DWAALWEGEN.
Het tarief en de landbouw.
B UITEN LAND.
Handschoenen.
BINNENLAND.
Au Bon Marché
„Noyon s"
Haarlem-Brussel.
Handschoenen.
FEUILLETON
23.)
NIEUWE HflflRLEMSCHE COURANT ™Sg£"!£g
Nu geduflsnde de ]aais<e weken, getracht
wordt ook in onze Landbouwkringen steja-
ming te maken tegen de herziening van het
Tarief, nemen wij met instemmnig' liet vol-
g-€tii(l,3 over uit j(ie» LeicLscIre aJo-ui ajit. lJ'e
daarin voorkomende beschouwingen verdie
nen te meer de aandacht omdat zij geiicht
zijn tegen de eenzijde voorlichting van en
kelen, die mees tal bniten de praktijk
van den landbouw staands, tooh in de or
ganisatie van dit bedrijf den toon aangaven.
De Holl. Maatschappij van Landbonw
heeft oen agitatie tegen de tariefwet op
touw gezet. In sombere kleuren wordt in
een concept-adres aan de Tweede Kaaner de
gevolgen van deze wet voor den landbouw
geschetst en de conclusie ligt nogal voor
de handde wet dient niet te worden aan
genomen.
Met deze conclusie zijn wij het met eens.
Vooreerst had het hoofdbestuur zien ,wel
etóns mogen afvragen of 't op den weg .eener
neutrale landbouw-miaalschappij ligt in
dezen een oordeel uit te spreken. De H'oll.
(Maatsch. van Landbonw moest toch orvförwe-
geen dat zij in 'haar gelederen opneemt voor-
en tegenstanders van het tegenv, ooidige Kar
binet en dat een der punten van den ver
kiezingsstrijd, die dit Kabinet in zijn po
sitie bevestigde, de tariefsherziening was.
Men heeft daarbij eenmaal 't feit te aan
vaarden, dat links voor dien vrijhandel ge
stemd js, terwijl men ter rechterzijde de
protectionisten vindt, zoodat men bij behan
deling van dit onderwerp in ©ene neutrar
le organisatie de mogelijkheid niet ontgaat
politieke hartstochten op te wekken.
Verstandiger houding hoeft de Federatie
ve Niederl. Zuivelb'ond aangenomen, die eene
bcsprie]{ing van de tariefwet op haar jaar
vergadering niet van pas aoMba, ofnidat dit
ontwerp wet zoo nauw verband houdt mat de
algemiaene staats- en politieke belangen". Deze
zienswijze kunnen wij begrijpen en billij
ken. Zij getuigt van wa.ardeering en er
kenning van de meeningen der Voor- en te
genstanders.
Het hoofdbestuur van Landbouw lieeft
evenwel geineend, dat het op den weg der
Maatschappij lag zich over deze wet in on-
gunstigen zin uit te laten. Hoe gevaarlijk
dit praieadvias is, blijkt reeds hieruit, da,t
liet hoofdbestuur wegens zijn samenstelling
den schijn van partijdigheid niet kan ont
gaan.
't Is immers mierwaardig, dat de Land
bouw Maatsch., tot oen geheel tegenoverge
stelde slotsom komt als b.v. de Limburg-
sclie Landbouwbond; mierkwaardig even
eens, dat van de geheele tariefwet niets
deugt. Terwijl verschillende industrieën hun
ingenomenheid te kennen geven met den
steun, dien het ontwerp-Kolkmun aan de
vad-erlandscli© nijverheid wil verleénen heeft
'dj Landbouw niets genade kunnen vinden.
Gewillig schijnt mjen in de afdeeling te
mikken, wat het hoofdbestuur voorzet. In
de a fdeel in g Leiden ging slechts één stem,
over het concept-adres op. In den Haag
aanvaardde men het onder applaus. [Wjasse-
ïiaar en Eeeuwijk vonden 't eveneens goed...
nergens, voor zooverre nit de courantenver
slagen blijkt, nergens toonde men lust zich
aan oen debat te wagen.
Moet hieruit besloten worden, da,t onze
boerenbevolking en-bloc tegen de wet is
Gieten kwestie van[Wie de boeren kent, weet
echter dat zij over 'een zaak als de tarief
wet niet gauw zullen debatteren. Zij heb
ben ampler tijd gehad om van het praead-
vies Van 't hoofdbestuur kennis ta nomen en
't gedaan hebben, zijn op den loop ge
gaan voor de bangmakerijen van een aan
tal liberate hoeren, die bovendien geprofi
teerd hebben Van voor hen gunstige omstan
digheden. De toestand op menigte boerderij
toch is op 't oogenblik zoo gunstig niet;
Veel schade is geleden door de duizenden
gevallen van mond- en klauwzeer, ten de aan
houdende droogte doet de toekomst kommer-
"V ol inzien. Een geest van moedeloosheid, van
groote zorgen heerscht pp 't platteland. Al
mpgen goede jaren voorafgegaan zijn, het-
nadoel van een slecht jaar weegt vaak ruim-
schoote op tegen 't voordeel van vele goede.
Goten wonder, dat men in eenigszinds pes
simistische stamming verhoerende, bij het
lezen vap het adres heeft uitgeroepenHangt
Pok dat ons boven 't hoofd.
Veten zijn van de vergadering weggeble
ven; in Eeeuwijk b.v. waren maar pl.m. 20
leden present en het aantal eigenlijke
boeren 'o-p de Leidsche vergadering bleef
benteden dat vain id© Overige belangstellenden.
Al zouden dus alle afdcelingen zich' tegen
de Tariefwet uitspreken, wais daarmede nog
niet aangetoond dat die tariefwet voor den
landbouw zoo naideielig is.
Een perste fout, die toen meestal ten pp-
ziiehte van die tariefsherziening maakt, is,
dat 'men wieg cijfert, da|t voor sociale wetge
ving .Velia millioenen noodig zijn. G'ver de
noodzakelijkheid "der sociale wetgeving be
staat weinig verschil Van opinie, maar wat
baat het zich te verklaren vóór solciale wet
ten als m©n niet aangeeft hoe de kosten te
bestrijden. De tariefwet heeft als voornaam
ste doel der Eegeering het geld voor sociale
wetten te verschaffen en als "nevendoel be
scherming 'der industrie.
Het gevolg' ,v,an de wet zal dus wel zijn,
dat de vaderlands dhe nijverheid opbloeit,
maar een industrie, als men in D'uitsohland
onder een sterk protectionistisch stelsel heeft
zien grolaien, zal in Holland niet ontstajam
kien behoeft dientengevolge in Holl. niet te
vreezen, wat in Duitschland is geschied, dat
nl. de industrie de arbeiders ajan .den land
bouw zal onttrekken. Te minder gevaar zal
hiervoor bestaan als Pens Minister Talma de
plannen kap verwezenlijken, 'die hij nopens
g r ond vers trekking aan landarbeiders heeft.
De plattelandsbevolking .zlal dan mi&er ger
beeht worden a,an den geboortegrond en het
dorpsleven prefereeren boven het zoojvelen
teleurstellend stadsgedoe.
ttVij vreezen daarom niet voor een gropte-
ren trek naar de stad "dan thans het geval
is. De ontwikkeling van het platteland en
de hl'dei Van 'den boerenstand zal de land
arbeiders weerhouden hun bestaan buiten
prijs 'te geven 'om in de stad de massa's pro
letariërs te vermeerderen, -die in 't zweet
huns aanschijns m'oeten zwoegen dag in dag
uit in pene benauwende fabrieksa.fcmhsfeer
vioor pen karig stuk brood.
[Wat het. duurder wlorden der levensbehoef
ten aangaat, vermeerderde welvaart zal een
koopkrachtiger volk maken. Maar ook deze
boeman behoeft geen schrik aan te jagen.
Het invoerrecht op glas, paid innen, touw,
kaasstremsel, klompen en landbouwmachi
nes wordt in het request van de Holl.
Maatsch. van Landbouw aangevoerd voor
het duurder w,orden van voorwerpen van
dagelijksch gebruik. Maar al deze arti kei
len worden Pok in Holland gefabriceerd voor
Hollandsohe 'afnemers; een invoerrecht .op
ds buitenlandsehe producten zal slechts a,an
de Hollandsen© industrie ten goede komen,
terwijl de .onderlinge concurrentie den prijs
der wapen' op normaal pijl zal houden.
Het voornaamste argument tegen de ta
riefwet Is het nadeel, dat onze uitvoer ver
ondersteld wordt te zullen ondervinden.
De bloei van land- en tuinbouw is het be
houd Van dezen uitvoer, aldus hot adres der
H'oll. Maatsch. van Hand bouw, en 'dien uit
voer kunnen wij ons alleen verzekeren door
een „vrijzinnige handelspolitiek", die de in
de naburige landen heersehende protectionis
tische neigingen z'ooveel mogelijk ontwapent.
LWp'ontkennen, dat wij onzen uitvoer al
leen door een „vrijzinnige" handelspolitiek
kunnen behouden. Het buitenland heeft onze
producten loven zeer noodig als wij bet be
hoeven als afzetgebied. Het koopt onze pro
ducten 'om. hun goede kwaliteit. Toen voor
eenige jiaren bij den exp'orthandel met boter
'ontzaggelijk geknoeid werd, raakten wij on
ze reputatie en daarmede 'ons afzetgebied op
de buitenlandsehe markten kwijt ten spijt
vap 'onze „vrijzinnige" handelspolitiek. Het
buitenliand heeft onze bloembollen noodig
e;n' de ondernemingsgeest der exporteurs
zocht telkens nieuwe streken om den handel
uit te breiden. Evengoed als het kleine Bel
gië en Zwitserland door baiidelstractaten
voor doelen voor hun artikelen hebben we
ten te bedingen vian de- machtige naburen
DuiIschland en Frankrijk, evengoed zal een
eniergiek Holland bij een eordaat optreden
voordcelen voor onzien uitvoer weten te ver
krijgen, die het nu niet bazit. iW-ordt- boven
dien thians onze export nooit belemmerd?
Wij kunnen dan ook begrijpen, dat het
bestuur van den Limburgsehen Landbouw
bond, dat eveneens het uitvoervraagstuk on
der die oogen 'ziet, geen nadeel van het ta
rief verwacht. Het wijst echter op een un
der punt, waaraan 'de regeering blijkens haar
ontwerp needs aandacht schonk.
„Het is echter noodig" aldus het meer
genoemd flappert „dat de eens verkre
gen g ol ede naam, die van zoo grooten in
vloed is op uitvoer en prijs, in het buiten
land behouden blijve en .dat daarom ver
hinderd worde, d,at minderwaardige buiten
landsehe pz'odue ten van hier onder Neder-
landsche vlag kunnen uitgevoerd worden
Zulks zal Kef biest' kunnen geschieden door
diejzle (artikelen bij[ invoer in ,ons land met
voldoende rechten to belasten."
Zoo blijft er dus weinig meer over vian de
argumentatie der bevooroordeelde Landboiuw
Maatschappij. Want zelfs het retorsie-argu
ment, m|et zooveel beslstheiid voorgedragen,
is op de k©per beschouwd 'niet steekhoudend.
Men Weet, dat de Begeering retorsiemaat
regelen in het ontwerp wil opnemen, d.w.z.
dat tijdelijk het tarief voor goederen luit
eten bepaald lajnd verhoogd kan worden, als
d;at land 'den invoer vain onze producten be-
lemmiBrt.
In all'6 tariefwetgevingen is een soort
gelijke clausule Opgenomen, waarvan 'de wen-
schelijkhrid en da noodzakelijkheid 'nogal
VOor de hand ligt. Er is geen ander middel
denkbaar om onzien uitvoer te besehermen
tegen belemmerende bepalingen in het bui
tenland. Hlet hoofdbestuur van Landbouw
velt er het vonnis over.
„Een regaering" zegt het, ,die zich door
zoogenaamde retorsie-maa tregelen in een ta-
rievanstrijd zou durven wikkelen zou zich
a,an de belangen Vain land- en tuinbouw, ver
grijpen in zulk eeh mate, da|t wij aain de
mogelijkheid daarvan niet willen gelooven."
Zulk een schetterend argument doet de
deur dicht.
Vergelijk nu eens de houding van de Holl.
Landbouw Maatsch. met die van den Limb.
Landbouwbond. Dab treft dadelijk, dat men
in Limburg met méér praetischlen koopmans
geest bezield is dan in Holland. Limburg
juicht niet alleen de retorsie-maatregelen
toe, maar wil zelfs in zulke gevallen véél
hooger tarieven heffen dan de Regeering,
om hen, die onzen uitvoeren treffen, 't nog
beter aan den lijve te doe'n gevoelen.
Wanneer wij 'nu mededeelen, dat het rap
port van den Limbhrgschen Landbouwbond
is goedgekeurd door het hoofdbestuur van
den Nied. Christ. Boerenbond ee;n orga-
nisatiei die 62000 leden omvat da'n zul
len onze lezers begrijpen dat wij ons liever
scharen aian die zijde 'da'n aan den kant
der Holl. Maatschappij van Landbouw.^
Tegenover d© vernietigende critiek dier
Maatschappij, waar de „bóeren" zich 'door
liberate „heeren" de les laten voorschrijven,
plaatsen wij het oordeel van de'n Landbouw
bond en hiermede willen wij besluiten.
„Met de strekking van de wet kon men-
zich in hoofdzaak zeer goed vereenigen."
Smopkeltïuiven. Naar men aan de „fagl-che
Korr." meedeelt, heelt voor korten tijd. een boer
in een dorp tusechen Rijssel en Habourdia een
postduif gevangen. Het dier was tegen, een tele
foondraad gevlogen ea had zich daarbij den vleu
gel zoodanig verwoud, dat het niet verder kon.
De boer nam den vogel meer naar huis en daar
hij wist, dat postduiven hooge waarde kunnen
hebben voor den eigenaar, verzorgde hij haar
goed en was voornemens ze weer in vrijheid te
stellen,, zoodra ze weer gezond zou ijn. Ook
nam hij den rjgg niet van. den poot, welke
ling opmerkelijk genoeg niet uit metaal, doch
uit leder bestond. Juist op den dag, dat hij
het dier de vrijheid zou geven, bemerkte een
zijner kennissen, iets hards in den slevigen, le
deren ring en toen men met de punt van een
mes een kleing.it in het leder maakte, kwam
tot groote vewomderiug der boeren een fonke
lenden diamant te voorschijn, die zorgvuldig in
het leder was vastgenaaid. De eerlijke menschen
stelden nu duif en diamant ler beschikking van
de justitie, die weldra vermoedde hier te' doen
le hebben met een nieuw ea uitstekend smokke
laarskunstje. Deze veronderstelling wordt nog
versterkt door het feit, dat de- eigenaar van de
duif en van den kostbaren, steen zich niet aan
meldde, hoewel de vondst in Belgi c'iie en Fran-
sche couranten werd bekend gemaakt. Z'oodra
nu de wettelijk vastgestelde tijd, waar binnen de
eigenaar zijn aanspraken kan doen gelden, ver
streken is, ontvangt onze boer de duif enden
diamant. Vooraf za' bij echter nog een klein
geschil met den ontvanger der invoerrechten leb
ben uit te vechten. Deze was er namelijk di
rect bij en verlangt dat voor den edelsteen in
voerrecht wordt Letaald. Daarmee is de boer
echter niets ingenomen en hij beweert o.i. te
recht, zegt de „Tiigl. Korr." dat niet bewezen
kan worden, dat de postduif over de grenzen
gekomen is. De ontvanger der invoerrechten zal
hier wel aan het kortste eindje trekken.
Een slachtoffer van. zijn beroep. In. de
buurt van Carrara was een dokter- bij een ster
venden man geroepen, dien hij met behulp van
caffaine-inspui ir.g nog hoopte te kunnen red
den. De broeder van den patiënt verzette zich
echter uit bijge'oovige vrees tegen die hande
ling, maar de dokter, gébruik' makend van een
oogenblik afwezigheid van den dommen man,
verrichtte cïe inspuiting toch. Toen de man dat
merkte, joeg hij den dokter een kogel door
het hoofd. De broeder van den dokter, de mis
daad vernemend, ging den dader opzoeken en
schoot hem vijf kogels door het hoofd.
Alles wordt duurdcir. Dezer dagen moest
voor een ÖOstenrijksche rechtbank een "bier-
knecht verschijnen, die aan een "buurvrouw een
oorvijg had toegediend. De man bekende, doch
zeide é:n goede reden gehad te hebben. De
rechter en de aanklaagster bestreden zufks. Voor
"een oorvijg kan nooit een goede reden bestaan.
De reelater trachtte de beide partijen tot ver
zoening te brengen, doch mocht daarmee geen
succes behalen. Toen moest hei vonnis dus wel
komen en de rechter veroordeelde tot 20 kronen.
Aangeklaagde (verbouwereerd): Waf... twintig
kronen 1 Zooveel? Ik dacht dat een oorvijg maar
5 kronen kostte.
Rechter: Dan verkeert u in dwaling.
Aangeklaagde: Dat zal wel zoo zijn, alles is
'duurder geworden tegenwoordig.
Een gulle lach daverde door de rechtszaal.
Het proces Briearclli-Verdesi. De uit
spraak van bet Hof van Cassatie te Rome
in het hooger beroep van den ex-geestelijke
Verdesi tegen de beslissing van het tribunaal
van Rome is thans bekend geworden. Bij
zonder interessant hierin is de motiveering
van de sociale noodzakelijkheid der biecht op
grond van het feit, dat vele personen inner
lijk gedwongen worden raad en opbeuring te
zoeken bij personen, die zij vertrouwen kun
nen, en van wie zij verwachten, dat zij ook de
toevertrouwde geheimen bewaren zullen. De
biecht behoort ongetwijfeld tot die handelin
gen, waai-door den mensch op uitstekende
wijze gelegenheid geboden wordt zich met
God te verzoenen en zijn geweten door het
bewustzijn van kwijtschelding rnst te ver
schaffen. Wanneer in de moderne opvatting
de gewetensvrijheid onkwetsbaar is, moet on
der deze onkwetsbaarheid ook het geheim der
biecht gerangschikt worden. De priester kan
derhalve niet gedwongen worden voor het
gerecht iets nit de biecht mede te deelen".
Het feit alleen, dat Verdesi verlof gegeven
heeft om het biechtgeheim niet te houden,
als Briearelli zich daarop mocht beroepen, is
geen voldoende grond om het te verbreken,
meent het Hof van Cassatie.
„Ook wanneer men afziet van de theolo
gische voorschriften voor den biechtvader, en
zuiver blijft op den basis van het positief
recht, is het niet aannemelijk, en ook niet
juist, dat de eenig geinteresseerde bij de in
standhouding van het biechtgeheim de biech
teling is ,daar toch de verspreiding van het
in de biecht gezegde ook een derde schaden
kan. De geestelijken, die, ondanks de mach
tiging van Verdesi, weigerden iets van het
in de biecht gezegde te verhalen, zijn daarom
volkomen in hun recht.
Interessant is ook de volgende mededeeling:
„De Staat kon, toen hij de Katholieke Kerk
als een juridisch lichaam erkende, niet de
hiërarchie der Kerk overzien, waardoor deze
geregeerd werd. Den kardinalen zijn door de
wet van 1871 met alle echten en voorrechten
toegerust, die zij op grond van het kanonieke
recht bezitten. De waardigheid van kardi
naal in de Kerk is altijd bijzonder voornaam,
daar zij met den Paus de Kerk besturen en in
zekeren zin haar hoogste senaat vormen. Zij
zijn vorsten der Kerk en door het decreet
van 1868 .gelijkgesteld met prinsen van den
bloede, voor wie dezelfde uitzonderende bepa
lingen gelden voor het gerecht".
De ontvoerde Richter. De Duitsche in
genieur Richter, die op den Olympos door
Turksche roovers gevangen werd genomen
en over wiens bevrijding zooveel te doen is
geweest, geeft in de „Frankfurter Zeitung"
een uitvoerig verhaal van zijn wedervaren,
waaraan wij het volgende ontleenen:
Richter was nu voor de derde maal op den
Oyrnpos, voor wetenschappelijke onderzoe
kingen. Hij had van de overheid te Catarina
vier gendarmes als geleide medegekregen.
Te Kokinople moest hij een paar dagen
wachten, omdat er hooger op veel sneeuw ge
vallen was, die moest smelten vóór hij verder
kon gaan. Den tweeden dag (27 Mei) onder
nam Richter met twee zijner gendarmes een
verkenningstocht en 300 M. boven Kokinople
werd hij door de roovers aangevallen.
„Uit bet dicht geboomte kwam plotseling
een schot en een der gendarmes stortte doo-
delijk gewond neder. De andere gendarme
en ik gingen onmiddellijk op den grond lig
gen. De gendarme schoot naar het geboomte,
maar tei-stond daarop werd ook bij door een
schot doodelijk getroffen. De beide doodelijk
gewonden losten nog vier vijf schoten in de
richting van het geboomte, maar er werd nie
mand getroffen. Ik bewonder den moed en
dapperheid der Turksche gendarmes en heb
hun commandant verzocht hun namen voor
het front eervol te doen vermelden".
Dan verhaalt Richter hoe de roovers hein
gevangen namen, hem een brief aan den
Duitschen consul te Saloniki lieten ondertee
kenen en hem daarop na een langen toebl
door het gebergte, waarbij zij met verwon
derlijk beleid steeds hun vervolgers wisten
te ontgaan, naar het goed verborgen hol
brachten, waar hij gevangen bleef tot einde
lijk het uur zijner bevrijding sloeg.
Onderweg zij waren toen op Grieksch
gebied zag Richter vijf Griekselie gendar
mes die aanhoudend „Germanos! Germanos!"
riepen, blijkbaar zoekend naar hem. Maar hij
kon niet antwoorden, omdat de roovers hem
anders gedood zouden hebben.
In het welbeschutte hol heerschte een niet
onaangename temperatuur. Maar er waren
allerlei dieren die over hem kropen: schor
pioenen, hagedissen enz., ook waren er lee-
lijke apen; hij had er voorts veel last van
ongedierte en hij kon wel voortdurend bezig
zijn zich daarvan te zuiveren.
De roovers bleken tot het laatst toe voor
nemens Richter om het leven te brengen, ook
al zou het losgeld betaald zijn. Zij waren her
haaldelijk op 'tpunt van dat voornemen uit
te voeren, maar telkens werden zij er van
weerhouden.
Eindelijk werd Richter door de roovers over
de Turksche grens gebracht en daar door lien
verlaten.
„Ik was zóó uitgeput, dat ik niet meer kon
verstaan wat de roovers om mij heen zeiden.
Men wees mij heel in de verte een lichtglans,
die van een stad moest uitstralen, en zei
niets meer. Zij gaven mij 10 Turksche ponden
(later bleek dat het 9 pond en een zilverstuk
waren) met quitantie van het losgeld voor
den consul. Zij drukten mij de hand en gingen
met een „adïo!" heen.
Met groote krachtsinspanning kwam ik
eindelijk te Elassona aan. Het verspreide be
richt, dat ik te Elassona door de Turksche
overheid werd opgehouden is onjuist. JTk
bleef vrijwillig"
Een onwettig toegelaten i*a<lsii<l. Wij deel
den onlangs mede, hoe le Alblasserdam door
den Raad een niet door hel stembureau gekozen
verklaard persoon, iemand dus zonder geloofs
brief, niettemin als raadslid was toegelaten. Van
de vier verkozen verklaarde leden waren twee
broers; de jongste daarvan werd dus niet toe
gelaten maar in zijn plaats liet de Raad nu
dengene loe, die van de niet-verkozenen de mees
te stemmen had.
Tegen dit onweltig Raadsbesluit is weliswaar
door een der Raadsleden een bezwaarschrift bij
Gedeputeerden ingediend, evenwel niet binnen
den in art. 33 der Gemeentewet voorgeschreven
termijn van acht dagen, zoodat Gedeputeerden
niet op dit bezwaarschrift hebben kunnen be
slissen.
Echler behoort de Raad volgens art. 31 van
zijn beslissingen omtrent de toelating van Raads
leden kennis te geven aan Gedeputeerden, terwijl
volgens art. 35 Gedeputeerden ook ambtshalve
dus zonder dat een geldig bezwaarschrift aan
wezig is, uitspraak kunnen doen. Zij geven van
hun voornamen daarvan dan binnen acht dagen
aan den Raad kennis.
Op onbegrijpelijke" wijze is dit blijkbaar door
Gedeputeerden van Zuid-Holland verzuimd, al
thans men meldt ons, dat Dinsdag de heer v.
Eesieren als Raadslid geinslalleerd is.
Er is dus nu iemand Raadslid ie Alblasser
dam, die door de kiezers niet als zoodanig ge
kozen is.
Een aardig toonealtje. Dezer dagen waren
de wandelaars naar Sonsbeek in de Zijp er ge
tuige van, hoe ieder der in de weide aldaar
loopencfe koeren vergezeld werd door een
spreeuw, die qn de wijze, zooals oud-Indisch-
gaslen dit meer dm eens bij karbouwen hebben
kunnen waar.K-mea, de vliegen wegving, die de
dieren kwelden. De spreeuwen gingen hierbij
mei weergalooze brutaliteit te werk en de koeien
schenen, de bedoeling der vliegenvangers (e waar-
d eer en, deden althans geen poging hen weg te
jagen. Een dergelijk geval van hulpbetoon in de
dierenwereld kwam ons onlangs ter oore. Toen
betrof het ook een door vliegen geplaagde koe
bij de Caroline hoeve. De rol der spreeuwen
werd toen waargenomen door een wit kippetje,
dat brutaalweg legen de goedige herkauwer op
sprong.
Wat Amsterdam opeet. Wat er noodig is
om de maag van een groote stad als Amsterdam
le vullen leeren ons eenige cij ïzrs in het jaar
verslag over 1910.
XXIV.
Tberese was nog niet lang weg en Hugo
alleen in de ziekenkamer, toen eensklaps
deur geopend W8l'd on era binnentrad,
^ij had plotseling de gedachte gekregen, ook
®ens de engel van barmhartigheid ie spelen
daardoor Hugo's liefde weer opnieuw te
J°en ontvlammen. Het scheen haar gevaarlijk
r°e, zijne liefde te laten verkoelen; ze moesten
tenners man en vrouw worden. De andere
verdwenen en de liefde die zij had,
?>oest ze Hugo schenken, al was ze nog zoo
Bering
v.7~ Heel goed en lief van je, Vera! fluisterde
h verheugd.
-Ter wille van andereu lijden en zich op-
wjeren is vrouwenlot, zei ze sentimenteel
ruikt 'thier naar medicijn!
{..Waarschuwend bracht Hugo den vinger
h de lippen. Stil! Hij slaapt!
Wat heb ik dan eigenlijk hier te doen?
Voor alles stil zitten. Wanneer hij wak
bet J'ordt, op zijn wensch letten. Hij keek op
^horloge.
C, Linnen twintig minuten één eetlepel van
drank ingeven. Ik moet een oogenblik
Neen, neen, waar denk je aaul Dan ga
ik ook heen!
Zooals je wilt, zit maar stil!
Een paar minuten bleef ze stil, doch naar-
na begon ze met Hugo over ziekten en ster
ven te praten. Ongeduldig greep hij naar een
boek en voerde haar naar eene vensternis,
opnieuw haar vermanend zich bedaard te
houden. Het boek was interessant en zij -was
ze Turn n y'°° i,n Y?rdiePt, dat ze vergat, waar
c,;n~ >?L01,1CJ' Eensklaps deed eene bewe-
j t ziekbed haar luisteren.
woordem°Q °°R Zi°h eU fluist"'dc eenige
Waar is Hugo? stamelde bij
Deze bewoog zich over den zieke. - Hier
ben ik!
Alleen? Geen bediende?
Geen!
Roep Eegina!
Hugo wenkte Vera, den zieke in het oog te
honden en snelde heen om de barones te°ha-
len. De eenige oogenblikken, dat zij alleen in
de kamer was, schenen haar eene eeuwigheid
*°Met sloffende schreden kwam de verwachte
eindelijk binnen. Vera trok de venstergordij
nen dichter bij elkaar om haar niet te behoe
ven te begroeten en kroop nog vaster in den
boek.
Eegina bier? vroeg de zieke.
Zij had zijn hand gevat: Hier, lieve Dago-
bert.
Regina! Hugo! 't is met mij gedaan!
Spreek zoo niet, Dagobert! Je wordt ze
ker weer gezond.
Laat mij spreken.... tijd dringt! Hij
j zweeg, want bij kon de woorden slechts stoo-
j tend uitbrengen tengevolge van de verlam»
- ming der tong. Het weerzien van Götz is mijn
dood! stamelde hij met moeite,
i Hugo schrok; ijlde de oude' man? Götz is
dood, gij hebt gedroomd, zeide hij geruststel-
lend.
Neen! neen! Forsyth stierf, Götz leeft...;
Götz wil erkend zijn... nooit... nooit!..,
i Een avonturier zal zich voor Götz uit-
i geven. Daarmee zullen wij wel klaar komen,'
maak u niet bezorgd, zei Hugo.
I Hij heeft niets dan de gelijkenis, geene
i papieren. Die zijn alle daar, zijn zwakke hand
i wees bevend naar de zijkamei-, waar zijn
I schrijftafel stond.. Hij... bij.... de adem be-'
gaf hein.
Wees bedaard, wanneer gij gezond zijt,
bespreken wij dat alles!
Gezond? Nooit meerbovenste lade
I rechtsrechtsonthoud dit. Neem alles
als ik dood ben en verbrand de papie- j
ren.... van Götz... beloof.
Ja, ja
Regina, hoor jejaag hem weg.
Zij die tot nu toe stom van schrik daar ge
zeten had, kreeg de spraak weer: Hij, die
schuld is aan uw dood, mag mij niet onder
de oogen komen.
Goed. Wat ik bijeenbrachtgoede'
handen.... indringer weg... gij de heer....'
Nog volgden onsamenhangende woorden
en uitroepen van schrik, daarmee verviel de
oude man in de lethargie.
Hugo stond op om den dokter te halen, in
't voorbijgaan wenkte hij Vera hem te vol
gen. Heb je t' geboord? vroeg hij haar. toen
ze in de zijkamer waren.
Ja, hernam ze kort.
Ze was zeer bleek en beefde over 'theele
lijf. Medelijdend vatte Hugo bare hand, die
ijskoud in de zijne lag: Arme Vera! arm kind!
Ik had u niet moeten binnenbrengen. Spreek
Tberese en Malwine niet van hetgeen hij ver
teld heeft, hij ijlde maar.
O, ik zwijg zeker.
Ga nu wat rusten of naar huiten. Dat
zal je weer frisch maken
Laat mij maar weer met je binnengaan.
Neen, je hebt rust noodig. Ook komt de
dokter dadelijk.
Toen deze verscheen, haalde hij de schou
ders op, ook de professor gaf niet veel hoop.
Door het krachtig gestel zou de dood wel met
onmiddellijk volgen, maar,... Dit „maar j
zei meer dan vele wooi-den.
Sedert haar bezoek bij den zieke was Vera
veel veranderd. Minutenlang kon ze zitten
staren en, wanneer men baar aansprak, ver
schrikt opkijken. Het was zekei-, het zien van
den zieke had haar aangegrepen. Hugo had
berouw over zijn handelwijze tegenover zijne
bruid. Maar wat liet zonderlingste was, ze
verlangde telkens meer en meer den zieke te
verplegen, ofschoon ze er niet geschikt toe
was. Ze is niet goed aan het ziekbed, maar
wel in het salon, waar zij zich kan laten
aanbidden, zei de barones misnoegd tot The-
rese.
Het karakter der oude dame vertoonde zieh
door 't ongeluk van de beste zijde. Haar man
was 't brandpunt waarin hare gedachten bij
eenkwamen, en wie dezen nuttig was, won
dadelijk hare gunst. Ze had geen vooroordeel
meer tegen Therese en zelfs Hugo was zij
welwillend. Des te harder was haar oordeel
over Vera, deze zou nooit eene goede vrouw
worden. De barones begon Hugo nu reeds als
den meester van Moosburg le beschouwen en
wenschte, dat hij nu reeds het bureau van
haar mail zou betrekken, om zooveel als dio-
gelijk in zijne nabijheid te zijne. Dit was de
wil van haar man, verklaarde zij.
Wie Vera in de ziekenkamer had kunnen be
spieden, moest wel eene zonderlinge gedach
te krijgen over hare bekwaamheid als ver
pleegster. Was ze een paar minuten alleen,
dan stond ze op om in de zijkamer nu het
bureau van Hugo de schrijftafel te be
schouwen en de lade te beproeven te openen.
In het ziekenvertrek keek ze opmerkzaam
rond en toen ze een kleinen sleutelbos ont
dekte, die op de nachttafel lag, nam ze hem
voorzichtig op en beschouwde hem met aan
dacht.
Doch naderende schreden deden haar den
hos zachtjes neerleggen.
Dit kleine succes maakte haar moedig. Als
ze weer alleen was, ging zij met de sleutels
in 't bureau en probeerde met welken zij de
bedoelde lade kon openen. Toen ze hem ge
vonden. had, maakte ze dien voorzichtig los,
stak hem in den zak en legde de andere weer
op de gewone plaats. Nauwelijks had ze dit
gedaan, of Hugo trad binnen en verzocht
haar naar buiten te gaan. Hij behoefde niet