Grfindemann
Nouveauté
De miilioenen-Prins.
voor BANDEN en RIJWIELEN is H. J. ifli DER MEER, Schagcheïstraat 4f
Ziet étalages
BUITENLAND.
BINNENLAND.
1 Amsterdamscfie Bears.
m*u
mA9
lousen.
IfeuLleton"
lekken.
1
De ondergang der „Titanic".
P'<
lu Bern üareliê
„üoyons
ilaaH@m-ilrassei»
0
l&tfste
öfggjjGven door F. Th. Everard,
mu
af/ie
öi6/a
72'/xe
293jg
95
993/4
39 K/ie
HM/,
233,
ill
46
24Vs
37ö/xe
wlöht
8è/ig
S0
30
Sroatö roman, naar liet Fransch
van P. d'Aigremont.
-~»o—
irmwwriwMi
MIEUWE HAARLEMSCHE COURANT ™EE„
Misschien was refilling moge
lijk geweest.
Een tragische bijzonderheid is can het iielit
gekomen: bijna was nog hulp mogelijk geweest
voor de zinkende „Titanic"!!....
De „Caiifomian", die te Boston gisteren aan
kwam, is vlak bij de plaats des onheils geweest,
maar do boot heeft geen telegrammen kunnen
ontvangen.
De kapitein van de „Califnrnian" verklaart,
dat zijn schip minder dan twintig mijlen van
de „Titanic" verwijderd was, toen de aanvaring
plaats bad.
Als hij den gevaarlijken toestand, waarin de
„Titanic" verkeerde, had geweten, zouden mis
schien aile passagiers gered hebben kunnen wor
den!"
De kapitein ontkende, dat de „CalEornian"
het stoomschip wa,s, dat op geen vijt mijlen van
ile „Titanic" voer en geen acht sloeg op de
noodsignalen. Hij voegde er hij, dat hij 's avonds
om 10 uur 30 min., temidden van een onmete
lijk ijsveld stoomde. Onmiddellijk heeft hij toen
dc machines slop laten zetten, en het aanbre
ken van den dag afgewacht. En wanneer dc ma
chines stilliggen, werkt het draadlooze telegraaf
toestel niet, zoodat hij de telegrammen van de
„Titanic" niet heeft kunnen opvangen, doch eerst
den volgenden morgen door middel van de „Vir
ginia" het ougetuk vernam. Toen werd onmiddel
lijk koers gezet naar de plaats des onheils,
doch... het was te laat!
Ismay en <le kapitein.
Do Stockholmsche correspondent van de „Mun-
chener Net! es ten Nach rich ten" seint aan zijn b'ad,
dat in de „Mya Dagligt AMehanda" een vriend
van kapitein Smith van de „Titanic", een artikel
heeft geschreven.
De schrijver, een scheepsteehnkus, was be
kend zoowei met den directeur Ismay, als met
lord Pierry.
Toen in de haven van Southampton de „Olym
pic", waarvan kapitein Smith toen de gezagvoer
der was, met de „Hawke" in botsing kwam, be
zichtigde hij het eerste schip en vroeg aan zijn
vriend Smith, waarom deze niet door uitwijken,
de catastrofe voorkomen had. Smith antwoordde:
„Ik had de wet aan mijn zijde, ik manoeu
vreerde volkomen juist. Uitwijken Had mij twin
tig minuten gekost, en als de reederij had ge
hoord, dat ik had willen uitwijken, waar recht
uit varen mijn recht was, dan kun je je wel
voorsteilen wat gebeurd was!"
Het blad schrijft verder, dat kapitein. Smith
slechts in naam bevelhebber op het schip was.
De werkelijke gezaghebber van de „Titanic" was
Ismay. Hij had niemand boven zich en tegen
zijn orders bestond geen appèl. Smith en alle
kapiteins van de lijn moesten gehoorzamen.
Dat was het principe van den ouden Ismay en
de zoon heeft het getrouw overgenomen. Weigert
iemand, dan: „Adieu met hem! Er zijn er hon
derd, die elk oogenblik bereid zijn, zijn plaats
in te nemen."
Toen dezelide berichtgever (ran het Zweed-
sche blad), de „Titanic" bezocht, viel bem het
gering aantal reddingbooten op, dat, in verhou
ding van het aantal der niet ver afliggende 'Ame-
ükaansclie stoomboot „St Paul", vijfmaal lo klein
was. Hij vroeg toen aan Smith, wat er in geval
van een catastrofe gebeuren moest. Met een blik,
dien hij nooit vergelen zal, antwoordde kapitein
Smith hem: „Vraag dat aan mr. Ismay en lord
Pierry!"
Dit bericht geeft wel een eigenaardigen kijik
op de verhouding, waarin de gezagvoerders tot
de reederij staan, en belicht merkwaardig d©
figuur, die Ismay op 't oogenblik maakt.
liet zoeken naar de lijken.
Uit New-York wordt gemeld, dat de „Mackay
Bennel" het schip, dat uitgezonden was. om
naar- lijken te zoeken, meer dan 100 lichamen
uit de zee heeft opgehaald. Vele vrienden en
betrekkingen van siachtoilers zijn thans op weg
naar Halifax om de komst van het schip met
zijn treurigen last af te wachten. Kapitein Ro
berts, de gezagvoerder op het jacht van den
overleden miilionnair John Jacob Astor, zal te
Halifax de familie vertegenwoordigen.
Volgens een later bericht moet het kabel-schip
„Minia" van Halifax vertrokken zijn om de „Mac
kay Bennet" te ontmoeten. Zij heeft 150 dood
kisten en 80 ton ijs aan boord. Een geestelijke
is medegegaan om den lijkdienst te verrichten
bij de lijken, die wederom aan de golven worden
toevertrouwd.
De schipbreuk van de Titanic. Een van
de geredde stokers van de Titanic, John
Thompson, die zich nog- in een der hospitalen
van New-York bevindt, heeft verklaard, dat
men in de machinekamer van het gezonken
schip van meening is geweest, dat de Titanic
een recordreis moest maken. De bevelen wa
ren, dat men zoo hard mogelijk moest sto
ken; er waren oogenblikken, dat 77 omwen
telingen waren gemaakt. Het maximum was
78 en zoo bevestigt deze verklaring volgens
een ironische opmerking van den correspon
dent van de Daily News die van Ismay, dat
het maximum nooit bereikt is.
Den geheelen Zondag, zeide de stoker,
maakten wij 77 omwentelingen.
De gemeenteraad van Home is, volgens
een correspondentie aan de Kiiln. Volksz.,
langzamerhand in een onhoudharen toestand
gekomen.
De republikeinsche groep schijnt zich aan
het bloe te hebben onttrokken; verschillende
leden zijn sedert weken niet meer bij de zit
tingen aanwezig en zelfs burgemeester Na
than schijnt zich om de beraadslagingen niet
meer te bekommeren.
Het orgaan der gemeente-administratie be
vat een artikel met den veelzeggenden titel:
„De Koninklijke Commissaris in Rome",
waarin het zegt: „Voor eenige dagen heeft
een besloten vergadering plaats gevonden
van personen uit de Unione Liberale eu uit
de vrijmetselaarsloge, om den toestand op het
Kapitool te bespreken, die steeds moeilijker
is geworden na het uittreden der republikei
nen en wegens het wegblijven uit de gemeen
te raad s-zit. tingen van vijf of zes raadsleden
der meerderheid.
De uitgever van den Messagero verlangde,
dat- de nalatigen hun ambt zouden nederleg-
gen, daar zij niet meer degenen, die hen voor
vier jaar naar liet Kapitool zonden, verte
genwoordigen. Hij wilde dat er in Juni aan
vullingsverkiezingen zouden plaats vinden.
Andere sprekers stonden op aanstelling door
de regeering van een Koninklijken Commis
saris. Er werd geen besluit genomen, doch
deze gewichtige symptomen kondigen waar
schijnlijk het einde aan van de bloc-heer-
schappij.
Hef enthousiasme voor de aviatiek. De
provinciën van Italië hebben besloten om pik
aan den Ita'.iaanschen staat een bestuurbar Lucht
schip met bijbehoorende hal te schenken.
Een vrouw. In het Zwitsersche kanton
Vaud, zoo verhaalt het Berl. Tageblatt, is
onlangs een vrouw tot directrice van de straf
gevangenis in het district Aigle benoemd.
Deze benoeming mag echter geenszins als
eeu succes der vrouwenbeweging geboekt
worden, want mevr. Porchet, de nieuwbe
noemde, beeft hare betrekking niet aan hare
vrouwelijke eigenschappen, maar aan haar,
wat men gewoonlijk noemt mannelijko hoe
danigheden te danken. Zij weet nl. het gezag
krachtig te handhaven en stipte gehoorzaam
heid af te dwingen.
Een bom in een schouwburg. Zondag
middag werd in den stedelijken schouwburg
te Sevilla een bom te midden van het pu
bliek van den eersten rang geworpen. Eén
man werd op slag gedood, twintig andere per
sonen werden zeer zwaar gewond. Er ontstond
een lievige paniek, alle bezoekers snelden in
wilden haast naar de nitgangen en daarbij
geraakten velen onder den voet en werden
meer of minder ernstig gewond.
De bommenwerper werd gearresteerd. Hij
verklaarde anarchist te zijn.
WAARSCHUWING.
Naar aanleiding van het lokken van Ne-
derlandsche werklieden naar Duitschland,
heeft de Commissaris der Koningin in Zuid-
Holland op verzoek van den minister van
binnenlandscke zaken de burgemeesters iu
deze provincie uitgenoodigd bij het plaatsen
van waarschuwingen als bedoeld in een vroe
gere circulaire, belanghebbenden aan te ra
den, alvorens werk aan te nemen in Duitsch
land, zich te wenden tot de arbeidsbeurs in
de plaats hunner inwoning of bij gebreke
van dien tot de Nederlandsche arbeidsbeurs
te Oberbausen (Duitschland) Arndtstrasse 56.
MAN EN YROUW GELIJK?
Zoo schrijft de „N. T. Ct."
Uit de gebeurtenissen bij de vreeselijke ramp
van de „Titanic"- kunnen vele lessen getrokken
worden.
Eene daarvan is de volgende:
Wanneer het ideaal der echte pessimisten bij
de zeeramp ware toegepast, dan zouden niet Idle
vrouwen en "kinderen de geredde personen zijn
geweest, dan waren meer waarschijnlijk alleen
mannen aan de golven ontkomen omdat zij de
sterkeren zijn.
Wat gebeurde echter?
De mannen pasten de oude regelen der .chris
telijke ridderschap toe. Zij gaven de eer en tien
voorrang aan de zwakkeren, trokken zich zelf
terug om de vrouwen te redden en bleven onder
mannen alleen oim het laatste drama le beleven
ente sterven.
En door het aanvaarden en toepassen van den
regel, die eerbied en voorrang geeft aan dc zwak
kere sekse is tevens plaats gelalen aan do ware
beschaving.
Bij de wilden en de heidenen was geen vrouw
in een reddingsboot gekomen.
Zoo ziet men, dat niet in gelijkstelling met
den man de grootste kracht der vrouw wordt
gevonden.
WAARHEID BOVENAL!
Zoo schrijft „Die Tijd"
In „De Oud-Katholiek" komt een tegen
spraak voor yam een dezer dagen door ons
geplaatst bericht (ook ijl ons blad opge
nomen) betreffende een referendum over het
ooelibaat der geestelijken. Daarin lezen wij
De oud-katholieken van Nederland weten,
dat de Roomsche pers hun gaarne en met
een zeker genoegen naar het hoofd werpt
den scheldnaam: Junsenist. Meermajlen is
bier togen geprotesteerd. Mett on vermoeiden
ijver echter glaat de Rdomsché pers daarmee
voort. Geejn wonder, want de lieflde vermag
alles.
Met besliste zekerheid verklaren wij aan
de redactie Van „De Tijd" dat de oud-
katholieke geestelijkheid hoegenaamd geen
referendum of volksstemming' heeft uitge
schreven' over (de vraag of de gielootvigen vóór
of tegen de afschaffing ,van het ooelibaat
der geestelijken zijn."
Het bericht was ons toegezonden van eene
zijde, die wij als hoogst .betrouwbaar meen
den te mogen beschouwen. Hjet .jflee, dat
„Jansenist" -een scheldnaam ziijn zou, bestaat
alleen in de verbeelding van den protest-
schrijver. Geen Mennist, geen .Calvinist, geen
Lutheraan z;al het opvatten als een beleedi-
ging, dat men hen1., kortheidshalve noemt
naar iden stichter zijner belijdenis. Intus-
sohen verheugt het ons, zoo beslist te hoor
ren verklaren, dat de „eere en de kroon" der
geestelijkheid, ook door de O;ud-Katholieken
nog als een kostbaar kleinood beschouwd
wordt, 't welk ze zich zoo maar niet goeds
moeds laten ontnemen. Of slaat het protest
alleen op het toegedichte referendum, en
blijft de eigenlijke zaak, wajar het om gaat,
het verzaken aan het celibaat, onweerspro
ken? De geschiedenis heeft geleerd en zal
het wellicht ook hier leeren dat men met
uitspraken en verklaringen dozer lieden niet
te voorzichtig'Zijn kan'.
Intusschen wordt vain' Katholieke zijde de
waarheid van het» referendum volgehouiden1.
„Op do koffie" gekomen. Zaterdagavond
zijn twee Rotterdamsehe bandieten eens heerlijk
„op de koffie" gekomen bij hun poging om een
vreemdeling uit te schudden. Een Sehotsche
mijningenieur was op zijn wandeling door de
stad verdwaald geraakt in een nachtbuurt
of liet de Visschersdijik of de Zandstraatbuurt
was, is niet gebleken en hij was daar een
café ingeloopen, waar bier per glas met 5 cents
wordt betaald.
De Schot bestelde een glas ale en de kaste
lein schonk hem een pot bier in, terwijl de zoon
van Albion 5 cents betaalde. Op het punt weg
te gaan, vroeg de vreemdeling aan den kas
telein of hij niet iemand wist, die hem naar
hotel Weimar kon brengen, waarop de kastelein
de rij van zijn bezoekers overziende, iemand
riep, wien hij Eet verlangen van den Schot me
dedeelde. De klant toonde zich bereid den man
naar het hotel te brengen en zoo verliet men
het café.
Nauwelijks buiten gekomen voegde zich een
andere man. bij hen; een man met een grooten
bloedhond, die telkens snuffelend zijn grimmi-
gen kop opstak naar zijn baas. Zoo kwamen zij
aan de Spaanschekade en bij het hotel geko
men wilde de Schot den man, die hem door den
kastelein aangewezen was, een kwartje geven
voor zijn wegwijzen. Maar intusschen had de
man met den bloedhond zich voor de bel van het
hotel geplaatst, waar de lichten uit waren en
de gasten reeds sliepen.
Wat? Een kwartje? zeiden de kerels. Denk
jij, dat je zoo van ons afkomt? We moeten ieder
een gulden hebben.
De Schot zeide, dat hij geen cent meer dan
één kwartje gaf en dat hij met den ander niets
te maken had.
Als antwoord gaf de eerste den vreemdeling
een klap in het gelaat, maar deze toonde toen
dat hij voor geen klein geruchtje vervaard was.
Met zijn wandelstok gaf hij zijn aanvaller zulk
oen geduchten slag voor den mond, dat de tan
den er uit vlogen.
Onthutst bleef de jopper staan, maar de
Schot, die een behendig bokser bleek te zijn,
liet Lom niet bijkomen, maar gaf hem zoo'n
geduchten kinnebakslag, dat de jopper hals
over kop op de straat rolde, waar hij eerst bleef
liggen, doch spoedig opkrabbelde en zich zoo
snel hij bon uit de voeten maakte.
Intusschen zag de Schot zich bedreigd door
den tweeden jopper, die hem bij de keel wilde
grijpen, doch vlug als een kat, dook hij weg,
riep zijn aanvaller toe, dat hij kampioen-ama-
teur-bokser was en gaf hem toen een „knock
out" of kaakslag, zoodat het gebit van den jop
per uit elkaar geslagen werd en hij kreunend
van pijn tegen de straat bleef liggen.
Hij riep toen zijn hond, die hij trachtte aan
te hitsen, maar het beest nam van den Schot
geen notitie en begon zijn baas te likken.
De vreemdeling had intusschen gebeld en den
portier deeMo hij zijn wedervaren mede. De
lichten in het hotel gingen op, de politie werd
getelefoneerd, er kwam personeel, doch de man
met den hond was intusschen opgestaan en
had zich eveneens uit de voeten gemaakt.
Tot op heden is men niet te weten gekomen
wie deze joppers zijn, doch ze zullen zich wel
moeten weg houden, daar een verbonden kaak
erg in de gaten loopt.
Maar nu komt er nog iets wat in nauw ver
band staat met deze overheerlijke joppertrac-
tatie. De Schot vertelde het geval in geuren
en kleuren, doch stelde het gebeurde zoo aan
schouwelijk voor dat de arme portier een vuist
slag kreeg op den neus, waaruit het bloed
stroomde. (Rofct. Nbd.)
Nachtelijk avontuur of vreemde elemen
ten. Maandagnacht ontmoette zekere H. op
den Schaesbergerweg bij Heerlen enkele
Duitschers; een hunner stelde zicli voor als
politieman en wensohte het rijwiel van H.
Toen H. weigerde zijn vehikel af te staan,
greep de Duitscher H. aan; tusschen hen bei
den ontstond eene worsteling, waarhij de ove
rige Duitschers hun landgenoot hnlp boden.
H. vluchtte en liet zijn fiets in den steek. De
politie deed onderzoek, arresteerde de Duit
schers en nam het rijwiel bij den naehtelij-
ken roover in beslag. Deze zal naar de ge
vangenis te Maastricht worden overgebracht.
Geen vergiftiging. Men herinnert zich
wellicht, dat eenige maanden geleden te Sit-
tard plotseling overleed de heer P., oud-rijks
ontvanger, die een aanzienlijk fortuin had
nagelaten, en wiens lijk, enkele dagen na de
teraardebestelling, op last der justitie, daar
vergiftiging als doodsoorzaak werd vermoed,
werd opgegraven en gerechtelijk geschouwd.
Uit liet onderzoek der ingewanden door schei
kundigen moet gebleken zijn, dat er van ver
giftiging geen sprake is geweest.
Een grap? In den nacht van Zondag op
Maandag werd "t spoorwegtraject Blerik-Horst
door een sterke politiemacht bewaakt. Vol
gens geruchten zouden eenige autoriteiten
dreigbrieven hebben ontvangen.
Vorige
koert.
24 April.
H.
3 pCt. Cert. Ned. W. S.
2»/i pCt. Cert.
5 pCt. Tahaksl. Buig
4 Oblig. Kronenrenle.
5 pUt. AprilOetobcrrenle
4 j, Jan.—Juiirenfe.
4Vï Rusland 1909
R/s ti lwangor Dominowo
l j, GrooieRuss.sp. 1898
4 0 Nieolai Sg.
4 m Rusland 1880
4 Zuid-West
4 Rustend Hope
4 Rustend 189 r oe Ein.
4 a Rustend Buuieai,
5 pUt. imp. 1/ vu Japan
5 pCC Bumf Mexico.
5 Uoudl, m p_. st.
5 gCt. hunding Brazilië,
0 b Ran sa ur g. sc
K Rara RHiZ
0 b Ri« tie Janeiro (E, jl»
a iiaö Raulo 190$
a pCt. Dominica
4 pUL Aigenr. ll.B.K,
4 b Baart. R.B.k.
£Cl Argent H.Ü.L.
5 b dito Ueuute K.
RVs n Ung. Land Ldjp.
Aanu. Aniuiguriiaied Uoppei
h Am. Car en Lounur,
b Am. likte en Leadn
Unuea ötetes bleet
b Cuu. Mij. Vorsiem,
n Rand. Araaistn,
U*w. Aand, Eaieien
AanReujaug Lenong.
Aand. Cecum, ut. Beug,.
e Kluun* 1/ys.e petr,
Aanu. Auis itiü. ikuouer,
n UeurRaiavia
b fveuert,
Aand. Java, s-iinia, Japan
4^1 pUt. urn. Marine
Rret. Marine
Uomnr. Marine
Aand. Amsterdam De li
bi Aren usnurg tab uk.
Aand. Roti, ÜppfiC
Aand. bteatsspoM
R/! RUL Otu. unaergrouiiu
Aanu, AVaiscuau „W oenen
l'/r pUl, Aiosk. Kieuw. AVur.
4)/l AV taiiikawjias.
Lommen r opeka
4 pLL Aig. iryp. iopeua
•i Uonv. Rd\ idem.
Common Denver
Upmmon Erie
4 pUL general Erie r
Unumon Kansas L. ioulh.
t'rni. Kansas C. boute,
pUt, Did. idem.
Common Missouri K. X»
4 put. ie Hyp. idem. u I
pCCKat. rteilw ouVlexk.
Common Kew-l'ork Untan
Common Kor tolk
Common Rock island
Common boute Racuie
1 pCt. Convert idem
4 n Ifi Rei. Ryp. idem
Comm. bouteern Railw,
Common Liman Racitio
4 pCC goud Otol. idem
4 Couvert Chi. idem
Common .Wabash bh,
4)/2 pCt, Brazil Railw,
5 pCÜ Xucaian, j
2'/s pCt. Antwerpen 1887.
Turkije 1870.
Prolongatie
89
92iy2
887/s
853/,
96«/
«79/l6
92 6/g
87/8
351/2
868/4
868/4
90
928/4
46J1/w
9913/ie
1JI3,4
97 i/e
99
lOÜS/^
951/0
95116
ai33/lfc
803/4
253/2
703
1781/,
i89i/o
551,
3U9
3071/a
529
193
120
748/4
98
84'/8
19°/ 4
4"/«
Örs9
Tób
»33/4
97«/8
100i/16
1831/2
96
993/4
1Ü7
»37/ie
1063|g
231/4
306/ic
7*ö/8
62!/2
969/,.
94112
291/«
17üi/2
101
IO21/4
9*/lc
9 li/8
973/4
33'/a
481/4
41/4
S0l/„
671/2
887/g
92s/r
87
876/»
891/a
94%
981ö/I6
8F/4
693/4
258/4
7r7/g
1733/4
66
>10
3131/,
536
751/4
98
66»/,
20»/»
ÓI/4
630
333/4
973/8
96I/4
1071/a
286/g
621/4
72
301/2
948/4
,408/»
1123/g
9ÓI/2
943/4
1723/4
1013/g
4816/m
808/,
8816/jg
821/.
597/g
261/2
721/,
1741/4
317
316%
539%
657/s
21
Vk
248/4
3711^
621/,
303/4
95
401/a
97[v
De fondsennxarkt 'te New-York opende gis
teren in een vftste stemming. Voor verschil-
lende soorten viel een betere vraag waar te
nemen, speciaal voor kolen-sporen jn verband
met eene minnelijke schikking met üe mijn
werkers. Het slot wats ivjoor de meeste soorten'
hooger. De Ametrik. afdeeJing" aan onze beurs
was eveneens vast hoewel de handel niet
uitgebreid was. Hét aangeboden fonds werd
gemakkelijk opgeniomen waardoor de koersen
gedurende beurstijld een fractie konden win
nen. Pc tr oleum wa tanden hooger waatndoor 1de
Indische soorten een groot deel vdn het ver,-
lies der laatste dagen konden, inhalen. Ook
Ide pumeeiisekc soorten vaster. Tabaksmaa-kt
hooger geopend liep op winstaanbod terug.
Staatsfondsen algemeen vast.
C3V
Van hem richtte zich haar blik op
den onbekende, die op eenige passen van
de deur stond. Maar zij voelde nooh vrees,
noch de minste aarzeling; zij 6tiet een kreet
uit, en haastig op Miehei toeloopend, riep zij
blyde uit:
O, mijnheer de baron, mijnheer de baron,
zijt gij het, 0, miju God! Is zoo'n groot geluk
mogelijk?
Deze weinige woorden hadden Pontenoy
zijn groote ontsteltenis doen te boven komen.
Hij naderde en sprak met nog gesmoorde
stem:
Maar ik ben toeh bij uw begrafenis te
genwoordig geweest, en ik heb u als lijk ge
zien!
Michel glimlachte.
Hebt ge ook mijn gelaat gezien, toen ge
daeht dat ik dood was, mijn waarde vriend?
vroeg hij zacht,
Inderdaad! riep de procuratiehouder
plotseling uit, het verminkte en opgezwollen
gelaat was onkenbaar, maar al het overige
aan het lijk geleek zoozeer op u, dat geen
uwer vrienden geaarzeld heeft u te herken-
neii.
En toch was ik het niet, mijn arme Martin, i
gij ziet het, daar ik hier ben. Ik ben op een
goeden morgen in October wakker geworden i
in de cel van een gekkenhuis, bij eeu schurk,'
over wien ik u zoo dadelijk zal spreken, en
daar hen ik vier maanden gebleven. Dezer
dagen heeft mijn oppasser, een brave man,
j eindelijk ontdekt dat ik hoegenaamd mijn
j verstand niet kwijt was; hij begreep, dat men
hem medeplichtig wilde maken aan een ver-
j schrikkelijke misdaad, en hij heeft erin toe-
gestemd, niet alleen mij te laten ontsnappen,
maar ook om mijn vlucht te vergemakkelij
ken. Dezen avond om zes uur gaf hij mij deze
kleeren, die van hem zijn, 10 frank om een
biljet 3e klas voor de reis en een rijtuig te i
Parijs te nemen, en hier ben ik nu... Va 11
uw kant moet ge mij thans eens verteilen 1
wat er in die vier maanden gebeurd is. Ik
weet er hoegenaamd niets van, dat begrijpt
ge, en ik ben er zeer verlangend naar het te
weten.
Michel had thans op een sofa naast Helena,
Fontenoy's vrouw, plaats genomen. Martin j
Fontenoy stond een paar passen van hem af
en vestigde een liefdevollen blikop den mees- i
ter, dien hij nooit gedacht had te zullen we-
derzien. Groote tranen sprongen uit zijn
oogen, i
SS
rc-tasartv.-"
Wat hebt gij geleden, mijnheer Micheli
sprak hij eindelijk. En wat hebt gij er goed
aan gedaan, in de eerste plaats bij ons te ko
men, bij ons, nw nederige vrienden, die u
alles verplicht zijn en die u zoo innig liefheb
ben. Ik domoor, die zooeven hang voor u was!
Diep ontroerd verborg hij zijn betraande
oogen in de handen. Michel stond plotseling
op en drukte zijn trouwen vriend aan zijn
hart.
Ach, wat doen uw genegenheid en toe
wijding- mij goed! Ik heb mij zoo alleen, zoo
verlaten en zoo ongelukkig gevoeld in dat
graf! sprak hij, en ook zijn oogen vulden zich
met tranen.
Maar. zich snel herstellend, droogde hij ze
af en ging voort:
Bijzonderheden Martin? Deel mij gauw
bijzonderheden mede!... Eu daarna zullen we
zien wat me te doen staat.
Fontenoy ving aJsnu aan:
Het schijnt, <lat gij heht deelgenomen
aan een zeer groote jachtpartij bij uw oom,
mijnheer Louis Berthier.
Juist; ik herinner me nog mijn ochtend-
reis van Parijs naar hem toe, het ontbijt dat
liij zijn genoodigdeu heeft aangeboden, liet
vertrek, het hoorngeschal... daarna schijnt
het mij toe alsof Louis zich naast mij ge
plaatst heeft, en dat wij samen verder gere
den zijn. Maar van dat oogenblik af hangt er
als ware het een gordijn voor mijn geheugen.
Niets herinner ik mij meer, tot op het oogen
blik dat ik wakker ben geworden in een klein
ijzeren bed, dat aan den grond was vastge
maakt en midden in een hamer stond, welker
muren opgevuld en met grijs linnen bekleed
waren.
Welnu, de lezing vnu h-:i gebeurde, die
te Parijs in omloop Was en welke de dagbla
den verspreid hebban, is deze:
Op der avond van die prachtige drijf
jacht zijn allo geneodigdm: in het zomerpa-
viijoen bijeengekomen om te dineeren. Toen
men zich aan tafel zette, bleef uw plaats on-
bez men vroeg en zocht naar u, maar nie
mand had u g. zien. Mijnheer De Graves ver-
1 Ade teen, dat gij de uitnoodiging slechts
uit beleefdheid had aangenomen, en dat,
daar uw hart te Parijs een punt van aantrek
king had, gij wellicht le Perray verlaten had
zonder iemand te waarschuwen, opdat men u
niet zou kunnen terughouden. Deze reden
scheen aannemelijk, en niemand bekommer
de. zich meer om u. De genoodigdeu hadden
reeds lang- het paviljoen verlaten, toen om
twee uren 's nachts het paard, dat ge bere
den badt gedurende de jacht, naar de stallen
terugkeerde in een toestand, die een ongeluk
deed vermoeden. 'tGeheele personeel is toen
uitgebroken onder de leiding van Louis Ber
thier; men heeft het boseh in allo richtin
gen doorzocht, en 's middags pas heeft men,
te midden van dicht struikgewas, een onher
kenbaar lichaam gevonden, zooals ik u zoo
dadelijk zeide, met uw kleederen aan, uw lin-
nengoed, van uw grootte, met dezelfde kleur
vau haar en uw houding, in de zakken uw
portefeuille, uw naamkaartjes en uw chèque-
boekje. Men bracht het lijk naar uw woning,
en het is daar drie dagen ten toon gestold
gebleven. Al uw vrienden, al uw bedienden
hebben aan uw doodsbed gestaan; q/len heb
ben n lang aangestaard, hebben voor het lijk
geknield en het de handen gekust; niemand
vermoedde ook maar in het minst, dat hier
valsehheid in het spel kon zijn.
O, mijn God! riep Michel smartelijk ver
baasd uit. Maar dat is wreed... dat is ver
schrikkelijk... dat overtreft alles wat ik had;
kunnen bedenken!... En alleen de broeder
mijns vaders heeft zoo'n misdaad kunnen vol
brengen
Hij is tot alles in staat, verklaarde Fon
tenoy met overtuiging.
Toen bedacht Michel dat zijn oom te dom
was om een zoo schurkachtigen en tevens zoo
lietigen streek alleen te bedenken en uit te
voeren. Lafont moest dat plan hebben uit
gebroed, en sinds langen tijd reeds, want het
koopen van het krankzinnigengesticht vóór
twee jaren had blijkbaar geen ander doel
gehad.
Maar mijn moeder?maar GenevièveJ
vroeg Miehei, na eenige minuten te hebben
nagedacht. Hebben ook zij mij herkend?
Helena, die een weinig achter Michel zat,
gaf haar echtgenoot onmerkbaar een teekeff.
Deze zag het echter niet-f-maar desniettemin