TWEEDE BLAD.
Na misdaad, vergelding.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Duitschland vóór en
enüer bescherming.
Kerknieuws.
Uit onze Oost.
VAN ELDERS.
OE&SDAG 8 NOU, 1910,
Rechtszaken.
FEUILLETON.
NIEUWE
COURANT
Weinig meer dan 30 jaar geleden,
Wider een laag tarief van invoerrechten,
dat feiteiijk een vrijhandelsland was,
bloedde Dyitsehland, om een van Bis
marck's kernachtige uitdrukkingen te
gebruiken, langzamerhand dood. Den
20sten Mei 1879, toen hij zijn nieuwe
handelspolitiek invoerde, ze smarek:
Wij hebben de grenzen «rap ons rijk
voor de invoeren der vreemde natiën
wijd open gesteld en wij zijn het afzet
gebied geworden van de overproduc
tie van al deze landen; Duitschland is
door de overproductie dier vreemde na
tiën in moeilijkheden gebracht, de prij
ken zijn gedrukt en de ontwikkeling van
al onze industrieën en onze geheele
.economische positie hebben tengevolge
daarvan geleden." Deze woorden kun
nen met evenveel waarheid op Enge
land in deze dagen worden toegepast.
Duitschland's fiscale hervorming was
gebaseerd op dezelfde beginselen, als
die, door Mr. Balfour met betrekking
tot tarief-hervorming in Engeland ver
kondigd. De voorstellen, in 1879 ge
daan, werden in de Duitsehe troonrede
verklaard „bestemd te zijn onze hulp
bronnen te vermeerderen, door den
grondslag der belastingen te verbreeden
en door die belastingen af te schaffen,
welke het meest drukkenIk geloof,
dat het mijn plicht is, tenminste de
Duitsehe markt aan de nationale pro
ductie te verzekeren, voor zoover die
politiek met onze andere belangen niet
in strijd is.'8
De tariefhervorming werd in Duilsch
ta-ivt ingevoerd en elkeen kan zich van
de resultaten overtuigen. Van één van de
armste Europeesche landen is het één
der rijkste geworden. De uitvoer van
industrie-producten is in 10 jaar ver
dubbeld; de loonen d'er werklieden zijn
met 40 pCt. vooruitgegaan; de pro
ductie van ruw-ijzer is van gemiddeld
2.100.000 ton per jaar in 1876—80 ge
rezen tot 12.713.000 ton in 1909, de ton-
nenmnnt dei' handelsvloot is vermeer
derd van 5Va millioen in 1880 tot 24
milljoen in 1908 en er is een machtige
vloot in 't leven geroepen, welke de
Duitsehe belangen beschermt en ont
•wikkelt.
Dezeontwikkeling begon in hetjaar
loen Duitschland zijn handelspolitiek
wijzigde cm niettegenstaande dit alles
wil Mi'. Maodonald ons doen gelooven,
Dat Duitschland's vooruitgang is be
lemmerd in plaats van geholpen door
Jariefhervorming!
De minste kennis van de economi
sche toestanden in Duitschland vóór en
na 1879 i s voldoende, om de ongerijmd
heid van deze bewering aan te toonen.
Een prijsvraag. De stad Antwer
pen heeft indertijd een prijsvraag uit
geschreven voor bebouwingsplannen
van de gronden die door de slechting
der vestingwerken vrij komen. Thans
heeft een internationale jury den prijs
.van 25.000 francs toegekend aan het
project van den Parijschen architect
Henri Prost; de tweede prijs, 10.000
francs, ging eveneens naar Parijs.
De gemeente heeft zich niet verplicht
lol het uitvoeren van een der bekroonde
«ontwerpen.
Generaal Gosó Valladarcs. Wie
is in Honduras geen generaal? v oert
bet bevel over Amapala, een eiland, dat
op eenigen afstand van de kust is gele
gen.
Deze generaal voelt zich' volkomen
onafhankelijk van elke regeering, zijn
eigen inbegrepen, die hem dan ook nog
niet van zijn eiland heeft kunnen af
krijgen. Verder ligt hij overhoop mei
alle mogendheden en heeft een hond,
küe naar den naam Taft luistert. De
eigenaar van den viervoetigen Taft had
den Engelsclien consul aangeboden hem
'de ooren van liet hoofd le bijten. Ver
moedelijk om aan een dergelijk voor
nemen gevolg te geven ging hij met
Talt en een detachement soldaten naar
de woning van den Amerikaansehen
consul, die eenige uren geleden zijn on
genoegen over een beleedagende uitla
ting van den generaal had te kennen ge
geven. De soldaten dreigden het huis
te beschieten, de generaal dreigde ooren
af te bijten, maar de consul, die slim
mer was dan de generaal, Taft en zijn
troepen samen, liet den commandant
van een Amerikaansche kanonneerboot,
die op de reed© lag, weten, aan welk
gevaar zijn ooren bloot stonden, en deze
vond hierin aanleiding om dm anthro-
phagen generaal zeer beslist mede te
deelcn, dat, wanneer één haar van één
enkelen vreemdeling gekrenkt mocht
wórden, de stad onmiddellijk platge
schoten, zou worden. Dit argument bleek
afdoende. Intusschen weigeren Ameri
kaansche bankiers stellig met de Hon-
dureesche regeering verder te onder
handelen over een leening, zoolang de
oorenverslindende generaal op Amapala
de baas is. Hij kan daar n.l. met de in
voerrechten doen wat hij wil, en de
bankiers eischen deze als waarborg ge
steld te zien.
Modern. Op het Carlton-Holel te
Biarritz leest men. de volgende aankon
diging „Voor tochtjes per aëroplaan
wendt u tot den concierge". Maurice
Tabatteau, een bekend luchtreiziger, is
de persoon die de tochtjes leidt. Dat is
waarschijnlijk het eerste hotel dat zulk
een soort van attractie bezit.
Een martelaar. De bekende Poar-
tugeesche Pater Jezuïet Mach a do, een
70-jarige grijsaard, door geheel Portu
gal bekend als „De Apostel" is te Gi
braltar overleden, tengevolge van de
behandeling van het revolutionair ge
peupel in Portugal ondervonden en de
ontberingen die hij als gevangene in de
artillerie-kazernes heeft geleden.
Een nieuw geschut voor luchtsehe
pen. Op het schietterrein in de nabij
heid van Stockholm, hadden dezer da
gen schietoefeningen plaats met een pas
uitgevonden geschut voor luchttorpe-
do's dat tengevolge van zijn gering ge
wicht ook als draagbare artillerie kan
dienen. De grootste draagwijdte van
deze luchttorpedo bedraagt 4500 M. Hel
geschut lag bij het uitstooten van den
torpedo geheel stil, zoodat het voor
het doel uitmuntend geschikt is.
Het wordt met twee touwen onder
aan de gondel, van 5 tot 10 meter
daarvan verwijderd opgehangen. Langs
het achterste touw gaat een eleclrische
geleiding voor het afvuren van den tor
pedo. Door het voorste touw langer of
korter' té maken kan aau het kanon
de gewenschte stand worden gegeven.
De rat. De volgende „ware ge
schiedenis" is in het jaar 1910 in een
vrije rijksstad van Duitschland voorge
vallen. Daar vertoonde zich in een
steenkolenkelder van een hoogere meis
jesschool een rat. Daar zich in deze
stad zonder medeweten der politie,
geen rat mag laten zien gaat de di
rectrice den volgenden dag direct naar
het politiebureau, deelt het bestaan van
de rat mee en vraagt om vernietiging
van het beestje.
Het geval wordt opgeteekeud en aau
de dame beloofd, dat binnen enkele
dagen een man zal komen om de rat
uit de wereld te helpen. Opdat men
echter absoluut zeker zou zijn dat de
rat zich nog werkelijk in den kelder
bevond, moest haar dagelijks te eten
gegcen worden. Goed, de rat krijgt ei
ken drag een stuk brood en een paar
botjes en verheugt zich in haar bestaan.
Als er' na drie weken nog niemand ver
schenen is om de rat te dooden, gaat
de dame opnieuw naar de politie om
te vernemen, of zij „de rat nog langer
voeren moet". Daarop groote ontstel
tenis; van het geheele geval is niets he
kend. Ja toch, men vindt het protocol,
waarop het geval is aangeteekend men
vraagt de dame excuus, zegt haar met
de voedering voort te gaan en belooft
haar, dat er. nu werkelijk een zal ko
men.
Weer gaan er weken voorbij. De
groote vacantie nadert en de rat
heeft zeker geen voldoende verpleging
gehad op een morgen ligt zij dood
in den kelder en wordt in hel hijzijn
van dé directrice .in den tuin begra
ven.
Na eenigen tijd verscheen eindelijk
de lang verwachte politieman met een
schrijven, waarin de dame verzocht
wordt, op eigen kosten de rat te la
ten verdelgen, daar zij anders eerst in
October aan de beurt zou komen. Den
man wordt duidelijk gemaakt, dat het
niet meer noodig is, daar dekrat intus
schen gestorven is. Hij gaat weg, doch
komt reeds den volgenden dag terug en
verlangt de directrice te spreken. „Of
zij schriftelijk bevestigen kan, dat de
rat werkelijk dood was?"
Ja, zij kan het, want zij is hij de
begrafenis tegenwoordig geweest, Vol
daan trok' de bewaarder der orde af,
t moeilijke geval was de wereld uit.
Een treurig bericht. In een verga
dering van N. O. G.-mannen. kring
Tilburg, Oosterhout, Waalwijk en Box
tel deelde de heer v. dl Horst, hoofd
bestuurslid^ het volgende mede: „dat
het N. O. G. in het Zuiden steeds voor-
vooruitgaat; dat liet aantal afdeeHngs-
leden hier is geklommen van 195 op
300, een getal, dat wij niet te boven
zijn geweest in de meest gunstige om
standigheden. Op 't oogenblik is het le
dental in Brabant en Limburg grooter
dan vóór dé oprichting der R'. K. O.
Bonden.'1
Een droevig bericht: dOo mannen
wellicht flinke lui, die zoo ontzettend
veel goed konden doen voor de Room-
sche zaak gaan zich vereenigen in
een bond, die de katholieke schoolbegin-
selen tegenwerkt; geven hun kracht
wellicht uitstekende voor de Roomsche
zaak aan de vijanden der katholieke
schoolopvoeding300 mannen mo
gelijk zelf katholiek opgevoed gaan
in tegen den herhaalden, uitdrukKelij-
ken wensch hunner hoogste kerkelij
ke overlieden; 300 mannen wellicht
scherpe vernuften geven bewijs van
onnadenkendheid, 'in werklieden niet
verschoonbaar300 onderwijzers
voor 't meerendeel zeker katholiek, die
katholiek moesten voelen meer dan an
deren; katholiek moesten zijn in merg
en been, in woord en daad, in privaat
en publiek leven meer dan anderen
toonen oppervlakkige katholieken te
zijn, niet doorzield van wat godsdien
stige plicht is, vooral in dezen tijd!
.Werkelijk, een droevig bericht!
1Limburgsche vcrkiczingsBcène.
Wat 'n herrie het in Meerssen was den
avond der herstemming en welke scène
hier werd afgespeeld is waarlijk pen
unicum en dient aan de vergetelheid
te worden ontrukt, zegt de L. K'. In
deni beginne was 't dat de lieer Timmer
mans gekozen was.... later zou de heer
Frijns de uitverkoreaie zijn om aan dè
groene tafel le mogen zetelen, want
zoo zeide de heer L'. v. A., lid van
het stembureau, men had zicli vergist,
niet de heer Timmermans maar hun
candidaat, de heer Frijns was geko
zen met twee stemmen meerderheid:
de uitslag was niet goed afgelezen, de
ongeldige waren goed!
Verslagenheid van de zijde der can-
didatuur Timmermans. Gejubel bij de
partij Frijns, welk gejubel en gejuich
nog toenam, loen de kanonschoten be
gonnen te bulderen ter ecre van den heer
Frijns. Ginds komen de rijtuigen uil
Meerssen aanrollen, en andermaal ver
zekerde de heer L. v. A. plus de overige
heeren raadsleden der partij Fr. cn
kiesagenlen, dat hun candidaat geze
gevierd had. Gul was 't onthaal hij den
lieer Frijns en bij den heer v. A. al
hier. Bouquetten werden aangeboden,
speechen gehouden, misschien al plan
nen beraamd, politiek en zelfs hooger
politiek besproken, wijntjes en bier
tjes plus broodjes met ham cn kaas
verschalkt cn verorberd, en het leve
Frijns klinkt ons nu tuofcj in 't oor.
Tot laat in den avond duurde de
feestvreugde bij de partij Frijius. Aan
de andere zijde twijfelde men nog steeds
zou de Burgemeester zoo dan de zaak
verkeken hebben? Er waren toch pok
ongeldig© stemmen voor den heer Frijns
Naar Meerssen geïnformeerd Ver
zekering luidt: Timmermans is en blijft
gejubel aan gene zijde.... doch de partij
Frijns houd vol: .geen kwestie van...
wij hebben gewonnen, de Burgemeester
cn zijn aanhang verloren, de K. K'.
gekozen... Naar Limmel. Gejuich en
van Meerssen ,Jn de gut" hip, hip,
hoera!!!!" De stemopnemer wist 't
goed, zéér goed, zóó goed zelfs dat hij
later heelt moeten toegeven dat „cr
zich verdoold had." Tableau I
Ende het gefleurde in den jare 1910
ten raadhuize te Meerssen.
Een spoedbestelling 11 Ik haastte
mijzoo luidt de aanvang van een
schrijven d.d. 12 Februari 1811 door
graaf die Celles verzonden aan den pre
sident van het gemeentebestuur, provio-
neel waarnemende de functiën van Mai-
re (gelijk d© brief luidt) in de gemeente
Anke veen (Gooiland), waarin hij bericht
dat hij den Hen dier maand heeft
aanvaard het ambt van prefect van de
Zuidierzee, waartoe hij door den Keizer
der Franschen benoemd is. Verder kwa
men er in voor eenige voorschriften
omtrent het voeren van ambtelijke brief
wisseling.
De post bezorgde den brief evenwel
op het Rechthuis te Amstelveen, het
hoofddorp der tegenwoordige gemeen
te Nieuwer Amstel. Daar schijnt men
de vergissing niet bemerkt te hebben.
Ten minste, het stuk weid daar voor
enkele dagen gevonden en doorge
zonden den 5 crt., aan den burgemees
ter van Ankeveen. Ongetwijfeld zal deze
vreemd opkijken, dat hem na meer
dan 99 jaar nog orders geworden van
een prefekt des Franselien Keizers.
Woestelingen. Donderdag is op de
rivierstoomboot „Karl Schrocrs XVII
een afgrijselijk tooneel afgespeeld. De
stoomboot zou 's morgens van Rotter
dam varen. Kapitein was Herman Lang
wonende te Kostheim, in Duitschland,
stuurman Max Reinders, wonende te
Duisburg, machinist Cornelis Klap, 32
jaar oud, wonende te Nieuw- en Sint
Joostland. Er waren twee stokers aan
boord Willem Reeuwijk, wonende te
Nijmegen, en Willem Minno de Zeeuw,
zonder bekende woonplaats. De ma
chinist had 's morgens vóór het weg
varen de stokers gewaarschuwd, doch
zij hadden zich toch even aan den wal
naiar jeem hérberg begeven. De boot voer
weg zonder de stokers, die, toen zij
dit bemerkten, poogden de boot terug
te roepen. Toen dit niet gelukte, na
men zij te Rotterdam de „Fop Smit" en
wisten de „Karl Schroers vóór te ko
men, zoodat zij zich onder Hardiuxveld
aan boord konden laten roeien.
Zij moeten gezegd hebben, dat zij
hun betrekking wenschlen op te zeggen,
hun goed mede wilden nemen en loon
wilden vorderen.
De machinist ComeJis Klap heelt ver
der de gevolgen ondervonden. Hij deel
de mede, dat, nauwelijks waren de bei
de stokers aan boord, of zij stormden
de machinekamer in cn begonnen hem,
den machinist, als razenden te slaan.
Zij sloegen hem met alles wat onder
hun bereik kwam, machinesleutels,
roosterijzers en bijl, trachtten hein in
de machine te dringen en in, de; vuren
te Wierpen.
1— Een jubilé-gesclienk van den Paus.
In dé Sixtijnsche kapel van het Vati-
eaan zijn dezer dagen nieuwe vensters
aangebracht, een jubilé-geschenk van
den Prins regent van Beieren aan Z. H.
Pius X.
Dit geschenk verdient niet enkel üe
aandacht om do personen, lusschen
welke het gewisseld werd, maar zeer
zeker ook op zich. Want ongetwijfeld
zijn de nieuwe vensters voor de kapel
een groote aanwinst te noemen, welke
allen ten goede komen zal, die in de
toekomst komen genieten .van Michel
Angelo's (reuzenarbeid.
Toen omstreeks liet jaar; 1900 de nu
gestorven Ludwag Seitz in opdracht van
Z. II. Paus Leo XIII de frescos der
SixlijinscliQ kapel ging mlaureeren,
drong zich bij hem en zijn medewer
kers de gedachte op, dat dé glas vulling
dei' venstens op hel oogenblik verre van
gunstig was voor de muur-schilderin
gen en volstrekt ook niet in stijl.
Seitz zag in dat het noodig was, do
malle glasramen, idie wel in een mo
dern ziekenhuis of kantoor op hun
plaats waren, door andere te vervan
gen, die beter met het interieur der ka
pel harmonieerden.
Toen nu het 50-jarig priester-jubi-
lé van Z. H. Pius X naderde, en de
Prins-regent van Beieren bij dit feestij
een passend geschenk wenschte aan te
bieden, werd hij er opmerkzaam op
gemaakt, dat het den H. Vader een
groote vreugde zou zijn, als de vens
ters der Sixtijnsche kapel door ande
re, die beter waren, zouden worden
vervangen.
De; Prins-regent was aanstonds he
md aan dit verlangen van den Paus
te gemoet te komen en droeg aan een
commissie, uit de beste kunstenaars
ter wereld samengesteld, op, de kwettie
te onderzoeken. Verschillende proeven
worden onder leiding dezer com
missie genomen, welke proeven na-tuur
lijk geniimen tijd in beslag namen, om
dat telkens nieuwe problemen zich
voordeden. Men stond voor de vraag,
welke de beste vorm zoude zijn van de
vensters, hoe de kleur, en in welken
stand ze met het oog op de belichting
der frescos moes!en geplaatst wordeu.
Daarbij kwam nog deze moeilijkheid
dat zes der vensters op het noorden
de andere zes op het zuiden liggen, en
dus ten opzichte van den lichtval in
geheel verschillende conditie zijn.
Na rijp overleg besloot men de ven
sters te ontwerpen in den geest van
de geschilderde vensters op den blin
den oostelijken muur der kapel, om
zoo de eenheid beter te bewaren, en
tevens correct denzellden stijl te be
houden. Door een verschillenden stand
der vensters is het kleureffect aan
noord- en zuidzijde gelijk, terwijl alle
deelen. der gebrandschilderde ramen in
eenzeifden warmen toon zijn gehouden.
Het geheel moet een weldadigen in
druk maken en den aanblik der pause
lijke kapel uit schoonheidsoogpunt zeer
verhoogen.
Missionaris worden.
Een zeer waar woord schrijft Se
missie-bisschop Mgr Van Aertselaer
in de Annalen van Sparrendaal"
In het voorbijgaan zij gezegd dat
de jongere Missionarissen veelal zich
allerlei .voorspiegelingen van het
missieleven .vormen.. Het meeren
deel hunner, vooral in Europa ver
moed ik, stelt zioh het leven van
den Missionaris voor als een leven
vol heldendaden en zelfverlooche
ning en leven van aanhoudend har
den, afmat benden arbeid, doch ver
zoet door dé bekeering van tallooze
héital rijke christenen welke op
staan uit hunne lauwheid.
Zij hebben geen ongelijk en toch
vergissen zij zich (Want, zonder het
zelf te weten, «'tellen zij zich voor,
dat hunne handelwijze het kenmerk
moet {kagen der zuiverste belang
loosheid in het oog der heidenen,
der edelste toewijding en zelfopof
fering jn dat der christenen
Doch de werkelijkheid is ganscli
anders: De heidenen allen d i. 899
op de 400, bewonderen hem heele-
maal piet, aanzien hem als iemand
die in het vaderland geen middelen
van bestaan had en in China het
noodige levensonderhoud kwam zoe
ken Èn de christenen bijna allen
schijnen niet te beseffen wa,t het
den Missionaris kostte vaarwel te
zeggen aan zijne familie, aan zijn
vaderland, aan alles wat hem dier
baar was, om in den vreemde te
werken aan de uitbreiding van Gods
Bijk, aan de bevordering hunner
geestelijke belangen Zou het hun
ooit in de gedachte opkomen, dat
do Missionaris zijn offer bracht
alleenlijk uit ijver voor den gods
dienst? Ik betwijfel 't ten zeerste;
ik geloof veeleer, dat zij bij .hem
eene .eigenaardige gesteldheid der
ziel vermoedeneene zucht naar af
wisseling, naar het vreemde
De heldendeugd bestaat dus voor
den Missionaris in het lijdzaam ver
duren van den smaad den spot, fle
verachting .zelfs der heidenen;
zijne .toewijding jn den moed, waar
mede hij zich voortdurend ten dien
ste stelt van lieden, welke zijne op
offering piet beseffen, en even be
zwaarlijk tot het goede te brengen
zijn, als de christenen in Europa
De menschen zien niets van dat
alles; maar de goede God ziet het
en heeft het loon ervoor reeds weg
gelegd dat echter degene, welke
den moed niet wil verliezen, dat- loop
niet verwachte hier op aarde;
Matigheidsoü ter» in ITed.-Indië.
De „Javabode" geeft een uitvoer
rig .stuk, dat op verblijdende wijze
doet zien hoe men in Indië sterk
den weg der matigheid in het ge
bruik der alcoholhoudende dranken
bewandelt .Vergeleken zijn in dit
stuk verschillende invoercijfers var
de jaren 1884 en 1908 (Wij zien
dan dat in 1884 werden ingevoerd
2 352 822 L jenever, tegen 1531 892
Li in 1908 en dit niettegenstaande
de bevolking toegenomen is! Voor
Java en Moedoera alleen zijn die cij
fers 2 312 662 en 1 251 767, dus bij
na een vermindering tot de helft'
Na 1884 het zal omstreeks
1889 geweest zijn deed de whisky,
haar intrede in Indië; voor dien
tijd werd in Indië geen whisky maar
cognac (brandy) gedronken Hetgeen
aan whisky ingevoerd wordt in
1908 128 204 L voor den gekeelen
archipel, 100,320 L voor Java en
Madoera weegt in de verste verte
niet óp tegen de vermindering van
den invoer van jenever (ruim
800 000 L
Ook wijn wordt in Indië minder
gedronken; jn 1884 werd nog
2 295 658 L wijn ingevoerd, in 1908
slechts 1 568.025 L Voor de buiten
bezittingen een natuurlijk gevolg
van de vermeerdering der Europee
sche bevolking daar in de laatste
jaren zijn die cijfers stijgende
n 1. 482 356 L in 1884 tegen 644 916
L in 1908 (voor Java en Madoera
resp 1 812 332 L tegen 923 189 L 1
Mousse-erende wijnen geven de vol
gende cijfers: f106 672 in 1884 te
gen f102.571 in 1908. Ook hier
ver toonen de cijfers, om de reeds
aangegeven redenen, eenigen voor
uitgang voor de Buitenbezittingen
Aan brandewijn „De Java Bo
de" veronderstelt dat hieronder ook
valt de cognac (brandy) werd in
1884 ingevoerd 410 003 L. tegen.
396 384 L. in 1908.
Het verbruik van bier is toege
nomen D» totale invoer voor In
dië steeg fn de aangegeven jaren
van 1 684.303 L. tot 3 637 75'? L
in de Buitenbezittingen steeg de in
voer van 624 531 L. tot 1.115 290
L Java gebruikt slechts 700.000
Li meer dan in 1884,
Bij deze opgaven mogen de be
volkingscijfers niet ontbreken „Da
Java Bode" geeft de volgende: In
1885 bedroeg hét aantal Eupopee-
sche inwoners in geheel Indië 40 63i,
in 1905 (latere opgaven bezitten vrij
niet) was dat getal 64 917. Voor
de Buitenbezittingen bedragen die
cijfers 9800 en 15 993.
Houdt men deze vermeerdering in
do gedachte, dan springt des te meer
in het .oog, in welk een mate hef
drinken van alcoholiën in de laatste
25 jaar in Indië is achteruitgegaan.-
Een vermindering van 800 00" li
ter jenever op een oorspronkelijken
totaal-invoer van 2 3 millioen liter,
niettegenstaande de bevolking bij
na verdubbeld is, wijst op een for
midabele nederlaag door den alcohol
in pnzen archipel geleden.
Uitgesproken.
1 November. H. van der Goof, koopw
man en winkelier te Gaastmeer.
3 Nov. R. Eeenstra, koopman.
Oudebildtzijl,
2 November. E. Holtkamp, winkelier,
te Enschede.
3 November. H. Betten, winkelier te
Donkerbroek.
4 November. J.van Lier, bakker,
te .Baardwijk.
100)
iXLUX*
(Terzeifdertijd, dat 'Joris de gelij
kenis, waarover wij zooeven sprar
ken, opmerkte, herinnerde hij zich.
dat OP hef tijdstip van den brand
te AÏfortville de doéhter van Je
anne was uitbesteed te Joigny; hij
Herinnerde zich ook, dat Lucie hare
kinderjaren had doorgebracht in het
yondelingenhuis Marie had hem dit
yroeger gezegd
Eene plotselinge gedachte schoot
hem te binnen
Indien zij hét eens was?, jïei-
2e hij.
Lucie, die uitgeput was vaP' ver
moeidheid, scheen rondom naar iets
te zoeken, om daarop te steunen,
Paul Harmant bemerkte de zwak
heid van het jonge meisje en bood
haar vlug een stoel aan
Gij zijt vermoeid, juffrouw, tel
de hüj. g& zitten s:
Mario was verstoord over die
goede daad van haar vader
Ik zal mijn costuum niet aalï-
Jpaseen, zeide zij op .drogen toon:
Juffrouw Lucie kan dus wel weg
gaan (Trouwens, zij bedient mij
reeds lang genoeg, om mijne kleede
ren te kunnen gereed maken, zon
der aan te passen -m Ik zal bin
nen tien dag-en mijne japonnen bij
juffrouw Augustine gaan halen,^
Ik heb volstrekt geen haast^s-A
Gp deze wijze drukte zij ten dui
delijkste uit, .dat de jonge naaister
geen voet meer in het- huis behoefde
te zetten;
Lücie begreep het,
Zij groette, het hart met smaad ver
vuld, verliet zij met hare kartonnen
doozen de eetzaal en zocht vergeefs
er naai', wat zij toch wel had mis
daan, dat juffrouw Marie, die eerst
zoo zacht en zoo welwillend voor
haar was, haar thans op zulk eene
harde en .onvriendelijke wijze behan
delde,;
Zij kwam bij moeder Lison, ülic
haar opwachtte terug, en stortte bij
deze haar hart uit.
Gij moet daarop niet- veel let
ten, lieveling, zeide haar do j.toede
vrouw, die leed, daar Lucie verdriet
had, Juffrouw Harmant is, naar
het schijnt, zeer ziek cn die ziekte
maakt zelfs .de beste karakters on
verdraaglijk.
Zij gingen, treurig gestemd, haar
de Bourbonkade terug
Paul Harmant, die met Marie al
leen was gebleven, begon het ge-
oprek opnieuw, door te zeggen
[Weet gij wel, dat dit jonge
meisje waarlijk schoon is;
Marie voelde dikke tranen onder
hare oogleden opwellen.:
Vindt u? mompelde zij' smar
telijk. En u begrijpt, nietwaar, fiajfc
Lucien haar beminnen kan?.
Ik begrijp zeer goed, dat hij
een hartstocht voor haar gehad
heeft.i Maar ik herhaal het u, die
soort van liefde is slechte van har
ten duur.. "Eene dergelijke liefde
ontvlamt als een stroovuur, verdooft
en er .blijft niets overJ£.K. zélfs geen
herinnering daaraan,.;.^ Ik lieb we
der een brief v;an Lucien gekregen,
voegde ide millionair daarbij.
Komt hij terug 2 yrocg
levendig.
Binnen enkele dagen, ja.-.
Een zucht ontsnapte aan. hare be
nauwde borst-,
De millionair; ham een Stoel
en vervolgde
- Hebt gij mij" laatst niet ver
teld, dat die juffrouw Lugie pog
vader, no'chi moeder, had .2
1Jat
Hoe "wist gij dit"?. „r
Ik weet alles door haar zelf
Daar ik belaing jn haai' stelde, heb
ik naar harp levensgeschiedenis ge
vraagd.®
-— Zij Is in' het yonflcUngenlniis
groot gebrachte ,--A"
Ja.-.
(Te Parifs
- Zeker Zij gpg ingesobrcv|n
onder nummer 9.;
Heeft zij nooit geweten, dooi*
wie zij is Verlaten?
Nooit!
s—i Zij Jiad daarnaar toch onder
zoek kunnen' doen
Dit heeft zij gedaan, maar pon
der te slagen,; (Waarom, bemoeit gij u.
toch met dit allea 2
SQte mij wel te overtuigen, dat
Lucien L'ahroue, die tot eene nette
familie behoort, niet ernstig een
meisje, dat uit hét vjondelingenga-
stioht komt en zelfs geen haam
draagt, kan liefhebben.;
Paul Harmant stond opt
(Tot weerziens liefstezeide hij
Ik ga; naar de fabriek, waar mijne
tegenwoordigheid noodzakelijk is
Komt gij hedenmiddag aap
tafel?
Oh» mits er geen onverwachte
verhindering komt; Mocht ik hier
niet op het aangegeven uur zijn. dah
moet gij mij niet .wachten
Hij omhelsde Marie feeder feu Sfeï-
liet het huis r
Paul Harmant had fcïjne dochter
ondervraagd omtrent de eerste le
vensjaren van Lucie, wegens de ge
lijkenis, die hij tusséHen de naaister
en Jeanne Portier had opgemerkt,.
(Phane bezet hij' .zekere inlichtin
gen
Hij moést onverwijld iGvidé Soli-
vean gaan spreken, Om dezen tie, ver
wittigen, dat Zijn slachtoffer, het-
VFjelk pij dood. Jtyaahde» iS. levea' jgr«&
In een huurrijtuig liet liij zich
naar de Clichjdaan voeren
Tevergeefs schelde hij aan pet ha
kende tuindeurtje.
Niemand verscheen';
Soliveau was afwezig;
[Van woede stampte Paul Harmant
Op den grond.
Toen die eerste uiting van ©en
slecht humeur voorbij was, schreef
hij de volgende regels:
„Indien gij hedenavond voor vijf
u,ur thuis komt, ga dan dadelijk
na,ar Oourbevoie; Komt gij na zes
uur thuis, dan verwacht ik u heden
avond te tien uur in het „Café de
la Paix" op de .Operaplaats, spoed."
IHj etek liét blaadje in de brie
venbus yah Qvidc;
Daarop liet hij zicli regelrecht
naar fis fabriek yoerenj
fXIIVi - J
Divide was dezen 'dag .ha zijn" öub-
bijt ©en partijtje gaan kaarten
Die inzetten waren zeer klein,
maar dit verhinderde toch niet» dat
hij', dank zij een voortdurend onge
luk, spoedig honderd frank verloor
Hij had geen geld meer op. zak
en keerde huiswaarts.
[Volgens {^bwoontc keek hij in de
brievenbus,;
Hij yond daarin het briefje,. Dit
deed hém verstomd staan,-.
'Nieuwsgierig „en ongerust vttldü
Evide zijP!: ledige geldbeurs gjf ligt
ziedt naar de fabriek te Courbevoie.
rijden,
De noodige bevelen waren gege
ven; hij werd oogenblikkelijk in de
kamer van den ingenieur gebracht
Paul Harmant had een weinig
goeds voorspellend gelaat
(Welk een onheilspellend ge
zicht! zeide Soliveau tot hem Ga-at
#ij mij wellicht den dood van
besten vriend aankondigen
Er is geen sprake van dooden'
antwoordde, de millionair op sombe
ren toon.
(Waarvan dan
iLucie leeft.
Lucie leeft!..herhaalde Dyf
de, bleek wordende,.
i~-- J a s
4— OnmogelijkIk heb eene vas
te hand en mijn mes is tot in het
hart doorgedrongen..., Men heeft u
bedrogen
Ik heb haar gezien
Ik heb haar niet alleen gezien',
maar ook gesproken,^
{Waar?
i— Bij mij aan huis, Muriïlöstraat;
Uw mes is afgegleden op de baleinen
van het oorset en heeft niets dan;
gene kleine wond© veroorzaakt-, die
binnen enkele dagen genezen was.
Zoodra Imcie hersteld was, heeft
zij haar werk hervat. Zij staat meer,
daa goit jnjjua plannen in den weg,
(Wordi vervolgd)