TWEEDE BLAD. Na misdaad, vergelding. BUITENLAND. BINNENLAND. Duitschland vóór en enüer bescherming. Kerknieuws. Uit onze Oost. VAN ELDERS. OE&SDAG 8 NOU, 1910, Rechtszaken. FEUILLETON. NIEUWE COURANT Weinig meer dan 30 jaar geleden, Wider een laag tarief van invoerrechten, dat feiteiijk een vrijhandelsland was, bloedde Dyitsehland, om een van Bis marck's kernachtige uitdrukkingen te gebruiken, langzamerhand dood. Den 20sten Mei 1879, toen hij zijn nieuwe handelspolitiek invoerde, ze smarek: Wij hebben de grenzen «rap ons rijk voor de invoeren der vreemde natiën wijd open gesteld en wij zijn het afzet gebied geworden van de overproduc tie van al deze landen; Duitschland is door de overproductie dier vreemde na tiën in moeilijkheden gebracht, de prij ken zijn gedrukt en de ontwikkeling van al onze industrieën en onze geheele .economische positie hebben tengevolge daarvan geleden." Deze woorden kun nen met evenveel waarheid op Enge land in deze dagen worden toegepast. Duitschland's fiscale hervorming was gebaseerd op dezelfde beginselen, als die, door Mr. Balfour met betrekking tot tarief-hervorming in Engeland ver kondigd. De voorstellen, in 1879 ge daan, werden in de Duitsehe troonrede verklaard „bestemd te zijn onze hulp bronnen te vermeerderen, door den grondslag der belastingen te verbreeden en door die belastingen af te schaffen, welke het meest drukkenIk geloof, dat het mijn plicht is, tenminste de Duitsehe markt aan de nationale pro ductie te verzekeren, voor zoover die politiek met onze andere belangen niet in strijd is.'8 De tariefhervorming werd in Duilsch ta-ivt ingevoerd en elkeen kan zich van de resultaten overtuigen. Van één van de armste Europeesche landen is het één der rijkste geworden. De uitvoer van industrie-producten is in 10 jaar ver dubbeld; de loonen d'er werklieden zijn met 40 pCt. vooruitgegaan; de pro ductie van ruw-ijzer is van gemiddeld 2.100.000 ton per jaar in 1876—80 ge rezen tot 12.713.000 ton in 1909, de ton- nenmnnt dei' handelsvloot is vermeer derd van 5Va millioen in 1880 tot 24 milljoen in 1908 en er is een machtige vloot in 't leven geroepen, welke de Duitsehe belangen beschermt en ont •wikkelt. Dezeontwikkeling begon in hetjaar loen Duitschland zijn handelspolitiek wijzigde cm niettegenstaande dit alles wil Mi'. Maodonald ons doen gelooven, Dat Duitschland's vooruitgang is be lemmerd in plaats van geholpen door Jariefhervorming! De minste kennis van de economi sche toestanden in Duitschland vóór en na 1879 i s voldoende, om de ongerijmd heid van deze bewering aan te toonen. Een prijsvraag. De stad Antwer pen heeft indertijd een prijsvraag uit geschreven voor bebouwingsplannen van de gronden die door de slechting der vestingwerken vrij komen. Thans heeft een internationale jury den prijs .van 25.000 francs toegekend aan het project van den Parijschen architect Henri Prost; de tweede prijs, 10.000 francs, ging eveneens naar Parijs. De gemeente heeft zich niet verplicht lol het uitvoeren van een der bekroonde «ontwerpen. Generaal Gosó Valladarcs. Wie is in Honduras geen generaal? v oert bet bevel over Amapala, een eiland, dat op eenigen afstand van de kust is gele gen. Deze generaal voelt zich' volkomen onafhankelijk van elke regeering, zijn eigen inbegrepen, die hem dan ook nog niet van zijn eiland heeft kunnen af krijgen. Verder ligt hij overhoop mei alle mogendheden en heeft een hond, küe naar den naam Taft luistert. De eigenaar van den viervoetigen Taft had den Engelsclien consul aangeboden hem 'de ooren van liet hoofd le bijten. Ver moedelijk om aan een dergelijk voor nemen gevolg te geven ging hij met Talt en een detachement soldaten naar de woning van den Amerikaansehen consul, die eenige uren geleden zijn on genoegen over een beleedagende uitla ting van den generaal had te kennen ge geven. De soldaten dreigden het huis te beschieten, de generaal dreigde ooren af te bijten, maar de consul, die slim mer was dan de generaal, Taft en zijn troepen samen, liet den commandant van een Amerikaansche kanonneerboot, die op de reed© lag, weten, aan welk gevaar zijn ooren bloot stonden, en deze vond hierin aanleiding om dm anthro- phagen generaal zeer beslist mede te deelcn, dat, wanneer één haar van één enkelen vreemdeling gekrenkt mocht wórden, de stad onmiddellijk platge schoten, zou worden. Dit argument bleek afdoende. Intusschen weigeren Ameri kaansche bankiers stellig met de Hon- dureesche regeering verder te onder handelen over een leening, zoolang de oorenverslindende generaal op Amapala de baas is. Hij kan daar n.l. met de in voerrechten doen wat hij wil, en de bankiers eischen deze als waarborg ge steld te zien. Modern. Op het Carlton-Holel te Biarritz leest men. de volgende aankon diging „Voor tochtjes per aëroplaan wendt u tot den concierge". Maurice Tabatteau, een bekend luchtreiziger, is de persoon die de tochtjes leidt. Dat is waarschijnlijk het eerste hotel dat zulk een soort van attractie bezit. Een martelaar. De bekende Poar- tugeesche Pater Jezuïet Mach a do, een 70-jarige grijsaard, door geheel Portu gal bekend als „De Apostel" is te Gi braltar overleden, tengevolge van de behandeling van het revolutionair ge peupel in Portugal ondervonden en de ontberingen die hij als gevangene in de artillerie-kazernes heeft geleden. Een nieuw geschut voor luchtsehe pen. Op het schietterrein in de nabij heid van Stockholm, hadden dezer da gen schietoefeningen plaats met een pas uitgevonden geschut voor luchttorpe- do's dat tengevolge van zijn gering ge wicht ook als draagbare artillerie kan dienen. De grootste draagwijdte van deze luchttorpedo bedraagt 4500 M. Hel geschut lag bij het uitstooten van den torpedo geheel stil, zoodat het voor het doel uitmuntend geschikt is. Het wordt met twee touwen onder aan de gondel, van 5 tot 10 meter daarvan verwijderd opgehangen. Langs het achterste touw gaat een eleclrische geleiding voor het afvuren van den tor pedo. Door het voorste touw langer of korter' té maken kan aau het kanon de gewenschte stand worden gegeven. De rat. De volgende „ware ge schiedenis" is in het jaar 1910 in een vrije rijksstad van Duitschland voorge vallen. Daar vertoonde zich in een steenkolenkelder van een hoogere meis jesschool een rat. Daar zich in deze stad zonder medeweten der politie, geen rat mag laten zien gaat de di rectrice den volgenden dag direct naar het politiebureau, deelt het bestaan van de rat mee en vraagt om vernietiging van het beestje. Het geval wordt opgeteekeud en aau de dame beloofd, dat binnen enkele dagen een man zal komen om de rat uit de wereld te helpen. Opdat men echter absoluut zeker zou zijn dat de rat zich nog werkelijk in den kelder bevond, moest haar dagelijks te eten gegcen worden. Goed, de rat krijgt ei ken drag een stuk brood en een paar botjes en verheugt zich in haar bestaan. Als er' na drie weken nog niemand ver schenen is om de rat te dooden, gaat de dame opnieuw naar de politie om te vernemen, of zij „de rat nog langer voeren moet". Daarop groote ontstel tenis; van het geheele geval is niets he kend. Ja toch, men vindt het protocol, waarop het geval is aangeteekend men vraagt de dame excuus, zegt haar met de voedering voort te gaan en belooft haar, dat er. nu werkelijk een zal ko men. Weer gaan er weken voorbij. De groote vacantie nadert en de rat heeft zeker geen voldoende verpleging gehad op een morgen ligt zij dood in den kelder en wordt in hel hijzijn van dé directrice .in den tuin begra ven. Na eenigen tijd verscheen eindelijk de lang verwachte politieman met een schrijven, waarin de dame verzocht wordt, op eigen kosten de rat te la ten verdelgen, daar zij anders eerst in October aan de beurt zou komen. Den man wordt duidelijk gemaakt, dat het niet meer noodig is, daar dekrat intus schen gestorven is. Hij gaat weg, doch komt reeds den volgenden dag terug en verlangt de directrice te spreken. „Of zij schriftelijk bevestigen kan, dat de rat werkelijk dood was?" Ja, zij kan het, want zij is hij de begrafenis tegenwoordig geweest, Vol daan trok' de bewaarder der orde af, t moeilijke geval was de wereld uit. Een treurig bericht. In een verga dering van N. O. G.-mannen. kring Tilburg, Oosterhout, Waalwijk en Box tel deelde de heer v. dl Horst, hoofd bestuurslid^ het volgende mede: „dat het N. O. G. in het Zuiden steeds voor- vooruitgaat; dat liet aantal afdeeHngs- leden hier is geklommen van 195 op 300, een getal, dat wij niet te boven zijn geweest in de meest gunstige om standigheden. Op 't oogenblik is het le dental in Brabant en Limburg grooter dan vóór dé oprichting der R'. K. O. Bonden.'1 Een droevig bericht: dOo mannen wellicht flinke lui, die zoo ontzettend veel goed konden doen voor de Room- sche zaak gaan zich vereenigen in een bond, die de katholieke schoolbegin- selen tegenwerkt; geven hun kracht wellicht uitstekende voor de Roomsche zaak aan de vijanden der katholieke schoolopvoeding300 mannen mo gelijk zelf katholiek opgevoed gaan in tegen den herhaalden, uitdrukKelij- ken wensch hunner hoogste kerkelij ke overlieden; 300 mannen wellicht scherpe vernuften geven bewijs van onnadenkendheid, 'in werklieden niet verschoonbaar300 onderwijzers voor 't meerendeel zeker katholiek, die katholiek moesten voelen meer dan an deren; katholiek moesten zijn in merg en been, in woord en daad, in privaat en publiek leven meer dan anderen toonen oppervlakkige katholieken te zijn, niet doorzield van wat godsdien stige plicht is, vooral in dezen tijd! .Werkelijk, een droevig bericht! 1Limburgsche vcrkiczingsBcène. Wat 'n herrie het in Meerssen was den avond der herstemming en welke scène hier werd afgespeeld is waarlijk pen unicum en dient aan de vergetelheid te worden ontrukt, zegt de L. K'. In deni beginne was 't dat de lieer Timmer mans gekozen was.... later zou de heer Frijns de uitverkoreaie zijn om aan dè groene tafel le mogen zetelen, want zoo zeide de heer L'. v. A., lid van het stembureau, men had zicli vergist, niet de heer Timmermans maar hun candidaat, de heer Frijns was geko zen met twee stemmen meerderheid: de uitslag was niet goed afgelezen, de ongeldige waren goed! Verslagenheid van de zijde der can- didatuur Timmermans. Gejubel bij de partij Frijns, welk gejubel en gejuich nog toenam, loen de kanonschoten be gonnen te bulderen ter ecre van den heer Frijns. Ginds komen de rijtuigen uil Meerssen aanrollen, en andermaal ver zekerde de heer L. v. A. plus de overige heeren raadsleden der partij Fr. cn kiesagenlen, dat hun candidaat geze gevierd had. Gul was 't onthaal hij den lieer Frijns en bij den heer v. A. al hier. Bouquetten werden aangeboden, speechen gehouden, misschien al plan nen beraamd, politiek en zelfs hooger politiek besproken, wijntjes en bier tjes plus broodjes met ham cn kaas verschalkt cn verorberd, en het leve Frijns klinkt ons nu tuofcj in 't oor. Tot laat in den avond duurde de feestvreugde bij de partij Frijius. Aan de andere zijde twijfelde men nog steeds zou de Burgemeester zoo dan de zaak verkeken hebben? Er waren toch pok ongeldig© stemmen voor den heer Frijns Naar Meerssen geïnformeerd Ver zekering luidt: Timmermans is en blijft gejubel aan gene zijde.... doch de partij Frijns houd vol: .geen kwestie van... wij hebben gewonnen, de Burgemeester cn zijn aanhang verloren, de K. K'. gekozen... Naar Limmel. Gejuich en van Meerssen ,Jn de gut" hip, hip, hoera!!!!" De stemopnemer wist 't goed, zéér goed, zóó goed zelfs dat hij later heelt moeten toegeven dat „cr zich verdoold had." Tableau I Ende het gefleurde in den jare 1910 ten raadhuize te Meerssen. Een spoedbestelling 11 Ik haastte mijzoo luidt de aanvang van een schrijven d.d. 12 Februari 1811 door graaf die Celles verzonden aan den pre sident van het gemeentebestuur, provio- neel waarnemende de functiën van Mai- re (gelijk d© brief luidt) in de gemeente Anke veen (Gooiland), waarin hij bericht dat hij den Hen dier maand heeft aanvaard het ambt van prefect van de Zuidierzee, waartoe hij door den Keizer der Franschen benoemd is. Verder kwa men er in voor eenige voorschriften omtrent het voeren van ambtelijke brief wisseling. De post bezorgde den brief evenwel op het Rechthuis te Amstelveen, het hoofddorp der tegenwoordige gemeen te Nieuwer Amstel. Daar schijnt men de vergissing niet bemerkt te hebben. Ten minste, het stuk weid daar voor enkele dagen gevonden en doorge zonden den 5 crt., aan den burgemees ter van Ankeveen. Ongetwijfeld zal deze vreemd opkijken, dat hem na meer dan 99 jaar nog orders geworden van een prefekt des Franselien Keizers. Woestelingen. Donderdag is op de rivierstoomboot „Karl Schrocrs XVII een afgrijselijk tooneel afgespeeld. De stoomboot zou 's morgens van Rotter dam varen. Kapitein was Herman Lang wonende te Kostheim, in Duitschland, stuurman Max Reinders, wonende te Duisburg, machinist Cornelis Klap, 32 jaar oud, wonende te Nieuw- en Sint Joostland. Er waren twee stokers aan boord Willem Reeuwijk, wonende te Nijmegen, en Willem Minno de Zeeuw, zonder bekende woonplaats. De ma chinist had 's morgens vóór het weg varen de stokers gewaarschuwd, doch zij hadden zich toch even aan den wal naiar jeem hérberg begeven. De boot voer weg zonder de stokers, die, toen zij dit bemerkten, poogden de boot terug te roepen. Toen dit niet gelukte, na men zij te Rotterdam de „Fop Smit" en wisten de „Karl Schroers vóór te ko men, zoodat zij zich onder Hardiuxveld aan boord konden laten roeien. Zij moeten gezegd hebben, dat zij hun betrekking wenschlen op te zeggen, hun goed mede wilden nemen en loon wilden vorderen. De machinist ComeJis Klap heelt ver der de gevolgen ondervonden. Hij deel de mede, dat, nauwelijks waren de bei de stokers aan boord, of zij stormden de machinekamer in cn begonnen hem, den machinist, als razenden te slaan. Zij sloegen hem met alles wat onder hun bereik kwam, machinesleutels, roosterijzers en bijl, trachtten hein in de machine te dringen en in, de; vuren te Wierpen. 1— Een jubilé-gesclienk van den Paus. In dé Sixtijnsche kapel van het Vati- eaan zijn dezer dagen nieuwe vensters aangebracht, een jubilé-geschenk van den Prins regent van Beieren aan Z. H. Pius X. Dit geschenk verdient niet enkel üe aandacht om do personen, lusschen welke het gewisseld werd, maar zeer zeker ook op zich. Want ongetwijfeld zijn de nieuwe vensters voor de kapel een groote aanwinst te noemen, welke allen ten goede komen zal, die in de toekomst komen genieten .van Michel Angelo's (reuzenarbeid. Toen omstreeks liet jaar; 1900 de nu gestorven Ludwag Seitz in opdracht van Z. II. Paus Leo XIII de frescos der SixlijinscliQ kapel ging mlaureeren, drong zich bij hem en zijn medewer kers de gedachte op, dat dé glas vulling dei' venstens op hel oogenblik verre van gunstig was voor de muur-schilderin gen en volstrekt ook niet in stijl. Seitz zag in dat het noodig was, do malle glasramen, idie wel in een mo dern ziekenhuis of kantoor op hun plaats waren, door andere te vervan gen, die beter met het interieur der ka pel harmonieerden. Toen nu het 50-jarig priester-jubi- lé van Z. H. Pius X naderde, en de Prins-regent van Beieren bij dit feestij een passend geschenk wenschte aan te bieden, werd hij er opmerkzaam op gemaakt, dat het den H. Vader een groote vreugde zou zijn, als de vens ters der Sixtijnsche kapel door ande re, die beter waren, zouden worden vervangen. De; Prins-regent was aanstonds he md aan dit verlangen van den Paus te gemoet te komen en droeg aan een commissie, uit de beste kunstenaars ter wereld samengesteld, op, de kwettie te onderzoeken. Verschillende proeven worden onder leiding dezer com missie genomen, welke proeven na-tuur lijk geniimen tijd in beslag namen, om dat telkens nieuwe problemen zich voordeden. Men stond voor de vraag, welke de beste vorm zoude zijn van de vensters, hoe de kleur, en in welken stand ze met het oog op de belichting der frescos moes!en geplaatst wordeu. Daarbij kwam nog deze moeilijkheid dat zes der vensters op het noorden de andere zes op het zuiden liggen, en dus ten opzichte van den lichtval in geheel verschillende conditie zijn. Na rijp overleg besloot men de ven sters te ontwerpen in den geest van de geschilderde vensters op den blin den oostelijken muur der kapel, om zoo de eenheid beter te bewaren, en tevens correct denzellden stijl te be houden. Door een verschillenden stand der vensters is het kleureffect aan noord- en zuidzijde gelijk, terwijl alle deelen. der gebrandschilderde ramen in eenzeifden warmen toon zijn gehouden. Het geheel moet een weldadigen in druk maken en den aanblik der pause lijke kapel uit schoonheidsoogpunt zeer verhoogen. Missionaris worden. Een zeer waar woord schrijft Se missie-bisschop Mgr Van Aertselaer in de Annalen van Sparrendaal" In het voorbijgaan zij gezegd dat de jongere Missionarissen veelal zich allerlei .voorspiegelingen van het missieleven .vormen.. Het meeren deel hunner, vooral in Europa ver moed ik, stelt zioh het leven van den Missionaris voor als een leven vol heldendaden en zelfverlooche ning en leven van aanhoudend har den, afmat benden arbeid, doch ver zoet door dé bekeering van tallooze héital rijke christenen welke op staan uit hunne lauwheid. Zij hebben geen ongelijk en toch vergissen zij zich (Want, zonder het zelf te weten, «'tellen zij zich voor, dat hunne handelwijze het kenmerk moet {kagen der zuiverste belang loosheid in het oog der heidenen, der edelste toewijding en zelfopof fering jn dat der christenen Doch de werkelijkheid is ganscli anders: De heidenen allen d i. 899 op de 400, bewonderen hem heele- maal piet, aanzien hem als iemand die in het vaderland geen middelen van bestaan had en in China het noodige levensonderhoud kwam zoe ken Èn de christenen bijna allen schijnen niet te beseffen wa,t het den Missionaris kostte vaarwel te zeggen aan zijne familie, aan zijn vaderland, aan alles wat hem dier baar was, om in den vreemde te werken aan de uitbreiding van Gods Bijk, aan de bevordering hunner geestelijke belangen Zou het hun ooit in de gedachte opkomen, dat do Missionaris zijn offer bracht alleenlijk uit ijver voor den gods dienst? Ik betwijfel 't ten zeerste; ik geloof veeleer, dat zij bij .hem eene .eigenaardige gesteldheid der ziel vermoedeneene zucht naar af wisseling, naar het vreemde De heldendeugd bestaat dus voor den Missionaris in het lijdzaam ver duren van den smaad den spot, fle verachting .zelfs der heidenen; zijne .toewijding jn den moed, waar mede hij zich voortdurend ten dien ste stelt van lieden, welke zijne op offering piet beseffen, en even be zwaarlijk tot het goede te brengen zijn, als de christenen in Europa De menschen zien niets van dat alles; maar de goede God ziet het en heeft het loon ervoor reeds weg gelegd dat echter degene, welke den moed niet wil verliezen, dat- loop niet verwachte hier op aarde; Matigheidsoü ter» in ITed.-Indië. De „Javabode" geeft een uitvoer rig .stuk, dat op verblijdende wijze doet zien hoe men in Indië sterk den weg der matigheid in het ge bruik der alcoholhoudende dranken bewandelt .Vergeleken zijn in dit stuk verschillende invoercijfers var de jaren 1884 en 1908 (Wij zien dan dat in 1884 werden ingevoerd 2 352 822 L jenever, tegen 1531 892 Li in 1908 en dit niettegenstaande de bevolking toegenomen is! Voor Java en Moedoera alleen zijn die cij fers 2 312 662 en 1 251 767, dus bij na een vermindering tot de helft' Na 1884 het zal omstreeks 1889 geweest zijn deed de whisky, haar intrede in Indië; voor dien tijd werd in Indië geen whisky maar cognac (brandy) gedronken Hetgeen aan whisky ingevoerd wordt in 1908 128 204 L voor den gekeelen archipel, 100,320 L voor Java en Madoera weegt in de verste verte niet óp tegen de vermindering van den invoer van jenever (ruim 800 000 L Ook wijn wordt in Indië minder gedronken; jn 1884 werd nog 2 295 658 L wijn ingevoerd, in 1908 slechts 1 568.025 L Voor de buiten bezittingen een natuurlijk gevolg van de vermeerdering der Europee sche bevolking daar in de laatste jaren zijn die cijfers stijgende n 1. 482 356 L in 1884 tegen 644 916 L in 1908 (voor Java en Madoera resp 1 812 332 L tegen 923 189 L 1 Mousse-erende wijnen geven de vol gende cijfers: f106 672 in 1884 te gen f102.571 in 1908. Ook hier ver toonen de cijfers, om de reeds aangegeven redenen, eenigen voor uitgang voor de Buitenbezittingen Aan brandewijn „De Java Bo de" veronderstelt dat hieronder ook valt de cognac (brandy) werd in 1884 ingevoerd 410 003 L. tegen. 396 384 L. in 1908. Het verbruik van bier is toege nomen D» totale invoer voor In dië steeg fn de aangegeven jaren van 1 684.303 L. tot 3 637 75'? L in de Buitenbezittingen steeg de in voer van 624 531 L. tot 1.115 290 L Java gebruikt slechts 700.000 Li meer dan in 1884, Bij deze opgaven mogen de be volkingscijfers niet ontbreken „Da Java Bode" geeft de volgende: In 1885 bedroeg hét aantal Eupopee- sche inwoners in geheel Indië 40 63i, in 1905 (latere opgaven bezitten vrij niet) was dat getal 64 917. Voor de Buitenbezittingen bedragen die cijfers 9800 en 15 993. Houdt men deze vermeerdering in do gedachte, dan springt des te meer in het .oog, in welk een mate hef drinken van alcoholiën in de laatste 25 jaar in Indië is achteruitgegaan.- Een vermindering van 800 00" li ter jenever op een oorspronkelijken totaal-invoer van 2 3 millioen liter, niettegenstaande de bevolking bij na verdubbeld is, wijst op een for midabele nederlaag door den alcohol in pnzen archipel geleden. Uitgesproken. 1 November. H. van der Goof, koopw man en winkelier te Gaastmeer. 3 Nov. R. Eeenstra, koopman. Oudebildtzijl, 2 November. E. Holtkamp, winkelier, te Enschede. 3 November. H. Betten, winkelier te Donkerbroek. 4 November. J.van Lier, bakker, te .Baardwijk. 100) iXLUX* (Terzeifdertijd, dat 'Joris de gelij kenis, waarover wij zooeven sprar ken, opmerkte, herinnerde hij zich. dat OP hef tijdstip van den brand te AÏfortville de doéhter van Je anne was uitbesteed te Joigny; hij Herinnerde zich ook, dat Lucie hare kinderjaren had doorgebracht in het yondelingenhuis Marie had hem dit yroeger gezegd Eene plotselinge gedachte schoot hem te binnen Indien zij hét eens was?, jïei- 2e hij. Lucie, die uitgeput was vaP' ver moeidheid, scheen rondom naar iets te zoeken, om daarop te steunen, Paul Harmant bemerkte de zwak heid van het jonge meisje en bood haar vlug een stoel aan Gij zijt vermoeid, juffrouw, tel de hüj. g& zitten s: Mario was verstoord over die goede daad van haar vader Ik zal mijn costuum niet aalï- Jpaseen, zeide zij op .drogen toon: Juffrouw Lucie kan dus wel weg gaan (Trouwens, zij bedient mij reeds lang genoeg, om mijne kleede ren te kunnen gereed maken, zon der aan te passen -m Ik zal bin nen tien dag-en mijne japonnen bij juffrouw Augustine gaan halen,^ Ik heb volstrekt geen haast^s-A Gp deze wijze drukte zij ten dui delijkste uit, .dat de jonge naaister geen voet meer in het- huis behoefde te zetten; Lücie begreep het, Zij groette, het hart met smaad ver vuld, verliet zij met hare kartonnen doozen de eetzaal en zocht vergeefs er naai', wat zij toch wel had mis daan, dat juffrouw Marie, die eerst zoo zacht en zoo welwillend voor haar was, haar thans op zulk eene harde en .onvriendelijke wijze behan delde,; Zij kwam bij moeder Lison, ülic haar opwachtte terug, en stortte bij deze haar hart uit. Gij moet daarop niet- veel let ten, lieveling, zeide haar do j.toede vrouw, die leed, daar Lucie verdriet had, Juffrouw Harmant is, naar het schijnt, zeer ziek cn die ziekte maakt zelfs .de beste karakters on verdraaglijk. Zij gingen, treurig gestemd, haar de Bourbonkade terug Paul Harmant, die met Marie al leen was gebleven, begon het ge- oprek opnieuw, door te zeggen [Weet gij wel, dat dit jonge meisje waarlijk schoon is; Marie voelde dikke tranen onder hare oogleden opwellen.: Vindt u? mompelde zij' smar telijk. En u begrijpt, nietwaar, fiajfc Lucien haar beminnen kan?. Ik begrijp zeer goed, dat hij een hartstocht voor haar gehad heeft.i Maar ik herhaal het u, die soort van liefde is slechte van har ten duur.. "Eene dergelijke liefde ontvlamt als een stroovuur, verdooft en er .blijft niets overJ£.K. zélfs geen herinnering daaraan,.;.^ Ik lieb we der een brief v;an Lucien gekregen, voegde ide millionair daarbij. Komt hij terug 2 yrocg levendig. Binnen enkele dagen, ja.-. Een zucht ontsnapte aan. hare be nauwde borst-, De millionair; ham een Stoel en vervolgde - Hebt gij mij" laatst niet ver teld, dat die juffrouw Lugie pog vader, no'chi moeder, had .2 1Jat Hoe "wist gij dit"?. „r Ik weet alles door haar zelf Daar ik belaing jn haai' stelde, heb ik naar harp levensgeschiedenis ge vraagd.® -— Zij Is in' het yonflcUngenlniis groot gebrachte ,--A" Ja.-. (Te Parifs - Zeker Zij gpg ingesobrcv|n onder nummer 9.; Heeft zij nooit geweten, dooi* wie zij is Verlaten? Nooit! s—i Zij Jiad daarnaar toch onder zoek kunnen' doen Dit heeft zij gedaan, maar pon der te slagen,; (Waarom, bemoeit gij u. toch met dit allea 2 SQte mij wel te overtuigen, dat Lucien L'ahroue, die tot eene nette familie behoort, niet ernstig een meisje, dat uit hét vjondelingenga- stioht komt en zelfs geen haam draagt, kan liefhebben.; Paul Harmant stond opt (Tot weerziens liefstezeide hij Ik ga; naar de fabriek, waar mijne tegenwoordigheid noodzakelijk is Komt gij hedenmiddag aap tafel? Oh» mits er geen onverwachte verhindering komt; Mocht ik hier niet op het aangegeven uur zijn. dah moet gij mij niet .wachten Hij omhelsde Marie feeder feu Sfeï- liet het huis r Paul Harmant had fcïjne dochter ondervraagd omtrent de eerste le vensjaren van Lucie, wegens de ge lijkenis, die hij tusséHen de naaister en Jeanne Portier had opgemerkt,. (Phane bezet hij' .zekere inlichtin gen Hij moést onverwijld iGvidé Soli- vean gaan spreken, Om dezen tie, ver wittigen, dat Zijn slachtoffer, het- VFjelk pij dood. Jtyaahde» iS. levea' jgr«& In een huurrijtuig liet liij zich naar de Clichjdaan voeren Tevergeefs schelde hij aan pet ha kende tuindeurtje. Niemand verscheen'; Soliveau was afwezig; [Van woede stampte Paul Harmant Op den grond. Toen die eerste uiting van ©en slecht humeur voorbij was, schreef hij de volgende regels: „Indien gij hedenavond voor vijf u,ur thuis komt, ga dan dadelijk na,ar Oourbevoie; Komt gij na zes uur thuis, dan verwacht ik u heden avond te tien uur in het „Café de la Paix" op de .Operaplaats, spoed." IHj etek liét blaadje in de brie venbus yah Qvidc; Daarop liet hij zicli regelrecht naar fis fabriek yoerenj fXIIVi - J Divide was dezen 'dag .ha zijn" öub- bijt ©en partijtje gaan kaarten Die inzetten waren zeer klein, maar dit verhinderde toch niet» dat hij', dank zij een voortdurend onge luk, spoedig honderd frank verloor Hij had geen geld meer op. zak en keerde huiswaarts. [Volgens {^bwoontc keek hij in de brievenbus,; Hij yond daarin het briefje,. Dit deed hém verstomd staan,-. 'Nieuwsgierig „en ongerust vttldü Evide zijP!: ledige geldbeurs gjf ligt ziedt naar de fabriek te Courbevoie. rijden, De noodige bevelen waren gege ven; hij werd oogenblikkelijk in de kamer van den ingenieur gebracht Paul Harmant had een weinig goeds voorspellend gelaat (Welk een onheilspellend ge zicht! zeide Soliveau tot hem Ga-at #ij mij wellicht den dood van besten vriend aankondigen Er is geen sprake van dooden' antwoordde, de millionair op sombe ren toon. (Waarvan dan iLucie leeft. Lucie leeft!..herhaalde Dyf de, bleek wordende,. i~-- J a s 4— OnmogelijkIk heb eene vas te hand en mijn mes is tot in het hart doorgedrongen..., Men heeft u bedrogen Ik heb haar gezien Ik heb haar niet alleen gezien', maar ook gesproken,^ {Waar? i— Bij mij aan huis, Muriïlöstraat; Uw mes is afgegleden op de baleinen van het oorset en heeft niets dan; gene kleine wond© veroorzaakt-, die binnen enkele dagen genezen was. Zoodra Imcie hersteld was, heeft zij haar werk hervat. Zij staat meer, daa goit jnjjua plannen in den weg, (Wordi vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1910 | | pagina 5