DE BOKKENRIJDERS BUITENLAND, BINNENLAND. oyon s. J. HUIZING. IfupeH Hmerica s. Groote Houtstraat No. 44. Telef. res*. 38 estanien. üu Bon Marché Haarlem-Brussel. estanien. ÜUij sluiten met d°n wensöh, dat dit con gres ten Volle hot beoogd© doel moge be reiken. Daarom zullen wij ook piet pia,la ten Godg overvloedige» zegen flver de werk zaamheden Van het pongneg .te MijiVen fii'- bjidden. Mot ware hoogachting, M M. kaïxl. VAN BÖSSÜM. Aap de orde vap behapdolinlg was hot onderwerp: „Verzwakking vap yepstapd en wil door hélt bderalaoholisme", waarvan de Inleiding wias toevertrouwd aan dr. A. Ariëns, die bij zijp vereichijpipg op dep kir theder met Btormaahtig applaus word be groot. D© stellingen die Dir. Ariëns daapbij ver dédigde, vermeldden wij roods.. Spreker werd pal zöjin rede langdurig foe- gtejuicht. Blij' het dobat verzette mr. Boiaius zich fe- gjep de bewering, dat ieder biergebruik de I!' 99 FEUILLETON IN HET LAND VAN VALKENBERG. NIEUWE RMRLEMSCHE COURANT JS5 De Chinees in nieuwe kleeren. Heb bericht Vaji de afschaffing; yaJn' de haarvlecht der Óhineezen, die men als ten uiterlijk teeken vian de em'aücipatie der M a,ndsjo3-ti:annie kan bc-seh ouwen, heeft in Europa wel algemeen aandacht getrokken, ma-ar toch zijn de exporteurs van kleeding- stukken, etc«fen enz. vo-órloopig zich no-g niet bewust van het groote belang van de zen stap. Dit onmiskenbaar bewijs van het „afschudden van het gehate .Tartanenjuk", fcooals de in ,W|estersche beschaving toene mende Ohin-eezm zeggen, betiekent n.l. niet meer of minder dan: het aanbreken van een nieuwe periode op het gebied van den im port handel in weef weren en gcöomfeotion- ueerde bleeding, want de verandering van de haardracht, die do-or afschaffing! van ien „pig-tail" vereischt .wordt, zal langzaam maar zeker do-or een verandering in de klee- jiing gevolgd worden. Z-ooals we dat van de Japanners hebben gezien, wordt allereerst de hoofdbedekking door een dergelijke re- ïormbeweging beïnfluenc-eerd. Hlet spreekt Van zelf, da-t de Chinees, die zich van zijn haartooi! .berooft, naar een geschikte hoofdbedekking zoekt en d'aplr hij een voor liefde bezit voer alles, wat z-afcht en ge makkelijk -gedragen kan worden, z:ijn de Voor uitzichten van petten en zachte viltheedeni bizon der gunstig. De eerstvolgende veran dering zal wel betrekking hebben op de Vcet- bc.kle-'ding. daar de nu nog gebruikelijke schoenen in verband met- de Europeesiche hoofdbedekking er wel wat al te vreemd uit zien. Zocdra nu de Chinees hoofd en voeten na,ar tWiesteredren smaak heeft bedekt, zal de regt van zijn persoon wel volgen'. Na tuurlijk brengt de overgang to-t een vol ledige Europeesche (dracht heel wat bezwa ren met zich, wat het financieel oogpunt ajahgaat, en daarom zal zoo'n algeheel© vier- Wndering dan ook wel niet zoo heel spoe dig plaats hebben. Dbeh ter anderer zijde kan men ook weer rekening houden met het feit, clat de Chineezten, evenals wij1, zooivee! mogelijk traöhten Zullen id© hototgene persona; ges na, te daan, en waar deze drang de drijfkracht vormt, vindt men ook in den regel wel middelen en wegen, om dien dt aïng te bevredigen. Terwijl verreweg het grootste deel der uit '400 miliiaen zielen bestaande bevolking nog niet rijp of rijp genoeg is, blijven er nog al tijd 20 of 30 millioen over, voor wie Idei ver hindering slechts een kwestie Van korten tijd zou behoeven te zijn. Europee salie fabrikan ten en exporteurs moeten dus, ook geen tijd Verloren laten gaan en trachten zich Ide prachtige gelegenheid van een nieuw afzet gebied ten nutte te maken, want de voor den handel zoo flinke Japanners stellen reeds pile pogingen in het werk, om Vah dezen' hieuwen toestand pairtij te trekken. Zoo b.v. importeerde een Japajrisch hande- la|ar, in Peking, onlangs niet minder jdajn 2000 kisten pellen en rnuteon uit Osaka, die hij nog dit jaar denkt te verkoopen. In de zo Belfde plaats moet men het met tie Vervaar diging van öonfeötie Vöotf! de Chineesche brarkt bizender druk hebben, en wiaWneeX de jBuropeetehe exporteurs dus niet Spoedig in- 'grijpen, zullen de J apaimers en de Ameri kanen zich zeker Van het leeuwenaandeel in |de levering van de benocdigde artikelen meester maken. Het zienden va.'n reizigers (vlelr- dient tie voorkeur boven het te dier plaat- Se aanstellen van agenten of vertegieaiwicor- Idigersin geen geval echter moeten Euro pcesche huizen zich er tevreden mode etellen door Correspondentie fe trachten handelsre laties aan te keao-pen. Dit ziou op niets uit- loopen. Een krankzinnige schutter. In de Boomstraat te Brussel werd een lid tan do burgerwacht, die daar mot zijn moeder en zijn zusier woonde, plotseling krankzinnig, Hij dreigde de vrouwen mei zijn geweer, doch zij konden nog tijdig vluchten en waarschuwden de politie. Deze durfde zich niet in huis te bege ven, want de krankzinnige had de deur gesloten en riep uit jhet raam,'dal hij elk zou ncersdhidpn, ■die hem wilde naderen. Men riep daarom die hulp in van den directeur van het krankzinnigenge-' sticht le Ever©, die mei'! 2 oppassers kwam. Zij slaagden er met veel voorzorgsmaatregelen in tien gevaarlijken krankzinnige onverhoeds te na deren, wierpen hem, voor hij van zijn wapen ge bruik kon maken, een laken over het hoofd en stolen hem in het dwangbuis, om hem zoo naar hel gesticht Vie brengen. Een vrouwelijke „bisschop.' Deze nieuwste eigenaardigheid is te zien in Los Angelos, in Californië, Eigenlijk heeft zij zichzelf benoemd, zooals zij ook de kerk, waar van zij bisschop is, zelf gesticht heeft, die zij „de kerk der nieuwe gedachte" noemt. Zij heet Margaret La Grange en is weduwe. Reeds tijdens het leven van haar maai verdiepte zij zich in theologische studiën en bij haar weduwschap begon zij te prediken, wat zij met zooveel fa! et t deed, dat zij zich spoedig een aanhang verwierf, groot genoeg om haar „kerk" te stichtpn. En Ipr zijn altijd mallen, die zoo'n juffrouw nog Ver der brengen I Een dramatische schipbreuk. Het groote viermiastschap „Thskla", van de reederij Siemens en Co., te Hamburg, met een lading kolen, bestaande uit 5019 ton, van Car diff na-ar Valparaiso bestemd, werd bij False Cove, aan de Zuidpunt van Zuid-Amerika, in Straat Le Maire door zwaar weer overvallen, strandde en ging totaal verloren. Tien man der equipage verloren bij deze schipbreuk bet leven, negen man warden door het. Hamburger aeilsohdp „Is-ebek" gered- en twaalf man, die de kust van Stateneiland be reikt hadd-en, werden do-or het Ar gewtij nsohe stoomschip „Primero de Mayo afgehaald en te Punta Arenjas geland. Het was eerst twee maanden n|a de schip breuk, dat het door de At gen tij nsohe regeering ter opsporing uitgezonden stoomschip „Prime ro de Mayo" de twaalf schipbreukelingen ver loste. Zij zijn vol lof over de aan boord van het Argentijnsche stoomschip ondervonden goede behandeling en verhalen, dat hun schip, de „Thekla", des nachts door 6torm en mist op strand gedreven werd. De hoogloopentde zee sloeg in korten tijd alle reddingsbooten weg, waarop zij gedwongen wer den in de masten te vluchten. Toen na een ont zettend en niaeht de volgende d-ag een weinig beter weer bracht, werden van b-1 het materiaal, dat men maar machtig kon worden, vlotten ge timmerd, waarop men het strand-, dat ongeveer ■een halve zeemijl verwijderd lag, trachtte te bereiken.. Aan 24 mam is dit gevaarlijk waagstuk ge lukt. Tijdens den aan weder waardigheden rijken overtocht werd de matroos Jacobs door overko mende stortzeeën weggeslagen en gedood; hij zonk voor de oogen zijner kameraden in de kokende zee. De matrozen Ragendahl, Beu-tier en Ma-rx, de lichtmatroos Neumann, de hofmeester Wal lis en de scheepsjongen Davis werden met hun vlot de open zee ingedreven. Van hen is niets meer gehoord of gezien. Waarschijnlijk vonden zij hun dood in de golven of „Isebek", die op die gevaarlijke kust toestuurde, een boot uitzette en trots de hevige branding negen personen redde. Het waren de stuurman Rogge, de boots man Schulz, de zeilmaker Stromber, de smid Davius, de matrozen Leliman, Kups©ll en Jer ratreh, de lichtmatroos Saebel en de scheeps jongen Stuichon. Toen. men van d-e geredde lieden -hoorde, dlat zich no-g 15 kameraden op het eenzame, rots achtige eiland bevonden, werden nieuwe pogin gen tot rediding gedaan, ma-ar een hevige storm stak op en met het oog op die veiligheid van de „Isebek" moest men ze spoedig opgeven en de andere schipbreukelingen aan hun lot over laten. De geredde lieden werden te Punta Arenas geland, vanwaar de schipbreuk van de „Thekla" per telegraaf naar Hiamburg werd geseind. De op het eiland achtergeblevenen, die vree- selijk van honger en koude te lijden h-adden, de den pogingen om in het binnenste van het eiland door te dringen, teneinde m-enachelijke nederzettingen te bereiken, maar de moeilijkhe den, die het onbegaanbare terrein aanbood, wa ren zoo groot, dat men daar weer spoedig mee ophield. Toen de ongel-uikkigen een maand op het eiland hadden doorgebracht, vond men bij het wrak van een ander schip een kleine boot. De eerste stuurman Sehulz, de timmerman Mensch en de matroos van Borstel begaven zich daarin om een poging te doen Straat La Maire te be reiken, maar zij keerden nimmer terug en be reikten hun doel niet. Het gebrekkige vaartuig werd later met niemand er in door inlanders aangetroffen en geborgen. Wat van de drie menschen geworden is, is onbekend. De schipbreukelingen haddien het op het met bergen rijk gezegende eiland door weer-invloe- den, gebrek aan proviand en kleedtin gat ukk oc zwaar te verantwoorden. Eerst toen de „The kla" begon op te breken en wrakstukken, pro viand en wollen dekens aan land spoelden, werd hun toestand «enigszins draaglijker. Het hoofdvoedisel leverden de talrijk voorko mende zeeleeuwen, diie bij gebrek aan wapens met knuppels doodgeslagen werden. Na twee maanden ver-blijf op het eiland werd aan het lijden van de nog overgebleven 12 man een eind gemaakt door de komst van bet reeds vroeger genoemde Argentijnsche stoomschip „Primero de Mayo", dat ben opnam en naar Punta Aren-as bracht. Een deel dor schipbreuke lingen vertrok van daar met het stoomschip „Rhodopis" na-ar Hamburg. Van het mooie schip, de trotsche viermas- ter „Thekla", zijn, volgens de laatste berichten, nog slechts enkele maststukken zichtbaar, waar over de zee heenslaat. Het stoomschip „Al- fonsa" deed een poging om het wrak te naderen maar moest wegens de hooge branding weer met onverrichterzake heengaan. Het Seeamt te Hamburg -heeft nu deze schip breuk behandeld. Uit de verhoren bleek dat kapt. Meijer, van de „Thekla," reeds met het tweede vlot zijn schip verlaten had. Eenige der opvarenden meenden dat de -kapitein dronken was geweest. Kapitein Meijer verklaarde: Het is juist dat ik reeds met het tweede vlot mijn schip verla ten heb; ik zou tot het laatst aan boord geble ven zijn, als mijn gezondheid niet geheel gebro ken en verlamd ware geweest. Het is niet waar, dat ik dronken w-as. Ook nu ben ik nog niet geheel hersteld-. Op vragen van dien R kscommissaris ver klaarde de kapitein nog, dat hij vóór de schip breuk steeds gezond was geweest. De Rijkscommissaris wijt de schipbreuk aan onvoorzichtige navigatie. Na de stranding was de kapitein door inzinking niet in staat iets te doen, en dit moet bij een gezagvoerder niet voorkomen, daar hij daardoor schip en be manning aan een groot gevaar blootstelt. Hij moet dan oo-k den edsch stellen om aan kapt. Meijer het sch-ippersp-atent te ontnemen. Het Seeamt, uitspraak doende, verklaarde dat de „Theklabij Faire Oove Vuurland ge strand en totaal verloren was gegaan. De oor zaak was wel niet geheel opgehelderd-, maar toch wel in hoofdzaak stoom werking, onregel matige wind en verkeerd gevlotte vaart. Kapi tein Meijer heeft geen directe schuld aan de stranding. Na het ongeluk is hij geestelijk en lichamelijk ingestort, zoodat hij daardoor ge heel heeft verzaakt. Zijn schipperspiatent mag hij houden. De hulp, verleend door de ba-rik „Iseheh" en 't stoomschip „Primero de Mayo" dient geprezen, evenals het gedrag ran den lichtmatroos Stöhr, diie zich bijzonder moedig heeft gedragen. Spoorwegongeluk in Ierland. Dinsdagavond is een pleiziertrein, die van Killamey naar North Wall (Dublin) terug keerde, met volle vaart d-oor een wissel op een zijspoor gereden, waar het voorbijgaan van een anderen trein moest worden afge wacht. De schok tegen de aanwezige hinder nissen, stootblokken enz. was hevig. De voor ste wagen werd totaal verbrijzeld, terwijl de locomotief uit de rails werd geslagen en om viel. Het aantal ernstig gekwetste reiziger» bedraagt 20. De machinist van den trein bleef als door een wonder geheel gespaard, maar de stoker liep twee gebroken beenen op. Behalve de ernstig gekwetsten zijn er nog een aantal passagiers uit den tweeden wa gen, die, bij den schok met kracht tegen el kander geworpen en aan bet hoofd werden gewond. Een professor-Inbreker. De politie te Chicago heeft professor J. A. Gutbrie, hoofd van de afdeeling voor toege paste electriciteit van de Lane Technical- school in verzekerde bewaring gesteld. Guthrie bekende in de laatste vijf maan den bij verschillende millionaire van Chica go te hebben ingebroken en zich daarbij van het een en ander, dat van zijne gading was, te hebben meester gemaakt. Hij bewaarde echter alles en de politie vond dan ook goe deren in zijn bezit ter waarde van meer dan 6 tonnen gouds. De geleerde misdadiger zegt dat hij bet in breken als amateur beoefende en daartoe te zijn gekomen door het verslinden van detec tive-verbalen. DE KONINKLIJKE FAMILIE Men meldt uit Soestdijk aan het Hbld.r In verband met de verbouwing van bet Loo wordt de Koninklijke Familie in de tweede helft van September voor enkele weken ten paleize Soestdijk verwacht. KONINKLIJK BEZOEK AAN ZUTPHEN. De „Zutph. Crt." verneemt, dat H. M. de Koningin Woensdag 14 Augustus, des mid dags twee uur, een bezoek zal brengen aan de groote nationale landbouwtentoonstelling te Zutphen. DE BAKKERSWET Het Nationaal Comité voor afschaffing van Nachtarbeid in het Bakkersbedrijf ver gaderde te Amsterdam ter bespreking van de houding, die bet comité heeft aan te ne men, na de verwerping van bet wetsontwerp- Talma. Algemeen meende men dat er geen enkele reden was om het standpunt, dat zoo vele jaren is ingenomen, te wijzigen. Het comité blijft dus afschaffing van nachtarbeid wenschen voor patroon en gezel, zonder in voering van bet drieploegenstelsel. Het aangekondigde congres zal gehouden worden op 9 en 10 September te Utrecht. Als sprekers zullen optreden de heeren mr. H. Bijleveld Jr. van Amsterdam, H. Diemer van Rotterdam, dr. A. C. A. Hoffman van Gouda, terwijl met een vierden spreker nog onder handeld wordt. Met bet oog op de opgedane ondervindin gen meent het comité voor dit congres, geen personen te moeten vragen om als eereleden op te treden. DE ARMOEDE IN CURASAO. In het weekblad „La Cruz" vindt de Msb. het volgende staatje van het aantal dooden, in elk jaar sedert 1898, opgemaakt volgens de registers die te Rincon worden bijgehou den. Hieruit blijkt ten duidelijkste boe groot daar thans bet gebrek moet zijn. In 1898 stierven er 18 mensohen, in 1899 18, in 1900 85, in 1901 38, in 1902 20, in 1903 53, in 1904 19, in 1905 37, in 1906 23, in 1907 16, in 1908 46, in 1909 27, in 1910 19 en in 1911 31. Thans, dus in een half jaar, zijn er reeds 47 overleden, dus bijna zooveel als in het meest ongunstige jaar 1903. HET KATHOLIEK CONGRES TEGEN HET BIER ALCOHOLI8ME. In de CW1loensflag avondvergadering te 8 uur aangevangen, werd nogmaals voorlezing ge daan van den bnief v;an kardinaal van Ros- eum, welke luidt als volgt Met ware voldoening pannen wij kennis Van uw; geëerd schrijven van 25 Juli 1.1. alsmede vap het „Gedenkboek" uitgegeven ter gelegenheid van het 12V2-jarig bestaan van het Limburgpche Kituisverbond. Het doet groot genoegen te .vernemen; dat Üe .bewo ners van het Katholieke Limburg, welker diepen godsdienstzin wij door jarenlange, persoonlijke ondervinding leerden kénnen, er van overtuigd zijn, dat de maatschappelijke kwaal der onmatigheid, die in Limburg nog een bijzon der en Venn heeft, moet bestreden; worden met inspanning .van alle krachten. Het verheugt ons, dat die overtuiging in het verledien reeds overvloedige vruchten ge dragen heeft1. Met |dezle vruchten wenschen wij u, hoogedelgeetr. heer geluk, want zij ztijn voor een Plet gering deel ook ajan uw arbeid te danken. CWcEj' willen deze gelegenheid niet laten' voorbijgaap om er op te wjjizen, dat hét onze persoonlijke overtuiging is, dat de bestrij ding' van het alcoholisme en in hot bijzonder van het overmatig gebruik van bier piet slechts een nuttig, maar een noodzakelijk werk is. Mét Vreugde begroeten wij daarom ook de poging, welke in die bestrijding zal worden in het werk gesteld door het congres hetwelk u te Boermand onder de hooge be scherming van Z. Pj. Hi. Mgr. Dlrehmannisi, «wen hooggeschat ten bisisdhop, kult houden. gevolgen heeft, welke daarvan zijn geschetst. Dr. Goebergh vroeg van Dr. Ariëns het bewijs voor diens bewering dat door de lai- tholieken voor 70 millioen pan alcoholica wordt opgedronken. D© hoer Stassen, student, beloofde te zuilen streven naar bevordering dor dra,nklesirij- ding onder de studenten, doch vroeg daarop den steun .der directeuren van katholieke kostscholen, waarvan de meeste leden dor ka tholieke studentenverééniging n komen. Pater Ildephonsus was van meening, dat in gemengde streken de katholieken in het algemeen niet meer drinken dan de piet ka tholieken. De heer Lambermont drang or op aan dat de hocgere standen het voorbeeld wan geheel onthouding zouden geven. De heer Schmidt wijst op het feit, dat te genover het bier het verstand zicli dikwijls ombuigt, zoadat de handelingen niet. i,n over eenstemming blijven met het verstand. De heer Van "Wonde hield tegenover mr. Bolsius de juistheid der ook door dr. Aril nS aangevoerde proeven van kroepelan vol. Ook Dr. Huybars sprak ten gunste jar juistheid van de kroepelensche proeven. Mej. Kruisman (Haarlem) wees er op dat ook het feit, dat katholieken vroeger moei lijk benoembaar waren tot openbare amb ten, heeft medegewerkt tot het hoog per centage der katholieke herbergiers, Mr. Bolsius houdt vol da,t in excessen gaan de proeven voor de practise he drankbestrij ding Van geen beteakenis zijn. Dr. Banning vraagt hoe mr. Bolsius weet, dat de drankbestrijding in Limburg zou mis lukt zijn als men was aangevangen met gr- heelon th ouding. Professor deelt mede, dar ook in de inter naten waar het bier niet geheel is afgeschaft' toch ook wel iets gedaan wordt in de rich ting' van vermindering. Hij verwacht in Ö"ze veel van de medewerking van de ouders. Inleider verklaaitte bij zijn antwoord niet bedoeld te hebben dat het geringste gebruik schaadt. Ook hh heeft bij bevoegd^ genees kundig© autoriteiten geïnformeerd paar "de waarde der proeven van kroepelen en men heeft hem geantwoord, da.t dit wetenschap pelijk vaststaat. Spr. erkent voorts, da.t het niet bewezen is, dat de katholieken y. or 70 millioen gulden opdrinken, a,l blijft, hy bdj de overtuiging dat de katholieken het meest drinken. De derde dag van het congres begon met een vergadering. Waarin prof. Verhagen, van Rolduc, do middelen besprak tot bestrijding Vap het bienalcoholisme. Do vergadering werd bijgewoond door het lid van de Tweed© Kamer den heer Pleskens. In het debat wedden uitvoerige beschou wingen gewijd aan de geheel-onthouding. De heer Schmidt, van Amsterdam, pleitte voor local option (plaatselijke keuze). D© heer Geysela, burgemeester Van Sit tand» meent, dat de rijksiwetgever om consequent te zijn, ook het verlofrecht aan een maxi mum moet banden- Prel^ige verhoudingen! Uit een verslag an de .vergadering van den Gemeenteraad van Hoo- gezand in de Hoogev. Cl. (Aan het woord is het liaadslid Brains Slot) („Alleen wil ik nog zeggen, dal de leden van den Raad, die evenals ik reeds menig keer een Raadsvergadering meemaakten, met° mij zullen instemmen, dat het opdeden van den voorzitter menigmaal de strengs!:© afkeuring ver diende en die ons aller verontwaardiging ver kreeg. Om een haverklap ligt onze burgemeester als hoofd der politie met onze politiemannen ofverhoop, ik beklaag het nu fungeerende drietal. Het is een heele toer voor hen om slaande 1© blijven, maar ik raad hun: gebruikt de honing- kwasl, dan worden jullie lekker en blijven op je (post. Eenige dagen geleden was er een politieman' uit e«n naburige stad in don trein, hij was: 1 slecht gehumeurd, ik begreep int|usscjhen, dal hij met ons hoofd van politie in aanraking w&s geweest; ik wil er meer van weten en zal hier naar streven, er was iets niet in den haak, Ik zou meer kunnen zeggen, doch zat er een stokje bij steken door te verklaren, dal!, de Raads vergadering voor mij is de meest onaangename vergadering van de vele, die ik behoor mee ie maken. De verschillende algemeene en meer nog de persoonlijke bejegeningen, die ik vmdervbid van u, voorzitter, alsook als burgemeester, zijn hiervan de oorzaak. Sedert gemimen tijd heb ik mij zooveel mogelijk van het debat onthouden, mede oorzaak hiervan is uw doofheid; ik wensch niet boven machte te schreeuwen nog via wet houder Van Hees' opvangings- en weergevings- vermogen, misschien verkeerd verslaan, verkeerd door ECREVISSE. <6.) Het "broodje glijdt tet de handen des mak kers in die van Jozef, welke door de zijnen omringd wordt; maar Klaas is reeds in hun midden en heeft de armen van Jozef om- klampt; de spanning begint, want het is ïiehtbaar, dat een der beide kampen zal ze gepralen. Een hardnekkige, woedende, weer- galooze worsteling gaat intreden, die al de toeschouwers doet sidderen en beven!... Door het toeschieten van alle medekam pers geraakt de volksdrom in beweging; ge lijk de golven der zee door den wind voort gestuwd worden, zoo wordt de volksstroom door de toenaderende kracht in beweging ge bracht. Nu straat op en straat af; dan van den eenen kant naar den anderen, stooten zy met zooveel geweld t egen de huizen, dat deze op hunne grondvesten beven. De jongelingen .welke met de muren in aanraking komen, laten er de lappen hunner Weeding en het vel hunner handen! De drom neemt eens klaps eene richting van het Oosten naar het Westen, botst met de ongewone kracht van duizenden kampers tegen eene poort, die van den achterkant met schraaghouten voorzien is! Zij vliegt met de gemetselde pilaren om ver! Achter de poort bevindt zich een toege- vroren aalpoel: het ijzer is twee voet dik; het kraakt, stort in! De worstelaars staan tot over de knieën in het morsig water; velen zijn gewond door het instorten der pilaren, door de ijssehollen; doch niets in staat de wilde worsteling te doen ophouden. Wederom geraakt de volksdroom op de Pletsch: luidruchtige vivats begroeten de kampers. Jozef houdt nog altijd het kors- brood: Lutterath zal, het koste wat het wil, zegepralen; maar Geleen en Krawinkel kam pen met niet minder woede. Voor Geleen het korsbrood! roepen Klaas en de Geleendenaars. Voor Kra winkel het korsbrood! roepen de Krawinke- laars. Voor Lutterath het korsbrood! roe- Pe£ cn die van Lutterath. Vader Jansen, Martha, Betta en Herman ontdekken Jozef in het midden der kampers; hij houdt nog altijd zijn geliefd broodje. Maar, hemel! hoe deerlijk is de moedige jong man gesteld! Zijne kleederen hangen in lom pen langs zijn lijf! Het bloed loopt uit neus en mond! Een wolk van zweetdamp verheft Bieb boven den drom! Jozef schijnt uitgeput en bezit geenszins de macht meer om het broodje hoven zijn hoofd te brengen! Met een soort van wanhopende neerslachtigheid werpt hij zijne verflauwde blikken op den vader, op de zuster, op Herman en op Martha, als wil hij hen allen tot getuigen nemen, dat hij zijn best heeft gedaan. Dat ik nog jong ware, zegt Jansen met een diepen zucht. Martha en Betta harsten in tranen uit en smeekende roepen zij tegelijk uit: O, dat Jozef toch op- boude! Heeft Herman de tranen der meisjes gezien? Heeft hij hun gesmeek ge hoord? Men mag denken van ja; want de hei de meisjes hooren achter zich eene beweging, zij keer en zich om... Herman was niet meer op zijne plaats... Zij blikken buiten het venster en zien eene zeldzame beweging onder de kampers. Een fiere jongeman, in wien zij al aanstonds Herman herkennen, doorklieft den volks drom, gelijk de zwaan de golven van den stroom.... Weldra is hij, naast Jozef, tot wien hij zegt, terwijl hij de beide handen aan het korsbrood slaat: Vriend, laat het broodje los, ik heb het in mijne handen! Jozef heeft nauwelijks zijn jongen vriend herkend in den spreker, of het korsbrood glijdt uit zijne handen in die van Herman. Eensklaps lioort men het welgekende geroep: Korsbrood! mijn brood! De toeschouwers heb ben het tegelijk, met vier kampers, die er zich aan vastklampten, boven het hoofd van eenen jongen man zien steken, en zulks met een verbazend gemakHerman is overwin naar, maar geeft in eenen oogslag 't broodje over aan Jozef en roept hem tot koning uit. Dit alles is met zooveel snelheid toegegaan, dat elkeen Jozef aanzag en uitriep als den waren overwinnaar en broodjeskoning Zoodra de zegepraal bekend was, weergalm de de Pletsch van het eenparig geroep: Leve de korsbroodkoning! Leve Lutte rath!... Het is onmogelijk om uit te drukken wat blijdschap de Lutterather jongelingen beziel de. De worsteling was ten einde en Herman tot de zuster en Betta teruggekeerd. Vader Jansen was een al te fijne kenner, om niet bemerkt te hebben, wie als de ware winner moest aangezien worden; ook drukte hij Her man in zijne armen, terwijl hij hem, den red der ven Lutteraths eer noemde. Martha was niet weinig trotsch zulk een broeder te hebben, en deze werd door de sohoone Betta, zoo werd de doehter van Jan Jansen genaamd, met eenen glimlach ont haald, die geen jongman tegen het goud van Peru zou verwisselen! Herman, dit dient ge zegd te worden, had gehoor gegeven aan een plotseling gevoel van medelijden, toen hij den deerniswaardigen toestand van Jozef zag; de gevolgen eener zoo dadelijke deelneming be rekende hij niet. Hij kon overigens niet ver moeden. dat deze worsteling zoo hardnekkig werd volgehouden 1) hij noch de zuster zou den dezelve hebben willen bijwonen; hunne medelijdende harten waren er vijandig aan in den hoogsten staat. Terwijl de jongelieden van Lutterath in vollen jubel verkeerden en de gemeente ver vulden met hnn victoriegeroep, verscheen Klaas van St. Jans Geleene eensklaps in hun midden: er werd stilte geboden, en alsdan sprak hij In volgender voege: Volgens onze statuten mag geen vreem- 11) Sedert het verschijnen van deze feuille ton heeft de oude pastoor Vonoken van Ge leen, deze ruwe worsteling afgeschaft Wij bevonden ons, 'tig nu dertien jaar geleden, aan tafel met den ouden herder en vroegen hem. naar de oorzaak van die afsohaffing. Hij antwoordde: Vijftig maal heb ik de woeste worste ling gezien, en telken» gevreesd voor het lo ven van velen mijner parochianen! Te ver geefs heb ik de strenge maatregelen willen nemen. Te vergeefs heb ik vermaand, berispt verboden. Eindelijk heb ik, ouderling, ge smeekt; dit was te erg voor de brave lieden, zij hebben opgehouden, en ik dank den algoe- den God dat het is gedaan! Wij vroegen hem verder of hij onze Bok kenrijders had gelezen. Op zijn bevestigend antwoord, vroegen wij of het tafereel over het korsbrood overdreven was. Overdreven, overdreven was het ant-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1912 | | pagina 5