Slobkousen. P.
TWEEHUIJSEN, Barfeljorlsstraat 27. Tel. 1770. Slobkousen
STADSNIEUWS.
Sociale Berichten.
Kerknieuws.
GEMEENTEPAAD.
Medegedeeld wordt dat door B. en 'W.
met ingang van 1 Jan. j.l. zijn bevorderd
de navolgende ambtenaren 'ter gemeente se
cretarie
!H. v. d. Berg, thans commies, tot hoofd-
tóommiea; A. .T. de Landmeter, thans adjunct
commies 2e kl., tot adj. commies te klasse;
•A. A. Geldof en J. Kion. thans klerk le klas
se, tot adj. comm. 2e klasse, en N. C. A.
Ockhuijzen Jr., J. O. Luitingh en A. M.
Tïjsseling. thans klerk 2e kl.. tot klerk le kl.
'Medegedeeld wordt:
a. dat zijn gestold in handen van B. en
W. om advies:
le. adressen van het bestuur der l'a-
troonsvereeniging van metselaars, timmer-
lieden, aannemers en handelaren in bouw-
meterialen van do afd. Haarlem van den
Nederlandsche Aannemersbond in zake het
verzoek om opneming in do bestekken van
gemeentewerken van een bepaling betref
fende do artt. 1638c en 1639d van het Bur
gerlijk Wotboek;
b. dat zijn ingekomen:
lo. een schrijven van A. A. J. Ridderhof,
houdende klacht over hinder van een voor
zijne woning aan de Tetterodestraat no. 84
1 geplaatsten telefoonpaal;
(In handen van ,13. en W. gesteld ter
afdoening).
4o. een voorstel van de heeren A. Nagt-
zaam en J. H. Bregonje betreffende het
tarief van den onderstand voor 1913;
d. dat B. en W. voornemens zijn de plant
soenafzetting langs den Kleinen Houtweg
bij wijze van proef te yervangen door eene
afzetting van bandijzer, waarlangs laag blij
vend klimop, en, bij welslagen van die
proef, alle prikkeldraadafzettingen in de
plantsoenen geleidelijk op dezelfde wijze te
vervangen.
Na mededeeling der verdere ingekomen
stukken wordt voor kennisgeving aangeno
men het proces-verbaal van de opneming der
boeken, en kas bij den gemeente-ontvanger.
Aan Mej. J, 0. van den Borgh, wordt op
haar verzoek, eervol ontslag verleend als
Directrice van het Sint Elisabeth's of grooto
Gasthuis.
De heer NAGTZAAM wijst op de verhou
ding tusschen de directrice en de twee ge-
neesheeren van het Gasthuis, die den titel
van directeur voeren. Spr. meent dat maat-
regelen moeten worden genomen dat eventu-
eele nieuwe sollicitanten zich geen verkeerd
denkbeeld vormen van de functie, die zij
in 't Gasthuis te vervullen hebben. Spr. meent
dat het verkeerde idee vooral zijn oorsprong
vindt in den titel van „Directrice", die de
benoemde draagt. Den naam acht spr. niet
juist.
De heer KRUSEMAN beantwoordt den heer
Nagtzaam, waarna het ontslag zondor h. st.
wordt goedgekeurd.
Aan J. Welling, onder wijzer aan de school
voor M. U. L. O. no. 1 en leeraar Burger
avondschool wordt eervol ontslag verleend;
eveneens wordt ontslag verleend aan H. J.
Hennis, onderwijzer aan school no.' 8.
Commissies ad hoe.
Do heer .V. LOOSJES .wenscht het woord
om zijn standpunt uiteen te zetten, als min
derheid in het college van B. en W, ten op
zichte van de commissies ad hoc. Spr, is
bevreesd dat als de opmerkingen van B. en
W. in den Raad worden gebracht, da' even
tueel benoemde commissies axl hoe, daardoor,
zullen beinvloedl worden en B. en W. dus gaan
mede-voorbereiden. Dit zal des te eerder waar
zijn als een der loden van het college mede
in de commissie zitting neemt. Dit alles acht
spr. in strijd met de gemeentewet.
Van den anderen kant meent spr. dat de
adviezen van B. en W. den Raad toeh wel
bereiken zullen. Spr. zou dus de zaak willen
laten, zooals zij is.
De heer THlEL meent dat het best is het
stuk aan te houden totdat in behandeling
komt spr.'s motie, verleden jaar ingecjiend
inzake de taak der raadscommissies.
Verder dringt spr. op spoedige behandeling
aan van zijn motie, liefst zou spr. dit in do
volgende vergadering gedaan zien.
Weggelden.
De VOORZITTER is er niet tegen het punt
aan te houden, maar hij begrijpt het verband
aiet dat bestaat tusschen de commissies ad
hoe en de commissie die de motie van deu
heer Thiel op het oog heeft. Vele zaken wach
ten trouwens op afdoening van dit voorstel.
De heer THIEL meent te moeten volhou
den dat er wel degelijk verhand bestaat tus
schen de beide soorten van commissies en
wil de behandeling aanhouden totdat do mo-
tie-Thiel behandeld wordt.
B. en W. nemen het voorstel over en wordt
aangenomen.
De behandeling der lijst van aanhangig ge-
hieven stukken wordt tot de volgende ver
gadering aangehouden.
Uitbreiding personeel ter Secretarie.
B. en W. verzoeken den Raad een bedrag
van f 2700 ter hunner beschikking te stellen
ten behoeve van de uitbreiding van liet per
soneel ter gemeente-secretarie. Dit in ver
band met het besluit inzake de verplichte
aangifte die op 1 Januari in werking is ge
treden on den uitgesproken wensch om de
aanslagbiljetten vroeger te ontvangen. B. en
W. willen het personeel uitbreiden met een
ambtenaar van den rang van commies, en
verder met nog een belastingschrijver en één
le klerk. Aangenomen.
Subsidie.
De Vereeniging van Ned. Arbeidsbeurzen
te Utrecht, tot instandhouding van hare Ar
beidsbeurs in het Ruhrgebied (Duitschland)
verzocht cene subsidie van 100 voor 'eik
der jaren 1911 on 1912 te verleènen, doch die
over 1911 niet, omdat de dienst over dat jaar
reeds is afgesloten, Aangenomen.
Plan 1913.
Voor het plan 1913 wordt de gevraagde sub
sidie toegestaan van 2500. Aangenomen.
Prachtwerk over Haarlem.
Afwijzend wordt beschikt op het verzoek
van do firma H. D. Tjeeuk Willink en Zoon,
om van gemeentewege aan to koopen 1000
exemplaren van liet prachtwerk over Haar
lem voor 5000.
Bank van Leening.
B. en W. stollen voor goed te keuren de
rekening der Gemeentelijke Bank van Lee
ning over 19111912 met een nadcelig slot
van 541.61. Goedgekeurd.
Wüziging verordening.
De wijziging in do verordening, regelende
do aanstelling enz. van een havenmeester,
tevens inspecteur der markten enz., en ver
ordening, regelende de aanstelling en bezol
diging vjin de brugwachters wordt goed
gekeurd.
Nieuwe straten.
B. en W. stelden voor aan de straat ter
verbinding van den Kleverparkweg met de
Tetterodestraat den naam te geven van „Kle
verparkstraat" en te bepalen dat de bestra
ting van den zijweg zal bestaan uit keien.
De heer Dr. TIMMER heeft de plaats
waar deze straat zal komen nog eens be
zocht. Hij begrijpt niet waarom (leze straat
met keien zal worden bestraat, daar toch de
Tetterodestraat, de Brederodestraat en het
Kleverpark met klinkers is bestraat. Geheel
aan het einde der Tetterodestraat b.v. zal
men dan plotseling tie straat met keien be
straat zien opduiken. Dat wenscht spr. niet
en stelt voor om te bepalen dat de straat
met klinkers wordt bestraat.
De heer DE BREUK anwoordde hierop
dat de directeur werkt naar een vast sys
teem. De directeur vermoedt dat do straat
nog al een druk verkeer zal hebben en zij
wordt begrensd door den Verspronckweg, die
ook met keien geplaveid is.
Dr. TIMMER blijft bij zijn voorstel om in
do nieuwe straat klinkers te leggen. Spreker
vraagt of liet reden is dat in de verte een
straat ligt met keien, om ook in de nieuwe
straat keien te leggen, terwijl al de straten,
die hij genoemd heeft, met klinkers zijn b®-
De VOORZITTER zegt dat er bij B. en W.
geen bezwaar is om de straat met klinkers
te bestraten, als (1e raad zulks wenscht.
De heer HEER.KENS THIJSSEN wijst er
op, dat, tegen het oordeel van den Raad in,
nog maar steeds wordt vastgehouden aan
het standpunt van den directeur van Open
bare Werken. Alhoewel de raad duidelijk
verklaard heeft dat hij geen keien wenscht
in straten, waar weinig verkeer is, komt
steeds de directeur nog ïuaar weer met zijn
voorstellen om sommige straten met keien
te beleggen en is de raad genoodzaakt steeds
van (1e voorgestelde plannen af te wijken.
Spr. zou willen dat B. en W. daartegen maat
regelen nemen; gaf men den directeur zijn
zin, dan was heel Haarlem met keien be-
strsflt
De heer VAN ROSSUM heeft met genoe
gen gehoord dat (le directeur van O. W. er
een systeem op nahoudt, maar spr. herin
nert er aan, dat indertijd door den Raad een
rapport is gevraagd, waarin zou worden uit-
gemaakt, welke bestrating voor Haarlem (le
voordeeligste is: klinker- of keibestrating.
Dat is reeds vijf jaar geleden en nog steeds
is liet rapport niet verschenen. Spr. neemt
I deze gelegenheid waar om naar het uitbreu-
■geii van dat rapport te vragen.
I Het voorstel wordt aangenomen, met het
I verschil dat de nieuwe straat van klinkers
'zal werden voorzien.
Overdracht van grond.
Met ileu beer H. van Waveren, alhier, is
een geschil gerezen omtrent den eigendom
'van een gedeelte van bet perceel kad. bekend
sectio K no. 6.11 en gelegen even ten zuiden
van de Kamperlaan, welk gedeelte bij den
heer van Waveren voornoemd in gebruik is.
B. on W. stellen voor aan den heer H. van
j Waveren door middel egner dading de reoli-
ten op een deel van pereeel K no. 611 bij de
Kamperlaan af te staan, daar de eigendom
der gemeente in rechten moeilijk te bewijzen
zou zijn. Aangenomen.
'Vergunning.
B. en W. stellen voor aan do gemeente
Heemstede vergunning te verleenen tot het
leggen en hebben van gasbuizen, liet plaat
sen en hebben van lantaarnpalen, het ver
richten van alle werkzaamheden en het heb
ben van alle werken, welke zullen blijken
noodig te zijn in of op den weg langs de
iLcidsohe Vaart onder Bennebroek, een en
jander ten dienste van do gaslevering in de
gem. Blocmeudanl, afd. Vogelenzang.
Aangenomen.
Gasklacht.
Iu behandeling kwam het adres van R.
jMeinsma e.a. met klachten over liet gas in
liet Leidsche kwartier.
De beer NAGTZAAM betwist dat B. en W.
met reden in hun prae-advics zeggen dat
adressanten geen reden tot klagen hebben.
B. en W. hebben een onderzoek ingesteld.
Welk is dat onderzoek gcweèst, vraagt spr.
De heer Nagtzaam heeft eenigo klagers be
zocht, alzoo die in 'n kapperswinkel. Wanneer
in den winkel 2 gaspitten worden aangesto
ken, gaat alles goed; maar niet zoodra wordt
er in een ander deel van het huis ook licht
aangestoken, of het licht in den winkel wordt
slecht. Zoo is het geval met alle bewoners
daar. Het wordt heter, wanneer de winkels
in liet centrum der stad des avonds worden
gesloten. Tot nu toe lieeft men, ondanks de
verklaring van B. en W.. nog geen beter
licht.
Do VOORZITTER zegt dat het onderzoek
ingesteld is vanwege de gasfabriek. Spreker
meent dat het. euvel ligt aan de liuisleidin-
gen. Spr. is echter wol geneigd een nader
onderzoek ia te stellen naar de feiten door
den heer Nagtzaam genoemd.
De heer VAN DEN BERG geeft een staal
tje uit zijn eigen ondervinding en vraagt of
het niet mogelijk is dat de huisleidingen on
voldoende zijn voor bot aautal pitten dat
moot worden gebrand. Spr. vraagt of b.v. de
door den lieer N. bedoelde winkel b.v. vroe
ger geen particulier huis is geweest.
De heer KLEYNENBERG vindt het nu
een geschikte gelegenheid om do meusehen
er op te wijzen, dat zij zich met hun klach
ten moeten wenden tot het klachtenbureau.
Spr. doet dat immer en vindt er veel haat
bij, doch liet meerendeel der klagers doet
dat niet en dan blijft de toestand slecht. De
eeriige oplossing zou zijn dat alleen, evenals
znlks voor (le electriciteit het geval is, gas
werd geleverd aan die woningen, waarvan
de leidingen door het gasbedrijf zijn goedge
keurd. Dit is echter niei. meer mogelijk, daar
er reeds duizenden leidingen waren toen de
gemeente liet gasbedrijf overnam. Nu dit dus
niet meer kan, wende men zich tot het klach
tenbureau.
De heer NAGTZAAM zegt dut verschil
lende menschon geklaagd hebben, maar nooit
is hun gezegd dat misschien de huisleiding
onvoldoende was. De pijp werd uitgeblazen
en men ging hoen.
De VOORZITTER zegt dat in de Leidsche
Vaart binnenkort do gasbuizen verzwaard
zullen worden, niet naar aanleiding van de
klachten, maar voor exploitatie van verderop
gelegen gronden. Men kan dan zien of de
verlichting bctér zal worden. Helpt ook dat
niet, dan is het duidelijk dat. hot aan de
huisleiding ligt.
IJen heer BREGONJE doet hot genoegen
dat do gaskwestie weer eens 'degelijk be
sproken is. In het Rozenpriocl heeft men
lang geklaagd over het gas, het gaat nu iets
beter. Spr. verwacht verbetering van de ver
zwaring der gasbuizen in de T^eidsche Vaart-
De VOORZITTER illustreert het betoog
van den heer Breda Kleynenberg nog mot
de vermelden dat van (ie 78 klagers, die
liet adres Meinsma onderteekenden, er in
de maand November maar 4 in het klachten-
boek werden opgeschreven.
De hoer BREDA KLEYNENBERG vertelt
dat er op dat adres ook namen voorkomen
van menschen, dit niet opgetoekond staan
als gas Ver bruikers.
Het voorstel van B. en W. om het stuk ter 'af
doening in hun handen te stellen wordt aan
genomen.
Wijziging der Melk-
verordening.
Er blijkt, volgens B. en W., oen leemte
te bestaan in do verordening op den verkoop
van melk. Hot in art. 4 omschreven verbod
geldt alléén den melkverkoopcr en niet diens
huisgenooten. Een proces-verbaal, opgemaakt
naar aanleiding van dit art. 4, waarbij de
melkverkoopcr werd aansprakelijk gesteld
voor eone overtreding, door zijn dochter be
gaan, leidde tot een vrijspraak van den kan
tonrechter bij vonnis van 28 Februari j.l.
B. en W. stellen nu voor het art. 4, aan te
vullen als volgt: den melkverkooper öf den-
gene, die hem in de uitoefening van diens
beroep vervangt.
In een lachwekkend speechje vraagt Dr.
TIMMER of de dochter van den melkboer
aan de hand van 'doze verordening kan wor
den veroordeeld. Er staat toch in de ver
ordening „clengene. die hem vervangt", dat is
mannelijk. Kan nu ook dc dochter veroor
deeld worden. Onder gelach werd Dr. Tim
mer door den voorzitter gerustgesteld en
daarna de voordracht aangenomen.
Baden of zwemmen.
Volgens Art. 89b. der Algemeene Politie
verordening wordt gestraft ieder, die in de
openbare wateren, buiten de daartoe jaar
lijks door B. en W. bij openbare kennisgeving
aangewezen plaatsen, baadt of zwemt.
I>e Juridische commissie stelt voor dit art.
te wijzigen als volgt: Met boete van ten
hoogste f 1, wordt gestraft ieder, die in de
openbare wateren baadt of zwemt.
Plaatsen, die geschikt zijn om te worden
aangewezen, zijn er in de gemeente met hare
zieli steeds uitbreidende bebouwing moeilijk
nog te vinden.
In deze omstandigheden meent de Commis
sie dat er aanleiding is tot oen algeheel ver
bod van baden cn zwemmen, te eer waar toch
in dc zwein- en badinrichting aan de Hout
vaart kosteloos de gelegenheid is openge
steld.
De heer dc BRA AL meent dat het beroep
op de zwemschool niet opgaat, omdat (laar
de gelegenheid tot zwemmen onvoldoendo is.
Verleden zomer stonden er troepjes liefheb
bers voor de zwemschool, die hun beurt moes
ten afwachten.
De VOORZITTER verklaart een groot voor
stander van zwemmen te zijn. Hij heeft zich
juist voorgenomen om met de wethouders
a.s. Zaterdag eeu bezoek te brengen aan de
gelegenheid aan de Houtvaart en to zien
of men de school zou kunnen uitbreiden.
Do lieer de BRAAL wil dan tot zoolang een
plaats aanwijzen in openbare wateren, waar
gezwommen kan worden. Dat is toch niet
onmogelijk.
Do VOORZITTER zegt. dat dit niet onino-
lijk, maar ongewensclit is.
De heer (lo BRAAL vraagt lioo een ver
bod te rijmen valt met de weigering om een
gelegenheid te bieden, waar dat verbod niet
van toepassing is.
De VOORZITTER vraagt of het stelle»
van een verbod insluit, het bieden van zulk
een gelegenheid als door den heer de Braai
bedoeld. Trouwens er wordt door B. en W.
aan gewerkt, zooals de voorzitter zeide.
Dr. MERENS wil aan B. en W. overlaten
om een plaats aan te duiden, waar gebaad
kan worden.
De heer MODOO lieeft altijd gehoord dat
baden iu openbare wateren zeer onhygië
nisch is. Het zou de typhus verbreiden en
indertijd was het een der motieven waar
om de zwemplaats aan de Kikkert werd
verplaatst naar de Houtvaart. Spr. vraagt
of dat motief nu niet meer geldt. Spr.
wenscht verder B. cn W. in overweging
te geven om hij uitbreiding der zwemschool
te overwegen of niet een nieuwe zwemge-
legenhoid kan worden geopend in het Ara-
Bterdamscho Kwartier of in die buurt, op
dat de menschen van daaruit niet na
werktijd des avonds naar de Houtvaart te
zenden.
Dr. MERENS acht de bezwaren van hy-
giënischen aard van den heer Modoo niet zoo
zwaar, als leeken dit plegen te doen wan
neer zij zich met geneeskundige kwesties
gaan bemoeien.
Mr. SLINGENBERG vraagt of de Ge
zondheids-Commissie in deze niet moet wor
den gehoord.
In verband ook met de-zo opgeworpen ge-
'aondheidskwestie stelt de voorzitter voor
liet voorstel van de heer Merens naar de
jurydische commissie te zenden ter fine van
prac-advies.
Aldus wordt besloten
Benoemingen.
In de raadscommissie voor de bezwaar
schriften tegen de aanslagen in het vergun
ningsrecht worden verderbenoemd de lieo-
ren Dr. H. D. KVuseman, voorzitter; W- A.
J. v. d. Kamp en Dr. J. Timmer, leden, Mr.
J. N. J. E. Heerkens Thijssen, Mr. M. Slin-
gonberg; A. Rinkenia en A'. Nagtzaam,
plaatsverv. leden.
In het college van cura'toren van het gym
nasium alhier, weril benoemd in de vaca
ture van den heer B. P. Plantinga, de heer
Mr. P. Tjeenk .Willink.
Tot leden der .Commissie van "ioezicht
op het Middelbaar onderwijs werd benoemd
de heer J. T. Bierman ingenieur bij de H«
IJ. S. M., tot leden' van 'de Commissie
van' Toezicht op het Lager onSevn^js wer
den benoemd de heeren: H. Bussemakér;
R. Zuidema en A. Brak el; tot leeraar in
do Nederlandsche taal en Geschiedenis of
Aardrijkskunde aan de H. B. S. met 8-jarige
cursus en daaraan verbonden Handelsschool
de heer A. C. van Meoteren, te Zwolle; tof
tijdelijk' leeraar aan de Burgeravondschool
de heer K. Pijper, alhier; tot hoofd van
school voor openb. Lag. onderwijs no. T,
de heer C. van der Werff, te Rotterdam; en
aan schoof no. 2, de heer J. W. Sasburg,
hoofd eener school te Wormcrveer; tot on
derwijzer aan school no. 9 werd benoemd
de heer P. Dankelman, tc Haarlem; tot
id. aan de school voor M. U. L. O. no. V,
(le heer H. II. Holthuis, tc Amsterdam.
Rondvraag.
De lieer NAGTZAAM wilde een opmer
king maken in verband met de pas gedane
benoemingen. Hij drong er op aan dat in
de Commissie Van Toezicht op het Lager
Onderwijs, ook menschen zouden worden
benoemd uit don werkenden stand. De com
missie lieeft indertijd eens gezegd dat zij
geen candidatcn kan vinden. Spr. wil haar
desgewcnsclit wel namen noemen.
De hoer HEERKENS THIJSSEN, spre
kende namens de Commissie, verklaar: ten
hoogste verbaasd te zijn door deze woor
den van den heer N. 'De lieer v. Brakel
toch, die zoo juist benoemd is, is een werk
man. De commissie treft dus z. i. geen ver
wijt.
I)e heer NAGTZAAM verklaarde niet ge
weien te hebben dat de heer v. Brakel een
werkman is.
Hierna sluiting der vergadering.
DE TYPOGRAFEN-STAKING.
TE AMSTERDAM.
In de stakingsbeweging der typografen Ts
gisteren geen uitbreiding ontstaan. Het aan
tal stakers bedraagt 698. Het aantal gezel
len dat onder do gestelde arbeidsvoorwaar
den werkt is 760.
Overeenstemming werd ook verkregen met
de directies van (le drukkerijen van het Al
gemeen Handelsblad het Nieuws van den
Dag en De Telegraaf. Het personeel op deze
drukkerijen telt te zamen ongeveer 400 man.
Do Standaard verscheen gisterenavond we
derom niet.
De Tijd, op welker zetterij en drukkerij 96
man aan het werk zijn gebleven, en de Am-
slelbode kwamen wel uit.
In de „N. R. Ct." lezen wij over s takers-
practijken het volgende:
Zondagavond werd aan een van de op de
drukkerij 't Kasteel van Aemstel werkende
gezellen,, een machinezetter, per telefoon door
iemand, die zich voor zijn vrouw uitgaf ge
waarschuwd, dat „zij" door boven- en bene-
den-buren, glazenwasschers, den geheelen dag
ernstig was lastig gevallen en dat een der
kinderen zoek was. Do gezel verliet onmid
dellijk het gebouw. Hier werd hij door eeni
go stakers opgevangen, meegenomen naar
d'Geelvinck en bewerkt, om verder te sta
ken. Thuisgekomen bemerkte hij, dat het ge-
heele verhaal gelogen was.
Van de zijde van 't Kasteel was de politie
van 'do zaak verwittigd en onder haar ge
leide is (le gezel, toen hij de ware toedracht
der zaak begrepen had, onmiddellijk naar dc
drukkerij teruggekeerd, waar hij den nacht
heeft doorgebracht en thans weder werk
zaam is. Bij een paar drukkerijen heeft men
ruiten ingeworpen.
Een jonge zetter van de Tijd, verpleegde
van het St. Aloysiusgestieht, zou zich be
geleid door een broeder van dit gesticht, huis
waarts begeven.
Zij werden gevolgd door een groep stakers,
die hen uitjouwden en een grooten oploop
veroorzaakten. Men trachtte vergeefs den jon
gen over te halen om mede te gaan naar
„d'Geelvinck", waar de stakers hun kwartier
hebben. Op de Lauriergracht werden de twee
door de politie ontzet.
STAKING IN HET SLEEPERSBEDRIJF.
Gistermorgen is een staking uitgebroken,
te Rotterdam bij den sleeperspatroon Bode-
gom, een bedrijf van ongeveer 20 paarden
parelden, geve de Hemel, dat hem geen on
geluk overkome!
Troost u, mevrouw, zeide Lucia; uw
echtgenoot wordt door zijn zaken een weinig
langer opgehouden, dan men waarschijnlijk
meende. Hij heeft een goed paard en zijn lijf
knecht is dapper. Daarenboven begint de
maan den weg door het woud reeds te ver
lichten, zoodat hij in geenendeele gevaar loopt
te verdolen. Stol u gerust, Don Fernando zal
zich niet lang meer laten wachten.
Moge de goedo God hem gezond en wel
in mijn armen terugvoeren!
Valeria besloot, zich niet ter ruste te be
geven. vóór dat Fernando thuis was geko
men; daar de avond koel was, zette zij zich
bij deu haar neder, waar een heerlijk vuurtje
flikkerde. Pedro sliep op liare knieën iu. Ook
Lucia kon deu siaap geen weerstand bieden,
zoodat de arme vrouw ten prooi aan een
kwellenden onrust, alleen bleef waken.' O,
wat schenen de uren haar lang! De stilte van
den nacht vermeerderde haar angst niet
weinig
Valeria weende en diepe zuchten ontwel
den hare horst. Van tijd tot tijd meende zü
in dc verte het getrappel van paarden te hoe
ren: eensklaps hielden hare tranen dan óp te
vloeien en neigde zij aandachtig hel oor naar
de zijde vanwaar het gerucht scheen voort le
komen. Werd liare verwachting teleurge-
'stchj, (laufbegon zij nog heviger to snikken
en liet het "hoofd op de borst nederzinken.
Helaas! slechts het nachtwindje zuchtte in
le holle gangen van het eeuwenoude slot en
<erbrak nu en dan op^jjauw hoorbare, wijze
de (loodsche stilte, welke reeds eeuige uren j
I hee rechte.
Plotseling dreunen hevige .slagen op do
bnitenpoort van bet kasteel. „Daar is mijn
echtgenoot!" roept Valeria uit. Tegelijkertijd
J wil zij Fernando tegemoet snellen, maar ziet
op don trap Henrico, den lijfknecht reeds, die
rnet verwilderd oog en wankelenden tred
moeizaam voortschrijdt. Thans twijfelt Va
leria niet meer aan baar ongeluk, slaakt een
(smartkreet en valt bewusteloos op de koude
steenen neder. Lucia, die bij hot kind geble-1
I ven was, snelt onmiddellijk toe, en draagt,
hierin geholpen door Henrico, hare bezwijm- j
de meesteres naar een aangrenzend vertrek
ou legt haar behoedzaam op een rustbed ne-
1 der.,
t Spreek, zeg mij de waarheid, ik wil al-
les weten! riep de ongelukkige Valeria uit,
toen zij tot bewustzijn was teruggekeerd.
Helaas! mevrouw!
Is mijn echtgenoot dood?
Ja, mevrouw, antwoordde de knecht en'
bedekte zich hot gelaat met beide banden.
Dood, herhaalde Valeria als tot zich zel
ve sprekend; dood! Ik zal hem dus nimmer
wederzien! Mijn kind is een arm, hulpeloos
j weesje! Almachtige God, welk een verschrik
kelijke beproeving!"
Deze woorden werden op liartverscheuren-
den toon geuit Valeria wendde haar oogen
uaar alle zijden, als wilde zij don verloren
echtgenoot opsporen. Haar lippen trilden: de
beklagenswaardige vrouw bad nog, maar
geen traan ontwelde haar oog, geen zucht
haar bor*1
Na verloop van eenigo nünutou ontwaakte
zij uit dien toestand van wezenloosheid, en
wensohte de bijzonderheden te kenuen, welke
(len dood van Fernando vergezeld hadden.
.Oviédo heeft ons in het woud overvallen,
cn mijn edele meester werd door het zwaard
van zijn medeplichtige neergeveld," ant
woordde de lijfknecht
„Oviédo!" herhaalde Valeria.
De naam des ellendigen moordenaars
scheen haar een onbeschrijfelijk®!! afschuw in
te boezemen: „Mijn vriend." vervolgde zij,
„dank voor uw getrouwheid. Lucia, geef hem
de beurs, die gij in gindsclie lade zult vinden."
Henrico weigerde aanvankelijk bet ge
schenk te aanvaarden, cloeh Valeria hernam:
„Neem die beurs, zij is voor u; uw vrouw is
krank, zoodat deze onderstand haar nuttig
kan wezen. Bid voor mijn echtgenoot, voor
mijn arm kind en voor mij- Ga, trouwe Hen
rico, ongetwijfeld zal ik u niet meer weder
zien; maar, indien wij voor u goede meesters
geweest zijn, vergeet ons dan niet in uwe ge
beden.
De knecht kuste zijn meesteres de hand en
verwijderde zich. Zoodra Valeria met Lucia,
het kindermeisje, alleen was, sprak zij: „Wij
moeten onverwijld vertrekken. Ik ken de
Oviédo's; alle rust voor mij is verloren, tenzij
ik haastig de vlucht neem naar een afgele
gen en verborgen schuiloord, waar ik tegen
hun nasporingen beveiligd ben."
„Vertrekken! en dezen nacht nog?"
„Ja, mijn dochter, het is noodzakelijk; laten
wjj op het oogenblik zeiven vertrekken,
Lucia! God zal ons niet verlaten, IdAver sliit
ik mijn dagen iii (le woestijn van Alpujnrie,
liever sterven zelfs, dan de echtgenoote wor
den van Fernando's moordenaar. Oviédo, die
veeleer mijn fortuin dan mijn hand benijdde,
zal van mijn vader eischen, dat hij zijn woord
gestand doe. Helaas! ik ben verloren, als ik
mij hier laat verrassen."
Vervolgens pakte Valeria in allerijl hare
kostbaarste kleinodiën benevens het portret
van liaar echtgenoot bijeen en maakte zich
gereed te vertrekken.
„Zullen wij ook dit schoone borduurwerk
niet medenemen, mevrouw?" vroeg Lucia.
„Neen, mijn kind; laat het op (1e tafel lig'
gen, opdat het den blik mijner vijanden
treffe, wanneer zij dit vertrek binnentreden.
Aldus zullen zij weten, dat ik mijn deugd-
zamen Fernando immer heb lief gehad....
„Maar," voegde zij er hij, „waarom zoudt
gij mij op zulk een lange en moeilijke vlueht
vergezellen? Mijn hart immers is in de toe
komst voor alle vreugd gesloten, en ik zoude
mij zelf verwijten, dat ik de schoone dagen
uws levens vergiftigd had. Gij zijt nog zoo
jong! Verlaat mij, keer terug in de wereld en
verbind u aan een andere meesteres, die u
liefheeft gelijk ik; wees haar getrouw, gelijk
gij het mij geweest zijt."
Deze woorden roerden de gevoelige Lucia
tot in het diepste barer ziel. „Neen, neen,
mevrouw," riep zij uit en verborg zich het
gelaat in haar boezelaar; nooit zal ik n ver
laten! Ik heb in uw geluk gedeeld en moot
thans ook mijn deel in uwe smart dragen. O!
ik bid u, zend mij niet weg, laat mij u overal
volgen...."
BENOEMINGEN.
Z. D. H. de Aartsbisschop van Utrecht heef',
benoemd tot pastoor te Gent, den Weleerw.
heer L. J. A. de Roever, en tot pastoor te
.Veenhnizen, den Weleerw. heer L. Tolboom.
gwic.w.cwjaw"' - -
„Welnu! dierbaar kind, blijf dan hij mij.
God zal uw edelmoedige toewijding niet on
beloond laten."
Het sloeg twee uren. „Hemel!" liep de gra-
vin uit, „het is hoog tijd, laten wij vertrek
ken." Zij nam haar kind, hulde het in een
warme deken, om het tegen de najaarskoude
te beschutten en verborg liare eigen gelaats
trekken onder een dichten sluier.
Op het laatste oogenblik echter scheen hej
Valeria onmetelijk te smarten, dat zij than$
de oorden moest verlaten, die getuigen warim
van haar vervlogen geluk. Slechts met grooig
moeite slaagde zij er in, hare ontroering tó
overmeesteren. Voor de noodzakelijkheid
zwichtende, vermande zij zich ou vervolgdg
met wankelende schreden Lucia, die hare
meesteres door de holle gangen van lie£l(lf{gb
teel voorlichtte. Het bewonderenswaardig^
meisje had zich voorzien van een kleiupii
voorraad levensmiddelen en lijnwaad, bener
vens van eenige artsenijen, die men wellicht
noodig zou liebben. nt.-
Weldra had men den uitgestrekten sloty
tuin achter deu rug. Lucia opende de popj$
der ijzeren afsluitingen fluisterde: Late#',
wij uaar het water gaan en een der VflAWl
nemen, welke aan den oever vastgo» dikf
liggen. Daar ik mij voor uitspanniugi
werf in het hanteeren der roeispanftu (ten.
oefend heb, hoop ik zonder ongeval mi en 'wij
anderen oever te roeien. Aldus kunuin het
voor het aanbreken van (len morgenrên 4^1
(lichte woud tegen (le nasporiugen uv. vij-
anden beveilig wezen. rvolgd.)
(Wordt vervohyLu J