TWEEDE BLAD
De Schoolbouw ie Schoten.
STADSNIEUWS.
Hef geheim van den
Meeuwentoren.
Gemeenteraad.
KOilOERDAG I JUNI 1911.
feuilleton.
V.
NIEUWE HAARLErtSCHE COURANT
Bij den verrassend snellen aanwas der bevol
king in het Schoterkwartier, doet zich daar,
onder meer behoeften ook 'tgebrek gevoelen aan
Voldoende schoolruimte op de openbare lagere
•oholen om al de kinderen der ingezetenen een
Plaatsje in te ruimen.
Om dit euvel te verhelpen heeft het ge
meentebestuur van Schoten in hare voorlaat
ste vergadering besloten aan de openbare
school op Oud-Schoten, tweemaal drie of be
ter zes schoollokalen bij te laten bouwen. Of
schoon al deze ruimte niet dadelijk benoo-
digd is, laat het zich aanzien, dat men er bin
nen afzienbaren tijd niet meer buiten zal kun
nen en daarom oordeelden Burgemeester en
Wethouders van Schoten het financiëel voor-
deeliger nu in eens zes lokalen bij de oude
sehool te bouwen, dan nu drie, en later nog
eens drie.
Om in de onmiddellijke behoefte aan school
ruimte te voorzien heeft het dagelijksch be-'
stuur eenige lokalen in huur weten te krij-
gen van een bijzondere school in het Kenau-
Park. Daar gaan thans de kinderen uit het
Schoterkwartier ter school, die in Schoten niet
meer geplaatst kunnen worden.
In de laatste vergadering van Schoten's ge
meenteraad echter is door de heeren Hooy en
Oobelens een voorstel ter tafel gebracht, dat
beoogde het eerstvermelde raadsbesluit in te
doen trekken en een ander besluit te nemen tot
den bouw van een geheel nieuwe school in het
„kwartier" of op Kieuw-Schoten.
Dit voorstel kelderde met slechts de stern-
men der voorstelelrs in zijn credit.
Meerdere personen, onder wie er kelen, wier
bordeel wij op prijs tellen, hebben ons hun
•Pijt betuigd over dit gevallen besluit. Doch als
buitenstaanders konden wij ons moeilijk een
oordeel in deze materie vormen. Daarom acht
ten we het misschien niet ondienstig de mo
tieven voor de meening der tegenstanders in
bet voorstel-Hooy-Cobelens te stellen tegenover
die der voorstanders. Zoodoende zullen onze le
zers zich een oordeel kunnen vormen.
Wij hebben ons gewend tot den Ed. H. Bur
gemeester van Schoten, om zijne meening in
dezen te hooren, en de heer Führhop was zoo
welwillend nog eens in hoofdzaak te herhalen,
hetgeen hij reeds als voorzitter gezegd had in
de gemeenteraadszitting, toen dit punt aan de
orde kwam.
Het edelachtbare hoofd der gemeente Scho
ten kan zich niet begrijpen hoe de bewoners in
bet Schoterkwartier er zooveel op tegen hebben
om hun kinderen naar de openbare school te
zenden op Oud-Schoten.
Dat de afstand voor die kinderen te ver is,
ban de burgemeester niet toegeven. Hij be
draagt hoogstens twee K.M. en de wet schrijft
®en maximum afstand voor'van vier K.M., in
Casu is het maar de helft. Daarbij is zulk
Cen wandeling naar de school proefondervinde
lijk in het belang der kinderen gebleken. Daar
over zijn de hoofden der scholen het volmaakt
eens.
Bezoekt een kind een school in het Schoter
kwartier, dan zal het in de meeste gevallen zoo
lang maar eenigszins mogelijk is op bel mogen
blijven, terwijl op het allerlaatste moment op
gestaan wordt en, dikwijls met een gedeelte
van het ontbijt nog in de hand, naar school
•Wordt gehold, waar het dan natuurlijk nog ver
suft en slaperig aankomt. Ook zijn de woning
toestanden, ondanks alle wetten en verorde
ningen, nog niet zooals die gewenscht zouden
zijn, en voor de hygiëne van kinderen, die in
®en dikwijls bedompte omgeving le\*n, zou een
u-andeling naar de sehool op Oud-Schoten geen
kwaad doen.
Met genoegen wees de heer Führhop op de
talrijke kinderen, en daaronder zijn er .zeer
jonge die iederen morgen de Katholieke
school op Oud-Schoten bezoeken.
Daarbij zullen alleen die kinderen naar de
school op Oud-Schoten gezonden worden, voor
wie de afstand hoegenaamd geen bezwaar me
debrengt. Zoo worden b.v. geen kleine kinderen
°r heen gezonden, zonder dat er een ouder
broertje of zusje bij kan zijn.
ilet den nieuwen bijbouw zal tevens langs
den Noordkant van de nieuwe speelplaats een
hooke muur geplaatst worden om wind,
sneeuw en regen uit het Noorden te ondervan
gen. Voorts wordt een groote overdekte han
gar aangebracht, waar de kinderen des mid
dags hun eten kunnen oppeuzelen en spelen,
want des middags zullen de kinderen niet naar
het Schoterkwartier terugkeeren, doch één
uur vrijen tijd hebben tusschen de lessen in den
morgen en die in den middag. Des namiddags
lialf vier ebvéigen de lessen, zoodat de leerlin
gen, ook in ihfc.'1 winter, vóórdat de duisternis
invalt, tehuis kunnen zijn.
Ook de onderwijzers brengen dit uur vrijen
tijd op de school door en houden toezicht op de
kinderen.
Bezwaar tegen de uitbreiding der school op
Oud-Schoten kan er dus, volgens de meening
van den burgemeester, niet zijn. Daarbij komen- j
nog de moeilijkheden om een nieuwe school
op te, richten in het Schoterkwartier. Waar zal
men een geschikt terrein vinden om te bouwen
en dat geen schatten aan de gemeente kost?
Men heeft voorgesteld de Sclialkburgergraeht
te doen dempen en het terrein aan een grond-
maatschappij af te staan, onder beding dat een
gedeelte gereserveerd wordt voor bouwterrein
voor een school.
Ten eerste staat het te bezien of eene maat
schappij op een dergelijk voorstel zou ingaan,
verder zou een school daar niet gebouwd kun
nen worden, omdat zij binnen de tweehonderd
meter van fabrieken af zou staan, hetgeen ver
boden is door de wet, en eindelijk zullen nog
steeds de meerdere uitgaven er zijn, benoodigd
voor een hoofd van de nieuwe school, het onder
houd en schoonmaken van het gebouw enz. Ein
delijk blijft het een open vraag of de Staat sub
sidie zou verleenen, indien besloten werd om
een nieuwe sehool te bouwen, vooral omdat op
een andere manier in de behoefte kan worden
voorzien. En Schoten kan zich niet de luxe ver
oorloven het zonder rijkssubsidie te stellen.
Daarvoor zijn dc financiën niet bloeiend genoeg.
Dit is zoo ongeveer wat de burgemeester ons
mededeelde. Een volgende maal bezien wij de
zaak van een anderen kant.
HUISHOUD- EN" INDUSTRIESCHOOL'.
Gisterenmiddag? te helf drie is in de
huishoud- en industrieschool aan de Schnee-
yoogts-tr&ao cen tentoonstelling* geopend van
net werk der leerlingen, een tentoonstelling',
die Hinkt als een klok.
1)1 ii wertien h'edenmorgan in de gelegen
heid gesteld een kijkje te nemen en bevon
den ons! liet e edst in de huishoudkamer voor
een gedekte koffietafel.
Dit gold als proeve van bekwiaatnh'eid dér
leerlingen in (het tafeldekken.
Voorts waren daar tentoongesteld een me
nigte vooi+werpen in zilver, koper, hout,
enz. die gereinigd en opgemaakt waren. Om
dit dek te duidelijker te laten zien wias hij
die voorwerpen een gedeelte vuil gelaten, en
een gedeelte schoon' gemaakt.
In het strijklokaal zagen we prachtig ge
streken én gemangeld lijfgoed, tafelgoed,
werfc van de klassen tot opleiding- voor Huis
houdster, dienstbode, kamenier, linnenmeisje
en kinderjuffrouw-.
Er stond ook een miniatuur-linnenkast om
praotiseli aan te gév.en hoe die er inwendig
uit moet zien.
Op de verschillende costuumklassen (1,
2 en 3) ziet! men' de mooist® verscheidenheid
kindergoed, blouses, rokken en geh'eele
costuüms.
Vooral h'et' werk van de hoogste klas deed
ons verbaasd st'aah door dc uitstekende wijze
waarop alles was uitgevoerd!
Fraaie teekeningen en ontwerpen' sierden
de wanden der tentoonste-llingslokalen even
als vele modellen op halve grootte (men
moet dit piet voor poppengoed aanzien.)
Degelijk werk is ook geleverd door de
leerlingen der klasse voor opleiding tot
dienstboden en kinderjuffrouw.
In mazen, stoppen en verstellen hebben
de leerlingen het, blijkens' het tentoongestel
de zeer ver gebracht.
In de lingerieklassen en die v;o.or nuttige
en fraaie handwerken zijn ook pra'ehtige
stukken te bewonderen, vooral de kant, die
er vervaardigd wordt is de bezichtiging
overwaard.
Ook in deze lokalen de prachtigste en tot-
in details juist uitgevoerde teekeningen.
De bestuurskamer herbergt de 350 prij
zen voor de verloting; alles het werk der
leerlingen van alle klassen, zoowel o-p ge
bied van huishouding: als industrie; daar
onder zijn bepaald kunststukjes op gebied
van teeken- en borduurwerk.
In de .keuken konden we watertanden
gerechten in allerlei soorten op de heer
lijkste manier klaargemaakt: volksgeruch
ten, vegetarische en fijne schotels.
[Wc vernamen nog, dat aan alle leerlin
gen les1 wordt gegeven in rekenen en Ne-
dcrlandsehe taal, aan die van de noogste
klassen o-ok in h'et boek'nouden.
Gaarne willen wij onze lezers', m'aar voor
al onze lezeressen aansporen een bezoek te
brengen aan deze tentoonstelling, die heden
en morgen geopend is van half drie tot vijf
uur en hedenavond van 79 uur.
HERHALING S-OEFENINGEN.
De Burgemeester van Haarlem roept de mi
licien-verlofgangers Simon Nicolaas Schrama
en Hendrik Jansen uit de gemeente Haarlem,
van de lich. 1907, behoorende tot het 2e re
giment Veld-Artillerie op, 0m zich op den len
AugcMua U-li to bevinden 'e Lfiuen bij l.uu
korps.
Alsmede de navolgende verlofgangers op den
achter bun namen vermelden datum en gar
nizoensplaats.
Matthias Kaptijn, PhilippUS Petrus v. Dijk,
Hendrik van Nes, Abraham Jansen, Theodorus
Nieuwenhuizen, Gerardus van Niel, Jan Hen
drik Otter, Johannes Plantjé, Willem v. Vliet,
Abraham Wensing, allen lichting 1910, allen
behoorende tot het 10e Reg. Inf., datum van
opkomst voor allen 10 Juni 1911, allen geboren
te Haarlem; Willem Bernardus Franciscus Pie-
ters, licht. 1910, reg. Grenadiers en Jagers, te
's-Gravenliage, dat. van opk. 16 Juni 1911;
Willem van Maasdam, liehf. 1910, 10e reg. Inf.,
dat. van opk. 6 Juni 1911; geb. te Haarlem.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Terug te bekomen bij;
H. van Liemt, Anegang 30, een haarkam
J. Joosten. L. Wijngaardstraat 16, een arm
band; W. van Deldcn, Potgieterstraat 26, een
garantiebewijs van een orgel; E. Verwaal. Lan-
gendijkstraat 27, een rozenkrans; H. van Fran
ken, 2e Zuidpoldcrstraat 44, cen oorbelletje; W.
de Boer, Gen. .Toubertstraat 44, cen wandel
stok; J. Velde, Raamvest 31, ccn werkbroek;
M. Kemelaar, Leidache Zijstraat 2, een rijwiel-
pomp; A. Fortgens, Clercqstraat 96, een man-
éhet.H. Bonzet, Scutmanstraat 5, een horlo
geketting; J. v. d. Eijnde, Bilderdijkstraat 36,
een armband; G. O. Ooms, Korte lakenstraat
17, een veiligheidsspeld; p. van Wietingen,
Kenncmerplein 16, cen portemonnaie met in
houd A. Bijnsdorp, Morinnesteeg 15, een cein
tuur; B. Langeveld, Kousenbandslaan 4e, een
jongenspet; A. van Zutphcn, Potgieterstraat
17, een armband; J. van Marsbergen, Berckheij-
destraat 12, een pet; H. van der Linden, Wou-
wermanstraat 6, een knipmes.
Wij. hebb-en gi.st.eren ons verslag der Raads
zitting moeten afbreken na dé aanneming-
van het nieuwe werkliedenreglement.
Na enkele kleine voordrachten kwam1 aan
dé orde de kwestie der
asfalteer in gv an de binnenstad
Het voorstel van den heer Visser, dat
(gewijzigd) dc asfalteering voorstelt van
den Kruisweg, de Kruisstraat, Barteljoris-
etraat, .Groote Markt, Groote Houtstraat,
Koningstraat, Gierstraat, de Veerstraten,
[Warmoesstraat, Damstraat, Jansstraat. Sme-
destraat, Zijlstraat en Anegang', werd het
uitgangspunt dér discussie.
Tegenover dit voorstel, dat door B. en [Wi
dadelijk wordt overgenomen, worden de voor
stellen va-n de heeren Rinkema en van
Kamp ingetrokken.
De heer Rinkema, trok zijn' voorstel
in in de veronderstelling dat nu de asfal
teering gelijktijdig zou moeten plaats heb
ben met den aanleg der electrisahe tram1.
Dé heer Viss er beaamtdit laatste.
De heer avn Ross urn wijst' op net ver
band van de asfalteering met den aanleg
der electrische tram.
De heer Spoor vraag.t, of d,e bedoeling
dei' motie-Visser is. dat de voorstellen 'dié
B. en [Wl ter asfalteering zullen doen, na
derhand aan den Raad nog ter goedkeuring
zullen' worden aangebeden. Ditu oon! het fi
nancieel bazaar!'
De heer Kruseman zegt dat dit inder
daad zoo is.
De heer Seignette dient een motie in,
om alle straten waar de tram komt, te as
falt,eeren, en wel gelijkelijk mét den aanleg
der tram, doch deze motie wordt door den
A-oorsteller even later weer ingetrokken.
De lieer Kr el age wijst zijnerzijds op
de uitgebreidheid der plannen, die door den
heer Visser in zijn motie worden genoemd.
Hij meent dat met het oog op de financ-iëele
gevolgen het best mogelijk' kan zijn, dat
door de motie-Visser verwachtingan worden
gewekt die later misschien niet vervuld
kunnen vbrden. Daarom' acht de heer Kre-
j lage het beter, om' al (oen in' principe te
i besluiten tot asfalteering der hoofdstraten,
geen namen van andere straten definitief te
noemen, en nadere voorstellen van B. en [Wl
af t,e wachten. Spr. diende een motie, aldus
geformuleerd, in.
De lieer Heer k'ens Th ij ss en meende
echter dat door het v'oorstel-Kreilage de
noodjge asfalteering van straiten waardoor
de tram' niet komt (b.v. Anegang) zou wor
den op den achtergrond geplaatst, daar de
tram neg wel „een ja;ar of drie, vier" kan
wegblijven(!).
De lieer M o doo sprak' óók een woord
tegen hét voorstel-KreJage, en verdedigde
de motie-Visser, die gelijkheid betracht te-
denover de bewoners van alle winkelstraten.
Hij vond cr niets tegen, dat da bewoners
der genoemde straten met dit aannemen van
bet principe blij zullen worden gemaakt.
Een termijn van aanleg is in heel liet vbor-
gtel-Visser niet genoemd)
De heer Van Sty rum' re serveerde zij
nerzijds de vrijheid voor ieder lid van den
Baad om óók' na aanneming v;an welk prin
cipe-voorstel pok', later nog zich tc ver
klaren tegen asfalteerijig, als het te duur
blijkt of er andere bezwaren zijn.
En de heer K r c 1 a g e 'wees er o-p, dat
d.e straten dié in hét voorstel-Visser niet zijn
genoewd. nu zeker binnen afzienbaren tijd
zullen zijn uitg.es!aten, b.v. dc Kleine Hout
straat. Daarom houdt spr. 'zijn voorstel vol.
De heer K1 e ij n e,n be r g verziekt den
heer Visser, dan eenvoudig 'de Kleine Hout
straat erbij te noemen, er i's niet liet
minste bezwaar daartégen, al vindt spr.
de KJ. Houtstraat zijnerzijds niet Voor as
falteering geschikt.
(Wethouder de Breuk' zégt echter,
dat de opinio Van B. en [Wl over de motie-
Visser eenvoudig' do,zo is, dat een kosten
opgave van al deze straten, en ook' vain an
dere. als B. eli [Wl dat nobdig achten, zal
worden gegeven, doch dat ieder vrij* blijft.
De heer Thiol leigt er echter, tegenover
de heeren Spoor, Van Styrum' en' anderen,
den nadruk op, dat bij' aanneming van deze
motie de Raad zich behoudens onvoorziene
omstandigheden bindt aan de asfalteering
dezer straten, en 'dus zich yorplioht,
om d,c gelden toe ta st-alan'.
De beer Visser zegt dat dit oök zijn
bédo-ajing js:, en legt' ook' na verdere dis-
chissie bierép den' nadruk! terwijl de heer
Kr el age zégt dat hijf juist daaróm' tegen
de motie-Visser is!
Dem.ötie-Visser wordt ten slotte met
29 stemmen vo'ar en 2 tegen (de heeren Slin-
genberg en Krelage) aangenomen.
Na deze stemming werd het adres der
Icodwitfabrikanten voor kennisgeving aan
genomen.
'Ook het, voorstel van B. en |W. om de
adressen in zake
het g1 e v a 1 - V e r b r n o
voor kennisgeving aan te nemen, ging er zén-
der stemming door, echter nadat B. en [W.
(zonderling genoeg!) een correctie- hadden
aangebra'cht in de toelichting.vain dit voor
stel, waaruit bleek, d,at- wij (Redactie ,,N.
H, Ct.") in de voorstelling die wij van deze
zaak gaven, gelijk hebben gehad. (Wij ver
wijzen naar het „Allejagje").
Alsiiu kwam aan dc orde dc kwestie van
de afschaffing4 van het
Ambulantisme
'zboals wij' kortheidshalve het vo-orstel-Tim-
mer willen noemen in zake den bouw der
school aan de Parklaan.
De heer Timmer verdedigde zijn voorstel
allereerst met een uitvoerige aanhaling van
dp mee'ning van -een AJkmaairsch'en schoolop
ziener, die voor het ambulantisme zich uit
sprak. Voorts meent spr. dat de proefneming
te Amsterdam omtrent het afschaffen van
het amhulantisme geen mislukking is te
achten: ook te Purmerond is het ambulante
hoofd afgeschaft, Zoomede in ahdere plaat
sen, waarom zullen we d,a,n hier niet
eens een proef nemen Te meer omdat het
niet meer dan f 2000 a f 3500 zal kostenv
Het bezwaar van liet breken met de half-
jaarlijkscke toelating achtte spr. eveneeuö
niet onoverkomelijk. Maai- bovendien eischt-
de zaak meende spr. dat men over,
kleine bezwaren als die er zijn, heen «tap
pen moet.
De heer Heer keus Thijssen deelt ali
zijn gevoelen mede. uit de ervaring opgeda-aU
als lid der Commissie van Toezicht op heli
openbaar 1. onderwijs, dat de hoofden' vafi
scholen hier ter siede niet alleen hun taak
ernstig opvatten, maar ook, dat ze met het'
tegenwoordig werk in de groote scholen
werk te over hebben! [Wanneer de hoofden
!der scholen hier ter stede beiast zouden
zijn met cen klasse, dan zouden zij het werk
niet afkunnen. Nadeelen heeft spr. nooit van
het ambulantisme gezien, en ook de heer
Timmer heeft die nadeelen niet genoemd.
Hoognoodig noemde de heer Heerkens
Thijssen een toezicht van het hoofd der
school op het meerendeels jongere personeel
aan dc openbare scholen, die leiding nóó-
dig hebben en die ook in eenheid moeten sa
men werken.
De heer Loos j es zijnerzijds spreekt zijn
vreugde er over uit dat de heer Timmer zijn
bedoeling om het ambulantisme af te schaf
fen, hier duidelijk heeft gemaakt. [Want nu
kan spr. waarschuwen voor de gevolgen van
aanneming van het voorstel-Timmer. Juist
de ondervinding in andere steden leert, dat
afschaffing van het amhulantisme slecht
is voor de sehool, wat spr. bewijst uit aan
halingen van hoofden van scholen uit drie
steden. „Ikweet van mijn school niets",
zegt o. m. een schoolhoofd, terwijl een ander
schreef dat de volle verantwoordelijkheid
voor den gang van zaken door de hoofden
met deze regeling niet kan worden aanvaard.
Een hoofd uit Alkmaar zegt nog sterker
dat het niet-ambulante hoofd eenvoudig is
een duur hulp onderwijzer, die daarenboven
met administratie is belast!
Ook de ondervinding aan de Doopsgezin
de sehool te Haarlem heeft geleerd, dat
„het hoofd voor de klas" absoluut niet
in het belang der school is.
Het bezwaar van de opheffing der half-
jaarlijksche klassen wordt tevens nog eens
door den wethouder onderstreept.
Ten slotte wijst spr. er nog eens cp, dat
het hier niet te doen is om het am bul an
ti s m e tc doen verdwijnen, maar wèl om
het hoofd nit de school te krijgen, om
het gezag in de school te ondermijnen en
controle en leiding weg te nemen in de
school
En daartoe mag de gemeente meent spr
niet medewerken. (Applaus.)
De heer Th iel zal geen persoonlijke mee-
ning, uitspreken over 't ambulantisme,
daartoe acht spr. zich' niet bevoegd. Ook
meent spr. dat noch onderwijzers noch school
hoofden'zich' onpartijdig kunnen uitspreken
over deze «aak. Er zijn echter zéér serieuze
school-autoriteiten, die zeggen dat klei
ne schelen met niet-ambnlante hoofden van
voordeel zijn voor het kind, en dat, meent
spr., is rede genoeg om hier ter stede de
pi oef-Timmer tc nemeir.
Dc heer M o d o o vindt h'et niet nuttig,
om de redeneering des heeren Thiel te vol
gen als cr zulke serieuze schbol-autoritei-
ten zijn, die zoo denken over 't ambulantis
me, laten we die dan eens hooren, een nader,
onderzoek instellen, en dc zaak aanhouden,
doch do heer Th iel wenschte dit laatste
allerminstde zaak duurt nu al lang genoeg.
De heer Timmer repliceert nog eens.
Hij onderschrijft alles wat de heer Thiel
zegtook liij vindt dat de hoofden van scho
len niet de gewenschte personen zijn, om
hun van advies te dienen: zü zijn immers
„geïnfluenceerd."
D.e heer L o o s j e s zegt dat de Haar-
lemsche autoriteiten tegen de zeven-klassige
schoo1 .van den heer Timmer zich uitspre
ken hij hkalt de uitspraken van de heeren
Eoodenhurchi en van der Leij woordelijk aan,
die absoluut niet bewijzen dat deze heeren
voor afschaffing van het ambulantisme, of
liever voor aanneming .van hét stelsel-Tim
mer (kleine scholen als proef) zijnDen
heer TiKcl antwoordt spr. dar als er een
proef moest worden genomen, men dan lie
ver een goede proef moest nemen, en oen
afzonderlijke school ervoor moest inrichten.
Na een korte repliek van den heer Tira
na e x wordt het voorstel-T immer v e r-
w or pen met 24 tegen 7 stemmen, die der
heeren Spoor, Thiel, Bregonje, Slingenberg.
Middelkoop, [Wilkens en Tïmmer.
Na dit belangrijk votum werd eerst op
vcoistel van B. en [W. de hoofdopzichter
UN aar het Fransch.)
10.)
Guy zweeg een öogenblikje; toen zeide hij
Jangzaam:
De zee vei schaft mij allerlei gedachten.
Daarbij zijn er, die ik met goecl zou kunnen
^♦Gcrgcvcnj zij zyn Gig en. gaan evön
vlug voorbij als de zeemeeuwen, die even
over de golven scheren en weer verdwijnen.
Soms zou ik ook wel een vogel willen wezen
ou tusschen hemel en water willen glijden,
om ver, erg ver weg te gaan. Maai- nog meer
*®g ik tot mijzelven, hij 't zien van de zee, dat
God haar Schepper nog veel schooner is en
veel grooter en vraag ik om Hem te zien.
Hem te zien, herhaalde Madeleine. Maar
aU zoudt ge moeten sterven.
Tj Dat weet ikantwoordde het kind.
bo rilde, alsof een puntige degen haar
herst had doorboord. Om een uitvlucht te heb-
F keek zij op haar klein zilveren horloge,
Ze in haar ceintuur droeg.
U Tien minuten voor zeven uur. Ik heb nog
i lst den tijd mijn toilet een beetje in orde te
reUgen.
Weet ge waar uw kamer is 1 vroeg Guy.
U" Heen. Misschien zal ik wel een bediende
"Utnioeten,
Ik zal u erheen brengen.
Hij ging voor haar uit en bleef cp de eerste
verdieping staan.
Hier is het, zeide hij. Mijn tantes en ik
hebben ook kamers op deze verdieping, de
bedienden wonen op de tweede. Als ge de bel
hoort, gaat ge maar naar beneden en volgt
go dezen gang. De derde deur rechts is de
eetzaal.
Hij groette en liet baar alleen.
De kleine markies.
Madeleine was spoedig gewend te Kerban-
hir en ondanks de verdrietige voorspellingen
van den opzichter en der tantes van Guy had
zij haar taak moedig aangevat.
De kalme eenvormigheid, die op 'tksteel
heerschte, beviel haar wel. Gewend als zij was
aan een rustig huiselijk leven, reeds vroeg
tijdig vertrouwd met de zorgen des levens,
bad zij nooit die vrouwen benijd, die zich
wierpen in den maalstroom der wereldsche
genoegens. Haar ernstige geest gewende zich
gemakkelijk aan een bestaan, dat bestuurd
werd door een harden levensregel, waarbij
vemig plaats was voor de fantasie en waar
bij elke dag haar dezelkle plichten oplegde
en haar m aanraking bracht met dezelfde
personen.
Zij waardeerde de dames van Kerbanhir.
Zij hadden een eenyoudigen geest en waren
niet bijzonder ontwikkeld, maar haar recht
vaardigheidszin compenseerde dit gebrek.
Haar godsvrucht was solied, niet dor of kin
derachtig. Iederen morgen, welk weer of 't ook
was. loerden zii te voet de twee kilometers af.
die het kasteel scheidden van het dorp Kên-
lis, waar de parochiekerk was, om de H. Mis
te gaan hooren.
Zij waren ook liefdadig. Do vissehers en
arbeiders van Kerbanhir wisten vanwaar zij
hulp konden verwachten by ellende en ziekte.
Zij kenden iedereen by naam, mannen cn
vrouwen, jong en oud, wier ouders geleefd
liadden onder 't gezag' en de bescherming van
hare voorzaten.
Dat gezag bestond niet meer; die bescher
ming was gebleven, waakzaam en krachtda
dig. De dames van Kerbanhir hadden het
recht verloren gebruik te maken van de pri
vileges van hun geslacht, maar zij hadden
geen afstand gedaan van een enkele harer
plickten.
Beiden waren goed, maar niet op dezelfde
wijze.
De gravin ging haar beschermelingen na,
gaf goeden raad en, zoo noodig, berispingen.
De man, die 's Zondags na de vespers wat te
diep in 't glaasje had gekeken, de huismoe
der, die niet goed voor haar huisgezin zorgde,
of de kleine kleuters, dit hun katcchismmdes
niet gekend hadden, beefden onder den stren
gen blik van mevrouw (b Trézec.
Zij was de rechtvaardigheidfreule Oli
vette vertegenwoordigde de vergevingsge
zindheid. Deze vond altijd een verontschuldi
ging om de fout te verschoonen. Zij trok
iedereen aan.... de morsige kleine snuiters
en de oudjes, die sloffend zich aan het strand
in de zon liepen te verwarmen, hadden een
zekere voorliefde voor haar.
Haar wederzijdsche vriendschap had iets
treffends. Zelden zag men de eene zonder de
andere en ondanks haar verschillende karak
ters, verdubt'"-'!" "en enkel wolkje den
hemel van htm eendracht. Zij waren bijna
nooit van elkaar gescheiden geweest. Mevr.
de Trézec was slechts vijf maanden gehuwd
geweest en, spoedig- reeds weduwe,'had zij
zich gehaast na.ar Kerbanhir terug te keeren,
verwonderd dat zij ertoe bad kunnen beslui
ten het te verlaten.
Kerbanhir en Guy, ziedafir dc twee, dio de
heide zusters verafgooddenof liever ge
zegd het was er maar één. Zeker, Guy was
bet, kind van een broeder, dien zij zeer had
den lief gehad, een wees, die Steun cn tecdere
verzorging noodig had; maar hij was ook het
hoofd van het geslacht, de markies van Aer
banhir, de eenige'erfgenaam van een ouden
naam en van voorvaderlijke tradities, en he
laas! een zeer zwakke erfgenaam, van wien
zij ieder oogenblik vreesden, dat zij hem zon
den verliezen.
Deze liefde openbaarde zich bij de eene an
ders dan bij de andere, naar gelang van liet
bijzonder gezichtspunt, waaruit zij de zaak
bekeken.
Freule Olivette schonk haar aandacht voor
al aan het tegenwoordige en omringde het
zwakke kind met duizenderlei en kinderach
tige voorzorgsmaatregelen.
De gravin had meer 't oog op de toekomst
en trachtte van Guy tc maken den onberis-
pelijken edelman, die hij moest zijn.
Vandaar twee tegenovergestelde stroomin
gen: een van eischen, en een van zwakheid,
met niet altijd even gelukkige uitkomsten,
zoodat de taak van Madeleine er allesbehalve
gemakkelijker op was.
Reeds terstond was de verregaande onwe
tendheid van haren leerling baar gebleken.
Guy kon lezen.- Hij las zelfs zeer goed, met
smaak en begrip. Maar daartoe bepaalde zich
pok zijn gcheele kennis.
Maar er was geen reden om te wanhopen.
Hij had een helder en doordringend verstand,
begreep gemakkelijk en zijn ^geheugen was
best; hem ontbrak alleen de bijna eenige noo-
digo eigenschap, die wel tien andere kan
vervangen en die door niets kan vervangen
worden: de goede wil.
Allo pogingen, tot nog toe beproefd, waren
afgestuit op cen tegenstand even zacht al?
onverwinnclijk.
De boerenkinderen van Kerbanhir zijn veel
verder dan gij, zeide Madeleine hem op zeke
ren dag. Schaamt ge u daar niet over?
Neen, antwoordde hij kalm. Velen van
mijne voorvaderen konden niet eens hun
handteekening zetten. Toch behaalden zij
roem cn een van lien, Gildas, de eerste^ van
dien naam, wist zelfs bet graf van Christus
uit dc macht der ongeloovigen te bevrijden.
Als ge in de kerk van Kerbanhir komt, zult
ge liem afgebeeld zien op een dei ramen, met
bet kruis op den schouder. Hij onderscheidde
zich door zulke heldendaden, dat zijne krijgs
makkers hem den bijnaam gaven van ,.üe
ijzeren arm". Toen bij te Jeruzalem binnen
trad op 't voetspoor van Godfried van Bouil
lon, ging hij vóór alles den knie buigen op
de plaats, waar bet kruis \an den Zaligmaker
bad gestaan. 'En zoo groot was zijn barc-uw
over alle 2onden van zijn leven, zco diep de
droefheid, die hij gevoelde bij de overdenking,
dat Gods Zoon op die plaats gestorven was
om ze uit te boeten, dat hij ineenzakte en in
een opwelling van liefde zijn laatsten adeir
uitblies. Is dat geen sehoone dood?
(Wordt vervolgd.)