Anecdoten.
-Ja-
te dierenverzameling, die het genootschap „Na-
iura Artis Magistra" verwierf, afkomstig was
ran de toen zeer bekende rondreizende menage
rieën van van Aken en Martin, omstreeks 1840.
De Duitsche dierentuinen'zijn jonger, de Ber-
'ïjnsche dateert van 1844, de Hamburgsche van
1853, de Frankfortechc van 1858 en die te Mün-
tken, die verreweg de meeste andere in pracht
ran aanleg overtreft, is eerst- een jaar of drie
oud.
ONBRANDBAAR HOUT.
Men heeft in Amerika een nieuw procédé ont-
lekt, om timmerhout, schijnwerkershout, hout
/oor parketvloeren of schotten, enz. onbrand
baar te maken.
Waarschijnlijk kan men dit procédé ook op
meubels toepassen. Het bestaat hierin, dat men
het hout door middel van electriciteit impreg-
neert met amoniumsulfoboraat. Al de genoem
de houtsoorten hebben de vuurproef glansrijk
doorstaan.
Bij een officieele proef werden deuren van
beuken-, dennen- en populierenhout, slechts 18
m.M. dik, gedurende een uur aan de inwerking
van het vuur blootgesteld, zonder dat het hout
werd aangetast en men heeft ze na de proef
moeten stuk slaan, om t' vuur te kunnen blus-
schen. Aan dezelfde proeven werden deuren van
plaatijzer en van hout, met plaatijzer versterkt,
onderworpen.
Deze deuren trokken en vervormden zich, ter
wijl die van geprepareerd hout geenerlei ver
vorming vertoonden en inwendig koud bleven.
Wanneer dus langs electrischen weg onbrand
baar gemaakt hout algemeen werd gebruikt
voor timmerwerk binnenshuis en voor meube
len, dan zou bijna alle brandgevaar opgeheven
zijn. Indien het proces werkelijk zoo practisch
is, als de Amerikanen beweren, dan zullen zon
der twijfel tal van voorwerpen, welke thans van
ijzer gemaakt zijn, van hout worden vervaar
digd, dat dus vele nieuwe toepassingen zou vin
den.
EEN POSTHOND.
Een hond kan men blijkbaar alles leeren; wij
hebben politiehonden, Roode Kruishonden,
('waakhonden, jachthonden, wij hebben dansende
en sprekende honden, circushonden en de hemel
irnag weten wat voor andere soorten geleerde en
'gedresseerde honden nog meer. Van een hond
.die postbodenwerk verricht, hadden wij echter
nog nooit gehoordzoo'n hond-postbode of post
bode-hond schijnt dienst te doen op de lijn Z.-W.
Baltimore en Ohio. Zoo vertelt de „Nederl.
Sport". Het plaatsje Brighton, dat aan die lijn
'gelegen is, heeft 'n vrouwelijke postbode, met
name mrs. Pelloek, maar de dame laat een deel
ran haar werk doen door haar hond, die Jack
leet en Jack doet zijn werk goed.
Jarenlang gingen ze beiden den exprestrein
iegemoet, van waaruit hun de postzak dan werd
toegeworpen, dien mrs. Pollock dan mee naar
huis nam. Maar op een mooien dag verstuikte
ie dame haar voet en kon niet uitgaan. Het
uur, waarop de trein moest voorbijkomen, na
derde en de postbode wist geen raad. Jack jank
te van ongeduld en kon niet begrijpen, dat de
vrouw geen aanstalten maakte om uit te gaan;
•hij liep heen en weer, sprong tegen de deur
sp, vlóóg naar het raam, gaf in één woord dui
delijk te kennen, dat hij naar buiten wilde. Men
leed de deur voor hem open en Jack ijlde naar
het kleine stationnetje, waar juist de trein
roorbijvloog en de postzak hem voor de voeten
geworpen werd. Hij raapte hem op en bracht
hem netjes naar huis. Dat is bijna een jaar
geleden.
Sedert dien tijd heeft Jack zijn dienst niet
meer onderbroken en gaat eiken dag den post
zak halen en mrs. Pollock blijft thuis. Bij ons
zou dat zoo gemakkelijk niet gebeuren, maar
in Amerika is men blijkbaar tevreden als de
dienst maar geregeld gedaan wordt en dat doet
Jack zoo, dat niemand het hem zal verbeteren.
Hij kent zijn tijd zoo precies als raadpleegde hij
een der beste chronometers en nog nooit is er,
sedert hij dienst doet, een brief zoek geraakt.
PRACTISCH.
De rijke Amerikaan Josua Flint bezat een
teldzame verzameling antiquiteiten. Daaronder
ook een wandelstok van Bodewijk XIV. Mis
schien niet echt, maar toch een prachtstuk, met
ingelegd metaal en kostbare edelsteenen ver
sierd. De stok, waarvoor de millionair duizen
den had betaald, «tond in d» hal van bet huis
door FTïnt bewoond, in een parapluïe-standaard,
tusschen andere kostbare stokken en paraplu's.
Onder de bezoekers van het salon van den mil
lionair bevonden zich natuurlijk óók twijfelach
tige elementen, o. a. een zekere Mailloehe, een
criticus van onbekende bladen. Toen deze den
stok van Lodewijk XIV zag staan, kwam hij
op een listige gedachte. Vlug liet hij uit goed
koop materiaal een dergelijke stok maken, be
zet met valsche steenen.
Terwijl de millionair op zijn dagelijksehe
ochtendwandeling was, begaf Mailloehe zich
met den nagemaakten stok onder zijn langen
manteljas verborgen, naar diens huis. Mailloehe
deed verbaasd, toen de kamerdienaar zeide, dat
zijn meester afwezig was. Onder voorwendsel
een briefje te willen schrijven, begaf hij zich
naar de wachtkamer en zette zijn stok, schijn
baar achteloos, naast dien van Lodewijk XIV
in den standaard.
Vijf minuten later kwam hij weer in de voor
hal, en greep, onder het wisselen van enkele
woorden met den dienaar, naar den historiscben
wandelstok van Flint. Daarop deed de bezoe
ker eenige passen naar den uitgang, maar plot
seling klonk een gerammel. Iets onzichtbaars
'scheen den stok, dien Mailloehe in de hand had,
vast te houden.
Gelijktijdig stond de dienaar voor den bezoe-
keT, reikte hem zijn medegebrachten 6tok
over en zei gelaten: „Wilt u uw eigen stok mee
nemen? Wees er van verzekerd, dat een derge
lijke verwisseling meer is gebeurd. Daarom
heeft mijn meester den kostbaren wandelstok
met een ketting op den bodem van den stan
daard vast doen maken.
Mailloehe ia nimmer meer bij Flint terugge
keerd.
BIJ DROOGTE IN AFRIKA.
Na den tijd van aanhoudende droogte, dien
wij gehad hebben, is het wel interessant eens
te hooren hoe de zwartjes in Afrika in zulke
gevallen te werk gaan. De Engelsche zendeling
Cole, werkzaam te Mpawapwa, vertelt daarvan
in het „Journal of the Afrikanian Society" het
volgende
Het regenmaken ie een kunst, die in het Oos
ten algemeen gebruikelijk is. Zij is zoowel voor
de toovenaars alsook voor de stamhoofden een
voortreffelijke bron van inkomsten, want het
volk moet beiden rijkelijk schadeloos stellen.
De regenmakers hebben zeer verschillende me
thoden, door middel waarvan zij het kostbare
nat van den hemel halen. Het stamhoofd, dat
niet zelf regen maken kan, zendt boden met een
donkere lap en een bijl of een zwart schaap naar
den toovenaar. Is deze verhinderd te komen dan
stuurt hij in zijn plaats het een of ander medi
cijn en geeft bevel tot een zonderling offer. Na
een beraadslaging van de oudsten komt in den
nacht de stam bijeen. Vier jongelingen worden
naar de vier hemelstreken gezonden om takken
van bepaalde boomsoorten, welriekende grassen
en water van de apenbroodboom te halen. Alsdat
alles bijeengebracht is, worden de kruiden en
grassen op een steen verbrand en de heete asch
in alle richtingen heen geblazen. Dan nemen
de mannen een teug van 't water, gorgelen er
mee en spuwen het uit.
Terwijl dit gedaan wordt dansen de vrouwen
rondom den kring der mannen, slaan elkaar we-
derkeerig tot bloedens toe met de takken en roe
pen de milungu (de geesten der voorvaderen)
aan, biddend om regen. Bij het aanbreken van
de morgenschemering, die door blazen op koe
horens verkondigd wo.dt, komen allen veer
aan het graf van het laatste stamhoofd bijeen.
Daar offeren zij een zwart schaap, een witte
en een zwarte kip en lijnzaadmeel, dat aan het
graf met water vermeng! wordt. Uit de zoo
ontstane brij worden kleine koeken gevormd;
dan wordt de aarde van het graf losgemaakt en
de koeken er in gelegd, terwijl de oudsten
sproken: „Slaap wel! Geef ons regen, opdat de
aarde ons voedsel geeft en wij rijkelijk te eten
hebben."
Of het helpt, weten we niet.
DE METEOOR-KRATER IN ARIZONA.
In het overigens geheel vlakke gebied van
Noordelijk Arizona vindt men een merkwaar
dige, aanzienlijke, nagenoeg cirkelvormige uit
holling, die van boven 1200 M. is, 170 M. diep is
en door een van 36 tot 46 M. boogen rand is
omgeven. Men heeft gemeend hier te doen te
hebben met een krater, door den val van een
«eweWi«en meteoorsteen veroorzaakt. Tot deze
meenïng kwam men, doordien de krater het
middelpunt vormt van een vlak, waarin de z.g.
diablo-canon meteorieten gevonden worden, en
welke bestaan uit ijzer met 6 tot 8 pCt. nikkel,
teveus geringe hoeveelheden platina en fridiun?
bevatten, en waarin ook buitengewoon veel mi
croscopische diamantjes worden aangetroffen
Tegelijk vindt men in de omstreken vrij groot*
hoeveelheden, deels geoxy deerde ijzermassa's.
Met de veronderstelling dat de krater gevormd
is door den val van een of meer meteoren, klopt
ook het feit, dat de wal om den krater bestaat
uit fijne brokjes en puin van kalk- en zandsteen.
Dergelijke stofvormige massa'6 vindt men te
vens tot een diepte van 180 meter in den krater
onder dén geweldigen dïuk van den vallenden
meteoor zijn dus kalk- en zandmassa's absoluut
versplinterd.
In de Proceedings of the American Philoso
phical Society deelt W. F. Magie nu de bevin
dingen mee van zijn onderzoek betreffende d<
merkwaardigheden van dezen meteoorkrat j
Is de krater door één meteoor gevormd, dan
heeft deze minstens een doorsnee van 75 M,
moeten hebben; de aanwezigheid van een derge
lijke geweldige ijzermassa in de diepte 1 den
krater zon zich evenwel door belangrijke mag
netische storingen moeten verraden. Daar deze
ontbreken, moet de meteoor óf heelemaa'. ver
splinterd zijn óf er moeten, zooals ook Barri.iger
reeds meende, een zwerm kleine meteoren ge
weest zijn, d'.o den krater gevormd hebben. Voor
't aanvaarden der veronderstelling, dat een
zwerm kleine meteoren neergeploft is, pleit 't
vinden van de vele geosydeerde ijzermassa's in
de cingeving; de vele ijzormassa's oxydeeren
natuurlijk veel sneller dan één groote klomp.
De krater is symmetrisch gebouwd; zijn af
halveert in 't Noorden het laagste, in 't Zuidep
het hoogste gedeelte van den wal om den krater
Berekeningen leerden dat de meteoren geval
len moeten zijn in een richting, die met het
aardvlak een hoek van 60 graden maakt. Ge
weerkogels, onder 'n zelfden hoek geschoten,
maakten in miniatuur precies zulkb gaten als
de krater er een in 't groot is; ook de door de
kogels gevormde wal was geheel te vergelijken
met dien van den krater. Stalen kogels behiel
den hierbij hun vorm en bleven in de door hen
veroorzaakte gaten stekenkogels uit ander ma
teriaal werden vervormd en geheel of gedeelte
lijk versplinterd weer uit de door hen gemaakte
opening teruggeworpen. Dat er veel van den ge
vallen meteoor uit den krater terug is gewor
pen, is, naar Magie op grond van 't voorgaande
meent, niet aan te nemen.
Wel zijn geweldige steenmassa's door den val
lenden meteoor weggeslingerd, in totaal zelfs
wel 300 milliard kilo, gelooft Magie, dus be
langrijk meer dan de heele aardmassa, die bij
't aanleggen van het Panamakanaal behoeft uit
gegraven te worden. De voor 't uitslingeren be-
noodigde arbeid schat Magie op 37 millioen ki
logrammeter, ongerekend dan nog de oneindig
grootere energie, die verbruikt werd tot 't ver
splinteren der steenmassa's en als warmte. Om
den krater te vormen is een massa noodig ge
weest van 360 millioenen K.G., welke met een
snelheid van 29 tot 32 K.M. per seconde voort
bewoog.
HET OUDE JAAR! UITSCHIETEN'.
Ken wil weten, waihrvain' deze eigenaar
dige 'gewoiointe afstamt, gewoonte, die
waarlijk onverklaarbaar schijnt, omdat men
er niet in kam terugvinden de Ohineesohe
voorliefde Voor geruchtmakende vuurwerk-
knallen, ook omdat het militaire sa.lvovuur
er, in otns vredelievende land, Vreemd aan
moet zijn.
[Wel bestaat er n'aluw verband' tuSseh'en;
Het lossen Van schoten of) OudejaiarsaVond
en' het gebruik maken vah vuurwapenen......
dcor jagers?
öp 31 December sluit de jacht öp de
meeste soorten wild. En (nu was het een oud
jagersgebruik, om op den Oudejaarsdag voer
het laatst- het hart. nog eens op te holen
aan' het jachtvermaak en lustig de Iaiaitst6
-patronen te verschieten". [Wanneer er echter
weinig wild oinder schot kwam, datn keerde,
de jager V middags met lce.ee weitasch doch
den koppel Vol pa.trolnen, naiar huis terug.
Het jagcrsgebfuilc was dian', 's aVónds lm
het, slaan Van het middernachtelijk uur, hef
jachtgeweer aan den schouder te leggen' eis
die laatste ongebruikte- patronen in de lucht
af te schieten.
IJangzamerhand werd die gewootnte bij Hef
volk. ook dcor ni«t-ia*«*rs over gewxme»t
Kaar na talloos vele ongelukken', alls ge
volg van het onhandig omgaan met vuurwar
penen waren er n.b. geen simpelen, die
hun duim op den loop van het geweer hiel
den. om het geluid van den knal te ver
zachten? is deze gewoonte gaan vermin
deren.
Het Oudejaar-uitschieten komt de lalajtste
iaren al veel minder voor.
SECÜUKi,
Een zeer zenuwachtige vrouw, opvallend
schroomvallig in haar optreden, vergezeld
van haar echtvriend, iemnlnd van 'n kalm,
laconiek voorkomen, kwam op het perron
van een klein spoorwegstation, gelegen op
eenige-n afstand Van een landstadje in den
achterhoek Een wijle nam de dienstrege
ling, die daiar was aangeplakt, al haar aan
dacht in beslag': toen zij daarop niet alles
aantrof, wat zij wensehte te weten, wendde
zij zich tot den stationschef, die juist uit
zijn kantoor kwam.
Zou u zoo goed' ■willen' wezten, mij te
zeggen, of de trein van drie u,ur vijftien al
voorbij is vroeg zij.
O, ja;? lal twintig minuten geleden gaf
hij ten antwoordt
En Zal 'die valn vier uur dertig nogal
eep poosje wegblijven., denkt u
'tIs nog geen vier uur! merkte de
stationschef gemelijk op.
Komt er soms nota 'n sneltrein, Hie
hier doorgaat
Geen een'.
Öf'n goederentrein! ?j f
Neen.
In 't geheel geen trein! Voloir half vijf?
In 't geheel geen......
Is iu er zeker van
Gf ik er zeker van ben Anders zou
ik 't niet zeggen.
Dan geloof ik, zei He ondervragende
dame, en zij wendde zich tot haar man, dan
geloof ik. dat wij de rails wel kunnen over
gaan. Willem.
HOE DE TREURHARSGn VAN CHOPIN
ONTSTOND.
In Velhagen und Klasing's Konatsheften
wordt uit het leven van den onlangs gestor
ven schilder Felix Ziem het volgende ver
teld*
Ziem sprak galaime over Ohopin, dien hij
zijn vriend noemde. Terwijl hij op een vleu
gelpiano wees zeide hij; eens: „met dezen
vleugel wilde ik Chopin eens verrassen. Niet
om zijn bijzonder klamkgehalte. Onder dit
r-pzicht was het een heel gewoon instrument,
maar de bouw van de mahoniehouten kast
was zoo bijzonder, dat ik er liefhebberij in
had om de paneelen met allerlei landsohap-
pen te beschilderen.
Toen ik daarmee klaar was, nooidigde ik
Chopin bij mij ten eten met de bedoeling om
hem de piano bij zijn eerste uiting van wel
gevallen cadeau te maken.
Het hem had ik ookj vorst Edmund 1de Po-
lignao den schilder Rarard en nog een der
den makker uitgenoodigd.
Wij waren de nonchalance Vain Chopin ge
wend. Maar dezen keer liet hij ons Zoo lang
wachten, dat onze honger het van de be
leefdheid won en wij zonder hem ons aan
tafel zetten.
Toen wij reeds lang .klaar waren1 en de
ivond een heel stuk verstreken was, kwam
Chopin eindelijk opdagen zfonder een woord
van verontschuldiging te zeggen.
Hij was in vreeselijke stemming. Dat paste
slecht, bij onze uitgelatenheid en Polig-
nao haalde uit overmoed eh misschien ook
om Chopin op andere gedachten te brengen
achter een scherm het skelet vandaan, dat,
ik somwijlen vaar drapeering gebruikte. Hij
liet het geraamte allerlei dlainsen uitvoeren,
stelde het de dolste vragen en zette het ten
slotte voor de piano, pakte de handen van
den knoken man en liet deze over de toet
sen glijden. [Wij hadden de lichten gedoofd en
zagen zwijgend toie. Plotseling hóórden wij
drie doffe slagen.
Had zich werkelijk een .graf geopend
'Was het de geestenwereld, die sprak?
iWfij behoefden niet lang te wachten. Ri -
-■ nrd had met de haikken zijner schoenen
driemaal tegen Ide houten kist getrapt, wala.r-
cp hij zat. !Wiij lachten'.
Kaar het lachen verging ons. toen wij
Ohopin zagen. Reeds te voren had hij zich
omhuld met het wit beslikte kleed hetwelk
ik hier over die piano heb liggen en had
doodsbleek de bewegingen van het geraam
te mot starre oogen gevolgd'.
Kaar nauwelijks hadden de Brie, doffe sla
gen weerklonken of Ohopin surooog naar vo
ren', sleurde het skelet Voor de plano! weg|~ Afleiding zaï niet volkomen ontbreken aar
die gevangenen, die voor korten tijd tot. een
streng isolement zijn veroordeeld. Telefonen
stellen de vijf hutten met elkaar in gemeenschap
en nu en dan kunnen de negen passagiers on
derling een praatje wisselen. De schitterende
tegenspraak, die de ervaring heeft gegeven op
den twijfel van zelfs zeer verstandige mannen,
die niet geloofden aan de toekomst der spoor
wegen, moet een waarschuwing tot voorzichtig
heid zijn voor al diegenen, die geneigd zouden
zijn, nu al een oordeel te vellen over het lot, dat
aan het hier genoemde stoute plan is beschoren.
(De Aarde en haar Volken.)
en drukte het als een moeder haar weerge
vonden kind hartstochtelijk aan den borst.
Zoo verschrikt waren wij dat wij eerst niet
merkten dat C'hopin zich in een volgend
cogenblik zelf vtoo-r den vleugel had gezet,
tt'tdat in doodsohe stilte van het atelier een
muziek begon te ruischen, een' muziek zoo
smartelijk, zoo hopeloos, diep en boven-
a-ardsch. zooals hog .nooit gehoord werd.
Elk aceoord een jammerklacht, elke noot
een traan, een uiting Van vertwijfeling, wel
ke Zich in de breede toonzwellingen door de
kamer' heen trok.
Plotseling hield het spel midden in' een
phrase op. jWSj sprongen op Ohopin toe, die
in zijn lijkkleed in onmacht op het tapijt
was neergezonken'.
Twee. drie ma landen later speelde Ohopin
in de salon van vorst Marcel ine Czaxtoiryska
voor de eerste maal zijn B-moll-sonate. Poi-
lignac en ik waren dajarbij tegenwoordig.
Toen kwam er een moment, dat wij als in
elkaar sidderden en elkalajr ontroerd aan-
stoorden.
[Wij herkenden in den beroemden' ireur-
mansch de lugubere improvisatie van Ohopin
in! mijn atelier. 1
IN 33 UUR OVER DEN ATLANTISCHEN
OCEAAN?....
Zonder zeeziekte in 33 uur den Atlantischen
Oceaan oversteken, dat is heden de droom van
velen en het kan de werkelijkheid van morgen
worden. Het spreekt vanzelf, dat het geen schip
is, maar een vliegmachine, waaraan dat helden
stuk zal kunnen worden toegeschreven. Volgens
de berekeningen van de bekwaamste vliegers
zou een tweedekker van 33 meter breed met
twee paren vleugels onder elkander, door een
afstand van 5 meter gescheiden, op voorwaarde,
dat hij werd gedreven door een machine van vol
doende lichtheid en kracht, reizigers kunnen
overbrengen naar de overzijde van den Atlanti
schen Oceaan. Een bemanning van vier of vjjf
man zou voldoende wezen, om een dergelijk
toestel te besturen, dat met negen passagiers
bemand zou kunnen zijn.
Een snelheid van 125 tot 130 kilometers in
het uur zou de aeroplaan vergunnen, in min
der dan twee dagen den afstand te doorloopen,
die de Nieuw Wereld van de Oude scheidt, en
de duur van de reis zou tot 33 uur kunnen wor
den teruggebracht, als men den luchtweg zorg
vuldig uitkoos. De studie van de hoogere gebie
den van de atmosfeer is een wetenschap van be
trekkelijk nog jonge datum, waarvan de wetten
nog niet met absolute zekerheid kunnen worden
vastgesteldmaar het schijnt toch buiten twij
fel, dat, vooral in de gematigde luchtstreek,
de luchtstroom van de bovenste luchtlagen min
der aan snelle veranderingen is blootgesteld
dan de winden, die op de oppervlakte van de
aarde waaien. Dus is het te voorzien, dat binnen
niet langen tijd de atmosferische stroomingen
op de luchtvaart een dergelijken grooten invloed
zullen uitoefenen als de zeestroomingen hebben
geoefend op de zeevaart.
Om over den Atlantischen Oceaan te varen,
zullen de vliegmachines vaste lijnen volgen. Die
itineraria zullen, als men ze eenmaal heeft ge
kozen met de telegrafie zonder draad aan de
aviateurs veroorloven, in gemeenschap te blij
ven met de schepen, die ongeveer denzelfden
weg volgen, en hulp te vragen, als die noodig
mocht zijn. Ook zullen ze aan de beide kuststa-
tions, waar aan iedere zijde van den Oceaan de
luchtvaartlijnen eindigen, juiste inlichtingen
kunnen geven over de inrichting van den wind,
de barometrische drukking, de temperatuur en
electrische spanning van de laag der afmosfeer,
wtaarin de aviateurs die zich gereed maken, den
zelfden overtocht te doen in de een of andere
richting op hun beurt met hun toestel zullen
komen.
Vijf hutten van kunstmatig mica en in den
vorm van torpedo's zouden aan de voorzij en van
achteren aan het toestel moeten zijn aange
bracht tusschen de beide paren vleugels. In die
hutten houden zich de passagiers op. Natuurlijk
zou hun installatie niet al te veel comfort bie
den, gevangen als ze zijn in een nauwe ruimte;
maar ze zullen toch niet veroordeeld worden tot
volkomen bewegingloosheid; ze zullen alleen
matig en voorzichtig moeten zijn in bet bewe
gen. Ieder van hen zou tot zijn beschikking kun
nen hebben een klein klaptafeltje om de maal
tijden tot zich tc nenien, een mihiatuurkoffer-
tje, waar hij tijdens zijn slaap zijn kostbaarhe
den in kon sluiten en een boekje voor zijn ba
gage, tot een minimum gereduceerd.
TEGENSPRAAK,
Reiziger. lk -wou mijnheer den dokter
een offerte maken.
Dienstmeisje. De dokter is niet te spre
ken het is zijn spreekuur.
DE AD VOC ATENZOON.
Karna. Alleen wanneer je je school
werk Zonder fouten maakt ma!g je in den
tuin gaan spelen.
Zoon. Mkmai, maar da,t is afpersing.
Z'N 'HART.
Kama. [Wiaarom sla je dien jóngen?
Papa. Hij heeft een gevoelige les 1100
dig en ik hen bezig, hem die op het hart
te drukken.
Mama. Dan heb je er een vreemd idee
van', waar de jongen zijn hart zit.
O ZOO.
[Wat ben' je toch onhandig, zeide me
vrouw tot het dienstmeisje, dat een weinig
saus op de splinternieuwe zijden japon van
een gast gemorst had'. Nu komen w« saus
te kort? 1
VUEIEND.
Ik .nacht altijd de waarheid te zeggen,
zei Bikkers1.
Ja., zei zijn vriend, maar in dit op
zicht doe j^ me aan een vrouw denken.
Hoezoo. vroeg Bikkers.
Je raakt zelden, w.aiar je op mikt, was
't antwoord.
VROME WENSCH.
Men zegt dat een struisvogel als hij
schrikt zijn kop in het zand verbergt,
Ik wou dat hij dit ten eeuwigen dage
zijn staart, deed? zei een man die juist een
enorme rekening hij de modiste had moeten
betalen.
UITKIJKEN.
Ik heb al een half uur naar mijn man
uitgekeken, zei'een zenuwachtige vrouw tot
een kalme dito.
Hou je bedaard, mevrouw, hernam rie
ander, ik kijk er al 2o jaar naar uit.
DIE BEGREEP HET.
De omstandigheden schijnen ongunstig
te zijn. zei het medium.. Ik hen niet in staat
eenig .teeken te krijgen van uw overleden
man.
Nou. 't verwondert me mets, zei de
weduwe, 't Is pas negen uur nu. en Jan
verscheen nooit voor twee uur -s nachts.
AMERIKANEN.
Weet u. mister Jackson, ik heb mede
lijden met de wolken hier in Holland.
Hoezoo, miss Pusisill
Ze kunnen zich niet eens een beetu
laten krabben door de huizen.
VRIENDELIJKE RAAD.
Wat hen je toch kwaad? -Wla.t heb je
toch
Och, ik heb m'n proces in eerste in
stantie gewonnen, in .tweede instantie ook
en nu voor den Hooge.n Raad verlies ik 't
Jij bent ook zoo verbazend zelfzuchiig-
Je hebt- twee keer gewonnen? Je moet r
ander mensch ook eens wat gunnen
DAT IS WAAR.
Kijk je nog altijd naar je hond uit?
Waarom zet je geen advertentie in de
courant
't Stomme dier kan niet lezen.
DANKBAARHEID. 1
Herms. -Bont- u degenen die mijn vrouw
uitschold voor a! wat leelijk was
Strem.. Ja, dat ben ik.
Herms. Liaait ik u de hand drukken,
H bent turn held'