Anecdoten. m Een rusteloos leven, kometeta medegedeeld van zijn onderzoekïn- de opkomst de electro-techniek, vertlenvou- gen van de Sphinx, die al tot verschillende digd. In 1880 bedroeg de productie 10 000 merkwaardige ontdekkingen geleid hebben. ton, in 1897 43.000 ton, in 1902 55.000, in 1910 Binnen in de Sphinx bedoeld is de ko- 80.000 en in 1912 omstreeks 100.000 ton. Van los op het pyramidenveld van Gizé aan den de caoutchouc-leverende landen (Brazilië, W.- anderen kant van den Nijl tegenover Kalro Afrika, Centraal-Amerika, Peru, Oost-Indië) vond Reisner een zonnetempel. Deze is heeft alleen in Brazilië de productie gelij- ouder dan een van de pyramiden, daar hij ken tred gehouden met het stijgend ver- naar zijn berekening dagteekent uit onge- bruik, terwijl de uitvoer uit West-Afrika, het veer 6000 v. Chr., en vermoedelijk het oudste overige Amerika, en Indië, de Maleische ar- gedenkteeken in de geschiedenis van Egypte.1 chipol incluis, nauwelijks gestegen is. Mens of Menes was de eerste koning vanj Wat het verbruik betreft nemen de .Ver- Egypte van wien Se geschiedenis rept, en eenigde Staten de eerste plaats in (45.000 het graf van dezen koning, van wien men ton in 1910), vervolgens komen Engeland zegt dat hij zichzelf tot god verklaarde en (16.000), Duitschland (8000), Frankrijk (4500) den vorm van de Sphinx vaststelde, is bin- en Rusland (4500). nen in do Sphinx. Er zijn gangen die naar De prijs van do rubber is gedurende de holen leiden waarin men nog 'niet is door- laatste jaren sterk wisselend geweest. Ter gedrongen, daar het werk nog maar zes wijl fijne para op de Engelsche markt in maanden aan den gang is. De Sphinx is, zoo- 1895 tusschen 3,5 en 4,5 gulden per K.G. als men weet, uit de rots gebouwen, „maar varieerde, steeg de prijs in 1905 tot onge- binnen in zijn de kelders en gebouwen van een veer 8 gulden, om in 1908 weer tot 3,50 gouden stad, die misschien zelfs voor de j te dalen. In 1910 werd caoutchouc met 16 lucht open is geweest". Op het oogenblik zijn'gulden betaald en thans is de prijs ongeveer de opgravingen nog beperkt tot de kamer in 7 gulden. het hoofd van de Sphinx. Reeds in 1875 werden op Oeylon pogingen de markt kwam. Deze kamer is 60 voet lang en 14 breed, in het werk gesteld om de caoutchouc op Zij is door gangen met den zonnetempel plantages te kweeken, echter zonder veel re- verbonden die in de klauwen van de Sphinxsultaat. Eerst op het eind der 19de eeuw is besloten. I werden de proefnemingen weer hervat, voor- De gravers vinden honderden exemplaren al op Ceylon en in Ned.-Indië, zoodat in van de crux ansata, het gehengselde kruis, 1910 ongeveer 12000 ton plantage-rubber aan dat het zinnebeeld van de zon i3. Ettelijke daarvan zijn van goud en hebben draadjes om kleine klokjes te dragen, waarmee de pries ters de geesten opriepen. Binnen in de Sphinx zijn ook kleine py ramiden, ofschoon de Sphinx lang voor de groote pyramiden gebouwd is. Een pyramids was in die dagen, volgens prof. Reisner, een zonnewijzer, en de Sphinx was een zonnegod. De pyramide van Cheops is een zeer nauw keurige tijdmeter. Prof. Reisner waagt altijd volgens den bovengenoemden corres pondent de onderstelling, dat het heden- daagsche Egypte een groote stad is, waarvan OM CAOUTCHOUC WEDER ELASTISCH TE MAKEN. Caoutchouc heeft neiging om aan de lucht blootgesteld hard te worden. De elasticiteit wordt volgens „La Revue" weer herkregen^ door het te dompelen in een aniline-oplossing van 3 pet. Om de roode of zwarte kleur, die gemakkelijk grijs wordt, te behouden, wordt een penta-sulfaat-potasch-oplossing van 1 pet. gebruikt. Door dit proces, wordt ech ter een zeer onaangename reuk ontwikkeld, doch het caoutchouc wordt weer volkomen men pas dén rand heeft losgekrabd, maarelastisch. Even goede resultaten worden ver tot het inwendige waarvan men nooit zal kregen door een mengsel van glycerine en 'water, dit heeft echter het nadeel, dat het caoutchouc het uitzicht van nieuwheid ver- Slager: Eet u het dan maar als jong rundvlcesch. VEEL GEVRAAGD. ZondagsjagerVrouw, geef mij twintig gul den mee! Vrouw: Wat, je hoeft toch niet al hel wild te schieten! BEZUINIGING. Hij: Wij moeten noodzakelijk bezuinigem vrouw. Kunt ge het tweede meisje niet mis sen 1 Zij: O, jawel, dan koop ik veel liever een costuum meer. KATHEDERBLOEMPJE. De zonnige straten zijn de eenige schaduw- zijde der stad. ONVERBETERLIJK. Vrouw: Maar man, zooveel mag je nief drinken, de dokter heeft het je toch verbo den! Man: Och wat, door een zoo jongen man laat ik mij niets verbieden! KINDERMOND. Huisvrouw: Ik heb vandaag weer zoo'n he vige kiespijn! Kleine Max: Ma, ik weet wel waar dat van daan komt; uw gebit heeft gisteren op de waschtafel in den tocht gelegen! ONDER VRIENDINNEN. Zoo, kook je voortaan zelf; komt je dat voordeeliger uit? Dat kun je denken; mijn man eet minstens de helft minder dan vroeger. doordringen. Hij hoopt onder de relieken van de Sphinx de geheimen van de tooverlcunst der Egyp tische priesters te zullen ontdekken. Er wor den van liet inwendige van het hoofd afbeel dingen gemaakt, die in den aanstaanden win ter aan do Harvard-hoogesehool en in het Lowell-instituut vertoond zullen worden. Reisner ondervindt bij zijn werk groote DE REUZEN-WALVISCH. Dat de walvisch het grootste dier der we reld is, weet men algemeen, echter is men het zelden eens over de lengte, die deze dieren kunnen bereiken. Over het algemeen moeilijkheden, daar de Arabieren, die hem 2Q als eeil zeer groote lengte voor dienen, volstrekt weigeren om in de kamer jg0 Echter is er één soort, de reu- te slapen. Zij zeggen, dat er duivels in hui-zenwaivisch) door de zooiogen Sibbaldius ge- zen en dat iemand, die zich daar te slapen - legt, zal sterven. GEMESTE SLAKKEN, Zooals men weet zijn in Frankrijk de schelpdieren en slakken een bijzonder ge liefd voedingsmiddel. Onder meer zijn de z.g. bigorneaux (litorina litorea) zeer gewild en er is zooveel vraag naar, dat Frankrijk zelf ze niet in voldoende hoeveelheden kan le veren en de handelaars ze uit Engeland en Spanje moeten importeeren. Om nu hierin NAÏEF. Jonge vronw: Ik had nooit gedacht, dat he) beek van mijn man zoo beroemd worden zou. Hij zal nu wel trotsch zijn een zoo beroemd schrijver de zijne te kunnen noemen! AARDRIJKSKUNDE NIET VOLDOENDE Gast: Is dat echte Madeira? Waard: Natuurlijk, ik betrek hem recht streeks uit Italië. OOK WAAR. „Hebt u gehoord, juffrouw, dat de arme schrijver, die zoo in nood zat, het groote lot uit de loterij getrokken heeft?" „Maar wat helpt nu dat vele geld, als hij niet meer in nood zit!" NIJD. Je bent een ellendeling, zeg ik, laatst toen je ziek was, liet je een notaris komen om een testament te maken, maar sterven wou je nietl PEACTISCH. Tante: „Wel Elsje, hoe bevalt je het nieu we poppenhuis, dat ik je gegeven heb?" Elsje: „O, uitstekend, tante, maar ik heb ueuw-z^examx; het niet noodig en daarom had ik het voor skelet van een reuzenwalvisch, op de kust oon snKKoiUa noemd, die een lengte van 30 M. kan be reiken en 150000 K.G. weegt. Deze dieren zijn echter zeer zeldzaam, wat wel blijkt uit de prijs van 5000 gulden, die het Museum te Canterbury (Nieuw-Zeeland) gaf voor een van het Zuiden-Eiland aangespoeld. WITTE INKT VOOR ZWART PAPIER. Voor reclame-doeleinden als het zaak is, door een opvallende schrijfwijze, veler aan dacht te trekken, is het gebruik van licht tegemoet te komen en ook om een betere„eklcurde inkt 0p' zwart papier aan te beve- kwaliteit te krijgen, heeft men in sommige len jjierbij volgt een eenvoudig recept voor streken „slakken parken aangelegd a,or vervaardiging van zulk inkt. Van 100 gr. de bigorneaux gemest worden. Deze in- 1 dustrie heeft zich zeer ontwikkeld: alleen reeds in het district Le Croisic bij St. Na- zaire beslaan deze inrichtingen een opper vlakte van 2,5 H.A. en zij leveren jaarlijks 50 000 K.G. bigorneaux/ Zulk een „slakken park" bestaat uit een kuil ongeveer 40 cM. diep, zij is met planken afgemaakt en staat door sluizen met een waterbassin in ver binding. In regelmatige rijen staan in deze kuil planken van 60 cM. hoogte en 15 cM. breedte. Het bassin staat met de zee in ver binding en vult zich gedurende de vloed, om bij eb het water in de kuil te storten, die daardoor steeds van versch water voor zien is. In deze kuil worden de bigorneaux ge bracht, die in zakken van 100 K.G. uit En geland en Spanje komen. Hier vinden zij be halve versch water in de op planken zich ontwikkelende algen een groote hoeveelheid1 voedsel. Na ongeveer 18 maanden zijn de dieren groot genoeg en zij worden ingeza meld en verzonden. Voor deze gemeste slak ken wordt 35 b. 50 fr. betaald, terwijl bij aankoop slechts 20 k 25 frs. gegeven werd. Daar behalve de installatie en het onderhoud de kosten zeer gering zijn, is het mesten van «labVen een zeer voordeelige bezigheid. CAOUTCHOUC. Gedurende de laatste dertig jaren is het gebruik van caoutchouc, grootendeels .door water en 5 a 20 gr. Arabische gom maakt men een papje. Dan lost men er 10 a 25 gr. fijngestampt poeder, bijv. dextrine of krijt in op. Met deze inkt kan men zeer dui delijk op alle donker papier schrijven. Om het schrift uit te wisschen, behoeft men het slechts met een penseel water af te wasschen. Als het schrift duurzaam moet zijn, behoeft men slechts aan het poeder een weinig copal-vernis met alcohol vermengd toe te voegen. L__r I BEZORGD. Jonge vrouw (tot haar man, die schaatsen wil gaan rijden): Zeg, lieve Karei, 't is nogal koud, zou ik je schaatsen niet warmen IN DE SCHOOL. Meester: Zeg, Jan, welke dieren zijn door de natuur het best tegen de kou beveiligd? Jan: De dieren, die in de heete lucht streek leven, meester! EEN OPLOSSING. Juffrouw: Maar u hebt mij oud kalfs vleeach gegeven! een dubbeltje per week aan mijn. vriendin verhuurd." MODERN. Bezoeker: „Zoo, de jongeheer is zoc vlijtig aan zijn schoolwerk bezig!" Moeder: „Weineen, mijnheer, de jongen schrijft zijn „memoires 1" TWEEëRLEI OPVATTING. Jongen: „Papa, wat is dat, consequentie?" „Vader: „Als een vrouw haar zin wil doorzetten, noemt zij dat consequentie, maar ik noem het koppigheid!" PARVENU. Conducteur: „Den hond moogt u niet mee in den slaapwagen nemen!" Parvenu: „Wijs mij dan den hondenslaap- wagen!" IN HET RESTAURANT. Gast (hazenlever etend): „Waarom gromt uw hond.mij zoo aan, den heelen tijd, dat ik hier eetl" Tweede gast: „Ik" begrijp het ook niet goed. Hij doet anders alleen zoo, wanneer hij een kat ziet." OP, HET SPREEKUUR!. Jonge dokter (tot zijn eersten patiënt): „En wat scheelt er aan, mijnheer?" Patiënt: „Geen geld, dokter, zoudt u mij geen dertig gulden kunnen leenen?" HET VOORNAAMSTE. Vrienden: „Al twee weken geleden heen uw man die ontdekking gedaan, waardoor hij nu wereldberoemd is en nu heeft hq dat pas bekend gemaakt?" Professorsvrouw: „Natuurlijk, ik moest mij toch eerst een nieuw; costuum laten maken." M J' DONDERDAG 2< HAART 1913. 37ste JAARGANG No. 8089 BIJVOEGSEL VAN DE NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. QBSBS3©É5S dicht op de Hollandsche grens; hij was sterdam, in toch' wel 'n vriendelijke woning immers Nederlander geworden, ware 't al- aan den buitenkant van de stad. En na leen uit genegenheid voor de Hollandsche j zijn ontslag vlóóg hij daar heen, week vap ojenever, en dus zouden zij zich vestigen j berouw, en snakkend om vrouw_ en kinde- Iiï „Onder de Menschen", schrijft de heer Rotterdam, van waaruit hij dan wilde ren, van wie hij toch zóó veel hield,harte- Brusse in de N R Ctde volgende tee- 'zien om op een weekboot vaart te krijgen. Hijk te omhelzen... Toen hij t huisje door kenende schets van' een drankzuchtigen 'Doch kort na aankomst hier in de stad janderen bewoond vond, en hoorde da' zij zwerver, wiens leven hij laat vertellen door werd hun een kindje geboren. Nu wilde hij j allen huisraad had verkocht, en er aru den directeur van een Consultatiebureau I liever ook maar niet op zee gaan zwalken, j door was gegaan, de kind ere acli tri la- voor drankzuchtigen. i^us verhuurde hij zijn niettegenstaande het tend bij de buren. „Ja" zei de heer Vleeming, terwijl hij drinken toch a tijd nog oer-sterke lichaam. Dat gaf m een slag, waarvan hij nun,} onder 't spreken door zoo zat te bladeren dienstman. m j^ei heel langzaam weer herstelde Eerst in de dossiers, waarvan er een stapel voor'. Maar dat bracht hem met genoeg op. Te bracht hij zijn jongens m veilige haven, hem lag „ja, je hebt er soms wonderlijke minder, omdat zijn vrouw een slordige huis- en toen zette hij t op n drinken, zooals gevallen onder. Of eigenlijk zijn 't allemaal vrouw was, die geen zuinigheid verstond, hij n®J! nooit had gedaan. - Ja had hij interessante menschenlevens, als j'e er wat en altijd in roes van pretjes verlangde te<verte;d - „zoo dol ben ik toch op dat dieper in doordringt... Heven. Waarom zij dan weldra maar liever mensch, al verdient ze t niet aan me; aJ „Deze man, bijvoorbeeld, wat *n wonder- hun oude omgeving weer opzochten, zij sis ze altijd koel en slecht voor me geweest, lijke historie, voor een nog betrekkelijk nu in een ballet, hij als... zeehondentem- j want zij is t, die me telkens weer a.an zoo jongen kerel. Hij had al meer achter mer Tot de drank hem opnieuw zijn den drank brengt, zonder, me er. ooit af te hebben gehouden." Maar hij k'ón haar niet missen'. Hij kwam er achter, dat zij naar Zwitserland gegaan! den rug dan tien gewone menschen in hun I ontslag bracht. heele leven ondervinden, toen hij dien avond I Daarop werd de vrouw haloorig.en ver- op het Consultatiebureau kwam. Moet u jdween met haar kind naar Engeland, naar eens even hooren uit de aanteekeningen jhaar familie. Hij haar na, verdiende er j was; en te voet ging hij op weg, om haar van wat hij mij dien eersten keer verteld: met het vertoon van zijn zwaar gespierde j te zoeken. Het toeval was hem wel won- heeft: |tors eerst zoowat als schildersmodel, toenjderlijk gunstig. Want zoo kwam hij eindec Geboren in een kleine Duifcsche stad aan als chauffeur, vervolgens op een steenfa- .lijk in Coblenz aangestapt, en als door 'n den Rijn, avontuurlijke geest en op j kriek voor zeventig centen daags, waar tel- j wonder vei nam hij dat zijn vrouw daar tiende jaar uit huis we^geloopen. n kens weer zijn dronkenschap een eind maak- ziek lag. Eerst met schoenen-poetsen, dan Rijnschipper pikte hem op, nam 'm mee .te aan 't haantje.Als geëxalteerd alco- ;als huisknecht, onderhield hij een armzalig naar Wiesbaden. Vandaar liep hij door tot i Holist wordt hij een tijdlang in observatie 'bestaantje, tot hij zoowaar weer een Frankfort, belandde er bij een circus, waar-genomen in een krankzinnigengestichtleen plaats in een circus kreeg, en er aar-; in hij meetrok naar Parijs, naar Lyon en .Totdat hij op een nacht weet te ontvluchten j dig wat verdiende. Gent, zoo als duvelstoejager van de clowns, i en terug te keeren op Hollandschen bodem. f Hij paste nu goed op. t Leven had *a die hem zijn loon uitbetaalden in slaag èn In Amsterdam is hij nu een poosje aap- jharde lessen gegeven, en hij spaarde ijverig in bier. Zoo raakte hij als kind al ge- ijeskoetsier; en 't gaat hun goed. Na vier jom zoo gauw mogelijk weer met zijn vrouw, wend aan den drank. maanden kan hij zelfs een victoria op gum- in Rotterdam te komen bij de kinderert. mee die hem als stalknechtje riveerde hij in Den Haag. Daar kreeg hij, ook behoorlijk van, terwijl hij steeds de toen hij dronken was, een klap van een i welvaart van Jan den Tapper naarstig be- paard; werd in 't ziekenhuis opgenomen. Hij vordert. bleef lang hangen in de Residentie, liet j Op zekeren nacht moest hij, met nóg een zich naturaliseeren als Nederlander, moest ander span samen, een gezelschap weg bren- loten en kwam in dienst. Op een goeden gen, ver buiten de stad. De tweo koetsiers dag vroeg de kolonel wie er als koloniaal hadden 'm tevoren al terdege geraakt, klop- wilden teekenen. Hij bood zich aan, kreeg ten op den terugtocht nog hier en daar zijn f 300 handgeld, en zond dat zonder bedenken meteen aan zijn moeder in Duitsch land, want hij had gehoord dat zijn vader inmiddels gestorven was. Toen toog hij over den grooten plas, vocht mee op Lombok, kreeg er genoeg van, en omdat hij zoo sterk naar zijn moeder verlangde, repatri eerde hij, om haar te gaan opzoeken. Maar opnieuw trok het zwervende leven van het circus hem aan; de drank liet hem nergens lang rust. Hij werkt een poos als stalknecht mee in Genève, in Rome, trekt heel Europa rond in een hippo droom, totdat de directeur hem in Duitsch land wegens dronkenschap wegjaagt. Dan 'n dorpswaard op, en ze waren dus bei den geducht in de lorum. Totdat zijn maat, die de leiding liad, en van 't goede pad af gedwaald was, pardoes met zijn versuften kop tegen een opgevijzelde zware buis aan sloeg, in zóó'n vaart, dat hij dood van den bok viel. Van dit dramatische geval Kreeg onze vriend den schrik beet, en hij besloot in eens om niet meer te drinken. Dat hield hij vol op een volgende tournee met een circus door Oostenrijk heen, waar hij op trad als leeuwentemmer; vervolgens als vir tuoos op de groote en kleine trom in Cris- tal Palace te Londen. Waarop zijn vrouw lukt 't hem winkelbediende te worden in het reizen weer moe werd, en 't gezin zich een koomenij, vervolgens wagenbestuurder op een electrische tram, tot Barnum en Bailey in de stad komen, die hem aan nemen als dummen August. Maar zijn drin ken wordt ook daar niet geduld; hij is aanvankelijk in vrij goeden doen vestigde in Amsterdam. Maar hier koos onze held, op grond van zijn vlotte talenkennis en zijn vertrouwd heid met liet internationale publiek, het telkens onbekwaam voor zijn werk, raakt j vak van gids, en er is al geen gevaar er weer uit, verhuurt zich een tijdje later lijker voor menschen met alcoholistische bij Schumann. Tot nu toe is de alcohol zijn eenige lief de geweest. Maar hier ziet hij een Engel sche koorddanseres en... Zij trouwen; hij past een tijd lang goed op, verdient genoeg over om een eigen paard te koopen, tot hij weer eens dronken in de stallen verschijnt, en eruit gebonjourd wordt. neigingen. Dat ondervond hij ook. Want hij raakte weer schrikbarend aan den drank Maar onder al die bedrijven door bleef hij schelen wat hij aanpakte: zoo ging hij eerst maar, als bootwerker sjouwen aan den kant, en kon langzamerhand de woning ween gezellig inrichten. Want hij was erg geluk kig, dat zijn gezin nu vredig bij elkaar, was. En 't liep hem mee; hij kreeg 'n betrekking op een boot, waar hij met de vreemde passagiers goed op kon schieten, en 'n massa fooien opstreek. Na iedere reis' bracht hij zijn vrouw wel van drie tot vijf honderd gulden mee thuis. Al kon 't dén? ook niet op. Maar op eeii kwaden keer was hij weeï, binnengekomen, toen zijn vrouw er op nieuw vandoor bleek te zijn. Dus begóö hij uit chagrijnigheid met al zijn verdien de geld op te drinken. En toen hij geen cent meer over had, ondernam hij wederom den verren tocht om haar te gaan zoeken. Maar ditmaal bleek zij heel naar Oostenrijk' te zijn verdwenen. Zijn eenige bagage op de reis bestond uit een pakje tabak eü een boekje sigaretten-papier. Zoo verborg hij zich eerst op eert pri vaat van een D-trein, waar hij aan deDuit- sche grens ontdekt en er uitgezet werd. Maar daar gelukte 't hem zich aan te slui ten als gids bij een gezelschap vreemde lingen, die hem een eind verder meenamen. Dan vervoegde hij zich hier en daar aan de Nederlandsche consulaten kreeg soms 'n spoorkaartje, dan weer niets. Maar hij zette door, te voet of per spoor, dagert aaneen, zelfs over een langen bergpas, om Dan trekt hij met zijn vrouw en zijn toevallig zag loopen, of I diens paardje paard 'n paar weken lang te voet het land van voor de kar den volgenden dag mocht door naar Berlijn, waar ze een klein paar- huren. En. smoor-dronken, won hij daar- denspel aantreffen; en sar en zeulen ze mee mee warempel den eesten prijs van f 800, heel Saksen en Thuringen door, dan naar dien hij natuurlij' aanstonds met. zijn mak- het Belgenland. Maar nu krijgt de vrouw kers begon op fo drinken, tot 'ie er bij genoeg van dat moeizame kennisbestaan; neerviel als 'n blok. zij geeft er opeens don brui van en wil, zooa's andere vrouwen, huiselijk gaan leven. Maar ze hebben niet meer dan 'n paar hon- een oolijke snaak, die soms iets van Tijleindelijk zijn vrouw weer te vinden. Doch' Uilenspiegel had in zijn streken.. Zoo zou Hoen hij na weken lang loopens onder de er op een keer groote harddraverij worden grootste ontbering aankwam in het beloof- gehouden. In een van zijn malle buien vroeg de plaatsje, vernam hij, dat zij inmiddels hij toen aan een aardappelenboer, dien hij naar een veel verder gelegen land was ver- trokken, waar zij nu diende in een bad- dord gulden overgehouden. „Goed" zegt hij. Ze speelden, toen plaats. En moedeloos keerde hij weerom naar zijn kinderen in Rotterdam, zette hier op nieuw zijn schouders onder allerhande won derlijk werk, om maar weer geld over te sparen. En toen hij eindelijk een som bij Maar in die wilde periode had hij toen elkaar had, zond hij 't haar, als reisgeld 'n leelijken steek laten vallen, waarvoor en nog veel meer, met een brief, zoo roe- hij een half jaar kreeg op te knappen in I rend, dat zij waarlijk weer bij hem terug-' 't Groott Huis. Juist was hij kort to voren!kwam met h Hjft en mudje neergestreken in Rot-1 .Opnieuw hadden ze hun wittebrood» wea liest. VOOR DE HUISKAMER

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1913 | | pagina 11