Het ondoorgrondelijke
geheim.
WIELRIIDERSPRIMA BUITENBARDER f 2.89 EN BINNENBANDEN f 1.69 EEN JAAR GARANTIE. H. J. VAN DER MEER, Schagchelstraat 9, Telef. 2422
Pro-T ariefwetpraatjes.
„Noyons,
STADSNIEUWS.
Mu Bon üardhéi
eBa I ftiawdssflioewen w&mïï* gelegenheden»
n.
Veilig kan worden aangenomen, dat de
groote meerderheid van ons volk tegen den
vrijhandel gekant is. Dit is dan ook de eenige
reden waarom de liberale minderheid van ons
volk, niets onbeproefd laat en alles in het
werk stelt, om met leugenachtige praatjes
en allerlei drogredenen, de meerderheid om te
zetten en op haar hand to krijgen.
FEUILLETON
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT .5.L*P
Btfffct't ti ©nir*T?
Wij atid©n h©t reeds, een verhoogd tarief
gelijk Minister Kolkman voorstelt, is geen
kwestie die do politiek of het godsdienstig
geloof raakt, maar moet gerangschikt worden
ander de zuiver ©econoraischo aangelegen
heden.
Vast staat, dat een verhoogd tarief meer
dan het zoogenaamd vrij handelsstelsel, be
vorderlijk is aan de volksbelangen. De vader-
landsch© industrie zal er door toenemen in
beteekenis, de loonstandaard van den werk
man zal rijzen, de middenstanders zullen er de
vruchten van plukken en de inwoners van
Nederland in het bijzonder, zullen kapitaal
krachtiger worden. De welvaart in bet alge
meen zal er door bevorderderd worden.
Slechts enkele handelslui, di© vroeger in
dustrieel waren, doch door de buitenlandsche
eoncurientia hun industrie moesten opdoeken
en nu zijn opgetreden als agenten van buiten-
londsche industrieel© handelshuizen, zullen
mot hun agenturen eenigszins in hot gedrang
komen evenals hun principalen.
Gaat men de lijstan na van het tegen-Tarief-
wet-comité, dan kan men heel goed bemer
ken, dat de commissiehandel voor het buiten
land zich aaneen sluit en een groote actie
heeft op touw gezet. Dat mag dezo men-
schen volstrekt niet kwalijk genomen worden,
want uit de lijsten van het vóór-tariefwet-
comité blijkt precies het tegenovergestelde.
De voorstanders zien er hunne belangen ten
zeerste door bevorderd, terwijl de tegenstan
ders voor schade bedacht zijn.
Hoeveel lawaai de liberale concentratie dan
ook maakt door de tariefverhooging tot een
kwestie van politieke beteekenis te maken,
ieder die zijn oogen goed den kost geeft en
zijn verstand laat werken, moet toestemmen
dat hier een zuivere belangenstrijd en niets
meer in het spel is.
Men meent van vrijzinnige zijde in de ta-
riefsverhooging van Minister Kolkman een
politiek fortuintje te zien. Bij gebrek aan be
ter speculeert men, nu de staatspensionnee-
ring een knauw heeft gekregen en men met
het allemnnskiesrecht in den knoei zit, om
het volk do vrijhandelsknollen in do hand te
stoppen voor citroenen, die het groot kapi
taal ïeeds uitgeknepen heeft.
Daarom is het zoo noodig dat do recht-
scho kiezers het zwendel-kabaai der tegen
standers tot de gewone proportion terug
brengen en waar zij kunnen anderen van hel
dere voorlichting dienen.
Denk er om, de tarief-kwestie is een zuivere
belangenstrijd. Degenen die minder zullen
worden van een verhoogd tarief van slechts
5 millioen, zijn te tellen, hun adres aan de
Kegeering bevat op een bevolking van ruim
6 millioen Nederlanders, slechts 3000 namen,
zegge slechts drieduizend. Het aantal
voorstanders, met onze Ministers voorop en
g-i-uotxa ineardtrbeid. dor ledon van de Eerst©
en de Tweede Kamer achter hen, is legio.
Dat zal echter niet gelukken. Al wat rechts
staat zal het aan behoorlijke vóórlichting niet
ontbreken.
Wat wij in het buitenland zien, in Duitseh
land, België, Frankrijk enz., is van buiten
gewone beteekenis en van groote aanbeveling
voor de heffing van een matige tariofsverhoo-
ging. Vrees behoeft er niet te bestaan dat
wat daar kan, hier onmogelijk zou zijn. In
tegendeel, want in genoemde landen is het
tarief deels veel hooger en zijn de spook
gestalten die hier door de concentratiemannen
geschilderd worden, nimmer te zien geweest,
maar wordt bloei en weelde aanschouwd en
heerscht niet half zooveel gejammer als hier
ben lande.
In België bijv. waar de tarief-opbrengst 29
millioen bedraagt en de bevolking op 171/4
millioen inwoners wordt geschat, en meer
van het tarief wordt ingezameld dan het
ontwerp-Kolkman ge® en zal, heerscht groo-
ter welvaart en kan een kapitaals-vermeerde
ring worden waargenomen, die gelijk loopt
met die van het beste land.
In Duitsehland wordt aan tariefrechten niet
minder dan 420 millioen gulden geheven, op
een bevolking van 66 millioen inwoners.
Maakten wij voor ons land proportioneel heb
tarief even hoog dan zou dit bij ons 41
millioen in do schatkist brongen. Onze Mi
nister Kolkman vraagt echter slechts even
20 millioen.
Wie zou durven beweren dat Duitsehland
uitgemergeld wordt en aan de ellende ten
prooi is, weet er niets van. In Duitsehland
hebben alle bronnen van inkomst den hoogsten
bloei bereikt. De scheepvaart, de handel do
nijverheid, het handwerk, da visscherij, ja
alles staat aa.n de spits van andoro landen.
Wat Frankrijk betroft, mon weet dit land
heeft een bevolking van ongeveer 40 millioen
zielen en daar komt voor do invoer van bui
ten] andscho artikelen 295 millioen gulden in
da schatkist. Voor ons land, naar dezelfde
proportie, zouden wij circa 43 millioen gulden,
krijgen, terwijl minister Kolkman slechts 20
millioen vraagt, waarvan thans reed» 15 mil
lioen geheven wordt
Ziet go nu wel, hoeveel kool door d© vrij
zinnige concentratie verkocht wordt, en dat
het da lui alleen maar te doen is om door het
schetteren met leugens het volk dfct rechts
staat on dat nog niet door den leugengeest der
tijdon, den grond onder de voeten is kwijt ge
raakt, op oen dwaalspoor ta brengen en van
het rechte pad af te voeren.
Het verhoogde tarief van Minister Kolkman
zal, zoodra zijn wetsontwerp is aangenomen
een gezegende uitwerking hebben. Ook onze
scheepvaart, gelijk die van Duitsehland zal
er door bevorderd worden. In 1871, toen
Duitsehland nog vrijhandel had, waren er
niet moer dan 147 stoomschepen voor de zee
stoomvaart met een inhoud van niet meer
dan 82.000 bruto ton. Dit bedrag liep sedert
Duitsehland do vlag der protectie in top
voert, in 1911 reeds op tot t w e o millioen
397 duizend register ton, terwijl het aantal
stoomschepen thans reeds 2000 bedraagt. Com
mentaar is na dit voorbeeld zeker wel over
bodig. De cijfers zijn ontleend aan het Statisti
sche® Jahrbuch.
Een volgendo keer meer.
KEES POLITIEK.
Gemeenteraad.
(Vervolg zitting van gisteren).
Do heer BREDA KLEYNENBERG verde
digde zijn amondement.
De heer HEERKENS THIJSSEN kan zich
wel vereenigen met het denkbeeld om ook in
Augustus avondconcerten te geven. In den
winter wordt toch ook drie maanden lang
het aantal concerten verminderd. In Augus
tus kan dat ingehaald worden. Spr. is er
voor om 't aanvangsuur op half acht to stel
len, zoolang het lang genoeg dag is. Om in
de maanden Juni en Juli Dinsdags de concer
ten to laten vervallen, acht spr. niet ge-
wenscht. Een feit is het, dat vele vreemde
lingen die concerten en dus onze stad be
zoeken, eu de bowoners daarvan voordeel on
dervinden. Voordat de wijziging in die re
geling bekend is, gaat veel tijd lieen.
Hierna werd de instructie behandeld voor
den stads-organist.
De heer HEERKENS THIJSSEN diende
op art.5 een amendement in, om concerten
to geven op Woensdagavond van VA tot 8A
uur in Juni en Juli en in Augustus van
7 tot 8 uur.
De heer LASSCHUIT wilde concerten ge
ven op Woensdagavond van half Mei tot
half Augustus.
De heer RINKEMA heeft bezwaar tegen
den Woensdagavond, omdat dan ook de con
certen gegeven worden van bet Haarl. Mu
ziekkorps.
De heer SCHRAM stelt voor om Vrijdag
avond te lezeu.
Do heer HEERKENS THIJSSEN heeft
persoonlijk geen bezwaar om in plaats van
Woensdagavond-, Vrijdagavond te lezen.
De heer VAN DE KAMP vindt het met
het oog op het vreemdelingenverkeer niet
gewenscht om het concert, Dinsdagsmiddags,
in de maand Juli te laten vervallen (amen
dement van den heer Kleynenberg).
De heer MERENS vindt dat men den or
ganist beschouwt als een automaat, waar
men 2A cent ingooit on een concert uithaalt.
De organist is mensch en kunstenaar en wel
mag men overwegen, dat voor één concert,
om het varieerend te maken voor hetzelfde
publiek, meerdere uren studie wordt ver-
eischt. Men moet niet te veel van den kun
stenaar willen eischen. Spr. verdedigt het
amendement van den heer Kleynenberg.
De heer KLEYNENBERG vraagt zioh af
hoe het een kunstenaar mogelijk zal zijn, zoo
dikwijls een interessant concert te ge
ven.
De beer HEERKENS THIJSSEN zegt dit
bezwaar niet te voelen. Spr. noemt Mengel
berg en Kriens, die ook Iedere week meer
malen zeer varieerende concerten geven.
De heer VAN DEN BERG meent dat deze
vergelijking niet opgaat. Wel zou dit het ge
val zijn, wanneer Mengelberg en Kriens zelf
het instrument bespeelden. Spr. vreest dat
hot peil der concerten op den duur zal dalen.
De heer SCHRAM wijst er op dat het
aantal concerten hetzelfde blijft als vroe
ger, toen zij 25 jaar lang door den ouden or
ganist zijn gegeven. Wat van Ezerman ge
vergd is, en door hem uitgevoerd, kan
ook een jonge man wel, bezield met liefde
voor de kunst.
Met het oog op d© vreemdelingen ver
klaart de VOORZITTER dat B. en W. zich
tegen het amendement van den heer Kley
nenberg, om de concerten in Juli en Juni
te doen vervallen, verzetten. Dat het werk
bovendien zoo zwaar zal zijn voor den orga
nist, kan spr. ook niet vinden. Is dit toch
zoo, dan zal dat zich wel ontpoppeu in het
aantal sollicitanten, dat zich aanmeldt
Het amendement van den heer Kleynen
berg om de Dinsdagmiddagconcerten in Juni
en Juli te doen vervallen, werd verworpen
met 4 stemmen tegen.
Een aantal overige amendementen werd
opgenomen in het amendement van den heer
Hecrkens Thijssen, dat, gewijzigd, beoogde
avondconcerten te doen geven van half Mei
tot half Augustus op Vrijdagavond van half
acht tot half negen.
Eerst werd gestemd over het voorstel om
de concerten op Vrijdagavond te geven. Do
Wethouders stemden tegen.
Het voorstel om de avondconcerten te doen
plaats hebben van half Mei tot half Augus
tus werd verworpen met 16 tegen 12 stemmen.
Alsnu werd aangenomen het voorstel van
B. en W. om de concerten in Juni te doen
plaats hebben van VA tot 8 A uur on in Juli
van 78 unr.
De heer KLEYNENBERG vraagt om ook
het verlof te regelen voor den organist.
Ook de heer THIEL vindt dat het verlof
niet voldoende geregeld is, in tegenstelling
met B. en W., die meenen dat voor het verlof
genoeg ruimte en gelegenheid in do instruc
tie ia gelaten.
De heer KRELAGE vraagt om het bedrag,
dat do oi-ganist mag vorderen voor het spe
len van 'torgel op buitengewone tijden, wan
neer hij daartoe wordt aangezocht, te br'en-
gen op 25.
B. en W. neinen het amendement over.
De heer SCHRAM vreest dat vreemdelin
gen zullen worden worden afgeschrikt voor
dit bedrag.
Do VOORZITTER zegt dat 25 een maxi
mum is. Als de vreemdelingen zeggen dat
zij niet meer dan 15 kunnen betalen, dan
mag de organist het ook daarvoor doen.
(Gelach).
De instructie voor den organist en daarna
<lio van den liulp-organist worden vastge
steld.
De VOORZITTER zegt dat B. en W. zeer
welwillend staan tegenover het amendement
van don heer Breda Kleynenberg, om bet
salaris van den organist te brengen op 1200.
Nadat, de heer BREDA KLEYNENBERG
zijn amendement nog heeft toegelicht, nemen
B. en W. hot over. Het wordt goedgekeurd.
Levering van eleclricitcit
aan Heemstede,
De heer HULSWIT legt nu de verschil
lende hybridische formules uit, die volgens
spr. „heel eenvoudig" zijn. De regeling is
bijna dezelfde als die met de Holl. Spoor
(de N. Z. Holl. Tram).
De heer TJEENK WILLINK houdt ech
ter zijn bezwaren vol: de* Raad wordt door
dit contract gedreven op een weg waar
van hij de consequenties niet kan beoor-
deelen. Daarenboven is hier een beginsel
nedergelegd waarmee spr. zich niet kan ver
eenigen: de gemeente Heemstede is vrij om
stroom te betrekken zóóveel als ze wil,
en er mee te doen wat ze wil (zelfs den
stroom naar elders leveren!) en voor een
prijs, niet meer dan 5 pet. hooger dan die
ergens in Nederland wordt geheven! Dat
maakt do gemeente Heemstede baas in ons
electrisch bedrijf en men rekent hierbij ook
niet op mogelijke uitbreidingen van de tech
niek. Spr. zal dus tegen het voorstel stem
men.
De heer van STYRUM stemt voor een
groot deel den vorigen spreker bij en wijst
daarenboven nog op juridische gebreken
van dit contract. Het zal dus goed zijn
om het ook nog eens do juridische com
missie laten passeeren-
De heer THIEL verdedigt het voorstel
van B. en W. tegen de vorige sprekers.
Spr. ontkent toen eenenmale dat dit een
gebrekkig-samengesteld contract zou wezeni
Spr. verdedigt tegen den heer van Sty-
rum het veelvuldig gebruik van arbitrage in
deskundige kwesties als deze.
Ook op andere punten bestrijdt spr. de
critiek van don heer van Styrum.
Wat do aanmerkingen van den heer
Tjeenk Willink betreft, spr. houdt vast dat
de gemeente Heemstede absoluut nooit iets
over ons electriciteitsbedrijf zal to vertellen
hebben:, meer dan 150 K. W. U. mag Heem
stede niet halen uit den kabel, en de hee-
ren die hier bezwaren maken drijven dit
contractje zoo hoog op,- dat hot lijkt alsof
dio 150 K.W.U. heel wat 1st Voorts zegt spr.
over den prijs die hier gocontractoerd is,
dat Heemstede met zulk een prijs absoluut
nooit als leverancier van stroom kan op
treden aan anderen: behalve olectriciteit
voor licht en een kleinen ventilator kan
voor dezen prijs niet geleverd worden 1 Ook
wat de vorderingen der techniek betreft,
hierin is voorzien in art. 10: de scheidslie
den moeten daarop letten, zooals duidelijk
hier wordl gezegd. Ten slotte toont spr.
aan dat de prijzen, aan Heemstede bere
kend, zeer gunstig zijn voor Haarlem.
De heer HULSWIT dankt don heer Thiel
voor zijn verdediging en voegt er nog eeni-
go opmerkingen aan toe. Als Heemstede
eens wou gaan leveren aan gemeenten in
den omtrek, zouden de kosten groot bezwaar
geven aan Heemstedo, niet aan Haarlem.
Do heer TJEENK WILLINK houdt zijn
bezwaren vol, en somt allerlei bepalingen op
die hot z.L motiveeren dat dit contract voor
de gemeente Haarlem gebrekkig is samen
gesteld.
Ook de heer van STYRUM houdt zijn
standpunt vol, en bestrijdt weer den heer
Thiel. Zoo is b.v. „overmacht" een juri
disch begrip, cn in dit contract is de vraag
of overmacht bestaat, aan niet-juri3ten ter
beantwoording opgedragen. Dat acht spr.
o.m. verkeerd. Als men deze zaak wil door-
jassen dan laat spr. do verantwoordelijk
heid aan die „doorjassers", maar spr. zal
niet rauwelijks amendementen indienen. Hij
wacht of de idéé van B. en W. over zijn
denkbeeld, om ae za«ak bij de juridische
commissie te brengen.
Do heer THIEL protesteert allereerst te
gen uitdrukkingen, door do heeren Tjeenk
Willink en Van Styrum gebruikt, als zou
spr. „het laten voorkomen alsof". Dat klint
spr. onaangenaam toe.
Wat het indienen van amendementen be
gaat, spr. wenscht volstrekt geen „rauwe-
lijke" amendementen: de heer van Styrum
heeft meer dan 14 dagen lang tijd genoeg
had om amendementen in te dienen.
Voorts bespreekt en bestrijdt do heer
Thiol zakelijk de verschillende bezwaren,
door den heer Tjeenk Willink geopperd,
en onder herhaalde uitingen van hilariteit
legt hij uit flat do bepalingen van dit con
tract inderdaad z. i. zoo aannemelijk zijn
als maar k(an. Ten slotte vestigt spr. nog
de aandacht op een element in dit contract:
de meerdere aansluiting van do omliggende
gemeont.cn bij Haarlem. Dit mag niet wor
den voorbijgezien.
De BURGEMEESTER zegt dat B. en W.
zéér veel prijs stellen op afdoening van dit
voorstel. En tevens voegt de voorzitter er
bij, dat in commercieel© zaken de onder
handelingen maar niet kunnen gerekt wor
den zoolang men will
De heer KRELAGE dient een amendement
in om het contract aan de Rechtsgeleerde
Commissie te verzenden ter advies.
De VOORZITTER herhaaltzeer ernstig
zijn advies.
De hoer BREDA KLEYNENBERG wijst
erop, dat als deze zaak nu wéér wordt
uitgesteld, het groote gevaar bestaat, dat
dezo zeer voordeelige commercieelc zaak
aan Haarlem ontgaan zal, zooals Haarlem
vroeger wel meer voordeelen heeft gederfd.
De heer SOHREUDERS deelt als com
missaris der K. E. M. mede, dat deze maat
schappij volstrekt niet van plan is een of
ferte te maken aan Heemstede: dat zou zoo
lijken uit hetgeen de heer Kleynenberg zei-
de.
Het amendement-Krelage wordt hierna
met 19 tegen 9 stemmen verworpen.
De concept-verordening komt dus nu in
behandeling.
De hoer TJEENK WILLINK zegt dat een
groot hoofdbezwaar is voor hem en anderen,
dat in de algemeene machtiging aan B. en
W. get n vergunning is verleend aan Haar
lem om door het gebied van Heemstede
kabels te leggen, ten einde eventueel tot
Heemstedo's „aciiterlrn 1" te kunnen bedie
nen. Om dit bezwaar te ondervangen is door
spr. ectt amendement ontworpen, dat hij
hierbij indient.
De heer MODOO verzet zich tegen dat
voorstel. Men kan toch een bepaling als
deze net zoo maar en passant binden
aa n een contract voor stroom lever ingt Als
mm prijs stelt op dezen klant voor d© cen
trale moet mett er geen bepalingen aan vast»
haken waarvan men eenvoudig te voren
weet dat do klant ze zal moeten afwijzent
De heer THIEL voegt hierbij dat daaren
boven het amendement nog veel verder gaat
dan de voorsteller zélf bedoelt 1
De heer TJEENK WILLINK houdt vot
dat zijn amendement in het ontwerp best
past en verdedigt nader zijn verlangens.
Het. amen lement wordt verworpen
motl 22 stemmen tegen en 6 voor.
Do artikelen 116 worden aangenomen.
Bij art. 17 vraagt de heer HEERKENS
THU3SEN of er bezwaren bestaan om het
maximum van 2.000.000 K. W. U., als termijn
voor het totale energieverbruik waarnè, pas
het contract door Heemstede kan worden
opgezegd, n'.ot zou kunnen worden ver
hoogd?
De heer HULSWIT zegt dat de hoeveel
heid méér dan voldoende is te achten juist
omdat er geen fabrieken zullen worden aan-»
gesloten.
De artikelen 1720 worden aangenomen»
waai na het geheele Contract wordt aan
genomen met 23 stemmen voor, en 5 to
gen (de heeron Tjeenk Willink, van Styrum,
van de ?Kamp, Krelage en Slingenberg.)
Openbare Leeszaal.
B. on W. steldon voor, de rapporten der
commissie aa.ii hen tor fino van praeadvies te
zonden. Do VOORZITTER zegt dat dit voor
namelijk is omdat B. en W. vreezen dat
de financieele resultaten van de openbare
leeszaal, zooals zo is voorgesteld, niet gun
stig zullen zijn.
Do heer THIEL is hiertegen: hij ziet voor
een afzonderlijk advies van B. en W. geen re
denen. Spr. moent daarenboven dat de vraag
van B. en W. om praeadvies te geven, eigen
lijk ingaat tegen de pas-aangenomen motie
van Styrum over rapporten van commissies
en adviezen van B. en W. Alleen als 'do
Commissie-zelf een advies wilde, dan zou spr,
ertoe kunnen bewilligen.
Do lieer KRELAGE zegt dat de Commissio
bereid is om het debat te aanvaarden.
Do heer LEVERT zou er echter prijs op
stellen zulk een advies van B. en W. te
ontvangen. Ook spr. gelooft dat do finan
cieele zijde van do zaak luchtigjes is behan
deld.
Spr. had wel gedacht dat do Raad uit be
leefdheid alleen dit praeadvies zou hebben
aanvaard, dus kan hij nu geen cijfers go-
ven, maar zijn indruk i3 zooals hij zegt.
De heer THIEL dringt -op behandeling nü
aan.
Do VOORZITTER moent dat B. en W.
toch precies gehandeld hebben zooals do
Raad heeft gevraagd.
Na nog eenige opmerkingen van de heeren
TJEENIC WILLINK en KLEIJNENBERG
wordt het voorstel van B. en W. (praeadvies)
aan ge nomen met 16 stemmen voor ea
12 tegen.
De booinenvellerij.
Do heer KRELAGE wil oen „afschuwelijk
misverstand" ophelderen: noch de plantsoen-
architect, noch de commisssie voor den Hout,
noch B. on W. willen maar zooals een
deel der burgerij schijnt te denken liefst
zooveel mogelijk boomen omiiakken.
Integendeel, de hoer Springer heeft juist
buitengewouen eerbied voor boomen, en dezo
boomen die hier nu worden voorgesteld te
rooien, moeten inderdaad om verschillende
redenen eruit lOver de boomen op den Zijlweg)
vraagt spr. dat nu er „geruchten" zijn dat
do tram op den Zijlweg vooreerst er niet
zal komen, die boomen zullen worden be
houden.
De VOORZITTER zegt dat toe, cn geeft
tevens even over zijn „boomenstandpunt" uit
legging: Spr. is een zoon van de Veluwe,
waar de natuur hoogtij viert: zelfs loopt
hij liever in de dennenbosschen van de Ve
luwe, dan in degeasfalteerde Barteljoris-
straat I
Maar.... wat noodig is in den modernen tijd,
dat moet. Ziedaar spr'a. standpunt 1
De heer HEERKENS THIJSSEN spreekt!
over de boomen op de Gedempte Oude Gracht.
Daar staan oude, mooie boomen, die een sie
raad zijn' voor do straat, dié wel „oud" zijn,
maar daarom absoluut niet „ziek", en die
voor de burgerij een genot zijn om te zien.
Waarom wil men dezo nu wegrooien, terwijl
de verkeersweg het toch óók niet absoluut
oischt?
99
(Naar bet Amerikaausch).
.9)
De oude mevrouw Sutherland en Carola
«rillen naar New-York gaan en de jongge
huwden den zomer in Maplewood blijven. I
Eerst echter zal er een bal gegeven worden,
Waarop alle bekenden nit den omtrek, genoo-
digd worden. i
We hebben drie dames uit het huis gereed
gezien voor 't feest. OnophoudeRik beschouwt
Augusta de vrouw van haar neef.
Eer ze naar de zaal gaat, begeeft ze zich in
de kinderkamer, waar do kleine erfgename
der Sutherlands rust.
Voor 't eerst sedert negentien jaar is er
J*eer een kind in huis, de lieveling van allen,1
chalve van Augusta, die moeder en kind
haat.
Indien 't mij niet gelukt haar te verplet- i
£ren, denkt Augusta, terwijl bare koude
gen van helsche vreugde schitteren, kan ik
*«ar door het kind treffen. i
Het is een schihtterend bal en eerst bij het
aanbreken van den dag verlaten de gasten
het huis. Twee dagen later vertrekken me
vrouw Sutherland en Carola. en Arthur en
Ada beginnen een nieuw leven.
Er worden geen bezoeken gemaakt, geene
uitnoodigingeu gegeven of aangenomen. Ada
wordt opvallend stil en ernstig, bijna aan
Augusta gelijk.
Ze houdt er niet van met vreemden to ver-
keeren, 't liefst is ze thuis, met echtgonoot
en kind. Wanneer ze uitgaat, is ze altijd ge
sluierd. Haar man lacht over die grillen, la
ter vindt hij echter die kleinigheden verklaar- j
baar.
Hoe nabij de storm ook is ze zijn nog op
't toppunt van geluk; ja, het geluk was te
groot om duurzaam te zijn.
In 't klooster heeft Ada geleerd, dat rein
geluk alleen in den hemel te vinden is.
O, Arthur, we zijn al te gelukkig, spreekt
ze soms, wat hebben we gedaan om zulk een
zegen te verdienen, terwijl duizenden betere
mensehen dan wij hun leven in kommer en
ellende slijten1? Ons geluk kan hier niet blij
ven duren.
Maar Ada, hoe kom je aan die treurige
gedachten? Waardoor zou ons geluk gestoord
kunnen worden? j
Waardoor? herhaalt Ada verbleekend,
en zij zegt vol angst: O Arthur, hot zou mij
het leven kosten, indien ik ie moest ver
liezen!
Hoo kun je over zulke vreeselijke zaken
spreken Ada? Je leidt hier een kloosterleven
en je wordt droefgeestig, we zullen meer uit-
g'aan in het vervolg.
's Avonds na dit gesprek vindt Arthur zijne
vrouw in de zaal op een sofa. Ze slaapt.
Augusta bladert in een boek en Louise heeft
de kleine Ada op den schoot. Arthur buigt
zich over zijne vrouw eu kust haar op het
voorhoofd.
Ze wordt wakker.
O, wat ben ik blij, dat je hier bent! zegt
ze, ik bad een akeligen droom.
Geen wonder, het stormt zoo hevig bui
ten, dat men binnen wel bang zou worden.
Waarvan heb je godx'oomd?
Van grootpapa.
En wat?
O Arthur, ik zag hem net alsof bij
levend voor mij stond. Hij stond naast mij en
keek mij bezorgd aan. Hij zei niets, doch ik
gevoelde, dat hij gekomen was, om mij voor
een dreigend onheil te waarschuwen. Wat
meen je, Arthur, dat de droom beteekenen
zou.
Bevreesd als eeu kind klemt zij zich aan
haar man vast, de wijd geopende oogen getui
gen van eene hevige inwendige ontroering.
Je bent toch zeker niet bijgeloovig? lacht
Arthur. Je moet verstrooiing hebben, en we
zullen van avond eens uitrijden.
Voor 't eerst kijkt Augusta van het hoek
op. Tot nu toe had zo onbeweeglijk gezeten
als een beeld, maar toch was haar geen
woordje van het gesprokene ontgaan.
Bij dit weer uitrijden? vraagt ze bedaard.
1 In een gesloten rijtuig kan men in 't
slechtste weer uitrijden. Heel St. Mary gaat
en ook de dames van Maplewood mogen niet
achterblijven. Hij haalt eeno groote affiche
uit den zak, de voorstelling zal slechts twee
maal plaats hebben. Willen de dames dus om
half acht met het toilet gereed zijn?
O, Arthur, laat mij thui6? smeekt Ada.
Wel neen, ik verlang het bepaald. Je
moogt toilet maken, zooveel als je verkiest,
maar geen sluier dragen.
Het valt Ada dezen avond pijnlijker dan
ooit, het stille huis, te verlaten. Was dit het
gevolg van den droom?
Mijn lief vrouwtje, zegt Arthur als ze
weer gekleed in bet salon komt. waar zijn
uwe rozenroode wangen gebleven? Je ziet er
zoo slecht uit en je handen zijn zoo kil. Dat
kan zoo niet blijven, ik zal weer met je op
reis gaan, indien het niet spoedig verandert.
Neen, n'ecn, niet weg van Maplewood,
waar ik zoo gelukkig ben.
Arthur geleidt do dames naar het rijtuig
en door storm en regen gaat het naar St.
Mary.
1 Met moeite baant zich Mr. Sutherland eon
1 weg door de stampvolle concertzaal, het or
kest is juist begonnen.
Hier zijn programma's voor de dames.
Op het tooneel staan in een kring een
dozijn negerzangers, met glazende zwarte ge
zichten, zij buigen voor het publiek.
Hot orkest speelt, een der zangers heeft
juist met een heldere tenorstem de eerste
strofe van een lied gezongen, als een schelio
kreet door de zaal klinkt.
Precies voor het tooneel ontstaat beweging
en verschrikt draagt Arthur zijne bewuste»
looze vrouw uit de zaal.
Eerst na eenigen tijd is het publiek weer
j tot bedaren gekomen.
Als een loopend vuurtje verspreidt zich het
gerucht dat mevrouw Sutherland bij het
lezen van het program cn de namen der ne
gerzangers verschrikt is opgesprongen en
met een kreet bewusteloos neergezonken.
XI.
GASTON BENOIR.
Het stadje St. Mary bezit twee groote ho
tels, in 't hotel Weldon hadden de negerzan
gers hun intrek genomen.
'sMorgens na het concert bevindt zich een
vroolijk gezelschap in de eetzaal van het ho
tel, bestaande uit vier dochters des huizes,
eenigen harer vriendinnen on een half dozijn
zangers.
(Wordt vervolgd).