TWEEDE De miliioenen-Prins. tpicfaal adres vaor Prima schoeisel J« IIIZI G Steeds nieuwe modellen. J. H. W. Gründemann, De ondergang der „Titanic". BINN>.<iLAND. Amsterdamsche Beurs. VR00LIJK ALLERLEI. mt 49 Au'Bon Marché Sokken. Groote Houtstraat No. 44. Teief. no. 361. r co 48-54. MANTEL- en STOFFENMAGAZIJN\ Atelier voer Dames- en NAAR MAAT, Lei Kousen. oy o n s. Haarlem-Brussel. WOENSDAG 24 APRIL 1912 EEN NEDERLANDER IN JAPAN OVERLEDEN. Opgeieven door F. Th. Everard. 4y» lOüw/ie Ibis/. 951/2 974/2 95116 SF/. 98'6 le ™l 2 9f/8 4 Hi FEUILLETON Groote roman, naar het Fransch van P. d'Aigremont. 1 l/> i. S ca' cö I Bizondërheden over de ramp. De bizonderheden over de ramp komen jra langzamerhand los. Een der geredde stokers Van de „Tita- taic' vertelt: Nauwelijks eejn uur na, het yertrek van het reusachtige schip, uit Southampton werd in een van de voorste kolen-opslagplaatsen brand ontdekt, Hot jyuui* werd Zaterdags gebluseht, doch men slaagde hierin niet, vóór een groot deel der kolen was verwijderd. Naar zijn meening was het 't eerste schot, dat ingedrukt werd pp die plek, omdat de druk Van het water d'aar geen tegenstand ondervond, die anders ide opgehoopte voorraad steenkolen kon ge boden hebben. Alfred White, een man van het maehine- •persunecl, die ook tot do geredden behoort, .vertelde, dat hij toevallig op hot dek was, doen de botsing plaats had- Hij zegt, dat het ren ijsberg was van zwart of doorzichtig jjs en dus des nachts in het geheel niet kon jtv orden gezien. Door de aanvaring werd het fcehip beneden den waterspiegel openge- pcheurd, maar boven de waterlijn werd zelfs ue verf niet beschadigd. Ik weet dit jroegt hij er bij omda.t ik een tergenen (was, die langs de zijden va,n het schip met hen lantaarn een onderzoek moest instellen. (■Na. dit gedaan te hebben, ging ,ik om 12.40 i,weer naar* de machinekamer terug1, wij dron- jken daar koffie en waren ons van geen ge- Waar bewust. Een uur later, terwijl ik nog kan het werk was bij de machines voor pet eleetrisch licht-, hoorde ik den dhef-ma- [chinist een zijner ondergeschikten vertellen, ;Jdat een der waterdichte schotten bezweken iwas. Het schip helde sterk naar voren over. ?Mij werd gezegd, naar het dek te gaan onx 'te zien. hoe het met de zaken stond. Toen ik hoven kwam, zag ik, dat alle red dingboeien het schip reeds verlaten haidden en hoorde ik den kapitein zeggen: Nu jon gens, iedereen zorge thans voor zichzelf!" ■White verklaarde, da,t de machine voor het licht werd «gevoed door de stoomketels, zoodat het eleetrische lioht bleef .branden [tot de ontploffing, kort vóór het zinken. Ia enkele berichten omtrent do ramp der HDteur wordt onder de schepen, die ter nu lp .-melden, ook genoemd het Riussjsche stoomschip „Birma". Nog gisteren werd de ze ti a um genoemd in een telegram van de jdit'êeiie van den „Nortldeutsche Lloyö', waar- fei wor dt tegengesproken, dat haar stoomschip ^Frankfurt" geen hulp zou hebben verleend. Het stoomschip ,,Bii'ina" lx;hoort aain de Ru&óian East Asiatic Cie en is in het ge regeld landverhu izci-sverkeer tnssic/hen New- «York en Lihau via, Rotterdam. Het leek Hr. )e moeite waard om te informoeren of ,Ö;t seiiip, hetwelk heden te Rotterdam is haiisekopieri. iets naders kom mededeel en. De N. R, C;t. heelt dat dan ook gedaan, en r a Ho'.laadScli passagier van dat schip, Dr. Hen drik Bosma, uit New-York, die aan boord van '.ie Birma de reis heelt gemaakt, heeft voor dat blad het volgende verhaal' opgesteld: Toen ik om 7 uur in den ochtend van Maan dag den 14 dezer maand] op het dek kwam van het Russisch s.s. Birma, waarmee ik den. llden om 3.30 p. m. uit N. York was verdokken, zag ik al spoedig uit de algemeene agitatie, dat er iets ongewoons aan de orde was. Booten hingen uitgezwaaid, touwen, watervaaljes, provi and lagen op het dek, kapitein en officieren stonden op de brug, turend dioor hunne tefas- kopen. Aan den n. o. horizon werd mijne aan dacht gevestigd op een reusachtigen ijsberg, die me, op dezen afstand gezien, deed! denken aan de dorpskerk mijner geboorteplaats Grijpsikerk. Al spoedig wist ik, dat om 12.32 middernacht (Oostelijke tijd) de telegrafist 'n noodsein had ontvangen, luidend: „Titanic op 'n ijsberg ge- loopen, help onmiddellijk." De Birma was op dit oogenblik 110 zeemijlen van de Titanic verwij derd en bleef bijna tot 2 uur in correspondentie met het zinkende reuzenschip. Om dien tijd werdl voor het laatst geseind: „We zinken snel, vrou wen en kinderen in 20 booten uitgezet." Onmiddellijk had die intelligente Russische ka pitein 'n dubbele ploeg stokers in de machine kamer aan den arbeid gezet, extra bakkers ston den aan den oven, de bedden in de onbezette kajuiten der eerste klasse er waren hier slechts 5 passagiers in gereedheid gebracht en alles was, toen ik opstond, in volmaakte orde om de ongelukkigen hulp te verleenen. Had medische hulp nooclig moeten zijn, het toeval wilde, dat behalve de schrijver dezer regelen, nog twee Russische doctoren op de Birma aan wezig waren. De Birma stoomde met uitorsic snelhoidscapa- citeit naar de plaats der tragedie en kwam lom ongeveer 8 uur aan waar men dacht, dat de Titanic was ondergegaan. Ongeveer terzelfder tijd arriveerden nog twee andere stoomschepen, doch alle waren, naar ik' gis, door een foutieve plaats aanduiding op de Titanic misleid] geworden, en we zagen wel kolossale ijsbergen, doch van de uitgezette hooien geen spoor. De Birma bevond zich aan de westelijke zij van een ijsveld, dat als een reusachtige tong zich naar den N. O. en gezichtseinder uitstrekte. De kapitein zag spoedig daarna aan den oostelijken kant van het ijsvlot 'n stilliggend stoomschip, en vermoedend, dat het in liet ijs was vastgeraakt, liet hij de Birma zwenken, om dit onbekende schip hulp te ver leenen. Hoe verleidelijk het was, de kapitein durfde niet dwars door het ijsveld stoomen en dius moesten we een grooten afstand terug om de punt der ijstang om te varen en daarna weer in N.O. richting te stoomen. Het was ongeveer 10 uur, denk ik, dat we het onbekende schip, dat de Gartpathia bleak te zijn, die de booten had opgenomen, ontmoet ten. Het Engelsche schip salueerde met vlag halfstoks en we vernamen, dat 19 booten wa ren opgenomen en dat men het 20ste niet had kunnen vinden. Op de vraag van den draadloozen telegrafist op het Russisch schip: „Hebt ge pro viand genoeg?" kwam het beleefde antwoord „Shut up" (hou je mond). Evenwel, wie 'n ge voelig hart heeft voor „business" zal in dit ant woord geen onbeleefdheid zien. De zaak is dleze. Het Russische schip Börma heeft een De-Forest- apparaat aan boord en is niet in den Marconi- ring, en schepen, niet voorzien van het Marconi- toestel, zijn absoluut van de buitenwereld afge sloten, tenzij ze de nieuwtjes stelen, zooals ik het hoorde uitdrukken. Aan een schip met een ander dan een Marconi-apparaat wordt alleen geantwoord, wanneer het in nood verkeert. En zelfs in dit aangrijpende oogenblik van een dar grootste rampen der moderne scheepvaart moest het gevoel wijken voor het motto van liet inter nationale eommerciatisme„Dollars en centen boven alles I" Verleden Zondagmorgen had in de eetzaal 1ste kLasse der Birma een eenvoudige, doch indruk wekkende Engelsche gedachtenisdienst plaats voor het drama, dat zich zoo dicht bij het Rus sische schip had afgespeeld. Hoe de leugenberichten in de wereld kwamen. Er komt nu eenig licht, dat althans kan verklaren, hoe de leugenberichten dat de „Ti- tanie"-passagiers allen gered waren, enz., zijn in de wereld gekomen. De kapitein van de „Olimpic", Haddock, heeft in tegenwoordigheid van den heer Cury van de White Star' Line, een zeer belangrijke verklaring afgelegd. „Op de vaart van Cherbourg naar South ampton zoo deelde kapitein Haddock mede ontving ik een schrijven van twee dag blad-correspondenten, waarin mij verzocht werd uitlegging te geven over het gepubli ceerde telegram: „Alle passagiers der Tita nic gered". „De Titanic wordt langzaam naar Hallifax gesleept", welk telegram een oploo- pen der herverzekerings van 20 tot 50 pet. veroorzaakte. „Men veronderstelde zoo schreven z(j dat dit telegram van mijn schip afkomstig was". „Zij vroegen mij verder of dit telegram op de Olympic ontvangen was, en indien niet, of ik dan uitlegging wilde geven over de wijze, waarop dit bericht in de wereld kwam. Wat ik hun vertelde, vertel ik thans u. De Olympic ontving van een onzer oude passagiers, een dame uit New-York, het vol gende tlegram: „Zijn alle passagiers der Titanic gered?" „Dit telegram werd om 10 uur 27 min. New- Yorkselie tijd (ongeveer 3 uur 25 min. Green- wiehtijd) ontvangen. Op een ander oogenblik, ik meen neg eerder waren wij in ver-, binding met een ander schip, de „Asian", waarvan ik beproefde eenige inlichtingen te krijgen betreffende de ramp der Titanic. Zij ken mij slechts zeer weinig mededeelen, maar onder de woorden welke geseind werden, kwamen ook de volgende voor: „een olieschip op sleeptouw hebbend". Het volgende schrijven heb ik aan de eige naars te Liverpool gezonden: „Ik heb in tegenwoordigheid van onze Mar conisten ontkend, ooit zulk een telegram ver zonden of ontvangen te hebben. De eenige op lossing, die ik er voer geven kan is, dat het woordje „zijn" nit het telegram weggelaten is, zoodat men gelezen heeft: „Alle passa giers gered". De woorden „de Titanic wordt naar Halifax gesleept", zijn waarschijnlijk ontstaan door verwarring met het telegram van de „Asian". Het telegram is waarschijnlijk van een pas sagier van een White Star Line, en ik heb bij ontvangst dezelfde fout gemaakt en het woordje „zijn" weggelaten. Er was niets meer aan toegevoegd. „Dit is mijns inziens de juiste verklaring voor het ontstaan van het bewuste telegram". Duidelijk is de zaak 'ons toch niet! De blauwe diamant. Naar van verschillende zijden gemeld wordt is met de Titaüic ook de beroemde blauwe diamant, de zoogenaamde „Hope-dia- mant", welke een waarde heeft van rail- lioen gulden, in den Oceaan verdwenen. Deze steen heeft, naar verteld wordt- aan a: "tin bezitters ongeluk gebracht. Zijn laatste eige naar was een Amerikaan mr. Mac Lean in Washington, die hem in Januari kocht en nu naar Amerika wiide overbrengen. De Telegraaf vertelt er het volgende van: De steen is nit Indië afkomstig en werd door een zekeren Winigliea in het midden der zestiende eeuw naar Venetië gebracht. Een lid der Dogenfamilie Morosini kooht den dia mant, welks schoonheid door dichters bezon gen werd. De Indiër had echter hui ten den steen nog iets anders naar Europa mee ge bracht, nl. de besmetting der builenpest, en kort na zijn aankomst brak de vreeselijke ziekte te Venetië uit. Mox'osini vluchtte met den blauwen diamant naar Florence, waar heen hem de ziekte volgde, die in kox-ten tijd de handel dezer bloeiende stad Jam legde. Morosini viel eveneens als slachtoffer be smettelijke ziekte. De steen kwam toen in handen van 'n Florentijënschen legeraanvoer- der, de condottiere Marsilio, die niet lang daarna doodgeschotep werd. De diamant wis selde van toen af voortdurend van eigenaars, die alleen een gewelddadigen dood stierven. Onder hen noemen wij Marie Antoinette, de gemalin van Lodewijk XVI, die heiden het hoofd op het schavot verloren, eu prinses Lamballe, een hofdame van Marie Antoi nette, die door een woedende volksmassa werd onthoofd. Aan het begin van de vorige eeuw bevoDd zich de steen in het Italiaan- sche klooster San Cosimo. Daar viel hij den soldaten der eerste Fransc.he republiek in handen. Generaal Lasalle kooht hem voor een spotprijs van een der plunderaars; wei nige dagen later viel hij in den slag hij Lodi. Tal van jaren later dook de blauwe diamant in Spanje op. Een jong diplomaat, Don José Ruiz y Margal was do eigenaar. Op een dienstreis, welke Don Ruiz in de onveilige provincie Catalonië doen moest, werd hij door dronken matrozen vermoord en beroofd. De daders werden op één na gearresteerd en te- echtgesteld. De ontsnapte vluchtte op een West-Indië-vaarder. De groote strengheid van den kapitein gaf hem en eenige andere matrozen aanleiding tot muiterij over te gaan. De kapitein wist het oproer echter meester te worden en liet de heihamels aan de raas van het schip ophangen. Een der te- reoht.gestelden droeg aan den vinger een kostbaren ring met den blauwen diamant. De kapitein maakte zich van den ring meester, maar heeft zieh niet lang over, zijn schat kun nen verheugen, want spoedig na de landing te Vera-Cruz aan de Mexicaansche Golf, werd hij in een speelhol door een avonturier ver moord. Het lijk van den kapitein vond men in een gracht, de ring met den diamant wa ren evenwel verdwenen. Later werd hij in het bezit gevonden van een Engelschman, die hij een openbare tooneelvoorstelling tenge volge van het instorten van een Tribune om het leven kwam. Onder de passagiers op het stoomschip „Seyne", dat in den herfst van 1909 bij Singapore verongelukte, bevond zieh ook de rijke Spanjaard Sennor Habib, die den beroemden diamant hij zich droeg, toen het schip verging. Zoo scheen dan eindelijk de gevaarlijke diamant onschadelijk ge maakt te zijn. Maar duikers die het wrak van de „Seyne" doorzochten, brachten den steen weer te voorschijn. Waarschijnlijk rust zij nu voor goed on den bodem van den Oceaan. „De Loc." ontleent het volgende aan de Japan Chronicle", die to Kobe verschijnt: Donderdag 29 Februari overleed in zijn wo ning* de heer John Hendrik Donker Curhius, een Van de oudste vreemdelingen-bewoners van Japan. De „Japan Gazette" deelt mee dat de overledene, die zijn ,03ste jaar had bereikt, een zoon was van den gersten Ne derlandschen gezant in Japan. Na in Europa te zijn opgevoed, keerde hij naar dit land terug dn tusschen 1860 en 1870 was hij met zijn broeder (die verleden jaar over leed) onderwijzer in het Engelseh aan een van de scholen te Nagoya.. Later was hij, gelooven we, als employé werkzaam aan de Mitsui Busom Kaisha. en' de Nippon Yi'.son Kaisha. Drie jaar lang was hij werkzaam als leeraar aain dé handelsschool te Yokohama, uit welke beltrekking hij voor vier jaren ont slag nam. Een tijdlaing leefde hii stil, vooral met het oog op zijn gezondheidstoestand, en daarom kent het jongere geslacht 'hem niet zoo. Hij leed herhaaldelijk aian hartaandoo- ningen en is daaraan ook plotseling over leden. Hij was een man van uitstekende op voeding. ren taalkenner van groote bekwaam heid. Ho overledene, Japansche) en Ij twee dochters. Vorige koers. 22 April. Rusland 1909 iwangor Dominowo 3 pCt. Cert. Ned, W. S. 2l/j pCt. Cert. a pCt. Tabaks 1. Buig. 4 Oblig. Kronenrenle. 5 pCt. AprilOctoberrenle 4 Jan.—Julirente. 4i/, 4 i, Groote Russ.sp. 1898 j, Nicoiai Sp. Rusland 1880 Zuid-West Rusland Hope Rusland lSUi'üeEm. Rusland Binnenl. a pCL imp. L vu Japan 5 pGL Buinr Mexico. 5 Goudl. m p. St. pCL hunding Brazilië, a Bali ia in p. St, a. Rara 1902' a Rio de Janeiro (F. D a 8£o Rauio 1908 a pCL Dominica 4 fiEt. Algeiu. il.ü(k, 4 Haart. il.B.ii.. 0 pCL Argent H.B.L. a dito Geduta li. B/a n Lng. Land C.Sp. Aanxl. Amalgamated Coppei v, Am. Car en honnuij. Am. Hide en Leuiii" United bfales Steel i, Guit. Mij. Vorsten!. Hand. MaaLscu. G«w. Aand. Raieieü Aaud. lt.edjojig Lebong. Aand. Uccousoi, Reiry.i, ivonuiküjae peil*. Aanu. Anisierd. Runner, n Deu-Latavja RederL 807/Ie 671/2 97 M/lfl 89 92i/2 SS** 951/ï 96 878/. 928/. 871/8 85t/2 8Gö/8 87i/16 90 928/4 46u/ie 9918/ia 1 »315/le' 9 71/» 99 9b6/10 8H/2 581/4 253/4 709 ie 174 1891/2 541, 316 310 631 120 803 671/2 97U/ie 887/s 953/.- 9510/k 87 f/1€ 87 868,4 £68/4 i013/4 1018/a lOi^/ie 9113/, t 9815/ 8O3/4 686/8 261/2 7 0»/,„ 1734/2 551/2 .09 31174/2 529 743/, 801/j 67*/, 92 7/8 81 587/, 255 701/2 1788/4 315 310 531 ION] Een lezer val da,t blad het vcf krach tsinspannl ding .waard is. T De 2de eom| 4de regiment dabt kapitein do van haar oc| geveer één uur De troep was rolde overjas, niet voorafgog eheerdo de co; den binnen n: Na pl.m. IV2 uui* rusten, werd de mar se vervolgd over Den Haag paar Delft, 26 K.M. Zonder nachtrust, en na 47 K.M. gei- loopen te hebben in do zwaarste bepakking, kwam 'de compagnie, sterk 2 Officieren, 7 onderofficieren, en .80 korporaals en man schappen, zonder één enkelen uitvaller, dus in haar geheel, ongeveer half vier de ka zerne t-e Delft binnenstappen. SNEDIG. Dame in gezelschap„TJ zult wel van me denken, dat ik mij zelf graag hoor praten Heer„Ik wist immers reeds, dat u van m u- ziek hieldt!" KOELBLOEDIG. In een veldslag ziet een soldaat een bom aan komen, hy bukt diep en het gevaarte treft den man achter hem: „Waarachtig," riep hjj uit, „met beleefdheid komt men nog het verst." EEN KLEINE VERGISSING. A.„Dit wijntje is lang niet slecht 1' B.„Dat zou ik gelooven; hij is al vijftig ja ren oud!" O.: „Te drommel, wat aal hij dan goed ge weest zijn, toen hij nog jong wasl" AANDOENLIJK. „Dat medaillon is zeker gevuld met haar van uw overleden man?" „Ach neen, mn mijn onvergetelijken Azor." 4.Va pGl.JSat. Railw 01 Méxn uomrnon iNew-ïoi k Untau Uimmon Norielk Lommon Rock island common iouó i'acnic 4 pGt. Couvert idem 4 ie Rei. iiyp. idem Comm. Souiiiein Railw. Commou Union Raciüc 4 pCt. goud Obt. idem 4 Convert Obt. ïav.n Common Wabash Sh. 4//ï pCt. Bra/it Railw. a pCu Yucatan, pCt. Antwerpen 1837. Lnrkije 1370. Prolongatie 998/4* 39lt/le 1121/o 2S7/8 ll23/g 951 t/lt 944/2 29 1701/4 iül 11121/4 9 911/8 973/4 95 957/8 233.8 ill i-i'Jie Ü4'2 2Ü1 Is 17U1 JL01 91/'ic 911 j 83l/2 48 28M/& 291/4 91/4 De foLudsenmaxkt te New-York was giste ren in den morgen flauw en do handel v;an weinig beteokonis. Na den middag werd dp stemming gunstiger op berichten dat een, overeenkomst met jde anthraeiot-mijnwerkers was verkregen. Het slot was slechts weinig onder den vorigen beursdag. De Amex-ik. af- deeling tan onzent was in navolging va'n, Londen 'niet opgewekt. Spoedig na, .opening liepen de koersen terug en konden Ixot ver lies diet meer inhalen. Do markt sloot mee- rendeels op Ide laagste prijzen. Petroleumaan- deelen flauw voor de Indische soorten, zon der eene bepaalde relden daairvooo* kon wor den aangegeven. Van do Rnmeensche soor ten waren Onions goed prijshoudend. Tabaks-' markt vast met oploopende koersen. Holland- sche Sta,atsfo4xdsen vaster. Russen flauw. 99 &2V Naarmate Michel sprak werd de uitdrulc- tking van woede en wreedheid, die op Char ges' gezicht te lezen was, steeds afschuwelij ker. Ja zeker, dadelijk, hij do eerste woorden had hij Michel herkend, zijn weldoener, dien hij evenwel zoo diep en met zoo woeste fel heid haatte. Bezat hij, do zoon van Edith, die fiere en schoongevormde jonkman, een der geldvorsten van Parijs, van de wereld, zoo hij had gewild bezat hij niet alles wat liem, /den ellendigen Italiaan, vastgeketend hield pan de schandelijkheden zijner familie? En /daarenboven, was die zoozeer benijde Michel iet de hinderpaal geweest tusschen hem en jGeneviève? Zou, zonder dien ellendigen me dedinger, Geneviève, ongelukkig als zij was, Bich niet hebben laten ontroeren door zijn vurige betuigingen? Zou zij hem niet in staat hebben gesteld, zij het ook slechts een klein gedeelte van de milUoenen in te palmen, .1 (Waarnaar hij zoo vurig haakte. Deze gedachten schoten Pigaletti bliksem snel door den geest. Maar alles werd be- heerseht door gedachte, dat Michel, die Char les zoo klein en nederig gekend had, vroeger bedelend bij Frans, later bij hem om de paar stuivers, die noodig waren voor zijn toekomst, daar nu vóór hem stond, op zijne beurt el lendig en zoo diep mogelijk vernederd! O, wat zou hij hem duur betaald zetten alles wat hij geleden had! Wat zou hij zich met wellust overgeven aan zijn ouden wrok! Hij scheen de hand niet te zien, die Michel hem voorhield, en hem integendeel van het hoofd tot de voeten metend met al de vei*- aehlin8', die hij in zijn trekken kon leggen, sprak hij: Gij Michel Bertliier! Och, kom! Denkt ge misschien dat ik zóó dom hen? Michel Bor- thier is dood, zoo dood als een pier! Hij is nooit in een gekkenhuis opgesloten geweest! En gij zijt een gemeene bedrieger, die gebruik wil maken van een heel klein beetje gelijke- I nis, of misschien de eene of andere ongeluk kige gek, die inderdaad aan de waakzaamheid van zijn dokters is ontsnapt. Michel week verbaasd twee pas achteruit. Hij had zoo weinig op zulk een ontvangst ge- rekend! Toen, na dit stortbad over zijn iilu- siën van dieu kant, kreeg hij al zijn scherp- zinnigheid terug. Hij begreep welke afschuw- 1 lijke afgunst er in dat lage wezen huisde, in j plaats van de teederheid en do dankbaarheid, dm hii meende er gezaaid te hebben. Maar ter zelfder tijd kwam zijn aangeboren eerlijk heid tegen dien meening op. Dat is niet mogelijk, dacht hij, ilc hen to streng tegenover hem. En hij beproefde een laatste poging. Kom, Charles, zeide hij tot hem, lcom van de dwaling terug. Men heeft je gezegd dat ik dood was, en je gelooft op dit oogen blik do speelbal te zijn van de eene of andere gelijkenis. Maar ik zal je bewijzen dat ik wel degelijk baron Michel Berfchier ben, door je dingeu te vertellen, welke slechts aan ons beiden bekend zijn. Herinner je je nog dat, toen we nog heel klein waren te Saintes, jij eens, spelende met een hal in het salon, een antieken moox-sclien schotel gebroken hebt., waaraan mama zeer gehecht was? Toen zou je, daar het ons verboden was geworden in die kamer met den bal spelen, zeker door mijn vader gestraft zijn geworden ,die om zekere redenen je niet mocht lijden. Herin ner je je, dat ik daarom de "schuld op mij ge nomen heb? Ik werd zonder avondeten naar bed gestuurd, maar jij werd nauwelijks be knord, en de xvelwillendheid van mijn vader jegens jou verminderde niet! Met het hatelijkste en gemeenste gezicht ter wereld autwoordde Pigaletti, de schou ders ophalend: Inderdaad mooi gevonden! Maar er is geen woord van waar! Wat?! riep Michel, niet waar?... En toen je nog op seliool waart, toen je door je eerste examens waart, wie heeft je toen geld gege ven, om den goeden uitslag feestelijk met je vrienden te vieren? Mijn vader belastte zich met het betalen van je schoolgeld, dat is waar, maar voor die bijzondere uitgaven zorgde hij niet. En wie heeft hier al die meubels en je installatie betaald? Wie heeft je 20,000 frank in eens gegeven, om je de kleine vernedering te hesparen, telkens te komen vragen? Heb je dan alles vergeten?... Heb je dan geen hart in je borst?Heeft die vriendschap dan nooit bestaan, welke ik dacht dat je voor me gevoeldet. En nu ik, op mijn beurt ongeluk kig, je hulp en bescherming kom vragen, geef je voor, mij niet te herkennen, ofschoon er van twijfel geen sprake kan zijn! Genoeg, genoeg, zeide Charles, al die praatjes maken op mij niet den minsten in druk. Ge vertelt mij slechts verzinsels of spe lingen van uw ziekelijken geest. Niets van het geen ge daar verteld hebt, is waar. En hoe zou het ook anders kunnen, daar de ware Mi ehei Bertliier dood is en ik met geheel Parijs zijn begrafenis heb bijgewoond! En toen den teugel vierende aan zijn ra zende afgunst, ging hij voort: Ja zekei*, hij is op een heel ordinaire ma nier aan zijn eind gekomen. Men kan ook niet altijd gelukkig zijn!Gedurende vijf-en- twintig jaar is hij de meest geziene, de meest gevleide jongen ter wereld geweest. Over hem was men opgetogen, in geestdrit. Hij was zoo knari. zoo verstandig, zoo buiten gewoon' Waarlijk er bleef niets meer voor de anderen over! En nu, wat ge ook zeggen moogt, gaat hij tot bederf over, zes voet onder de aarde evenals de grootste bedelaar! Gij gelijkt eeu beetje op hem, dat moet ik bekennenVoor al het gelaat... Ja, een beetje... Maar gü hebt noch zijn houding, noch zijn gestalte. En in deze burgermanskleerexi lijkt ge op een armen duivel van een werkman, wat ge wer kelijk ook zijt. Maar Michel was boven al die gemeene speldenprikken verheven. Hij sloeg er hoege naamd geen acht op. Voor het overige hoopt® hij ook nog tot zijn doel te kunnen gerakon. Kom Charles, hernam hij, laat je niet medesleepeu door een of anderen ouden wrok, welken ik niet ken, denk slechts aan één ding: ik heb van je gehouden, ik heb je er bewij zen van gegeven. Erken dat je verkeerd deedt, dan zal ik de leelijke woorden verge ten, die je mij daar hebt toegevoegd, en zal ik doen alsof ik zo nooit gehoord had: Ook in het vervolg zal mijn vriendschap voor ja onveranderd blijven. Wil je me nu helpen? Wat ik je vragen zal. is slechts zeer weinig. Ik moet worden ingelicht omtrent zekere bij- zondei-heden. Wil je mij die geven? Die wilskacht en die zachtheid schenen den ingenieur alle zelfbeheersehing te doen ver liezen. Ja, zeide hij, ik zal u helpen, maa niet zooals gij het wilt. Ik zal eventjes de sterker* hand 1wan halen en hii voorbeeld den non-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1912 | | pagina 5