J.H.W. GRUHOEMANN DE DIEF. NIEUWS UIT DEN OIHTREN. JAC. KAR3KEHS, Zijlstraat 62, Heeren- en Dameskleermakerij, EIVGELSCHE STOFFER. De Invaliditeits- en Ouderdomswet. brengt steeds het nieuw ste op het gebied van üames- en Heerenkleecfing. Eigen ateliers onder leiding van BEKWAME Coupeurs. Au Bon EVKarché Haarlem-Brussel» Handschoenen voor alle gelegenheden. feuilleton KGfêlfiiGSTRAAT, Wij hebben vroeger al eens een overzicht fegeven van do thans bij de Kamer in be- andeling zijnde groote Sociale Wet. Evenwel: het kan vooral voor het vol gende der Kamerdebatten zijn nut hebben, (nog eens in beknopten vorm en groote trek ken het stelsel dezer wet uiteen te zetten, en 't gemakkelijkst gaat dit in den vorm Van vragen en antwoorden. Wat 'is het dool van de Invalidi teits- en ouderdomsverzekering? Wanneer een werkman door een ongeluk in het bedrijf wordt getroffen, verzekert hem de Ongevallenverzekering eenc wekelijksche 'uitkeering, welko 70 pereent van zijn loon bedraagt, als hij volledig ongeschikt is tot arbeiden. Maar als een werkman wegens voortduren de ziekte, of zwakte, of door een ongeluk hem buiten het bedrijf overkomen, niet meer kan werken, dan is hij invalide of ongeschikt tot werken. In zulk geval ontvangt de werkman geen loon en geen uitkeering, tenzij hij toevallig ©p een werkplaats zou werken, waar ook voor invalide arbeiders gezorgd wordt, maar zulke werkplaatsen zijn hooge uitzonderiu- Baarom verlangt men eene verzekering, die den invaliden arbeider waarborgt, dat hij eene geregelde wekelijksche uitkeering val ontvangen en deze verzekering noemt men Invaliditeitsverzekering. Wat is Ouderdomsverzekering. Als een werkman 70 jaar oud is, en nog geen invaliditcitsrente trekt, heeft hij recht op ouderdomsrente, alléén door het feit, dat bij 70 jaar oud is. Wie wordt verzekerd? Verzekerd wordt ieder arbeider, die 16 Jaar oud is, in loondienst is bij een werk gever, en niet meer dan f 1200 per jaar verdient. Is de arbeider verplicht zich te verzekeren? Ja, ieder arbeider wordt door de wet ver plicht zich tc verzekeren tegen ouderdom en invaliditeit. Hoeveel bedraagt de in va li diteits- rente? De rente, die ccn invalide werkman ont vangt, hangt ftf van de grootte van zijn loon en van het aantal jaren, gedurende .welke hij verzekerd is geweest. Men- moet tenminste 150 weken premie betaald hebben, alvorens men een invali- diteitsrente kan trekken. Verder is deze ver zekering aan geen leeftijd gebonden, zoodat het kan voorkomen, dat een werkman van 20 of 30 jaren reeds invaliditeitsrente trekt. De invaliditeitsrente wordt getrokken: 1. door den arbeider zelve, die invalide wordt; 2. door de kinderen van een gestorven arbeider, die recht had op invaliditeitsrente of deze reeds trok of zelfs, wanneer hij min stens 40 weken premie heeft betaald. Deze rente heet Weezenrente. Deze weezenrente wordt in haai' geheel uitgekeerd, zoolang het oudste kind niet ouder is dan 13 jaar. Hoe groot is het bedrag der in va liditeits rente? Uit de volgende tabel kan men zien, hoe veel de minste rente bedraagt (na 3 volle jaren premie betaald te hebbenen hoe hoog de rente kan stijgen, als men vanaf 16 tot 70 jaar de premie betaald heeft. Laagste rente per week. f 1.50 f 1.80 f 2.40 f 3 f 3.60 Hoogste rente per week. f 2.33 f 2.80 f 3.73 f 4.66 f 5.60 Jaarloon, beneden f 240 van f 240400 van f 400—600 van f 600900 van f 9001200 Wordt iemand invalide na meer dan 150 weken, doch na minder dan 54 jaar premie betaald te hebben, dan zal zijne weekrente tusschen de laagste en de hoogste cijfers liggen. Hoeveel bedraagt de weezenrente? De weezenrente hangt af van de grootte der weekpremie, die de arbeider betaalde. Weezenrente. Jaarloon per week beneden f 240 f 1.50 van f 240—400 f 1.80 van f 400—600 f 2.40 van f 600—900 f 3 van f 900—1200 f 3.60 Hoeveel bedraagt de Ouderdoms- rente? De Ouderdomsrente, die op 70-jarigen leef tijd getrokken wordt, bedraagt evenveel als of de werkman op dezen leeftijd invalide werd. Men zie dus hierbij het lijstje hier boven gegeven voor de invaliditeitsrente. Hoeveel moet per week aan pre mie betaald worden? I)o premie wordt betaald door den werk gever, die de helft van de premie op het loon van den werkman kan inhouden. Maakt de werkgever van dit recht gebruik dan betaalt de arbeider de helft van de hieronder staande premiën. Bedrag der Jaarloon beneden f 240 van f 240400 van f 400600 van f 600—900 van f 900—1200 weekpremie. 20 cent 24 cent 32 cent "40 cent. 48 cent. 1 Kunnen de invaliditeitsrente en de ouderdomsrente verhoogd wor den? Hierboven hebben wij enkel gesproken van de verplichte verzekering. Daarenboven kan men echter ook nog vrij willig eene hoogere premie per week be talen en daardoor de uitkeering of rente bij invaliditeit en ouderdom, 70 jarigen leeftijd, verhoogen. Deze vrije verzekering kan ook aangegaan worden door een werkman, die niet-verzeke- ringsplichtig is en door ieder ander, ook al is iiij geen arbeider. Ontvangen de arbeiders, die bij liet in werking-treden der wet 70 jaar of ouder z ij n, ook ouderdoms rente? Ja, ook deze ontvangen eene rente, in dien zij in de tien jaren, voorafgaande aan de in werking treding van deze wet, ofwel indien zij tusschen de 60 en 70 jaren min stens 156 weken arbeid verricht hebben. Ontvangen de arbeiders, die bij het in werking treden der wet in valide zijn, eene invaliditeitsren te? Ja, indien zij' een zekeren leeftijd bereikt hebben (deze is nog niet bepaald) blijvend invalide zijn en de laatste tien jaren vóór zij invalide werden of de wet in werking trad gedurende 166 weken werk hebben ver richt. Wat betaalt de Staat v'oor deze Invaliditeits- en Ouderdomsverze- ker ing? De uitkeering van de invaliditeits- en ouderdomsrente, zooals ze in het ontwerp is geregeld, is berekend voor het geval, dat alleen 16-jraigen tot de verzekering toetra den. Alleen in deze veronderstelling kan met de gevorderde premie de vastgestelde rente worden uitbetaald. Het is echter duidelijk, dat bij zulke rege ling slechte weinigen en eerst na lange ja ren eene rente zouden trekken. Om nu te zorgen, dat alle thans levende werklieden en niet enkel de 16-jarigen van deze verzekering zonder hoogere premie-be taling voordeel kunnen trekken, moet de Staat bijgeven, wat aan de premie der ouderen ontbreekt. En deze som is niet gering. Volgens de berekeningen zal de Staat 75 jaren lang eene som van f 8.800.000 moeten bijpassen, om het mogelijk te maken, dat alle werklieden, die nu nog geen 70 jaar zijn, dezelfde invaliditeits- en ouderdomsren te trekken als degenen, die vanaf hun 16de jaar verzekerd waren. Daarbij komt nog, dat de Staat de ad ministratiekosten voor zijne rekening neemt, geschat op f 1.200.000. Te zamen zal deze wet dus aan den Staat kosten een jaarlijksehe uitgave van 10 mil- lioeu gulden. beverwijk. Ondersteuningsfonds. Zondagavond hield hét R. K. Ondersteuningsfonds „St. Joseph" zijn halfjaarlijksclie vergadering. Door den penningmeester werd verslag uitgebracht, over den toestand der kas, waaruit bleek', dat totaal was ingekomen f 2055,021/2, waar tegenover stond een uitgaaf van f 498,55, zoodat er een batig saldo is van f 1556.47y2. Voorwaar een aardig bedrag 1 De voorzitter wees dan ook met voldoening op de Tinan- tieele vooruitgang van het fonds, en "bracht nulde en dank aan den jjverigen penning meester, de heer Burger Hz. De vergadering onderstreepte deze woor den van lof met een hartelijk applaus. De oommissie van verificateurs, „die vóór de vergadering de rekening en verantwoor ding had onderzocht, verklaarde deze in orde te hebben bevonden. De Geest. Adviseur bracht hierna een voorstel ter tafel, om de statuten in over eenstemming te brengen met den uitdrukke- lüken wensch van Z. D. H. den Bisschop, door daarin een bepaling aan te brengen dat niet als lid van het fonds worden toe gelaten, zij die een gemengde verkeering aangaan, of een gemengd huwelijk sluiten. Na eenige discussie, waarin nadere verkla ring omtrent de uitvoering van dit artikel vraagd werd, werd de nieuwe bepaling met algemeene stemmen aangenomen, waarna de voorzitter zijn vreugde uitte, over de eenparigheid, waarmede de leden zich schik ten naar Monseigneurs wensch, zpoals dit in een Kath. vereeniging betaamt. Na de rondvraag werd de vergadering met gebed gesloten. WIJK AAN ZEE. Kruisverbond. Zondagavond hield het kruisverbond weder eene huishoudelijke vërgadering. Kleine kwesties waren er ge rezen over het al niet geschrapt zijn van een paar leden, die de jaarvergadering niet hadden bijgewoond zonder schriftelijke ken nisgeving. Daar er echter van een paar paar leden mondelinge boodschappen waren aangenomen, moest dit voor deze leden ook gelden, was het besluit. De voorzitter wijst nogmaals op het belang om de toegangsbe wijzen behoorlijk in te vullen. Voor de con- tróle is d it zeer noodig. De penningmeester was niet ter vergadering en den nieuwen leden kon dus geen insigne worden uitge reikt. Toch besloot de voorzitter hun te installeeren. Een oud-lid behoorde ook daar bij en met eenige toepasselijke woorden werden de nieuwe leden welkom geheeten. Een ander meldt zich aan als aspirant-lid. Als oud-lid bekend zijnde, werd door een der aanwezigen tegen zijne 'toelating gepro testeerd, met opgave van redenen. Andere feden stemmen hiermee in. Weer anderen zijn er voor hem toe te laten, waartoe de voorzitter dan ook besluit, terwijl hij den proeftjjd op 3 maanden stelt. (Volgens het reglement). Bij de rondvraag brengt de voorzitter het plan te berde om een zangvereeniging op te richten. De vraag, of niet-kruisverbon- ders daarvan lid kunnen worden, beant woordt de ^geestelijke adviseur ontkennend. Als ze zich graag willen aansluiten, moeten ze eerst maar lid van het kruisverbond worden. Ten slotte spreekt de geest, advi seur over een politieken cursus, dien Z. Eerw. van plan is op te richten. Hierna wordt de .vergadering gesloten. NOORDWIJKERHOUT. Hulp in Nood. In café „De Zwaan" ver gaderden Zondagavond de leden van het zie kenfonds „Hulp in Nood". De voorzitter heet de aanwezigen welkom, waarna de no tulen gelezen en goedgekeurd worden. De penningmeester doet hierna rekening en verantwoording. De inkomsten bedroegen f 608.16 de uitgaven f 232.61.1/2, batig saldo dus f 375.541/2. Hiervan is op de spaar bank geplaatst f 350, zoodat in kas is de som van f 25.54i/2. De heeren J. Nulkens en L. de Winter zien de rekening en bescheiden 11a, en bevonden ze in orue, waarna de voorzitter den penningmeester dankt zegt voor zijn ac curaat beheer. Medegedeeld wordt, dat de kaarten van het fonds voortaan op 81 Aug. moeten voldaan zijn. Bij de rondvraag vraagt een lid of schei ding van ziekenfonds en vereeniging mo gelijk is. Geantwoord wordt, dat de statu ten zich hiertegen verzetten. Hierna wordt de vergadering gesloten. R. K. Bibliotheek. Door de ijverige be moeiingen van onzen kapelaan zijn thans reeds 200 boeken bijeen gebracht. Besloten is reeds Zoiidag a.s. met de uitdeeling te beginnen. Met de werkzaamheden aan een en ander verbonden heeft zich een com missie belast, bestaande uit leden van eenige vereenigingen. Het ligt in het voornemen de uitdeeling des Zondags na de Hoogmis en het Lof te doen geschieden. NIEUW-VENNEP. Op lieeterdaad betrapt. Gisternacht werd A. Schilders, wonende te Burgerveen, wak ker door 't gekakel van zijn kippen. Ver moedende dat er ongenoode gasten waren, ging hij op onderzoek uit en kwam tot de ontdekking dat een groote hond in het hok was en een 7-tal kippen had doodge beten. De eigenaar van den hond, die door de politie spoedig werd opgespoord, heeft de schade vergoed. BURGERLIJKE STAND. X- ZAND VOORT. Ondertrouwd: C. A. ter Poorten en O. M. Nobels. D. Zijlstra en J. Draijer. Getrouwd: P. Rolversen en "M. va der Valk. H. van der Schinkel en k M. Lefferts. W. Draijer en A. Paap. Geboren: z. van G. SchaapZwem mer. d. van C. Burry—van Ophem. - d. van A. C. BluijsKoreman, d. va A. C. van der MeijNieuwlaat. d. va H. Keurvan der WerffDraijer. "d. va M. Kraaijenoord. Overleden: Jb. Koper 2 mnd. 1 y VELSEN. Geboren: z. van J. M. A. Kei i terDies. d. van C. van der Schootva 'Zetter. z. van U. Belgraver—van Wienei z. van J. Hartog—Blinkhof. z. van r. 1 Hooijer—Dijkstra. d. van M. Wijker- Dekker. z. van M. W. Beulink—Tjadei z. van G. van Loon—Smit. z. van I AldersNaam. z. van G. Smit—Visser. - d. van V. KlugtHillecamp. d. van A. V Biersteker—de Vink. tl. van M. Luin- Willems. d. van S. M. Braamvan de Son. z. van J. BruijnsWiggermans. - z. van P. RuitenDijkhuizen. z. van I Bierman—Oldenburg. d. van H. van de Sluis—Broekhuizen. z. van D. Doeksen- Wouters. z. van E M Zonneveldt—Flitsic d. van M. W. J. Vinkevan der Liest. - l d. van A. M. HuijbensLipman. z. vai P. W. van Leeuwenvan den Bosch, Ondertrouwd: J. A. Knebel en M. E. Bolk F. Mantje en J. Zwart. A. van der Dhij en H. Lem. A. Schipper en C. E. Hutjes A. G. Keuter en T. Wernis. F. de Vrir en J. H. Polderman. P. v. d. Putten en A Hoogerwerf. W. Heilig en C. M. BlokkeT M. J. Duiveklioff en M. Remmers. Getrouwd: N. Spring in 'tVeld en C. Hars veld. H. Kas en M Zeilmaker. A. d< Waard en N. Brand. J. Scboone en f Maks. A. Ingelse en J. Tramper. Overleden: J. Bakker, weduwn. van M Prins, 67 jaar. D. H. A. Kuiill, 13 d. - W. N. v. d. Wall, wed, van R. K. Nieborg 91 jaar. G. Kramer, 1 jaar en 8 mnd. J. de Bruün, 74 jaar. H. Schelvis, 74 j (V. N. B.) BENNEBROEK. Ondertrouwd: B. Mens' en C. C. A. Selhorst. HAARLEMMERMEER. Geboren: d. var H. C. van LaarVermeulen. z. van M Baardse—de Jong. z. van A. A. Cttm horst—Bax. Overleden: I. Flipse, 75 jaar. (S. K.) VAN EI.1H' Raad van Scheepvaart. De Raad voor de scheepvaart deed mt spraak in de zaak van de „Prins Willem V' en den Vlissingschen loodskotter no. 39. Naar 's Raads oordeel is de aanvaring tc wijten aan schuld zoowel aan de zijde var den schoener als aan de zijde van het s.s Prins Willem V. t De Prins Willem V had, toeu zij het looos- sein voor IJmuiden geheschen had en dc loodssehoener dit niet met een gelijk sein bej antwoordde, dit laatste schip niet moeten gaan praaieu, of, had zjj daartoe ernstige redenen, zoo voorzichtig moeten naderen dat alle gevaar voor aanvaring uitgesloten was. Maar, gelijk gezegd, ook den schoenei treft schuld. Deze had met het toonen van zijn boordlicht niet moeten wachten tot hd s.s. zoo dicht genaderd was, dat er gevaai voor aanvaring begon te ontstaan, en in elk geval had men aan boord van dit vaartuig het boordlicht duidelijker, immers telkens gedurende langer dan 2 seconden, buiten boord moeien toonen. Enkel aan het feit, dal dit toonen telkens zoo kort duurde een feil door den daarmede belasten getuige erkend kan bet worden geweten, dat men aan boord van de Prins Willem V geen boord licht van den schoener heeft opgemerkt en dus de positie van dit vaartuig niet dan toen het te laat waB heeft kunnen bepalen. (Zeepost). Hij had gestolen. Er was geen andere naam Voor zijn daad, al trachtte hij zich door ijdele drogredenen daarvan vrij te pleiten. Hij had zich aan bet eigendom van een ander ver grepen. Maar deze andere was zoo rijk! Zijn geld kist was tot aan den rand gevuld, zijne kin deren waren voor altijd goed verzorgd. Dat kleine verlies kon Lem geen nadeel doen. Die paar armzalige goudstukken kon de rijk aard wel missen! Ja, maar het was toch een diefstal! Do ver zoeking was zoo groot geweest. Het bureau stond wagenwijd open, het kleine laatje daarin was tot aan den rand met goudstuk ken gevuld, die hem zoo verleidelijk tegen- flikkerden en fonkelden. Thuis lag zijn arme, jonge vrouw ziek, afgetobd, die ternauwer nood voor zich en haar klein kind haar nood druft had. Hoe zou een goede flesch wijn, een krachtig stuk vlcesch haar goed doen. Hoe Zou er weer een blosje van gezondheid op haar uitgeteerde wangen komen, haar pols iweer krachtiger slaan en wat zou zij nieuwen jnoed en vertrouwen in het leven krijgen! En juist toen was de heer opgestaan en anct het hem ter onderteekening voorgeleg de stuk dc belendende kamer binnengetreden. jWas dat niet een wenk geweest der grillige ïortuin? Eén greep slechts in het met goud gevulde laatje en zijn huiselijk geluk, door Biekte en zorgen vernietigd, zon opnieuw (opbloeien. Dat was immers geen diefstal, het was het instinct tot zelfbehoud en hij had toegetasl. Nu was het geschied en met den buit in kijn broekzak ging hij naar zijne woning. In den beginne was het hem vroolijk en aangenaam te moede geweest. Daar hoorde Lij plotseling een stem: „Een diefl Houdt den oief Doodelijk ontsteld kroop hij ineen en bleef als aan den grond genageld staan. Het angst zweet bedekte zijn voorhoofd hij sloeg zich met de hand voor het hoofd. Nu reeds ont dekt? De menschen stormden hem voorbij, liepen hem bijna omver of stieten hem ruw ter zij- de. Hij zag hen eindelijk bij een jongmensch stilhouden, die reeds door een politie agent, bij den kraag gevat was. Onder luid gefluis- j ter en heftige gebaren omringde men hem en strekte hem tot geleide, toeu de politie man hem naar het bureau bracht. Op dien was het dus gemunt! Die was een dief! Hij niet. Verlicht ademde hij vrijer en ging verderMaar het geroep bleef hem I vervolgen. De kreet: „Een dief! Houdt den dief!" klonk onophoudelijk in zijn ooren. Dat was immers onzin! Hoe kou hij zich met dien naam op een lijn stellen, die mis-j schien een gemeeue straatroover was, die een kind uitgeschud, een arme zijn laatsten penning ontstolen had! Dat had hij toch niet gedaan. Hij trachtte nu met alle geweld zijn ge dachten een anderen loop te geven. Wat zou hij nu voor liet geld koopen om zijn arme vrouw te verrassen! Wijn, lekkernijen, of, vleesch? Ja, dat is het hij wil een en ander' gaan koopen, dat zal ziju onaangename ge dachten wel verdrijven! Maar zal men zich niet verwonderen, dat hij de bleeke, armoedig gekleede man goud-1 stukken wisselt en dingen koopt, die alleen voor rijke menschen bestemd zijn? Zal men hem niet wantrouwig aanzien, vermoedens,"1 argwaan koesteren? Zal zijn onrust, zijn blik, die onvast is hü voelt het hem niet ver raden? Zal men hem niet vervolgen en roe pen: „een dief!" „Och, kom, die nare gedachten uit het hoofd gezet. Het is den menschen er om te doen, zaken te maken, zonder te vragen waar het gold vandaan komt. Daar is een wijn- zaak, helder verlicht en vol menschen. Kom, naar binnen!" „Neen, het gaat niet, hij is te onrustig, hij •iddert, Nog uooit heeft hij iemand een cent ©ntstolen. nooit zich iets op onreehtvaardige wijze toegeëigend. Het reeds uit zijn zak ge- nomen goudstuk gloeit in zijn hand als vuur. Neen, hij moet eerst rustiger worden, zich zelf eerst overtuigen, dat hij geen gemeen© dief is, dan zal liet beter gaan. Hij zal naai-i zijn woning gaan, de ellende van zijn vrouw aanschouwen, liet hongerende kind omhel-1 zen daaruit zal hij moed en rust putten, dan zal hij inzien, dat hij goed heeft gehan deld. Haastig treedt hij het armoedige ver trek binnen en zijn heete lippen raken den mond der zwak glimlachende vrouw aan. „Hoe gaat het er mee?" vraagt hij op zwak ken, trillenden toon, en „goed, heel goed", fluistert zij, nauw hoorbaar. „Goed, lieel goed", dat zegt zc steeds, de lieve li;, der es t-n ondertussclien wordt zij al bleeker en zwakker. „Dat maak je mij niet wijs", zegt hij wre velig en grijpt haar hand. Het is slecht met je, heel slecht, je lijdt gebrek en tobt je af. Je hebt goede verpleging en versterkende middelen noodig. Een beetje geduld nog en je zal ze hebben. Ik zal je wel opknappen." Een koortsachtig rood overtrekt zijn ge zicht, als hij verder zegt: „De kwade dagen zijn voorbij, je zal het voortaan goed heb ben." Zij kijkt hem verbaasd en vragend aan, hij echter grijpt plotseling in zijn zak en-een oogenblik later liggen de goudstukken op het kleine tafeltje bij haar bed, flonkerend bij het schijnsel van de petroleumlamp. „Hier, mijn schat", zegt hij haastig, „hier is geld, bet is veor u. Ik zal er je wel mee gezond maken, en wanneer het op is, heb ik nog meer". Deze hoopvolle woorden besterven hem bij na op de lippen, hij spreekt zachter en zachter, en zijn eerst zoo heldere, open hlik wordt schuw, gejaagd. Zijn vrouw zegt, geeu woord, maar haar gezicht! Het is geen vreugde, geen hoop, geen nieuwe ontwaakte levenskracht, die uit haar ingevallen trek ken spreekt, het is wantrouwen, achterdocht, verontwaardiging. „Dief!" Heeft zij dat woord uitgesproken? Neen, zij zei niets, geen geluid kwam van haar lippen, zij staart hem enke.l vorschend aan. En toch galmt dat woord hem in de ooren, vol haat en afgrijzen. „Dief!" Vrees, afschuw en ontzetting, dat alles ligt in den vreeselijken klank van dat woord opgeslo ten. En nog altijd hebben de lippen der jon ge vrouw zich niet bewogen. Hij raapt koortsachtig de goudstukken bijeen, zet zijn hoed op, staart naar de deur, keert zich daar nog eens om en zegt: „Ik heb nog iets ge wichtigs te doen, ik ben zoo terug". Hij begeeft zich rechtstreeks naar de wo ning van zijn patroon. Onstuimig trekt hij aan de hel en voegt de meid, die openmaakt, toe: „Ik moet mijnheer spreken, onmiddel lijk, over een gewichtige zaak". Het meisje talmt. Mijnheer is is den kring van zijn gezin en laat zich niet graag storen. „Er is groote haast bij. Dien mij aan, hij moet mij spreken!" „Ik wil het probeereu." Ademloos wacht bij aan de deui-, tot Mi eindelijk een zware stem hoort: „Voor dit maal kan je binnenkomen!" Hij stormt als het ware naar de spreekka mer, waar zijn patroon reeds op hem wacht. „Waarom kom je nog zoo laat en onstui mig hier?" „Om een diefstal, mijuheer." „Hoe? Bü mij?" „Ja, de dief staat voor u." De woorden vliegen over zijn lippen. Ter wijl de patroon onwillekeurig een schrede achteruitgaat, legt hij met sidderende hand de goudstukken op tafel. Nu wordt Mi plot seling rustiger, hij ademt diep en zegt: Neem uw geld terug, ik heh het genomen in een oogenblik van waanzin. Verbaasd staart de patroon den schuldige aan. „E11 waarom ben je een dief geworden?" vraagt hij scherp. „Uit liefde tot mijn vrouw", fluistert de ongelukkige, „maar zij haat, zij verafschuwt mij daarom; om haai* van den dood te red den, nam 5k het en nu zal zij sterven, omdat ik een dief ben geworden." Hij bedekt, ziin gelaat met zijn banden en voor het eerst sinds langen tijd Vloeien tra nen uit zijn oogeu. Rloteeling voelt Mi een band op zijn schou der; hij kijkt op en schouwt in het ernstige gelaat van zijn patroon. „Zeg mij alles, openhartig en onomwon den. Waarom heb je gestolen?" Een oogenblik ziet de ongelukkige zijn pa troon bewusteloos aan, dan echter krijgt zij 1 tong de spraak terug en nu schildert hij ziji toestand en alles wat hij in den laatsten tijc ondervonden cn gedacht heeft. Al zijn woor den dragen den stempel van zuivere waar heid en openhartig legt hij zijn binnenste voor zijn patroon bloot. „E11 nu, mijnheer," zoo besluit hij, „zoo werd ik een dief; doe met mij wat u wii." Met gebogen hoofd wacht hij het antwoorc af, dat na eenig talmen volgt. „Neem het geld weer op, het behoort je toe. Je hebt een vreemden omweg gemaakl om mijn ondersteuning te verzoeken. Had je openhartig tot mij gesproken, dan zon het zoover niet gekomen zijn. Maar nog if het tijd. Ik geloof je en heh vertrouwen ir jou. Je blijft in mijn dienst en gebruikt dit goudstukken voor je arme vrouw en om jt toestand te verbeteren. Neem nu het geld op of moet ik je een schriftelijk bewijs geven dat dat geld je rechtmatig eigendom is?" Weinige minuten later 6tond de berouw hebbende dief op straat cn ijlde naar zijn* woning. Ditmaal deed hij onderweg inder daad allerlei inkoopen van wijn en lekker nijen en het kwam nu niet bij hem op, da: men wegens zijn goudstukken argwaan je gens hem koesterde. En toen hij thuis kwan en al die kostbaarheden op het bed zijne: beangstigde vrouw legde, staarde zij hen •niet achterdochtig aan, noch scheen „dief tot hem te roepen. Zij sloeg haar amen oir zijn hals en fluisterde: „Maar waar haal j< toch al dat geld vandaan?" „Niet gestolen, vrouwtje!" „Gestolen! Maar man, hoe kom je op zulkt ijselijke gedachten! Jij een dief!" Toen greep hij haar kleine hand en be dekte ze hartstochtelijk met kussen. „Ja, jt hebt gelijk," sprak hij zacht, en kon ternau wernood zijn tranen weerhouden, „ik eei dieft" NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT *^!?!L5ÉA°

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1912 | | pagina 5