De Koning der Andes. B U I T E N L A ND Noordwijksche Brieven. De arbeiders en het N.-M. IV. Toen de berichtgever van de „N. H. Ct." in 1910 een artikeltje schreef omtrent eene Raadsvergadering, waarin voor het eerst een aanvrage tot vermindering van pachtsom »oor gehuurd strand, ingezonden door de Maatschappij „Huis ter Duin", zou worden behandeld, veroorzaakte hij daardoor nog at *»»nig misnoegen. Ik kan mij ook niet ontveinzen dat hij ln het stellen van dit artikeltje wel wat onge lukkig is geweest. Hij had kunnen volstaan met het uiten van hoop en verwachtingen, en had zich moeten onthouden van het geven van raadgevingen aan onze vroede vaderen! Een tweede zaak is echter: had hij 't m i s! en deze vraag mogen wij met eon „neen" be antwoorden. We hebben van den beginne tot nu toe de loop van zaken teu opzichte der ernstige kwestie telken dage gadegeslagen, en telkens zijn wij tot de overtuiging gekomen dat het artikeltje op eene gezonde grondslag was ge baseerd. Trouwens de houding van den ge meenteraad zelf heeft zulks duidelijk ge noeg bewezen. In meer dan eene Raadsverga dering zijn besprekingen en redevoeringen (zij het dan korte) gehouden, welke volko men overeenstemmen met den inhoud van dat artikeltje, en waarin meermalen uitkwam dat de Raad bereid is eene minnelijke schikking te helpen bevorderen. Het is te betreuren, dat eene dergelijke minnelijke schikking nog niet is kunnen ge troffen worden. De ulgeheele toestand lijdt er onder en hoe langer deze wanverhouding blijft voortduren, des te moeilijker zal het zijn de kwestie tot bevrediging van alle par tijen op te lossen. We hadden gehoopt nu in de gelegenheid geweest te zijn mede te deelen dat een over eenkomst was getroffen omtrent de grens scheiding op het strand, de hoogwaterlijn. Men weet dat deze kwestie in handen ls van den minister van Financiën en deze weer de zaak ten onderzoek heeft overgedragen aan den landsadvocaat, mr. Thorbecke Daar het resultaat van dit onderzoek te lang op zich zal laten wachten, tracht men middelen te beramen om althans in 1911 van onaangenaamheden op het strand bevrijd te zijn. Eenigeu tijd geleden vernamen wij, dat tus- schen B en W. eenerzijds en den eigenaar van langs het strand gelegen duingrondeu ander zijds onderhandelingen begonnen waren om tot eene grensbepalig te geraken. Korten tijd daarna werden wij uitgenoo- digd eens een kijkje te komen nemen op het strand, waar men bezig was met het plaatsen van ijzeren palen, welke voor 't a.s. seizoen de grens zouden aangeven. Tegelijkertijd werd ons medegedeeld, dat vermoedelijk met die geplaatste grensscheiding de hoogwaterlijn- kwestie haar beslag zou krijgen. Daar echter de verschillende eigenaren niet. vroeger dan 1 Maart hieromtrent een beslis sing zouden nemen, moest ons geduld zoo lang op de proef woi'den gesteld. Tot onzen spijt ontvingen wij echter verle den week de mededeeling dat „de oplossing" weer was „omgevallen". Een of ander motief kon onze zegsman ons niet geven, doch ze ker was het dat weer alle schoone verwach tingen den bodem waren ingeslagen. We waren zoo aardig op den goeden weg de rust en vrede in ons dorp te doen weder- keeren! Nu zal vermoedelijk in do a.s. Raadsver gadering deze kwestie voor de zooveelste maal aan de orde worden gesteld, zoodat dan ook tegelijkertijd het voorstel van den weth. Alkemade zal worden behandeld. Dit voorstel, in de laatste Raadsvergade ring gedaau, betreft het benoemen van een arbitrage-commissie. Uit dit voorstel kan ook veel goeds geboren worden; wenschelijker ware het echter geweest als de zaak nu reeds had kunnen heslist worden, want in den laat- sten tijd zijn hier dingen voorgekomen welke zeer veel zullen hebben bijgedragen om do onderlinge verstandhouding te bevorderen. Toen eon igen tijd geleden sprake was van het circuleeren van een lijst tot het verkrij- geu van fondsen, benoodigd voor een hulde blijk aan te bieden aan den Hooggeb. lieer («raaf van Limburg Stirum, ter gelegenheid •van diens huwelijk, waren er wel eon i ge pessimistisch gezinden, welke zich hiermede niet. honden vereenigen, doch hun getalver zonk in het niet bij dat van degenen welke zich een offertje getroostten in het belang van de goede zaak. Voornamelijk voor de eersten heeft een „kmiskopje" in dit blad, deze lijst bespre- k «de, véél nut gesticht, Zooals ons van zeer goed ingelichte zijde ter oore kwam, zijn de Katholieken op deze lijst minstens in gelijke mate vertegenwoordigd. Wij kunnen niet nalaten hier nog eens te rug te komen op het artikeltje van den cor respondent, hiervoren reeds aangehaald. Dat schrijven had ten gevolge dat het eenige mid del ter verzoening was „tegemoetkoming". Door deze lijst nu is 't publiek in 't alge meen zijne opinie hierover gevraagd gewor den en de talrijke handteekeningen zijn het beste bewijs voor de deugdelijkheid der be tooging, en als men doorgaat met „water in den wijn te doen" op eene wijze zooals die welke door het overgroote deel der Katholieken thans wordt betracht, zal ook „de ernstige kwestie" spoedig uit de wereld zijn Niet alleen dat degenen, welke op de lijst teekonden, hebben bijgedragen om de zoozeer gewenschte verzoening tot stand te brengen, neen, zij mogen ook de overtuiging zijn toe gedaan dat zij door hunne liandteekening het hunne er toe hebben bijgedragen dat Graaf van Limburg Stirum de kinderen en mindergegoeden, zonder uitzondering, op den 2ïen Februari een zoo pleizierigen dag heeft bereid. De Graaf heeft hierdoor de overtuiging ge vestigd een edelmoedig karakter te bezitten en hijzonder te zijn ingenomen geweest met de algemeene uiting, waarvan de lijst heeft blijk gegeven. Het zal hem dien dag dan ook niet aan gelukwenseben hebben ontbroken; de kinderen kon men het aanzien en dat de 663 bedeelde gezinnen hem in hunne familie kring alle goeds hebben toegewenscht, be hoeft zeker geen betoog. Ongetwijfeld zal deze vorstelijke gift door alle partijen op hoogen prijs worden ge steld. Het huwelijk van den Graaf heeft echter ook nog een nasleep. Verleden week heeft zich hier een commissie geconstitueerd, met het doel den Graaf bij zijn terugkeer ecu feestelijke ontvangst te bereiden, welke zal bestaan, zooals wij vernemen, in het houwen van meerdere eerebogen, het aanbrengen van versieringen, het samenstellen van een groo- te eere wacht te paard, enz. enz. Men is van plan deze ontvangst zoo schitterend moge lijk te doen zijn. Om het welslagen dezer grootsehe plannen te verzekeren, is ook nodig de algeheele me dewerking der Katholieken. Alleen dan kan deze ontvangst een spontaan karakter dra gen. Voor zoover hekend is, zal ten eerste een beroep worden gedaan op alle jongelieden, tot het vormen der eerewacht, ten tweede zal hier en daar aangeklopt worden om hulp voor het aanbrengen van versieringen, ten derde zullen alle bestaande corporaties wor den uitgenoodigd om in den ontvangst-stoet vertegenwoordigd te zijn, enz. We behoeven hier niet aan toe to voegen dat eene aJge- meene vlaggentooi de feeststemming teu top punt zal voeren, doch wel durven wij 't wa gen om tot alle lezers en niet-lezers van dit blad in onze gemeente een verzoek te rich ten, dat ieder naar zijn vermogen en kracht medewerke om de plannen dezer commissie te doen slagen. Zulks kan niet anders dan bij dragen tot het algemeen welzijn der gemeen te. Onlangs hoorden wij de opmerking maken dat in deze commissie van feestelijke ont vangst de Katholieken niet naar evenredig heid vertegenwoordigd zijn, doch na een in gesteld onderzoek is ons gebleken, dat meer dere Katholieken zijn aangezocht in ver schillende sub commissies zitting te nemen, welk pogen echter nog niet is geslaagd, of schoon mon nog steeds bezig is het getal met eenige Katholieke leden uit te breiden. In dit opzicht mag dus do Commissie geen verwijt treffen; do fout is hier te zoeken ln „weigerend antwoorden". Wij vertrouwen echter dat binnen korten lijd aan het ver langen dor commissio zal worden tegemoet gekomen. Nu we toch over Noordwijksche toestan den aan het schrijven zijn, willen we ook nog eenige r< gelen toevoegen omtrent dc Noord wijksche politiezaak, welke Zijn oorsprong heeft gevonden in eene luttele drankwet overtreding, welke in andere gevallen niet eens het vermelden waard zou zijn geweest. Toegegeven moet worden dat hij het con- stateeren dezer overtreding, de politie wel wat „huiten haar boekje" is gegaan, doch in geen geval in die mate, dat zulks de attentie van een medewerker van „De Nederlander" had behoeven te trekken. Deze medewerker heeft zonder eenige bewijsgronden, simpel af gaande op gezegden enz., onze politie eene ongunstige reputatie bezorgd, welke, doordat andere groote bladen het artikel overnamen, FEUILLETON. (naar het Fransch IS.) fWaar zouden zij het ten overvloede over moeten hebben?.... Enfin, wij zullen hem eens ondervragen Pigot i... Citoyen Pigot, liop wat om de muilezeldrijvers te draaien, die bezig waren (met hun werk. Toen Blangard hem riep Irwaai hy slenterend naar hem toe. Ben je uit wandelen geweest, jongen, van nacht! vroeg de afgevaardigde hem op den .man af De aangesprokene spalkte zijn doffe oo- gen wpd opon en vroeg met het meest ver bs* g-ez.cht van de werold. I'U wandelen geweest, mijnheer Blan- gvs Ho> somt u er toe dat te veronder stellen - Mijn rudhtje heeft je toch naar dat ■huUje zJitft gaan «n daar zijt gij eenigen tijd ge* e=«v. Pur* zig Liié» d&B. Hij scheen hoe langer hoe mee» vertwusd..Maar heli meisje zag de korre flikkering, dl» zijn grijze oogen ver levendigden «a daardoor een oogen blik de veicUarlijJrte uitdrukking .verloren, die zij _clanlrt*ii aan het misbruik dat hip van al- feil*»] maakte, Hein u msj S^ssitai Kalk1, dait is toeli eigenaardig! Misschien komt de lust tot naehtwandelon weder terug. .Een paar jaren geleden liad ik da,t ook,...,. En. .zonder- overdrijven, zzeggen dat ik over de daken wandelde en in dakgoten..... Allen, die mij zagen, beefden van angsten. Zij durfden echter niets te zeggen uit vrees .mjj waldcer te makenHad. ik eeu kwartier tje gewandeld, dan zooht ik weer rustig mijn bed op. (Wanneer zij het mij dan den volgen den morgen vertelden, zei ik; „Gekheid, ik heb mij niet verroerd Misschien dat mij vannacht weder hetzelf de is overkomen!....;. Natuurlijk, zëid'e 'dé afgevaardigde, te vreden met deze uiteenzetting'. Ben je ge rustgesteld, l'nès (Waar was de juffrouw bang voor? vroeg Pigot, Och! voor niets! antwoordde Inès schijnbaar achteloos. Zij deed een beweging örn naar haar grot terug te gaan, maar Blangard greep haar bij den arm. Lief kind, ik heb aan' u en ook aan uw broeder Jacques eene belangrijke mede deeling ,te doen. Roep hem even en kom dan bij mij. .Ten hoogste verbaasd gehoorzaamde Szüj.m Zij volgde Blangard in een van dè gewelven, waar Maxence en Edmée, öp een vouwstoel tje gezeten, op gedemptcn toon zaten te pra ten. Bjj het 'Zien van sdjn' nicht stond Maxence op en kwam naar haar toe met toegestoken hand en een complimentje op zijn lippen..., 1 Jfe Is alsof al de frischheid, al de glans yau! buiten hier met u binnendringt., Inès als 't ware het gelieele vasteland in beroe ring brachten. Dat de reputatie onzer politie hier ter plaatse gunstig in plaats van ongunstig mag worden genoemd, is duidelijk gebleken uit de lijst met 100 handteekeningen van per sonen, welke adhaesie betuigden aan het tot dusver gevolgd werkprogram onzer politie en afkeuring uitdrukten over de verschil lende uitlatingen en gezegden der buiten- staanden en niet met den toestand bekent! zijnde personen. Deze handteékeningen waren in geen geval „zoo maar" verzameld; neen, deze lijst be stond uit namen vooral van werkgevers, neringdoenden en notabelen der gemeente, terwijl nog door andere personen gelden zijn bijeengebracht om de politie door een degelijk deskundige te doen vertegenwoordigen en verdedigen. De politie heeft zich tot verdediger geko zen Mr. Fokker, van Leiden, een welbekend rechtsgeleerde, welke ook eenigen tijd waar nemend kantonrechter te Leiden is geweest. Dit laatste is oorcsaak dat op een gemak kelijke (wel toevallige) Wijze werd uitgevon den door wien aan de betrokken rechtbank autoriteiten van tijd tot tijd inlichtingen (valschel) werden verschaft omtrent het op treden der politie. Het is ons niet vergund namen te noemen, en omdat wij deze gege vens niet persoonlijk hebben gezien, zouden we, al -ware het vergund, ons hiervan moeten onthouden. Zooals ons echter werd medege deeld, moet het geven van deze inlichtingen, een vermoedelijk gevolg zjjn van oorzaken, buiten den werkkring der politie vallende. Dat de burgemeester, welke door de woorden van Mr. de Jongh, voor de Rechtbank ge sproken, ook een „leelijke veeg" kreeg, zoo zelfs dat Mr. De Jongh van den kantonrech ter eene berisping mocht ontvangen, en hij (Mr. De Jongh) eenige dagen later zijn woor den moest en heeft herroepen, deze zaak niet lieeft laten rusten, spreekt van zelf. Met macht en kracht werd een uitgebreid onderzoek ingesteld, totdat men op een zeer onverwacht oogenhlik werd verrast met een ongeteekend schrijven, deze politiezaak be treffende. Er waren er dus méér die de politie tegenwerkten. Door toevallige omstandigheden was men spoedig in staat te ontcijferen door wien die brief was geschreven. De naam klonk dan ook (in beknopten kring) als een donderslag, ter wijl in verhand met deze ontdekking nog vele onthullingen zijn gedaan waarover men ver baasd staat. Het onderzoek wordt nog krach tig voortgezet en zal ongetwijfeld er toe lel den dat de politie volkomen zal worden gere habiliteerd. Ofschoon de naam ons zeer goed hekend ls en de ons verstrekte inlichtingen afkomstig zijn nit. heslist officiëelen bron, willen wij ons kieschheidshalve van het noemen van namen prdhouden. De vraag rijst nu: Schuilt er ook in de strandkwestie niet iets waarvan de juiste draad nog niet te pakken is te krijgen? X. !-o-: Z'ooals we al hebben gemeld, heeft ook de heer Passtoors bij de behandeling van bo venvermeld onderwerp in de Tweede Kamer een belangrijk woord gezegd: wij laten hier volgen wat onze verdienstelijke Katholieke arbeidersvertegenwoordiger over deze zaak zeide: Het komt mij voor, dat degenen, die in den regel voor de rechten van het volk en spe ciaal voor die van den arbeidersstand opko men, dien stand in den grond boren door het voorstaan van het gebruik van neo-malthu siaansche middelen, en blijk geven niet vol doende op do hoogte te zijn van het gezinsle ven onder dien stand en van het sociale vraagstuk in zijn geheel. Ik zal met een enkel woord een schets ge ven van een gezin, dat met veel kinderen ge zegend is en een schets van een gezin, dat an ti-concept, ioneele middelen toepast. Gewoon lijk wordt door den propagandist voor het neo-malthusianisme tot de arbeiders gezegd, dat iemand, die slechts een of twee kinderen heeft, er beter kan komen dan zijn buurman, die met veel kinderen gezegend is. Op het oog lijkt dat wel zoo, maar, wanneer men een studie heeft gemaakt van het arbeiders leven en van den arbeidersstand als stand, moot men beslist tot een andore conclusie komen. Ik ken tal van arbeidersgezinnen, waar veel kinderen zijn en uit den aard der zaak, dat spreekt wel van zelf, is daar de De groote zwarte oogen keerden zich koud c:n ongevoelig van hem af; de vingers van liet meisje raakten nauwelijks de toegestoken hand. Edmée schaterde het uit, Inès is niet erg sentimenteel, Maxence Ga daar zitten, Inès, zei Blang'ard. ter wijl hij haar een stoel aanwees. Jacques kruip jij wa,ax je wilt...;? Luister goed, lie velingen...... De afgevaardigde nam een houding aan zóó plechtig alsof hij op den katheder in het parlement verscheen qmzijn collega's in slaap te praten. Toen ik da voogdij over u op mij nam, vond ik tusschen de papieren van uw grootvader een document, volgekrabbeld met teekens, die voor mjj, oningewijde, onbegrij pelijk waren, maar waarbij gelukkig eene verklaring gevoegd was door een geleerd taalkundige, een vriend van ML' des Nardiè- res, zoo-als in de aanteekeningen stond, die uw goeden grootvader eigenhandig' er hij geschreven had. Uit het een en ander kwam ik gemakkelijk het volgende te weten...... Uw grootmoeder, kinderen was, zooals gij weet', een (Spaan se he Jas, zij heette dona Manucla de Gavate, viel Jacques hem in de rode. Zij was zeer mooi en Inès gelijkt er veel op' naar het schijnt. Dat complimentje maak ik je niet. Inès zei Maxence met een teeder lachje. Zij kleurde van ongeduld. Blangard ver volgde De vader van' dona Manuela. don Al- jfbnso da Ga,rate, had in zjjn jeugd zijn ge- spoeling dun. In die gezinnen wordt veel gort, rijst, bnonen en aardappelen met la waaisaus gegeten en komen vleesch en ge meubileerde boterham er zelden over den t ioer. Dergelijke gezinnen hebben tal van Moeilijkheden te overwinnen en hoe zij ge huisvest zijn, ja, dat moet men uit ondervin ding weten. Men bouwt tegenwoordig coquet te woningen, met een voorkamer, een achter kamer en een alkoofje, maar zij zijn in den regel slechts voor kleine gezinnen geschikt. Groote gezinnen moeten zich behelpen met woningen waarin één groote kamer is en liefst met een flinken zolder om al die kinde ren te kunnen huisvesten. De ouders van der gelijke groote gezinnenik behoef dit nau welijks te zeggen staan er zeer hard voor; vooral ls dit het geval in de eerste jaren van bun huwelijk. En da., wordt er niet heter op, wanneer de jongens wat grooter worden. De broeken worden wat langer, de magen wat grager, want dergelijke kinderen eten de ouders de ooren van het hoofd. Dat is de ergste perio de uit zulk een werkmansgezin. Totdat en nu komt de keer de kinderen den leeftijd van 16 a 17 jaar hereiken, totdat zij een vak hebben geleerd .en gaandeweg wat gaan ver dienen. Wanneer de oudste jongens dien leef tijd bereiken, heeft gewoonlijk ook de vader het hoogste loon, en als dan de oudste jongens een gulden of 4 a 5 verdienen, en de oudste meisjes komen ook op een leeftijd, dat zij eeu dienst kunnen krijgen of in het huisgezin medehelpen, dan krijgen de ouders het beter dan zij het ooit gehad hebben, juist door den steun van hun vele kinderen. Dan gaat eeu dergelijk gezin behooren tot den zoogeuaam- den gezeten werkmansstand. Ik behoef niet te zeggen, dat kinderen uit dergelijke gezinnen niet alleen geen weelde kennen, maar ook zeer veel ontbering hebben gehad, zoodat zij een weinig behoeften hebben leeren kennen. Maar zij hebben geleerd in de harde school des levens, in de harde school der ondervinding, en zullen ten slotte worden sie raden van de maatschappij, terwijl het voor de ouders het grootste genot is geweest om die kindereu in den meesten eenvoud op te vceden, want die taak is ook een genot, waar van hij alleen de waarde kent, die dit heeft medegemaakt in dit leven. Daarbij komt nog, dat als de ouders op een zekeren leeftijd gekomen zijn, zij door den steun hunner kinderen niet aan de publieke liofdadiglieid zijn overgeleverd; dat zij dan niet op den ouden dag behoeven te bedelen, maar in ieder geval door hun kinderen zoo veel mogelijk worden onderhouden. Dat vind ik de heerlijkste en schoonste rente van de (•pufyeringen, die de ouders zich voor hun kinderen hebben getroost. Dit is het beeld van een groot gezin. En nu een werkmansgezin dat wel gebruik maakt van anti-conceptioneele middelen. Dit zal vooial in de eerste jaren veel minder heb ben uit te geven, het kan zich een betere weel de permitteeren en de vrouw heeft het ge makkelijker dan haar buurvrouw met 8 or 10 kinderen. De kinderen uit zulk een gezin krijgen een anderen kijk op het leven dan die uit een groot gezin, maar de vraag is of zij wel altijd zulk een steun zullen geven aan hun ouders. De ervaring, die ik daaromtrent heb, is inderdaad bedroevend; waar de ouders van veel kinderen in vele opzichten den steun van hun kinderen hebben, wordt deze voor ou ders met weinig kinderen gering. Ik zou fllt nader willen uitwerken, ware het niet, dat ik tot kortheid werd aangemaand. Ik wenseh echter nog met een enkel woord te spreken over het reactionaire, dat in dit stdsel ligt, en daarmede kom ik als vanzelf weer tot den heer Treub, dit bij de algemee ne beschouwingen zoo ongeveer gezegd heeft, dat degenen, die over neo-malthusiaansche middelen spreken, er zoowat niemendal van weten. Dat zou voor een deel ook op hem zelf kunnen worden toegepast, want eerst wan neer de heer Treub ook het reactionaire van het stelsel, dat lxij met zooveel vuur heeft verdedigd, had genoemd, zou zijn x-ede com pleet zijn geweest. Daaraan heeft hij echter niet gedacht. Zoolang 't toepassen van neo- malthusiaansche middelen onder den werk mansstand zich beperkt tot op zich zelf staan de gevallen, heeft het natuurlijk nog geen in- vloc-j, maar wanneer dat stelsel algemeen wordt toegepast, dan is het absoluut uit met de betere positie van iemand met een klein gezin tegenover iemand met een groot gezin. Do werkgevers zullen er dan spoedig op uit zijn om zooveel mogelijk neo-maltkusiaausclxe werklieden te krijgen, werklieden, die dat stelsel huldigen, omdat, zooals men zal zeg gen, kleine gezinnen minder noodig hebben, en de werkgevers dan ook minder zullen be talen. Dat is ook zeer begrijpelijk, want de werking van vraag en aanbod maakt, dat het luk beproefd in Peru. Het gelukte lxem niet, maar hij wist eigenaar te worden van een eenig document, afkomstig van de oude vor eten dier gewesten. Daarop waren alle mo gelijke aanwijzingen te vinden om eon be waarplaats van goud te bereiken, dia fa belachtig rijk moet zijn. Zrij is gelegen op een bijnai ongenaakbaar punt van de Cordil- leros en hij, die de geheime gang niet kent-, die toegang verleent tot de schatten, zal er nooit binnendringen. [Waarom kwam don Alfonso naar Spanje terug? Waarom zocht hij niet dadelijk die goudmijn op? Ik lean het niet zeggen.... Maar korten tijd na, zijn terugkeer stierf hij, op hetzelfde tijdstip dat zijne vrouw moeder werd van eene dochter. Zijne vrouw vond dit gele pa pier en begreep niets van de teekens, waar mede het bedekt was. Met andere papieren betreffende de familie sloot zij het in een kast. Haar dochter dona Manueia, later ge huwd mot een jong' Fransch officier, Ro bert de Brévys uw grootvader vond het da,ar eens, maar sloeg er geen acht op en stopte het diep in de kast. Daar ontdekte liet uw vader, nadat Jxij eenigen tijd gehuwd wax met Marie des Nard teres. Daar het onbekende schrift en de geheim zinnige teekeningen hem niets wijzer maak te, ga.f hij het aan zijn schoonvader, die een. geleerd taalvorscher tot intiemen vriend had Na veel zoeken en pluizen kon deze eindelijk er den waren zin van vaststellen en deelde^ uw vader en grootvader mede, welk een ont zag!ijk fortuin lten daar over dc- zeeën wachtte.. Hon die drie mannen het geheim konden Rewargn (Waarom Henri de Brevys, uw loon van den arbeider, die geregeld werkt, zooveel bedraagt als een gemiddeld gezin voor onmisbare levensbehoeften noodig heeft. Heeft mm in het algemeen kleine gezinnen, dan regelen de loonen zich daarnaar, zoodat men lij kleine gezinnen lage, en bij groote gezinnen booge loonen kan krijgen. Wie dat niet gelooft, verwijs ik naar Frankrijk, waar dat stelsel in alle opzichten gehuldigd wordt en waar men lage loonen en groote werkloos heid heeft. Wanneer dat niet het geval was, dan zou, geloof ik, een man als mr. Van Hou ten, zich absoluut niet zoo druk maken voor een dergelijk stelsel. Ik heb deze zaak alleftx van den practl- sohen kant willen bekijken, maar ik wil er met te meer klem op wijzen, hoe reactionair het stelsel is, omdat het den werkman en zijr vrouw absoluut verlaagt tot koopwaar. Im mors, bij groote toename van de toepassing zullen de werkgevers, zooals ik zeg, kleine ge zinnen willen, èn ten slotte het neo-malthusi- anisme eischen, zoodat de werkman, die er aan gehoor geeft, zich zelf en zijn vrouw ver koopt aan den werkgever. Ik heb daarover eenige geschriften gelezen, en o. a. althans onthouden hetgeen dr. Pinkhof heeft gezegd: „Dan zal heerschen de werkgever over den werkman als over het vee". Dat is naar mijn meening, zeer juist. Dergelijke lieden, die zich zoo laten gebruiken als slaaf, loopen ook in onzen tijd met de vlag der democratie ln de hand, maar horen tegelijkertijd hun eigen stand in den grond. Ik juich daarom de voor stellen der Regeering toe, omdat zij absoluut zijn in het belang van het volk, maar inzon derheid ook van den werkmansstand. Voor de Engel ohe kroningsplechtigheal. In de Londensche kleernmkersa'.elièrs hecrscht op 't oogenhlik groote bedrijvigheid. Men knipt, meet en past voor de groote schaar van personen, die den 22en Juni bij de kroning van Koning George V en Koningin Mary tegenwoordig zul len zijn. Koning George zelf zal zuiniger zijn en zich in eeu koninklijk gewaad steken, dat men met den besten wil van dea wereld niet modern kan noemen. Hij heelt nl. besloten denzeüden kro- kroningsmantcl te dragen, dien zijix voorvader George IV droeg, toen hein den 19en Juli 1821 te Westminster de kroon op het hoofd gezet werd. Koning George IV liad den mantel na de plechtigheid geschonken aan den. iox-d groot kamerheer, welke waardigheid in Engeland erf el lijk is. In het geslacht van dezen dignitaris is het klcedingsliuk zoo zorgvuldig bewaard, dat het er als nieuw uitzag, toen men, na het besluit van den Koning den mantel tot zijn kronings- kieeding Ie besiemmen. het met goud beslikte gewaad uit de kist van cederhout nam, waarin hel sedert was opgeborgen geweest. Milliouairsgrilleii. De door zijn hu we'ijk met do tooneeispeeister Ellen Kcily bekende Amerikaiansehe milHonair Frank Jay Gould denkt er over in Parijs op den boulevard des Capu- cines een groot hotel met theater op te richten. Clxarles Taff, broeder van president Taft, die deelhebber is in de Ncw-Yorksche ondernemin gen vair Gouid, is ook bij dit Jongste Parij- sche plan betrokken. De bouwpLannen zijn onlworpen door Char les Andrews, den architect van het Waldorf- Asfortahotel to New-York. Van de zes verdie pingen van het hotel zuilen de beide bovenste als winter- en daktuin naar liet voorbeeld, dat New-York hierin gegeven heeft, worden inge richt Idct kle ine intieme theater krijgt Hcnes- sy, directeur van het Maxim Elliot-theater te New-York tot leider. De kosten van het ge bouw mèt dc geheeie inrichting worden op 13 millioen gulden geschat. De papegaai als verrader. Eenige dagen geleden werden te Berlijn twee inbrekers, die meer dan 50 a 60 int) rak en gepleegd hadden, door een papegaai verraden en daardoor gear resteerd. De beide inbrekers, Wilhelm Schuhina- chcr en Karl Gliessc, te Berlijn, werden reeds lang verdacht van het plegen van verschillende diefstallen. De politie kon hen echter niet te pakken krijgen, daar ze s!im genoeg waren om niets van den buit naai' hun woning, hij een vrouw in de Hochmeislorstraat te Berlijn, te brengen. Op een goeden dag hoorden agenten, hoe hi een woning, die zij nauwkeurig in liet oog hielden, en waai' Schuhmacher en Gliesse op dat oogenblik niet aanwezig waren, „iemand" voortdurend „Gretc" riep. Het bleek, dat de schreeuwer een papagaai was. Het meisje zei- de, dat zij den vogel reeds sinds langen! ij l in haar bezit liad. Het bleek echter, dat dit onwaar was. De papegaai was in de Elzasser straat uit een wo vader, er niet op uittrok om bézit te nemen van de schatten?.... zeggen ons eenige re gels, die M. des Nardières er hij gevoegd heeft, en die met andere aanteekeningien lui het document waren ingesloten...... IE zal ze even voorlezeu....-.-.- Blangard haalde oen portefeuille uit zijn zak en keek van onder zijn wenkbrauwen na,ar do twee kinderen om te zien welken in druk zijne mededcolir,gen oip hen maakten. Inès scheen verbaasd en ongeloovig a.Ls iemand, die niet goed weet, wat zij geloo- ven moet van hetgeen men vertelt. Jacques luisterde aandachtig met het opgerichte ge zicht van een kleinen jongen, die een aardi ge geschiedenis hoort vertellen...... Dat is heerlijk! Juist een roman! riep hij opgetogen uit. En wij zijn de helden van liet verhaal Nu, dat is pleizierig Hij ziet er alléén dat nfaar in, 3e dom oor! mopperde Maxence tusschen zijne tan den, Blangard had hot papier te voorschijn ge haald en las langzaam ,.Het is tot u, geliefde kiemkinaereu. dat ik deze regels richt. Als gij dit oude docu ment, met de hcerli,;k»ve beloften van een ontzaglijk fortuin vindt, dan zult gij u ze ker afvragen, waarom wij dat go-ud ver acht hebben, Luister, kinderen. ióffiordt Vervolgd,.) NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1911 | | pagina 5