ALLERLEI. Het bfiqeloof der Aviateurs De Alibi-zoeker. ■mm Een geiuKskind noemt hij zich Een der rijkste, maar tevens een der liefste meisjes wordt zijn yrauw! Jongen, Eduard, wat heb je het toch getroffen,!. Hoe cm beduidend zijn de meeste meisjes uit je kringen! Hoe (dikwijls trachtten ze, met lieve woordjes cm gebaren, hem, den knappen of ficier, in te palmen. Mis, hotor meisjesi! Eduard laait zich zoo spoedig (niet verschalken. Hij houdt v,an pret en jool; aan trouwen denkt hij vooreerst niet.... Zóó redeneerde hij. Ma,ar nu? Hoe heel anders is alles in hem geworden, toen hij Gin© leerde kennen Zijn gedachtenloop wordt gestuit door een hevigen ruk aan de hel. JWie mag' daar zijn op dat ongewone uur? Luisterend wendt hij het hoofd maar de deur. "Vlugge schreden weerklinken in de gang, op de trap, tot bij zijn kamer. Een haastig© tik op de 'deur en vioor hij tijd heeft iets te 'zeggen! staart, hij in het bleek©, ontdane gezicht van zijn verloofd© Verrassing en schrik beletten hem te spre ken—^ Als Mag hij haar geest, zoo vreemd ziet hij haar aiaiix..-. „Ja, Eduard. ik ben het, Gine! Ik moet je spreken!," zlegti zie zacht. Hu komt hij tot zlicb zelf. ,jO. Gftne, wat is er gebeurd Eten onge luk?" En idiain bezorgd teelder: „Eind, wat zie je bleek, wat ben je koud!" Vlug ontdoet hij haar var boeid en mantel, schuift een makkelijken stoel bij den halaird en duwt haar er z&dhtjes iu. Als een kind laat zij1 zich leidenalles schijnt een boozJe droom1.... Tegenover haar neemt hij! plaats. Liefde en bezorgdheid spreken uit' zijn trekken'..... Vragend ziet hjji haar aiajni... Gine zegt niets, ölnaf,gebroken stalatrt ze in 3e gele vlaimmetjes. Ze pèSnet1. ho.e alles te zeggenBemoedigend neemt hij haar kleine witte haiid in de zijne en drukt ze innig... Vragen stelt hij' niet. Vrijwillig moet ze Kern haar vertrouwen schenken! Eindeljilc heft ize hot hoofd op. Bedroefd ziet ze hem aan en met zachte, ontroerde stem Verhaalt Me hem al htet lijden, in! die kotrtle stonde doorlêefd'..... Bij het eind va.n Halair Verhaal riciht 'ze zich Her op en zegt: ...Eduard. in deze ornst andlgheid begrij'p iK. dat oWs huwelijk niet door kan gaan. Ik weet. dat je airm' bent! Je mag je voor mij niet opofferen. Snel schuift! ze 3©n ring van h'aa.r vinger etn' legt hem op tafel. Hij h'oort of riet Eet niet. Mied den !rn!g naar haar toe'. leunt hij! op de piafno. OSnder haar verh!aial teekenen zicth' smart, angst, en teleurstelling op Mijn gelaat af. Hij strijdt...... "Rijkdom of armoed" Eer en aanzien of minachting'? Zijn strijd duurt Kort! Hij keert zich' onf. G'ine staat Voor hem met uitgestoken Ealnd „Vaarwel. Eduard', VoOlr het laatst. Bat Eet je immer goed ga Hjj hetemt Keur Ean'd aa!n'. trekt het sidde rende meisje' tot zich en fluistert „LieVelinig, eens heb ükje troUw beloofd'..... Dat wals een trouw Voor eeuwig.... Jii al léén1 wordt mïj!n vriouw, arm of riikIs dat goed Het is te Veel voor "Ginte. Al Haar zeifsbeEeerscbin g en vaistberaden- heid Zijn' wóg. Smdckend rust ze aan zijn borst..... (Cen.tr.) Jo H. o De avintiek" verheug! zich tegenwoordig nog in de algrmeene belangstelling, want de vlieg sport is Bpg steeds de modernste. Natuurlijk zijn dfe meeste harer beoefenaars evenmin vrij van bijgeloof als hun collega's van de renbaan, van de jacht. Sommigen geven dit onomwonden toe, anderen bestrijden het met een ophalen der (schouders. Tot de laatste» behoorde ook de Fransche avJateur Michelin. Het was zijn kennissen reeds lang opgevallen, dal Michelin, voor hij .in zijn machine stapte voor een vlucht in tegenover gestelde richtingen telkens driemaal me', lang zame schreden er om heenliep. Toen hem op tckerein dag op dien man af gezegd werd dat hij zich daardoor toch blijkbaar tegen een onge- BANG VOOR KIEZEN TREKKEN. „Gek, telkens als ik bij den tand arts op de stoep sta is de pijn weg en thuis gekomen is het weer even erg. Ik zal zien dut ik assistent bij hem wordt!"- val wild® beveiligen lachte hij den spreker har telijk uit Niettemin vergat hij echter nooSt voor een vlucht zijn wandelingetje rondom het toestel te doen. Rij zijn laatste vlucht te Lyon liet hij deze op een bijgeloof berustende handeling ach terwege, omdat hij bij een snelheidswedstrijd' zeer veel haast had, door het aanvankelijk weige ren van zijn motor. En werkelijk het toeval wilde, dat hij reeds bij de derde ronde tegen een toren bij het vliegkamp aanvloog en veronge lukte. De Oostenrijksche aviateur Willy stijgt nooit op alvorens met de rechterhak een kruis in den grond gemaakt te hebben vlak bij zijn machine. De Petersbiurger aviateur Tuchitzki spuwt drie maal voor zich op den grond, wanneer hij op het zitstoeltjc van 'n Farman-tweedekker heeft plaats genomen. En de Spanjaard Milano. die zich in Madrid den eersten prijs verwierf, bij een na tionale vliegweelk, laat den motor steeds aanzet ten door zijn jonge echtgenoote. Weer andere aviateurs laten him bijgeloof blij ken door bij iedere luchtreis een talisman mee te nemen. Graham White, die door zijn vlucht om het vrijheidsstandbeeld in de haven van New- York naam gemaakt heeft, vertelde aan een Amerikaansehen reporter over de wijze, waarop hij aan zijn talisman gekomen was, het vol gende: „Het was gedurende de vliegweek te St. Louis. Op een tamelijk stormachtigen dag moest er om den snelheidsprijs gestreden worden. Drie mijner concurrenten bevonden zich reeds in de hicht, toen iik me gereed maakte voor het op stijgen. Ik had reeds in het stuurstoel tje van mijn toestel plaats genomen, toen het zoontje van den senator Harper zijn vader aan de hand met zich trekkend, naar voren drong en mij een pop toereikt© met het verzoek deze als pas sagier mede te nemen. De omstanders lachten, de senator zocht het kind de zaak uit het hoofd te praten, maai de kleine man hield zijn verzoek hardnekkig vol. Ten slotte nam ik ook werkelijk de pop en bevestigde haar links naast mij aan een der stangen van mijn machine. Toen steeg ik op. Weinige minuten later verhief zich een wervel wind, die de vliegtuigen van mijn drie collega's deed kantelen. De drie machines werdén verbrij zeld en twee der bestuurders hij den val ernstig gekwetst. Slechts ik alleen bleef in de lucht. Vanaf dien tijd vergezelt de pop, welke de kleine Harper mij geschonken heeft, me geregeld bij iedere vlucht." Do vlieger Moisant geraakte op gelijksoortige manier in het bezit zijner geluk brengende kat, die zich bij iedere vlucht in een klein met zijde gevoerd korfje achter het zitplaats je op de aëro plaan bevindt. Moisant was eens gedurende zijn oef en|ings lijd in het vliegkamp bij Parijs juist op het punt om op tc stijgen, toen een grijze kat, op de vlucht gegaan voor een hond, over het vliegveld rende en in haar angst bescherming zocht, in het vliegtuig, waar ze zich aan de stem stokken van de draagvlakken vasthield'. Op hetzelfde oogenblik lieten de helpers de machine los en Moisanl, die van hetgeen zich achter zijn rug afspeelde, niets gemerkt had en door het razen van de schroef niet hoorde wat men hem toeriep, verhief zich met zijn viervoe tige» passagier tot het maken van een oefenings- vlucht, welke hem ook zeer goed gelukte. De kat had zich tijdens de duur van de vlucht in vreeselijken angst vastgeklemd en moest na de landing van het toestel afgenomen worden; daar ze half verstijfd was. Op al zijn latere vluchten, welke de aviateur, die thans reeds het treurig lot van zoovelen vóór hem heeft ondergaan, on dernam, was de kat bij hem en geheel aan zijn vluchten gewend, zoodat nooit eenig teeken van vrees meer viel te bes,peuren. Ten slotte zij nog de talisman van den Ita lia,anschen aviateur Bervelto vermeld, Bervetta bevond zich met zijn machine eens op tame lijke hoogte en trachtte in een Langzamen voi plané den grond weer te bereiken toen een blijk baar door een roofvogel verwonde duif op een d©r draagvlakken viel en zich daar met de laatste kracht vastklemde. Na de landing leefde het diertje nog maar was uiterst zwak. Lui tenant Bervetto ontfermde zich over de duif, die spoedig genas en voortaan in een kleine kooi altijd met hem meeging, evenals de kat met Moisant Ook verschillende Nederlandsche aviateurs houden er een talisman op na O (Uit het Fransch van Maurice Prax.) lederen morgen, als meneer Justin Tour laqué uitging, dwong hij den concierge het uur vaD zijn vertrek te controleeren. Elf uur vijf, mevrouw Carreau.Ik ga om elf uur vijf uit U hebt 't toch wel ge hoord Zeker, meneer Tourlaque, antwoordde mevrouw Carreau. Precies 11 uur 5. Dag me neer Hij kwam in het café de la Poste en vroeg dadelijk aan den ober: Precies twee en twintig, is 't niet?.... Precies twee en twintig, meneer Tour- laque. Vóór hij het café verliet wendde hij zich tot de caissière: Weet n den tijd, mevrouw Blanchon? 't Is kwart over twaalf, precies.... Precieszei de caissière met een lief lachje. Tourlaque ging strijk en zet naar het restau rant La Poule-Verte. Het was een bescheiden, rustige inrichting. Paul, de kellner, moest nauwkeurig in een boekje aanteekenen, op welk uur hij hem zijn eerste gerecht bracht en ook zijn toetje. Je hebt je toch nietvergist, Paul vroeg meneer Tourlaque. 't Is nu een uur twee. Heb-je 't op get eek end? 't Staat in 't boekje, antwoordde Paul. 's Middags ging meneer Tourlaque naar de courses en ook daar liet hij aan het loket con stateer-en, dat hij er was. Als de courses afgeloopen waren, nam hij al tijd den trein. Hij noteerde het nummer var zijn wagon en dat van zijn biljet. Dan ging hij weer naar huis: Zes uur mevrouw Carreau?.... Is het wel zes uur Ik kom precies om zes uur binnen. Ja, dat klopt! antwoordde de concieTge. Na zich met dezelfde nauwkeurigheid zij zijn diner in La Poule-Verte te hebben laten oon- troleeren, ging hij een kop koffie drinken in het café de Ta Poste. Terwijl hij wegging, ze: hij tegen den waard1: Ik ben drie-en-dertig minuten gebleven ik kwam om 8 uur 10 en vertrok om 8.43.... Het is toch wel 43 kijk eens op uw hor loge als 't n blieft En meneer Tourlaque ging dan naar zijn ka mers terng. Wel, mevrouw Carreau is het niet precies negen uur? Precies, meneer Tourlaque. Justin Tourlaque was niet gek. En als zij» leven op een uurwerk ge.leek, kwam dat alleen omdat hij bang en voorzichtig was. Hij wilde geen kwade vrienden met. de justitie worden. Er gebeuren zooveel misdaden tegenwoordig, dat wij alle kans loopen voor een moordenaar te worden aangezien. Een klein toeval is vol doende, de minste coïncidentie hoeft er maar bij te komen om in preventieve hechtenis te worden gesteld. Dan volgt het schandaal.... En men weet niet waar het eindigt!.... Om dat alles te voorkomen had meneer Tour laque besloten zoo regelmatig als een klok te leven en iederen dag te zorgen dat hij zijn alibi kon bewijzen, voor het geval hem iets mocht DZZLE .Waar is de eenzame wandelaar? overkomen. Zoo was hij ten minste eenigszins zeker niet het slachtoffer eener rechterlijke dwaling te worden. En om de beschuldiging te ontgaan dat hij een van zijn kennissen zou hebben vermoord, had hjj noch een vrouw, noch een meid, noch vrienden..,.. Op een morgen was er in het huis, waarin Tonrlaque woonde, een buitengewone drukte. Op de verdieping waar hü zijn kamers had, ontdekte men een verschrikkelijke misdaad. De huurder, een zekere meneer Granminot, die al leen woonde, was gruwelijk vermoord. Niemand had iets gehoord. De concierge had geen enkele maal in den nacht de deur geopend, overdag had zij haar hokje niet verlaten. Zij had niets opgemerkt Opgewonden liep Tonrlaque zijn kamer uit. Een misdaad in zijn huis, wat een verschrikke lijk avontuur!.... Hij stond tegenover den commissarisHij riep Ik ben gisteren om 5.12 thuisgekomen Dm 9.40 ben ik gaan slapen, meneer de com missaris. Nu weet u, dat ik niet verdacht kan rorden. Hij had groote oogen opgezet. Maar meneer, wie verdenkt u? zei de commissaris. Tourlaque antwoordde En dan zou ik er om durven wedden, dat de misdaad in den namiddag gepleegd is. Ik was om tien minuten voor tweeën te Saint- Quen op de courses.... Om 5 uur 49 ben ik teruggekomen. U kunt het vragen, meneer! Ik zal het u bewijzen. Om 5 uur was ik in het café de la Poste. 't Is goed, meneer, 't Is goedzei de commissaris ongeduldig. Laat ons als 't u blieft met rust. Om zeven uur acht was ik in het restau rant La Poule-Verte, meneer de commissaris. Zoo, meneer, zei de commissaris koud, be gint u nw hoofd er bij te verliezen Maar weet u wel, dat uw houding me verdacht begint voor te komen? Verdacht ik! Verdacht, huilde Tourlaque. O, dat mankeert er nog maar aan. Mjjn leven, méneer, is als een klok en goed gecontroleerd.... Ik ben om 9 uur 12 thuis gekomenIk kan het bewijzen.Ik ben misschien nauw keuriger dan u. Maar meneer, viel de commissaris hem bruusk in de rede.als ik u eens liet arres teeren om uw manier van spreken Mij arresteeren Mii arresteeren?. riep Tonrlaque rood van woede uit. Durft n een onschuldig lam arresteereu? De bewoners verzamelden zich op de trap en begonnen Tourlaque te beschimpen. Ka pitein Pomart, van de vierde, uitte zich bij zonder heftig. Zeker, schreeuwde hij. Zeker I Pak dien kerel op, meneer de oommissaris. Ik heb nog nooit zoo'n kerel gezien.... Hij heeft de mis daad gepleegd, dat spreekt vanzelf. Opgewonden van woede en verontwaardiging riep Tourlaque Ik kan mijn alibi bewijzen. Ik kan mijn alibi bewijzenOm 9 uur 12 Toen riep mevrouw Carreau. de concierge: Verveel oms niet met je alibi, bandiet! Non weet ik waarom je me altijd je uren van vertrek en aankomst liet controleeren. Ik dacht dat je een oude gek was. Maar ik begrijp nu alles.Je was bezig om je misdaad voor te bereide». Hij hoopte de justitie om den tuin te lei den, de boef, beweerde kapitein Pomart, tra gisch en wraaklustig. Opgewonden gilden de bewoners: Apache, monster, moordenaar! Dood mot-ie! Een zenuwschok deed den on gelukkigen Tourlaque heven. Hij snikte en riep: Alibi! alibi.... Ik kan mijn alibi bewij zen GenadeIk kwam om 4 uur 40 nog te Saint-Quen.Ik was om.... Maar de commissaris riep ernstig: Agenten.... boei dien man. Er is geen twijfel meer mogelijk!. Toen hij huilde, was het duidelijk, dat hjj de schuldige was. Die tranen ken ik. Tourlaque trachtte tevergeefs zich te verzet ten. Eenige stevige mannen hadden hem ge grepen Toen eenige dagen daarna de ware misdadi ger zich kwam aangeven, was heit een beetje te Iaat. Tourlaque had reeds een klein ka mertje in het krankzinnigengesticht Charen- ton gekregen EEN INLANDSCHE TROUWPARTIJ. Omtrent een interessante inlandsche trouw partij schrijft men uit Bandjermasin aan haf „Soer. TIM." I Het huwelijk tusscheu Pangeran Soeriansah, kroonprins van Kota Waringin, en Dinar Sade. dochter van Raden Branta, is 23 Maart vol- j trokken. P. Soeriansah is niet de zoon van den P. Raloe Sokma Negara, maar de kleinzoon. Met voorbijgaan van zijn nog in leven zijnde» vader werd hij lot troonsopvolgcr aangewezen. De jon ge echtgenoot, die me iemand tusschen de 25 en 30 jaar toeschijnt, spreekt een weinig Hol- landsch en is in den omgang, evenals zijn groot vader, een allervriendelijkst man. Hij zal tot zijn troonsbestijging een traktement van f 150 per maand genieten. Raden Branta is een afstammeling uit een vroegere regentenfamilie van Martapoera. Hij ia er lid van den landraad en mede eigenaar van een groote diamantslijperij. Zijn dochter Dimar is in de oogen van een Europeaan al een zeer jong bruidje, want ze is pas veertien jaar. He4 kerkelijk huwelijk was reeds den 2den Maart voltrokken en een onafgebroken rij feesten volg de daarop, totdat de plechtigheid van den 23sten Maart de kroon op 't werk zette. Van dien datum af werd den echtelieden vergund ook sa- man te wonen. Een groot aantal ingezetenen van Bandjerma- sin was uitgenoodigd. Naar mijn schatting zijn er circa 50 Europe anen op het feest tegenwoordig geweest. In een vijftal booten, voor deze gelegenheid kosteloos door de Bomeo-Ind. Mij., de BomeoSoematra- Mij. en het binnenlandsch bestuur afgestaan, wer den de feestvierders overgebracht, 's Morgens om kwart voor zevenen vertrok het eerste partij tje met een der B. I. M.-boo-ten. Deze lui kwa men nog juist op tijd om de plechtige wassching van het bruidspaar bij te wonen. Op een toren van circa 15 M. hoogte werd het eerst flink' met gele oker ingesmeerd en daarna tweemaal iover gcwasschen, de eerste maal met klapper water en daarna met heilig water, afkomstig uit een enkele palen verderop gelegen streeik, waar zich heilage graven bevinden. De resident, die om 9 uren met de „Voorwaarts" was vertrok ken, kwam juist een uur te laat aan, oun dit nog te kunnen bijwonen. Om 4 uren verzamelde men zich ten huize der bruid voor de voornaamste plechtigheid1. De biruïdegom zou n.L zijn bruid komen halen en tegelijkertijd de koopsom betalen. Het klinkt mogelijk wat ruw, naar 's lands gebruik was hij verplicht zijn echtgenoote te koopen. Te ruim 4 uren verliet hij daartoe zijn woning en "besteeg met zijn volgelingen een reusachtigen olifant, die heel aardig van bamboe of hout was .samenge flanst. Voorafgegaan door een viertal als boven uitgedoste inlanders en een man, die in een griezelig bont pak was gehuld en daarbij nog een geplukte doode kip in den mond droeg, ging het nu een deel der plaats rond en daarop j naar het huis der bruid, die, ditmaal in smaak vol Europeesch toilet, met een fonkelende dia- 'deem op het hoofd en een niet minder fonkelende keten om den hals, in de ootvan^Bamer Saw aanstaanden gemaal wachtte De olifant bleef een pas of 10 van den ingang staan en eenige oogen blik ken later kwam de prins, door de rijks groot cn gevolgd, 't erf op. De muziek speetde en onder het rondstrooien van gele rijst betrad hij (het huis der bruid. Hij droeg een uniform, die, behoudens enkele kleine afwijkingen, door een Luitenant ter zee 1ste klasse in groot tenue wordt gedragen. Beiden namen plaats onder een baldakijn. Op presenteerbladen word de koopsom bin nengedragen. Zij besfond uit specie-guldens, ge borgen in geelzijden zakjes. Op ieder blad lage» er drie. Toen het geld v«w het bruidspaar was neergezet, nam de moefti ft hoofd der geestelijk heid:) van Martapoera een kwast van melati- bJoemen, doopte dien in gewijd meiati-water rap raakte daarmede onder uitspreken van zijn zegen eerst het hoofd van den prins en daarna dat zij ner gemafin aan. Daarna déden de vorst van Kota-Waringin en tal van familieleden, alsook eenige Europeesch e dames esn heer en, hetzelfde. De meesten gingen hierop; naar hun logies, om zich te verfrisschen en zich daarna te kleeden voor de receptie en de avondpret. EEN NIEUW. GEVAAR' VOOR DE VOGEL WERELD. In de „Aarde en haar Volken" wordt hef een en ander meegedeeld over een nieuw gevaar voor de «vogelwereld. Zooals men weef, zijn de talrijke, langs de spoorwegrijnen kopende telegraafteidingen ©en gje- vaar voor menigen vliegenden voged. In donker of bij mistig en nevelig weer vliegen de vogels tegen de stijf gespannen draden en stoofen dan den kop of breken vleugels of poolen, zoodat ze op den grond vallen en ellendig omkomen. Trots de jarenlange ervaring komt hef altijd weer voor, dat patrijzen, fazanten, snippen en ook kleinere vogels tegen de draden aanvliegen en 'er den dood vinden, al moet erkend, dat de vogelwereld zich al vrij goed aan het bestaan van de draden heeft gewend, en dat het aantal ongelukken sterk is verminderd bij vroeger. Maar onlangs is voor de vogels een nieuw gevaar opgedaagd in de sterkstroomleidingen, die in veei streken van een centrale uit ver over het Land worden geleid, om steden, dorpen en gehuchten van electrische kracht en electrisch licht te voorzien. En tegen dien vijand kunnen de vogels niet op hun hoede wezen, omdat ze hem niet kunnen onderkennen en omdat alleen de aanraking der draden reeds hef gevaar met zich brengt. De telegraafdraden worden door veel vogels als zit- en rustplaatsen met voorliefde gebruikt; in den zomer en den herfst zief men bijvoorbeeld de zwaluwen vaak bij honderdien erop zetelen, zonder dat daar eenig gevaar in schuilt. Maar anders is het bij de stroom leidin gen die natuurlijk ook door de vogels graag worden opgezocht, vooral omdat die sterks,troóm- leidingen nog al hoog boven den grond loopen. Het zitten op den draad van de sterkstroomlei ding is nu voor den vogel ook ongevaarlijk, maar in die leidingen liggen verscheiden draden bo ven en naast elkaar en als de vogel twee van die draden ook maar voor een kort oogenblikje aanraakt, gaat de krachtige stroom door zijn lichaam en hij valt dood pp den grond. NOG AL' KRAS. „Kerels, stapt toch waf flinker! Jelui moet marcheeren dat je tegenvoeters aan den andie ren kant van de wereld aan een aardbeving denken F0

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1912 | | pagina 8