De ULSTER I J. H. W. P j| sTTBïï?rws. m DE GEHEIMZINNIGE VERDWIJNING. Goedhoopsf ««ires voor BANDEN en RIJWIELEN is If. J. VAB OER EISER, SchagcÉielstr. 9. Tel. 2422 KONINGSTRAAT. GRATIS "'NQERTUOSCHRIFT VERSCH'JNTtuleH hagen lliillilir,,;''|l Au Bon üias*cité fciaai^e Brussel. J Hanilschoenen voos* aSfe gelegenheden is de groote mode zoowel voor Dames als voor Heeren, in groote verscne denheid vanSTOFKLEUR en PRIJS te vekrij^en bij V "':v. EN IS OVERAL-GRATIS VERKRUSBAAR VOOR ELK- ftüGPER VAN ^OLO/AARGARINEa^ÏvSctPER'PONQ FEUILLETON iofosiSi NIEUWE HAflRLEMSCHE COURANT ™™*J2£S> 8 lilVUllllllUlj GEMEENTERAAD. (Zitting van gisteren. Vervolg.) (Uitbreiding van het personeel aan de be- lasfcingcontróle). Nadat de VOORZITTER nog een kort woord liad gesproken, waarin hij opmerkte dat de commissie van bijstand toch niets nieuws zou kunnen vertellen, werd het voor stel van den heer SCHREUDERS om dit voorstel nog eens aan de commissie van bijstand te zenden om advies, aangenomen met 23 tegen 9 stemmen. 6. Voorstel tot verhooging van posten in dc begrooting van het gasbedrijf dienst 1912 Aangenomen zonder stemming. 7. Voorstel tot voorziening in de vaeatnre Van etads-organist, en motie-Thiel c.s. dien aangaande. Do heer DE JONG vreest van de aan neming van deze motie allerlei geharrewar. (Wanneer er twee organisten zijn, zullen er verschillende moeielijkhéden rijzen. Daar om zal spr. niet voor het voorstel-Thiel stemmen. De hoer THIEL zegt dat het praeadvies van B. en W. vooreerst veel nadruk legt op de woorden „voor zooveel noodig" in het voorstel-Thiel c.s. Welnu, de voorstel lers hechten aan deze woorden niet, en trek ken ze in. Maar waar het den voorstellers op aan komt is, dat bij het voorstel van B. en W. wordt benoemd een kerkelijke offi ciant. Wij moeten er stiptelijk ons van onthouden, benoemingen te doen waarbij het belijden van een bepaalden godsdienst voor waarde is. Van dit terrein moet de ge meente zich afhouden, zegt spr. .Wat het bezwaar van den heer de Jong betreft: zal de benoemde nu het orgel bederven, wanneer kerkvoogden de benoeming doen, en niet als hij door de gemeente be noemd wordt?Er kunnen, zegt spreker, door dc gemeente met kerkvoogden der Nederl. Herv. Kerk allerlei ondergeschikte dingen ondershands worden geregeld, maar deze regel moet blijven: de gemeente moet zich niet mengen in innerlijke regelingen van de kerken. Do heer TJEENK WILLINK gelooft niet dat de Raad een kerkelijk officiant zal be noemen in dit geval. Het schijnt spr. al leen een kwestie van opportuniteit, of de gemeente als organist hier een protestant benoemt! Later zou zich wel eens het ge val kunnen voordoen, dat de predikant van don preekstoel uit, zonder organist, het or gel zou kunnen doen spelen! De heer VAN STYRUM is het met den heer Tjeenk Willink eens. Niet de geloofs overtuiging, maar de kunde op muzikaal 'gebied moet de hoofdzaak zijn. Daarbij, waar om zulk een „boom" opzetten? Is er ooit vroeger moeielijkheid geweest? De Raad zal bovendien natuurlijk zijn gezond verstand ge bruiken, en geen katholiek b.v. benoemen, als er een Protestant is, die geschikt is! Do heer SCHRAM zegt dat het niet gaat om de „richting" van de te benoemen func tionaris, ernaar om de principieele vraag. De heer THIEL houdt vol, dat het be spelen van het orgel bij godsdienstoefenin gen een integreerend deel is van de gods dienstoefening. De beweringen van den heer Tjeenk Willink, dat desnoods op pianola- manier het orgel kon bespeeld worden, mo gen niet ernstig worden genomen. (Voorts (verdedigt spr. nader en op uitdruk- kelijken toon tegen Mr. van Styrum de motie-Thiel. De heer VAN STYRUM repliceert. Benoe mingen door twee verschillende lichamen geven aanleiding tot conflicten. Wat de ver wijten van den heer Thiel betreft, spr. zegt, dat deze hem deels futiel, deels onjuist voorkomen. Vrij scherp wordt dit debat door do heeren TJEENK WILLINK, SCHRAM en THIEL nog voortgezet, ook de VOOR ZITTER verdedigde het standpunt van B. en W. nog eens, waarna de motie-Thiel in stemming kwam. Zij werd verworpen met 15 stemmen voor en 16 stemmen tegen, waarbij de heer de Breuk huiten stemming bleef. Het voorstel van B. en W. om een hulp- organist(e) te benoemen, wordt hierna aan genomen met 21 tegen 10 stemmen, ter wijl de heer de Breuk' buiten stemming bleef. 8. Voorstel tot wijziging der verordening regelende den rang enz. der ambtenaren en beambten ter secretarie, (f 50 kleedings- toelage voor de boden). De heer THIJSSEN heeft bij de begroo- deze zaak besproken en aangedrongen op het verschaffen van ambtskleeding. Toen is geantwoord: „voorloopig" zullen we dat doen, tot er een nieuw stadhuis komt, Waar om dan nu dit voorstel, om zelfs in de ver ordening deze toelage vast te leggen"? De heer Dr. KRUSEMAN zegt: wel, om den feitelijken toestand in overeenstem ming te maken met de verordening! De VOORZITTER: En als het nieuwe stad huis er is, zullen we de verordening weer veranderen! De heer THIJSSEN: En hoe moet het dan met den pensioensgrondslag? Hooren die f 50 erbij De heer TJEENK WILLINK is het eens met den heer Thijssen en heeft formeele bezwaren, die door een klein formeel amen dement worden tegemoet gekomen. Dit amendement wordt echter met 23 tegen 9 amendementen verworpen, waarna het voor stel van B. en W. zonder stemming wordt aangenomen. 9. Voorstel tot vaststelling der jaarwed de van den directenr der Arbeidsbeurs, met voorstel-Kleijnenberg. (B. en W. stel len voor f 16001900, de heer Kleijnen- berg stelt voor f 8001200 met mogelijke verhooging van hoogstens f 400). De heer THIEL vindt den sprong, dien B. en W. willen doen, wat groot. Hij zelf zou willen voorstellen f 12001600: het voorstel-Kleijnenberg, om f 50 te geven per kantooruur, acht spr. wat ongelukkig gefor muleerd. De Keer KLEIJNENBERG zegt dat hij een middelweg gekozen heeft, om maar te redden wat er te redden is. Hij erkent nu dat het voorstel-Thiel beter is dan het zijne, en tevens, dat het maximum-tractement van f 1600 ook spoedig weer zal moeten worden verhoogd. Ho heer KLEIJNENBERG trekt zijn voorstel in, nu de heer THIEL het zijne indient. De heer HULSWTT verdedigt het voor stel van B. en W. omdat hij meent dat deze ambtenaar, die zijn geheele werk kracht geeft, beter moet worden beloond. Zoo is het ook in andere gemeenten trou wens. Het amendoment-THIEL wordt in stem ming gebracht en aangenomen met 26 stemmen tegen 6. Dus gewijzigd wordt het voorstel van B. en W. aangenomen. 10. Voorstel tot wijziging van de veror dening regelende ontslag enz. van den Ha venmeester en van de brugwachters. Wordt afgevoerd van de agenda. 11. Voorstel tot vaststelling van een ver hoogde subsidie aan den heer Kriens. (f 15.000). De heer MODOO vraagt, of in verband met de bemoeiingen der te stichten vereeniging1 het niet beter zal wezen, de zaak te laten j rasten? Voor 1913 is de heer Kriens nu toch j geholpen: de voorwaarden, waarop 1500 gegeven zullen worden, kunnen we heter op ons gemak bekijken. j De heer Dr. KRUSEMAN begrijpt er niets j van! De heer Mo-uoo heeft gevraagd „nadere - voorwaarden" voor de subsidie, méér con- j eerten enz. en nu B. en W. doen wat de heer Modoo vraagt, nu wil hij uitstel! De heer KLEIJNENBERG verzoekt ook aanhouding van de zaak tot de volgende ver- gadering. Als de burgerij, zooals nu schijnt te zullen gebeuren, niet wil medewerken, en i niet toetreedt tot de vereeniging die men he-1 bezig is te stichten, dan is het heter dat de subsidies der gemeente niet worden gegeven..' De VOORZITTER ontraadt dit als gevaar lijk, maar de heer RINKEMA ondersteunt het denkbeeld van den heer Kleijnenherg, Maandag moet de beslissing vallen of de vereeniging „Haarlemsch Muziekkorps" wer kelijk zal gesticht worden. Wordt die niet gesticht, dan is het heter géén subsidie te geven. De heer VAN STYRUM heeft ernstig be zwaar tegen dit uitstel, en de heer THTEL wijst er nog op, dat het voorstel niet anders is dan een machtiging voor B. en W. om het contract te sluiten. Het voorstel van B. en W. wordt nu zon der stemming ^aangenomen. 12. Vaststelling van het tarief voor onder stand in 1913. Dt heer DE BRAAL wil twee wijzigingen voorstellen. Vooreerst wil deze spreker schrappen de woorden „van zeegras", opdat ook een ander bed desverkiezende kan wor den verstrekt. Voorts wenscht spr. de onder stand van^ „25 eieren" te wijzigen in 2.50 in natura" waarmee hij blijkt te bedoelen: melk, vleesch of iets dergelijks. De VOORZITTER beveelt aan de amende menten om advies te zenden aan het burger lijk armbestuur, wat ook de heer KRUSE- man aanbeveelt. Zoo zal geschieden. De heer BREGONJE vraagt of de hoogere onderstand „hij ziekte of gebreken" ook hij „ouderdomsgebreken" wordt gegeven. De heer KRUSEMAN beantwoordt dit be vestigend. De heer SCHRAM zegt dat er waarschijn lijk hier een Armenraad wordt gevestigd. Hjj vraagt of B- en W. daartoe willen mede werken. Na nog eenige discussie wordt het voorstel zonder stemming aangenomen. 13. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor den verbouw van School no. 7. Zonder stemming aangenomen. 14. Verzoekschrift van W. de Vink inzake zijn loonregeling. B. en W. stellen voor het verzoekschrift te stellen in hun handen ter afdoening. De heer NAGTZAAM heeft eenige opmer kingen. De eerste is van formeelen aard. De bedoelde man is eenige jaren geleden terug gezet in salaris, maar nu is het eigenaardige dat hij ofschoon hij minder salaris kreeg, hetzelfde werk moest blijven verrichten. Hij kreeg alleen een anderen naam! Voorts zou spreker uit billijkheidsoverwegingen dit zeg gen: als iemand een plichtverzuim begaat, moet bij dan zóólang daarvoor hoeten? De heer DE BREUK zegt dat het niet waar is, dat deze man 18 jaar lang .dezelfde werkzaamheden" heeft verricht. De bedoelde man .was eerst „kras" of baas van een ploeg tonnenwerkers, hij was verantwoordelijk voor zijn ploeg. Als zoodanig is hij afgezet, we gens plichtsverzuim. Nli kunnen JB. en W. niet anders doen dan het Werkliedenregle- ment, dat ook voor hen bindend is, toe te passen. De VOORZITTER zegt dat hij een motie heeft ontvangen van den heer Nagt- zaam, waarin B. en W. worden uitgenoo- digd, den werkman Vink te verhoogen. Daar heeft spr. bezwaar tegen als dat uit nood igen beteekent opdragen. De heer NAGTZAAM verandert in dezen geest zijn motie. - 'fL' v <r ^0 4»' I 'Hl is een traditie. Zoo oordeelt ook de heer er aan bezig zijn en deze regeling nu spoedig KLEIJNENBERG. De VOORZITTER ver- zal worden behandeld. dedigt de voordracht, waarvoor ook de heer De heer MERENS zegt dat er weer door BREGONJE spreekt. den heer Springer (o.a. op het Floraplein) Na nog eenige discussie wordt het voorstel hoornen zijn omgehakt, die de Commissie voor van den heer de Jong, voor zoover het de den Hout niet noodig vond en de Raad Bank van Leening geldt, aan de Commissie niet heel't toegestaan. Dat moest nu toch voor de B. v. L. om advies gezonden. Het eens nit zijn overige trok de heer de Jong in. De heer TIMMER zegt dat de nieuwe in- Aldus besloten. deeling der raadszaal goed bevalt en hoopt 16. Eervol ontslag van den Archivaris. dat het zoo blijven zal. B. en W. stellen voor „op de meest eervolle De vergadering wordt daarna om half ze- wijze den heer G onnet ontslag te geven, met betuiging van dankbaarheid voor de vele diensten, door hem bewezen. De heer NAGTZAAM komt tegen die uit drukking op. Dat geeft wrijving en verschil! Een voorstel zal hij niet doen, maar hij hooipt dat dergelijke uitbundigheden voortaan zul len achterwege blijven. De VOORZITTER acht het juist een groot voorrecht, dat bij buitengewone verdiensten - ook een buitengewone vorm kan worden ge- Voorts houdt de heer N. vol, dat er géén kozen. Nog eenige leden voeren het woord, verandering in 'smans werk is gekomen na zijn straf, althans volgens de inlichtingen die hij kreeg. De heer THIEL zegt dat de gegevens van B. en W. officieel zijn. Maar zelfs al waren de gegevens van B. en W. onjuist, dan zou den B. en \V. toch nooit anders mogen doen, dan zij nu doen. Want de man heeft inder daad, ook al zelfs dééd hij hetzelfde werk, een andere betrekking gekregen. En het Werkliedenreglemeni js formeel en moet worden hooggehouden. Gesteld dus, dat er eenige onrechtvaardig heid z ou zijn gep1oegd, dan zou de eenige uitweg zijn hem later een schadevergoeding te geven. Na nog eenige discussie trekt de heer NAGTZAAM zijn voorstel in en wordt het voorstel van B. en W. aangenomen. 15. Wijziging v!"i verschillende verorde ningen in verhand met feestdagen. (Sluiting van stedeliike bureaux). De heer DE .TONG stelt voor, den 2en Ker- mismaandag als zoodanig niet voor sluiting der gemeentebnreaux in aanmerking te doen komen. Eigenaardig is dat de Bank van Leening op dien dag niet wordt gesloten! Spr. stelt ook dit laatste voor. Do heer MODOO sluit zich volkomen hij den heer de Jong aan, de heer SCHRAM waarna het eervol ontslag met betuiging van dankbaarheid onder applaus van den Raad wordt verleend. Daarna komen aan de-1 orde de Benoemingen. Benoemd worden: tot lid der Comm. van toezicht op Haarl. Muziekkorps, Dr .Kruseman; tot commissaris der Stads-Apotheek Dr. L. L. Proct; toe lid van Spoorhavencommissie de heer Krelage; tot lid der commissie art. 166 Gem.wet Mr. Thiel; tot lid der financieele commissie Mr. Slin- genberg; tot comm. der Bank van Leening de heer Schreuders De heeren ten Oever en van den Berg wor den herbenoemd als gemeente-geneeskundi gen; tot regent van het St. Elisaheths-gast- huis wordt benoemd de heer Mr. Vening Mei- nesz; tot lid der PI. Commissie van toezicht op het M. O. de heer Mr. M. Scheltema. Rondvraag. De heer VISSER vraagt, wanneer het af zonderlijk raadsbesluit, bedoeld in art. 20 Werklied en regie ment, dat den diensttijd van stokers en andere werklieden zal moeten re- meent echter dat zoolang de kermis er is, gelen, verschijnen zal? deze feestdag maar officieel moet wezen. HetDe heer DUFOUR antwoordt, dat B. en W. gracht no. 74. ven gesloten. REDERIJKERSKAMER „ALBERDINGK THIJM". Men schrijft ons: De welbekende Rederijkerskamer „Alber- dingk Thym" mag zich in een groot sue 'ces verheugen. In dit jaar (1912) werden reeds negen uitvoeringen gegeven en steeds (het is algemeen bekend) voor een stamp volle zaal. Is dat geen voldoende bewijs, dat „Alberdingk Thym" populair is in Haar lem? En dat is ook' geen wonder. Deze Rede* rijkerskamer komt in den laatsten tijd met uitmuntend werk voor den dag, terwijl over. de decors en tooneelschikking iedereen vol lof is. Welnu, ook over de uitvoering van Twee den Kerstdag zal men zeer tevreden we zen. Vóór de pauze een boeiend tooneel- spel in vijf bedrijven en schitterende eo- stuums. Na de pauze een allerkostelijkst blijspel, om te gieren van het lachen. Alzoo een interessante avond. Ofschoon de costuums, de muziek en do tooneelschermen handen vol geld kosten, is de toegangsprijs niet hooger dan hij de vo rige uitvoeringen. Om aan de vele aanvragen uit den om trek te voldoen, is de aanvang gesteld op 7 uur en het einde op ongeveer half elf. Voor nadere bijzonderheden verwijzen wo naar de advertentie in ons blad van he denavond en de volgende dagen. VERLOF. Ingekomen is een verzoekschrift van J. yrii, om verlof tot het verkoopen van al coholhoudenden drank anderen dan sterken drank voor gebruik ter plaatse van ver koop in het perceel aan de Bakenesser- I !«i.wga«ng Uit het Engelseh, door Z. v. K. 99 28.) En dat zou veel heter zijn geweest. Bij het hooren van deze woorden toekende eich een diepe droefheid op het gelaat van Cecil af. Gertrude! riep hij uit, mijn lieve zuster, zoo moogt ge niet spreken, deuk aan Philis! Waarlijk, gij moet blij zijn, dat uwe dochter eene rijke erfgename wordt Ik zon nog liever willen, dat zij geen penny haar eigendom kon noemen, wanneer zij daarvoor een liefhebbend vader had. En zij gelijkt zoo sprekend op haar familie, Ce cil. Thans, nu gij hier zijt, zal ik u het portret van den oudsten broeder, van den on geluk kigen Thorn, laten zieu. Het werd geschil derd, toen hij nog een klr'ne jongen was en mijn Philis had daar evengoed voor kunnen posec-"- Zij geleidde haar broeder naar eene kleine kamer, die meestal gesloten was. Daar hing eeii levensgroot, geschilderd por tret van een aanvalligen tieujarigen knaap. Cecil Monkton beschouwde het schilderij vol belangstelling en moest toestemmen, dat dat het sprekend op Philis geleek. Hij heeft een goedhartig gelaat, Gertru de, zeide hij. Heeft hij den mannelijken leef tijd nog bereikt? Zeker, antwoordde lady Chatterly, hij was reeds over de dertig toen hij stierf, maar hij was bijna altijd in Frankrijk. Thorn was niet Bterk van gestel en zijn vader kon het hem niet goed vergeven, dat hij meer liefde toonde voor lezen en schilderen, dan voor li chaamsbeweging. Hij moet een talentvol schilder geweest zijn. Ik zal u eens een van zijne schilderijen laten zien, dat hij kort voor zijn dood naar huis gezonden heeft. Het is een vrouwenkop, waarschijnlijk een fantasie portret, maar hij noemde het „Marguerite". Hier is het, zie eens. In dezelfde kamer hing het schilderij ach ter een groen gordijn, dat Gertrude wegtrok. Toon Cecil Monkton een blik op dezen sehoonen vrouwenkop sloeg, doofde de laat ste vonk van hoop in zijn hart nit, Reeds bij het aanschouwen van het eerste portret was de twijfel in hem tegen zijn zwager sterker geworden, maar nu hij dit tweede portret zag, werd die twijfel bijna zekerheid. Het portret van burggraaf Thorn geleek niet alleen op Philis, maar had ook de trek ken van Beatrix Charles, terwijl het vrou wenportret, dat Gertrude voor een fantasie- kop hield, eene treffende overeenkomst had met het meisje, dat dood in de spoorweg coupé was gevonden. Het was Cecil Monkton als las hij de ge heele geschiedenis van het verleden thans als in een opengeslagen boek. Burggraaf Thorn van Chatterly, die bijna voortdurend te Darijs woonde, was daar ge huwd geweest met het origineel van het por tret, dat hij „Marguerite" had genoemd. Het meisje, dat op het kerkhof van Chat terly begraven lag au haar zuster, die daar j thans muziekónderwïjzeres was, waren in werkelijkheid de tweelingdochters van den overleden burggraaf Thorn geweest en nich ten van den togen woord igen lord Chatterly. Er ontbrak geei. enkele schakel aan den ke ten. Burggraaf Thorn was bij een spoorweg ongeluk omgekomen evenals mr. Charles, Re ginald was tot op het laatste oogenblik bij zijn broede geweest en had het geheim van diens huwelijk op zijn sterfbed vernomen. De gedachte dat een onnoozel kind hem een inkomen van dertigduizend pond per jaar zou ontrooven, had Reginald woedend gemaakt. Kort daarop stierf Marguerite, zonder iets omtrent de familie van haar echtgenoot te weten en nu was de verzoeking Regin te sterk, het koslte hem volstrekt geen moeite zijn onrecht te niesen De oude grootmoeder, een eenvoudige bur- gervrouw, was zeer gemakkelijk te misleiden en allerlei omstandigheden hadden er toe hij- gedragen, om zijn plan te begunstigen. Den naam Kenueth Ford kon hij zich gemakke lijk toe-eigenen, want de echte Kenueth Ford, een jongmenseh van nog geen twintig jaren, j was juist naar Indië vertrokken, het scheen dus van den man, die destijds het gruwelijke bedrog pleegde, een handige zet, zich voor Kenneth Ford nit te geven. Zoo peinsde Cecil voort, terwijl hij de beide portretten hekeek, totdat hij eensklaps zeide: Ik moet weg. Nu al, zeide Gertrude. Mijn lieve zuster, .ik zal misschien naar Londen moeten vertrekken en ik kan nog niet zeggen, wanneer wij elkaar zullen weer zien. i Zij zuchtte, maar vroeg niet wat hij doen wilde. Cecil greep haar handen en voegde er hij: Dit moet ik n nog zeggen, Gertrude: Wat er ook gebeuren moge, vergeet niet dat ik u en Philis meer liefheb dan mijn leven. Alles wat Cecil Monkton had ontdekt, scheen hem zeer verzwarend voor lord Chat terly toe. Er bestond geen mogelijkheid, dat hij, na dat er zooveel bewijzen tegen hem waren, nog onschuldig kon zijn aan het onrei it, aan de vreeseHike misdaad, waarvan Cecil hem ver dacht. Toen hij het hek van Copsleigh binnentrad, kwam Kenueth Ford hem uit den tuin tege moet. Maar beste vriend March! riep hij uit, wat is er met u gebeurd? Ge zet een gezicht alsof ge een geest gezien bad. Ik geloof ook, dat ik er een gezien heb, zeide Cecil Monkton op bijna plechtigen toon. Het is mij alsof de lucht met geesten be volkt is, geesten nit een lang vervlogen tijd. Komaan, spreek toch niet'zoo'n wartaal, riep Kenueth Ford vroolijk uit. Gij schijnt geheel ontsteld te zijn. Weet ge wat, ik zal hij n blijven lunchen, dan gelukt het mij mis schien nog wel n wat op te monteren. Maar hoe welkom het gezelschap van Ke nueth Ford ook was, toch gelukte het hem ditmaal niet, Cecil Monkton wat opgewekter te stemmen en toen de tafel was afgenomen, zeide Kenueth Ford plotseling: 1 Welnu, wat ceheelt er dan eigenlijk aan? Ik kan het u niet zeggen, antwoordde Cecil. Ik meende toch, dat wij vrienden zonder zijn? Gij hebt mij een g'eheim toevertrouwd, ■waarom wilt gij het tweede voor mij verber gen? Ik kan in geen bijzonderheden treden, het eerste geheim betrof mij alleen, in het tweede zijn ook adderen betrokken. Ik bob mij vanmorgen overtuigd van feiten, die mij met ontzetting hebben vervuld. Zoowel kan

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1912 | | pagina 5