J.H.W. GfüINDEIMNN
HET GEHEIMZINNIGE HUIS
JAC. KARSKEMS, Zijlstraat 62, Heeren- en Dameskleermakerij, EHGELSCHE STOFFEN.
Beverwijksch Allerlei.
BUITENLAND.
De oorlog op den Balkan.
brengt steeds het nieuw
ste op het gebied van
Dames- en
Heerenkleeding.
Eigen ateliers onder
leiding van BEKWAME
Coupeurs.
Kerknieuws.
feu Bon
„üoyons.
Haarlem-Brussel. Handschoenen voor alle gelegenheden.
i
KOHIiGSTRAAT,
Waar zou dit „Allerlei" al anders over
gaan, dan over de onlangs gehouden ver
gadering van den gemeenteraad I Wat le
vert al meer stol' voor 'n Allerleischrijver
dan de behandeling van 'n gemoentebegroo-
tingl De gansche gemeente-huishouding pas
seert de revue en dank zij de getrouw
heid der verschillende verslaggevers, wordt
ook Observator in de gelegenheid gesteld,
over het een of ander zijn meening eens
te zeggen. De Beverwijksche gemeente
raad dan verkeert in de gelukkige omstan
digheid, dat de behandeling der begrooting
in één vergadering afloopt. Al duurt die
vergadering dan ook van kwart over negen
tot kwart voor vijf, met een viurtje pauze,
toch hebben we geen 2 of meer weken
noodig om de begrooting te behandelen, zoo
als dit in groote plaatsen, en ook wel in
naburige, minder groote plaatsen voorkomt.
Dit voorrecht, als ik het zoo noemen mag,
wordt in het leven geroepen, doordat onze
vroede vaderen het niet als gewoonte heb
ben aangenomen over alles en nog wat heele
boomen op te zetten. Alleen de voornaam
ste punten lokken discussie uit en dus
il va sans dire zal Observator zich ook
tot de voornaamste punten bepalen. En tot
de voornaamste besluiten die genomen zijn,
behoort zeker wel in de eerste plaats de
verhooging van den gasprijs met cent,
een besluit, waardoor de burgerij zeker niet
al te aangenaam door verrast zal zijn en dat
m.i. als voorbarig en onbillijk niet had moe
ten genomen worden. B. en W., hierin bij
gestaan door de Begrootingscommissic ver
dedigden hun voorstel tot verhooging op
grond van verhooging van den steenkolen-
prijs. Al dadelijk werd het bestreden dooi
den 'lieer Zwager, die het beheer van het gas
bedrijf becritiseerde. Ieder jaar, zeide hij,
heeft de gasfabriek 'n winst afgeworpen,
nu eens meer, dan eens minder, maar het
laatste jaar niet minder dan f 12.000. Geen
peulschilletje, voorwaar, waar de geheele
begrooting voor 1913 nog geen f 170.000
bedroeg 1 'n Riclitig beheer van het bedrijf
schrijft voor, dat een gedeelte van het
winstcijfer wordt aangewend tot vorming
van een reservekapitaal. Doch dit is niet
geschied. Alle winst die is gemaakt is ge
vloeid in de gemeentekas en is gebruikt om
de begrootingen sluitend te maken. Nu zal
de kolenprijs stijgen, waardoor in de ge
meentekas in plaats van f 7500 (de gemid
delde winst der laatste jaren) slechts f 4000
zal vloeien, wanneer althans de gasprijs niet
wordt verhoogd. Gevolg hiervan is, dat de
begrooting niet meer sluit en naar middelen
moet worden omgezien om dit tekort te
dekken. Maar nu gaat het maar niet aan
om de gasverbruikende burgers de dupe
van den gasprijs voor te stellen als het
eenige afdoende middel. Door de behaalde
winsten toch behoefde tot nog toe de Hoof
delijke Omslag niet te worden opgedreven,
waardoor dus de belastingbetalers van deze
winsten profiteerden, en ieder van hen een
evenredig deel van de som, die anders als
gemeentebelasting zou opgebracht moeten
zijn, in den zak kon houden. Welnu, con
cludeerde de heer Zwager en deze conclu
sie lag billijkheidshalve het meest voor dc
hand, laten we nu de lasten niet gelijkmatig
over de gansche burgerij vcrdeelen, dit zou
den wij doen, als wij den gasprijs gaan ver-
hoogen, doch laten wij het tekort dekken
door verhooging van den Hoofdelijken Om
slag, waardoor ieder belastingbetaler, die
vroeger een evenredig deel van de winst
in den zak kon houden, nu een evenredig
deel in het tekort betaalt. Dit zou niet
meer dan billijk zijn, doch hoe billijk ook,
de meerderheid van den Raad ging niet
met den heer Zwager mee; misschien deel
de zij wel de vrees van den heer Gorter
voor opdrijving van den Hoofdelijken Om
slag, maar daarmede valt de onbillijkheid
van het besluit niet goed to praten. Doch
niet alleen onbillijk, ik meen het ook voor
barig te mogen noemen. Volgens verklaring
van den Voorzitter toch, is de aanwezige
steenkolenvoorraad nog tot half Maart vol
doende, dus is het niet noodig reeds met 1
Januari de verhooging voor te stellen. En
zat het winstbedrag, ook bij verhoogden
gasprijs werkelijk zooveel minder bedragen?
De heer Zwager, wees erop, dat in het
afgeloopen gedeelte van het jaar 1912 reeds
ettelijke duizenden M3. meer verbruikt
werden, dan voor 1913 geraamd is, terwijl
de heer La.ngendijk op de begrooting voor
de gasfabriek eenige mooie „afrondingen"
vond. Zoo was het aantal Hectoliters steen
kolen van 35.252 H.L. afgerond op 36000,
dus op 768 H.L., waaruit wordt geprodu
ceerd ruim 17500 M3. gas-, die tegen 7 ent.
per M3. een waarde vertegenwoordigen van
ruim f 1200. Inderdaad een eigenaardige ma
nier van „afronden", die echter met de op
merking van den heer Zwager de vrees
voor een zoo laag winstcijfer vermindert,
en dus voldoenden grond geeft om het ge
vallen besluit voorbarig te mogen noemen
Maar voorbarig of onbillijk, of hoe men
de beslissing ook moge betitelen: er is niets
meer aan te doen; onze vroede vaderen
hebben beslist en dus betalen is de bood
schap, als men na Januari nog van gas
licht wil profiteerenl
Een -paar andere punten, waar veel en
zwaar over gebopmd is, als dc aanstelling
van een politie-inspecteur, de verbetering
van de Koningstraat, dc saiarisrcgeling der
onderwijzers, zal ik maar voor een volgend
„Allerlei" bewaren, d aar ik anders bang
ben te veel plaatsruimte in beslag te ne
men. Doch één zaak meende ik hier nog-
even te moeten memorecren en wel de subsi
die verleend aan het Witte Kruis tot in
standhouding van het Badhuis aan de Meer
straat en de subsidie verleend aan de
Drankbestrijding. Ongeveer op dezelfde
gronden verklaarde de Voorzitter zich te
gen het verleenen dier subsidiën. Het Bad
huis voorziet niet in een volksbehoefte, al
dus de Voorzitter, en als de volkshygiëne,
waarmee het Witte Kruis in haar adres
zoo schermt, zoo sterk bevorderd moet wor
den, waarom stelt de afdeeling de tarieven
dan niet lager? Zeer juist, mijnheer de Bur
gemeester, maar wanneer nu de Afdeeling
door de verleende subsidie nu eens in staat
werd gesteld, om te tarieven te verlagen,
zou zij dan daardoor niet meer dan zij
tot nog toe kon, in een volksbehoefte voor
zien? De Raad ging' dan ook niet met de
meening van zijn Voorzitter mee, en ver
leende de subsidie. De drankbestrijding;
Prachtig, mooi, zei de Burgemeester, doch
waarom subsidiëeren? Laat die vcreeniging
zicli zelf bedruipen! En dan vijf tegelijk!
Morgen kunnen er wel 6 of 7 zijn! Waar
om niet één vereeniging ervan gemaakt?
De heer Zwager vroeg daarna, ol' ook de
S. O. G. T. het adres geteekend had, een
vraag, die hij zelf had kunnen beantwoor
den, als hij even de Memorie van Toelich
ting had opgeslagen, die hij ik weet dit
uit zeer vertrouwbare bron evenals de
andere Raadsleden had ontvangen, en die
hij ook zelf had kunnen beantwoorden, als
hij even bedacht, had, dat de S. O. G. T.
zoowel als de Gereformeerde Vereeniging
in September j.l. is opgericht en dus in
April geen verzoek om subsidie doen kon.
De heer Veldhuijzen van Zanten verdedigde
èndc drankbestrijding èn het bestaan niet
van één, maar van verschillende organisa
ties op een wijze, die hem zeer zeker de
sympathie van alle vereenigingen zal ver
werven en die zeker veel heeft bijgedragen
tot don uitslag der stemming, waarbij met
slechts drie stemmen tegen aan dc drank
bestrijding f 50 werd toegestaan. Niet zoo
zeer om den finantieelen, ook om den mo-
reelen steun, hierdoor verleend, zullen de
drankbestrijders zich zeker verheugen een
blijdschap die hun van ganseher. harte
wordt gegund door.
OBSERVATOR.
DE GEVECHTEN BIJ LULE BOUKGAS.
De oorlogscorrespondent van de Weensehe
„Reiehpost" bij het hoofdkwartier van het
tweede Bulgaarsche leger seint aan zijn
blad een uitvoerig verslag van de gevechten
dor laatste dagen bij Luie Bourgas.
De groote beslissende slag van 3 dagen be
gon na inleidende gevechten, 's Maandags
gevoerd, op Dinsdagmorgen. Toeu reeds
kwam liij in een beslissend stadium, daar
de Bulgaren bij Bunar Hissar met groot ge
weld tot den aanval overgingen.
Op dezen vleugel trachtten de Turken bet
gevaar, dat hun terugtrekkingslinie tenge
volge van den toen begonnen opmarseh dei-
Bulgaren over Sarojy Katalduba bedreig
de, door een offensief optreden uit de rieh-
ting van Saraj over Viza tegen den linker
Bulgaarsche vleugel te bezweren.
Het was den Turken reeds gelukt voor
uitgeschoven troepen der Bulgaren tot over
de lijn van Bunar Hissar terug te drijven,
toen Dinsdag door de Bulgaren een krachti-
gen tegenaanval werd gedaan op den rech
tervleugel op de Turksche linie Hadzifakli
Monastirdagh. De voorste linies der Turken
werden door dezen verrassenden en met
voorbeeldeloozen takt uïtgevoerden aanval
overrompeld, doch bet gelukte den Turken
door toevoeging van steeds nieuwe reserve-
troepen het gevecht een tijdlang tot een vast
terrein te beperken. Het kwam hier overdag
tot verbitterde gevechten, gedurende welke
de Turksche legerkorpsen een groote chaos
werden.
Tegelijkertijd viel de Bulgaarsche rechter
vleugel uit^ de richting van Baha-Eski en
Jenikoi de Turksche posities bij Lulu Bour
gas aan en wierp de Turken uit hun ver
sterkte stellingen aan de Tela-rivier, de
Ajvale-rivier en de Ergene naar Lulu Bour
gas terug. De Bulgaarsche infanterie nam
do meeste Turksche posities stormenderhand
met de bajonet en werd hierbij voortreffe
lijk door de artillerie gesteund, welke de po
sities der Turken op beslissende oogenblik-
ken door hevig vuren aan het wankelen
bracht. De bloedige geveehten van Dinsdag
brachten den Bulgaren zoowel hij Bunar His
sar als Lulu Bourgas succes. Doch ook wer
den door de Bulgaarsche infanterie herhaal
delijk Turksche posities genomen, zonder
dat er eenige voorbereiding tot het gevecht
had plaats gehad van den kant der artillerie.
De aanval der Bulgaarsche troepen was
weergaloos en Overtrof als al hunne tacti
sche xirestaties, alles, wat men zich ervan
kan voorstellen.
De Bulgaarsche infanterie zette haar ge
schreeuw vóór de bestorming: „Op de bajo
net!" zonder pardon direct in werkelijkheid
om. Vier honderd pas en nog meer van de
vijandelijke linie verwijderd gingen geheele
regimenten in de vuurlinie en wierpen zich
in een eenparige» onweerstaaubaren aanval
zonder aarzelen en zonder te vuren, zonder
eenige dekking op den vijand.
Ieder wilde den Turken met het mes te lijf
en dc officieren stonden machteloos tegen
over den ontembaren strijdlust hunner man
schappen. Elke poging om de troepen terug
te houdeu was vergeefs. Een regiment, dat
nog in het geheel niet in de vuurlinie was
aangekomen, maar als reserve volgde, wierp
zich alleen na een eenvoudige toeroeping
van een onderofficier met wild krijgsge
schreeuw op den vijand, zonder op de gege
ven commando's acht te slaan. Door een ge
lijken geest zijn de nieuwe reservetroepen
van de derde lichting bezield, die in burger-
of boerenkleeding, slechts van een geweer,
bajonet en patronengordeï voorzien, het ge
vecht ingegaan. Vooral de bergdistricten le
veren regimenten, wier soldaten van alle
leeftijden weergaloos zijn wat betreft hun
volhouden en krijgsmausmoed. De Bulgaar
sche aanvoerders, gesteund door een voor
treffelijk officierenkorps, passen zich met
groote eensgezindheid aan dezen geest aan
en zien er geen heil in, de omstuimigheid dei-
troepen door een methodische wijze van
oorlogvoeren te niet te doen, maar alleen die
in een goede richting te leiden.
Dinsdag was nog geen beslissing gevallen,
daar de Turken alle reserve-troepen in actie
gesteld hadden om het voortdringen der Bul
garen te beletten.
Woensdagmorgen echter vielen de Bulga
ren met sterke troepenmachten, die in gefor
ceerde marsehen van Adrianopel waren op
gerukt, over Vavakdareïvankoi —het cen
trum der vijandelijke stelling aan om een
poging te doen daar doorheen te breken. De
hotsing had gedeeltelijk plaats met de zich
in de bosehstreek, ten Zuiden van den weg
KirkilsiseViza bevindende troepen, deels
met de verschanste veldposten der Turken
ten Noord-Westen van Lulu Bourgas. Na
hevige hoschgevechten en steeds nieuwe
bloedige bajonetcharges gelukte het den Bul
garen tegen den middag de Turksche stel
ling door te breken en vereenigd met een ge
lijktijdig tegen Lulu Bourgas gerichten aan
val den gcheelen Turkschen linkervleugel
uit den weg te doen gaan. In de eerste mid
daguren begon de terugtocht der linie Lulu
Boergas—Peterkoj langs de spoorlijn naar
Tchorlu. De Bulgaren begonnen aanstonds
de achtervolging, die ook gedurende den
nacht plaats had en tot de volkomen ver
strooiing der troepen van den Turkschen lin
kervleugel leidde.
Tegelijkertijd hadden de troepen van den
Bulgaarschen linkervleugel, ten Zuid-Oosten
van Bunar Hissyir, de Turken van het Noord-
Oosten geheel ingesloten.
Donderdag hij het aanbreken van den mor
gen had op de linie UrmuBejli—Viza de
beslissende aanval op de rechterflank der
Turken plaats. De door de voorafgaande ge
veehten reeds zwaar geteisterde troepen ver
mochten aan den verwoeden flankaanval der
Bulgaren geen weerstand te bieden. De te-
rugtrekkingslinie over Saraj prijsgevend,
trokken de bijna geheel verstrooide Turk
sche troepenmachten over Kongara en Top-
kikoj direct in Zuidelijke richting naar
Tchorin terug.
Ook hier werd door de Bulgaren direct een
vervolging ingesteld en getracht door een
parallel-vervolging en voortdurende over
vleugeling langs de hoofdverbindingslinie
der Turken over Saraj—Tatarkoj-Tchcr-
teskoj den terugtocht dezer laatsten achter
de Kataldscha-linie af te snijden.
Zooals de positie Donderdagavond was,
seinde de correspondent nog, zonden sleehls
brokstukken van het Turksche leger achter
de Turksche' Kataldseha-linie belanden en
daarmede zou de vernietiging van het Oos
telijke Turksche leger bereikt zijn, die in het
plan lag van de Bulgaarsche opperbevelheb
bers welk plan Nazim Pacha trachtte te
verijdelen,
Adrianopel.
Adrianopel, in de Turksche stad Ediné of
Edrené, ligt 40 mijlen ten Noord-Oosten van
Constantinopel en 30 mijlen ten Oost-Zuid-
Oost van Philipopolis. Zij telt ongeveer
100.000 inwoners en komt, in belangrijk
heid, op de derde plaats der steden van Eu-
ropeesch Turkije. Zij is echter het best van
allen voorzien van verbindingswegen. Drie
rivieren, aan welker samenloop zij zich be
vindt, namelijk de Tundja, de Maritza en
de Arda, dragen veel bij tot den bloei en
den vooruitgang van haren handel.
Adrianopel is eveneens gelegen aan de
spoorweglijn Konstantinopei-Phi'ipopolis-So-
fia en is aldus verbonden met het Euro-
peesch spoorwegnet. Daarenboven brengen
vijf berijdbare banen de stad in verbinding
met dc voornaamste steden van het land.
Zij is de verblijfplaats van een Griek-
schen aartsbisschop, van een Bulgaarschen
en een Armeenschen bisschop en van een
groot getal consuls.
De voornaamste gedenkteekens en gebou
wen zijn van Turkschen oorsprong en dag-
teekenen uit den tijd, toen de sultans nog
in Adrianopel verbleven. Onder deze noe
men wijde moskee Selimié van sultan
Selim H, waarvan de koepel, die door ko
lommen in porfier geschraagd wordt, 20 voet
hooger is dan die van Ste-Sofia in Con
stantinopel; verder de brug Michel die over
de rivier Tundja is gelegd. Het oud paleis
des sultans, in de omstreken der stad, is
de verblijfplaats geworden van den alge-
meenen gouverneur.
De bazaar van Ali-pacha gaat door als
een der schoonste van Turkije. Hij bevat
ongeveer honderd overdekte winkels. Er
zijn in Adrianopel ook een groot getal hui
zen waar de reizigers onder dak kunnen
komen, benevens vele scholen, arsenalen,
gasthuizen, verschillende Muselmansche wel
dadigheidsinstellingen en ongeveer veertig
moskees.
Tusschen de rivieren Maritza en Tundja
bevindt zich de belangrijke voorstad Ildy-
rym en wat verder aan den oever der Ma
ritza de voorstad Karagasj. In deze twee
voorsteden huist eene bloeiende nijverheid
die vooral bestaat uit huidevetterijen, reuk
werkstokerijen, ververijen van zijde en wol,
alsook uit fabrieken waar tapijten bewerkt
worden.
Gezien hare gunstige ligging, heeft Adria
nopel om zoo te zeggen nooit opgehouden
het tooneel van groote historische voorval
len te zijn. In het jaar 323 zegevierde e
Constanten op Lieinius; in 378 liep keize
Valens er eene nederlaag op tijdens de;
strijd tegen de Gothen; in 551 overwon d
Slavische stam er den keizer van Konstan
tinopel; in 586 werd de stad bezet door d>
Avares; in 922 werd zij ingenomen doo
de Bulgaren; in 1189 deden de Duitsch.
kruisvaarders er hunne intrede; in 119<
werd er tusschen Frederik Barbarossa ei
den Griekschen keizer een verbond geslo
ten; in 1205 werd Boudewijn I van Vlaan
deren in Adrianopel door de Bulgaren ge
vangen genomen; in 1306 nam Suleiman
de stad in bezit. Adrianopel werd alsdai
de hoofdstad van het Ottomaansche keizer
rijk en behield dien titel tot aan de ver
overing van Konstantinopel.
In 1420 werd nabij Adrianopel Mustof;
overwonnen door Amunrat II; in 1511 wen
aldaar de vrede geteekend tusschen Bave
zid II en Selim; in 1829 werd de stad in,ge
nomen door de Russen. Een traktaat were
toen geteekend, waardoor dc vrede tussehei
den tsaar en den sultan Mahmoud v. err
gesloten. Dit traktaat verzekerde aan dc
Russen de volkomen vrijheid van handel
het verbeterde dc grenzen van het Otto
maansch keizerrijk, het regelde de liggint
van Moldavië, Valachië en Servië en hei
erkende de onafhankelijkheid van Grieken
land.
Gedurende den oorlog in den Krim, ir
1854, werd Adrianopel eenige dagen ge
bruikt door het leger, aangevoerd door ge
neraal Bosquet, In het jaar 1878, tijdens
den Turksclien-Russischen oorlog, kwam ge
neraal Gourko Adrianopel binnen, terwij
Skobelef het leger van Suleiman, in tweeëi
sneed en het tot den aftocht dwong.
Adrianopel wordt beschermd door elf for
ten, waarvan er verschillende, naar de Iaat
sfe eischen verbeterd zijn. Het terrein vóói
de versterkingen in doorsneden door de drie
voornoemde rivieren.
In het gedeelte dat zich bevindt tusscher
de Arda en de Tundja, ten Westen dei
stad, is geen enkele bijzondere versterking
De grond is hier echter zeer moerassig
evenals in het Zuiden, hetwelk het naderei
der vijandelijke legers moeilijk maakt.
Het voorste deel der versterkingen be
staat uit drie l'oi-ten, die zich ten Noorden
in het gedeelte tusschen de Maritza en dc
Tundja bevinden en welke hijgevolg naai
den kant der Bulgaarsche grens gericht zijn
Rondom de stad, op 8 a 10 kilometers ir
het rond, zijn nog andere verdedigingsmid
delen in beton en in staal, die gewapend
zijn met Krupp-kanonnen van het sterkste
kaliber.
Ten Oosten en ten Zuiden bevindt zicli
nog eene serie van vier machtige gemoder
niseerde forten. Om de stad langs den Zui
derkant te beschermen, lieeft men, nog niel
lang geleden, een fort in de nabijheid dei
Maritza opgericht.
In den laatsten tijd werd aan sommige
dezer forten met de meeste vlijt, gedurende
dag en nacht, gewerkt om klaar te komei
tegen de vijandelijkheden, die toen in hel
zicht waren.
PROCES VAN ZALIGVERKLARING VAN
EEN ARABIER VAN ALGIERS, BEKEERI
MAHOMEDAAN.
De. II. Congregatie der Riten is onlange
met groote plechtigheid begonnen het pro
ces der zaligverklaring van den eerbied-
waardigen dienaar Gods Hieronymo, den 11
September 1569 te Algiers ter dood gebraeh
om wille van het geloof.
Wie was die Hieronymo?
Een Arabier, geboren te Oran in de ze»
tiende eeuw, ten tijde, dat die stad beze
was door de Spanjaarden. Hij werd door eei
Spaansck priester, Don Inan Caro, tot he
Christendom bekeerd. Die priester schijnt toei
reeds aan de bekeering der Arabieren gear
beid te hebben met dezelfde rr - kar
dinaal Lavigerie later ook. zal aanwenden, na
melijk door huwelijken tusschen bekeerde
Mahomedanen.
Hieronymo liuwde met een christen Moor
sclie, nam dienst in het Spaansche leger, da
in garnizoen lag te Oran on trad tegelijl
in dienst bij zijn weldoener, don pnste;
Don Caro. Zoo leidde hij gedurende tien ja
ren in godsvrucht en in vrede des hartei
een gelukkig leven, dat door niets bijzonder;
werd gekenmerkt.
Doch toen viel hij in handen van Turkschi
vrijbuiters, iu een dier guerilla's die nooit op
I v.
-
i';
hEUILLETON
door
ALFRED HUGO
68.
Krasinski was van zijn stoel opgevlogen.
Met een verschrikkelijke uitdrukking in zijn
gezicht keek hij den dienaar aan.
„Wat is er gebeurd f' vroeg Rantzow zich
inhoudend. „Ik hoorde een rijtuig.... was er
iemand hier?"
„De kassier van de Breslauer Bank!" ant
woordde Michael.
„Alleen?" vroeg Krasinski.
„Ja, alleen; ik heb gezegd dat u uit was".
„Nu?"
„Hij wil morgenvroeg terugkomen, om
toet u over zaken te spreken."
„En dat is alles?" vroeg Krasinski schijn
baar kalm en lachend.
„Me dunkt, dat het genoeg is", antwoord-
de Michael op denzelfden toon; „ik zag, dat
hij mij herkende. Nu weet hij, wie hem de
Rr-sische biljetten heeft gebracht. Gelooft
u, dat hij zich nog lang zal bedenken? Ieder
logé:.' 'ik kan de politie hier zijn.... en
danhebben de menschen hier weer een
bewijs, dat dit huis waarachtig een onge
lukshuis is!"
De Pool legde de handen op zijn rug, en
liep met groote schreden op en neer.
„Dat lieh ik er nu van, dat ik mij met die
zwendel inliet", zei hij woedenl, terwijl hij
Rantzow aankeek. „Ik had die banknoten-
handel aan jou alleen moeten overlaten".
„Jain andere zaken heb jij nou weer
meer ondervinding!" zeide Rantzow sarcas
tisch.
Graaf Krasinski stiet een ruwe vloek uit.
„Wek geen herinneringen op!" schreeuw
de hij.
„Doe ik dat?" antwoordde Rantzow lang
zaam en koud. „En bovendien zie ik nog
gevaar, je positie is hier zoo gunstigDie
kassier kan niets doen, als hij jou niet ge
sproken heeft. Je blijft er hij, dat hij de bank
biljetten aangenomen heeft, en bij dus de
schade moet dragen."
Krasinski stond stil.
„Mijn positie is hier wel gunstig", zeide hij;
en wel zeker ookmaar jij Michael, moet
maken dat je wegkomt, de kassier moet joul
niet meer zien. Ik kan dan zeggen dat hij
zicli vergist heeft of wat anders, zoo dat mij
geen verdenking kan treffen. Is dan de zaak
weer in orde, dan kan jij terngkornen. Mis-
sckien zien wij elkaar in Londen terug, maar
verdwijn nu onmiddellijk!''
„Asjeblieft, hoe eerder hoe liever!" ant
woordde de dienaar. „Maar eerst moeten we
verdeelen
Weer keek graaf Krasinski woedend.
„Daar kafi geen sprake van zijn", zei hij,
„ik zal je geld genoeg meegeven."
„Maar ik wil mijn aandeel hebben", zei Mi
chael hem heslist. „Als ik eenmaal weg hen,
wil ik nooit meer iets met u te doen hebben.
Ik heb recht op mijn aandeel."
Hij keek naar Rantzow, alsof hij vragen
won, dat deze zijn verzoek zou steunen.
„Na mijn huwelijk zullen we afrekenen",
antwoordde Krasinski opgewonden. „Nu kan
het niet! Ik zou het noodige geld hij Stein-
feld moeten opnemen, en dat zou verdacht
kunnen zijn."
Michael lachte grijnzend. Graaf Krasinski
opende een lade van zijn schrijftafel en
wierp een pakje bankbiljetten op tafel.
.Asjeblieft, hier kunt ge mee toe," zei hij.
„Als 't op is, schrijf je maar!"
Michael stond vlak h« hem, en keek hem
met een trotschen blik in de oogen.
„Gelooft u, dat ik me daarmee laat af
schepen?" riep hij woedend. „Ik zal je
„Geen bedreigingen!" viel Krasinski hem
hoonlachend iu de rede. „Je hebt toch den
moed niet ze uit te voeren!"
„Zoo, denkt u dat?" antwoordde Michael
brutaal. „Ik kan wraak nemen als ik wil!"
„Hoor jt> dat, Rantzou?" wendde zich Kra
sinski tot zijn „vriend." „Dat is de dank,
die je ontvangt." en weer tot den dienaar
sprekend „waarom zou ik je bedriegen, dat
zou toch tegen mijn eigen belang zijn!"
„Spr - niet meer van belangen!"
„Blijf dan hier, als je durftmaar ik
zal niet helpen om je aanhouding te voor
komen."
„Op mijn aanhouding zou, de uwe volgen!"
„Daarvoor zal ik wel oppassen! Wou je
het daarop laten aankomen? Wat heb je
daaraan? Ik geef je nog eens den raad, met
den eersten trein, den beste te vertrekken!
Misschien kan je al gauw terugkomen. Ik
moet nu even naar mijn verloofde, en dan ga
ik naar het Casino. Het is het beste, dat ik
me juist nu doodeenvoudig in mijn kring
vertoon."
„Juist zoo!" knikte Rantzow. „Onver
schrokken en kalm optreden 1 Hoe laat kom
je terug?"
„Misschien pas te middernacht. Het hangt
af van den loop van het spel," antwoordde
Krasinski.
Inmiddels was Michael heengegaan.
„Als ik het maar uithoud tot mijn huwe
lijk. Als schoonzoon van den handelsraad
Steinfeld heb ik niets te vreezen. Ik hoop
jou bij mijn thuiskomst hier niet meer te
vinden," zei Krasinski tot Rantzow.
Daarna verliet Krasinski zijn huis.
Zooals Rantzow wel gedacht had, kwam
Michael weer terug.
„Weet n nu, wat we van hem te verwach
ten hebben?" vroeg de binnentredende hoon
lachend. „Is u nu overtuigd, dat h« ons wil
beetnemen? Het is waarhij behoeft ou
ze bedreigingen niet te vreezen. Wij moetei,
oppassen dat we onze rechten bewaren."
Rantzow schudde het hoofd. „Weet jij daa
raad op?" vroeg hij.
„Wij moeten nemeu. wat hij ons weigert.
„Kan jij dat van vinden 1r
„Ga maar mee!"
Rantzow stond op en volgde den dienaaj
die hem in de slaapkamer van Krasinsk
bracht.
De wanden van dit vertrek waren met don
kerkleurige tapijteu behangen. Michael sta
een kaars aan en drukte toen op een vei
uitstekende knop, die schijnbaar alleen voo
het ophangen van kleeren diende.
Een deur, door Rantzow niet opgemerk
ging geruiechoos openVlak er aéhte
vertoonde zich een tweede, ijzeren deur.
„Dat is zóóver", zeide Michael; „nu kom
het er op aan, deze deur open te maken...
en dat zal niet gemakkelijk ziin".
„Is dit Krasinski's geldkast?" vroeg Ran:
zow.
„Juist, en ook om zich te verbergen, wai
neer hij gezocht wordt. Het is een vrij groot
ruimte en de deur wordt door niemaud b<
merkt."
„En hoeveel zit daar achter?"
„Minstens dertig duizend thdler*
Rantzow's oogen schitterden. Hij hukte zie'
om naar liet sleutelgat te kijken-
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT ™SP£«AP
t -f?; r;ï
■i'1
:i
ff