r/i<
Amsterdamsclie Beurs.
De millioenen-Prins.
HEERËN- ËN DAMËSKLElRMAKERIl, JAC. KARSKEKS, Zijlstraat 62, Ontvangen NIEUWE STOFFEN.
1. H. W. Srfinrientann,
r s
BINNENLAND.
HOHIKGSTRAAT
48-54.
.5g|=J 3
Speciaal
mmi- en
STOFFENMABAZIJN
Atelier voor Dames- en
^inderkleediRg NAAR IAAAT
m/?
Handschoenen.
Hu Bon HUarche
©If ons»
Haanlem-Bnussel. Handschoenen.
S
- -
r. eo pT ow
C£>
Opgegeven door F. Th. Everard
*0«fo
675/,
W/u
172
1881/.
56
320
292l/«j
4943/4
230
127
718/4
93?/,
J'lu
670
735
851/8
98
iOU
1831/j
9ö'/4
78*/»
80?/,
67?/,
95*/,
70/u
f/l«
660
7
ir
FEUILLETON
Groote roman, naar het Fransch
van P. d'Aigremont.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
co
CE»
oo
ACHTER DE BIOSCOOPSCHERMEN.
Er is heel veel over de bioscoop-trucs te ver
tellen.
Om een indruk te geven van hetgeen er alzoo
t>Ü de cinematografie te pas komt, laten wij deze
bijzonderheden over de cinematografie volgen
Behalve het inschakelen van het apparaat op
zekere momenten, ka» men ook zeer veel berei
ken met behulp van een spiegel. Een scène, die
zich afspeelt ver buiten het door de acteurs
voorgestelde tooneel, kan door een spiegel wor
den opgevangen. Op die manier is 't heel ge
makkelijk om dwergen voor te stellen door per
sonon van normale grootte, wanneer men maar
zorgt ze op een flinken afstand van de spiegels
te plaatsen. Dan schijnen ze werkelijk buiten
gewoon klein. Natuurlijk is het ten eisch de
spiegel zoo te plaatsen, dat de daarin voorge
stelde personen schijnbaar aan de behandeling
deelnemen, 't Komt dus aan op een handig sa
menwerken van den tooneelspeler met het spie
gelbeeld. De spiegel zelf is bij de opvoering der
film niet zichtbaar, door de enorme snelheid,
waarmee de beeldenreeks wordt afgerold.
De werking dezer trucs nu treedt o. m. aan
het licht bij de bekende film „Prinzessin Niko-
tin", in de Duitsche Bioscooptheaters opge
voerd.
In 't begin der voorstelling ziet men een man
aan tafel zitten, waarop een tabaksdoos, een
doosje met lucifers, een vergrootglas met hand
vat, een whiskyflescb en een syphon met spuit
water staan. Al» geheel dus een eigenaardigs
collectie. Bovendien staat ex nog een witte
fleech op een kist.
De man «topt zijn pijp, maar steekt die niet
aan. Hij is blijkbaar zeer vermoeid, rokt zich
uit, leunt achterover in zijn stoel, en dommelt
zachtkens in. Nauwelijks is hij in zoeten slui
mer verzonken, of het deksel van de tabaksdoos
opent zich en een klein vrouwtje komt er uit.
Dat is „Prinses Nikotin". Ze klautert over de
pijp, die op tafel ligt, keert daarna terug naar
de doos en helpt een neg kleinere fee er uit, die
ze daarna bevel geeft om in de pijp te kruipen.
Hoe dit effect bereikt wordt? Prinses Nikotin
ie een actrice van middelhare liehaamsgrootte
en haar kleine gezellin een twaalfjarig meisje.
Evenwel spelen ze hun rollen niet op het too-
neelgedeelte, waar de slapende man aan tafel
zit, maar als de opname wordt gedaan staan zij
vlak naast de camera, zoodat hun beeld op groe
ten afstand wordt weerkaatst in een spiegel, die
ver achter ds tafel is opgesteld. Zoo wordt
dus het beeld der beide meisjes opgenomen, ge
combineerd met de behandeling die zich op et
tooneel afspeelt. En door den grooten afstand
zijn, zooals te begrijpen is, de vrouwenfiguren
heel klein. De toeschouwer bemerkt de aanwe
zigheid van den spiegel volstrekt niet, omdat
die een ruit vormt in een tamelijk ver achter
den slaper in het decor gemaakt venster. De
lens der camera nu bevindt zich op een gslijke
hoogte met het tafelblad, zoodiat de kleine fi
guurtjes van het spiegelbeeld op tafel schijnen
te staan. De man aan tafel, die natuurlijk alleen
de werkelijk voor hem staande dingen ziet, moet
in zijn spel doen alsof hij alles opmerkt, wat
door het publiek ook wordt gezien.
Zooeven werd gezegd, dat de doos vanzelf
openging. Nu, voordat „vanzelf" opengaan be
staat, ook al een eenvoudig middel. Aan het
deksel wordt het einde van een zwarten draad
bevestigd en op 't juiste oogenblik trekt iemand,
die buiten het gezichtsveld van de camera staat,
daaraan. Het deksel vliegt omhoog en de kleine
feeën verschijnen. Prinses Nikotin trekt met
haar gezellin de tabak uit de pijp; de kleinste
fee verbergt zich onder de tabaksblaadjes, ter
wijl de prinses weer in de tabaksdoos verdwijnt.
Daarna heft ze het deksel daarvan nog even
op, lacht schalks tegen het publiek en ver
dwijnt.
Om dit tooneeltje saam te stellen zijn een ta
bakspijp en een dito doos van geweldige afme
ting noodig. Volwassen personen moeten er
zonder moeite in kunnen klimmen. Bovendien
moeten deze attributen in uiterlijk precies ge
lijk zijn aan de pijp en de doos, die tijdens de
eerste scène op tafel stonden. Alleen de afme
tingen zijn veel en veel grooter.
En 't kleine meisje behoeft niet in tabak te
kruipen, 't geen trouwens allesbehalve aange
naam voor haar zou zijn. Hooi wordt gebruikt
en het publiek ziet dat later wel voor tabak
aan.
Nemen we nu den draad der historie weder
op.
De slaper ontwaakt. Hij grijpt naar zijn pijp
en strijkt een lucifer af. (Natuurlijk worden hij
deze scène de kleine attributen van scène I weer
benut). De tabak wil evenwel geen vuur vatten,
en de man neemt het vergrootglas en staart
daardoor in de pijp. Nu zijn de toeschouwers
plotseling, althans in den geest, in de plaats van
den man, en ze kijken evenals hij door het ver-
Èrootglas. De scène verandert dus geheel en
men ziet op het doek alleen nog maar de pijp
in reusachtige afmetingen. Een fee, geheel in
rook gehuld, kijkt glimlachend uit den pijpekop
en dreigt met den vinger.
De verklaring hiervan is alweer eenvoudig
genoeg. Men heeft natuurlijk het meisje weer
gefotografeerd, ditmaal met de reuzenpijp op
den voorgrond, die in den spiegel wordt weer
kaatst.
Wat bij de voorstelling als een onafgebroken
beeldenreeks verschijnt, ie in werkelijkheid een
combinatie van afzonderlijk opgenomen toonee-
len.
Plotseling verschijnt het oorspronkelijke too
neel weer. De rooker zit nog aan tafel. Hij legt
het vergrootglas verbaasd neer, keert de pijp om
en klopt er de verbrande tabak uit, die hij daar
na opnieuw door den loup bekijkt. Bliksemsnel
verandert de scène weer en men ziet de omge
keerde pijp tallooze malen vergroot, met de daar
uit geschudde rookende tabak. Het meisje
springt op, lacht, werpt den man een kushand
toe, snelt naar de tabaksdoos en springt er in.
Nog eenmaal opent die zich daarna, en prinses
Nikotin en haar kleine fee verschijnen, den roo
ker bespottend.
Weer verandert het tooneel. De man zit weer
voor zijn tafel en uit de tabaksdoos ziet men een
arm van de prinses te voorschijn komen. De roo
ker grijpt er naar, maar ziet nu plotseling, lat
het volstrekt geen welgevormde meisjesarm,
maar de steel eener roos is. Even later heeft hij
die roos in de hand, maar hoest en kucht, .van-
neer hij den geur ervan wil opsnuiven. Want
die is niet zacht en aangenaam, 't is een
scherpe rook.
Natuurlijk brengt men de verwisseling van
den kleinen poppenarm met de roos tot stand
door middel van het reods eerder beschreven
uitschakelen van het toestel. De camera wordt
uitgeschakeld, de arm door een roos vervangen,
en daarna da opname weer voortgezet.
Hoe de rook uit dé roos kan komen? Simple
comme bonjour. De rozenstengel is hol en ver
bonden met een dunne slang, waardoor een
man, die onder de tafel zit, rook blaast. Door
het laag afhangende tafelkleed is hij onzicht
baar.
De rooker staart door het vergrootglas en
weer doet het publiek dat met hem tegelijk. Het
hoofd der kleine fee wordt zichtbaar binnen in
de roos; zij rookt een sigaret en blaast lachend
den rook weg. Zooals men begrijpt is de ge
bruikte roos een kolossale kunstbloem, waarin
het meisje gemakkelijk plaats kan nemen, om in
deze houdiiNï te worden opgenomen.
Nu ziet men plots weer de veranderde scène:
de rooker laat verschrikt de roos vallen, die dit
maal een papieren roos van gewone grootte is
en maakt dat hij weg komt. Dadelijk valt de
roos in blaadjes uiteen, en die dansen naar het
midden dor tafel en rollen zich samen tot een
sigaar. Dit verrassend effect wordt weer bereikt
met de uitschakelingsmethode, 't Toestel wordt
weer uitgeschakeld iemand komt naar voren
en plukt een rozenblaadje af de opname
wordt voortgezet. Weer wordt het apparaat uit
geschakeld het tweede blaadje wordt afgeplukt
en iemand brengt de blaadjes wat dichter bijeen.
Wordt nu deze film met een snelheid van 20
opnamen per seconde opgevoerd, dan krijgt men
de voorstelling van dansende rozenblaadjes, die
naar een bepaald punt springen en zich bot een
sigaar samenrollen. Want deze handeling wordt
ook al met behulp van het uitschakelen gecon
strueerd.
De man heeft zich hersteld van den schrik.
Hij komt terug en steekt de sigaar aan. Plotse
ling ziet men dan het zonderlinge en zeer tegen
natuurlijke verschijnsel, dat de rook door den
nauwen hals der witte flesch daarin dringt.
't Gaat evenwel vrij gewoon in zijn werk. Bij
het verrichten der opname blaast de man, die
onder tafel zit, door een buis rook in de flesch.
De rook stijgt boven uit den hale op en volgt
de richting van den luchtstroom, die men door
het openzetten van een raam heel gemakkelijk
kan teweegbrengen. Maar de rook moet er juist
ingaan. Wel daarom stelt men heel eenvoudig
de omgekeerde beweging en laat de film bij op
voering van deze scène in tegenovergestelde
richting loopen. 't Is hetzelfde middeltje, waar
mee het mogelijk is om een voorwerp, dat uit
de vierde verdieping van een huis op straat is
geworpen, weer naar boven te laten terug
springen.
De man, nu zeer verbaasd over zijn merkwaar
dige ondervindingen, neemt weer zijn vergroot
glas en kijkt aandachtig in de flesch, waarin de
kleine fee rondspringt. Zij klopt aan den gla
zen wand en wel dat men haar eruit zal laten.
Natuurlijk kan men bij de opname van deze
scène het meisje niet in de groote flsecb, die on
der de requisieten behoort, laten klimmen. De
hals is daarvoor te nauw. Maar het beoogde ef
fect wordt bereikt door naast elkaar op de film
eene lange reeks opnamen van de leege flesch
te maken en daarna op dezelfde film het spie
gelbeeld van het meisje vele malen op te nemen.
Natuurlijk zorgt men steeds dat het tweede
beeld zich binnen de flesohomtrekken bevindt.
't Meisje kan natuurlijk allerlei bewegingen uit
voeren die worden later toch ook in de flesch
geprojecteerd. Ook dit dus is alweer heel een
voudig.
De rooker slaat nu de flesch stuk en het
meisje verschijnt plotseling op de tabaksdoos,
het meisje bukt, haalt een pakje sigaretten (in
werkelijkheid een reusachtig pak) te voorschijn,
waarvan zij den man een aanbiedt. Bij de ope
ning wordt het apparaat weer uitgeschakeld op
het oogenblik, dat het meisje de sigaret uit het
pakje neemt en weer in werking gesteld als de
rooker even een werkelijke sigaret heeft kunnen
nemen.
De man blaast de kleine fee rook in het ge
zicht en ontsteekt een lucifer, waarvoor het
kleine wezentje verschrikt vlucht. Zij wil zich
wreken en sluipt naar het lucifersdoosje. De toe
schouwer ziet dan in vergroot beeld, hoe zij het
doosje opent, eenige lucifers over elkander
schuift en het doosje aansteekt.
Daarna „wechselt die Szene"; de man grijpt
de spuitwater-syphon en richt, den straal op het
vlammende doosje. In het vergroote beeld de
lucifers zijn in werkelijkheid bijna 90 cM. lang
ziet men een waren watervloed op het bran
dende hout neerdalen. De fee verdwijnt.
In de slotscène is de rooker nog altijd bezig
den brand met spuitwater te blusschen, en han
teert in zijn angst, dat het tafelkleed vlam zal
vatten, de syphoon zoo onhandig, dat hij ten
slotte zich zelf besproeit. En dan eindigt de
voorstelling natuurlijk onder de lachbravo's van
't publiek.
Deze historie geeft wel een overzicht, van ver
schillende trucs, 't Grappigste ervan is, dat de
meesten zoo doodeenvoudig zijn, terwijl 't pu
bliek dat de voorstelling aanschouwt, er toch
niets van snapt hoe men er in is geslaagd zóó
iets in elkaar te zetten, en de kinderen zich in
de sprookjeewereld verplaatst denken.
(Geld.)
Ontvlucht. Een bekende rjjwieldief, Dy-
selhof, zat te Almelo gevangen. Hij had een
stoel moedwillig gebroken en was voor dit
feit gestraft met één dag op water en brood.
Toen hij, onder toezicht van een bewaker, een
friscli luchtje ging scheppen, drukte hij deze
in de cel en sloot haai- van huiten met de
grendels. Snel liep hij de trap op, waar hij
den gevangenbewaarder Eshuis ontmoette,
dien hij met een stuk hout op het hoofd sloeg,
zoodat deze bewusteloos neerviel. Een gum
mislang wist hij te benutten om naar be
neden te glijden en kwam van het dak in
den tuin van den heer A. B., en vandaar
vond hij gelegenheid op den publieken weg
te komen. Politie en maréchaussee's waren
aanstonds in de weer, den vluchteling te ach
terhalen. In alle richtingen werd gezocht,
totdat bij Hermanshoeve, bij Almelo, de out
snapte door een maréchaussee werd gegre
pen. Na een hevige worsteling, waarbij de
uniform van den man der wet het duchtig
moest ontgelden, werd Dyselhof overmees
terd en geboeid naar de gevangenis te Al
melo gebracht. Eshuis kon, na in het zieken
huis te zijn verbonden, naar zijn woning te-
rugkeeren.
Ongelukken. Het visscbersvaartuig „H.
Z. 46", te Huizeu thuisbehoorend, was be
mand met den schipper Lambert Kos, zijn
zwager Dirk v. d. Ploeg, en diens broeder
Klaas Kos.
Bij het lichten van de netten met de vlet,
die ieder vissehersvaartuig medeneemt om de
staande netten in te laden, geschiedde
een ongeluk. Van der Ploeg was met Kos
bezig een der ankers op te trekken. Dit ging
niet gemakkelijk door de holle zee en op een
gegeven oogenblik kwam er een zware zee,
die zich met zulk een kracht tegen de vlet
en de opvarenden wierp, dat Kos achter in
de vlet werd geworpen en hij ruggelings op
den bovenkant van de vlet en daarna achter
over, met het hoofd naar beneden, in de gol
ven viel. Zwemmende trachtte hij de vle't te
bereiken. Deze dreef echter snel voor den
wind weg en na 5 minuten hadden de golven
zich boven zijn hoofd gesloten. Zijn lijk is
tot nog toe niet gevonden. Hij is 34 jaar oud
en vader van 4 kindereu, waarvan het oudste
8 jaar is.
Bij het binnenkomen uit zee in de Vis-
schershaven te Sclieveningen werd gisteren
een garnalenboot door een vloedgolf, gepaard
met een hevigen rukwind, omgeworpen. Van
de bemanning werden er drie door middel
van een roeibootje gered. Een vierde ver
dronk. De redding geschiedde met levensge
vaar. De stoomreddingsboot voer vruchteloos
uit om den vierde te zoeken. Zijn lijk is nog
niet gevonden. In het seinhuis werden de le
vensgeesten der bewusteloos geworden ge
redden opgewekt.
Bij den aanvang der Raadsvergadering van
gistermiddag heeft de burgemeester, vertrou
wende te spreken namens den geheelen Raad,
zijn groot leedwezen geuit over het ongeluk,
dat gisteren in de Scheveningsclie haven
heeft plaats gehad. Hij betuigde oprechte
deelneming aan de nagelaten betrekkingen.
Nader is nog over het ongeluk te melden,
dat het scheepje, wegens den hevigen wind,
voor anker was gaan liggen. Door de woelige
zee werd het van zijn ankers losgeblazen en
moest naar de haven terug, waar het onge
luk door de branding werd veroorzaakt. De
geredden heetten Toet, Mos en Fret; laatst
genoemde was een broeder van den ver
dronkene.
Op zee. Gistermorgen gingen een zestal hak
ken van die firma Bos aan den Hoek van Hol
land naar buiten om een zinkstok te laten zin
ken.
Voor den zuiderdam dreven de bakken door
den toenemenden wind af en genaakten in
brand. Op iedere bak bevond zich één persoon.
Van vijf der bakken werden de zich daarin be
vindenden door sleepbooten gered, terwijl die
van den laatsten bak door de reddingsboot, die
intusschen wae uitgegaan behouden werd bin
nengebracht.
De bakken werden op strand geslagen. Een
ervan is gezonken.
Men mag een gegeven paard niet in den
mond kijken. Dezer dagen werd een predikant
in den omtrok van Harmeien, door een zijner
gemeente-leden, een pot boter vereerd. De domi
nee proeft de boter en vindt ze niet lekker. Zijn
weleerwaarde verzoekt, oen boertje die boter op
de markt voor hem te verkoopen. Ons boertje
neemt met domino's pot boter plaats in de rij,
gemerkt met „Natuurboter". De boter woTdt
aan een keuring onderworpen en bevonden te
zijn „kunstboter". Proces-verhaal wordt opge
maakt, en het boertje zegt in dienst te zijn van
zijn dominé. De rechter zal nu uit te maken
hebben, wie hier strafbaar is, de edele gever of
de dominé-boterhandelaar.
Vorig t
koer».
1 April.
a»
<t
3 pC't. Cerl. Ned. W. S.
2i/j pCt. Gert.
5 pCt. Tabaks). Buig.
Oidig. Kronanrenl».
5 pCt. AprilGctoberrentc
4 Jan.Julirenl#.
4J/ii llusland 1909
4V» lwangor Dombrowo
Groote Russ.sp. ïgag
Nicolai Sp.
llusland 1880
Zuid-West
Kusiand Hop»
j, Rusland 1894't* Fm
ti Rusland BunrwU.
pCt. Imp. L" mi Japan
5 pCt. Bume Alesicp.
5 t, Goudi. m p. St.
5 |>CL hunding Brazilië,
B&tua ui p. ai
Para ilkii
t, Rio de Janeiro, (F. D
x tsao Paulo UKki
d DpCiUUJCéè.
4 pCL Algcin. ti.B.K,
4 liaan. ii.B.K.
pCL Argcnl H.B.E.
a dito Oeuula K.
4.1/» «i bug. Laad G.bg.
Aanu. Amalgama Goppci
m A in. Bar en Pouiiui j
t, Am. lilde en Leadi.
Bailed Stales bleet
Gu 1L MijV ors Lent,
a liana. Kaatsen,
<j*w. Aan O. Paititii
Aanu. Iteujang Lenuuy,
Aund. U«oous«t Peir.y„
a Konintlijivc
oanu. AiUsicxU, iuinncr.
Den-Batavia m
Noden, m
Aund, Java, uiiina, Jappen
AVspGt ujjl Manae
1're.L. Marine
uiiuiu. Marine
Aanit Amsterdam Dell
Arenusburg iaiiuk,
AaiiÜ. liOlt bpOflt
Aanu. bOiatsspuyc J
TV» gUC C/ln. Undcrgroun-
Aanu. .VVaxscnau tuien
P/ïP.GL Mos*. Kieuw Will.
4,Vi a 5V lauikawkas,
vzimnion i opeLa
4 pQ. Atg. Ujfji. hopeka
4 Gfiüv. lid. idem.
umiDw Denvec
uoinmou Erie
4 put general Erie f
uwumon Kansas C. beulh.
trtt Kansas C. South,
i pGb Uiu. idem.
uimmon Missouri K. I,
4 pGU le hjr'p. idem, t
41/, pGLisal itaiiw pi Mcsk,
uommon New-ïork Unlan
launuion Norioik
Common Rock island
Common Suudi Pacnks
4 pCt. Couvert idem
4 le Rel. llyp. idem
Inmm. Southern Êailw,
Common Cnton Pacific
4 pCt. goud Obl. idem
4 Convert übi. lut.n
Common .Wabash Sh.
4'/» pCt. Brazil Kaiiw,
pCL Aucatan,
gCU Antwerpen 1887.
Turkije 1870.
97 n/lc
90'/4
92 ?/1e
8911/
941
9615
88 7/w
i 9dl/.
878/,
86i/w
87
871/4
898/,
1001/,
1035,4
941/a
988/4
968/8
1015 8
102'/g
951/,
98
#6»'w
916/r
99
79i/K
5 ö'/a
'2d
63v 4
255/,
IOOI/4
107*/»
98®/j»
107
243/,
867/g
233/g
63i,
721,4
8l6/i«
951/4
99^4
59'/,
110
W/u
-llÖlö/ie
955/16
94iö/ie
L
H.
681/,
8913/,,
9413/»
9/14
92®/,6
87i 4
86i/lg
863/
871/4
923/,
46*/4
99
1045/8
793/,
c65/8
2 «*/ia
68T
1731',
1891/j
310
292
4901/4
3290.
127
697/s
245/g
ei/,6
654
851/4
953/4
108?
988/4
1071/,
24*/ic
365/8
279/,e
83 ?/8
723/4
31*/»
951/4
92*/,
381
,2
2913
16
1731/4
1003/,
1028/4
895/s
97?/,
851»/, 6
473/4
27*;m
1141/2
96
95
295/g
1733/,
1003,4
10215/m
71/2
90
801 lt
571/.
26»/m
695
1741/4
1893/4
320
293
701/,
24*/,
24?/*
36?/,
31*/»
33*/4
271/,
29»/»
1731/,
De fonidfcenmarkt te New-York opende iSar
terdag lager, speciaal voor de goedkooperei
soorten, tiocli spoedig kooiden de prijzen iet»
verbeteren. Ongunstige berichten omtrent «ie
onlusten i n Mexico ideden de markt lusteloos
sluiten. De slotkoersen waren voor verschil
lende soorten lager. De Amesrik. afdeeling
ten onzent was vast voor de Didustriëele
soorten. Spoorweg-Shares minder opgewekt.
Koperwaarden werden voos- buitenlandsohe;
rekening- uit |de markt genomen.
Petroleumaandeelen prijshoudend, voor dq
Indische soorten. Rumeensche in reactie.
Ta baksmarkt lusteloos. Voor de hoofdsoor
ten 2 tot 5 pet lager. Cultuurwaarden vast
voor Vorstenlanden. Hollandsehe en .Russi
sche Staatsfondsen gunstiger.
t9
- o - -
34.)
Als hij maar niet is als deze! hoorde men
mompelen. De nieuwe dokter toonde zich het j
tegendeel van zijn voorganger. Hij liet even
duur betalen als de andere... ja, maar aan
Je rijken en niet uan de armen. En hij nam
niet alleen alle ongelukkige krankzinnigen
van de «treek kosteloos op en verpleegde hen,
maar hij had in een hoek van zijn uitgebrei-
de inrichting ziekenzalen ingericht, waar hij
allen lijdenden een plaatsje inruimde. Bede
laars, landloopers, bekend of onbekend, nie
mand wees hij af.
Zij zijn ongelukldgon, zeide hij met schijn
baar ontroerde stem. Wat behoef ik nog meer
te weten 1
En daar, behalve deze onuitputtelijke
liefdadigheid, alles wat in het huis gebruikt
werd buiten Parijs ingeslagen, daar men nooit
aanmerkingen maakte over de kwaliteit der
koopwaar of den prijs, werd dokter Lafont,
fle vriend van Louis Berthier, weldra in de
Streek op de handen gedragen, terwijl van
Verre de groote trom van publiciteit en re
clamemakerij, handig geroerd, het overige
deed.
Waarde vriend, sprak hij eens tot Louis,
ik had u drie jaar gevraagd om gereed te
zijn tot handelen, 'tls nog geen twee jaar
geleden, en alles is klaar. Maar ik heb ook
een reuzenwerk verricht! Is de samenloop
van omstandigheden, dien gij vreesdet, nog
niet gebeurd?
Neen, antwoordde Sylvie's man, ik heb
er hoegenaamd niets van gemerkt.
Inderdaad had Michel nog nooit den naam
van Ralph Chatram, den bankier van New-
York, uitgesproken, en niets liet voorzien, dat
deze aanstalten maakte om het gewichtige
van de bekentenis van Frans Berthier te ko
men overhandigen.
Dus, ging Lafont voort, te beginnen met
vandaag, ben ik in staat ons plan te verwe
zenlijken. Ik heb er alleen nog maar de laat
ste hand aan te leggen. Docli met de voor
zorgen welke ik in mijn gesticht genomen
heb, vrees ik niets meer. Alles zal bewonde
renswaardig in zijn werk gaan wanneer het
geschikte oogenblik zich aanbiedt. Eu dat
oogenblik zal gekomen zijn, zoo gij weet ie
bewerken dat uw neef bij u komt voor ce
jacht of voor een eenvoudig bezoek; ik belast
mij met het overige.
Deze wensch scheen echter moeilijk te ver
wezenlijken; in ziin afkeer van zijn 00111 wei
gerde Miehei dezen te bezoeken en intiemer
betrekking met hem non te knoonon. En
Edith sterkte haar zoo 111 deze gevoelens.
1 Louis en Sylvie, die roofdieren, welke zoo
fel naijverig op haar waren, die Michel ver
foeiden met al de macht van hun hegeerlijk
heid, waaraan voorgoed de pas was afgesne
den, boezemden haar zulk een afschuw en
minachting in, dat zij zich alle mogelijke
moeite moest aandoen om dit gevoel te ver
bergen.
Zoo lang zij om ons zijn, zeide zij tot Ge
nevieve, schijnt het mij toe, dat het ongeluk
ons bedreigt. Ach, wanneer toch zal de ge
meenschap tusschen Michel en dien lagen
schijnheilige voorgoed zijn afgebroken?
Zij zag hen niet meer of tenminste bijna
niet meer, en ontving nooit meer Sylvie.
Dal de jonge baron zijn oom zou bezoeken,
was onmogelijk alleen do gedachte reeds
maakte Edith ziek.
En Michel, die dezen afkeer van zijn moe
der kende en deelde, zou voor niets ter we
reld de barones hebben willen kwetsen door
te handelen tegen haar wenschon
III.
DE LIQUIDATIE.
Des ochtends na den dag waarop in het pa
viljoen van den tuin te Passy Michel een
zoo rein geluk had gesmaakt, begon bij uit
voering te geven aan het plan, dat hij aan
Sabine had medegedeeld-
Inderdaad was het, zoo hij de Bank in de
maand December wilde sluiten, tijd om de
financieele wereld ermede in kennis te stel
len, en in de eerste plaats degenen, die deel
uitmaakten van zijn huis, met inbegrip van
zijn oom en zijn neef.
i Mét deze laatsten begon liij. Hij liet hen
roepen, noch ontroering noch vrees gevoe-
lend over hetgeen hij ging doen. Was bij in-
derdaad niet de eenige meesterf van de er-
1 fenis zijns vaders en van zijn eigen gedrags-
lij»?
Een weinig ontstemd over deze oproeping
traden De Graves en Louis tamelijk bedrukt
het kabinet van Michel binnen.
I De Graves was in den grond des harten
niet slecht, maar zijn uiterst zwak karakter
en zijn onleschbare dorst naar vermaken had
den hem tot den bijna willoozen volgeling
van Louis bij diens uitspattingen gemaakt.
Zijn gehecle leven had hij gebeefd voor Frans
Berthier, slechts beheerScht door één denk
beeld: het ongeregelde en teugellooze van zijn
leven voor dezen te verbergen.
Bij den dood van den baron dacht hij er
niet aan, dat zijn weldoener was heengegaan,
en dat liet misschien moeilijk zou zijn ten
tweeden male een zoo edelmoedig man terug
te vinden.
Neen, hij was integendeel verheugd over
den slag, in den waan verkeerend dat de zoo
veel jeugdiger Michel minder geducht zou
zijn en hem misschien gemakkelijker uit zijn
kas zou laten putten.
j De uitnoodiging van Michel, bij hem te ko
men, deed hem echter ontroeren.
Sedert de twee jaren, dat de jonge baron de
chef was geworden, had De Graves te zijnen
koste geleerd, dat hij recht door zee moest
gaan, en dat geen dolle streken van hem meer
zouden worden geduld.
i Wat heeft hij nu voor den drommel weer
ontdekt?... vroeg hij aan Louis, dien hij in
I den gang ontmoette. Is het niet allermisse-
lijkst, onder de plak te zitten van een vlas
baard van dat soort?...
j Zoo denk ik er ook over, antwoordde de
1 jongste der Berthiers, ongerekend nog dat
ik het zaakje niet vertrouw, en dat ik altijd
hang ben dat ons den eenen of anderen dag
een leelijke kool wordt gestoofd.
Wat dan?
Door b.v. op straat gezette worden.
De Graves voelde een schok door zijn leden
en stotterde:
Och kom? Dat zou verre van aardig zijn!
Het staat ons te wachten Ten minste...
Louis aarzelde, en de Graves herhaalde:
Ten minste?Kom, voleind je gedach
teJe weet immers dat je met mij vrij
spreken knnt.
Zacht fluisterde nu Louis zijn neef in het
oor:
Ten minste als w® /vv>- van hem out-