h TWEEHUIJSE U'S Schoenwerk boven alles, Barteljorisstraat 27. Tel. 1770. B IN N N L A N D. TEGEN HET DRANKMISBRUIK. Kerknieuws. VAN OVERAL. Scheepvaartberichten. Rechtszaken. HET PALEIS OP DEN DAM IN VERVAL. Het is de moeite waard eens te gaan zien, hoe de rijke Staat der Nederlanden, op wien de plicht van onderhoud der koninklijke ver blijven rust, dezen plicht betracht ten aan zien van het schoonste gebouw, da.t hij in leen en gebruik heeft. Leger en Vloot. Waterstanden. rof o,- o,- N&ajr a an leiding van het feit, dat dezer dage» een ajrm. yan een der beelden, in het tyrnpuh (het driehoekig gevelvetel in het midden yap. dep voorgevel) vap het Ko ninklijk Paleis op den Dam plotseling in pfgebroken en bijna op het hoofd y|ap een schildwacht terecht kwam, schrijft B- lp „Arehitectura" het volgende „Minstens vijftig ,vap de sierlijk bewerk te consoles in de eerste Kroonlijst (ter hal- ye hoog toe vap het gebouw) zijp niet alleen afgebrokkeld, doch geheel verdwenen. Een paar j'aar geleden, in 1908 nadat het zich herhaaldelijk voorgedaan had, dat deze consoles onverhoeds op „de kleine steentjes", en op den openbaren weg .neerploften tot groot gevaar v|ap schildwachten en voet gangers, heeft mep deze kroonlijst geïnspec teerd. Men heripnexk zich den daarbij ge bruikten verplaatsbaren steiger, die een tijd lang (de aandacht dor Amsterdammers trok, zonder dat in het openbaar vermeld werd, jva.t men toch wel uitvoerde. tWelnu, mep inspecteerde toen, en de tim mermansbaas, die zonder verdere technische Voorlichting dan zijne bij het onderhouden van arbeiderswoningen opgedane ondervini- Iding, hierbij adviseerde, bevond, dat de zandj- steencn kroonlijst niet met lood afgedekt en door de eeuwen heen, „door-gewaterd" was, zoomede de consoles, die deze kroonlijst ge deeltelijk helpen dragen. Zeer vele dezer consoles vereiscli ten dringend vernieuwing ep wat deed men? Men vernieuwd© inderdaad- Dtooh niet met zandsteen, dat toch echter ieder-, die eenig besef van verplichting tegenover het achtste .wereldwonder bezit, zou gedaan hebben, maar met grenenhout, in de kleur bij gesausd, met een modderig sopje, op tentoonstellings- manierl Van do straat af kan men deze hou ten consoles onderscheiden va,n die, welke nog van zandsteen zijn en de oplettenjde waar-nemer zal opmerken, dat het aantal hop ten exemplaren zeer groot is. Aan de zijde van de Paleisstraat heeft deze „reparatie" nog piet zoo uitgebreid plaats gehad (ze ker wegens gebrek aan geldmiddelen) aha aan do Damzijde r-n hier ontbreken dus vele consoles, die afgevallen en niet „vernieuwd" zijn- In denzelfden tijd, toen bovenbedoelde in spectie plaats haid, bracht een groot aantal leden van ons Genootschap een bezoek aan het voormalig Raadhuis. Behalve de wolk jes motvlinders die opvlogen als een vrij postig© bezoeker het waagde een der hoezen van de prachtige Empire meubelen, waar mede Lodewijk Napoleon, de vreemdeling het paleis voorzien heeft op te lichten trof ons nog een andere merkwaardigheid, die zoowel van zorg voor de bewoners en de be zoekers, als voor de kunstschatten getuigde. In da groote za-a' waren namelijk over het „Utrechtsche" tapijt, waarmede de marmer ren, met koper ingelegde vloer bedekt is, dekla.kens uitgespreid voorzoover de bezoe kers het tapijt moesten overschrijdem. Een gedeelte hiervan was echter wederom afgezet, met een lering van houten banken, om de bezoekers te verhinderen, dat zij deze plek zouden passeeren, omdat het da,ar...., zoo lekte. Hiet lekte door het beschilderde gewelf heen! De prachtige kristallen kronen, die, hoe wel „Style Empire" in de plechtige ruim ten stil en statig hingen te droomen, en de oude vlaggen uit den tijd onzer heldhaftig heid lieten zich deze miskenning hunner waardigheid stil voorbijgaan. Maar de uit gezaagde latjes, style „Guillaume trois", in dertijd op de marmeren kroonlijsten beves tigd voor het aanbrengen eener feestverlich ting van vetpotjes a, 3 cent (gevuld), die lat jes gnuifden over onze verwondering. Zij wisten bepaald al, waar de schoen wrong, en ook wij hadden 'even later gelegenheid dit waar te nemen. Want toen wij bij het vervolgen vap on zen tocht, dank zij do welwillende vergun ning- van de Paleis-directie, na een interes sante wandeling over de met plavuizen be legde zolders onder de zware ka.pspantep ioor en langs de geweldige sohoarsteenen, het plat onder het carillon betreden hadden, merkten wij op, dat juist boven de plaats, waar het zoo lekte in de groote zaal, het het lood, van het dak verdwenen was. Flauw tjes blonk het zink nog vap nieuwigheid. Zou de Staat daar, bij wijze van proef, vap den Rijksloodgieter het bekende aiap- bod aapvaard hebbep: „gratis de dakbedek king wel te willen Vernieuwen Of zou de opbrengst van het lood een wel kome bijdrage geweest zijn in de kosten om het Plateis eens 'n flinke beurt te geven Onder de verwonderde bezoekers werd toen hoetn zooiets gemompeld, Ep Pu valt er een arm van het beeldhouw werk uit den marmeren tympan voor de voe ten van een krijgsm an-opRe-pla a ts-rue t in gruizelementen. Die krijgsman „had nog juist den tijd op zijde te gaap," zegt de bericht gtever heel hoffelijk en eerbiedig. Maar zou deze onnoozeto opmerking .ook zoo gemaakt zijn, injdien de koninklijke Familie zich op da,t moment juist op het balcop bevonden had? DieP berichtgever ontgaat blijkbaar, jhoe dit geval©en duidelijke aanwijzing is, dat „het paleis in verval" is, zonder vraagteer ken. Hoeveel vogelmest blijft daar jaar en dag zijn vernietigenden invloed op 't marmer uitoefenen Wie weet hoeveel kostbare guar no in het frontispiece verzameld is en wie weet of de opbrengst ervan de schoonmaak kosten piet zou dekken! Het woirldt tijd, dat de gemeente haiar be- bezit meer dringend gaat opeischen, mede ter Voorkoming van verder verval. DE TARIEFWET. Als tegenspraak van het bericht uit de Limb. Koerier, dat mr. dr. J. van Best hoofd zakelijk namens de katholieke Kamerfractie het woord zou voeren bij de behandeling der Tariefwet in de Tweede Kamer, kan de Msb. uit zeer goede bron mededeelen, dat ten aan zien der verdediging of behandeling der Ta riefwet in de Kamer door de R. K. fractie nog geenerlei beslissing is genomen. STRAFPORT VOOR BRIEFKAARTEN. In het Octobernummer van het te Rotter dam verschijnend Krul's Maandblad voor Wasscherijen treffen wij de volgende waar schuwing aan: „Onze handelsfirma deelt ons mede, dat zij in de laatste weken meermalen TA cent straf port moest betalen voor briefkaarten welke niettemin voldoende gefrankeerd warefe. Aan het postkantoor te Rotterdam infor- meerende, wat de oorzaak van dit strafport was, kwam het volgende antwoord in: „ln verband met uw schrijven van 28 de zer heb ik de eer U te verwijzen naar blad zijde 19 van den Postgids, voorlaatste zin snede, waarin bepaald is, dat de strook over de geheele breedte der briefkaart bedrukt niet grooter mag zijn dan VA cM. Nu was het bij enkele briefkaarten wel dui delijk zichtbaar dat de ruimte met 5 a 10 milimeter overschreden werd, maar toch schijnen aan het postkantoor beambten werk zaam te zijn, die over een paar buitengewoon goed werkende kijkers beschikken. Onze han delsfirma moest althans een centimetermaat te baat nemen om van de fraude overtuigd te worden. En, jawel, er was fraude: 2 a 2A milimeter was de ruimte voor het gedrukte hoofd overschreden. Men mag den Nederlandschen Staat ge- lukwenschen te kunnen beschikken over zul ke scherpziende ambtenaren, aan wie een woord van lof niet onthouden mag worden voor hunne trouwe plichtsbetrachting, maar de vraag is, of deze strafbepaling, welke nim mer den dader van het strafbare feit, maar steeds een onschuldigen buitenstaander treft, niet door onze volksvertegenwoordigers moet herzien worden. Wy moeten aannemen, dat deze bepaling gemaakt is om voor het geschreven adres meer ruimte te laten. Nu is toegestaan aan de adreszijde circa de helft van de beschik bare ruimte voor tekst te gebruiken, heeft deze voorzorg voor een duidelijk adres nog minder beteekenis wat het gedrukte hoofd betreft op briefkaarten, waarvan de adres zijde niet voor tekst gebruikt wordt. In elk geval zij het bovenstaande een waar schuwing om deze strafbare briefkaarten niet naar zenuwachtige damesklanten te zen den, die de nachtrust van den wasch-indus- triëel als oontra-beleefdheid zouden kunnen storen." SOCIALISTISCHE OPRUIING. Terwyl ieder weet, hoe tegenwoordig waar- lük van overheidswege voor den soldaat ge zorgd wordt; terwijl vanwege den regenzo mer (le troepen expres worden ingekwartierd en niet in tenten gelegerd, leent Het Volle er zich natuurlek weer toe, om de schare te gen het leger en het legerbestuur in te ne men. We hebben er reeds een paar maal op gewezen. j Het Friesch Dagblad wijst nu op een ander geval. „Dezer dagen stond weer een lang verhaal te lezen van een afdeeling, die te velde een dag geen warm eten kreeg, omdat het den kok tegenliep. De soldaten kregen toen brood. Is 'tniet verschrikkelijk! In de burgermaatscliappy komt het in elk gezin wel eens voor, dat men om bijzondere reden 'seen dag op brood leeft. Dan is dat niet erg. Op „rooden Dinsdag" zullen heel wat be- toogers den ganschen dag op brood en brood jes hebben geleefd. Ook dAn is dit niemendal. Maar zoodra overkomt dit den soldaten niet, of er moet een lang stuk over in het socialistisch dagblad geschreven worden. Het is gewoondun!" TEGEN DE SLECHTE PERS. Te 's Hertogenbosch is Zondag jl. in de verschillende kerken in alle HH. Missen een schrijven voorgelezen van den Hoogeerw. heer Deken en de Zeereerw. heer en pastoors dier stad over het weren der niet-katholieke en het steunen der R. K. bladen. Naar aan leiding van dit schrijven werden ook predi katies over dit onderwerp gehouden. Bedoeld schrijven luidt als volgt: De Deken en de pastoors der stad achten zich in geweten verplicht de geloovigen te waarschuwen tegen een kwaad, hetwelk zich in onze stad hoe langer hoe meer dreigt uit te breiden, nl. het verspreiden en het lezen van niet-katholieke couranten. Wy meenen daarom de geloovigen te moe ten herinneren, dat „het niet alleen krach tens het natuurrecht, maar ook krachtens het kerkelijk recht verboden is couranten te lezen, die met opzet den godsdienst en de goede zaken aanranden. (Deer. „Officiorum" Leonis XIII. C. VIII. Vide Coll. IV p. 309 segg.) ^Maar ook de niet-katholieke couranten, die niet met den bepaalden opzet geschreven en verspreid worden, leveren voor de Katholie ken een groot gevaar zoowel om de artikelen als om de advertenties, die daarin voorko men. Eene droevige ondervinding heeft ge leerd, dat het geregeld lezen van zulke cou ranten niet nalaat een verderf el ijken invloed op den lezer uit te oefenen. Met allen nadruk herhalen wy daarom tot de geloovigen de vermaning: Neemt geene abonnementen op niet-katholieke bladen; zegt, als gü zulk een abonnement hebt, dit spoedig op; koopt nimmer niet-katholieke bladen, wanneer zij u hetzij aan buis hetzij op andere wijze worden aangeboden; steunt ze nooit door het plaatsen van advertenties. Daarentegen kunnen wy u niet genoeg op het hart drukken de katholieke couranten te steunen door het nemen van een abonne ment, door zo te koopen, door ze te verspreiden, door het plaatsen van adver tenties. Ten einde u daarin behulpzaam te zijn zal binnenkort in iedere parochie eene commis sie worden gevormd, waarvan de leden zich by u zullen aanmelden, om u met onze ka tholieke couranten nader bekend te maken. Wy vertrouwen, dat zy by u een welwillend gehoor zullen vinden. Met onzen beminden Bisschop roepen wy u toe: „Als voor ons, katholieken, in onze dagen ergens eendrachtige samenwerking noodig is, dan gelooven wy wel te mogen zeggen: by de pers. Daarom: samenwerking tegei. de slechte en samenwerking voor de goede, voor de katholieke pers". (Vastenbr. 190?). „Tot welke hoogte zouden wy de ka tholieke pers niet kunnen opvoeren, als wy eendrachtig samenwerken! Moge deze sa menwerking, die in den laatsten tijd, onder rnenig opzicht zoo heerlijke uitkomsten heeft opgeleverd, in het vervolg dan ook hier niet ontbreken". (Vastenbr. 1898, Coll. IV p. 332) enbovem komen ook' die leeken in aanmerking dlie in dergelijke duffe hokjes een voor een moe ten komen. IS HET DAAROM ZOO DUUR! Wy zouden gaarne zien, dat de alcoholvry'e dranken spotgoedkoop waren en dat ze ook dea- wegen door de dorstige by voorkeur werden ge kocht. Maar wy hebben nog maar al te vaak oorzaak ons te bedroeven en te ergeren, als de prijscourant in koffiehuis en wachtkamer het luide verkondigt, dat men juist op de onschade lijke dranken zoo hooge winst behalen wil. 't Bleek dezer dagen ook, toen bekend werd, welk een winst de maatschappij, die de Apolli- maris-bron by Neuanahr exploiteert, over 1910 gemaakt heeft. Het gansche kapitaal, waamee deze maat schappy werkt, bedraagt 450.000 Mark. En de zuivere winst in 1910 gemaakt, bedroeg niet mindor dan 440.591 Mark. Dat is dus in één jaar tyd bijna verdubbeling van kapitaal of honderd procent winst. Zoo komt er een leelyk bijsmaakje aan het flesohje water dat ge met een kwartje moet be talen. HOE DE „APPELKONING" STIERF. De republiek der Vereenigde Staten van N.- Amrika telt, zooals men weet, verschillende „koningen." Te Chicago woonde de man, die den naam van „appelkoning" droeg. Hij was van Duitsche afkomst en heette Heinrich Spruch. In de Sta ten Oregon en Oalefornië hiad hy reusach'.lg> ooftboomgaarden aangelegd en gedurende )iv reeks van jaren beheerschte hy de appelmarkt in Noord-Amerika. In den laatsten tyd had hy zich laten ketenen door Koning Alcohol en zware geldelijke ver liezen geleden. Dat neemt niet weg, dat hem nog een vast jaarlyksch inkomen van ruim S0.000 gulden bleef. Spruoh was verloofd met een jonge weduwe, Mevrouw Frances Rovenblatt, dochter van een schatrijk vleeschfabrikant. Zy kon het niet vin den met de drinkgewoonten van haar aanstaan de en herhaalde malen onderhield zy hem daar over. Toen dit echter vruchteloos bleef, ver klaarde zy dat zy de verloving zou verbreken, indiên hy niet nuchter kon blijven. Spruch was ontroostbaar. Hy ging naar zyn hotel en schreef den volgenden afscheilsbtief „Ik heb in de laatste twee jaren meermalen het plan opgevat zelfmoord te plegen. Drankzucht is de wortel van alle kwaad. Ik heb de beste vrouw op de wereld lief. Maar zy, ofschoon zy my wederkeerig liefheeft, wendt zich met af schuw van my af. Ik walg van my zelf, daar om maak ik e eneinde aan mijn leven." Een kamermeisje vond het lijk van Spruoh op zyn bed. In de eene hand hioli hy den re volver, waarmee hij zichzelf in de slaap de <k>o- delyke wonde had "toegebracht, in do andere het portret zijner verloofde. De alcohol verderft arm en rijk. B. Grasman, bouwkundige, te Amsterdam, Overtoom 450. 25 Sept J. L". Nova, journalist, te Maarssen, Emmaweg. Ci Vos, tuindier, te Nieuwerkerk' a. d .Usel, 26 Sept. H. Kreunen, bakker en koffiehuis^ faluisliioudler, te Hengelo (G.) W. J. van Leeuwen, huisschilder, te 's Graj venhage, Jan van Riebeekstraat Jl. I J. Plug, schoenmaker, te NooixliwijF, Hoofd- straat 68. Handelsvennootschap onder de firma Very meer en en Co., te Alkmaar, en hare individueeliei leden A. A. M. Vermeeren en Th. A. Koesen* kooplieden. 27 Sept. Th. Lamkamp, winkelier, ten Kale» straat 4 te Amsterdam. Geëindigd door het verbindend worden der ult- dieelingslijst het faillissement van B. M. Joosf em, caféhouder te Utredhl; A. Huberdhtsohe, tim merman, te Heinkenszand'; J. Klinkhamer, koop kamer, koopman in huiden, woonachtig geweest te Rotterdam en J. de Bont, te UK,rech£ Opgeheven wegens gebrek aan actief het fail lissement van J. C. Kerkhof Wijaands, koopman, te Amsterdam, Boelzelaerstraat 74; J. 'Hornessen, te Arnhem en F. Donjacour, vroeger te Tilburg. houding van zijn oom maakte hem nog ver- legeuer. „Ik heb een verzoek tot u," nam hij na een oogenblik weer het woord. „U bent zelf of ficier geweest u zult ook wel eens in den toestand geweest zijn, schulden te hebben gemaakt; de oorzaak daarvan behoef ik n niet uiteen te zetten. Hugo heeft mij zoo nu en dan geholpen, maar ik ben daar niet mee klaar gekomen, en hoever het salaris van een tweeden luitenant reikt, weet u ook wel." De heer Von Weilen greep zwijgend in een Kistje dat op de tafel stond, nam er een 6igaar uit en begon deze vol behagelijkheid te rooken. „Dat zou nu zoo erg niet zijn, wanneer ik met ^in handen van een woekeraar gevallen was> Alfred voort; „die man heeft geen medelijden, hij eischt zijn geld, en dreigt met de strengste maatregelen! De wissel is heden vervallen. Ik heb mjj alle moeite gegeven uitstel te krijgen; hij wil dit alleen toestaan onder voorwaarden, die mij onteeren. Ik zou den schurk bij mijn kameraden moeten aan bevelen, zou in den volsten zin van 't woord zijn agent worden en daartoe zal ik nooit kunnen besluiten. Wanneer u mij de som zoudt willen leenen, zou ik daarvoor zeer dankbaar zijn; ilc verplicht mjj mondeling en schriftelijk op mijn eerewoord, u het geld terug te betalen, zoo gauw ik kan." „Hoe groot is de schuld," vroeg de grond bezitter. Ir, «Twee duizend thaler. Ik heb er zevemhon- ;derd voor gekregen." „Heeft die man een eerebekonlenis!" VENTILATIE VOOR BIECHTSTOELEN! De Aartsbisschop van Philadelphia (Ver. Sta ten) Mgr. Prendergast, heeft zijne reis uit Ier land naar Philadelphia bespoedigd, om een niet alledaagsche roden. Onlangs hadden in de rijen zijner geestelijkheid vele sterfgevallen plaats en een voornaam geneesheer maakte er nu Z.D.Hl opmerkzaam op, dat het alleen priesters waren, verbonden aan kerken, waar de biechtstoelen kleine kokjes zijn, donker en zoid:r ventia'ie. Genoemde dokter meende, dal, als daar geen verbetering in kwam, het sterftecijfer even hoog zou blijven, of zelfs stijgen. Deze zaak, zoo zegt de „Univers" houdt de kerkelijke autoriteiten in Amerika op 't oogen blik ernstig bezig. In de meeste kerken is elk verlorene hoekje goed genoeg voor een biecht stoel. De architecten schijnen volkomen onbe kend' met het aantal uren, dat een priester moe(i| doorbrengen in zulk een beperkte ruimte en daarom is het niet van nul ontbloot, eens lt(e wijzen op de ongunstige hygiënische omstandig heden waarin vele priesters uren achtereen, in de lastige houding moeten doorbrengen tot ver- vulling hunner priesterlijke bediening. En daar- Een souvenir!.... Het D. D. meldt, dat de kolonel-comman dant van het 4e regiment huzaren heeft be paald, dat een ieder die het regiment ver laat, of met groot verlof vertrekt, indien hij dit wenscht, ter herinnering aan zijn dienst tijd een plaat kan krijgen, met fotografieën het regiment betreffende. De levensstandaard in Holland. Verleden week is in 33 garnizoensplaatsen de aanbesteding van aardappelen gehouden. Merkwaardig is het na te gaan hoe het be drag waarvoor die verschillende plaatsen het minste werd ingeschreven, nit elkaar loopen. Bovenaan staat Middelburg, waar slechts een biljet was van 3.07; onderaan Gronin gen, waar het minst werd ingeschreven voor 1.59. Wij vinden er de volgende cijfers: 1.62, f 1.65, 1.80, 1.88, 1.90, f 1.92, 1.94, f 1.96, f 1.97, f2.05, f2.07, f2.11, f2.12, f2.13, f2.14, 2.22, 2.23, 2.25, 2.33, 2.36, f2.88, f2.63, f2.64, f2.65, f2.71 en f2.98. IJMUIDEN, 1 October ZO®. .Geamvmjd 1 October, Nyrooa, s. Liverpool. Nordlyset, s. Libau, inlalair Rotterdam nte bijlegger. Juno, s, Pernoyiken. NEDERL. STOOMVAARTLIJNEN, Grotiue, vain Batavia naar Amsterdam; yterbrok 30 Sept. vap Algiers. Kambapgap, v|an Amsterdam ft-: Batavia; ylertrok 1 Oct. vaiu Hamburg, iMepadoi, vap Batavia naar Rotterdam, pass, 30 Sept. Gibraltar. Hollapdia, vap Amsterdam P. Buenos Ay- res, vertrok 30 Sept. vap Lissabon. Prins Fred. Hendrik, van Paramaribo P. Amsterdam, pass. 29 Sept. St. MicihaeLa. Achilles vertrok 80 Sept. vap G irgcpti, Piaar Catania. Bacchus vertrok 1 Oct. vap Holtenau p. Six Petersburg. Clio arriv. 30 Sept. te Varna vap Constop* tipopel. Neptupus arriv. 28 Sept. ,te MJalaga vap Iviza. UraPus Vertrok 80 Sept. vap M]a,ls,ga. ft, Oartliagena. De womlcrhoed. De Engelsche mode is meestal zeer praclisph: zij tracht sleedis elegantie met lage prijzen Itp verbinden. Onder de Engelsche dames vindt zij dan. ook steeds volgelingen, als zij leisj dergelijk» lanceert. Dezen winter brengt die Engelsche mol de de „octp-ho'ed", het wonder, dat van een enkel hoofddeksel acht verschillende vormen tooverL Vooral de echtgenooten, die deli ooge rekeningen bij de modiste moeten belaliem, zullen dazen hoedi met gejuich begroeten. Het is nauwelijki to gelooven en toeh is het de waarheid: uWj het gemakkelijk te vervormen stuk stevig Laken, waaruit het (ooverlioedije bestaat, kunnen ba- kwatne handen niet acht, maar wel een dozijn (verschillende vormen maken. Men kan dit hoofd deksel in den vorm van een koket mutsje dra gen, echter ook als „groote schuit" en als hoed met een opgeslagen rand. Houdt de draagster van geschiedenis, dan maakt zij er een Napoleon- steek uit of een Tudor-hoed van. De wonder- hoedjes worden zoowel van fluweel als van la ken vervaardigd en men kan ze aan beide zijden dragen. VAN ELDERS FAILLISSEMENTEN. Failliet verklaard: 23 Sept. J. C. Bakker, handelsreiziger, te Am sterdam, J. M. Kemperstraat 68. Dinsdag 1 Oct. (8 u v.m.) Plaatsan !zcr in 24 uur hoog lager Keulen. 87.81 0,- 0,05 Lobit. J0.49 0,- 0,17 Nijmegen 8.26 0,09 8t. Andr. Waal. 8.88 0,07 Arnhem. 8.26 0,- 0,06 Vreeswijk Lek, 0.— 0.— 0,- Wester voort. 8.88 0,- 0,- Deventer. 2.86 0,- 0,07 Kampen 0.28 0.— 0,04 Maastr. brug. 41.61 0.— 0,02 hoofdei. 41.48 0.— 0,11 Venloo. 9.12 0,- 0,11) Grave. 5,50 0,- 0,08 Bt. Andr. Maas, 1.81 0,02 0,- Amsterdam, Kanaalwater 8u. 0.49 MAI 12 0,51 212 0,6 i Stads wat er. 8u. 0.49 MAP 12 0.51 2' 9 .58 Amstelwater, 8 u. 0 49 MAP 12 0.64 2 y,0.68 Zuiderzeew. 8u. 0.68 MAP „Helaas, ik heb lang beproefd dit uit te stellen; maar de woekeraar wilde niet an ders en^ toen zat het mes mij op de keel. Hij dreigt mij de eerebekentenis aan mijn regiments-commandant voor te leggen. U weet dat ik dan verloren ben." „Verloren ben je in ieder geval", zeide oom, terwijl hij de asch van zijn sigaar streek; „reeds het onderzoek tegen je broer brengt je bij je kameraden in een bedenke lijke positie. Zijn veroordeeling zou je waar schijnlijk dwingen, je ontslag te nemen." „Ik vertrouw vast op zijn vrijspraak, oom!" „Hm, zijn vrijspraak wegens gebrek aan bewijs is in deze omstandigheden erger dan een veroordeeling. Ik kan je ook het verwijt niet besparen, dat je zeer lichtzinnig gehan deld hebt. Je weet hoe gevaarlijk het is, een eerebekentenis af te geven „Ik kon my niet anders helpen!" „Dat verontschuldigt je niet!" „Uw verwijt is gerechtigd, maar met ver wijten alleen word ik niet geholpen," zeide Alfred ongeduldig. „De wissel moet nog he den voormiddag ingelost worden, en ik zie geen anderen weg mij het geld te verschaf fen". „Je hadt je den gang naar mij kunnen be sparen", antwoordde von Weilen koel, „ik zal je wensch niet vervullen. Het is tegen mijne inzichten je lichtzinnigheid te bevor deren; bovendien ware die groote som on vermijdelijk verloren. Al los je de wissel ook in of niet, je ontslag moet je toch nemen binnen korten o flangen tijd, en wat er dan -on je worden moet, mag God weten. Ik zou je voor dit oogenblik kunnen hel pen, maar het geld is weggegooid." Het gezicht van den jongen man was nog bleeker geworden en het bewegen van zijn mond verried den storm in zijn binnenste, welke hij moeilijk bedwingen kon. „U kunt op de terugbetaling met alle ze kerheid rekenen", zeide hij. „Je doet een belofte, zonder na te denken of je die wel eens zal kunnen nakomen", antwoordde de grondbezitter. „Ik heb met je tante reeds gisteravond alles besproken; ik ken wel vooruit begrijpen, dat je tot ons zoudt komen. Zij deelt mijn inzicht en ver wacht, dat deze bittere ervaring je een ern stige les moge zijn." „Is dat uw laatste woord, dan kan ik het alleen maar betreuren dat ik hier hulp ge zocht heb", antwoordde Alfred opgewonden; „wees verzekerd, dat ik u nooit meer zal las tig vallen." Na deze woorden ging hij naar het terras en wenkte den bediende, die mot het rijpaard voor het huis heen en weer liep; eenige mi nuten later sprong hjj in den zadel en reed weg. Wat nu! Het was hem onmogelijk zich heldere gedachten te vormen; hij moest de dingen maar op hun beloop laten. De advocaat Leitenring was een vriend uit zijn jeugd; zou hy zich vertrouwelijk tot hem wenden, hem vragen den woekeraar te be zoeken en probeeren met hem de zaak in orde to makent Het zou in ieder geval geen schade doen. De advocaat was een energieke man en mis schien lukte het hem den woekeraar vrees aan te jagen, het onrechtmatige van zijn handeling te bewijzen en hem daardoor te dwingen den uitstel toe te staan. Toen hij terug kwam, trof hij zijn moeder niet thuis. Met haar wilde hij nog eenmaal praten; misschien had zij intussehen over zijn ongelukkigen toestand nagedacht en een anderen uitweg gevonden. Het werd middag. Een gerechtsambtenaar kwam om de vervallen wissel aan te bieden en protest aan te teekenen. Alfred twijfelde er nu niet meer aan, dat het den woekeraar ernst was geworden. De nare toestand, de nood bracht hem op een idée. Hij ijlde naar zijn vriend. Mr. Eduard Leitenring was een gezocht advo caat een talentvol jurist, die zich door het schitterend ten einde brengen van zijn eerste proces, dadelijk een uitstekenden naam be zorgd had. Hij was nog jong, ongetrouwd en in alle kringen zeer gezien. Hij ontving zijn vriend in zijn werkkamer, waar hij bezig was aan 't bestudeeren van een rechtszaak. Alfred had zich naast zijn schrijftafel neergezet. „Je moet me helpen", zeide Alfred, buiten adem; „ik bevind mij in een ongelukkige positie." „Je hadt eerder bit mij moeten komen", zeide de advocaat kalm. „Dan was de zaak zoover niet gekomen". „Je weet dus...." „Je moeder was vanmorgen by me en heeft me allee verteld. Ik hoop dat je er niet aan twijfelt dat ik graag jou en je familie wil helpen." „Het zou een beleediging voor jou zijn, wanneer ik daaraan twijfelde, maar kun ja me helpen!" „Jawel, ik heb al wat bereikt." „Zoo, en dat is!" vroeg Alfred, hem vol verwachting aankijkend. „Grunewald zal zijn bedreigingen niet ten uitvoer brengen, tenminste vandaag nog niet „De wissel is al aangeboden." „Dat moest gebeuren, om de vordering in ieder geval rechterlijk vast te stellen." 1 „En zal hij den overste niet aanspreken „Neen." „Ik smeek je, Eduard, maak aan die g&\ schiedenis een einde: ik begrijp jo woorden niet. Je spreekt me van een zekerheid die m< doet verbazen, maar die me ook doet ongo< rust zijn." „Ik beu bij den woekeraar geweest", an woordde de advocaat; „uit de mededeelingei van je moeder kon ik opmaken, dat er geei oogenblik te verzuimen viol." „Brave kerel, daar kan ik je nooit genoog voor danken," zeide Alfred en ademde diep terwyl hij hem de hand reikte. „Je oom was gisteren bij hem....'* „Welke!" (Wordt verrolgd))

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1912 | | pagina 6