DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND. 1 neutrale leeszaal." STADSNIEUWS. „De SlHÉarf en een „gemengd iCimiiei*h&iiswe@t 2S«3fi-13y Haarlem isitercemmnnaai TeSefoonnunamer S4S@« Ë£RST£ BLAD. Zaterdagavondpraaljes. 'ZATERDAG 17 FEBRUARI 1911. 36ste Jaargang Ro 7753 t** f Issfsaus van Redactie en Administratie IE» beteletsd# aboanéa ©p dit bied, dia iu bet bedt esner verzekeringspolis eïja, zijn volgens de bepeiingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voort gulden 18 gulden b8 gulden bg D» «itkeerlsg dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Meatschappg „Ocean" Blfkantoor voor Haarlem de Nederüandachs Credietbank Nieuwe Gracht li Dit nummer bestaat uit uier bla den, ul o. de Ofïicïëele Kerk- I ij s t en het G e 11 u s t r e e r d Z o n- dagsblad m 8 bladzijden. Haarlemsche Alledagjes No 494. covin. BE BI! AB'j K KÉBSSlSfRUS p«r 8 maanden root Haarlera i 3,1® Von* de plaatsen, w«ar een agent ie gevestigd (kom dar gemeen Sg) 1,85 Voor de overige plaatse*, in Nederland franco per pos» 3,30 Aisoudarljjktt nummers o 0,08 PRIJS OER AaVERTEftTlÊN; Van 1—3 regels 60 cent (oontant 50 oent) ledera regel meer 10 cent Agentschappen 15 oent per regel. (Buitenland 20 oent Buiten Haarlem en de Reclames dubbel tarief Dienstaanbiedingen 25 oent (6 regels), driemaal voor 50 oent (4 oontant.) 000 GULDEN by verlies van GUÏJJEN bi) levenslange raag*" soiuktbeid '/at verken. 4Ü0 HULDEN fa| overlijden. M verlies van een hand of voet. 150 GULDEN 14 verlies van Óen oog. verlies van ésn duim. één wijsvinger. 15 verliee van één anderen vinger. Zondag 18 Februari. Bioscope-theater Groote Markt 2_4 en 8—10 uur Bioscoopvoorstelling. Sociëteit Vereeniging 2A uur Haarl. Muziekkorps: 9de Matinée. Schouwburg Jansweg TA uur B. K. Vriendenkring. Feestavond. Brongebonw 734 uur Tooueel- en Keciteervereen. „Vondel": Een Pechvogel. BLOEMEND AAL. Café Rusthoek 214—414 uur Mati née Amsterdamsch Trio. Maandag 19 Februari. Gebouw „S t. B a v o" E.K. Volksbond 814 uur Ondersteuningsfonds. Vergade ring Schoenmakers. Teyler's Stichting op de gewone Museumtïjden Buitengewone tentoonstel ling vau kunstwerken, berustende in de ver zameling van Teyler's Museum: de gravures van Lucas van Ley den, geb. 1494 te Leiden, Bisschoppelijk Museum (Jansstraat 79). Geopend eiken dag van 105 uur, tegen betaling van 25 cents. Uitgezonderd Zaterda gen en R. K. feestdagen. Museum „Van S t o 1 k" J ansstraat 48— 50). Geopend 's Maandags en Dinsdags van 9/4—4)4 uur tegen betaling van 1.Ove rige dagen kosteloos op aanvrage. In aansluiting op ons hoofdartikel, waarin het standpunt der Katholieken ten aanzien sen er „openbare" of „gemengd-neutrale lees zaal" is aangegeven moge hier de opinie van het hoofdorgaan dér Anti-revolutionaire partij, „De Standaard", worden vermeld. Dit blad gaf openlijk te kennen, dat het een leeszaal als hierboven is omschreven, van „chris telijk standpunt niet voor verdediging vatbaar achtte", de zaak beziende van den paedagogi- schen kant. „Er is gevaar dat in 'n gemengd-neutrale lees zaal kinderen uit 'n christelijk gezin, die nog niet in staat zijn om den strijd der meeningen zelf standig te beoordeelen, en zoo ook lieden, die daar nog niet rijp voor zijn, in boeiende lectuur zien aangeprezen denkbeelden en inzichten, die lijnrecht tegen de christelijke wereld- eu le vensbeschouwing ingaan." Immers in zulk eene „openbare leeszaal" zal men boeken van allerlei richting vinden: het kan wel niet anders of ook die waar om m,aar dit eene te noemen, de schepping van hemel en larde door Gods Almacht ter zijde wordt gesteld en de evolutieleer op alle manieren bepleit en Men zie ons blad van Zaterdag 10 dezer. verdedigd wordt. En eene strenge controle kan hier niet baten, daar zulke boeken, krachtens het uitgangspunt zelf van zulke openbare lees zalen, er zijn moeten. Nu is daar naar de meening van 't blad niets tegen, zoo men slechts te rekenen heeft met volwassen personen van zekere ontwikkeling, maar dit gaat tegen elk paedagogisch begin sel in, zoo men ook de jongeren en nog onrijpen toelaat. Dan toch „wordt het karakter van deze leeszalen positief neutraal, en alzoo eene pro paganda voor wat de christelijke paedagoog principieel afkeurt." ïfc 5^C Zóó ongeveer formuleerde De Standaard in haar nummer van 22 Oct. 1910 haar stand punt. En in Januari 1911 wijdde ze een geheele artikelenreeks aan de zaak om haar meening nog eens duidelijk toe te lichten. In die reeks stippelde ze aan, dat een „openbare leeszaal" uitgaat van de gedachte, dat de lectuur, die ze ter beschikking stelt, moet zijn samen gesteld, èn uit hetgeen de waarheid bepleit, èn uit het geen de waarheid bestrijdt. Verder, da t ze tot het kennis nemen van deze literatuur püogt aan te moedigen, door Jan en alleman er heen te lokken, eu als lokmiddel hiertoe te bezigen het verschaffen van dagblad literatuur van alle gading, en van lectuur van ontspannenden aard. Tevens zegt het blad, dat 't stellen van een leeftijdsgrens niet baat, da.ar in zonderheid de mate van bereikte ontwikkeling zal moeten meetellen. Nadrukkelijk stelt „De. Standaard" dan, zooals ook wij hebben gedaan, met ern stige woorden in het licht, dat 't groote gevaar schuilt op het gebied van het geloof, van de w.aarheid, van de levensopvatting, van de sociale, de economische en de politieke vraag stukken. Letterlijk zegt ze: „zonder de noodïge ontwikkeling, zonder er op gewapend te zijn, werpt men jongelui van christelijken huize iu den maalstroom van ongoddelijke, van demo nische theoriën,, en, zoo er jongelui zijn die daardoor hun geloof verliezen en voor altoos ondergaan, rust op de Leeszaal voor dit naam loos kwaad de volle verantwoordelijkheid." Maar, vraagt 't blad, is dit gevaar dan niet te keeren, door geschriften, bladen en boeken, die dit kwaad ha zich sleepen, uit de Leeszaal te bannen? En daarop antwoordt het: Neen! Im mers, dit juist is het eigen karakter van deze publieke leeszalen, dat elke richting, ook de meest van God vervreemde, het recht heeft, en er op staat, om ook de geschriften, die het dege- lijkste en het welsprekendste voor deze van God vervreemde gedachtenwereld pleiten, in de boe kerij te doen opnemen. Alzoo „De Standaard" is om velerlei redenen de hoofdargumenten deelden wij mede geen voorstander van eene „openbare" of „ge mengd neutrale leeszaal!,', hetgeen echter niet zeggen wil, dat ze is tegen iedere leeszaal. In tegendeel ze bepleit oprichting v,an O h r i s t e- lijke leeszalen, die n i e t-n eutraal zijn. Een leeszaal zooals ze in haar nummer van 23 Februari 1911 zeide „onder geheel christelijk Bestuur, waar de geschriften der te genstanders onder goede censuur gekozen wor den; waarheen men niet lokt door vaak zeer bedenkelijke lectuur; waar meu weet wat men aan een ieder naar de mate Van zijn ontwikke ling in handen geeft, en waar geen verkeerd gezelschap wordt ontmoet." I Zulk een leeszaal acht het hoofdorgaan der J Antirevolutionairen wennchelijk, en het is ons een voldoening, in deze courant en in room- schen kring daarbuiten steeds geijverd te heb ben voor hetzelfde denkbeeld, aan welks vervul ling wij nog steeds niet wauhopen. Verwacht mag worden, dat de a.-r. leden van onzen Haarlemschen Raad zich in dezen zullen scharen aan de zijde van het hoofdorgaan der a.-r. partij en zich zullen kanten tegen oprich ting eener „gemengd-neutrale leeszaal" van ge meentewege of subsidiëering van zoodanige „ge mengd-neutrale leeszaal", opgericht door parti culieren. In beide gevallen is er eene mede-ver antwoordelijkheid, die voor een raadslid, dunkt ons, inderdaad zwaar weegt, t SPAREN. Men vraagt ons, o£ er liier ter stede geen inrichting of vereeniging is, welke het sparen van schoolkinderen op de R.K. bijzondere scho len bevordert. Wij gelooven, dat tot dusverre in dit opzicht nog niet algemeen gewerkt werd, al doen de Eerw. Zusters en de dames eu heeren van het onderwijzend personeel ongetwijfeld wat ze kun nen. Doch nu men de zaak aanhangig maakt, en er misschien van een of andere zijde wel wat gedaan zat worden, willen we toch wel verklap pen dat we weten, dat do ijverige vertegenwoor diger van de Coöperatieve Centrale Middenstands- credietbank in het Bisdom Haarlem, de heer J. H. Visser, plannen heeft om door spaarzegels dezer voortreffelijke en betrouwbare credieiinstel- ling het sparen osp de school gemakkelijk te ma- 'ken. Als de afd. Haarlem der Dioces. Onderwijzers- Vereeniging zich eens met den heer Visser in verbinding stelde? Dat zou gelooven we in dit opzicht ineens de zaak in orde brengen! -I m I MR. A. A. VAN DER MERSCH. Onze kantonrechter, mr. A. A. van der Mersch herdenkt heden den dag, waarop hij vóór 25 jaar tot kantonrechter werd benoemd in deze stad. Te voren was mr. v. d. Mersch substituut officier van Justitie bij de rechtbank alhier en hij die te Assen en kantonrechter te Druten geweest. Mr. v. d. Mersch werd den 15en Mei 1845 te Amsterdam geboren. In 1868 promoveerde hij te Utrecht tot Mr. in de rechten en werd den 28en Juni 1871 benoemd tot kantonrechter- plaatsvei'vanger van het destijds te Nieuwer- Amstel gevestigde kantongerecht; in 1873, den 25en December, werd hij benoemd tot kanton rechter te Druten. In Januari 1876 werd hij substituut-officier van Justitie te Assen en twee November van het jaar 1882 kwam hij in dezelfde hoedanigheid naar de Rechtbank te Haarlem. Vier iaar later volgde zijne benoeming tot kantonrechter in deze stad en wel op 17 Februari 18o7. Thans is Mr. v.d. Mersch 25 jaar als zoodanig j werkzaam, en, hoe tegenstrijdig het ook moge klinken, zelfs in deze betrekking heeft hij zich de achting en waardeering weten te verwerven van alle Haarlemmers. In het publieke leven is Mr. v. d. Mersch bovenal een zeer gezien man en gewaardeerd vriend. Den 25en December 1913 zal hij dus 40 jaar bij de Rechterlijke macht werkzaam zijn. In die 25 jaren zijn de werkzaamheden verba zend toegenomen. Waren er b.v. in 1888, 1011 strafzaken te. berechten, in het afgeloopen jaar waren er niet minder dan 4456, evenzoo ging het met andere werkzaamheden. Ondanks zijn hooge jaren vervult de heer Mr. v. d. Mersch zijn moeilijk ambt nog met jeugdige opgewektheid en helderheid van inzicht, die veel jeugdiger krachten hem zullen benijden. Wij hebben in den heer v. d. Mersch, bij de veelvuldige zittingen van het Kantongerecht, waarvan hij slechts zelden en dan nog noodge dwongen, eene verzuimde, 'tmodel gezien vanden alleen-rechtsprekenden rechter en bewonderd j de opvoedende kracht, die de heer v. d. Mersch in de vervulling van zijne functie weet te leg- gen. Niemand, die er behoefte aan heeft en j om dat te merken is juist de groote gave van den heer v. d. Mersch gaat van de strafzitting i heen, zonder een wijzen raad en zachte verma- j ning rijker. Niet zelden hoorden wij hem in de- zen geest, tot zelfs verstokte oude dronkaards sproken: „Wat kom je hier doen?" „Edelachtbare, ik ben in hooger beroep geko- j men van het vonnis, dat wel wat te zwaar is ,Ja, man, maar dat is al de zooveelste maal, dat je voor dronkenschap hier bent. Je moet een vooxbeeldige straf hebben." En dan volgt een pleidooi voor geheel-onthouding, of ten minste afschaffing. En de beschuldigde staat verslagen over zijn eigen ellendigen toestand. En wanneer Mr. v>. d. Mersch ziet, dat de be klaagde ontvankelijk is voor zijne raadgevingen, dan luidt het steeds: „Beloof je me dan, dat je je best zult doen om nooit meer te drinken?" Een bevestigend antwoord blijft dan niet uit natuurlijk. „Nu dan zal ik eens zien wat ik voor je doen kan," en de volgende week wordt de beschuldigde niet zelden verblijd met een ele- menter vonnis. Zoo spreekt Mr. v. d. Mersch recht in alle zaken en hoewel hij op zijn tijd gestreng recht weet te spreken, zullen toch allen die met 'hem -in aanraking komen, zijn goedheid prijzen. Mr. v. d. Mersch is afgevaardigde voor Haar lem in de Provinciale Staten, lid van de Kamer van Toezicht over de Notarissen voor de Arron dissementen Haarlem en Alkmaar; voorzitter van de Militieraad, lid van de vereeniging Weldadig heid naar Vermogen. In den laatsten tijd echter heeft Mr. v. d. Mersch veel geleden van eene ernstige ziekte en zag zich genoopt zich meer uit het publieke leven terug te trekken. Vroe ger is Mr. v. d. Mersch lid geweest van den Raad der gemeente Haarlem. Ook is Mr. v. d. Mersch Ridder in de Orde van den Neder]. Leeuw. De heer v. d. Mersch woont thans in den Aerdenhout. 1-Iet zij ons vergund den heer v. d. Mersch onze beste wenschen aan te bieden bij dit zil veren feest. Hedenmorgen kwam de jubilaris niet aan het Paleis van Justitie, doch in den namiddag te ongeveer half vier zou receptie gehouden worden te zijner huize in den Aerdenhout—Bentveld. Van het Kantongerecht kwamen verschillende functionarissen hem persoonlijk feliriieeren. Van de Arrondissements Rechtbank kwam een depu tatie, eveneens van de H.II. Notarissen, Advoca ten en Procureurs, van het Zander-Instituut, den Volksbond tegen Drankmisbruik en vele ander? vereenigingen en genootschappen. MUSEUM VAN KUNSTNIJVERHEID De tentoonstelling van messen, vorken en le pels uit vroegere dagen, die in de maand Maart in het Museum van Kunstnijverheid te Haarlem zal geopend worden, ontving reeds van verschil lende zijden betuigingen van sympathie alsook toezeggingen, zoodat deze tentoonstelling door medewerking van belangstellenden zeer interes sant zal worden, daar er op dit gebied bij de gegoede familiën in ons land nog veel aanwezig is. De Directie rekent dus op veler medewer king. In de aan het Museum verbonden School voor Kunstnijverheid is de klasse voor het emaillee- ren thans in vollen gang, de lessen worden door eene Weensche dame, mejuffrouw Sophie Sun der des Dinsdags en 's Woensdags gegeven en door een zevental leerlingen, waaronder ook uit andere steden, bezocht. In de Rotonde van het Museum van Kunst nijverheid werd de verzameling van de stoffen, reproduction uit het Museum te Berlijn, wéfler aangevuld en vernieuVd. Deze afbeeldingen geven met hunne rijke kleuren en ornamentale samenstelling, eene groote afwisseling van motieven uit verschil lende tijdperken, die voor de belangstellenden hoogst leerzaam zijn. In het trapportaal werden bovendien eenige ontwerpen en uitgevoerde decoratieve werken, alsook eenige eompositiën, betrekking lubben de op dc architectuur en de meubelkunst, ten toongesteld, waardoor men eenig begrip kan krijgen omtrent den geest waarin op de Riar- Iemsche School voor Kunstnijverheid woi- ge werkt. Zondag is de toegang kosteloos. YERLOF. Ingekomen is een verzoekschrift van 11. Worm, om verlof tot het verkoopen uitsluitend van alcoholvrijen drank voor gebruik ter plaatse van verkoop in het perceel aan de Smedestraat No. 15. PRINS CARNAVAL. Maandagavond komt Prins Carnaval in de stad op uitnoodiging van het bestuur der Letterlieven de Vereeniging „Jacob van Lennep." De Prins komt met gevo'g te half 9 uur (les avonds met den trein te Haarlem aan en zat dan aan het station verwelkomd worden door het bestuur van de vereeniging. Daar vergunning is verkregen tot het houden van een geeostumeer- den optocht, gaat het daarna in rijtuigen, waar-' in leden van „Jacob van Lennep" go.osiuineerd zullen gezeten zijn, met de muzfek' der TJanncfi nie voorop, naar de Kroon, langs Stationsplein, Kruisweg, Kruisstraat, Barteljorisstrcat, Groove Markt, Koningstraat, Verwulft, le Groote Hout straat, Groote Markt, Smedeslraat. In de Kroon, waarvan dc concertzaal in een feeërieke bloemenhof zal zijn herschapen, wordt door de vereeniging een Bol-masqué-avond ge geven. (Zie Stadsnieuws verder oc in dit Blad.) Een mooi plan, en de „sods'" van vroeger en van nu 1 Be schouwingen over de gezelligheid en de uithuizigheid, en een zaak die zeker rendeer en zal. Altijd de geldkwestie, en alle waar naar z'n geldKlagers die hun mond, hielden toen klagen te pas kwam, en een aftreksom die met een goede rest uitkomt. Dat is nou eens een goed en een mooi plan: ten Roomsche sociëteit stichten in Haarlem! Ja, het zal niet gemakkelijk gaan, dat weet ik wel, maar als er maar een kern is die wil, dan kón het. Ik hoorde dezer dagen vertellen: de tijd voor de sociëteiten is uit, dat was goed in vroeger iagen, toen ze öp de soos de politiek van de Stad bedisselden cn uitmaakten wie er gekozen ton worden voor den gemeenteraad, net°precies als ze nu nog in „Trou" probeeren te doen maar dat lukt óók al niet meerp;r is 'wat van aan: de tijden van de gezellige soos, met de groote bittertafel en de geregelde clubjes die omberden en pandoerden, die tijden zijn »ver. Maar het sociëteitsleven heeft zich gewij zigd, is gemoderniseerd, zoo houd ik vol: het niet heel en al ten gronde gegaan, en ©en moderne .sociëteit, mits goed ingericht, is ook in onze dagen nog een behoefte. Vooral voor ;|ons Robmschen is een „Katholieke kring" een instelling, waar we toch eigenlijk niet buiten kunnen. Al gaan we ook niet eiken middag meer achter de bittertafel zitten die drankbestrijding heeft de bittertafels in de soos den dood aange daan, toch gaat menig Middenstander en ge zeten burger ook in de middaguren graag eens „een straatje om", en wat is er dan beter 'en gezelliger te bedenken, dan zoo'n aanlegplaats te hebben, waar je de vrienden eens kunt ont moeten, waar je weet, ge'.oofsgenooten en beken den aan te treffen, waar e kalm een brief 'kunt schrijven, een sigaar rooken, misschien nog net even een dominootje spelen! En dan: je hebt een vriend Over, een kennis te spreken, een fa milielid op bezoek, met wien je toch den heelen middag je vrouw niet kunt opschepen: het mensch heeft in winkel en keuken en kinder kamer toch óók haar bezigheden. Welnu, wat er dan gezelliger, dan in den eigen kring van de isoos op je gemak en vertrouwelijk eens een uurtje te gaan zitten praten: is dat niet beter en ook huiselijker en meer in den toon dan in het café te moeten toeven, waar niet het zitten en praten, maar het „consumeeren" om zoo'n vakterm nu eens te gebruiken tocli altijd maar de hoofdzaak is? En dan des avonds! We zullen, als alle teekenen niet bedriegen, ook hier ter stede langzamerhand wel moeten geloo ven aan een vroegere winkelsluiting, die in een massa branches ook wel gewenscht is. En nu zal ik nooit een bevorderaar willen heeten van de uithuizigheid, maar dat een winkelier en mid denstander die |den heelen dag hard gewerkt heeft m de zaken, das avonds eens voor een verzetje een uurtje naar de soos gaat om de collegia's te spreken, een kaartje te leggen of een krant te lezen, wel, wie zal hem dat kwalijk' nemen? Wanneer je dan zoo'n Roomsche sociëteit hebt, dan ben je ook zeker daar de vrienden en kennissen te vinden, 4an ergert ge u niet (zooals ik' zelf en velen met mij nog dikwijls doen in societeitskringen) aan bespottelijke anti- Roomsche praatjes en hatelijkheden, dan kun nen we zeggen, dat we „ontler^ ons zijn en me nig ding bespreken, dat je in een gemeleerd gezelschap vanzelf, omdat het een ander niet interesseert Of niet aangaat, achterwege laat. En wanneer dan aan zoo'n Roomsche societejt wordt verbonden een mooie gelegenheid voor de Room sche vereenigingen ojn te vergaderen, wel, dan moet het zaakje toch ren deer en ookl Ik hoorde of las dezer dagen nog, dat er ook een club of sociëteit voor jongeren een soort jonge garde dus is opgericht, en <iat die al haar eerste vergadering heeft gehouden. Me dunkt, die zullen het gemis van een Roomsch clublokaal nog erger voelen, en ik kan me zelfs voorstellen, dat anderen dat gemis óók voor die jongeren ten zeerste en om priticipieéle redenen betreuren! Het zal me dus niet verwonderen of de Haarlem sche Roomsche burgerij in den breeden middel kring zal ermee sympathiseer en, wanneer dat idéé van een Roomsche sociëteit uitvoering krijgt, en wie maar medewerken kan, die zal dat hoop ik' niet laten, want als er voor zoo iets nu eens hulp en steun gevraagd wordt, dan heb je er zélf zooveel als je wilt, je eigen pleizier van, iets wat men van heel veel andere goede dingen waarvoor geld en hulp gevraagd wordt, niet zeggen kan. En toch geven we daaraan, niet waar, zooals trouwens onze dure plicht is, naar de mate van ieders krachten 1 Daar heb je bijvoorbeeld het Roomsche onderwijs, wat dra gen we niet met liefde en off er vaar disheid dódr-1 voor groote sommen bij 1 De hoogwaardige De ken mocht het bij de inwijding van de nieuwe school op de Nieuwe Graebt van de week wèl zeggen: er wordt veel gevraagd van ons Room- schen, maar er wordt ook véél gegeven! 't Is een duur geloof, het onze, maar alle waar is naar z'n geld, dat is óók een waarheid die je niet kunt tegenspreken. Met dat al is hef toch maar een mooi ding, dat we nu op dit oogenblik twee nieuwe Roomsche scholen tege lijk in aanbouw hebben: die aan de N. Gracht en de nieuwe van meneer Roodnat aan den Ko ninginneweg, die nu wel ter vervanging zal die nen van het huis in het Kenaupark, maar die dan toch veel grooter, veel royaler en ook veel1 omvangrijker wordt ingericht, waardoor er ook voor meerderen plaats zal komen: een aanwinst dus in dubbel opzicht. En dat doen die Room- schen toch maar zoo langs hun neus weg uit hun eigen zak' voor 't grootste deel: een ge meentekas om er met volle handen uit te putten, zooals voor het openbare onderwijs (dat we door onze belasting toch óók maar mee moeten be talen) het geval is, hebben zij niet ter beschik king. Als er dan zulke prachtige schoolgebouwen worden gezet als de Sint Bavoschool, de Sint Canisiusschool zijn, en nu weer de St. Jozefs- school en die van den Koninginneweg beloven te worden, dan bevreemdt het je toch als Roomsche wel eens, 'dat er van den liberalen kant wel maar altijd wordt afgegeven op en gesmaald tegen het bijzonder onderwijs, maar dat er van eenige waaxdeering voor wat de Room- schen in dit opzicht doen voor de stad en het aanzien der stad op eigen kosten, zonder dat het de gemeente een cent kost, geen sprake POit is,! Maar wat zal ik ervan zeggen: we zijn het gewend, en daarenboven, de mensch en doen dikwijls zoo raar. Daar heb jc nu die sommigen (veel zijn het er vast niet, daarvoor zie ik mijn stadgenootea voor te verstandig aan!) die door een beweginkje legen de zoo hoognoo- dige asfalteering van onze groote straten deze! willen tegenhouden of afketsen, waarmee een van de de plaatselijke bladen, dat vanuit het Stadhuis schijnt geïnspireerd te worden, begon nen is! Die menscben klagen nu opeens steen en been, dat er voor asfalt geld moet uitgege-j ven worden: „vermorsen" noemen ze dat van „de be'.astingpenningen", welnu, geen mensch van al die klagers heeft z'n mond opengedaan, toen het volmaakt onnoodige besluit genomen werd, om een pure luxe-uitgave te doen; een nieuw, uiterst kostbaar museum te bouwen! Je hoorde toen geen sterveling praten van „belastingpen ningen" en van „vermorsen": maar zonder nu juist zoo'n prozaïst te wezen als meneer Bre- gonje die de „Halsen" maar wou opruimen, mag ik dan toch wél vragen: waar zouden we in de stad, zoowel wat de burgerij betreft als wat de vreemdelingen aangaat, méér pleizier, ported en gemak van hebben: van een nieuw duur, nieuwerwelsch museum ineen achter buurt, of van moderne winkelstraten met een deugdelijke asfaltbestrating en zoodoende een be hoorlijk straatverkeer ?Dat is een aftreksomme tje van min en plus, waarbij je aan den kant van de bestrating een heel getal overhoudt, wil je dat wel gelooven? 17 FEBRUARL

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1912 | | pagina 1