Bloemendag der Boomsche
Orankwesr.
Au Bon Marché
Handschoenen
Haarlem-Brussel
De benoeming van Mr. Kappeyne als
Gedeputeerde van Noord-Holland.
Een rechtsvraag;, niet' alleen voor den ju
rist genietbaar, en ook genoeg van algemeen
belang om de aandacht. in breeder kring ,te
verdienen, deed zich voor bij de benoeming.
Van Mr. Kappeijne van de Coppello tot Ge
deputeerde in Noord-Holland, zoo schrijft
„De Maasbode" in een belangwekkend ar
tikel van deze week.
De benoemde namelijk was voordien en is
tot op heden advocaat van de gemeente Am
sterdam en nu was het de vraag of deze
beide qualiteiten, van Gedeputeerde en van
Stads advocaat, wel in één persoon vereenig-
baar waren.
De „Maasbode" schaart zich aan den kant
dergenen die de onvereenigbaarheid der bei
de betrekkingen bepleiten, wegens den geest
en de letter van het betrokken artikel 53
der Prov. iWjet.
Ook op grond van de noodzakelijkheid dat
juist deze betrekking met die van Gedepu
teerde onvlereenigbaar moet zijn, bepleit het
blad de onwenschelijkheid ervan
Bij allerlei gelegenheden zou de Gedepu-
eerde, tevens stadsadvocaat, een oordeel moe
ten vellen over zaken, waarover hij vroeger
reeds als advocaat der gemeente zijn oordeel
heeft gesproten, aan wier totstandkoming
hij door zijn advies een werkzaam aandeel
heeft gehad, bij wier voortbestaan hij
menscchelijkerwijze zich interesseert,
waartegenover hij, zooals het adres zeer juist
zegt, niet met de vereisehte onbevangenheid
staat.
Die onbevangenheid zal hij missen, waar
hy bijvoorbeeld als Gedeputeerde aan zijne
goedkeuring onderwerpen vindt eanig besluit
van het gemeentebestuur omtrent de be
schikking over gemeente-eigendom, terwijl
hij zelf daartoe heeft geadviseerd. Hetzelf
de geldt, waar pp zijn advies de gemeente
tot aanbesteding- van een werk of leverantie
besloten heeft, of tot het voeren van etc
rechtsgeding, terwijl hij nu als Gedeputeerde,
daaraan zijne goedkeuring zal moeten hech
ten of onthouden. Hetzelfde gebrek aan on
bevangenheid zal ook aanwezig zijn als de
Gedeputeerde overwegen moet. cf hij tot
schorsing of vernietiging aan de Kroon za:
voordragen een gemeente-ver ordening, waar
aan hij zelf, als stadsadvocaat, door zijn ad
vies heeft meegewerkt.
Bij allerlei gelegenheid bestaat wel niet
noodzakelijk eenige partijdigheid, maar een
gevaar daartoeeai bevangenheid, die bij
den wetgever zwaar genoeg gewogen zal
hebben pan ie bepalen, zooala hij bleek be
paald te hebben, dat n.l. de twee ambten in
kwestie niet vpreenigbaar zijn,
Mr. J. A'. Levy eohter oordeelt in „De
Amsterdammer" anders
Hij ontkent eenvoudig, dat een stadsad
vocaat „in dieast" der gemeente staat. Neen
zegt hij, de advocaat staat in dienst van bs
Hecht.
Een rechtsgeleerd raadsman, zoo lezen wij,
staat in niemands dienst. Men vatte de
verhouding dussehen diens raadvrager en
dien raadgever op, gelijk men verkiest: tij
delijk of blijvend, bezoldigd of niet. Men be-
pale den aard der betrekking al naar gelang
men wilpubliekrechterlijk of privaatrech
terlijk. JYjaar is en blijft dat, ter kenschetsing
dier verhouding of betrekking, het begrip
„dienst" piet slechts onjuist, niet slechts,
ongepast, maar ten èenenmal-e verwerpelijk
is. Zoó verwerpelijk dat daardoor den aarc
dier verhouding' of betrekking geweld aange
gedaan en zij niets minder dan ontzield zon
worden.
De rechtsgeleerde raadsman, kortheids
halve de advocaat staat in den meest vol
strekten zin, uitsluitend in dienst van het
Eec-ht.
„De Maasbode" zet en o. i, volkomen
terecht, de oph oudbaarteid va deze
sophistische redeneering' in het licht:
„Hetzelfde gebruik makende van de dub
belzinnige uitdrukking „in dienst staan",
kan men met gelijke verhevenheid als mr.
Levy zeggen, dat een gemeente-ambtenaar
niet in dienst staat van de gemeente, maar
in dienst van het Algemeen IVdzijndat
de geneisheer aan een gesticht niet staat in
dienst van het bestuur van dat gesticht,
maar in dienst der Geneeskunde of, zoo ge
wilt, der lijdende Menschkeid, en uw dienst
bode, die de stof vjsegt en aan de orde in
uw huis meewerkt, staat op deze wijze niet
in uw dienst, maar in die der Orde of oen
ander dergelijk begrip-
.TIMOR.
In hét „Hbld." vinden wij 'de volgende be
schouwing- over de veelbesproken kwestie op
Timor in Ned. Indië. Het lijkt ons dat de
toestand in dit schrijven juist i§ weergege
ven.
Nadat de Indische regiering in een offici
eel- communiqué den stand van faken op
Timor had uiteengezet, heeft nu 'ook: de Ne-
derhuklsche regieering zich gedrongen ge
voeld een tipje van den sluier op te lichtten.
Het blijkt thajnsi, dat door de betrachte
geheimzinnigheid, waarvan ook' nog, gelijk
de „Jav a-Bode" opmerkte, in het commu
niqué der Indische regeering sporen te vin
den waren, een grondige reden bestond.
Immers heeft het optreden van Portur-e-
sche zijde bp Timor onmiddellijk aanleiding
gegeven tot vertoogen van den Nederland-
schen gezant te Lissabon.
Dat tijdens de daarop gevolgd# onder-
delingen van Nederlandsche zijde de ver
eisehte discretie "werd betracht, kan slechts
worden gewaardeerd, ook dus dat het ctfficd-
eele communiqué der Indische regtenng
slechts een» zuivere voorstelling! van zaken
bevatte, zonder zich ov»r den aard der ge
voerde onderhandelingen uit te laten.
Eerst toen die onderhandelingien in zoo
verre met goeden uitslag waren bekroond,
dat de Portugeescte regiering hare troepen
uit het betwist gebied terugtrok en de. op
geworpen ben tings deed slechten, werd hier
van kforteïijks in een regeeringstelegram uit
Indië melding^ gemaakt.
Intusschen blijkt verder nog', dat een ons
onlangs gewor den, maar niet te eon trol eeren
bericht betreffende eene op Timor voorge
komen botsing tusschén NoderlandscJie en
POrtxigoeseihe troepen waarheid bevatte, In
■een sdiermutsialing werden aan Porto gee-
sdie zijde drie nijgersoldaten gedood en door
ons een officier On twee onderofficieren ge
vangen genomen.
Voor het door de regiering ook ten aan
zien van dit ernstig Voorval betrachte stil
zwijgen blijkt nu ook een afdoende reden te
hebben bestaan.
Nadat de gouverneur-generaal Idenburg op
het bericht van Jiet voorgevallene met het
oog op de onderhandelingen blijkbaar door
cPurtoisie gedreven, aan de gevangengeno
men Portugeezten de vrijheid deed hergeven
en zijn leedwezen had betuigd over bet ver
lies v;au menschenlevens, was door het Por-
tug'eesch bewind nadrukkelijk verzo?:ht, aan
het geschrevene en besprokene geen open
heid te gevim.
Aan dit verz:oek is voldaan totdat, in de
Poirtugeesehe Constituante op tot het lid Van
het voorloopig bewind. Bernardino Maciia-
do, die met de portefeuille van buitenla.nd-
sehe zaken is belast, gerichte vragen, eene
klaarblijkelijk onjuiste voorstelling werd ge
geven van 'het hiervoren geschetste voorval.
Indien de botsing ,op Timor het gevolg
geweest waa» van overijling onzerzijds, ziou
het verzioek om die zaak te verheimelijken
zeker niet doior hst Portugeeschc bewind zijn
gedaan. Dit verzoek ward ontegenzeggeiijk
ingegeven door het besef van schuld, waar
voor trouwens i.n liet geheel© optreden van
Potrtugieesche zijd» .op Timor tal van aan
wijzingen zijn te vinden.
Tegenover dia provocation van Portngee-
sche zijde Op Timor is door Nederland de
grootste lankmoedigheid betracht, o.i. te
recht met het. 'oog juist op die wetenschap,
dat het Nederland, ondanks de ma;anden-lan-
ge vOorbereidin(g Idler Portugee-zen, slechts
eene betrekkelijk geringe inspanning zon
kosten, geheel Timor onder Nederlandse/ie
vlag.te brengen.
Aan alle lankmoedigheid, waarvoor hier
nog bovendien pleitten de nog niet geheel
geregelde toestand in Portugal zelf en de
aanvaarding van het arbitrage-beginsel,
koimt echter eenmaal een einde, wanneer
die slechts van ééne zijd- wordt betracht..
ffiÖS juichen het. daarom toe, dat. onz» re
geering reieds ten ;d©elo haar stilzwijgen ver
brak op de in de Portugeesche Constituan
te gegeven onjuiste voorstelling van zaken.
Die voorstelling .moet, te meer worden ge
maakt wijl Bernardine MacheJo. een der
ernstige eandidaten is voor biet president
schap der Poirtugeesehe republiek, en üch
blijkbaar, tegenover die bestrijding, die zijne
eandidatuur ondervond, ten koste Van ons
land, opeen voetetuk beeft willen plaatsen.
De student is tot stiptheid verplicht, zoo
goed als de soldaat, zeide zij, tot Robert zich
wendende. Laat het je maar goed smaken,
mijn kind.
Dat liet Robert zich geen tweemaal zeggen
en ging zoo ijverig te werk, dat Maria begon
te schrikken. Als aanstaande bruid en als
twee-en-twintig-jarig meisje, voerde zij graag
het hooge woord en meestal waren 't geringe
huishoudelijke zorgen, die hare opgewonden
heid wekten.
Robert eet de beste beetjes weg, en de
koffie wordt ijskoud, klaagde zij, toen zij
eenigen tijd wrevelig had toegekeken.
Ik zou hebben dat die warm bleef.....
in de keuken is zeker het vuur uitgegaan
wat beginnen wij nu?
Marie, Marie, je maakt je te veel zor
gen, zeide de moeder. Ge moet Hugo heter
kennen dan dat ge zoudt denken, dat het zijne
goede luim bederven zou, als hij niets dan
droog brood en koude koffie vond; hij zou
integendeel aantoonen, dat de mecsch boven
zulke kleinigheden verheven is!
Als om hare woorden te bevestigen ging op
dit oogenblik de deur open en een jonge mail
met heldere, blauwe oogen en vroolijk gejaat
trad over den drempel.
Hem schoon te noemen, kon slechts der
moeder en den liefhebbenden zuster inval
len: Van iets meer dan middelmatige grootte,
was het hoofd wat te groot voor de lichaams
lengte en de scherp gebogen neus deed het
nog grooter lijken. De oogen echter waren
mooi, zij herstelden, wat de onregelmatigheid
bedierf; over 't algemeen ondanks alle gebre-
NIEUWE HflflRLEmSCHE COURANT ™SKJK£5