1 JIVE
fc
i
HET SEHEIMZiüMIGE HUIS
I KONINGSTRAAT.
De tariefsherziening en de
Middenstandsbedrijven.
Au Bon Mmwcfoé
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Rond de Liturgie.
Goedkoonste adres voor karpettenf Tafeïkleedeny enz. is P. J. JAÜ5SËIiy Anegang hoek WarmoBSstraat
:%1 9
van Dames- en Heeren
en Kinderkleeding.
oyons
Bas3?*i©m"EBr>iS!iiselL Barodfsctioeneii voos* alle gelegenheden.
Grootste en sjeest s
J| gesorteerds magazijnen
Steeds het nieuwste.
- Beslist lage prijzen.
99s
ftUILLLl Üb
NIEUWE NAARLENSCHE COURANT
garrirrx—bbw ui i ,i in—, m iiihiimi nwctma ta^aim.ji min—j>_ jaj—bb——mbw^w^—w^—mb——■ww—ofMatg wi i ibii..uijul.u .a^o-uan—
I
L~
Het is een opmerkelijk, feit, dat vele mid
denstanders van weinig ingenomenheid met het
voorstel tot herziening van het tarief van in
voerrechten blijk geven.
Zij meenen veelal daarin een uitsluitend© be
voorrechting der fabrieksnijverheid te zien. Ge
heel ten onrechte evenwel, daar de als gevolg
van de beschermende rechten te verwachten
ontwikkeling dor nijverheid alle andere bedrij
ven en niet het minst den middenstand ten
goede komt.
Niet te ontkennen valt intusschen, dat er
ook enkele schaduwzijden zijn aan te wijzen.
Niemand heeft méér het „groote gevaar"
voor de middenstandsbedrijven in helle kleuren
afgeschilderd dan do heer L. B. J. Gorris in
zijne redevoeringen voor de Algemeene Winke-
liersvereenigingen te Amsterdam en te 's-Gra-
venhage. Zijn fout is evenwel, dat hij (bewust,
of onbewust) de groote voordeelen eenvoudig
heeft verdonkeremaand en alzoo zijn gehoor
eenzijdig inlichtte
Bijzonder opmerkelijk is het, dat deze vrij
handelaar bij al zijn zoeken naar argumenten,
niet in staat is geweest ook maar één krachtig
argument te berde te brengen, doch zich heeft
moeten bepalen tot het wijzen op nadeelen, die,
zelfs al zouden zij werkelijk te duchten zijn,
toch geen der levensvoorwaarden van de mid
denstandsbedrijven ook maar in het minst kun
nen aantasten.
Behalve de gewone „argumenten", ontleend
aan de vrees voor algemeen© duurte, trustvor
ming, représaille-maatregelen, enz., die reeds
zoo dikwerf afdoende zijn weerlegd, noemt hij
bijzonder als nadeelen voor de middenstands
bedrijven: beperktheid van keuze en eenvor
migheid in modellen, nadeel voor agenten en
grossiers in buitculandsche voortbrengselen,
meerder beuoodigil bedrijfskapitaal en grooter
bedrijfsrisico (als gevolg van grooter voorschot
voor invoerrechten), verhooging van den loon-
standaard der bedienden, voorsprong van on
eerlijke kooplui, dio het ingevoerde to laag heb
ben aangegeven, concurrentie van fabrikanten
ioor verkoop aan het publiek zonder tussehen-
personen, en verlies van het voordeel (van
Nederlandsche handelaars) in het buitenland
goedkooper te kunnen inkoopen dan de buiten-
la ndsche winkeliers.
Beperktheid vnu keuze on eenvormigheid in
modellen verwacht hij als noodzakelijk gevolg
van de omstandigheid, dat de winkeliers meer
dan thans zullen zijn aangewezen op afname
van de binnenlanibehe nijverheid. Hij wijst
daarbij op de „grenzelooze eentonigheid" in
modellen vooral in Amerika en noemt dit uit-
sluitend geyolg van de hooge rechten.
Zeer waarschijnlijk zal dit nadeel bij de voor
gestelde betrekkelijk lage rechten zich in Ne
derland niet doen gevoelen, daar de binnen-
Dit artikel is ontleend aan de „Uitgaven
der Tariefvereeniging".
landsche nijverheid den voorsprong op de bui-
tenlandsche noodzakelijk moet behouden en dus
voor voldoende keus in soortgelijke waren zal
moeten zorgen, te meer daar de voorkeur van
het Nederlandsche publiek voor vreemde voort
brengselen toch altijd zeer groot blijft en dit
publiek daarom spoedig geneigd is, b!j be
perktheid van keuze en eenvormigheid van mo
dellen in het binnenlandsehe voortbrengsel, on
danks den hoogeren prijs, liet bui tenia ndsche
te koopen. Eigen belang (ook geprikkeld door
de vermeerderde binnenlandsehe mededinging)
zal de binnenlandsehe fabrikanten nopeu ook
voor ruime keuze zorg te dragen.
De hooge invoerrechten in Duitschland,
België en vooral Frankrijk hebben dan ook
geen beperkte keus of eenvormigheid ten ge
volge gehad, De- „grenzelooze eentonigheid"
van modellen in Amerika zal vermoedelijk wel
hoofdzakelijk oorzaak vinden in de weinig ver
fijnde beschaving va.n het groote publiek in dat
land. Het schoonheidsgevoel en de goede
smaak van het Nederland,sche publiek, zoo te
recht door don heer Gorris in zijn rode gepïo-
zen, zou een dergelijke, eentonige, doch naar
Amerikaansche begrippen „practische" eenvor
migheid, voorzeker niet dulden.
Dat de agenten en grossiers in buitenliand-
schc voortbrengselen aanvankelijk misschien
eenige schade zullen lijden, kan moeielijk wor
den tegen gesproken, doch ook hier wordt sterk
overdreven.
In de eerste plaats doet men het voorkomen
alsof de tariefsherziening de buitenlandsche
mededinging op slag onmogelijk maakt. Dc
vermindering in die medxlinging zal natuur
lijk langzaam eu geleidelijk zijn en verband
houden met de geleidelijke uitbreiding van de
binnenlandscho nijverheid, die ook niet dade
lijk aan de geheele behoefte kan voldoen.
In de tweede plaats hoeft dc uitbreiding der
hinnenlandsohe nijverheid als gevolg meerder
vraag naar vertegenwoordigers van het bin
nen landsch voortbrengsel, terwijl bovendien de
invoer van onbelaste warm en van w '.son, die
bier te lande niet kunnen worden voo. .ge
bracht, sterk moet toenemen, als gevolg van
het grooter verbruik door de verhooging van
de koopkracht van het geheele volk.
Gevrdosd wordt verder mededinging van fa
brikanten door rech'tstreeksche levering aan
bet publiek. Maar is dit geen argument ten
gunste van het. protectionisme?
Do hoer Gorris acht dit nadeel noodzakelijk
gevolg van bemoeilijking van don uitvoer en
beperking van het afzetgebied.
Dat uitvoer bemoeilijkt wordt moet eerst nog
bewezen worden. Tegenover het nadeel van
verhooging van der loon standaard, die toch
ook niet plotseling stijgt, staat het voordeel van
grooter afzet in het .binnenland, waardoor eco
nomischer voortbrenging (in verband met groo
ter omzet en vermindering van bedrijfsonkos-
ten) mogelijk wordt.
duist door de hoogcre invoerrechten wordt
de omzet van de Nederlandsche fabrikanten
grooter, omdat de buitenlandsche mededinging
vermindert. Bij hoogero rechten heeft dus d©
Nederlandsche fabrikant minder aanleiding
zich op détail verkoop toe te leggen, terwijl
daarentegen bij lage rechten de scherpe mede
dinging van binnenlandsehe en buitenlandsche
fabrikanten den afzet beperkt, waardoor meer
neiging bestaat tot rechtstreekschen verkoop
aan particulieren.
Do meerdere behoefte aan bedrijfskapitaal
en het grooter risico (gevolg van do vermeer
dering van het voor te sobieten bedrag voor
invoerrechten) ie een nadeel, dat alle winke
liers, die vreemde voortbrengselen in voorraad
hebben, zonder onderscheid, treft. Zij staan
daarin dus allen gelijk, en kunpen daarom de
meerdere rente van het bedrijfskapitaal en de
grootere risico verhalen op hunne afnemers.
(Slot volgt.)
Een genezing op hot Valhaau
Vóór eenige dagen deed opnieuw want
het gebeurt den iaajtsten lijd bij herhaling
Oen geruislil de ronde betreffende een genezing,
die bij een Pauselijke audiëntie zou hebben
plaats gehad.
Het betroif ditmaal zekere P. de Beaumond
uit Viilenave d'Ornon (Frankrijk-dep. Gironde),
die, in gezelschap van zijn mosder ter audiëntie
bij den H. Vader toegelaten, plotseling het ge
hoor terugkreeg.
Een der lezers van de. „Msb.", die van hel ge
beurde uil. de bladen karmis nam, stelde zich
per brief in verbinding met den jeugdigen ge
nezen© en ontving van hem een schrijven terug,
waarin (de knaap zijn genezing verhaalt, welk
schrijven bier vertaald vo'gt:
„Wij bevonden ons met 14 personen in de
audiëntie zaal van den H. Vader. De Paus liet
iedereen, 'die hem om zijn zegen vroeg, zijn
ring 'kussen.
Toen de H. Vader bij mijn moeder gekomen
was, zei deze hem: H. Vader, zegen mijn fami
lie en genees mijn. zoon.
De H. Vader liet mij zijn ring kussen. Daarna
zeide ik hemGenees mij. Hij vroeg mijHebt
gij ge'oof? maar daar ik niet hooien kon, ant
woordde mijn .Bloeder: Ja,
Toen ging de II. Vadier een weinig van mij ah
slaand en mei de roctderfiand gaf hij mij een
korten, zaéhlen tik op het hoofd, terwijl Mj
driemaal zeide: Ja<, ja, ja. En ik hoorde drie
maal het waard „ia". Ik zeide liem: „Dank u,
II. Vader, en ik begon tg weenen van ge luit.
Daarna zegende dc H. Vader ons allen en ver
trok'.
Toon zeide ik tot mijn moeder: Ik ben ge
nezen, en sedert dat oogeifbUk hoor ik als ieder
ander en ik ben zeer gelukkig en ik dank den
goeden God, Die ïrrij deze groote gunst bewe
zen (heeft.
Abbé Garnier was de directeur van de laats? e
bedevaart „La France Rome". Hjj zelf heeft,
na mijn genezing geconstateerd te hebben, haar
in do bladen doen bekend maken."
Het complot.
Naai' uit Parijs wordt gemeld, heeft zich daar
voor eonigo dagen oe volgende historie afge
speeld
„Mijnheer de commissaris van 'politie, ik heb
de republiek uit een groot gevaar gered". Met
die woorden snelde een. oude vrouw, die er uil
zag als een o Me koopvrouw in groent eg, het
politie-bnreau binnen van het dertiende arron
dissement. Een reusachtige sleutel Held zij in
haar hand. „Ik heb een complot ontdekt en
de samenzweerders zijn a len ongesloten. Lk heb
do regeering gered en verlang t. t; Maks-depot."-
Toen do commissaris yan Min r-t assing be
komen was, vroeg hij:
„Maar waar zijn dan uw samenzweerders?"
„Ia, dat weel ik niet meer precies, ik geloof
in Maras...."
„Die gevangenis bestaat: toch niet méér," Wierp
do commissaris tegen.
„Ta. Ja... dan weet ik 'l nioriMaar dal
hindert niet. Ik weet zeker, dat ik ze opgej-
sloten heb. Hier is dc «leutel. In ieder geval
wil Lk oen tabaksdepot."
De commissaris twijfelde cr niet aan, of hij
had met een krankzinnige te doe Hij naim
den. stoute! aan, beloofde bet depot en liet de
vrouw in verzekerde bewaring brengen. Een
kwartier daarna >ag hij een zijner agenten afs
een wervelwind hot bureau binnenstormen
„Op.don Boulevard Sèjut Marcel is iets onge
boeids gebeurd. In elm zekere gelegenheid
voor publiek gebruik zijn een aai t vsonem
opgesloten. Zij .schreeuwen als wau. -op ven en
dreigen de deuren iti 1e trappen. Overal "O-kit
men naar de sleulelbawaarster, ,ua>: <i© is
ncti Ie vindén."
De commissaris begreep nu onmiddellijk al
les. Hij bad den sleutel van hel geheim. Hij
ging met d en agent mede naar de bewustl.e
plaats en deed dc deur open. De bevrijdden
vluchtten, voor men hunne identiteit kon vast
stellen, onder het gelach der menigte, die te
hoop geloopen was.
Een fantastisch ontwerp.
Niels van alles wat uit Amerika komt lean
ons nog verrassen.... Toch zijn ditmaal de Ame
rikanen zelf zeer verbaasd over het groolscfie
ontwerp van een hunner landgenoot en, de be
roemde ingenieur Livingstone Riker, van Brook
lyn,d ie, voor de kleinigheid van oen milliard
frank zich verbindt van Siberië een paradijs
lo maken, Tol nu toe ware.ii de Noordpoobtfe-
ken in dc wereld bekend als uiterst friseli en
al degenen die zo genaderd zijn, klaagden over
het kool onthaal. Riker, van Brooklijn, be
last er zich mee dal alles ie veranderen en be
looft dal men eerlang oranjeboonien zal kivee-
ken bij de Eskimo's. Ziellier hoe zulks zal in
zijn werk gaan: indien men op de oostkust
van Newfoundland een reusachtige» dam bouw
de, van 200 zeemijlen lang, zou deze de ijs
koude stroom van Labrador tegenhouden,
waarvan de temperatuur zon laag is, dat hij
2.000.000 ion ijs per se Sonde kan vormen.
Deze arclisohe stroom gebroken zijnde door den
dam, zou hij niet langer den Golfstroom neu-
(raliseeren, waarvan de warme stroom naar 't
Noorden zou gaan langs de kusten van Groen
land, aan die noordelijke streken de weldaden
van zijn bevruchtende warmte brengend.
Deze aardrijkskundige omwenteling heeft de
belangstelling gewekt van vele Engelsche spe
cialisten, die ze reeds niet meer beschouwen
als een utopie en met geestdrift het boek be
spreken van Riker: De macht en de kanali
satie van den Golfstroom.
Dank zij den reusaohligen dam, schrijft de
Amerikaansche ingenieur, zou de stroom van
Labrador, dichter en kouder, onder den. Golf
stroom doorgaan, wier wateren zeer warm en
dus minder dicht, heiol den Poolkring zouden
bevruchten. Canada, Siberië en de poolwoes;
lijnen zouden, door de verdwijning van de ijsber
gen, vruchtbare stroken worden, met eene idea
le temperatuur.
LIEG MAAR RAAK.
Een igteliefdo dn vteel gebruikte kracht
term uit 'het socialistisch woordenboek.
Bij voorkeur aangewend om het „unfai
re en laag g$lo© van de christelijke leugcn-
ooalitio aialn de kaak te stellen."
De socialistische bladen kunnen dat doen.
Eerlijkheid om waarheidsliefde zijn hun
eerste stelregels. Hun daden zijn er de af
spiegeling via;n
Zóo zou men denken ate men niet heter
wist.
De feiten zijin echter zoo geheel anders.
Het moest krasse staaltje vtan de laatste
dagen is wol het 'Volgende. Een socialis
tisch weekblaadje in Utrecht vcranhijloand
h'ajd hét 'Volgende stukje opgenomen.
TVRANNI E OP GHRISTELIJKRN:
GRONDSLAG.
„Het schijnt aan do Kromme Nieuwe
Gracht, de plaats waar onze voormalige
Coöperatie „O© Eendracht" stond, en na
dien de R. K. St. Grog'oriussohooi is verre
zen, in de grondslagen te zitten, dat er
zoo'n groote onverdraagzaamheid heersoht.
„Wij weten nog zeer goed hot spel daar
afgespeeld met otnze tegenstanders van de
moderne arheidsheweging. Zico gaat het er
nu wtter, maar in anderen vorm, en onder
andere omstandigheden. Een zekere H.
Grootenhute, wonende OeUebroaderstraat in
een der eigendommen van h.g.n. gesticht,
is sinds St. Grogoriuis op de K. N. Gracht
is geplaatst, daar concierge. Méérmalen
kwam het tuesdhen Groot.enhuis en de daar
oenwezige paters tot hevige twist wegens
de aanhoudende pesterijen, zooals 'dat hij
niet mocht rooken, terwijl er in het gesticht
door do paters voor honderden guldens aan
fijne sigaren wordt gerookt. Hiet werd hem
verbaden oen "fonograaf in huis te hebben,
terwijl het in 't gesticht aan geen muziek
ontbreekt, want er hecrscht onder de patere
de grootste pret,, met begeleiding van piano,
viool en mandoline. Toen nu voor eenigen
tijd Grootenhuis' Vrouw ziek werd, (zij was
longlijdster) meest hij 's morgens ate hij
in 't gesticht kwam, worden ontsmet; of dat
met vrij water gebeurde weet ik niet. En
nu zijn vrouw eenige dagen geleden is over
leden, en hij met vijf nog zeer jeugdige
kinderen achterbleef, is hem de dienst op
gezegd binnen veertien dagen moet hij ver
trekken en z'n woning, tdio inmiddels is
ontsmet, verlaten, met de boodschap er hij,
dat hij 'na dien g-acn loon meer krijgt. Daar
staat hij nu werkeloos, aan den vooravond
van den winter, niet wetende waarheen.
„Zoo treden de paters op van den barm
hartiger St. Gregoriusl De main heeft de
tnsschcrk'omst ingeroepen vtaln "Wethouder
Vatn Dieren Bijvoet, om door zijn bemidde
ling op de Reiniging geplaatst te worden;
of 't hem lukken za,l, zonder de arbeids
beurs, te een vraag vlam
CERBERUS.
Het „Centrum" schrijft hierbij nu het
vol gende
Nu waren we niet van plan geweest .op dit
geschrijf nader in te gaan men zou dan
wel dagwerk hebben als niet de be
trokken persoon aan oins bureau was geko
men om tie vragen of wo dat „smerige stuk
je gelezen hadden" en „of we eens wilden
schrijven in de krant dat het heelemaal
gelogen was."
Uit het verhaal, dat H. Grordhuis (niet
H. Grootemhuis, zooals het weekblaaidje
meldde) ons deed, bleok
le. dat Grordhuis nog nooit twisit heeft
gehad met de fraters.
2e. Van pesterijen nooit iets heeft gemerkt
3e. Een verbod van rookten niet bestaat;
G. rookt den h celen dag.
CXXVI,
Eerstc-steenlegging eener R. K. Kerk.
(Vervolg.)
Op don dag voor de perste-steenlegging be
paald, betreedt de priester, vergezeld van meer.
dere andere geestelijken, het bouwterrein. Vóór
het geplante kruis ligt een tapijt uitgespreid,
waarop een tafel staat, welke met een witten
doek bedekt is. Op die tafel bevinden zich da
benoodigdheden voor de plechtigheid, te weten;
de eerste steen, eea wij w-atc-rsv-at met kwast,
een mos of beitel, do priesterlijke gewaden voor
den priester en superpli's voor de andere gees
telijken.
Na zich met de albe, witte stool eu witte
koorkap bekleed te hebben, besproeit de wij ter
de plaats, waar het kruis geplant is, met wijwa
ter, terwijl het koor intusscken de antiphoon
aanheft: „O Heer Jezus Christus, plant het
teek en das hoi Is op deze plaats, en laat niet toe,
dat de engel des verderfs hier ver wijle 1" I)an
zingt men den 83sten Psalm„O Heer der Heer
scharen, hoe liefelijk zijn uwe tabernakel :a
den psalm, waarin de Kerk hare vreugde uit
jubelt, dat zij wederom een tempel, een altaar
rijker gaat worden, onder welks schaduw het
goed zal zijn te verblijven, wijl God, vol genade
en waarheid, hier zijn woonplaats gaat opslaan.
De wijder keert zich vervolgens naar de door
hem besproeide plaats en smeekt in een over
heerlijk gebed, dat God, die, hoewel hemel en
aarde Hem niet kunnen bovatten, nochtans hier
op aarde Zijn woning wil hebben, waar Zijn
naam voortdurend wordt aangeroepen, dat Hjj
door de verdiensten van de H. Maria altijd
Maagd, en van de(n) Heilige(n) N. (hier wordt
de naam van den toekomstigen kerk pa troon
voor het eerst plechtig vermeld) 'en van alle
Heiligen deze plaats mot een genadig oog moge
beschouwen, dat Hij ze reinige en rein behoude
en dat, gelijk Salomon den bouw des tempels,
door zijn vader David bedacht, gelukkig heeft
voltooid, ook deze bouwwerken met gunstig go
volg ten einde gebracht mogen werden,
Nu wordt de eerste steen gezegend.
4e. Nooit iets door de fraters over de 'fo
nograaf te gezegd.
5e. Cnternotteri nooit heeft plaats gebald,
be. Dat het al lamg het plan was cm
U wiens vtrouw ziekelijk was, ontslag te
geven, niet omdat op G. iets was aan te
merken, maar alleen omdat vrouwelijke hulp
Jf? sell ooi niet gemist kon worden.
lydens de langdurige ziekte van G.'e
Vrouw dacht do overste er niet aam em over
ontslag te praten, ook omdat men G. niet
wilde beroovan vain inkomsten, waarvan hij
versterkende middelen vootr zijn vrouw kon
koopen. Toen nu eenigen tijd geleden de
vrouw gestorven te werd aan het reeds oude
voornemen uitvoering gegeven en G. met
w ?n Z*®1 wwd de dienst opgezegd.
Het slachtoffer van d<oz>e siahajndelijike ,,ty-
Pannie op christelijken grondslag" drukte
alleen zijin spijt uit, dat hij door treurigla
omstandigheden deze betrekking niet lan
ger kon waarnemen, maar hij had allen lof
over de fraters, met wie hij steeds prettig
en aangenaam hoeft gewenkt.
Het feit, dat hij zelf om een tegenspraak
kwam verzoeken, zegt alles.
Het mooiste van alles is, da,t het week
blaadje, dat dit schandelijk leugen bericht
m zijn kolommen afdrukt, op de voor par
gina oen hoofdartikel heeft, waarin deze
liefelijke ontboezeming aan het adres der
coalitie: „Gegrondvest op leugen, moet ide
ooaJitie door leugcm zich trachten te hand-
haven en vendedi Ê^en, en venrioht z,ij daden,
die de brandmerken van leugen en bedrog
duidelijk zichtbaar dragen."
Opnieuw het bewijs: Bij de sioctiialistefci
staat men voor niets; als er m aar propa
ganda te maken is.
HET AANWERVEN VAN ARBEIDS
KRACHTEN VOOR DUITSCHLAND.
De directeur der gemeentelijke arbeids
beurs te Rotterdam ontving van den di
recteur der Nederlandsche Arbeidsbeurs te
Oberhausem do volgende modedeeling:
„Zooals zoovele malen melden zich ook
nu weder hij mij op het Bureau verschil
lende arbeiders, die door do Deutsche Feld-
T *17 -
99
door
ALFRED HUGO-
25.
„Gelooft u mij te kunnen dwingen?"
„Als je niet gehoorzaamd, is er onder dit
dak geen plaats meer voor je!" riep hij woe
dend. „Zie dan maar, waar je blijft; ik be
kommer mü met meer om jou. Dat is mijn
laatste woord: denk erover na! Morgen komt
Tobias Haberlein"-
Helene drukte de handen tegen haar borst
ze was in de ongelukkigste stemming
„Ik heb u alles gezegd, wat ik zeggen moest,
om u de onmogelijkheid u te gehoorzamen,'
te bewijzen", nam zij nog eenmaal het woord.
„Voor den goeden God en mijn geweten kan
ik deze gehoorzaamheid verantwoorden, wel
ke gevolgen dat ook hebben mag: die zie ik
kalm en zonder vrees tegemoet. Ik kan wer
ken, heb er mijn handen voor, ik zal het
met vreugde doen, en de goede God zal met
mij zjjn."
Helene ging hierna uit. Grunewald wist
niet hoe hii kiiken moest en wat hij doen zou.
„Ze zal zich moeten bezinnen", bromde hij;
i „tegenover zulke kinderachtige domheden
j moet je hardnekkig blijven. Wanneer zij in
ziet, dat ik mij niet bewegen laat, zal ze zich
wel onderwerpen. Werken? Zij weet niet
hoe zuur de arbeid is, en hoe bitter het brood
van anderen smaakt. Bah, daar breek ik mijn
hoofd niet langer overl Ze zal wel gehoorza
men, wanneer ze ernstig en rijpelijk ovct de
zaak heeft nagedacht."
Boven, in haar kamer stond Helene voor
het kleine portretje, dat zij van haar moeder
bezat.
„O, als u nog maar leefde, dan zou alles
anders en beter wezen," fluisterde ze zuch
tend. zoudt niet gewild hebben, dat uw
kind uit uw huis de wereld ingejaagd werd!"
Het was een m-oeilijke stap, en toch scheen
j hij gedaan te moeten worden.... Zij rilde bij
do gedachte aan de ontmoeting met dien
man, wiens vrouw zij worden moest
Al bezat haar vader ook de macht niet,
haar tot dit huwelijk te dwingen, zoo kon
hij haar toch het leven ellendig en ongeluk
kig maken, en dat hij dit doen zou, „om haar
voor hare ongehoorzaamheid te straffen,"
leed geen twijfel.
De eenige vriend, die haar nog overbleef,
was M. Leitenring. Hij had zijn hulp en bij-
stand aangeboden en nu was het oogen-1
blik aangebroken, dat zij van dio hulp ge-
bruik moest maken....
Ze wilde daarmee niet to lang wachten:
ze kon immers niet weten, welke plannen
haar vader op dit uur nog smeedde
Zonder eenig gerucht te maken, liep zij de
trap af, en toen ze langs de woonkamer
kwam, hoorde ze den ouden man op en neer
loopen. Het knarsend piepen van do huis
deur had zijn aandacht kunnen trekken, en
daarom liep zij den tuin door.
Langzaam opende zij de tuindeur en sjioed-
de zich dan den weg op.
Mr. Leitenring had juist zijn schrijftafel
gesloten, en wilde zijn werkkamer verlaten,
toen Helene binnentrad.
Haar zenuwachtigheid ontging hem niet,
en hij vermoedde al, dat er thuis iets ernstigs
moest zijn voorgevallen. Hij bood haar een
stoel aan en vroeg haar, het voorgevallene
te vertellen.
Helene verhaalde alles. En al sprekende
werd zij kalmer en voelde zij zich verlicht.
Toen ze eindelijk zweeg, zette Mr. Leiten
ring zijn lorgnet dichter voor zijn oogen en
begon:
„Wie de redenen kent, die u het ouderhuis
hebben verdreven, zal u deze „ontvluchting"
niet ten kwade duiden. Maar er zal nog wel
een weg te vinden zijn, om een verwijdering
tusschen u en uw vader te voorkomen; denkt
u, dat Haberlein uit eigen beweging zich zal
terugtrekken, wanneer u hem hebt afgewe
zen?"
„Neen," antwoordde Helene, „hii zal on
danks dat, de inwilliging van het woord ver
langen, dat mijn vader hem verpand heeft!
Beiden gelooven ze, dat ik gehoorzamen
moet, en ze verwachten, dat ik het doen zal.
Tobias Haberlein heeft altijd op een huwe
lijksgift gerekend, en hij hoopt ook eens de
erfenis mijns vaders te krijgenen zóó'n
man
„Maar uw vader mag u niet dwingen...."
„Dat weet ik wel, maar hij kan mij 't leven
ondragelijk maken."
„Nou, ik zal morgen eens met hein praten."
zeide de advocaat na een oogenblik; dan zal
hii wel toegeven, wanneer ik uw weigering
motiveer. Is u besloten, niet meer in huis
terug te keeren?"
Ik kan het niet, mijnheer. En ik be
loof u geen succes van uw onderhoud met
hem: ik ken maar al te goed de taaie eigen
wijsheid van den ouden man. U had mij be-
lood, mij een onderkomen te bezorgen bij
goede menschen; ik heb u gezegd, dat ik
graag iedere betrekking zal aanvaarden en
hoop, dat ik uwe aanbeveling waardig zal
zijn."
Mr. Leitenring was in gedachten verzon
ken, en zijn blik rustte peinzend op het lieve
gezicht van 't meisje, wier wangen kleurden,
toen ze zijn oogen zag....
„Ik zal u bij een dame brengen, waarmee
ik al gesproken heb," zeide hij eindelijk; ,ik
hen overtuigd, dat u harteliik en vriendelijk
zal worden ontvangen."
„En ik zal er ook werk vinden?" vroeg
Helene snel.
j „Werk?" herhaalde hij lachend. „Nu ja, u
maakt u daar verdienstelijk; werk vindt men
altiid, wanneer men er niet van houdt de liau-
den in de schoot te leggen."
„Zoo bedoel ik het niet, mynheerik moet
niet uit genade en barmhartigheid worden
opgenomen."
i „Mijn lieve juffrouw, hebt u vertrouwen
in mij?
„Volle vertrouwen!" antwoordde zij, en in
nige blik van dankbaarheid richtte zij tot
hem.
„Ik dank u.... wilt u mij veroorloven een
j vraag aan u te richten?"
„Ja, natuurlijk!"
„Hoe u ook deze vraag beantwoorden
moogt, in ieder geval blijf ik uw trouwe,
oprechte vriend; dat stel ik voorop. U hebt
mij gezegd, dat u mij uw volle vertrouwen
schenkt; en nu vraag ik u: wil u mij uw
toekomst toevertrouwen?Zoudt u kun
nen besluiten, mijn vrouw te willen worden.?
I Hij zag haar vol verwachting aan: haar
gezicht was rood gekleurd, en ze durfde niet
i naar hem op te zien.
I „Het is toch alleen medelijden, wat u tot'
deze vraag beweegt," zeide ze zacht, met
bevende stem.
„Neen, God, neen!" antwoordde hij snel."
„Geloof mijn woorden, Helene: het is al
langen tijd, dat ik je liefheb. En op dit oogem