De Koning der Andes.
B U I T E N L A ND
Noordwijksche Brieven.
De arbeiders en het N.-M.
IV.
Toen de berichtgever van de „N. H. Ct." in
1910 een artikeltje schreef omtrent eene
Raadsvergadering, waarin voor het eerst een
aanvrage tot vermindering van pachtsom
»oor gehuurd strand, ingezonden door de
Maatschappij „Huis ter Duin", zou worden
behandeld, veroorzaakte hij daardoor nog at
*»»nig misnoegen.
Ik kan mij ook niet ontveinzen dat hij ln
het stellen van dit artikeltje wel wat onge
lukkig is geweest. Hij had kunnen volstaan
met het uiten van hoop en verwachtingen,
en had zich moeten onthouden van het geven
van raadgevingen aan onze vroede vaderen!
Een tweede zaak is echter: had hij 't m i s!
en deze vraag mogen wij met eon „neen" be
antwoorden.
We hebben van den beginne tot nu toe de
loop van zaken teu opzichte der ernstige
kwestie telken dage gadegeslagen, en telkens
zijn wij tot de overtuiging gekomen dat het
artikeltje op eene gezonde grondslag was ge
baseerd. Trouwens de houding van den ge
meenteraad zelf heeft zulks duidelijk ge
noeg bewezen. In meer dan eene Raadsverga
dering zijn besprekingen en redevoeringen
(zij het dan korte) gehouden, welke volko
men overeenstemmen met den inhoud van dat
artikeltje, en waarin meermalen uitkwam dat
de Raad bereid is eene minnelijke schikking
te helpen bevorderen.
Het is te betreuren, dat eene dergelijke
minnelijke schikking nog niet is kunnen ge
troffen worden. De ulgeheele toestand lijdt er
onder en hoe langer deze wanverhouding
blijft voortduren, des te moeilijker zal het
zijn de kwestie tot bevrediging van alle par
tijen op te lossen.
We hadden gehoopt nu in de gelegenheid
geweest te zijn mede te deelen dat een over
eenkomst was getroffen omtrent de grens
scheiding op het strand, de hoogwaterlijn.
Men weet dat deze kwestie in handen ls
van den minister van Financiën en deze weer
de zaak ten onderzoek heeft overgedragen aan
den landsadvocaat, mr. Thorbecke
Daar het resultaat van dit onderzoek te
lang op zich zal laten wachten, tracht men
middelen te beramen om althans in 1911
van onaangenaamheden op het strand bevrijd
te zijn.
Eenigeu tijd geleden vernamen wij, dat tus-
schen B en W. eenerzijds en den eigenaar van
langs het strand gelegen duingrondeu ander
zijds onderhandelingen begonnen waren om
tot eene grensbepalig te geraken.
Korten tijd daarna werden wij uitgenoo-
digd eens een kijkje te komen nemen op het
strand, waar men bezig was met het plaatsen
van ijzeren palen, welke voor 't a.s. seizoen
de grens zouden aangeven. Tegelijkertijd werd
ons medegedeeld, dat vermoedelijk met die
geplaatste grensscheiding de hoogwaterlijn-
kwestie haar beslag zou krijgen.
Daar echter de verschillende eigenaren niet.
vroeger dan 1 Maart hieromtrent een beslis
sing zouden nemen, moest ons geduld zoo
lang op de proef woi'den gesteld.
Tot onzen spijt ontvingen wij echter verle
den week de mededeeling dat „de oplossing"
weer was „omgevallen". Een of ander motief
kon onze zegsman ons niet geven, doch ze
ker was het dat weer alle schoone verwach
tingen den bodem waren ingeslagen.
We waren zoo aardig op den goeden weg
de rust en vrede in ons dorp te doen weder-
keeren!
Nu zal vermoedelijk in do a.s. Raadsver
gadering deze kwestie voor de zooveelste
maal aan de orde worden gesteld, zoodat dan
ook tegelijkertijd het voorstel van den weth.
Alkemade zal worden behandeld.
Dit voorstel, in de laatste Raadsvergade
ring gedaau, betreft het benoemen van een
arbitrage-commissie. Uit dit voorstel kan ook
veel goeds geboren worden; wenschelijker
ware het echter geweest als de zaak nu reeds
had kunnen heslist worden, want in den laat-
sten tijd zijn hier dingen voorgekomen welke
zeer veel zullen hebben bijgedragen om do
onderlinge verstandhouding te bevorderen.
Toen eon igen tijd geleden sprake was van
het circuleeren van een lijst tot het verkrij-
geu van fondsen, benoodigd voor een hulde
blijk aan te bieden aan den Hooggeb. lieer
(«raaf van Limburg Stirum, ter gelegenheid
•van diens huwelijk, waren er wel eon i ge
pessimistisch gezinden, welke zich hiermede
niet. honden vereenigen, doch hun getalver
zonk in het niet bij dat van degenen welke
zich een offertje getroostten in het belang
van de goede zaak.
Voornamelijk voor de eersten heeft een
„kmiskopje" in dit blad, deze lijst bespre-
k «de, véél nut gesticht, Zooals ons van zeer
goed ingelichte zijde ter oore kwam, zijn de
Katholieken op deze lijst minstens in gelijke
mate vertegenwoordigd.
Wij kunnen niet nalaten hier nog eens te
rug te komen op het artikeltje van den cor
respondent, hiervoren reeds aangehaald. Dat
schrijven had ten gevolge dat het eenige mid
del ter verzoening was „tegemoetkoming".
Door deze lijst nu is 't publiek in 't alge
meen zijne opinie hierover gevraagd gewor
den en de talrijke handteekeningen zijn het
beste bewijs voor de deugdelijkheid der be
tooging, en als men doorgaat met „water in
den wijn te doen" op eene wijze zooals die
welke door het overgroote deel der
Katholieken thans wordt betracht, zal ook
„de ernstige kwestie" spoedig uit de wereld
zijn
Niet alleen dat degenen, welke op de lijst
teekonden, hebben bijgedragen om de zoozeer
gewenschte verzoening tot stand te brengen,
neen, zij mogen ook de overtuiging zijn toe
gedaan dat zij door hunne liandteekening
het hunne er toe hebben bijgedragen dat
Graaf van Limburg Stirum de kinderen en
mindergegoeden, zonder uitzondering, op den
2ïen Februari een zoo pleizierigen dag heeft
bereid.
De Graaf heeft hierdoor de overtuiging ge
vestigd een edelmoedig karakter te bezitten
en hijzonder te zijn ingenomen geweest met
de algemeene uiting, waarvan de lijst heeft
blijk gegeven. Het zal hem dien dag dan ook
niet aan gelukwenseben hebben ontbroken;
de kinderen kon men het aanzien en dat de
663 bedeelde gezinnen hem in hunne familie
kring alle goeds hebben toegewenscht, be
hoeft zeker geen betoog.
Ongetwijfeld zal deze vorstelijke gift door
alle partijen op hoogen prijs worden ge
steld.
Het huwelijk van den Graaf heeft echter
ook nog een nasleep. Verleden week heeft
zich hier een commissie geconstitueerd, met
het doel den Graaf bij zijn terugkeer ecu
feestelijke ontvangst te bereiden, welke zal
bestaan, zooals wij vernemen, in het houwen
van meerdere eerebogen, het aanbrengen van
versieringen, het samenstellen van een groo-
te eere wacht te paard, enz. enz. Men is van
plan deze ontvangst zoo schitterend moge
lijk te doen zijn.
Om het welslagen dezer grootsehe plannen
te verzekeren, is ook nodig de algeheele me
dewerking der Katholieken. Alleen dan kan
deze ontvangst een spontaan karakter dra
gen.
Voor zoover hekend is, zal ten eerste een
beroep worden gedaan op alle jongelieden,
tot het vormen der eerewacht, ten tweede zal
hier en daar aangeklopt worden om hulp
voor het aanbrengen van versieringen, ten
derde zullen alle bestaande corporaties wor
den uitgenoodigd om in den ontvangst-stoet
vertegenwoordigd te zijn, enz. We behoeven
hier niet aan toe to voegen dat eene aJge-
meene vlaggentooi de feeststemming teu top
punt zal voeren, doch wel durven wij 't wa
gen om tot alle lezers en niet-lezers van dit
blad in onze gemeente een verzoek te rich
ten, dat ieder naar zijn vermogen en kracht
medewerke om de plannen dezer commissie
te doen slagen. Zulks kan niet anders dan bij
dragen tot het algemeen welzijn der gemeen
te.
Onlangs hoorden wij de opmerking maken
dat in deze commissie van feestelijke ont
vangst de Katholieken niet naar evenredig
heid vertegenwoordigd zijn, doch na een in
gesteld onderzoek is ons gebleken, dat meer
dere Katholieken zijn aangezocht in ver
schillende sub commissies zitting te nemen,
welk pogen echter nog niet is geslaagd, of
schoon mon nog steeds bezig is het getal met
eenige Katholieke leden uit te breiden.
In dit opzicht mag dus do Commissie geen
verwijt treffen; do fout is hier te zoeken ln
„weigerend antwoorden". Wij vertrouwen
echter dat binnen korten lijd aan het ver
langen dor commissio zal worden tegemoet
gekomen.
Nu we toch over Noordwijksche toestan
den aan het schrijven zijn, willen we ook nog
eenige r< gelen toevoegen omtrent dc Noord
wijksche politiezaak, welke Zijn oorsprong
heeft gevonden in eene luttele drankwet
overtreding, welke in andere gevallen niet
eens het vermelden waard zou zijn geweest.
Toegegeven moet worden dat hij het con-
stateeren dezer overtreding, de politie wel
wat „huiten haar boekje" is gegaan, doch in
geen geval in die mate, dat zulks de attentie
van een medewerker van „De Nederlander"
had behoeven te trekken. Deze medewerker
heeft zonder eenige bewijsgronden, simpel af
gaande op gezegden enz., onze politie eene
ongunstige reputatie bezorgd, welke, doordat
andere groote bladen het artikel overnamen,
FEUILLETON.
(naar het Fransch
IS.)
fWaar zouden zij het ten overvloede over
moeten hebben?.... Enfin, wij zullen hem
eens ondervragen
Pigot i... Citoyen Pigot, liop wat om de
muilezeldrijvers te draaien, die bezig waren
(met hun werk. Toen Blangard hem riep
Irwaai hy slenterend naar hem toe.
Ben je uit wandelen geweest, jongen, van
nacht! vroeg de afgevaardigde hem op den
.man af
De aangesprokene spalkte zijn doffe oo-
gen wpd opon en vroeg met het meest ver
bs* g-ez.cht van de werold.
I'U wandelen geweest, mijnheer Blan-
gvs Ho> somt u er toe dat te veronder
stellen
- Mijn rudhtje heeft je toch naar dat
■huUje zJitft gaan «n daar zijt gij eenigen tijd
ge* e=«v.
Pur* zig Liié» d&B. Hij scheen hoe langer
hoe mee» vertwusd..Maar heli meisje zag
de korre flikkering, dl» zijn grijze oogen ver
levendigden «a daardoor een oogen blik de
veicUarlijJrte uitdrukking .verloren, die zij
_clanlrt*ii aan het misbruik dat hip van al-
feil*»] maakte,
Hein u msj S^ssitai Kalk1,
dait is toeli eigenaardig! Misschien komt de
lust tot naehtwandelon weder terug. .Een
paar jaren geleden liad ik da,t ook,...,.
En. .zonder- overdrijven, zzeggen dat ik
over de daken wandelde en in dakgoten.....
Allen, die mij zagen, beefden van angsten.
Zij durfden echter niets te zeggen uit vrees
.mjj waldcer te makenHad. ik eeu kwartier
tje gewandeld, dan zooht ik weer rustig mijn
bed op. (Wanneer zij het mij dan den volgen
den morgen vertelden, zei ik; „Gekheid, ik
heb mij niet verroerd
Misschien dat mij vannacht weder hetzelf
de is overkomen!....;.
Natuurlijk, zëid'e 'dé afgevaardigde, te
vreden met deze uiteenzetting'. Ben je ge
rustgesteld, l'nès
(Waar was de juffrouw bang voor?
vroeg Pigot,
Och! voor niets! antwoordde Inès
schijnbaar achteloos.
Zij deed een beweging örn naar haar grot
terug te gaan, maar Blangard greep haar
bij den arm.
Lief kind, ik heb aan' u en ook aan
uw broeder Jacques eene belangrijke mede
deeling ,te doen.
Roep hem even en kom dan bij mij.
.Ten hoogste verbaasd gehoorzaamde Szüj.m
Zij volgde Blangard in een van dè gewelven,
waar Maxence en Edmée, öp een vouwstoel
tje gezeten, op gedemptcn toon zaten te pra
ten.
Bjj het 'Zien van sdjn' nicht stond Maxence
op en kwam naar haar toe met toegestoken
hand en een complimentje op zijn lippen...,
1 Jfe Is alsof al de frischheid, al de glans
yau! buiten hier met u binnendringt., Inès
als 't ware het gelieele vasteland in beroe
ring brachten.
Dat de reputatie onzer politie hier ter
plaatse gunstig in plaats van ongunstig
mag worden genoemd, is duidelijk gebleken
uit de lijst met 100 handteekeningen van per
sonen, welke adhaesie betuigden aan het tot
dusver gevolgd werkprogram onzer politie
en afkeuring uitdrukten over de verschil
lende uitlatingen en gezegden der buiten-
staanden en niet met den toestand bekent!
zijnde personen.
Deze handteékeningen waren in geen geval
„zoo maar" verzameld; neen, deze lijst be
stond uit namen vooral van werkgevers,
neringdoenden en notabelen der gemeente,
terwijl nog door andere personen gelden zijn
bijeengebracht om de politie door een degelijk
deskundige te doen vertegenwoordigen en
verdedigen.
De politie heeft zich tot verdediger geko
zen Mr. Fokker, van Leiden, een welbekend
rechtsgeleerde, welke ook eenigen tijd waar
nemend kantonrechter te Leiden is geweest.
Dit laatste is oorcsaak dat op een gemak
kelijke (wel toevallige) Wijze werd uitgevon
den door wien aan de betrokken rechtbank
autoriteiten van tijd tot tijd inlichtingen
(valschel) werden verschaft omtrent het op
treden der politie. Het is ons niet vergund
namen te noemen, en omdat wij deze gege
vens niet persoonlijk hebben gezien, zouden
we, al -ware het vergund, ons hiervan moeten
onthouden. Zooals ons echter werd medege
deeld, moet het geven van deze inlichtingen,
een vermoedelijk gevolg zjjn van oorzaken,
buiten den werkkring der politie vallende.
Dat de burgemeester, welke door de woorden
van Mr. de Jongh, voor de Rechtbank ge
sproken, ook een „leelijke veeg" kreeg, zoo
zelfs dat Mr. De Jongh van den kantonrech
ter eene berisping mocht ontvangen, en hij
(Mr. De Jongh) eenige dagen later zijn woor
den moest en heeft herroepen, deze zaak
niet lieeft laten rusten, spreekt van zelf.
Met macht en kracht werd een uitgebreid
onderzoek ingesteld, totdat men op een zeer
onverwacht oogenhlik werd verrast met een
ongeteekend schrijven, deze politiezaak be
treffende. Er waren er dus méér die de politie
tegenwerkten.
Door toevallige omstandigheden was men
spoedig in staat te ontcijferen door wien die
brief was geschreven. De naam klonk dan ook
(in beknopten kring) als een donderslag, ter
wijl in verhand met deze ontdekking nog vele
onthullingen zijn gedaan waarover men ver
baasd staat. Het onderzoek wordt nog krach
tig voortgezet en zal ongetwijfeld er toe lel
den dat de politie volkomen zal worden gere
habiliteerd.
Ofschoon de naam ons zeer goed hekend ls
en de ons verstrekte inlichtingen afkomstig
zijn nit. heslist officiëelen bron, willen wij ons
kieschheidshalve van het noemen van namen
prdhouden.
De vraag rijst nu: Schuilt er ook in de
strandkwestie niet iets waarvan de juiste
draad nog niet te pakken is te krijgen?
X.
!-o-:
Z'ooals we al hebben gemeld, heeft ook de
heer Passtoors bij de behandeling van bo
venvermeld onderwerp in de Tweede Kamer
een belangrijk woord gezegd: wij laten hier
volgen wat onze verdienstelijke Katholieke
arbeidersvertegenwoordiger over deze zaak
zeide:
Het komt mij voor, dat degenen, die in den
regel voor de rechten van het volk en spe
ciaal voor die van den arbeidersstand opko
men, dien stand in den grond boren door het
voorstaan van het gebruik van neo-malthu
siaansche middelen, en blijk geven niet vol
doende op do hoogte te zijn van het gezinsle
ven onder dien stand en van het sociale
vraagstuk in zijn geheel.
Ik zal met een enkel woord een schets ge
ven van een gezin, dat met veel kinderen ge
zegend is en een schets van een gezin, dat an
ti-concept, ioneele middelen toepast. Gewoon
lijk wordt door den propagandist voor het
neo-malthusianisme tot de arbeiders gezegd,
dat iemand, die slechts een of twee kinderen
heeft, er beter kan komen dan zijn buurman,
die met veel kinderen gezegend is. Op het
oog lijkt dat wel zoo, maar, wanneer men
een studie heeft gemaakt van het arbeiders
leven en van den arbeidersstand als stand,
moot men beslist tot een andore conclusie
komen. Ik ken tal van arbeidersgezinnen,
waar veel kinderen zijn en uit den aard der
zaak, dat spreekt wel van zelf, is daar de
De groote zwarte oogen keerden zich koud
c:n ongevoelig van hem af; de vingers van
liet meisje raakten nauwelijks de toegestoken
hand.
Edmée schaterde het uit,
Inès is niet erg sentimenteel, Maxence
Ga daar zitten, Inès, zei Blang'ard. ter
wijl hij haar een stoel aanwees. Jacques
kruip jij wa,ax je wilt...;? Luister goed, lie
velingen......
De afgevaardigde nam een houding aan zóó
plechtig alsof hij op den katheder in het
parlement verscheen qmzijn collega's in
slaap te praten.
Toen ik da voogdij over u op mij
nam, vond ik tusschen de papieren van uw
grootvader een document, volgekrabbeld met
teekens, die voor mjj, oningewijde, onbegrij
pelijk waren, maar waarbij gelukkig eene
verklaring gevoegd was door een geleerd
taalkundige, een vriend van ML' des Nardiè-
res, zoo-als in de aanteekeningen stond, die
uw goeden grootvader eigenhandig' er hij
geschreven had.
Uit het een en ander kwam ik gemakkelijk
het volgende te weten...... Uw grootmoeder,
kinderen was, zooals gij weet', een (Spaan
se he
Jas, zij heette dona Manucla de Gavate,
viel Jacques hem in de rode. Zij was zeer
mooi en Inès gelijkt er veel op' naar het
schijnt.
Dat complimentje maak ik je niet. Inès
zei Maxence met een teeder lachje.
Zij kleurde van ongeduld. Blangard ver
volgde
De vader van' dona Manuela. don Al-
jfbnso da Ga,rate, had in zjjn jeugd zijn ge-
spoeling dun. In die gezinnen wordt veel
gort, rijst, bnonen en aardappelen met la
waaisaus gegeten en komen vleesch en ge
meubileerde boterham er zelden over den
t ioer. Dergelijke gezinnen hebben tal van
Moeilijkheden te overwinnen en hoe zij ge
huisvest zijn, ja, dat moet men uit ondervin
ding weten. Men bouwt tegenwoordig coquet
te woningen, met een voorkamer, een achter
kamer en een alkoofje, maar zij zijn in den
regel slechts voor kleine gezinnen geschikt.
Groote gezinnen moeten zich behelpen met
woningen waarin één groote kamer is en
liefst met een flinken zolder om al die kinde
ren te kunnen huisvesten. De ouders van der
gelijke groote gezinnenik behoef dit nau
welijks te zeggen staan er zeer hard voor;
vooral ls dit het geval in de eerste jaren van
bun huwelijk.
En da., wordt er niet heter op, wanneer de
jongens wat grooter worden. De broeken
worden wat langer, de magen wat grager,
want dergelijke kinderen eten de ouders de
ooren van het hoofd. Dat is de ergste perio
de uit zulk een werkmansgezin. Totdat en
nu komt de keer de kinderen den leeftijd
van 16 a 17 jaar hereiken, totdat zij een vak
hebben geleerd .en gaandeweg wat gaan ver
dienen. Wanneer de oudste jongens dien leef
tijd bereiken, heeft gewoonlijk ook de vader
het hoogste loon, en als dan de oudste jongens
een gulden of 4 a 5 verdienen, en de oudste
meisjes komen ook op een leeftijd, dat zij
eeu dienst kunnen krijgen of in het huisgezin
medehelpen, dan krijgen de ouders het beter
dan zij het ooit gehad hebben, juist door den
steun van hun vele kinderen. Dan gaat eeu
dergelijk gezin behooren tot den zoogeuaam-
den gezeten werkmansstand.
Ik behoef niet te zeggen, dat kinderen uit
dergelijke gezinnen niet alleen geen weelde
kennen, maar ook zeer veel ontbering hebben
gehad, zoodat zij een weinig behoeften hebben
leeren kennen. Maar zij hebben geleerd in de
harde school des levens, in de harde school der
ondervinding, en zullen ten slotte worden sie
raden van de maatschappij, terwijl het voor
de ouders het grootste genot is geweest om
die kindereu in den meesten eenvoud op te
vceden, want die taak is ook een genot, waar
van hij alleen de waarde kent, die dit heeft
medegemaakt in dit leven.
Daarbij komt nog, dat als de ouders op een
zekeren leeftijd gekomen zijn, zij door den
steun hunner kinderen niet aan de publieke
liofdadiglieid zijn overgeleverd; dat zij dan
niet op den ouden dag behoeven te bedelen,
maar in ieder geval door hun kinderen zoo
veel mogelijk worden onderhouden. Dat vind
ik de heerlijkste en schoonste rente van de
(•pufyeringen, die de ouders zich voor hun
kinderen hebben getroost.
Dit is het beeld van een groot gezin.
En nu een werkmansgezin dat wel gebruik
maakt van anti-conceptioneele middelen. Dit
zal vooial in de eerste jaren veel minder heb
ben uit te geven, het kan zich een betere weel
de permitteeren en de vrouw heeft het ge
makkelijker dan haar buurvrouw met 8 or
10 kinderen. De kinderen uit zulk een gezin
krijgen een anderen kijk op het leven dan die
uit een groot gezin, maar de vraag is of zij
wel altijd zulk een steun zullen geven aan hun
ouders. De ervaring, die ik daaromtrent heb,
is inderdaad bedroevend; waar de ouders van
veel kinderen in vele opzichten den steun van
hun kinderen hebben, wordt deze voor ou
ders met weinig kinderen gering. Ik zou fllt
nader willen uitwerken, ware het niet, dat
ik tot kortheid werd aangemaand.
Ik wenseh echter nog met een enkel woord
te spreken over het reactionaire, dat in dit
stdsel ligt, en daarmede kom ik als vanzelf
weer tot den heer Treub, dit bij de algemee
ne beschouwingen zoo ongeveer gezegd heeft,
dat degenen, die over neo-malthusiaansche
middelen spreken, er zoowat niemendal van
weten. Dat zou voor een deel ook op hem zelf
kunnen worden toegepast, want eerst wan
neer de heer Treub ook het reactionaire van
het stelsel, dat lxij met zooveel vuur heeft
verdedigd, had genoemd, zou zijn x-ede com
pleet zijn geweest. Daaraan heeft hij echter
niet gedacht. Zoolang 't toepassen van neo-
malthusiaansche middelen onder den werk
mansstand zich beperkt tot op zich zelf staan
de gevallen, heeft het natuurlijk nog geen in-
vloc-j, maar wanneer dat stelsel algemeen
wordt toegepast, dan is het absoluut uit met
de betere positie van iemand met een klein
gezin tegenover iemand met een groot gezin.
Do werkgevers zullen er dan spoedig op uit
zijn om zooveel mogelijk neo-maltkusiaausclxe
werklieden te krijgen, werklieden, die dat
stelsel huldigen, omdat, zooals men zal zeg
gen, kleine gezinnen minder noodig hebben,
en de werkgevers dan ook minder zullen be
talen. Dat is ook zeer begrijpelijk, want de
werking van vraag en aanbod maakt, dat het
luk beproefd in Peru. Het gelukte lxem niet,
maar hij wist eigenaar te worden van een
eenig document, afkomstig van de oude vor
eten dier gewesten. Daarop waren alle mo
gelijke aanwijzingen te vinden om eon be
waarplaats van goud te bereiken, dia fa
belachtig rijk moet zijn. Zrij is gelegen op
een bijnai ongenaakbaar punt van de Cordil-
leros en hij, die de geheime gang niet kent-,
die toegang verleent tot de schatten, zal
er nooit binnendringen. [Waarom kwam
don Alfonso naar Spanje terug? Waarom
zocht hij niet dadelijk die goudmijn op?
Ik lean het niet zeggen.... Maar korten tijd
na, zijn terugkeer stierf hij, op hetzelfde
tijdstip dat zijne vrouw moeder werd van
eene dochter. Zijne vrouw vond dit gele pa
pier en begreep niets van de teekens, waar
mede het bedekt was. Met andere papieren
betreffende de familie sloot zij het in een
kast. Haar dochter dona Manueia, later ge
huwd mot een jong' Fransch officier, Ro
bert de Brévys uw grootvader vond
het da,ar eens, maar sloeg er geen acht op
en stopte het diep in de kast. Daar ontdekte
liet uw vader, nadat Jxij eenigen tijd gehuwd
wax met Marie des Nard teres.
Daar het onbekende schrift en de geheim
zinnige teekeningen hem niets wijzer maak
te, ga.f hij het aan zijn schoonvader, die een.
geleerd taalvorscher tot intiemen vriend had
Na veel zoeken en pluizen kon deze eindelijk
er den waren zin van vaststellen en deelde^
uw vader en grootvader mede, welk een ont
zag!ijk fortuin lten daar over dc- zeeën
wachtte..
Hon die drie mannen het geheim konden
Rewargn (Waarom Henri de Brevys, uw
loon van den arbeider, die geregeld werkt,
zooveel bedraagt als een gemiddeld gezin
voor onmisbare levensbehoeften noodig heeft.
Heeft mm in het algemeen kleine gezinnen,
dan regelen de loonen zich daarnaar, zoodat
men lij kleine gezinnen lage, en bij groote
gezinnen booge loonen kan krijgen. Wie dat
niet gelooft, verwijs ik naar Frankrijk, waar
dat stelsel in alle opzichten gehuldigd wordt
en waar men lage loonen en groote werkloos
heid heeft. Wanneer dat niet het geval was,
dan zou, geloof ik, een man als mr. Van Hou
ten, zich absoluut niet zoo druk maken voor
een dergelijk stelsel.
Ik heb deze zaak alleftx van den practl-
sohen kant willen bekijken, maar ik wil er
met te meer klem op wijzen, hoe reactionair
het stelsel is, omdat het den werkman en zijr
vrouw absoluut verlaagt tot koopwaar. Im
mors, bij groote toename van de toepassing
zullen de werkgevers, zooals ik zeg, kleine ge
zinnen willen, èn ten slotte het neo-malthusi-
anisme eischen, zoodat de werkman, die er
aan gehoor geeft, zich zelf en zijn vrouw ver
koopt aan den werkgever. Ik heb daarover
eenige geschriften gelezen, en o. a. althans
onthouden hetgeen dr. Pinkhof heeft gezegd:
„Dan zal heerschen de werkgever over den
werkman als over het vee". Dat is naar mijn
meening, zeer juist. Dergelijke lieden, die
zich zoo laten gebruiken als slaaf, loopen ook
in onzen tijd met de vlag der democratie ln
de hand, maar horen tegelijkertijd hun eigen
stand in den grond. Ik juich daarom de voor
stellen der Regeering toe, omdat zij absoluut
zijn in het belang van het volk, maar inzon
derheid ook van den werkmansstand.
Voor de Engel ohe kroningsplechtigheal. In
de Londensche kleernmkersa'.elièrs hecrscht op
't oogenhlik groote bedrijvigheid. Men knipt, meet
en past voor de groote schaar van personen,
die den 22en Juni bij de kroning van Koning
George V en Koningin Mary tegenwoordig zul
len zijn.
Koning George zelf zal zuiniger zijn en zich
in eeu koninklijk gewaad steken, dat men met
den besten wil van dea wereld niet modern kan
noemen. Hij heelt nl. besloten denzeüden kro-
kroningsmantcl te dragen, dien zijix voorvader
George IV droeg, toen hein den 19en Juli 1821
te Westminster de kroon op het hoofd gezet
werd. Koning George IV liad den mantel na
de plechtigheid geschonken aan den. iox-d groot
kamerheer, welke waardigheid in Engeland erf el
lijk is. In het geslacht van dezen dignitaris is
het klcedingsliuk zoo zorgvuldig bewaard, dat
het er als nieuw uitzag, toen men, na het besluit
van den Koning den mantel tot zijn kronings-
kieeding Ie besiemmen. het met goud beslikte
gewaad uit de kist van cederhout nam, waarin
hel sedert was opgeborgen geweest.
Milliouairsgrilleii. De door zijn hu we'ijk
met do tooneeispeeister Ellen Kcily bekende
Amerikaiansehe milHonair Frank Jay Gould denkt
er over in Parijs op den boulevard des Capu-
cines een groot hotel met theater op te richten.
Clxarles Taff, broeder van president Taft, die
deelhebber is in de Ncw-Yorksche ondernemin
gen vair Gouid, is ook bij dit Jongste Parij-
sche plan betrokken.
De bouwpLannen zijn onlworpen door Char
les Andrews, den architect van het Waldorf-
Asfortahotel to New-York. Van de zes verdie
pingen van het hotel zuilen de beide bovenste
als winter- en daktuin naar liet voorbeeld, dat
New-York hierin gegeven heeft, worden inge
richt Idct kle ine intieme theater krijgt Hcnes-
sy, directeur van het Maxim Elliot-theater te
New-York tot leider. De kosten van het ge
bouw mèt dc geheeie inrichting worden op 13
millioen gulden geschat.
De papegaai als verrader. Eenige dagen
geleden werden te Berlijn twee inbrekers, die
meer dan 50 a 60 int) rak en gepleegd hadden,
door een papegaai verraden en daardoor gear
resteerd. De beide inbrekers, Wilhelm Schuhina-
chcr en Karl Gliessc, te Berlijn, werden reeds
lang verdacht van het plegen van verschillende
diefstallen. De politie kon hen echter niet te
pakken krijgen, daar ze s!im genoeg waren om
niets van den buit naai' hun woning, hij een
vrouw in de Hochmeislorstraat te Berlijn, te
brengen. Op een goeden dag hoorden agenten,
hoe hi een woning, die zij nauwkeurig in liet
oog hielden, en waai' Schuhmacher en Gliesse
op dat oogenblik niet aanwezig waren, „iemand"
voortdurend „Gretc" riep. Het bleek, dat de
schreeuwer een papagaai was. Het meisje zei-
de, dat zij den vogel reeds sinds langen! ij l
in haar bezit liad.
Het bleek echter, dat dit onwaar was. De
papegaai was in de Elzasser straat uit een wo
vader, er niet op uittrok om bézit te nemen
van de schatten?.... zeggen ons eenige re
gels, die M. des Nardières er hij gevoegd
heeft, en die met andere aanteekeningien lui
het document waren ingesloten...... IE zal
ze even voorlezeu....-.-.-
Blangard haalde oen portefeuille uit zijn
zak en keek van onder zijn wenkbrauwen
na,ar do twee kinderen om te zien welken in
druk zijne mededcolir,gen oip hen maakten.
Inès scheen verbaasd en ongeloovig a.Ls
iemand, die niet goed weet, wat zij geloo-
ven moet van hetgeen men vertelt. Jacques
luisterde aandachtig met het opgerichte ge
zicht van een kleinen jongen, die een aardi
ge geschiedenis hoort vertellen......
Dat is heerlijk! Juist een roman! riep
hij opgetogen uit.
En wij zijn de helden van liet verhaal
Nu, dat is pleizierig
Hij ziet er alléén dat nfaar in, 3e dom
oor! mopperde Maxence tusschen zijne tan
den,
Blangard had hot papier te voorschijn ge
haald en las langzaam
,.Het is tot u, geliefde kiemkinaereu. dat
ik deze regels richt. Als gij dit oude docu
ment, met de hcerli,;k»ve beloften van een
ontzaglijk fortuin vindt, dan zult gij u ze
ker afvragen, waarom wij dat go-ud ver
acht hebben, Luister, kinderen.
ióffiordt Vervolgd,.)
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT