r/i< Amsterdamsclie Beurs. De millioenen-Prins. HEERËN- ËN DAMËSKLElRMAKERIl, JAC. KARSKEKS, Zijlstraat 62, Ontvangen NIEUWE STOFFEN. 1. H. W. Srfinrientann, r s BINNENLAND. HOHIKGSTRAAT 48-54. .5g|=J 3 Speciaal mmi- en STOFFENMABAZIJN Atelier voor Dames- en ^inderkleediRg NAAR IAAAT m/? Handschoenen. Hu Bon HUarche ©If ons» Haanlem-Bnussel. Handschoenen. S - - r. eo pT ow C£> Opgegeven door F. Th. Everard *0«fo 675/, W/u 172 1881/. 56 320 292l/«j 4943/4 230 127 718/4 93?/, J'lu 670 735 851/8 98 iOU 1831/j 9ö'/4 78*/» 80?/, 67?/, 95*/, 70/u f/l« 660 7 ir FEUILLETON Groote roman, naar het Fransch van P. d'Aigremont. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT co CE» oo ACHTER DE BIOSCOOPSCHERMEN. Er is heel veel over de bioscoop-trucs te ver tellen. Om een indruk te geven van hetgeen er alzoo t>Ü de cinematografie te pas komt, laten wij deze bijzonderheden over de cinematografie volgen Behalve het inschakelen van het apparaat op zekere momenten, ka» men ook zeer veel berei ken met behulp van een spiegel. Een scène, die zich afspeelt ver buiten het door de acteurs voorgestelde tooneel, kan door een spiegel wor den opgevangen. Op die manier is 't heel ge makkelijk om dwergen voor te stellen door per sonon van normale grootte, wanneer men maar zorgt ze op een flinken afstand van de spiegels te plaatsen. Dan schijnen ze werkelijk buiten gewoon klein. Natuurlijk is het ten eisch de spiegel zoo te plaatsen, dat de daarin voorge stelde personen schijnbaar aan de behandeling deelnemen, 't Komt dus aan op een handig sa menwerken van den tooneelspeler met het spie gelbeeld. De spiegel zelf is bij de opvoering der film niet zichtbaar, door de enorme snelheid, waarmee de beeldenreeks wordt afgerold. De werking dezer trucs nu treedt o. m. aan het licht bij de bekende film „Prinzessin Niko- tin", in de Duitsche Bioscooptheaters opge voerd. In 't begin der voorstelling ziet men een man aan tafel zitten, waarop een tabaksdoos, een doosje met lucifers, een vergrootglas met hand vat, een whiskyflescb en een syphon met spuit water staan. Al» geheel dus een eigenaardigs collectie. Bovendien staat ex nog een witte fleech op een kist. De man «topt zijn pijp, maar steekt die niet aan. Hij is blijkbaar zeer vermoeid, rokt zich uit, leunt achterover in zijn stoel, en dommelt zachtkens in. Nauwelijks is hij in zoeten slui mer verzonken, of het deksel van de tabaksdoos opent zich en een klein vrouwtje komt er uit. Dat is „Prinses Nikotin". Ze klautert over de pijp, die op tafel ligt, keert daarna terug naar de doos en helpt een neg kleinere fee er uit, die ze daarna bevel geeft om in de pijp te kruipen. Hoe dit effect bereikt wordt? Prinses Nikotin ie een actrice van middelhare liehaamsgrootte en haar kleine gezellin een twaalfjarig meisje. Evenwel spelen ze hun rollen niet op het too- neelgedeelte, waar de slapende man aan tafel zit, maar als de opname wordt gedaan staan zij vlak naast de camera, zoodat hun beeld op groe ten afstand wordt weerkaatst in een spiegel, die ver achter ds tafel is opgesteld. Zoo wordt dus het beeld der beide meisjes opgenomen, ge combineerd met de behandeling die zich op et tooneel afspeelt. En door den grooten afstand zijn, zooals te begrijpen is, de vrouwenfiguren heel klein. De toeschouwer bemerkt de aanwe zigheid van den spiegel volstrekt niet, omdat die een ruit vormt in een tamelijk ver achter den slaper in het decor gemaakt venster. De lens der camera nu bevindt zich op een gslijke hoogte met het tafelblad, zoodiat de kleine fi guurtjes van het spiegelbeeld op tafel schijnen te staan. De man aan tafel, die natuurlijk alleen de werkelijk voor hem staande dingen ziet, moet in zijn spel doen alsof hij alles opmerkt, wat door het publiek ook wordt gezien. Zooeven werd gezegd, dat de doos vanzelf openging. Nu, voordat „vanzelf" opengaan be staat, ook al een eenvoudig middel. Aan het deksel wordt het einde van een zwarten draad bevestigd en op 't juiste oogenblik trekt iemand, die buiten het gezichtsveld van de camera staat, daaraan. Het deksel vliegt omhoog en de kleine feeën verschijnen. Prinses Nikotin trekt met haar gezellin de tabak uit de pijp; de kleinste fee verbergt zich onder de tabaksblaadjes, ter wijl de prinses weer in de tabaksdoos verdwijnt. Daarna heft ze het deksel daarvan nog even op, lacht schalks tegen het publiek en ver dwijnt. Om dit tooneeltje saam te stellen zijn een ta bakspijp en een dito doos van geweldige afme ting noodig. Volwassen personen moeten er zonder moeite in kunnen klimmen. Bovendien moeten deze attributen in uiterlijk precies ge lijk zijn aan de pijp en de doos, die tijdens de eerste scène op tafel stonden. Alleen de afme tingen zijn veel en veel grooter. En 't kleine meisje behoeft niet in tabak te kruipen, 't geen trouwens allesbehalve aange naam voor haar zou zijn. Hooi wordt gebruikt en het publiek ziet dat later wel voor tabak aan. Nemen we nu den draad der historie weder op. De slaper ontwaakt. Hij grijpt naar zijn pijp en strijkt een lucifer af. (Natuurlijk worden hij deze scène de kleine attributen van scène I weer benut). De tabak wil evenwel geen vuur vatten, en de man neemt het vergrootglas en staart daardoor in de pijp. Nu zijn de toeschouwers plotseling, althans in den geest, in de plaats van den man, en ze kijken evenals hij door het ver- Èrootglas. De scène verandert dus geheel en men ziet op het doek alleen nog maar de pijp in reusachtige afmetingen. Een fee, geheel in rook gehuld, kijkt glimlachend uit den pijpekop en dreigt met den vinger. De verklaring hiervan is alweer eenvoudig genoeg. Men heeft natuurlijk het meisje weer gefotografeerd, ditmaal met de reuzenpijp op den voorgrond, die in den spiegel wordt weer kaatst. Wat bij de voorstelling als een onafgebroken beeldenreeks verschijnt, ie in werkelijkheid een combinatie van afzonderlijk opgenomen toonee- len. Plotseling verschijnt het oorspronkelijke too neel weer. De rooker zit nog aan tafel. Hij legt het vergrootglas verbaasd neer, keert de pijp om en klopt er de verbrande tabak uit, die hij daar na opnieuw door den loup bekijkt. Bliksemsnel verandert de scène weer en men ziet de omge keerde pijp tallooze malen vergroot, met de daar uit geschudde rookende tabak. Het meisje springt op, lacht, werpt den man een kushand toe, snelt naar de tabaksdoos en springt er in. Nog eenmaal opent die zich daarna, en prinses Nikotin en haar kleine fee verschijnen, den roo ker bespottend. Weer verandert het tooneel. De man zit weer voor zijn tafel en uit de tabaksdoos ziet men een arm van de prinses te voorschijn komen. De roo ker grijpt er naar, maar ziet nu plotseling, lat het volstrekt geen welgevormde meisjesarm, maar de steel eener roos is. Even later heeft hij die roos in de hand, maar hoest en kucht, .van- neer hij den geur ervan wil opsnuiven. Want die is niet zacht en aangenaam, 't is een scherpe rook. Natuurlijk brengt men de verwisseling van den kleinen poppenarm met de roos tot stand door middel van het reods eerder beschreven uitschakelen van het toestel. De camera wordt uitgeschakeld, de arm door een roos vervangen, en daarna da opname weer voortgezet. Hoe de rook uit dé roos kan komen? Simple comme bonjour. De rozenstengel is hol en ver bonden met een dunne slang, waardoor een man, die onder de tafel zit, rook blaast. Door het laag afhangende tafelkleed is hij onzicht baar. De rooker staart door het vergrootglas en weer doet het publiek dat met hem tegelijk. Het hoofd der kleine fee wordt zichtbaar binnen in de roos; zij rookt een sigaret en blaast lachend den rook weg. Zooals men begrijpt is de ge bruikte roos een kolossale kunstbloem, waarin het meisje gemakkelijk plaats kan nemen, om in deze houdiiNï te worden opgenomen. Nu ziet men plots weer de veranderde scène: de rooker laat verschrikt de roos vallen, die dit maal een papieren roos van gewone grootte is en maakt dat hij weg komt. Dadelijk valt de roos in blaadjes uiteen, en die dansen naar het midden dor tafel en rollen zich samen tot een sigaar. Dit verrassend effect wordt weer bereikt met de uitschakelingsmethode, 't Toestel wordt weer uitgeschakeld iemand komt naar voren en plukt een rozenblaadje af de opname wordt voortgezet. Weer wordt het apparaat uit geschakeld het tweede blaadje wordt afgeplukt en iemand brengt de blaadjes wat dichter bijeen. Wordt nu deze film met een snelheid van 20 opnamen per seconde opgevoerd, dan krijgt men de voorstelling van dansende rozenblaadjes, die naar een bepaald punt springen en zich bot een sigaar samenrollen. Want deze handeling wordt ook al met behulp van het uitschakelen gecon strueerd. De man heeft zich hersteld van den schrik. Hij komt terug en steekt de sigaar aan. Plotse ling ziet men dan het zonderlinge en zeer tegen natuurlijke verschijnsel, dat de rook door den nauwen hals der witte flesch daarin dringt. 't Gaat evenwel vrij gewoon in zijn werk. Bij het verrichten der opname blaast de man, die onder tafel zit, door een buis rook in de flesch. De rook stijgt boven uit den hale op en volgt de richting van den luchtstroom, die men door het openzetten van een raam heel gemakkelijk kan teweegbrengen. Maar de rook moet er juist ingaan. Wel daarom stelt men heel eenvoudig de omgekeerde beweging en laat de film bij op voering van deze scène in tegenovergestelde richting loopen. 't Is hetzelfde middeltje, waar mee het mogelijk is om een voorwerp, dat uit de vierde verdieping van een huis op straat is geworpen, weer naar boven te laten terug springen. De man, nu zeer verbaasd over zijn merkwaar dige ondervindingen, neemt weer zijn vergroot glas en kijkt aandachtig in de flesch, waarin de kleine fee rondspringt. Zij klopt aan den gla zen wand en wel dat men haar eruit zal laten. Natuurlijk kan men bij de opname van deze scène het meisje niet in de groote flsecb, die on der de requisieten behoort, laten klimmen. De hals is daarvoor te nauw. Maar het beoogde ef fect wordt bereikt door naast elkaar op de film eene lange reeks opnamen van de leege flesch te maken en daarna op dezelfde film het spie gelbeeld van het meisje vele malen op te nemen. Natuurlijk zorgt men steeds dat het tweede beeld zich binnen de flesohomtrekken bevindt. 't Meisje kan natuurlijk allerlei bewegingen uit voeren die worden later toch ook in de flesch geprojecteerd. Ook dit dus is alweer heel een voudig. De rooker slaat nu de flesch stuk en het meisje verschijnt plotseling op de tabaksdoos, het meisje bukt, haalt een pakje sigaretten (in werkelijkheid een reusachtig pak) te voorschijn, waarvan zij den man een aanbiedt. Bij de ope ning wordt het apparaat weer uitgeschakeld op het oogenblik, dat het meisje de sigaret uit het pakje neemt en weer in werking gesteld als de rooker even een werkelijke sigaret heeft kunnen nemen. De man blaast de kleine fee rook in het ge zicht en ontsteekt een lucifer, waarvoor het kleine wezentje verschrikt vlucht. Zij wil zich wreken en sluipt naar het lucifersdoosje. De toe schouwer ziet dan in vergroot beeld, hoe zij het doosje opent, eenige lucifers over elkander schuift en het doosje aansteekt. Daarna „wechselt die Szene"; de man grijpt de spuitwater-syphon en richt, den straal op het vlammende doosje. In het vergroote beeld de lucifers zijn in werkelijkheid bijna 90 cM. lang ziet men een waren watervloed op het bran dende hout neerdalen. De fee verdwijnt. In de slotscène is de rooker nog altijd bezig den brand met spuitwater te blusschen, en han teert in zijn angst, dat het tafelkleed vlam zal vatten, de syphoon zoo onhandig, dat hij ten slotte zich zelf besproeit. En dan eindigt de voorstelling natuurlijk onder de lachbravo's van 't publiek. Deze historie geeft wel een overzicht, van ver schillende trucs, 't Grappigste ervan is, dat de meesten zoo doodeenvoudig zijn, terwijl 't pu bliek dat de voorstelling aanschouwt, er toch niets van snapt hoe men er in is geslaagd zóó iets in elkaar te zetten, en de kinderen zich in de sprookjeewereld verplaatst denken. (Geld.) Ontvlucht. Een bekende rjjwieldief, Dy- selhof, zat te Almelo gevangen. Hij had een stoel moedwillig gebroken en was voor dit feit gestraft met één dag op water en brood. Toen hij, onder toezicht van een bewaker, een friscli luchtje ging scheppen, drukte hij deze in de cel en sloot haai- van huiten met de grendels. Snel liep hij de trap op, waar hij den gevangenbewaarder Eshuis ontmoette, dien hij met een stuk hout op het hoofd sloeg, zoodat deze bewusteloos neerviel. Een gum mislang wist hij te benutten om naar be neden te glijden en kwam van het dak in den tuin van den heer A. B., en vandaar vond hij gelegenheid op den publieken weg te komen. Politie en maréchaussee's waren aanstonds in de weer, den vluchteling te ach terhalen. In alle richtingen werd gezocht, totdat bij Hermanshoeve, bij Almelo, de out snapte door een maréchaussee werd gegre pen. Na een hevige worsteling, waarbij de uniform van den man der wet het duchtig moest ontgelden, werd Dyselhof overmees terd en geboeid naar de gevangenis te Al melo gebracht. Eshuis kon, na in het zieken huis te zijn verbonden, naar zijn woning te- rugkeeren. Ongelukken. Het visscbersvaartuig „H. Z. 46", te Huizeu thuisbehoorend, was be mand met den schipper Lambert Kos, zijn zwager Dirk v. d. Ploeg, en diens broeder Klaas Kos. Bij het lichten van de netten met de vlet, die ieder vissehersvaartuig medeneemt om de staande netten in te laden, geschiedde een ongeluk. Van der Ploeg was met Kos bezig een der ankers op te trekken. Dit ging niet gemakkelijk door de holle zee en op een gegeven oogenblik kwam er een zware zee, die zich met zulk een kracht tegen de vlet en de opvarenden wierp, dat Kos achter in de vlet werd geworpen en hij ruggelings op den bovenkant van de vlet en daarna achter over, met het hoofd naar beneden, in de gol ven viel. Zwemmende trachtte hij de vle't te bereiken. Deze dreef echter snel voor den wind weg en na 5 minuten hadden de golven zich boven zijn hoofd gesloten. Zijn lijk is tot nog toe niet gevonden. Hij is 34 jaar oud en vader van 4 kindereu, waarvan het oudste 8 jaar is. Bij het binnenkomen uit zee in de Vis- schershaven te Sclieveningen werd gisteren een garnalenboot door een vloedgolf, gepaard met een hevigen rukwind, omgeworpen. Van de bemanning werden er drie door middel van een roeibootje gered. Een vierde ver dronk. De redding geschiedde met levensge vaar. De stoomreddingsboot voer vruchteloos uit om den vierde te zoeken. Zijn lijk is nog niet gevonden. In het seinhuis werden de le vensgeesten der bewusteloos geworden ge redden opgewekt. Bij den aanvang der Raadsvergadering van gistermiddag heeft de burgemeester, vertrou wende te spreken namens den geheelen Raad, zijn groot leedwezen geuit over het ongeluk, dat gisteren in de Scheveningsclie haven heeft plaats gehad. Hij betuigde oprechte deelneming aan de nagelaten betrekkingen. Nader is nog over het ongeluk te melden, dat het scheepje, wegens den hevigen wind, voor anker was gaan liggen. Door de woelige zee werd het van zijn ankers losgeblazen en moest naar de haven terug, waar het onge luk door de branding werd veroorzaakt. De geredden heetten Toet, Mos en Fret; laatst genoemde was een broeder van den ver dronkene. Op zee. Gistermorgen gingen een zestal hak ken van die firma Bos aan den Hoek van Hol land naar buiten om een zinkstok te laten zin ken. Voor den zuiderdam dreven de bakken door den toenemenden wind af en genaakten in brand. Op iedere bak bevond zich één persoon. Van vijf der bakken werden de zich daarin be vindenden door sleepbooten gered, terwijl die van den laatsten bak door de reddingsboot, die intusschen wae uitgegaan behouden werd bin nengebracht. De bakken werden op strand geslagen. Een ervan is gezonken. Men mag een gegeven paard niet in den mond kijken. Dezer dagen werd een predikant in den omtrok van Harmeien, door een zijner gemeente-leden, een pot boter vereerd. De domi nee proeft de boter en vindt ze niet lekker. Zijn weleerwaarde verzoekt, oen boertje die boter op de markt voor hem te verkoopen. Ons boertje neemt met domino's pot boter plaats in de rij, gemerkt met „Natuurboter". De boter woTdt aan een keuring onderworpen en bevonden te zijn „kunstboter". Proces-verhaal wordt opge maakt, en het boertje zegt in dienst te zijn van zijn dominé. De rechter zal nu uit te maken hebben, wie hier strafbaar is, de edele gever of de dominé-boterhandelaar. Vorig t koer». 1 April. a» <t 3 pC't. Cerl. Ned. W. S. 2i/j pCt. Gert. 5 pCt. Tabaks). Buig. Oidig. Kronanrenl». 5 pCt. AprilGctoberrentc 4 Jan.Julirenl#. 4J/ii llusland 1909 4V» lwangor Dombrowo Groote Russ.sp. ïgag Nicolai Sp. llusland 1880 Zuid-West Kusiand Hop» j, Rusland 1894't* Fm ti Rusland BunrwU. pCt. Imp. L" mi Japan 5 pCt. Bume Alesicp. 5 t, Goudi. m p. St. 5 |>CL hunding Brazilië, B&tua ui p. ai Para ilkii t, Rio de Janeiro, (F. D x tsao Paulo UKki d DpCiUUJCéè. 4 pCL Algcin. ti.B.K, 4 liaan. ii.B.K. pCL Argcnl H.B.E. a dito Oeuula K. 4.1/» «i bug. Laad G.bg. Aanu. Amalgama Goppci m A in. Bar en Pouiiui j t, Am. lilde en Leadi. Bailed Stales bleet Gu 1L MijV ors Lent, a liana. Kaatsen, <j*w. Aan O. Paititii Aanu. Iteujang Lenuuy, Aund. U«oous«t Peir.y„ a Konintlijivc oanu. AiUsicxU, iuinncr. Den-Batavia m Noden, m Aund, Java, uiiina, Jappen AVspGt ujjl Manae 1're.L. Marine uiiuiu. Marine Aanit Amsterdam Dell Arenusburg iaiiuk, AaiiÜ. liOlt bpOflt Aanu. bOiatsspuyc J TV» gUC C/ln. Undcrgroun- Aanu. .VVaxscnau tuien P/ïP.GL Mos*. Kieuw Will. 4,Vi a 5V lauikawkas, vzimnion i opeLa 4 pQ. Atg. Ujfji. hopeka 4 Gfiüv. lid. idem. umiDw Denvec uoinmou Erie 4 put general Erie f uwumon Kansas C. beulh. trtt Kansas C. South, i pGb Uiu. idem. uimmon Missouri K. I, 4 pGU le hjr'p. idem, t 41/, pGLisal itaiiw pi Mcsk, uommon New-ïork Unlan launuion Norioik Common Rock island Common Suudi Pacnks 4 pCt. Couvert idem 4 le Rel. llyp. idem Inmm. Southern Êailw, Common Cnton Pacific 4 pCt. goud Obl. idem 4 Convert übi. lut.n Common .Wabash Sh. 4'/» pCt. Brazil Kaiiw, pCL Aucatan, gCU Antwerpen 1887. Turkije 1870. 97 n/lc 90'/4 92 ?/1e 8911/ 941 9615 88 7/w i 9dl/. 878/, 86i/w 87 871/4 898/, 1001/, 1035,4 941/a 988/4 968/8 1015 8 102'/g 951/, 98 #6»'w 916/r 99 79i/K 5 ö'/a '2d 63v 4 255/, IOOI/4 107*/» 98®/j» 107 243/, 867/g 233/g 63i, 721,4 8l6/i« 951/4 99^4 59'/, 110 W/u -llÖlö/ie 955/16 94iö/ie L H. 681/, 8913/,, 9413/» 9/14 92®/,6 87i 4 86i/lg 863/ 871/4 923/, 46*/4 99 1045/8 793/, c65/8 2 «*/ia 68T 1731', 1891/j 310 292 4901/4 3290. 127 697/s 245/g ei/,6 654 851/4 953/4 108? 988/4 1071/, 24*/ic 365/8 279/,e 83 ?/8 723/4 31*/» 951/4 92*/, 381 ,2 2913 16 1731/4 1003/, 1028/4 895/s 97?/, 851»/, 6 473/4 27*;m 1141/2 96 95 295/g 1733/, 1003,4 10215/m 71/2 90 801 lt 571/. 26»/m 695 1741/4 1893/4 320 293 701/, 24*/, 24?/* 36?/, 31*/» 33*/4 271/, 29»/» 1731/, De fonidfcenmarkt te New-York opende iSar terdag lager, speciaal voor de goedkooperei soorten, tiocli spoedig kooiden de prijzen iet» verbeteren. Ongunstige berichten omtrent «ie onlusten i n Mexico ideden de markt lusteloos sluiten. De slotkoersen waren voor verschil lende soorten lager. De Amesrik. afdeeling ten onzent was vast voor de Didustriëele soorten. Spoorweg-Shares minder opgewekt. Koperwaarden werden voos- buitenlandsohe; rekening- uit |de markt genomen. Petroleumaandeelen prijshoudend, voor dq Indische soorten. Rumeensche in reactie. Ta baksmarkt lusteloos. Voor de hoofdsoor ten 2 tot 5 pet lager. Cultuurwaarden vast voor Vorstenlanden. Hollandsehe en .Russi sche Staatsfondsen gunstiger. t9 - o - - 34.) Als hij maar niet is als deze! hoorde men mompelen. De nieuwe dokter toonde zich het j tegendeel van zijn voorganger. Hij liet even duur betalen als de andere... ja, maar aan Je rijken en niet uan de armen. En hij nam niet alleen alle ongelukkige krankzinnigen van de «treek kosteloos op en verpleegde hen, maar hij had in een hoek van zijn uitgebrei- de inrichting ziekenzalen ingericht, waar hij allen lijdenden een plaatsje inruimde. Bede laars, landloopers, bekend of onbekend, nie mand wees hij af. Zij zijn ongelukldgon, zeide hij met schijn baar ontroerde stem. Wat behoef ik nog meer te weten 1 En daar, behalve deze onuitputtelijke liefdadigheid, alles wat in het huis gebruikt werd buiten Parijs ingeslagen, daar men nooit aanmerkingen maakte over de kwaliteit der koopwaar of den prijs, werd dokter Lafont, fle vriend van Louis Berthier, weldra in de Streek op de handen gedragen, terwijl van Verre de groote trom van publiciteit en re clamemakerij, handig geroerd, het overige deed. Waarde vriend, sprak hij eens tot Louis, ik had u drie jaar gevraagd om gereed te zijn tot handelen, 'tls nog geen twee jaar geleden, en alles is klaar. Maar ik heb ook een reuzenwerk verricht! Is de samenloop van omstandigheden, dien gij vreesdet, nog niet gebeurd? Neen, antwoordde Sylvie's man, ik heb er hoegenaamd niets van gemerkt. Inderdaad had Michel nog nooit den naam van Ralph Chatram, den bankier van New- York, uitgesproken, en niets liet voorzien, dat deze aanstalten maakte om het gewichtige van de bekentenis van Frans Berthier te ko men overhandigen. Dus, ging Lafont voort, te beginnen met vandaag, ben ik in staat ons plan te verwe zenlijken. Ik heb er alleen nog maar de laat ste hand aan te leggen. Docli met de voor zorgen welke ik in mijn gesticht genomen heb, vrees ik niets meer. Alles zal bewonde renswaardig in zijn werk gaan wanneer het geschikte oogenblik zich aanbiedt. Eu dat oogenblik zal gekomen zijn, zoo gij weet ie bewerken dat uw neef bij u komt voor ce jacht of voor een eenvoudig bezoek; ik belast mij met het overige. Deze wensch scheen echter moeilijk te ver wezenlijken; in ziin afkeer van zijn 00111 wei gerde Miehei dezen te bezoeken en intiemer betrekking met hem non te knoonon. En Edith sterkte haar zoo 111 deze gevoelens. 1 Louis en Sylvie, die roofdieren, welke zoo fel naijverig op haar waren, die Michel ver foeiden met al de macht van hun hegeerlijk heid, waaraan voorgoed de pas was afgesne den, boezemden haar zulk een afschuw en minachting in, dat zij zich alle mogelijke moeite moest aandoen om dit gevoel te ver bergen. Zoo lang zij om ons zijn, zeide zij tot Ge nevieve, schijnt het mij toe, dat het ongeluk ons bedreigt. Ach, wanneer toch zal de ge meenschap tusschen Michel en dien lagen schijnheilige voorgoed zijn afgebroken? Zij zag hen niet meer of tenminste bijna niet meer, en ontving nooit meer Sylvie. Dal de jonge baron zijn oom zou bezoeken, was onmogelijk alleen do gedachte reeds maakte Edith ziek. En Michel, die dezen afkeer van zijn moe der kende en deelde, zou voor niets ter we reld de barones hebben willen kwetsen door te handelen tegen haar wenschon III. DE LIQUIDATIE. Des ochtends na den dag waarop in het pa viljoen van den tuin te Passy Michel een zoo rein geluk had gesmaakt, begon bij uit voering te geven aan het plan, dat hij aan Sabine had medegedeeld- Inderdaad was het, zoo hij de Bank in de maand December wilde sluiten, tijd om de financieele wereld ermede in kennis te stel len, en in de eerste plaats degenen, die deel uitmaakten van zijn huis, met inbegrip van zijn oom en zijn neef. i Mét deze laatsten begon liij. Hij liet hen roepen, noch ontroering noch vrees gevoe- lend over hetgeen hij ging doen. Was bij in- derdaad niet de eenige meesterf van de er- 1 fenis zijns vaders en van zijn eigen gedrags- lij»? Een weinig ontstemd over deze oproeping traden De Graves en Louis tamelijk bedrukt het kabinet van Michel binnen. I De Graves was in den grond des harten niet slecht, maar zijn uiterst zwak karakter en zijn onleschbare dorst naar vermaken had den hem tot den bijna willoozen volgeling van Louis bij diens uitspattingen gemaakt. Zijn gehecle leven had hij gebeefd voor Frans Berthier, slechts beheerScht door één denk beeld: het ongeregelde en teugellooze van zijn leven voor dezen te verbergen. Bij den dood van den baron dacht hij er niet aan, dat zijn weldoener was heengegaan, en dat liet misschien moeilijk zou zijn ten tweeden male een zoo edelmoedig man terug te vinden. Neen, hij was integendeel verheugd over den slag, in den waan verkeerend dat de zoo veel jeugdiger Michel minder geducht zou zijn en hem misschien gemakkelijker uit zijn kas zou laten putten. j De uitnoodiging van Michel, bij hem te ko men, deed hem echter ontroeren. Sedert de twee jaren, dat de jonge baron de chef was geworden, had De Graves te zijnen koste geleerd, dat hij recht door zee moest gaan, en dat geen dolle streken van hem meer zouden worden geduld. i Wat heeft hij nu voor den drommel weer ontdekt?... vroeg hij aan Louis, dien hij in I den gang ontmoette. Is het niet allermisse- lijkst, onder de plak te zitten van een vlas baard van dat soort?... j Zoo denk ik er ook over, antwoordde de 1 jongste der Berthiers, ongerekend nog dat ik het zaakje niet vertrouw, en dat ik altijd hang ben dat ons den eenen of anderen dag een leelijke kool wordt gestoofd. Wat dan? Door b.v. op straat gezette worden. De Graves voelde een schok door zijn leden en stotterde: Och kom? Dat zou verre van aardig zijn! Het staat ons te wachten Ten minste... Louis aarzelde, en de Graves herhaalde: Ten minste?Kom, voleind je gedach teJe weet immers dat je met mij vrij spreken knnt. Zacht fluisterde nu Louis zijn neef in het oor: Ten minste als w® /vv>- van hem out-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1912 | | pagina 5