Wandelschoentjes. &W,i?Weehuii$ert. QaneJjorJs27. FeJef.ma Tennisschoenen-
DIEIIWS UIT DEN OMTREK.
Verkoopingen, Boef
huizen, enz,
Landbouw en Visscherïj
STADSNIEUWS
Socsaie Berichten
Rechtszaken.
EERSTE KAMER.
15e leden van de Eerste Kamer, de lieer en
van Nierop (U. L.) en Staal (U. L.), die dit
jaar aan de beurt van aftreding zijn, hebben
aan de Vrijz.-Dem. Statenclub in Noord-Hol
land, op de tot lien gerichte vragen ten ant
woord gegeven, dat zij zich voor een vernieu
wing van hun mandaat beschikbaar stellen, en
dat zij het program der vrijzinnige concentra
tie geheel onderschreven.
CHRISTELIJKE "WRAAK.
Do „Maasbode" wijst er op, dat liberalen en
socialisten ijverig hebben samengewerkt om de
rec'utsche meerderheid in de Staten van Zuid-
Holland ten val te brengen en dat vele reeht-
selie leden inderdaad zijn uitgeworpen, op een
manier die de resteerende heeren niet zeer
vriendelijk moet hebben gestemd.
Daarna bespreekt het blad de benoeming
van den nieuwen griffier in de plaats van mr.
'i'avenraat.
Op de voordracht stonden drie namen, waar
onder een van den griffier van Overijsel, een
rechts man, terwijl de twee overige vrijzinnig
en slechts referendaris ter provinciale griffie
zijn.
Menschelijkerwijze gesproken zou men ge
meend hebben, dat in do gegeven omstandig
heden de man van rechts een goede kans maak
te. Te meer daar hij in bekwaamheden zeker
niet voor zijn beide mede-sollicitanten behoefde
onder te doen.
Van een partijbenoemiug zou hier dus geen
sprake hebben kunnen zijn.
Bovendien, geen verstandig vrijzinnig man
heeft het recht om in deze dagen aanspraak te
doen gelden op de clementie of benevolentie
van rechtsche heeren.
En toeh, wat gebeurde?
De Statenleden kozen den vrijzinnige en
benoemden mr. De Moncby tot opvolger van
mr. Tavenraat.
Wij bewonderen de grootmoedigheid der
reelitsche Statenleden van Zuid-Holland, wij
hebben eerbied voor deze voorbeeldige uitoefe
ning van bun christelijke wraak.
Maar toch vragen wij ons af: zijn de vrij
zinnigen zulk een clementie waard, zal de
grootmoedigheid der rechtsche heeren ook op
eenige wijze maar gewaardeerd en geappre
cieerd worden?
Hadden de Staten den heer van Groenendael
benoemd, de liberale pers had vol gestaan over
de brutale partijbenoeming.
Hu de heer Do Monchy is benoemd, zwijgt
dezelfde pers, en oordeelt het verloop der zaak
niet meer dan behoorlijk.
DE POLITIEKE TOESTAND.
Het Nederlandseh (Haagsch) Corresponden
tiebureau, ontving Zaterdag uit Apeldoorn het
volgende bericht':
Mr. Troelstra, die in gekleede jas was en
Jn hoogen hoed droeg, kwam om 10 uur Zater
dagmorgen te Apeldoorn aan en nam plaats
in een gereedstaand Hofrijtuig dat hem Paleis-
waarts bracht.
Aan het station stonden een honderdtal-be
langstellenden, meerendeels partijgenooten en
werklieden die mr. Troelstra begroetten en hem
bij het wegrijden een hoera toeriepen.
Mr. Troelstra maakte een afwerend gebaar,
maar moest toch glimlachen. Hij weigerde aan
de aanwezige journalisten elke inlichting.
Daar de hoofdingang van het Paleis wegens
de verbouwing niet toegankelijk is, stapte de
heer Troelstra af aan een der zijingangen, waar
hij ontvangen werd door generaal baron van
Tuyll van Serooskerken. Te kwartier vóór elf
begaf de Koningin zich in een Hofauto van de
door Haar tijdelijk bewoonde villa naar bet
Paleis, om met den beer Troelstra het onder
houd, waartoe Zij hem uitgenooddgd had, aan
te vangen.
Precies half een was het onderhoud afge-
loopen en keerde H. M. naar Hare villa terug.
Nadat H. M. de Koningin naar haar villa
was'teruggekeerd, bleef mr. Troelstra nog een
half nur ten Paleize vertoeven en heeft hij in
het Paleis den lunch gebruikt. Per hofrijtuig
werd hij daarna weder naar het station terug
gebracht en verliet ten 1 uur 53 Apeldoorn.
Er waren nu weinig menschen aan het sta
tion. In de wachtkamer werd hij omzwermd
door journalisten, maar uit den aard der zaak
liet hij over zijn conferentie niets uit. Wél
gewaagde hij van de vriendelijkheid waarmede
de Koningin, met wie hij circa anderhalf uur
in gesprek was gebleven, hem ontvangen had.
Ook in het „Volk" zou zeide hij niets
over die conferentie gepubliceerd worden. Wat
omtrent zijn advies in de bladen was versche
nen, noemde hij „uit den duim gezogenOp
de vraag of hij verwacht had dooT de Koningin
geroepen te worden, antwoordde hij:
„Waarom niet? Het behoort immers tot de
eonstitutdoneele gebruiken om de partijleiders
over den politieleen toestand te raadplegen."
Korten tijd daarna vertrok hij.
Tegen mond- en klauwzeer.
Een lezer van het „Vad." deelt aan dit blad
het volgende mede, dat wij belangrijk genoeg
achten om het hier een plaats te verleenen:
„Pas uit Sumatra hier teruggekeerd, verwon
derde het mij zeer, in de dagbladen te lezen, dat
rundvee, lijdende aan mond- en klauwzeer, hier
te lande wordt afgemaakt en niet alleen de
zieke, maar ook de nog gezonde dieren.
Mijn verwondering te dezer zake vindt haar
grond in het feit-, dat in Indië d© dieren nieir
worden afgemaakt, doch eenvoudig beter ge
maakt. Ik zeg „eenvoudig", omdat direct na de
aantasting van een beest, alle ossen en koeien
van een stal worden behandeld met een oplos
sing van ruwe creolin en de meesten die ziek
geworden zijn, na 8 of 14 dagen weer beginnen
te eten, dus genezende waren. De kuur geschiedt
als volgt:
Er worden vierkante bouten hakken gemaakt
ter hoogte van Eng. voet en zoo lang, dat
een groote os er met alle vier de pooten ruim
in staan kande naden worden met pek dicht
gemaakt en daarin een kwart voet hoog een op
lossing van ruwe creolin 1:1000 water gegoten.
Do beesten worden er ingezet gedurende Vi uur
en zoodanig, dat de hoeven flink bevochtigd
worden en inmiddels de bek zorgvuldig, tot diep
onder de tong, uitgewasschen met een oplos
sing van 1:2. Dit wordt des morgens en des
avonds gedaan en reeds na korten tijd beginnen
de beesten te genezen. Alleen bij verzuim of bij
zeer oude dieren, die weinig weerstandsvermo
gen meer bezitten, komt een sterfgeval voor.
En dat men voor de ziekte, indien zij zich
vertoont, niet bang is, bewijst, dat sommige
planters de gezonde beesten infecteeren om den
geheelen stal weer op eens klaar te liebben,
want zoolang er nog één beest ziek is, blijft
toch alles afgesloten. Natuurlijk is het zaak, de
noodige reinheid te betrachten, hetgeen mede
zeer tot verbetering van den toestand zal leiden.
Het wil mij voorkomen, dat bij een ziekte
als bovenbedoeld, en waar, bij nauwgezette be
handeling geen enkel' beest sterft, de maatregel
van afmaken onnoodig den veehouder van zijn
rijkdom beroofd, want 'n eventueele vergoeding
zal wel niet ver genoeg reiken om hem slechts
bevredigend schadeloos te stellen."
De veeartsenijkunddge commissie uit den
Duitsclien rijksgezondheidsraad heeft met een
groot getal deskundigen vergaderd, teneinde
hun oordeel te vernemen over eenige methodes
ter bekamping van bet mond- en klauwzeer.
De beoordeelingen geschiedden op grond van
practische ervaringen, sedert October 1912 dooi
de veeartsenijkundige afdeeling van den kei
zerlijken gezondheidsdienst opgedaan. Men
kwam tot de conclusie, dat het nog niet gelukt
is den verwekker van het mond- en klauwzeer
te vinden.
Proeven werden genomen met de methode van
den bacterioloog dr. Siegel, die in 1911 meende
den verwekker van bovenbedoeld te hebben ge
vonden. In deskundige kringen achtte men het
bewijs niet geleverd, daar men door inenting
met Siegelsche cultures geen mond- en klauw
zeer kon verwekken. Dr. Siegel et intusscben
zijn onderzoekingen met staatshulp voort. Ook
werd een methode beproefd van dr. von Rieszen,
die ook meende het ziekmakende organisme te
hebben gevonden. Namens het Pruisische land-
bouwbestuur is ook de methode van den bacte
rioloog Grugel te Rostock beproefd, ook al zon
der resultaat. Men is dus nog niet veel opge
schoten
Het kohier der schoolgelden van het 3e kwar
taal 1913 werd Vastgesteld op 44.70.
Van den directeur-generaal der Posterijen is
een schrijven ingekomen, waarin wordt medege
deeld, dat er verbetering in den ochtendbestel
dienst is gekomen. De heer Roozen merkte hier
bij op dat die verbeteringen niet zoo schitterend
zijn.
De bouwverecniging „A^ooruitgang" deelt
mede, dat zij besloten heeft, op een terrein aan
de Zandslootkade een 56-tal daggelderswoningen
te bouwen. Yoor dezen bouw enz. is een bedrag
noodig van 108,430. De vereeniging beschikt
over 50Ö0. Zij vraagt een renteloos voorschot
van 103,430.
Nadat door eenige leden was aangedrongen op
spoedige afdoening werd het adres in handen
gesteld van B. en W. om praeadvies.
Aan de orde kwam de verbouwing van het
raadhuis. De laagste inschrijver is de heer G.
J. Kiebert, alhier, voor 15,850. De Raad heeft
een som van 20,000 beschikbaar gesteld. Hier
van moeten betaald worden de verbouw, de
aankoop grond, meubileering enz. Nu bleek, dat
men met deze 20,000 niet toekwam, dat men
wel 23 a 25,000 noodig had, en B. en W.
gevoelden zich niet verantwoord om tot den ver
bouw toestemming te geven. Uit een memorie
van toelichting van B. en W. bleek, dat zij drie
plannen hadden, nl. Ie de meerdere gelden toe te
i staan, 2e een nieuw raadhuis te bouwen, 3e. op
een goedkoope manier het raadhuis verbouwen,
i B. en W. adviseeren nu, achter het bestaande
raadhuis een gebouw te plaatsen van twee ver-
j diepingen, waarin gevestigd kunnen worden de
raadzaal en eenige kamers voor den concierge
enz. De heer Roest noemde een som van 4000
hiervoor noodig.
Na eenige discussie werd aan B. en AV. toe
stemming verleend om plannen te ontwerpen
om een goedkoope verbouwing van het raadhuis
tet stand te brengen.
Aan B. en W. wordt een crediet van 300
toegestaan om in den omtrek alsnog boringen
te laten deen, daar tot heden geen goed water
verkregen was.
De rondvraag leverde niets op, waarna de
Raad in geheime zitting overging.
SASSENHEIM.
Gemeenteraad. De Raad dezer gemeente ver
gaderde onder presidium van den heer P. Bes-
selaar, burgemeester. De notulen werden onver
anderd goedgekeurd.
Bij de ingekomen stukken was de mededee-
ling, dat de bijdrage voor het herhalingsonder-
wijs door het rijk is vastgesteld op 37.80.
De kas van den gemeente-entvanger werd in
orde bevonden, in kas was 3490.8714.
KONINKLIJKE BEWILLIGING INGE
TROKKEN.
Het Hbld. meldt, dat door de Regeering Is
ingetrokken de koninklijke bewilliging op de
statuten van de Haarlemsche Vereeniging
van Werkverschaffing, gevestigd Jansweg te
Haarlem, voorzitter de heer Th. J. Schoema-
ker. De werkverschaffing bestoud daarin,
dat artikelen werden gemaakt, die als prij
zen eener loterij moesten dienen. Voor liet
houden der loterij is geen koninklijke goed
keuring gegeven. Mr. Slingenberg alhier is
aangesteld als liquidateur.
Betreffende het doel der vereeniging wordt
het volgende aan de statuten ontleend:
Art. 2. De vereeniging tracht dit doel te
bereiken door de volgende middelen:
a. het houden van bijeenkomsten van ge
zellig verkeer en bet bespreken van de vraag
stukken van den dag;
b. de vervaardiging en den aankoop van
nuttige en noodzakelijke meubelen, huis- en
lijfsieraden, die ook in bet dagelijksch leven
van den ambachtsman een behoefte zijn;
e. het daarstellen van bijzondere inrichtin
gen die strekken kunnen om zoowel het stof
felijk als bet zedelijk standpunt der leden te
verbeteren.
Art. 9. De gelden worden solide belegd on
der toezicht van commissarissen en bij liet
eindigen van ieder maatschappelijk jaar bij
voorkeur besteed tot den aankoop van meu
belen, in Nederland vervaardigd en bewerkt
en welke meubelen jaarlijks in een openbare
vergadering worden verdeeld tusschen Be le
den der vereeniging, naar onderling goed
vinden en bij verschil van gevoelen, bij het
lot te bepalen, in dier voege dat geen der le
den een voorwerp ontvangt van minder
waarde dan zijn contributie over het verstre
ken jaar heeft bedragen.
In algemeenen zin was er geen sprake van
„werkverschaffing", alleen in indireeten zin,
want elk die iets koopt dat gemaakt moet
worden, bevordert de werkverschaffing.
In de statuten staat dat geen der leden
een voorwerp ontvangt van minder waarde
dan de gestorte contributie, maar niet alle
leden ontvangen zoo'n voorwerp.
De vereeniging telde 26,000 leden, over ge
heel het land verspreid, en 270 agenten, die
van iedere ontvangen jaar-contributie ad
3.12 een bedrag van f 2.50 aan de vereeni
ging moesten afdragen. De leden, allen
kleine menschen", waren over het geheel wel
tevreden met de vereeniging. Kregen ze bet
eene jaar eens niets bet andere kon be
ter zijn.
Bij de justitie waren al eerder bezwaren
tegen dit instituut „Werkverschaffing" ge
rezen, maar eerst dezer dagen (30 Juni) be
sliste de Haagsche rechtbank op requisitoir
van bet O. M. tot intrekking der rechtsper
soonlijkheid van de vereeniging en benoem
de mr. M. Slingenberg alhier tot curator.
Deze liet bet kantoor en de pakhuizen ai-
bier Donderdagnacht om 12 uur verzegelen.
Het vonnis werd uitgesproken krachtens
de wet van 1855 op vereenigingen en verga
deringen.
In rechten treedt voor de vereeniging mr.
Willekes Macdonald als verdediger op.
Vermeld zij nog, dat sinds 1855 slechts
tweemaal een dergelijke intrekking van
rechtspersoonlijkheid heeft plaats gehad. Het
eerste geval betrof den Matrozenbond te Den
Helder die ervan beschuldigd werd zich te
gen het gezag te verzetten, het tweede de
speelbank „Club de Bienfaisance" te Amster
dam.
NED. R. K. VOLKSBOND.
Hedenavond houdt de afdeeling Haarlem
van den Ned. R.K. Volksbond een algemeene
vergadering in het gebouw St. Bavo, Sme-
destraat.
Het doel van deze bijeenkomst is afscheid
te nemen van den ZeerEerw. heer L. v. d.
Berg, adviseur van den Volksbond, die, zoo-
als men weet, benoemd is tot pastoor te
Assendelft. Wij meenen dat het wel over
bodig zal zijn onze Volksbonders aan te
sporen. Hedenavond ter vergadering te
gaan om mede hulde te brengen aan den
algemeen geachten adviseur. Wij vertrouwen
dat ^eer velen door hunne tegenwoor
digheid van hunne belangstelling en sympa
thie zullen doen blijken.
Van avond zullen onder de aanwezige le
den van den Volksbond een aantal kaarten
verloot worden, die toegang geven tot de
feestelijke huldiging van Kardinaal van Ros-
sum op Zondag 13 Juli in het Concertge
bouw te Amsterdam.
HERSTEMMING VOOR DEN GEMEENTE
RAAD.
Door den burgemeester van Haarlem wordt
ter kennis gebracht dat de herstemming voor
den gemeenteraad in de drie districten zal
plaats hebben op 11 Juli.
DE HERSTEMMING.
Omtrent de aan te nemen houding b,ij de
herstemming voor den gemeenteraad is door
de partijen nog niet vergaderd. De berich
ten daaromtrent zijn dus voorbarig.
BURGERLIJKE STAND.
Geboren: 4 Juli. z. van W. J. Spoel-
straiBloemheuvel. z. van J. Negerman
v. d. Hulst.
Overmeer 2 juur Veiling bondseafé
„De Nachtegaal" met speeltuin. Verder een!
winkelhuis, gelegen aan den Heerenweg enz.
NOORD WIJK AAN ZEE. In de kunstzaal
van het Badhotel half 12 Not. Binnen
dijk Verkooping.
FONDS U. B. O.
Het Fonds „Uitkeering bij Overlijden", on-
derafdeeling van de R. K. Middenstandsver-
eeniging De Hanze in het Bisdom Haarlem,
hield Vrijdagavond te Alkmaar haar alge
meene vergadering.
De voorzitter, de heer Anton Bosse van
Haarlem, heette in zijn openingswoord allen,
maai- in het bijzonder den heer J. O. L. Wij-
deman van Alkmaar, welkom, als vertegen
woordiger van het hoofdbestuur.
Uit liet door jden heer H. Peterse van
Haarsteeg uitgebrachte jaarverslag bleek dat
het fonds in het afgeloopen vereenigingsjaar
met 239 leden was vooruitgegaan en dit le
dental thans 452 bedroeg.
De penningmeester, de heer O. H. Schnei
ders te Alkmaar, kon mededeelen, dat de
uitkeering thans reeds f 700 per sterfgeval
zou kunnen bedragen.
Tot commissaris, in plaats van den heer
L. F. Coenegracht, die voor deze functie
bedankt had, werd gekozen de heer J. F. M.
Endel te Alkmaar.
De voorzitter, de heer A. Bosse, die perio
diek aftrad, doch herkiesbaar was, werd als
zoodanig herkozen.
In plaats van den heer H. Peterse, die
voor zijne functie had bedankt, werd tot
secretaris van het fonds gekozen de heer
W. J. D. Appel te Alkmaar.
TE VERKOOPEN.
Dinsdag 8 Juli.
HAARLEM. Alg. Verkooplokaal, Nieuwe
Gracht 74. Mak. P. Hoogeveen Lzn., Deurw.
M. J. Waning. 1 uur. Verkooping.
LISSE. In café van den heer J. J. van
Zoelen aan den Rijksstraatweg. Not. J. A.
VAN ELDERS.
NIET AANGEGEVEN VOOR DE MILITIE.
Het Hoog Militair Gerechtshof te Utrecht
veroordeelde in eerste instantie den majoor-
F. D., commandant van het 2e bataljon van
het 21e regiment infanterie, tot f 15 boete,
subs. 5 dagen hechtenis, wegens het verzui
men te voldoen aan zijn wettelijke verplich
ting, om bij den burgemeester te Amers
foort, in welke gemeente hij toen woonde, ter
inschrijving voor de militie aan en op te
geven zijn afwezigen zoon J. G. D.
RAAD VOOR DE SCHEEPVAART.
De Raad, voer de Scheepvaart deed uit
spraak betreffende het nabij Helgoland op 18
Mei j.l. op de klippen loopen van üet stoom-
visscnersvaartuig Urania Y M 77. Schipper.
Arie de Graal' te Egmond aan Zeereederij
Hemerdink, Zwart en Hof te IJ muiden.
De Raad is van oordeel, dat ae seueeps-
ramp der „Urania" uitsluitend te wijten ia
aan roekeloos varen; en verzuim van al zoo
danige maatregelen als strekken zouden om
het schip een veilige vaart te verzekeren.
Voor het verzuim van het nagaan van den
opgegeven koers en het niet geregeld peilen
van het vuur van Helgoland, is nog eenige
verontschuldiging bij te brengen, maar dat
de schipper gewezen op het gevaar, waarin
zijn schip verkeerde, toen men aan stuur
boord tonnen waarnam, die mijlen ver aan
bakboord moesten zijn, koers en vaart heeft
behouden en gelijk hij zelf verklaart
die tonnen niet heeft willen zien omdat hij
zeker was van zijn bestek, wijst op een
zoo gioote mate van gebrek aan verant
woordelijkheidsgevoel, dat een ernstige straf
behoort te worden toegepast.
Wegens het door zijn daad en nalatigheid
veroorzaken van het vastloopen van het s.s.
„Urania Y M. 77" op de klippen N. van Hel
goland op 18 Mei 1913, straft de Raad Arie
de Graaf, schipper van dat vaartuig, oud 28
jaar en wonende te Egmond aan Zee, met de
straf van ontneming van de bevoegdheid om
op een schip, als in art. 2 der Schepenwet
bedoeld, als schipper of als stuurman te va
ren voor den tijd van twee jaren.
Het is den Raad onbegrijpelijk voorge
komen en hij betreurt, dat zulks mogelijk
was dat het bevel over het schip werd
opgedragen aan een persoon, die alle erva
ring als schipper miste en die geenerlei be
wijs had gegeven de noodige kennis te heb
ben, die een schipper behoort eigen te zijn,
terwijl een persoon van kennis en ervaring,
die daarvan de proeven had afgelegd, als
ondergeschikte dienst moest doen.
De veiligheid van de opvarenden en van
het schip acht hij factoren, die bij de aan
stelling van den gezagvoerder meer gewicht
in de schaal moeten leggen, dan in sommige
bedrijven gebruikelijk is. (Zeepost).
FAILLISSEMENTEN.
Failliet verklaard: 18 Juni J. C. Oprei,
metselaar te Strijen.
2 Juli A. Sablerolle, eenig directeur van
de N.V. Onderlinge Nederlandsehe Verzeke
ring Bank, te Rotterdam, Middellandstraat
no. 98.
E. Swabedissen, vroeger bakker, thans
reiziger te Veendam.
3 Juli D. F. J. de Hosson, veehandelaar te
Gorinchem.
O. Kamp, metselaar, te Barendreeht,
L. H. Ramakers, landbouwer en voer
man te Weert.
Geëindigd door het verbindend worden der
uitdeelingslijst het faillissement van D. Oh.
Michon, te 'sHage; C. van Dijk, mandenma
ker te Bolsward en door homologatie van ac-
coord het faillissement van de coöperatieve
vereeniging „Volksbank", Spaar- en Voor
schotbank te Alkmaar.
Opgeheven het faillissement van Erkel,
bootwerker te Rotterdam, Hofdijk 8b.
WATERSTANDEN.
8 Juli.
HOOGWATER.
IJMULDEN, v.m. 5 uur 54 min.n.m. 6 uur
24 min.
KATWIJK, v.m. 5 uur 34 min.; n.m. 5
uur 59 min.
LAAGWATER.
IJMUIDEN, v.m. 2 uur 24 min.; n.m. 1
uur 59 min.
KATWIJK v.m. 2 uur 4 min.; n.m. 1 uur
39 min.
menschen zijn, die in dit mooie huis gaarne
zouden binnensluipen om hier verzorgd te
worden.
Ik vind het hier wel net, zeide zij, ter
wijl ze eens goed de kamer rondkeek, maar
van buiten zag het huis er dreigend uit. Als
dat gele vogeltje begint te zingen, dat hier
binnengevlogen is, dan zal het hier recht
huiselijk zijn. Hoor, het begint al te kwinke-
leeren zoo dadelijk zult ge het hooren zingen.
Zij stond op, ging achter haar stoel staan
en nam de leuning tusschen de handen op
de manier van een vogeltje, dat op een takje
gaat zitten. In die houding begon zij zoo na
tuurlijk het gezang van een kanarievogel na
te bootsen, dat iemand, buiten de kamer luis
terende, bepaald zou gedacht hebben, dat hij
een kanarie hoorde zingen.
Walther wisselde met den dokter een blik
van verstandhouding. De dokter knikte hem
daarbij toe, ten teeken dat hij reeds vast
overtuigd was van den gestoorden geestes
toestand der jonge dame.
Ha! riep zij, plotseling den stoel losla
tende en in een hoek vluchtende, daar is de
kat! Zij wil liet vogeltje pakken! Help het
beestje toch, dokter!
Zij hurkte op den grond en miauwde her
haalde malen, terwTijl zij naar den vogel loer
de en zich gereed maakte om een sprong te
doen.
Dr. Brown opende het venster, waar hij
het dichtst bij stond en stelde haar gerust
met do woorden:
Maak n niet verder ongerust, miss! Ik
heb liet vogeltje de vrijheid gegeven, de kat
kan het geen kwaad meer doen. Kom -nu
maar weer hier bij ons, miss! Of wilt ge lie
ver een wandeling in Ijet park maken, zeg
het mij gerust, ik zal u een vriendelijk jonk
man meegeven om u rond te leiden en u ge
zelschap te houden.
Dat voorstel bevalt mij, dokter! Laat
dien jonkman hier komen; aan zijne zijde zal
ik mij gaan overtuigen of het met de hoog
geroemde vrijheid in uw huis werkelijk zoo
staat, als ge mij verzekerd.
Tengevolge van deze toestemming liet Dr.
Brown zijn hulp-arts roepen en de jonge
dame verwijderde zich met Dr. Parker, na
dat zij haar breeder met een vijandelijken
blik verboden had haar in het park te volgen.
Wat denkt ge van haar toestand! vroeg
Walther, toen de deur achter hen gesloten
was.
Zij is volslagen krankzinnig, antwoord
de de directeur. Na hetgeen ik gezien heb,
zal ik dan ook geen bezwaar maken de ver-
eischte verklaring af te geven, zoodra mijn
hulp-arts tet de overtuiging is gekomen, dat
hij mijn oordeel kan onderschrijven. Om dit
zoo spoedig mogelijk gedaan te krijgen, raad
ik u aan rechtstreeks met hem te spreken
en aan uw woorden de uitdrukking uwer
dankbaarheid toe te voegen. Bij deze laatste
woorden knipte hij met de oogen. Zijn roncl
gelaat toonde in den regel geenerlei uitdruk
king, maar als hij met zijn oogen knipte en
daarmee te kennen gaf dat hij den eerlijken
weg verliet, dan wekte zijn gelaat bepaald
afkeer. Meer dan ooit gevoelde Walther dien
afkeer in deze ©ogenblikken, maar hii was
gedwongen zich goed te houden en hij hield
zich goed.
Ik zal uw raad niet vergeten, mijnheer
Brown, antwoordde hij- Als ge verder niets
met mij te bespreken hebt, blijft voor mij
niets te doen over dan u te betalen.
Hij haalde zijn portefeuille te voorschijn,
nam er een banknoot van honderd pond ster
ling' uit en reikte die aan den dokter over,
welke het papiertje gezwind in zijn zak liet
verdwijnen.
Ten overvloede wil ik u nogmaals ver
zekeren, dat hier alles gedaan zal worden,
wat heilzaam en nuttig is voor de gezond
heid der jonge dame, zeide Dr. Brown. Dui
zenden getuigschriften van gelukkige her
stelden worden op aanvrage aan een ieder
toegezonden.
Ik dank n, mijnheer Brown, verdere aan
prijzing van uw geneeswijze is overbodig.
Naar ik hoop, zult ge mijn wetenschap
pelijke ervaringen niet verwarren met het
marktgeschreeuw van onkundigen.
Wees gerust, dokter, ik weet uw uitge
breide kundigheden op den waren prijs te
schatten. Bovendien weet ge dat ik de eerst
volgende weken hier in den omtrek moet
vertoeven voor mijn handelszaken. Wanneer
eins bij u daarentegen geen bezwaren bestaan,
lioop ik meermalen hier te komen.
Het zal mij steeds een genoegen zijn, ti
hier te zien, mijnheer Lund. Of ik u echter
bij ieder bezoek kan toestaan uw zuster te
zien, zal afhangen van den toestand der
jonge dame.
Dan zal ik hii ieder bezoek vooraf uw
toestemming vragen. Ik ga nu afscheid ne
men van mijn zuster en keer naar mijn loge
ment terug.
Goeden morgen, mijnheer! Vergeet s.v.p.
niet, dat ge met Dr. Parker zouclt spreken.
Toen Walther Luntl in het park kwam, zag
hij zijn zuster eerst niet, maar hij dacht aan
de bank, waar hij vroeger Alice had aange
troffen, en liep er heen. Daar zaten de beide
meisjes naast elkander, Dr. Parker stond
voor haar.
Onwillekeurig hield hij zijn schreden in,
om in de tegenwoordigheid van den hulp
arts de noodige bedaardheid te kunnen tt>o-
nen en hij trad dan ook voor de meisjes met
ecu gelaat, dat niets van zijn gemoedsbewe
ging verried. Met Alice was dat anders. Zij
kon zich niet genoeg bedwingen, haar oogen
straalden van vreugde en geluk, wat aan Dr.
Parker, een scherpe opmerker, dan ook met
ontging. Voorloopig liet liij echter niets blij
ken, hij had in Walthers aangelegenheden
reeds een diepen blik geslagen en wilde
trachten die geheel te doorgronden. Walther
had daarvan voorloopig niet het minste ver
moeden. Hij groette de jonge dame uiterst
beleefd, drukte den dokter de hand, en sprak
toen zijne zuster aan.
Ik sta op het punt van te vertrekken,
Edith. Hebt ge mij nog iets te zeggen of te
vregen! Of iets aan mama! Je weet, dat
ik hier nog eenigen tijd in de omstreken
moet vertoeven; vindt je goed dat ik nu en
dan eeus hier kom!
Je doet mij veel pleizier, als je weggaat,
en in 't geheel niet meer terug komt. Einde
lijk schijn ik een toevluchtsoord gevonden te
hebben, waar ik bevrijd ben van jelui's ver
volging en plagerijen. Men sluit mij niet op
en houdt mij niet voor waanzinnig, anders
was ik hier niet onder Gods vrijen hemel en
had ik geen kennis met deze jonge dame
mogen maken!
Het verheugt me, dat ge hier zoo naar
je zin bent. Aanvankelijk scheen het wel on
mogelijk, ergens een plaats te vinden, waar
je wilde blijven.
Jo ziet dat je het mis hebt. Het zou mu
hier nog beter bevallen, als je mij alleen
wilt laten.
Dan blijft er voor mij niete over dan
heen te gaan. Ik hoop, dat je hier naai ge
noegen zult zijn als ik weg ben. Mag ik eeni
ge oogenblikken uwe aandacht vragen, nnjtf-
heer!
Dr. Parker gaf aan dit verzoek onmicldel-f
lijk gehoor, nadat hij de dames beleefd ge
groet had.
Zoodra zij zoover gegaan waren, dat zij
door de dames niet meer konden verstaai:
worden, begon Walther:
(Wordt vervolgd).