Slobkousen. P. TWEEHUIJSEN, Barfeljorlsstraat 27. Tel. 1770. Slobkousen STADSNIEUWS. Sociale Berichten. Kerknieuws. GEMEENTEPAAD. Medegedeeld wordt dat door B. en 'W. met ingang van 1 Jan. j.l. zijn bevorderd de navolgende ambtenaren 'ter gemeente se cretarie !H. v. d. Berg, thans commies, tot hoofd- tóommiea; A. .T. de Landmeter, thans adjunct commies 2e kl., tot adj. commies te klasse; •A. A. Geldof en J. Kion. thans klerk le klas se, tot adj. comm. 2e klasse, en N. C. A. Ockhuijzen Jr., J. O. Luitingh en A. M. Tïjsseling. thans klerk 2e kl.. tot klerk le kl. 'Medegedeeld wordt: a. dat zijn gestold in handen van B. en W. om advies: le. adressen van het bestuur der l'a- troonsvereeniging van metselaars, timmer- lieden, aannemers en handelaren in bouw- meterialen van do afd. Haarlem van den Nederlandsche Aannemersbond in zake het verzoek om opneming in do bestekken van gemeentewerken van een bepaling betref fende do artt. 1638c en 1639d van het Bur gerlijk Wotboek; b. dat zijn ingekomen: lo. een schrijven van A. A. J. Ridderhof, houdende klacht over hinder van een voor zijne woning aan de Tetterodestraat no. 84 1 geplaatsten telefoonpaal; (In handen van ,13. en W. gesteld ter afdoening). 4o. een voorstel van de heeren A. Nagt- zaam en J. H. Bregonje betreffende het tarief van den onderstand voor 1913; d. dat B. en W. voornemens zijn de plant soenafzetting langs den Kleinen Houtweg bij wijze van proef te yervangen door eene afzetting van bandijzer, waarlangs laag blij vend klimop, en, bij welslagen van die proef, alle prikkeldraadafzettingen in de plantsoenen geleidelijk op dezelfde wijze te vervangen. Na mededeeling der verdere ingekomen stukken wordt voor kennisgeving aangeno men het proces-verbaal van de opneming der boeken, en kas bij den gemeente-ontvanger. Aan Mej. J, 0. van den Borgh, wordt op haar verzoek, eervol ontslag verleend als Directrice van het Sint Elisabeth's of grooto Gasthuis. De heer NAGTZAAM wijst op de verhou ding tusschen de directrice en de twee ge- neesheeren van het Gasthuis, die den titel van directeur voeren. Spr. meent dat maat- regelen moeten worden genomen dat eventu- eele nieuwe sollicitanten zich geen verkeerd denkbeeld vormen van de functie, die zij in 't Gasthuis te vervullen hebben. Spr. meent dat het verkeerde idee vooral zijn oorsprong vindt in den titel van „Directrice", die de benoemde draagt. Den naam acht spr. niet juist. De heer KRUSEMAN beantwoordt den heer Nagtzaam, waarna het ontslag zondor h. st. wordt goedgekeurd. Aan J. Welling, onder wijzer aan de school voor M. U. L. O. no. 1 en leeraar Burger avondschool wordt eervol ontslag verleend; eveneens wordt ontslag verleend aan H. J. Hennis, onderwijzer aan school no.' 8. Commissies ad hoe. Do heer .V. LOOSJES .wenscht het woord om zijn standpunt uiteen te zetten, als min derheid in het college van B. en W, ten op zichte van de commissies ad hoc. Spr, is bevreesd dat als de opmerkingen van B. en W. in den Raad worden gebracht, da' even tueel benoemde commissies axl hoe, daardoor, zullen beinvloedl worden en B. en W. dus gaan mede-voorbereiden. Dit zal des te eerder waar zijn als een der loden van het college mede in de commissie zitting neemt. Dit alles acht spr. in strijd met de gemeentewet. Van den anderen kant meent spr. dat de adviezen van B. en W. den Raad toeh wel bereiken zullen. Spr. zou dus de zaak willen laten, zooals zij is. De heer THlEL meent dat het best is het stuk aan te houden totdat in behandeling komt spr.'s motie, verleden jaar ingecjiend inzake de taak der raadscommissies. Verder dringt spr. op spoedige behandeling aan van zijn motie, liefst zou spr. dit in do volgende vergadering gedaan zien. Weggelden. De VOORZITTER is er niet tegen het punt aan te houden, maar hij begrijpt het verband aiet dat bestaat tusschen de commissies ad hoe en de commissie die de motie van deu heer Thiel op het oog heeft. Vele zaken wach ten trouwens op afdoening van dit voorstel. De heer THIEL meent te moeten volhou den dat er wel degelijk verhand bestaat tus schen de beide soorten van commissies en wil de behandeling aanhouden totdat do mo- tie-Thiel behandeld wordt. B. en W. nemen het voorstel over en wordt aangenomen. De behandeling der lijst van aanhangig ge- hieven stukken wordt tot de volgende ver gadering aangehouden. Uitbreiding personeel ter Secretarie. B. en W. verzoeken den Raad een bedrag van f 2700 ter hunner beschikking te stellen ten behoeve van de uitbreiding van liet per soneel ter gemeente-secretarie. Dit in ver band met het besluit inzake de verplichte aangifte die op 1 Januari in werking is ge treden on den uitgesproken wensch om de aanslagbiljetten vroeger te ontvangen. B. en W. willen het personeel uitbreiden met een ambtenaar van den rang van commies, en verder met nog een belastingschrijver en één le klerk. Aangenomen. Subsidie. De Vereeniging van Ned. Arbeidsbeurzen te Utrecht, tot instandhouding van hare Ar beidsbeurs in het Ruhrgebied (Duitschland) verzocht cene subsidie van 100 voor 'eik der jaren 1911 on 1912 te verleènen, doch die over 1911 niet, omdat de dienst over dat jaar reeds is afgesloten, Aangenomen. Plan 1913. Voor het plan 1913 wordt de gevraagde sub sidie toegestaan van 2500. Aangenomen. Prachtwerk over Haarlem. Afwijzend wordt beschikt op het verzoek van do firma H. D. Tjeeuk Willink en Zoon, om van gemeentewege aan to koopen 1000 exemplaren van liet prachtwerk over Haar lem voor 5000. Bank van Leening. B. en W. stollen voor goed te keuren de rekening der Gemeentelijke Bank van Lee ning over 19111912 met een nadcelig slot van 541.61. Goedgekeurd. Wüziging verordening. De wijziging in do verordening, regelende do aanstelling enz. van een havenmeester, tevens inspecteur der markten enz., en ver ordening, regelende de aanstelling en bezol diging vjin de brugwachters wordt goed gekeurd. Nieuwe straten. B. en W. stelden voor aan de straat ter verbinding van den Kleverparkweg met de Tetterodestraat den naam te geven van „Kle verparkstraat" en te bepalen dat de bestra ting van den zijweg zal bestaan uit keien. De heer Dr. TIMMER heeft de plaats waar deze straat zal komen nog eens be zocht. Hij begrijpt niet waarom (leze straat met keien zal worden bestraat, daar toch de Tetterodestraat, de Brederodestraat en het Kleverpark met klinkers is bestraat. Geheel aan het einde der Tetterodestraat b.v. zal men dan plotseling tie straat met keien be straat zien opduiken. Dat wenscht spr. niet en stelt voor om te bepalen dat de straat met klinkers wordt bestraat. De heer DE BREUK anwoordde hierop dat de directeur werkt naar een vast sys teem. De directeur vermoedt dat do straat nog al een druk verkeer zal hebben en zij wordt begrensd door den Verspronckweg, die ook met keien geplaveid is. Dr. TIMMER blijft bij zijn voorstel om in do nieuwe straat klinkers te leggen. Spreker vraagt of liet reden is dat in de verte een straat ligt met keien, om ook in de nieuwe straat keien te leggen, terwijl al de straten, die hij genoemd heeft, met klinkers zijn b®- De VOORZITTER zegt dat er bij B. en W. geen bezwaar is om de straat met klinkers te bestraten, als (1e raad zulks wenscht. De heer HEER.KENS THIJSSEN wijst er op, dat, tegen het oordeel van den Raad in, nog maar steeds wordt vastgehouden aan het standpunt van den directeur van Open bare Werken. Alhoewel de raad duidelijk verklaard heeft dat hij geen keien wenscht in straten, waar weinig verkeer is, komt steeds de directeur nog ïuaar weer met zijn voorstellen om sommige straten met keien te beleggen en is de raad genoodzaakt steeds van (1e voorgestelde plannen af te wijken. Spr. zou willen dat B. en W. daartegen maat regelen nemen; gaf men den directeur zijn zin, dan was heel Haarlem met keien be- strsflt De heer VAN ROSSUM heeft met genoe gen gehoord dat (le directeur van O. W. er een systeem op nahoudt, maar spr. herin nert er aan, dat indertijd door den Raad een rapport is gevraagd, waarin zou worden uit- gemaakt, welke bestrating voor Haarlem (le voordeeligste is: klinker- of keibestrating. Dat is reeds vijf jaar geleden en nog steeds is liet rapport niet verschenen. Spr. neemt I deze gelegenheid waar om naar het uitbreu- ■geii van dat rapport te vragen. I Het voorstel wordt aangenomen, met het I verschil dat de nieuwe straat van klinkers 'zal werden voorzien. Overdracht van grond. Met ileu beer H. van Waveren, alhier, is een geschil gerezen omtrent den eigendom 'van een gedeelte van bet perceel kad. bekend sectio K no. 6.11 en gelegen even ten zuiden van de Kamperlaan, welk gedeelte bij den heer van Waveren voornoemd in gebruik is. B. on W. stellen voor aan den heer H. van j Waveren door middel egner dading de reoli- ten op een deel van pereeel K no. 611 bij de Kamperlaan af te staan, daar de eigendom der gemeente in rechten moeilijk te bewijzen zou zijn. Aangenomen. 'Vergunning. B. en W. stellen voor aan do gemeente Heemstede vergunning te verleenen tot het leggen en hebben van gasbuizen, liet plaat sen en hebben van lantaarnpalen, het ver richten van alle werkzaamheden en het heb ben van alle werken, welke zullen blijken noodig te zijn in of op den weg langs de iLcidsohe Vaart onder Bennebroek, een en jander ten dienste van do gaslevering in de gem. Blocmeudanl, afd. Vogelenzang. Aangenomen. Gasklacht. Iu behandeling kwam het adres van R. jMeinsma e.a. met klachten over liet gas in liet Leidsche kwartier. De beer NAGTZAAM betwist dat B. en W. met reden in hun prae-advics zeggen dat adressanten geen reden tot klagen hebben. B. en W. hebben een onderzoek ingesteld. Welk is dat onderzoek gcweèst, vraagt spr. De heer Nagtzaam heeft eenigo klagers be zocht, alzoo die in 'n kapperswinkel. Wanneer in den winkel 2 gaspitten worden aangesto ken, gaat alles goed; maar niet zoodra wordt er in een ander deel van het huis ook licht aangestoken, of het licht in den winkel wordt slecht. Zoo is het geval met alle bewoners daar. Het wordt heter, wanneer de winkels in liet centrum der stad des avonds worden gesloten. Tot nu toe lieeft men, ondanks de verklaring van B. en W.. nog geen beter licht. Do VOORZITTER zegt dat het onderzoek ingesteld is vanwege de gasfabriek. Spreker meent dat het. euvel ligt aan de liuisleidin- gen. Spr. is echter wol geneigd een nader onderzoek ia te stellen naar de feiten door den heer Nagtzaam genoemd. De heer VAN DEN BERG geeft een staal tje uit zijn eigen ondervinding en vraagt of het niet mogelijk is dat de huisleidingen on voldoende zijn voor bot aautal pitten dat moot worden gebrand. Spr. vraagt of b.v. de door den lieer N. bedoelde winkel b.v. vroe ger geen particulier huis is geweest. De heer KLEYNENBERG vindt het nu een geschikte gelegenheid om do meusehen er op te wijzen, dat zij zich met hun klach ten moeten wenden tot het klachtenbureau. Spr. doet dat immer en vindt er veel haat bij, doch liet meerendeel der klagers doet dat niet en dan blijft de toestand slecht. De eeriige oplossing zou zijn dat alleen, evenals znlks voor (le electriciteit het geval is, gas werd geleverd aan die woningen, waarvan de leidingen door het gasbedrijf zijn goedge keurd. Dit is echter niei. meer mogelijk, daar er reeds duizenden leidingen waren toen de gemeente liet gasbedrijf overnam. Nu dit dus niet meer kan, wende men zich tot het klach tenbureau. De heer NAGTZAAM zegt dut verschil lende menschon geklaagd hebben, maar nooit is hun gezegd dat misschien de huisleiding onvoldoende was. De pijp werd uitgeblazen en men ging hoen. De VOORZITTER zegt dat in de Leidsche Vaart binnenkort do gasbuizen verzwaard zullen worden, niet naar aanleiding van de klachten, maar voor exploitatie van verderop gelegen gronden. Men kan dan zien of de verlichting bctér zal worden. Helpt ook dat niet, dan is het duidelijk dat. hot aan de huisleiding ligt. IJen heer BREGONJE doet hot genoegen dat do gaskwestie weer eens 'degelijk be sproken is. In het Rozenpriocl heeft men lang geklaagd over het gas, het gaat nu iets beter. Spr. verwacht verbetering van de ver zwaring der gasbuizen in de T^eidsche Vaart- De VOORZITTER illustreert het betoog van den heer Breda Kleynenberg nog mot de vermelden dat van (ie 78 klagers, die liet adres Meinsma onderteekenden, er in de maand November maar 4 in het klachten- boek werden opgeschreven. De hoer BREDA KLEYNENBERG vertelt dat er op dat adres ook namen voorkomen van menschen, dit niet opgetoekond staan als gas Ver bruikers. Het voorstel van B. en W. om het stuk ter 'af doening in hun handen te stellen wordt aan genomen. Wijziging der Melk- verordening. Er blijkt, volgens B. en W., oen leemte te bestaan in do verordening op den verkoop van melk. Hot in art. 4 omschreven verbod geldt alléén den melkverkoopcr en niet diens huisgenooten. Een proces-verbaal, opgemaakt naar aanleiding van dit art. 4, waarbij de melkverkoopcr werd aansprakelijk gesteld voor eone overtreding, door zijn dochter be gaan, leidde tot een vrijspraak van den kan tonrechter bij vonnis van 28 Februari j.l. B. en W. stellen nu voor het art. 4, aan te vullen als volgt: den melkverkooper öf den- gene, die hem in de uitoefening van diens beroep vervangt. In een lachwekkend speechje vraagt Dr. TIMMER of de dochter van den melkboer aan de hand van 'doze verordening kan wor den veroordeeld. Er staat toch in de ver ordening „clengene. die hem vervangt", dat is mannelijk. Kan nu ook dc dochter veroor deeld worden. Onder gelach werd Dr. Tim mer door den voorzitter gerustgesteld en daarna de voordracht aangenomen. Baden of zwemmen. Volgens Art. 89b. der Algemeene Politie verordening wordt gestraft ieder, die in de openbare wateren, buiten de daartoe jaar lijks door B. en W. bij openbare kennisgeving aangewezen plaatsen, baadt of zwemt. I>e Juridische commissie stelt voor dit art. te wijzigen als volgt: Met boete van ten hoogste f 1, wordt gestraft ieder, die in de openbare wateren baadt of zwemt. Plaatsen, die geschikt zijn om te worden aangewezen, zijn er in de gemeente met hare zieli steeds uitbreidende bebouwing moeilijk nog te vinden. In deze omstandigheden meent de Commis sie dat er aanleiding is tot oen algeheel ver bod van baden cn zwemmen, te eer waar toch in dc zwein- en badinrichting aan de Hout vaart kosteloos de gelegenheid is openge steld. De heer dc BRA AL meent dat het beroep op de zwemschool niet opgaat, omdat (laar de gelegenheid tot zwemmen onvoldoendo is. Verleden zomer stonden er troepjes liefheb bers voor de zwemschool, die hun beurt moes ten afwachten. De VOORZITTER verklaart een groot voor stander van zwemmen te zijn. Hij heeft zich juist voorgenomen om met de wethouders a.s. Zaterdag eeu bezoek te brengen aan de gelegenheid aan de Houtvaart en to zien of men de school zou kunnen uitbreiden. Do lieer de BRAAL wil dan tot zoolang een plaats aanwijzen in openbare wateren, waar gezwommen kan worden. Dat is toch niet onmogelijk. Do VOORZITTER zegt. dat dit niet onino- lijk, maar ongewensclit is. De heer (lo BRAAL vraagt lioo een ver bod te rijmen valt met de weigering om een gelegenheid te bieden, waar dat verbod niet van toepassing is. De VOORZITTER vraagt of het stelle» van een verbod insluit, het bieden van zulk een gelegenheid als door den heer de Braai bedoeld. Trouwens er wordt door B. en W. aan gewerkt, zooals de voorzitter zeide. Dr. MERENS wil aan B. en W. overlaten om een plaats aan te duiden, waar gebaad kan worden. De heer MODOO lieeft altijd gehoord dat baden iu openbare wateren zeer onhygië nisch is. Het zou de typhus verbreiden en indertijd was het een der motieven waar om de zwemplaats aan de Kikkert werd verplaatst naar de Houtvaart. Spr. vraagt of dat motief nu niet meer geldt. Spr. wenscht verder B. cn W. in overweging te geven om hij uitbreiding der zwemschool te overwegen of niet een nieuwe zwemge- legenhoid kan worden geopend in het Ara- Bterdamscho Kwartier of in die buurt, op dat de menschen van daaruit niet na werktijd des avonds naar de Houtvaart te zenden. Dr. MERENS acht de bezwaren van hy- giënischen aard van den heer Modoo niet zoo zwaar, als leeken dit plegen te doen wan neer zij zich met geneeskundige kwesties gaan bemoeien. Mr. SLINGENBERG vraagt of de Ge zondheids-Commissie in deze niet moet wor den gehoord. In verband ook met de-zo opgeworpen ge- 'aondheidskwestie stelt de voorzitter voor liet voorstel van de heer Merens naar de jurydische commissie te zenden ter fine van prac-advies. Aldus wordt besloten Benoemingen. In de raadscommissie voor de bezwaar schriften tegen de aanslagen in het vergun ningsrecht worden verderbenoemd de lieo- ren Dr. H. D. KVuseman, voorzitter; W- A. J. v. d. Kamp en Dr. J. Timmer, leden, Mr. J. N. J. E. Heerkens Thijssen, Mr. M. Slin- gonberg; A. Rinkenia en A'. Nagtzaam, plaatsverv. leden. In het college van cura'toren van het gym nasium alhier, weril benoemd in de vaca ture van den heer B. P. Plantinga, de heer Mr. P. Tjeenk .Willink. Tot leden der .Commissie van "ioezicht op het Middelbaar onderwijs werd benoemd de heer J. T. Bierman ingenieur bij de H« IJ. S. M., tot leden' van 'de Commissie van' Toezicht op het Lager onSevn^js wer den benoemd de heeren: H. Bussemakér; R. Zuidema en A. Brak el; tot leeraar in do Nederlandsche taal en Geschiedenis of Aardrijkskunde aan de H. B. S. met 8-jarige cursus en daaraan verbonden Handelsschool de heer A. C. van Meoteren, te Zwolle; tof tijdelijk' leeraar aan de Burgeravondschool de heer K. Pijper, alhier; tot hoofd van school voor openb. Lag. onderwijs no. T, de heer C. van der Werff, te Rotterdam; en aan schoof no. 2, de heer J. W. Sasburg, hoofd eener school te Wormcrveer; tot on derwijzer aan school no. 9 werd benoemd de heer P. Dankelman, tc Haarlem; tot id. aan de school voor M. U. L. O. no. V, (le heer H. II. Holthuis, tc Amsterdam. Rondvraag. De lieer NAGTZAAM wilde een opmer king maken in verband met de pas gedane benoemingen. Hij drong er op aan dat in de Commissie Van Toezicht op het Lager Onderwijs, ook menschen zouden worden benoemd uit don werkenden stand. De com missie lieeft indertijd eens gezegd dat zij geen candidatcn kan vinden. Spr. wil haar desgewcnsclit wel namen noemen. De hoer HEERKENS THIJSSEN, spre kende namens de Commissie, verklaar: ten hoogste verbaasd te zijn door deze woor den van den heer N. 'De lieer v. Brakel toch, die zoo juist benoemd is, is een werk man. De commissie treft dus z. i. geen ver wijt. I)e heer NAGTZAAM verklaarde niet ge weien te hebben dat de heer v. Brakel een werkman is. Hierna sluiting der vergadering. DE TYPOGRAFEN-STAKING. TE AMSTERDAM. In de stakingsbeweging der typografen Ts gisteren geen uitbreiding ontstaan. Het aan tal stakers bedraagt 698. Het aantal gezel len dat onder do gestelde arbeidsvoorwaar den werkt is 760. Overeenstemming werd ook verkregen met de directies van (le drukkerijen van het Al gemeen Handelsblad het Nieuws van den Dag en De Telegraaf. Het personeel op deze drukkerijen telt te zamen ongeveer 400 man. Do Standaard verscheen gisterenavond we derom niet. De Tijd, op welker zetterij en drukkerij 96 man aan het werk zijn gebleven, en de Am- slelbode kwamen wel uit. In de „N. R. Ct." lezen wij over s takers- practijken het volgende: Zondagavond werd aan een van de op de drukkerij 't Kasteel van Aemstel werkende gezellen,, een machinezetter, per telefoon door iemand, die zich voor zijn vrouw uitgaf ge waarschuwd, dat „zij" door boven- en bene- den-buren, glazenwasschers, den geheelen dag ernstig was lastig gevallen en dat een der kinderen zoek was. Do gezel verliet onmid dellijk het gebouw. Hier werd hij door eeni go stakers opgevangen, meegenomen naar d'Geelvinck en bewerkt, om verder te sta ken. Thuisgekomen bemerkte hij, dat het ge- heele verhaal gelogen was. Van de zijde van 't Kasteel was de politie van 'do zaak verwittigd en onder haar ge leide is (le gezel, toen hij de ware toedracht der zaak begrepen had, onmiddellijk naar dc drukkerij teruggekeerd, waar hij den nacht heeft doorgebracht en thans weder werk zaam is. Bij een paar drukkerijen heeft men ruiten ingeworpen. Een jonge zetter van de Tijd, verpleegde van het St. Aloysiusgestieht, zou zich be geleid door een broeder van dit gesticht, huis waarts begeven. Zij werden gevolgd door een groep stakers, die hen uitjouwden en een grooten oploop veroorzaakten. Men trachtte vergeefs den jon gen over te halen om mede te gaan naar „d'Geelvinck", waar de stakers hun kwartier hebben. Op de Lauriergracht werden de twee door de politie ontzet. STAKING IN HET SLEEPERSBEDRIJF. Gistermorgen is een staking uitgebroken, te Rotterdam bij den sleeperspatroon Bode- gom, een bedrijf van ongeveer 20 paarden parelden, geve de Hemel, dat hem geen on geluk overkome! Troost u, mevrouw, zeide Lucia; uw echtgenoot wordt door zijn zaken een weinig langer opgehouden, dan men waarschijnlijk meende. Hij heeft een goed paard en zijn lijf knecht is dapper. Daarenboven begint de maan den weg door het woud reeds te ver lichten, zoodat hij in geenendeele gevaar loopt te verdolen. Stol u gerust, Don Fernando zal zich niet lang meer laten wachten. Moge de goedo God hem gezond en wel in mijn armen terugvoeren! Valeria besloot, zich niet ter ruste te be geven. vóór dat Fernando thuis was geko men; daar de avond koel was, zette zij zich bij deu haar neder, waar een heerlijk vuurtje flikkerde. Pedro sliep op liare knieën iu. Ook Lucia kon deu siaap geen weerstand bieden, zoodat de arme vrouw ten prooi aan een kwellenden onrust, alleen bleef waken.' O, wat schenen de uren haar lang! De stilte van den nacht vermeerderde haar angst niet weinig Valeria weende en diepe zuchten ontwel den hare horst. Van tijd tot tijd meende zü in dc verte het getrappel van paarden te hoe ren: eensklaps hielden hare tranen dan óp te vloeien en neigde zij aandachtig hel oor naar de zijde vanwaar het gerucht scheen voort le komen. Werd liare verwachting teleurge- 'stchj, (laufbegon zij nog heviger to snikken en liet het "hoofd op de borst nederzinken. Helaas! slechts het nachtwindje zuchtte in le holle gangen van het eeuwenoude slot en <erbrak nu en dan op^jjauw hoorbare, wijze de (loodsche stilte, welke reeds eeuige uren j I hee rechte. Plotseling dreunen hevige .slagen op do bnitenpoort van bet kasteel. „Daar is mijn echtgenoot!" roept Valeria uit. Tegelijkertijd J wil zij Fernando tegemoet snellen, maar ziet op don trap Henrico, den lijfknecht reeds, die rnet verwilderd oog en wankelenden tred moeizaam voortschrijdt. Thans twijfelt Va leria niet meer aan baar ongeluk, slaakt een (smartkreet en valt bewusteloos op de koude steenen neder. Lucia, die bij hot kind geble-1 I ven was, snelt onmiddellijk toe, en draagt, hierin geholpen door Henrico, hare bezwijm- j de meesteres naar een aangrenzend vertrek ou legt haar behoedzaam op een rustbed ne- 1 der., t Spreek, zeg mij de waarheid, ik wil al- les weten! riep de ongelukkige Valeria uit, toen zij tot bewustzijn was teruggekeerd. Helaas! mevrouw! Is mijn echtgenoot dood? Ja, mevrouw, antwoordde de knecht en' bedekte zich hot gelaat met beide banden. Dood, herhaalde Valeria als tot zich zel ve sprekend; dood! Ik zal hem dus nimmer wederzien! Mijn kind is een arm, hulpeloos j weesje! Almachtige God, welk een verschrik kelijke beproeving!" Deze woorden werden op liartverscheuren- den toon geuit Valeria wendde haar oogen uaar alle zijden, als wilde zij don verloren echtgenoot opsporen. Haar lippen trilden: de beklagenswaardige vrouw bad nog, maar geen traan ontwelde haar oog, geen zucht haar bor*1 Na verloop van eenigo nünutou ontwaakte zij uit dien toestand van wezenloosheid, en wensohte de bijzonderheden te kenuen, welke (len dood van Fernando vergezeld hadden. .Oviédo heeft ons in het woud overvallen, cn mijn edele meester werd door het zwaard van zijn medeplichtige neergeveld," ant woordde de lijfknecht „Oviédo!" herhaalde Valeria. De naam des ellendigen moordenaars scheen haar een onbeschrijfelijk®!! afschuw in te boezemen: „Mijn vriend." vervolgde zij, „dank voor uw getrouwheid. Lucia, geef hem de beurs, die gij in gindsclie lade zult vinden." Henrico weigerde aanvankelijk bet ge schenk te aanvaarden, cloeh Valeria hernam: „Neem die beurs, zij is voor u; uw vrouw is krank, zoodat deze onderstand haar nuttig kan wezen. Bid voor mijn echtgenoot, voor mijn arm kind en voor mij- Ga, trouwe Hen rico, ongetwijfeld zal ik u niet meer weder zien; maar, indien wij voor u goede meesters geweest zijn, vergeet ons dan niet in uwe ge beden. De knecht kuste zijn meesteres de hand en verwijderde zich. Zoodra Valeria met Lucia, het kindermeisje, alleen was, sprak zij: „Wij moeten onverwijld vertrekken. Ik ken de Oviédo's; alle rust voor mij is verloren, tenzij ik haastig de vlucht neem naar een afgele gen en verborgen schuiloord, waar ik tegen hun nasporingen beveiligd ben." „Vertrekken! en dezen nacht nog?" „Ja, mijn dochter, het is noodzakelijk; laten wjj op het oogenblik zeiven vertrekken, Lucia! God zal ons niet verlaten, IdAver sliit ik mijn dagen iii (le woestijn van Alpujnrie, liever sterven zelfs, dan de echtgenoote wor den van Fernando's moordenaar. Oviédo, die veeleer mijn fortuin dan mijn hand benijdde, zal van mijn vader eischen, dat hij zijn woord gestand doe. Helaas! ik ben verloren, als ik mij hier laat verrassen." Vervolgens pakte Valeria in allerijl hare kostbaarste kleinodiën benevens het portret van liaar echtgenoot bijeen en maakte zich gereed te vertrekken. „Zullen wij ook dit schoone borduurwerk niet medenemen, mevrouw?" vroeg Lucia. „Neen, mijn kind; laat het op (1e tafel lig' gen, opdat het den blik mijner vijanden treffe, wanneer zij dit vertrek binnentreden. Aldus zullen zij weten, dat ik mijn deugd- zamen Fernando immer heb lief gehad.... „Maar," voegde zij er hij, „waarom zoudt gij mij op zulk een lange en moeilijke vlueht vergezellen? Mijn hart immers is in de toe komst voor alle vreugd gesloten, en ik zoude mij zelf verwijten, dat ik de schoone dagen uws levens vergiftigd had. Gij zijt nog zoo jong! Verlaat mij, keer terug in de wereld en verbind u aan een andere meesteres, die u liefheeft gelijk ik; wees haar getrouw, gelijk gij het mij geweest zijt." Deze woorden roerden de gevoelige Lucia tot in het diepste barer ziel. „Neen, neen, mevrouw," riep zij uit en verborg zich het gelaat in haar boezelaar; nooit zal ik n ver laten! Ik heb in uw geluk gedeeld en moot thans ook mijn deel in uwe smart dragen. O! ik bid u, zend mij niet weg, laat mij u overal volgen...." BENOEMINGEN. Z. D. H. de Aartsbisschop van Utrecht heef', benoemd tot pastoor te Gent, den Weleerw. heer L. J. A. de Roever, en tot pastoor te .Veenhnizen, den Weleerw. heer L. Tolboom. gwic.w.cwjaw"' - - „Welnu! dierbaar kind, blijf dan hij mij. God zal uw edelmoedige toewijding niet on beloond laten." Het sloeg twee uren. „Hemel!" liep de gra- vin uit, „het is hoog tijd, laten wij vertrek ken." Zij nam haar kind, hulde het in een warme deken, om het tegen de najaarskoude te beschutten en verborg liare eigen gelaats trekken onder een dichten sluier. Op het laatste oogenblik echter scheen hej Valeria onmetelijk te smarten, dat zij than$ de oorden moest verlaten, die getuigen warim van haar vervlogen geluk. Slechts met grooig moeite slaagde zij er in, hare ontroering tó overmeesteren. Voor de noodzakelijkheid zwichtende, vermande zij zich ou vervolgdg met wankelende schreden Lucia, die hare meesteres door de holle gangen van lie£l(lf{gb teel voorlichtte. Het bewonderenswaardig^ meisje had zich voorzien van een kleiupii voorraad levensmiddelen en lijnwaad, bener vens van eenige artsenijen, die men wellicht noodig zou liebben. nt.- Weldra had men den uitgestrekten sloty tuin achter deu rug. Lucia opende de popj$ der ijzeren afsluitingen fluisterde: Late#', wij uaar het water gaan en een der VflAWl nemen, welke aan den oever vastgo» dikf liggen. Daar ik mij voor uitspanniugi werf in het hanteeren der roeispanftu (ten. oefend heb, hoop ik zonder ongeval mi en 'wij anderen oever te roeien. Aldus kunuin het voor het aanbreken van (len morgenrên 4^1 (lichte woud tegen (le nasporiugen uv. vij- anden beveilig wezen. rvolgd.) (Wordt vervohyLu J

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1913 | | pagina 6