TWEEDE BLAD
De millioenen-Prins.
H
Nouveauté
Grunieman»
étalages
BUITENLAND.
BINNENLAND.
NIEUWS UIT OEN fliïKEK.
STADSNIEUWS.
Speciaal adres voor Prima sohoëlsel
J. HUIZING
Groote Houtstraat No. 44.
Teief. bi®. SÉiS.
Steeds nieuwe modellen.
Sociale Berichten
IC o u s e n.
Au Bon Marché
nl oyo n s.
Haarlem-Brussel.
Sokken.
fclA&ftDAG 22 APRSL £912
laatste
De ramp van de „Titanic.^
VERBOD VAN DOORVAART DOOR DE
DARD A NELLEN.
Vóór «te Tai*iefwet>
FEUILLETON
Groote roman, naar het Fransch
van P. d'Aigremont.
nieuwe mm±mcm courant
Een streng onderzoek.
De Amerikanen, die de „Titanic" zouden ge-
feteerd hebben van belang, als ze in New-York
was binnengeloopen, doen nu erg streng tegen
over de White Star-lijn.
Er schijnt een zondebok te moeten zijn.
De commissie van onderzoek uit den Senaat
die het geval zich aangetrokken heeft, heeft ge
weigerd aan den directeur der White Star-lijn
Ismay, aan de geredde officieren van de Titanic
en 12 man van de bemanning, toe te staan het
land te verlaten. De commissie zou haar vol
gende zitting heden te Washington houden, op
welken dag Ismay en de officieren voor haar
ayn gedaagd.
Ismay klaagt zeer over de partijdige wijze,
vaarop de commissie het onderzoek leidt.
Het verdronken kalf!
Ismay heeft verklaard dat hij alle lijnen, be-
hoorende tot de Internationale Mercantile Ma
rine maatschappij heeft gelast, alle schepen met
voldoende reddingbooten en vlotten toe te rus
ten, om allen opvarenden plaats te bieden
De Hamburg-Amerika-lijn heeft besloten om,
meer dan de wettelijke voorschriften eischen,
haar stoomschepen met sloepen en andere red
dingsmiddelen zoo te voorzien, dat voor alle per
sonen aan boord gezorgd kan worden.
Nog ecu verhaal van
een overlevende.
Henry Woolner, een der „Cambri<lge"-roeiers,
geeft een levendige beschrijving van de laatste
«ogenblikken. Nadat hij en zijn vriend Bjorns-
trom de vrouwen in de reddingsbooten hadden
geholpen, stonden zij op het 160 ellen lange
bovendek, waar geen menseh meer te zien was
Het eiectrische licht brandde flauw en de twee
vrienden kwamen overeen, thans een poging te
wagen zich zelf te redden. Wij begaven ons op
den bovensten rand van 't scheepsboord. Toen
wij naar beneden keken, zagen wij, hoe de golven
reeds over de kapiteinsbrug sloegen. Vlak naast
ons was een opvouwbare boot, die aan de laat
ste davids aan bakboordzijde was bevestigd en
op het punt stond naar beneden gelaten te wor
den. Zij hing ongeveer 9 voet van ons af. Ik
stelde voor aldus vertelt Woolner er in
te springen, daar er nog voldoende plaats in
was. Wij klommen op den rand van de borst
wering, hielden ons zelf eenige oogenblikken
op den smallen rand in evenwicht en sprongen
toen naar beneden. Mijn vriend kwam veilig
en wel midden in de boot terecht, doch ik viel
met mijn borst op de borstwering terug, maar
hield mij daaraan stevig vast; wederom sprong
ik, thans ruggelings. Ik kwam vlak naast de
boot in bet water terecht, doch mijn vriend
stak mij zijn rechtervoet toe en zoo geraakte ik
in de boot. Het was een ontsnapping op het
kantje af. Reeds was het water tot aan het bo
venste dek en het steeg zoo snel, dat als wij
nog een oogenblik langer hadden geaarzeld, wij
zeker tusschen het dek en de zoldering zouden
geraakt zijn.
Ons eerste werk was een drenkeling in de
boot te helpen, toen klommen wij over een aan
tal vrouwen en kinderen en grepen ieder een
riem, en met behulp van nog twee andere man
nelijke passagiers roeiden wij met ons vieren
als razenden, 'om ons van het schip te verwij
deren. Wij waren op ongeveer 150 ellen afstand
van het schip, toen wij de achtersteven plotse
ling ongeveer 80 voet boven het water zagen
uitkomen. Met een geluid, alsof duizend ijzeren
vaten van een rot afrolden, zonk het schip in
de diepte. Toen weerklonk een ontzettend gegil,
dat het hart stil deed staan. Zeventienhonderd
menschen verdronken in den draaikolk. Ik zal
het nooit vergeten.
I)e opstand in Fes. De laatste tijdingen
bevestigen dat te Fes de rust is teruggekeerd.
De muitelingen zijn overwonnen en ontwapend,
hun inlandsclie aanvoerders zijn hun onderwer
ping komen aanbieden aan generaal Dalbiez.
Het schijnt, dat een aantal Sjerifijnsche solda
ten geen deel hebben gehad aan de beweging,
maar mee geholpen hebben baar te onderdruk
ken. De Fransche minister van oorlog heeft
medegedeeld, dat 4 Fransche officieren bij bet
Sjerifijnsche leger bij de muiterij gedood zijn.
Justitie in Frankrijk. Briand, de Fransche
minister van justitie, heeft aan den ploert Fla-
ehon, den hoofdredacteur der „Lanterne", die
wegens talloozc niet te noemen mishandelingen
van jonge kinderen zooals men weet tot een jaar
gevangenisstraf werd veroordeeld, zijn straf
kwijtgescholden! Flachon is een der hoofdlieden
van de Fransche vrijmetselarij
Het bloedbad in Siberië. Dit Sint Peters-
burg seint men, dat een der Doema-afgevaar-
digden uit het gebied der Siberische Lena-
goudvelden, een telegram verklaart ontvangen
te hebben, waarin gezegd wordt, dat het aan
tal doodgeschoten mijnwerkers 270 bedraagt en
het aantal gewonden 250. Onder het aantal
dooden bevinden zich vijf vrouwen. Het geheele
bloedbad vindt, naar men zegt, zijn oorzaak in
het feit, dat de mijnwerkers en goudwasschers
een hooger loon eischten.
Het getal der stakers bedraagt slechts 7500
en men beweert, dat deze staking op vredelie
vende wijze bijgelegd had kunnen worden.
Over geheel Rusland heeft het ongelooflijk
barbaarseh optreden der autoriteiten tegen
over de arbeiders ontstemming en critiek in
het leven geroepen. Heden zou over deze kwes
tie een interpellatie gehouden worden.
Geen lastige babies meer. Een Fransche
technicus heeft een toestel uitgevonden, dat
een welkome troost belooft te brengen aan de
moeders van zuigelingen. Dit toestel is er na
melijk op ingericht om alle moeders, die tot
nogtoe des nachts werden gestoord door het
schreien der hulpbehoevende kleinen, voor
taan rustig te laten slapen.
Ondanks alle wijze raadgevingen van den
dokter laten de oudei's zich toch door niets
weerhouden om des nachts op te staan, als
„hahy" op luiden toon zijn krachtig stem
metje doet schallen. Dan wordt de kleine
rustverstoorder uit zijn wiegje getild, weer
in slaap geschommeld of op den arm geno
men en rondgedragen, totdat hij weer in
zoete rust is gebracht.
Voortaan niets meer van dat alles!
De nachtelijke ellende is voorbij!
De kleine naehtzanger wordt op kunstige
wijze automatisch in slaap gesust en dat wel
met behulp vandraadlooze telegrafie.
Dat gaat namelijk zóó: op den hemel van
het wiegje wordt, een voor geluid gevoelige
plaat aangebracht.
Als nu de hahy des nachts begint te schrei
en begint deze plaat te trillen, deze trillings
ven voeren naar 'n draadloos toestel, dat door
luchttrillingen van zekere sterkte automa
tisch een kleine, eiectrische batterij in bewe
ging brengt. Deze batterij is door een draad
met de wieg en met een phonograaf verhou
den. De wieg wordt door electriciteit aan het
schommelen gebracht en tegelijkertijd begint
ook de phonograaf te werken: zij zingt op
zachten toon een paar wiegeliedjes.
Na vijf minuten houden de eiectrische po
gingen om het lastige kindje tot rust te bren
gen, van zelf weer op. Als baby kalm is ge
worden, is de zaak in orde, maar als hij nog
steeds huilt of weer begint te woelen, begint
het mechanisme ook vanzelf weer te werken.
De uitvinder gaat zelfs nog verder. Als het
schreien van den kleine langer duurt dan tien
minuten, begint ook in de kamer en wel ho
ven het bed van de kinderjuffrouw of de
moeder een schel te luiden.
Natuurlijk is de geheele inrichting zeer
kostbaar en derhalve zullen alleen babies van
welgestelde ouders op deze allernieuwste ma
nier in slaap worden gespeeld en gewiegd.
Zoo'n „wieg- en wektoestel" komt op den
prijs van 700—1200.
In Parijs heeft zich reeds een maatschap
pij gevormd, die de hier beschreven appara
ten tegen billijke condities verhuurt aan on
bemiddelde moeders. Want juist voor de
vrouwen uit de arbeidende klasse is het toe
stel van zoo groot nut. omdat zij des nachts
zoozeer den slaap noodig hebben.
Het ziet er alles wat ongelooflijk uit, als
wij lezen van een dergelijke nieuwe uitvin
ding. En vraagt ook de moeder van vele
kinderen. als hahy des nachts honger
krijgt? Of als het kindje instinctmatig vraagt
om drooggelegd te worden?
HOFBERICHTEN.
H. M. de Koningin en Z. K. H. de Prins
deden Zaterdagnamiddag met klein gevolg
een tocht per auto door de Betuwe. Te half
twee van het Loo vertrokken, reden H. M.
en Z. K. H. over Otterloo, Ede, Wageningèn
naar Rhenen, staken aldaar met het veer
den Rijn over en volgden den weg óver Res
teren, Opheusden, Doodewaard, Hien. An-
delst, Herveld en Eist.
Na een wandeling te midden der prachtig
bloeiende boomgaarden gemaakt te hebben,
keerden H. M- en Z. K. H. te ongeveer zes
uur over Arnhem op het Loo terug.
G ROND WETSHEIÏZIEN ING.
De Staatscommissie voor de Grondwetsher
ziening, die heden bijeenkwam, hoopt deze
week met haar rapport gereed te komen ter
aanbieding aan H. M. de Koningin.
Blijkens bericht van Hr. Ms. gezant te
Konstantinopel heeft de Tnrksche Regeering
in verhand niet den tusschen Italië en Tur
kije hestaanden oorlogstoestand de door
vaart door de Dardanellen aan vreemde sche
pen verboden.
In de „Gelderlander" lezen wij onder het
opschrift „de Tariel'wet en de baksteennij
verheid":
Het Anti-Tariefwet-Comité is thans met
zijn advertenties ijverig bezig, propaganda te
maken... vóór de Tariefwet.
In het eerst waren de advertenties louter
onheilsprofetieën. Ze voorspelden de sehrik-
kelijkste rampen van de herziening der in
voerrechten.
Sedert eenige dagen heeft het Comité het
over een anderen boeg gewend.
Nu geeft het telkens in cijfers op, hoeveel
geld op dit of dat artikel van biiitenlandsohen
invoer aan invoerrecht zal verkregen worden.
Het kon geen boter aanbeveling voor de
Tariefwet bedenken; want nu bazuint het
feitelijk dag aan dag rond hoezeer de inland
sclie nijverheid door die wet bevorderd zal
worden.
220.000 uit, metselsteen en, luidt een dei-
laatste advertenties.
Welnu, wat beteekent dat?
Wel, dat er naar de raming van dat in-
voerrechtcijfer op het oogenblik 200 millioen
kilo buitenlandsche baksteen over onze gren
zen wordt binnengevoerd.
Wordt nu de invoer gestuit en de buiteu-
ïandsche concurrent dus geweerd, dan is het
duidelijk, dat onze vaderlandsche baksteen-
nijverheid daar niet anders dan wel hij varen
kan. Dank aan de hnlnmiddelen der moderne
techniek kunnen onze eigen steenbakkerijen
host in ds behoeften voorzien. De meestal
toch minderwaardige hnitenlandschehaksteen
kunnen we best missen.
De Tariefwet beteekent dus meer werk
voor onze steenbakkerijen, dat is meer ver
dienste voor onze steenbakkers, minder werk
loosheid voor het werkvolk, dus meer wel
vaart in het land.
Van een jongentje <Vf geen meisje wa=. Aan
de „Leeuw. Crl". wordt van Amsterdam geschre
ven
Sedert de beer Querido het voorbeeld lieeft ge
geven, schijnt het ouder woordkunstenaars een
gewoonte en een soort travesii sto! te gaan op
doen voor hun romans! Fm de Jordaan is na
tuurlijk de meest bevoorrechte bedevaartsplaats.
Men verkleedt zich als metselaar zonder werk
tijd lot tijd en trekt ook wel weer eens een
huurt ergens een dakkamertje, vertoe.'l er van
poosje weg, om in anderen meer wclgesielden
kring verpooziug te zoeken. Zoo deed dan ook
een jonge dame, die als sikieadoor het pad dier
romanlieke erper mentatie wilde, bewandelen. On
gelukkig had onze dichter fraai lang krullend
haar, dat hij niet ten offer wilde brengen en
dus zorgvuldig verborg onder iets als een avia-
teurs pet. 't Ging besl, hij praatte, dronk, vierde
feest met 't rumoerig volkje uil stegen en slop
pen om dan na afloop van 't festijn langs vier
trappen naar het zolderkamertje le gaan, dat
hij zich, om de mise-gn-,scone compleet te ma
ken, had gehuurdÖp een avond echter wa
ren ze hem, nieuwsgierig en wellicht iets ver
moedend nageloopen, en bespiedden hem zorg
vuldig door de kieren, die een zolder kamerdeur
in de Jordaan onvermijdelijk hee't. Onze vriend
zette, niets kwaads vermoedend, zijn avia-
teurspet af en zijn lange haren golfden roman
tisch schoon langs hals en schouder.
„Jeminée", zeiden ze tegen elkaar, aan de
deur. 116 jai ooit zulk haar gesien't Is
een meissie wat ik je seg.... Der zal wel een
hichle aan wesc. Vooruit na de polise".
Ze liepen wal ze beenen hadden naar de po
litie om daar te vertellen, onder vee! misbaar,
,,dat er op een dakkamertje een man sliep, die
een meisie met lang haar was... misschien wei
die juffer Pascal, die ommevs ook aan de aviiaar-
dcrij deed?"
Toen kwamen natuurlijk de vermaarde twee
agentjes en namen ons dichtertje mee!
Iloa 't afliep vertelt de geschiedenis niet. Wel
is er mee bewezen, dat je tegenwoordig voor
de romankunst je haren moet over hebben, al
NED. R,. Kt BOND VAN SPOOR- EN
TR A M WEG PERSONEEL.
De Ra.ad van afgevaardigden van bovcn-
genoemden bond houdt op Donderdag 16 Mei
(Hemelvaartsdag) een huishoudelijke en
daarna een openbare vergadering in het St.
Joseph gebouw aan de Ohrechlstraat te
Utrecht.
Niel minder dan 27 punten staan op de
agenda, waaronder zeer belangrijke.
HILLEGOM.
Verecniging „Hulp in Nood". Vrijdagavond
hield deze vereeniging eene buitengewone
vergadering in hotel „Flora", die vrij goed
bezocht was. De opening geschiedde door den
voorzitter, den heer G. J. W. Mathot, die het
doel dezer bijeenkomst uiteen zette. De se
cretaris leest 't adres voor der onderteeke
naars, die deze vergadering wensehten. Het
bestuur heeft voor deze vergadering slechts
de leiding; de eerste onderteekenaar, de heer
C. J. van der List, hebbe succes. Toch zal
het bestuur zijn woord houden en toch aftre
den, al wordt 't eenige punt der agenda: het
reservekapitaal tot een bedrag van 4000
vast te stellen, dat eerst verworpen werd,
thans aangenomen. Daarna krijgt de heer v.
d. List het woord. Hij zegt het bestuur dank
voor deze vergadering en gaat na hoe het te
kort is ontstaan. Met gegevens wijst hij er
op, dat slechts de langere duur der ziekten
de oorzaak is. Blijft 'tzoo voortgaan, dan is
over 10 jaar 't fonds verdwenen. Spr. gaat
de verschillende bezwaren na en ontzenuwt
ze op heldere wijze. Daarna motiveert hij het
aftreden van 't bestuur, hetgeen door sommi
gen is kwalijk genomen. Een drietal leden
vroegen op uitnoodiging het woord, waar
van de heer v. d. Loo zeer lang van stof was;
de. heer J. Koop zakelijk, de heer W. van
Dam vrij hatelijk. De heer v. d. List beant
woordde, voor zoover hem doenlijk, de via,
gers. Daarna spreekt de voorz. nog een enkel
woord en toont tevens zijn onbaatzuchtig
heid in dezen
Thans ging men tot stemming over. 90
stemmen werden uitgebracht. 69 vóór, 15 ste
gen en 6 blanco, 't Voorstel is dus aangeno
men.
De heer v. d. List wil nu een commissie
vormen, om 't volgend jaar een nieuw be
stuur aan te zoeken. De heer Mathot dankt
den heer van der List voor zijn moeite en
dankt voor de opkomst, waarna hij de ver
gadering sluit.
BURGERLIJKE STAND.
HAARL.LÏEDE EN SPAARNWOUDE.
Ondertrouwd'. A. Frankfort em A. L. Kats.
S. de Jong en D. Ekkerman. M. de
Graaff en "S>. C. Groeven. J. Kroon en
A. Rutte.;
Geboren: d. van P. v. Duijnhoven en
H. C. Ros.
Overleden: H. 8$}. de Vries, och tg.
van P. Nauta 73 jaar.
BEVERWl.JK. Ondertrouwd: K. Bank ;n
K. H. van Assema,
Geboren: D. van J. C. TimmerHaar-
mans.
ALKMAAR:. Geboren 19 Aprilz. van
A. J. Smith en G. Groot.
Ondertrouwd: 18 April. N. v. d. Ka
mer en O. E. M. v. d. Burg. J. K. J,
Post en G. Pallemans. J. Te&selaar en
M. M. Jonker'. H. A. Th. Schenau en
M. Lover. P. v. Diepen en A. G. Korn.
HILLEGOM. Ondertrouwd: S. F. Smid
en G. M. Lommerse.
Geboren: d. van A. van der Mear—van
Rihijn. z. v. M. W, v. VelzenLagas.
d. van A. Q Balkenende-Aring. d,
van M. van de BeidMatter. d. van E.
G. van BerkelStijnman. d. van A. Hr
E. RjjndersVan der Weijden. z. van H.
M. WeijersKlein. d. van J. Spreeuw
Does. z. van iWl van der Beek-Hageman
Overleden: E. van Dijk, 7 maanden.
A. M. Brussé, 70 jaar. H. J. van Sahie
21 jaar.
LISSE. GetrouwdB. J. Asselor en J.
Lagerweij.
Geboren: d. van J. Niouwcnhov n en
M. Bekkers. d. v. A. Schaak en J. ü.iijim
z. van Wl Harting en P. Walraven.
Overleden: A. P. van Zeist, 7 mnd.
Levcnl. d. van A. Opdam en M. van Rhijn.
NOORÖ8VTJK. Geboren 15 Aprilz. v.
J. van der Weijdon en E. Vink. 16 April
d. van J. v. d. Bent en J. v. Hemsbergen.
17 April z. v. D. Meeuwenoord en Th. de
Haas. 18 April z. van A. A. de Monije
en S. Bergshoef.
Onder trouwd: G. Zuidhoek en M.
Duivenvoorde. W. J. Beumer en A. O.
E. Vrijdag. H. Hoogervorst en M. G.
Steen voorden. J. A. Heemskerk en P.
M. Hoogeveen.
Overleden: 13 April P. P. dc Groot
57 jaar. 17 April P. Klinkenberg 17 jaar.
18 April M. Warm en hovenWarmerdam 29
jaar.
It. X. SPOOR- EN TRAMPERSONEEL.
Vrijdagavond vergaderde in 't gebouw „St.
Bavo" de R. K. Vereeniging van Spoor- en
Tramwegpersoneel „St. Augustinus".
De Voorzitter opende met een woord van dank
voor de flinke opkomst en las uit het jongste
nummer van het „Rechte Spoor" een ingezon
den stukje voor wan het bestuur, waarin het
zich verdedigde tegen de beschuldiging, neder-
gelegd in een reeds vroeger geplaatst ingezon
den stuk van den heer K. O. Donze, in zake de
maatregelen, genomen bij de jongste verkiezing
van Groepsvertegenwoordigers aan de Centrale
Werkplaats der H. S. M. alhier. Een hierop go-
houden schriftelijke stemming omtrent de toen
getroffen maatregelen, bewees, dat twee derde
der leden deze goedkeurden, terwijl een derde
blanco hiad gestemd, en de belanghebbenden bui
ten stemming waren gebleven. Dit votum van
vertrouwen was voor den vooriztter aanleiding
zich weder herkiesbaar te stellen, bij de thans
volgende bestuursverkiezing, hetgeen tevens
tengevolge had, dat de secretaris, welke, hoewel
niet aftredend, had bedankt, wederom zijne
functie zou blijven vervullen. Hierna gaf de
.Voorzitter het woord aan den Z. E. Heer Advi
seur, welke er met nadruk op wees, dat, zal
eene vereeniging bloeien, zij op een hechten
grondslag moet zijn gebouwd, en onderlinge sa
menwerking de zaak in stand moet houden, dat
men de genomen besluiten diende uit te voeren
en de gebreken, die elk mensch, zelfs den beste,
aankleven, niet door een vergrootglas moet
gaan bezien, niet eigen meening vooropstellen,
doch elkanders gebreken zooveel mogelijk ver
dragen, en de tucht helpen handhaven. Z. Eerw.
wekte l^rvolgens op tot onderling vertrouwen,
hetgeen het brengen van een offertje van eigen
liefde licht maakt, en met nieuwen frisschen
moed voort te gaan, om de vereeniging tot eene
krachtige en bloeiende te maken. (Applaus.)
De Voorzitter dankte Z. Eerw. voor zijne har
telijke woorden en sprak den wensch uit, dat ze
ingang mochten vinden.
Bestuursverkiezing: lo. Verkiezing voorzit
ter. Dc thans fungeerende, de heer C. Tromp,
werd met 19 van de 21 stemmen herkozen en
nam zijne herbenoeming aan met een woord van
O
60.)
Zijn kalm gelaat liet niets blijken van het
geen hij inwendig gevoelde. M-et dat al was
hij diep terneergeslagen en vroeg zich af:
Waar was mijn verstand, toen ik ver
trouwen stelde in dien schurk? Hij bedriegt
mij, dat is duidelijk. Voor het overige, ik heb
tiem gewaarschuwd. Als ik het zonder hem
ikan klaarspelen, zal ik het doen.
Men begrijpt derhalve met welk een ijver
hij thans gebruik maakte van de goede ge
zindheid van zijn oppasser, toen deze hem
drie dagen geleden beloofde, naar Parijs te
'zullen gaan en een onderzoek te doen naar
zijn identiteit.
K
DE ONTSNAPPING.
IJpstien verkreeg van dr. Lafont gemakke
lijk het verlof, waarop hij sedert lang recht
kon doen gelden! Opdat de jonge man, den
geheelen dag alleen in zijn kamer doorbren
gend, zich niet zou vervelen, nam de dokter
nu nog meer attenties jegens hem in acht,
zond hem nog meer revues, boeken en dag
bladen dan hij gewoonlijk deed.
Maar Miehei, die ze gewoonlijk verslond,
sloeg er zelfs nu geen blik in. Hij was daar
toe veel te opgewonden. Welke berichten zou
Bastieu medebrengen? Hij wist het niet. Maar
van één ding was hij zeker, namelijk dat de
photographie niet bedriegen zou en duidelijk
zijn naam en zijn persoon aan den oppasser
zou doen kennen.
Zou liet uur der vrijheid dan voor hem
i slaan? Zou hij zijn rang in de wereld der
levenden wederom innemenweder nxees-
ter worden van zieh-zelven, met zijn onaf-
hankelijkheid en zijn fortuin, van zijn leven
i aan de zijde van zijn bruid en van zijn moe-
5 der?
Hij dacht erover na wat in de eerste oogen-
j blikken zijner vrijheid zon doen. Eerst wilde
hij zich rechtstreeks naar het huis in het Park
Monceau begeven. Het was niet mogelijk, dat
zijn vrienden, zijn personeel, dat niet ieder
een hem dadelijk zou erkennen en zijn terug
komst van de daken zou uitschreeuwen...
Maar er was een gedachte, die hem hinderde,
hem pijnigde en zich aan zijn scherpzinnigen
geest opdrong....
Lafont had gezegd dat Louis zich met alle
macht aan zijn positie zou vastklampen en
het onmogelijke zou beproeven om Michel
voor een bedrieger te verklaren. De jonge
man wantrouwde, zooals men begrijpen kan,
zijn sehurkachtigen oom in de hoogste mate.
Zou de jongste der Berthiers met zijn liel-
sche sluwheden zijn valschheid, de fortuin,
waarover liij op het oogenblik besliste, hem
niet een nieuwe poets kunnen hakken? Ziet
men niet dagelijks dat kuiperij, leugen en de
meest tastbare onrechtvaardigheid de waar
heid en de rechtvaardigheid bedriegen?
i Als hij alleen op de wereld stond, zou dat
inderdaad te vreezen zijn; maar zijn moeder
en Geneviève waren er nog, die hem oogen-
blikkelijk zouden herkennen, die wel zouden
staande houden, dat hij niet op zee was om
gekomen, zooals Louis Berthier misschien
reeds had verspreid, en die aan allen zouden
betuigen met hun positie, hun fortuin, hun
achtenswaardigheid, dat hij wel degelijk de
zoon, de broeder, kortom baron Miehei Ber-
j thier was!
Een arm klein, ombekend en eenvoudig kind
I als Sabine zou, zoo zij alleen stond om hem
te verdedigen, haar verklaringen en haar
stem zien verstikt door de leugens en de laag
heden van Louis. Maar barones Frans Ber
thier, de pi'ésidente van zooveel liefdadig
heids-instellingen, die bij iedereen in zoo
hooge eere stond?... Wanneer zij sprak
wanneer zij getuigdedan was het wat an
ders... dan zou men haar geiooven... Was
zij in Parijs?Of in Provence?
Michel meende uit de weinige woorden» die
aan dr. Lafont ontsnapt waren, te moeten op
maken, dat zij te Saintes gebleven was. Maar
wat kwam dat er op aan? Hij zou zich bij
haar voegen, en daarmede uit. Hij had geen
geld, geen hulpbronnen, maar indien hij het
zoover kon brengen, dat hij uit het gesticht
ontsnapte, zou hij zich terstond hegeven naar
Charles Pigaletti, te Parijs; van dezen zou hij j
eenige goudstukken leenen, die hij noodig
had om Edith en Geneviève te gaan opzoeken.1
Pigaletti, die eerst alles aan Frans en ver-1
volgens zooveel aan hem verschuldigd was,
kon hem dat niet weigeren. En als hij maar j
eerst hij Edith was, onder de moederlijke
vleugels, zou Michel zich in veiligheid ge-
voelen.
O, hoe innig zou hij die aangebeden moe
der omhelzen, welke hij in zoo lang niet had j
gezien, 't Scheen hem toe, dat het een eeuw
geleden was sedert hij haar stem gehoord,
haar liefkoozingen ontvangen bad. In die
heriimering aan zijn moeder ging hij geheel
en al op, alles vergetend, zelfs Sabine; uren
gingen voorbij zonder dat hij het bemerkte.
Thans, in de stilte van zijn gevangenis, ge
heel en al in zich zeiven gekeerd, ontdekte
hij in zich iets vreemds, dat hij nog niet had
ontleed. Had hij Sabine bemind zooals hij
dat deed van het eerste oogenblik af dat hjj
haar had gezien, dan was dit omdat zij hem
aan Edith herinnerde! Niet alleen geleek me
vrouw de Terx-euoire sprekend op de baro
nes wat gelaat en houding betreft, ook het
jonge meisje, al was de gelijkenis van haar
trekken met die van Michel's moeder niet
zoo treffend, had toch dezelfde stembuigin
gen, dezelfde uitdrukking der oogen, dezelfde
manier om het hoofd op te heffen of het een
weinig op zij te keeren, zonder het lichaam
te bewegen
Voorts was ook beider manier van opmer
ken dezelfde en was dit ook met haar karak
ters het geval. Aan haar gebi'eken, haar hoe
danigheden, haar volle oprechtheid, haar
verontwaardiging, welke niets weerhouden
kon. zelfs waar het kleinigheden, kleine leu
gens b.v. betrof, zou men werkelijk gezegd
hebben dat Edith en Sabine moeder en doch
ter waren... En toch hadden zij elkander
nooit gezien! Hoe was dat te verklaxen
In zijn nauwe cel heen en weer loopend of
gezeten in zijn fauteuil met gesloten oogen
en een van angst kloppend hart, herhaalde
Michel telkens tot zichzelven:
Hoe teeder zal ik u beminnen, mijn lieve
moeder, indien ik u kan terugvinden!...
Eindelijk, toen de dag ten einde 1 iep en
het reeds begon te schemeren, vertoonde Bas
tien zich op den drempel van de kamer. Hij
was doodsbleek en in zijn lijkkleurig gelaat
schitterden de oogen koortsachtig.
O die schurken! mompelde hij, na d«
deur achter zich te hebben gesloten, die
schurkenEn ik hen hun medeplichtige ge
weest! Vergeeft ge het mij, mijnheer MicheJ?
—Dat is al lang gebeurd, antwoordde d«
jonge man, maar wat heb je gezien, gehoord,