd".
„Geluisterd nu juist niet*..., maar
ik weet toch alles, en
„Vraag niets, kindlief; ik kan u dat
allemaal zoo niet uitleggen; ge zijt
nog te jong, om m'n toestand te kun
nen begrijpen. Vergenoeg u voor het
oogenblilk er tmee, te weten 'dat ik onder
omstandigheden des levens u geen
oogenhiik vergeten zal dat ik uw
gezichtje steeds liefdevol voor oogen
zal hehben!
„Ik ook.ik zal- alle dagen aan
u denken!" antwoordde ik bedroefd.
Nog eenmaal drukte hij mij de hand,
en verliet het huis.
Twee maanden later trad Ferdinand
met Marie in het huwelijk.
Dat wa-s een harde slag voor mijn
vader, die in den dienst grijs gewor
den, en er aan gewoon geweest was,
dat zijn bevelen steeds nauwlettend
werden opgevolgd.
van mij scheiden; na afloop der vacan-
Nu wilde hij geen oogenblik meer
tie stuurde hij mij niet weer naar de
kostschool, maar nam een gouvernante,
en wat vroeger hoogst zelden plaaLs
had, hij vestigde al zijn aandacht Qp
mij.
Zoo Verliepen dagen, weken en maan
den, deels neersüaehlig, als wij dachten
aan hen, die verre van ons leefden, en
deels vroolijk ,als wij uit waren ge
weest of gezellig samlen keuvelden.
Zeer dikwijls, als ik met hem uit
ging, was het minste woord voldoen
de, om in het bezit van een of ander
voorwerp te geraken; slechts één
wemsch, die ik een paar malen uit
sprak, maakte hem verdrietig, ik zou
haast zeggen barsdh: namelijk mijn
broer weer te zien.
Ik had reeds lang bespeurd, dat ik
een onweerstaanbaren invloed op mijn
vader uitoefende; maar zoo mehigmaa!
ik oveir mijn broer begon, keerde hij
om, alis. het blad van een boom, hij
wilde er niets van hooren en lang
zamerhand kwam ik tot de gevolgtrek
king, dat bet 't best was althans voo.r-
riiands, die snaar niet meer aan te roe
ren.
Ik zweeg dan ook, zonder de hoop
op fe geven.
Zes jaren waren vervlogen, tedert
mijn vader en ik teruggetrokken van de
wereld leefden. Voor de üiinoociigiin-
gen, die ons gedaan werden, werd be
dankt, en slechts zelden bezodhiten wij
schouwburgen of concerten. Daar .zou
nu verandering in komen.
Mijn vader was zeer bevriend met
den toenmaligen minister van binnen-
landsche zaken, en toen deze de stad
bezocht, kon hij niet nalaten, op au
diëntie te gaan. Het gesprek kwam op
het ontwerp van een spoorweg, die
langs de stad onzer inwoning komen
zou, en de minister liet zich hoogst
gunstig uit o-ver het ontwerp van een
nog jeugdig ingenieur.
„Hoe heet dat jonge menscih?" vroeg
mijn vader.
„Zonderling," antwoordde de minis
ter, „hij draagt denzelfden naam als
gij, generaat."
„Dat verwondert mij niet," gaf mijn
vader droog ten antwoord; „als zijn
voornaam soms Ferdinand is, dan is 't
waarschijnlijk mijn zoon."
„Ja, als ik het wel'heb, is het zoo."
Mijn vader was uiterlijk koel geble
ven; maar toen hij thuis gekomen, de
ontmoeting verhaalde, ontging mij de
innerlijke ontroering niet, die hij tracht
te te beheersehen. Zooals wij thans
te welen "kwamen was mijn broeder
niet alleen een uitstekend ingenieur ge
worden, maar daarbij bleek ook, dat
hij in zijn vrouw een zeer goede keus
fiad gedaan. En gelukkig legde ik mij
dien avond ter ruste, daar die onver
hoopte berichten mij verrast hadden
en de wijze, waarop mijn vader ze
mij had medegedeeld, mijn hoop deed
voeden.
Hoewel ik tegenover mijn vader een
goed eind dichter bij de overwinning
gekomen was, meende ik toch met den
besilissenden aanval ie moeiten wachten.
c
Mijn goede vader had de gewoonte,
mij op mijn verjaardag altijd een ge
schenk te geven. Da 15de December
begon te naderen* Dit was mijn ver
jaardag.
„Ik moet u iets voor mijn verjaar
dag vragen, papa," zei ik een paar da
gen te voren.
„Spreek gerust; ik ben in een goed
humeur vandaag ,het zou mij moeilijk
vallen u op dit oogenblik wat te wei-
deren."
„Dat is altijd bij u het geval, lieve
papa, maar
„Nu?"
„Ik heb een verzoek te doen, dat
misschien wel watwat
„Doe het gerust maar," sprak mijn
vader aanmoedigend; „ik heb u im
mers al- gezegd, dat ik u vandaag alles
toesta, wat ge mij vraagt."
„Goed, vader, geeft ge mij uw woord
van eer als officier, dat ge aan mijn
verzoek zult voldoen?"
„Oho!"
„Ge trekt reeds, terug? Dan wil ik
ook niets hebben!"
„Nu danhet zij zoo. Ge 'hebt
mijn woord."
„Wees van harte bedankt." En ik
drukte een hartelijken kus op zijn ge
bronsd gelaat. „O'vermJorgen om twaalf
uren hoop ik u aan de gedane belofte
te herinneren."
„Maar dan kan ik immers niets meer
koopen."
wat ik wensch, hoeft ge niet
te koopen, want ik. zal niet meer vra
gen dantwee kussen."
„Hahalachte mijn vader, „dat
is toch geen verjaarsgeschenk! Die
kunt ge alle dagen krijgen."
Den volgenden avond was. het bij
twaalven, toen ik de studeerkamer van
mijn vader binnentrad.
,,'t Is bijna twaalf uur, hier is uw
dochter."
De grijsaard omhelsde haar hartelijk
en gaf haar een prachtigen armband
met paarlen. „En nu hebt ge nog twee
kussen te goed, die zal ik u ook maar
meteen geven."
„Nog niet, vader, die bewaar ik nog
een oogenblikje.
En zonder zijn antwoord af te wach
ten, nam ik zijn arm en geleidde hem
naar de huiskamer.
Nauwelijks waren wij de kamer bin
nengetreden, of twee allerliefste kinde
ren kwamen ons tegemoet en met zil
veren stemmetjes klonk het: „Goeden
avond, grootpapa.'.'
Mijn vader bleef verrast staan, en
zag verbaasd de allerliefste kleinen aan,
wier schitterende oogjes vochtig waren.
Nog altijd stond hij daar aangedaan
en besluiteloos, en van dat gunstig oo
genblik gebruik makende, opende ik
de andere deur van het vertrek, en
liet mijn broeder en Marie binnenko
men.
Het oogenblik dat zij binnenkwamen,
dreigde onaangenaam te worden; want
plotseling verduisterde het aangezicht
mijns vaders, toen hij hen gewaarwerd.
Reeds duchtte ik, dat mijn zoo goed
overlegd [plan (iin yluigen Zou vallen, toen
Lk het dreigende van den pijnlijken, toe
stand beseffende, naar hem toekwam
en zoo plechtig als in mijn vermogen
was, sprak:
„Generaal, ik heb uw eerewoordgij
hebt mij twee kussen toegezegd, nu
kan ik daarover beschikken."
Terwijl ik, bevend en met moeite
mijn tranen bedwingende, zoo sprak,
wees ik mijn broeder en diens vrouw.
Nog aarzelde mijn vader, maar plot
seling verdwenen de rimpels van zijn
voorhoofd en zijn armen uitbreiden
de, riep hij zijn zoon toe: „Kom aan
mijn hart, Ferdinand!"
„De eer aan de dames!" riep ik nu,
weer moed "vattende, en ik wees op
Marie.
„Ge hebt gelijk, lieve meid," ant
woordde mijn vader geroerd, en hij
kwam Marie tegemoet. „Kom, mijn
kind, ©n wees niet bevreesd voor dien
grijzen snorbaard."
Sprakeloos .en aangedaan beantwoord
de de jonge vrouw zijn hartelijke be
groeting, en ik wil u we.1 zeggen, dat
wij op dat oogenblik allemaal weenden.
„Verduiveld, de pasteitjes worden
koud!" zei mijn vader eindelijk.
Wij zaten aan tafel, terwijl de toren
klok plechtig twaalf u.ux sloeg. Geen
van ons allen zag op niemand wilde
het gesprek beginnen. Heit was eene
waarlijk aangrijpende stilte. De geluk
kigste van allen was echter „ik": want
mijn krijgslist was bij uitnemendheid
gelukt
m r
Hot was in het begin van April,
dus voor de naaisters da allerdruk
ste tijd van het ja.ar. Ook Mathilde
Barher zat tot over de ooren in het
werk. Van den vroegen morgen tot
in den laten avond hanteerde zij de
schaar, en lang .nog nadat het gan-
sche dorp reeds te kooi was gegaan,
ratelde en gonsde in het kleine, kale
huisje hare naaimachine.
Dit onderin aan sche was voor
Mathilde Barher geen lustoord ge
weest. Vijf-en-dertig jaren reeds was
't .sedert haar vader stierf en haar
dit „pandje" naliet a.an den buiten
kant, bezwaard met eene ware nacht
merrie van een hypotheek; en tegen
dien last van zorg kon zij met a,l het
klappen van hare schaar en het snor
ren van hare naaimachine maar am
per opwerken. Zij verdiende haal'
dagelijksche brood, betaalde stipt
den driemaandelijkschen interest, en
had eene behoorlijke zwarte japon
voor de kerk, /lie zij1 geen enkelen
Zondag- verzuimde. Maar dit was
dan ook allesen buiten deze zeer
enge grenzen wa.s voor ,haar het
leven een onbekend oord. In
haar hopeloos eentonig besta,an .was
nooit tijd geiweest tot liefde, of sym
pathie, of menschelijke gezelligheid.
Zij wist zelf niet welke eene holle
leegte er was in haar gemoed, die
slechts een beetje liefde zou heb
ben kunnen aanvullen. STanneer zij
zich gedrukt en neerslachtig voel
de, zooals vaak het geval was, dan
weet zij dit verschijnsel aan de zeer
materieele oorzaak van eene slechte
spijsvertering, en zij slikte trouw
de pillen en remedies, die haar als
onfeilbaar aangeprezen werden in
de ajdvertenties van het plaatselijke
courantje.
Het was een echt .treurig leven,
da;t zij leidie: eenzaam, duf en
schraal. [En toch had zij het al die
jaren volgehouden, slovend van mor
gen tot na,cht, zonder zelf recht te
beseffen hoe treurig het was, wat
eigenlijk, wél beschouwd, nog maar
een geluk Voor haar was te noemen
Op den bedoelden avond stond Ma
thilde Barher wéér aan hare knip-
tafol, en sneed hare lappen paar
papieren patronen, zoo zuinig moge
lijk, om toc.h vooral geen slof ver
loren te laten gaan. Eene, hanglamp
wierp een allesbehalve schitterend
licht op haar werk, en bijl het schijn
sel .werden de hoekige trekken van
Mathilde's physionomie ietwat ver
zacht, terwijl zij zich over de tafel,
hoog, met "den mond vol spelden
en de wenkbrauwen nu en .dan in
moeizaam nadenken saamgetrokken.
Zóó verdiept wals zij in haar pas
sen en meten, da.t een luid geklop
aan de deur haar heftig deed op
schrikken Haastig rukte zij zich
de spelden uit den mond, bond haar
lange voorschoot af en liep het por
taaltje in. Maar toen zij de deur
opende, viel er niemand te bespeu
ren, alleen vond zij daar op de deur
gespeld het volgende briefje:
„Geachte Juffrouw. [Wij weten als
dalt u alleen op de wereld bent en een
goed hart hebt. [Wij zijn twee arme
stumpers, die geen raad meer weten,
en daarom zullen wij' morgenavond,
zoo tusschen zeven en tien, op uw
stoep een kindje neerleggen, van zes
maanden oud, dat wij niet langer
kunnen onderhonden. Wees goed
voor het wurm; en maak een braaf
mensch van hem. Met oprechte
hoogachting, geachte juffrouw,
de Bedroefde Ouders."
- Hemelsche goedheid! kreunde
de ontzette Mathilde wat denken
die menschen wel Ik kan hem niet
hehbenOnmogelijk
Een kindje van zes maanden
prevelde zij Mij dat zoo maar op
mijn dak te schuiven Ze zullen
't wel la,tenIk zal de politie op hen
afsturen! 't Is warempel wa.tmoois
„Wees goed vö-or het wurm en maak
een brave jongen van hem!.. Ja*
ja! dat zou ik zeker ook wel doen,
als ik hem tot mij nam. Ma,ar ik wil
hem niet tot mij nemen! Ik kan
nietIk heb al werk genoeg om mijn
eigen mond open te houden, laat
staan dat ik een andermans kind er
bij tot mijn last hebben zouOn
mogelijk!. En toch, en toch zou
ik hem wel eens graag willen zien
Zes maanden. Zoo'n lekkere leef-
tijd I
Zij vouwde het briefje, legde het
op den schoorsteenmantel en keer
de tot hare knippatronen terug
Maar ha,ar geest wilde zich niet
meer tot haar werk bepalen. Een
kinderbakkesje scheen haal aan te
kijken van tusschen de lappen zijde
en moesselien, en een paar poezele
armpjes schenen zich naar haar uit
te strekken
Och, och! mompelde zij spijtig
ik wou dal ik hem nemen kon!
warempel, ik wou dat ik 't kan!
Zij staakte dien nacht haren ar
beid vroeger dan gewoonlijk, hoewel
zij wist dat zij weinig had uitge
voerd. In hare slaapkamer zat zij
nog lang aan het venster, turend
na,ar de lichten en schaduwen van
den maneschijn Haar hart, dat al
die vijf-en-dertig jaren gesluimerd
had, was plotseling ontwaakt Zij
voelde dat zij er naar hunkerde, naar
dat kindje, zes maanden oud,
zooals zij nog nooit tevoren in haar
leven naar iets gehunkerd had-
Eindelijk stapte zij in haar bed,
maar zonder den welverdienden
slaap te kunnen vinden. Kinder
stemmetjes klonken door hare ka
mer, en kindergezichtjes keken uit al
de donkere hoeken haar aan. .Zij
stond weer op en begon oj> hare
hloote voeten wat heen en .weer te
loopen
Ik kom al aardig op jaren, zoo
peinsde zij, en als ik eenmaal
oud hen, wat een steun en een troost
zou hij dan voor mij kunnen wezen!
Ik kan het huisje verhuren, als 't
wezen moet; en in het ergste geval
kan ik ondersteuning vragen van
de gemeente Ik heb er wel zin in.
Ja ik doet 't! zoo besloot zij.
Ik waag 't er op, ja! Ik neem hem
en ik houd hem. Het mag dan loopen
hoe 't .wil.
Zij kroop weer in bed, en, met een
lichter hart dan zij sinds jaren ge
kend had, viel zij onmiddellijk in
slaap i
Vroeg in den morgen ontwaakte
zij Na een haastig ontbijt klom zij
naar de vliering, rommelde daar in
eene oude kist onder de hanebalken,
en vond eenige stukken zacht wit
linnen en een paar oude eindjes kant
Haar eigenlijke werk geraakte dien
dag deerlijk op den achtergrond
want. den ganschen voormiddag be
steedde zij aan het knippen van
haby-kleertjes, en den ganseken na
middag aan het naaien er van
Dat kon echter zóó niet Voortdu
ren Mathilde Barber begreep dat
zij eene helpster noodig ha,d om voor
het kindje! te zorgen althans in
de eerste weken, totdat de voor-
jaarsdi'ukte wa,t voorbij zou zijn
Bus, toen deze lange, gelukkige.dagi
op een einde liep, zette zij haren,
verschoten hoed op, sloeg den ou
den sjaal om, en, dribbelde het dorp
in, om zich de medewerking te ver
werven van een zekere Emma Hol
ton, een jonge burgerdochter, die
haar wel eens een handje placht
te komen helpen, wanneer het werk
haar over den kop liep Maar eerst
later, toen Emma hij haar in haar
huisje kwam, vertelde Mathilde haar
het fijne van de zaak, en ook toen,1
nog eerst nadat Emma, de kinder-
kleertjes had ontdekt, die op de tar
fel lagen
Wat moet dat? vroeg zij:
Juffrouw Mathilde kleurde even
en om hare verlegenheid te verber
gen, viel zij uit:
Zie je dat niet Dat zijn kinder-
kleertjes
Kinderkleertjes herhaalde Em
ma Voor wie?
Mathilde kuchte eens Zij vond de
explicatie toch wel wat lastig
Dat zal ik je zeggen, begon zij.
De eigenlijke reden, waarom ik
je hier noodig heb, is ahem
dat ik een kindje ga benaderen.
Wat blieft u?
Emma keek juffrouw Mathilde
aan alsof zij ten sterkste begon te
twijfelen aan de geestvermogens der
juffrouw.
Ja* zei Mathilde Barher. -
Hij wordt vanavond hier gebracht.
Juffrouw Barber, riep nu het
meisje [Weet u wel wat u praat?
Van wie, is dat kind
Dat dat weet ik niet, moest
Mathilde, bekennen
Weet u dat niet? Nu nog
mooierEn wat is 't voor een kind.?
Hoe oud is 't? Is 't een jongen of een
meisje? Hoe ziet 't er uit?
Het is een jongen, zes maan
den oud, zeiie Mathilde.
En verder weet ik er óók niets
van. En hoe het er uitziet, dat zullen
wij eerst kunnen beoordeelen als het
komt.
Hebt u 't dan niet eens nog
gezien vroeg Emma achterdochtig.
Mathilde schudde haar hoofd.
Neen maarzóó iets heb ik nog
nooit op de viool hooren spelen.1
luidde de niet juist vleiende com
mentaar
Dien ganschen namiddag ver
keerde juffrouw Mathilde Barher in
een ongekenden toestand van span
ning Na het, avondeten deed zij of
zij nog ,wat werkte; maar feitelijk
luisterde zij slechts naar het komen
van voetstappen en tuurde elke twee
minuten uit het venster aan de
straatzijde
Toen de klok negen geslagen had
en de geheimzinnige bezoekers van
den vorigen avond niet waren komen
opdagen, begon zij, erg nerveus te
worden Emma daarentegen werd
sceptisch,
Ze schijnen vanavond met hun
jongsken niet te komen, zeide ze,
Waarschijnlijk komen zij eerst
later, antwoordde Mathilde, met eene
poging .om hare eigene oprijzende
twijfelingen te onderdrukken.
Maar toen de klok tien had gesla
gen en de stilte daar huiten nog
altijd onverstoord bleef, toen wist
zij niet meer wat zij er van moest
denken!.. [Was het kind altemet
ergens elders afgegeven Eene
bange beklemming sloeg haar hij1
deze gedachte om het hart. een ge
voel van hittere teleurstelling.
Half elf sloeg de dorpsklok
toen elf. Emma. zat te geenwen op
do paardeharen sofa.
Ik ga. maar naar bed, juffrouw
Barber, zeide zij. Ze zullen nu
vanavond toch wel niet meer komen.
Dat vrees ik óók, gaf Mathilde
toe, met een merkbaar trillen van
hare onderlip
Eensklaps rees Emma op.
Wie zou hem u brengen vroeg
zij... Wat? weet u dat óók al
niet? Ik begin te gelooven dat u de
heele geschiedenis maar hebt ge
droomd
Neen. neen, warempel nietriep
juffrouw Barber wanhopig En zij
scharrelde onder de huisklok en haal
de het briefje voor den lag Zie
daar! Lees maar! en zij stopte
het papier in Emma's handen
Emma las En eensklaps wierp zij
haar hoofd in den nek en schaterde
't uit van lachen
Neen, die is kostelijk! Die is
onbetaalbaar! gilde zij.... Maar, juf
frouw Barber, onnoozele ziel, hebt
u dat dan niet gesnapt Het was
gisteren de eerste April en dit
was een dolle streek van Sam Bar
ry en nog een paar andere snuiters
Het was een grap niks dan een
gewone April-grap
Juffrouw Barber was op een stoel
ineengezakt.
Een grap prevelde zij. Een
Aprilgrap
Juffrouw Jones, de echtgenoote
van den bakker, kwam den volgen
den namiddag zeer gramstorig van
Mathilde Barber's huisje geloop en,
en ontmoette op straat juffrouw Por
ter, de wederhelft van den Hui
denier
Doe maar geen vergeefschen
gang, snibde de ljakkersgaie Het
mensch heeft onze Heeren zelfs nog
niet geknipt! Maar wat denk je
dat zij vandaag is wezen doen
Hoe kan ik dat raden Wat
dan? vroeg de kruideniersvrouw, die
nooit in het oplossen van geheimen
een genie was geweest
Wel, verheeld je, mijn lieve
mensch, ze is naar het wres r te
Bedford gegaan en heeft ia m
kind van tieD maanden aan,"c
-Lieve hemel! schreeuw le
hakkersvrouw hoe heef at
in haar hoofd geHegen? I at-
brak haar net nog maar!