Wandelschoentjes» SeJef.ma Tennisschoenen.
Sport en Wedstrijden.
Leger en Vioof.
Landbouw en Visscherij
Sociaie Berichten
Üav*ktni&&§ws«
NED. ROODE-KRUIS-AMBULANCE.
Blijkens een bij het hoofdcomité van het
Nederlandsche Roode Kruis van dr. Ling-
beek ontvangen telegram is de Woensdag
j.l. van 's-Gravenhage vertrokken ambu
lance te Belgrado aangekomen en zal deze al
daar werkzaam blijven.
EEN HERINNERINGSBORD VAN Z.EM.
KARDINAAL VAN ROSSUM.
De Eerw. heer J. G. Th. van Oppenraaij,
adviseur van de St. Josephvereeniging te
Zutphen, bood namens deze organisatie op
de audiëntie te Utrecht Z. Em. Kardinaal
van Rossum een schitterend, door den heer
Gustaaf van Kalken te Haarlem ontworpen
wandbord aan. Het vertoont in het midden
het goed gelijkend portret van den Kardi
naal, waaromheen de attributen en de wa
pens van Z. Em. en Nederland.
In de bovenste halve rondte is met gou
den letters aangebracht „Salve illustris ec
clesiae princeps" en in de onderste Wilhel
mus, Marinus van Rossum.
Het geheel wordt omgeven door een re-
naissanee-rand, een versiering die men 300
jaar geleden, toen Nederland eveneens een
Kardinaal bezat, veel gebruikte.
EEN TWEEDE WAGEN VEERBOOT TE
ROTTERDAM.
Door B. en W. is bij den Rotterdamseken
gemeenteraad een voorstel ingediend tot aan
schaffing van een tweede wagenveerboot.
Uit de stukken blijkt, dat wel de geheele
opbrengst over 1912 van de bestaande boot
'nog slechts even 8700 heeft bedragen, ter
wijl de kosten van aanschaffing pl. m.
225.000 bedroegen en de kosten van een
tweede boot wellicht nog meer zullen be
dragen, doch de commissie heeft terecht be
grepen, dat men, afgescheiden van de kwes
tie van 't tarief, voor alles op een volledige
uitrusting van den dienst bedacht moet zijn,
waartoe in de eerste plaats de aanschaffing
van een tweede boot zal strekken.
Nader overwogen zal nog worden in hoe
verre het mogelijk zal zijn ook de Wilbelmi-
nakade aan te doen.
GELD ZONDER BORG.
i Dc heer M. D. Schoot schrijft in „De
Voorhoede" een en ander over de geldaan-
biedingen, die in de dagbladen veelal on
der de advertentiën voorkomen. Hij zegt
„Verreweg de meeste van die advertentiën
izijn niet te vertrouwen; en hoe aanlokkelij
ker de aanbieding, hoe grooter de zeker-
jheid, dat men bedrogen zal uitkomen, Zoo
bijvoorbeeld de advertentiën, waarbij tegen
4 pCt. en dan nog zonder borg, geld wordt
aangeboden. Men begrijpe toch goed, dat
daar wat anders achter moet zitten; want
:de soliedste bankinstelling neemt noga a 6
:pCt. en eïsckt zeer betrouwbare borgen. Wat
er dan achter zit? Iemand uit Sneek vertelt
'idaar iets van in „de Courant". Hij ging
in op een advertentie, die ook met veel
vertoon van betrouwbaarheid iedere week
'in „de Voorhoede" wordt geplaatst. Om te
'beginnen mocht hij f 1.50 naar Amsterdam
toezenden voor „inlormatiekosten". Eenige
dagen later kwam bericht, dat de informa
tiën voldoende waren maar dat zijn meubi-
lair als borg zou gelden, moest eerst nog
if 6 overgezonden worden, dan zou de bank
een schatter zenden. De man deed het. De
schatting had plaats, maar hij kreeg
bericht, dat op zijn meubilair de gevraagde
i honderd gulden voorschot niet kon worden
verleenctl Op zijn schriftelijke vraag, hoe
veel dan wel, werd maar niet geantwoord.
Hij was zijn f 7.50 kwijt; en het wil wat
zeggen om f 100 verlegen te zijn, hoven-
dien f 7.50 uit te geven, en dan nog nul
.op het request te krijgen!
„Bij verscheidene van die zoogenaamde
„banken" bestaat het „bestuur" uit één of
twee fortuinzoekers. Zij bieden geld aan,
maarhebben geen cent bedrijfskapi-
taal en de hun toegezonden „informatiekos
ten" enz. zijn de bron van inkomsten. Zijn
j die gelden binnen wat is dan gemakkelijker
fdan na eenige dagen te melden, dat de in-
jforaatiën te ongunstig waren om het cre-
diet te verleenen? Heel „discreet" worden
zoo de argelooze aanvragers van hun mis-
'schien laatste guldentjes ontlast. Geen haan
kraait er verder naar, daar politie en jus-
tit ei er niet aan kunnen doen.
i „Zoo gebeurde het nog geen half jaar ge-
leden, dat steller dezes met zoo'n „bank" in
Amsterdam in verbinding trad om f 250 op
crediet te krijgen. De gevraagds f 3 voor
informatie werden opgezonden. Het ant
woord was: „Informatiën zoodanig, dat tot
onzen spijt het aangevraagde niet kan ver
strekt worden."
Spoedig daarop beproefde hij biet met een
andere „bank". Er kwam een heel hoffe
lijk gesteld schrijven. De gevraagde f 4
voor informatiekosten werden opgezonden.
Het bescheid was alweer: „Na genomen in
lichtingen kan u voor het aangevraagde cre
diet niet in aanmerking komen." .Weer eeni
ge weken later slaagde hij zeer vlug en
gemakkelijk bij een coöperatieve credietver-
eeniging (Haag) waar in het geheel geen
informatiekosten vooruit ingezonden behoef
den te worden. Blijkbaar hebben dus de
„directeuren" van de beide eerst genoemde
„banken" resp. f3 en f 4 in den zak ge
stoken, zonder te informeeren. Hoe talrijk
zouden de niets kwaad vermoedende men-
schen wel zijn, die door zulke hardvochtige
bedriegerij van hun laatste veertjes geplukt
zijn?
„Ook op andere manier kan u het laatste
geldje uit den zak getooverd worden.
„Gij schrijft op zoo'n advertentie van geld-
aanbiedingen. Immers, het lijkt heel mooi;
4 pCt. geen kosten vooruit, geen borgen.
Gij krijgt een allerbeleefdst schrijven te
rug van een credietbank, verbonden aan een
administratieve vereeniging. Mits gunstige
informatie, wordt u het geld geheel vrijge
vig aangeboden. Alleen wordt ge verzocht
even uw brandwaarborgpolis op te zenden,
opdat een „akte van cessie" kan opgemaakt
worden, die gij dan later teekenen kunt. Die
akte wordt een borg op uw meubilair, be
grijpt u? Na een paai' dagen komt de blij
de tijding, dat de informatiën zóó gunstig
waren, dat „het bestuur" reeds uwe aan
vraag heeft goedgekeurd. Zal daaraan vol
daan worden, dan moet u, al is het maar
1 jaar, lid van bovengenoemde administra
tieve vereeniging worden. Dat lidmaatschap
kost f 5, en dat bedrag moet per postbewijs
toegezonden worden, daar gij anders van
de lijst geroyeerd wordt, ondanks de gun
stige informaties, want er zijn vele aanvra
gen. Gij loop er er in want gij stuurt de f 5.
Heel spoedig krijgt ge bericht, dat ge on
der no. 1203 ingeschreven bent als lid der
„vereeniging", kunt daarvoor kosteloos ad
vies krijgen bij haren rechtskundige. Ook
ontvangt ge uw polis terug, en terloops
wordt u gezegd, dat „de bewuste vraag ten
spoedigste wordt beantwoord." Verder hoort
ge niet meer. De f 5 zijn binnen en daar
mee is de zaak af. Op deze en dergelijke
manieren wordt menigeen de dupe van een
oplichtersfirma.
MINISTERIEELE CRISISSEN.
„Zelandia" heeft nagezocht hoe lang vo
rige kabinetskrisissen hebben geduurd, en
geeft het volgende lijstje:
Aanvrage ontslag. Benoeming. Duur.
1888 26 Maart 20 April 25 dagen.
1891 10 Juni 21 Augustus 72 dagen.
1894 28 April 8 Mei 10 dagen.
1897 30 Juni 26 Juli 26 dogen.
1901 1 Juli 31 Juli 30 d;.gen.
1905 3 Juli 17 Agustus 45 dagen.
1907 17 Februari 8 April 51 dagen.
1907 24 December 12 Februari 1908 50 dagen
De tegenwoordige Kabinetscrisis duurt nu
33 dagen (sedert 27 Juni).
AFSCHAFFING DER SLAVERNIJ.
In een hoofdartikel viert de „Amigoe di
Curacao" het halve-eeuwfeest der afschaf
fing van de slavernij. Het blad schrijft:
Is het mogelijk? Is het thans slechts vijf
tig jaar geleden, dat de slavernij werd af
geschaft in onze kolonie?
Wij kunnen ons bijna niet voorstellen, dat
dit werkelijk zoo is. Wat was de mensche-
Rjke maatschappij dan nog barbaarsch een
vijftig jaar geleden, dat de meer ontwikkel
den en beschaafden het niet strijdig vonden
met hun menschelijk gevoel om velen hun
ner medemenschen te behandelen als slaaf!
Thans beschouwen wij de slavernij als een
menschonteerende schandvlek op 't sehoone
lichaam der Christelijke beschaving. En toch
meer dan achttien eenwen zijn er noodig ge
weest om op dit punt de heidensche be
grippen te veredelen en te brengen tot het
Christelijk beginsel, dat alle menschen kin
deren zijn van Eénen Vader, die in de He
melen is; allen sehep6elen van één en den
zelfden God, geroepen en voorbestemd tot
één en hetzelfde doel, de eeuwige glorie.
Hoe natuurlijk en vanzelf sprekend is ons
dit nii; maar wat een moeite heeft het ge
kost, den zelfzuchtigen menscK te brengen
tot dit fijner gevoel. De slaaf was zijn eigen
dom, zijn bezitting, zijn rijkdom en werk
kracht. Hij kon er zoo geheel en al mee doeni
wat hij wilde. Dat die slaven ook mensehen
waren, met een redelijk verstand en vrijen
wil, daaraan dacht hij niet.
Dat de slaaf ook recht had op een mensch-
waardig bestaan en niet slechts op voldoend-
de voeding en ligging, zooals de trekdieren
en het werkpaard, dat hij verdiende beter
behandeld te worden dan een dier, en als
kind recht had op do liefde zijner ouders,
recht op het familieleven in eigen gezin;
zie, dat was te lastig. Op al die kleinigheden
kon niet gelet worden. De meester deed: met
zijn slèaf wat hem goed dacht en hem het
meest convenieerde.
Hoe onbegrijpelijk komt ons thans voor,
dat een rechtgeaard meneeh op deze wijze
zijn medemensch kon behandelen. Wij kun
nen ons niet meer indenken in dergelijke
wantoestanden.
De emancipatie der slaven is een wereld
feit van zeer groote beteekenis. Het is de
overwinning van de Christelijke op de Hei
densche beschaving.
Dankbaar moeten wij zijn als mensch,'dat
de wereldbeschouwing op dit punt eindelijk
gewijzigd en veredeld is; dankbaar, dat wij
losgerukt zijn uit de henepen zelfzucht van
den rijkeren mensch tegenover zijn mindere.
Maar zie nu ook eens, hoe langzaam een
goed ideo ingaDg vindt in de menschelijke
maatschappij. De Katholieke Kerk mocht al
den slaaf in bescherming nemen, een reli
gieuze orde bezitten tot vrijkooping der sla
ven; daar mochten al goede meesters gevon
den worden, die hun dienaren de vrijheid
schonken, de geheele menschenmaatschappij
hield in haar handel en wandel nog eeuwen
lang rekening met het bestaan van 6laven
en heeft zich tot op den dag van heden nog
niet geheel kunnen herstellen van den schok,
welken zij ontving hij de afschaffing der
slavernij.
Nog dieper moet derhalve de idee van
vrijheid voor iederen mensch doordringen
onder ons, nog hooger de waarde worden
geschat voor iederen mensch als mensch, en
veel eerlijker worden erkend? het recht, dat
iedere mensch heeft op eigen, onafhankelijk
bestaan.
Op het gouden jubelfeest der emaneipatie
moeten wij allen ons verheugen over deze
algemeene wijziging in de wereldbeschou
wing, over den werkelijken vooruitgang der
Christelijke idee, waardoor het eindelijk mo
gelijk is geworden iederen menseh als
mensch te eeren ën hem zijn plaats te gun
nen in onze maatschappij.
De emaneipatie heeft ons allen vrij ge
maakt van een heel verkeerd en onteerend
denkbeeld over menigeen van onze men
schen.
Laat ons dus juichen en jubelen met het
dankbare volk over een der schoonste da
den van een goed en edel Vorst!
zij had het nog gespeeld in 't uur vóór onze
droeve, onherroepelijke scheiding.
„Na mijn vertrek verloor ik den heer Roy en
zijn pupille niet uit het oog; met ongeduld ver
beidde ik den dag der meerderjarigheid, over
tuigd haar altijd even liefdevol en getrouw te
zullen vinden. Maar helaas! op zekeren mor
gen" ging de jonkman voort, trad een dei-
lakeien van Agatha's voogd mijn schamele wo-
1 ning binnen, met verzoek hem aanstonds te
volgen: onderweg vertelde hij mij dat zijn jonge
meesteres op het uiterste lag. De geneesheer had
verklaard dat zij slechts weinige uren meer te
leven had, en daar zij toen verzocht mij voor
het laatst te mogen zien had haar oom die be
geerte ingewilligd, onder voorwaarde echter dat
hij bij onze ontmoeting zou tegenwoordig zijn.
r „Schier bewusteloos leidde men mij de sterf
kamer binnen. Agatha, een verwelkte bloem
i gelijk, maar nog altijd schoon, lag daar op
een rustbed uitgestrekthaar blik verhelderde
toen zij mij zag; zij reikte mij de hand, en ter-
I nauwernood kunnende spreken, wees zij'met den
vinger naar de openstaande piano en drukte
door teekenen hare begeerte uit, om mij nog
t eenmaal te hooren spelen.
„Ik zette mjj neder en ving die treurige,
zwaarmoedige wjjs aan, die in ons leven scheen
terug te keeren, gelijk de welluidende volzin,
die zich bij tussehenpozen in een opera herhaalt
1 om de afwikkeling van het stuk aan te wijzen.
Agatha volgde mij met het oog, en toen ik ge
ëindigd had verzocht zij opnieuw te beginnen:
een snaar sprong onder mijn hand op hetzelf
de oogenblik stierf zij.
„Sedert haar dood werden de muren der stad
voor den heer Roy te eng; hij besloot Parijs te
verlaten en liet den inboedel van. het buis
d'Olbreuse ten openbaren verkoop aanslaan.
Mijn eenige wensch tot verlichting van het leed,
dat mij eeuwig zal drukken, was het bezit van
die piano, de vertrouweling van al de geheimen
eener liefde. Thans mijnheer, kunt gij den prijs
raden, dien ik daaraan hechten moest. Geen
noot, geen toets aan dit klavier, of zij wekken
in mijn geheugen een herinnering, in miin
hart een aandoening op. De snaar, die te gelijk
met Agatha's leven verbroken is. zal niet weder
vervaDgen worden: er zullen twee harmoniën
minder op de aarde zijn."
De jonkman had zijn verhaal geëindigd; hij
verliet mij, na beleefd mijn adres te hebben ver
zocht, om zich van de gemaakte schuld bij gele
genheid te kunnen kwijten.
De indruk, die zijn ontmoeting bij mij gewekt
had, begon allengs te verflauwen, toen hij op
den ochtend van den vierden dag bij mij binnen
trad.
„Ach, mijnheer," sprak hij„ik wist wel, dat
de riano hare rol nog niet ten einde liad ver
vuld. Zie hier een nieuw geheim, dat zij mij
ontsluierd heeft leest dat."
Hy reikte mij een papier toe en ik las:
„In mijn laatste oogenblikken door personen
„omringd, die mij geen achting noch belangloo-
„ze verknochtheid hebben betoond durf ik alleen
„aan mijn piano dezen, mijn uitersten wil toe
vertrouwen. Ik geef en vermaak dan aan Hu-
„go Aubriot, onderwijzer der muziek, als ver
gelding en dank voor den eerbied en. liefde, die
„hij rnjj immer betoonde, al de roerende goede-
„ren en onroerende goederen die ik op het uur
„van mijn dood bezit.
„Ik vergeef mijn voogd al het leed, dat hij mij
heeft aangedaan. Ik smeek hem, zoo hij ondanks
mijn voorzorg, dit geschrift mocht ontdekken,
ten minste mijn laatsten wil te eerbiedigen.
Agatha d'Olbreuze."
„Op mijn woord," hernam ik, „wel heeft de
piano hare geheimen zorgvuldig bewaard."
„O, mijn arme vertrouweling, mijn edel
kunstkleinood 1" riep Alfred in vervoering uit;
„zij was het, die mij de zielsgedachten van Ros
sini, van Weber, van Mozart ontvouwde: nooit
zal zy mij verlaten en wie weet, welke gehei
men zij my nog in het vervolg te ontdekken
geeft.'
Onnooozel. Een Gelderseh boerenvrouw-
tje kocht op het onafbankelijkheiclsfeest te
Winterswijk van een koopman in luchtbal
lons een dier hallons, om deze mee naar huis
te nemen. Daar ze een uur te loopen had en
zij het wellicht te lastig vond de ballon in
de hand te houden, riep ze een voorbijgan
ger tot zich en vroeg:
„Kun ie mie de lucht d'runt blaozen; dan
kan 'k h'rn in de tesse stèken.
„Limb. Koerier."
Bananenovervloed. Te Rotterdam is aange
komen uit West-Indië het s.s. Zent, met een
lading van circa 800.000 hossen bananen be
stemd voor de Columbian en Jamaica Bana
nen Import Cy.
Met de lossing is het begonnen. Voor het
vervoer naar Duitschland en een gedeelte
naar Frankrijk zijn 175 spoorwagons benoo-
digd. Circa 300 man extra volk zijn voor los
sing aangenomen.
Door 't examen. Zij is, vertelt de „Prov.
Fr. Ct.", een gezonde arbeiderswedrfwe, met
een paar flinke armen aan het lijf. Ze woont
te Pekela, heeft een huisje met wat land
en kreeg voor 'n maand nog een kleine er
fenis. Daarbij niet oud 'n weeuwtje dus
met huwelijkskansen!
't Duurde dan ook niet lang of d'r kwamen
reeds candidaten opzetten en verleden week
zelfs een makelaar! Met warmte ging die z'n
candidaat aanbevelen: een oppassend arbei
der, weduwnaar, ook zonder kinderen en ook
met wat geld. Dat kwam het weeuwtje niet
zoo slecht voor maar ze was hang gewor
den voor 'n huwelijk. Haar man toch was
'n luiaard geweest, een, die 'n broertje dood
had aan werken. En of nu de makelaar ook
al beweerde, dat zijn man de vlijtigste kerel
der wereld was, ze was wel bang. Vrouwen
zijn echter listig en na kort beraad had ze
d'r wat op gevonden.
Wait ie wat laot 'n nog een week op
perbair komen den ken 'k d'r over oor-
dailen.
Dat kwam den makelaar niet zoo verkeerd
voor en ook K., den candidaat niet. En reeds
den volgenden morgen trok hij vol moed er
op af, gewapend met een schop, zicht en
zeis, en A'ol ijver toog hij met het weeuwtje
aan den arbeid werk je niet zoo krijg je
niet. En reeds vier. dagen later was al het
werk op het land der weduwe verricht, zag
alles er zoo uit, dat niemand het kon verbe
teren.
En K. is geslaagd! 'k Zai nou wel, dat's doe
wel waarke'n wilt! Wie wa.cht'n gain week,
vair daog'n is voldounde. Wie mauwen!
EEN AVONTUURLIJKE TOCHT.
Vrijdagavond heeft volgens een particu
lier telegram aan die „Tel." de Engelsehman
Robert Black te Breedene, bij Ostende, een
noodlanding gemaakt, waarbij bij zich' ernstig
verwondde, terwijl het toestel vernield werd.
Slack was! Vrijdagmiddag van Villacoublay,
bij Parijs, vertrokken met do bedoeling via
Calais over het Kanaal te vliegen naar Enge
land. Toen hij op een hoogte van 500 meter
was, raakte hij in een wolkenmassa verdwaald;
waardoor de aarde totaal aan z'n oog onttrok
ken werd. Een hevige wind belette hem de
Engelsche kust te bereiken, zoodat hij ge-
ruimen tijd boven zee bleef. Hij ging toen
lager vliegen, werd door den wind naar de
Belgische kust gevoerd, waar hij, .wegens ge
brek aan benzine, verplicht .was onmidjdel-
lijk een noodlanding te maken. Door de duis
ternis zag hij de ijzerdraad, versperringen van
een terrein niet, botste daar, met z'n .toestel
tegen aan. De machine sloeg om en eenige
boeren, die ijlings kwamen toeloopen, von
den de Engelschman bewusteloos met een
bloedende hoofdwonde. Hij werd naar het hos
pitaal vervoerd1, waar hij spoedig bijkwam?.
Nadat hij Verbonden ,was, verkoos hij nog
dje nachtboot naar Engeland te nemen. Het-
toestel en de 80 pk. motor zijn totaal ver
nield. Zaterdag Ret koning Albert inlich
tingen inwinnen naar den toestand van den
patiënt, aan wien deze koninklijke belangd
Stelling telegrafisch .werd meegedeeld.
UIT HET DAGBOEK VAN EEN VLIEGSTER
Lefort, de Franseke vlieger, die eenige da
gen geleden in één stuk door van Parijs naar
Berlijn vloog, is verleden Woensdag zijn te
rugreis weer begonnen. Ditmaal was hij in
gezelschap: hij had n.l. de bekende Rus
sische vliegster Galantschikoff als passagier
ster meegenomen. De reis verliep thans, van
wege het slechte weer, niet zoo vlot, en de
beide luchtmenschen waren Vrijdag nog ia
Keulen.
Onder den tocht Berlijn—Keiulen schreef!
rnej. GalantSGhikoff in haar dagboek o.m., zoo
lezen wij in do „Msb." het volgende:
JOHANNISTHAL, 23 Juli. Om 4 uur 20
in den morgen zijn wij opgestegen; in de tucht
zien wij een eendekker, waarschijnlijk is het
Fokker. Een ronde over het vliegterrein en
dan voor,uit. Weldra zie ik niets meer: ik
gevoel mij op de vreemde vliegmachine als
een vogel, die voor de eerste maal zijn nest
verlaat. Onder ons is het zeer nevelig, men
ziet weinig; wij hojuden de spoorlijn Berlijn
Hannover. Om 5 uur vliegen wij langs Bran
denburg, tien minuten later over Rathenow.
Wij zijn weldra in dichte wolken. Eenige
malen zet Letort den motor stil om vlugger
uit de wolken te komen, opdat wij niet ver
dwalen. Om 5 uur 30 werd het buiig, de ma
chine vliegt wonderbaar door de lucht; ik
ben verrukt over den motor, die regelmatig
doorwerkt, 'tls te hopen, dat hij zijn plicht
blijft doen: ouder ons is het zwart en grieze
lig, doch weldra komt de zon door. Wij zijn
op een hoogte van 1000 M. Letort zingt ver
genoegd „Och Amelia". Ik amuseer mij ten
zeerste en zing mee. De weg, dien wij vol
gen, is gemakkelijk te herkennen. Om 5 uur
50 vliegen wij in een regenbui over Gardele
gen. De regen neemt steeds toe, wij zien
niets onder ons. Ik hoop, dat wij spoedig in
Hannover zijn; want de regendroppels pij
nigen mijn gezicht. 7 uur. Eindelijk Hanno
ver; maar waar is het vliegterrein. Het is
zoo nevelig, dat men niets kan zien. Voor
alle zekerheid kies ik een hypodroom, die
ik onder mij zie als landingsplaats. Letort zet
den motor stil, en wil op een groot veld lan-
j den. Op een hoogte van 50 M. bemerken wij
1 dat het een excercitieveld iswij moeten lan
den. Als er maar geen sloten op het veld
zijn. Letort maakt voor alle zekerheid een
rondvlucht, en landt dan in het zand, zoo
dat de machine reeds na 10 M. glijdens blijft
staan. Om 7 uur 20 zijn wij geland. Nu ver
nemen wij, dat het vliegveld 300 M. verder
ligt.
HANNOVER, 24 Juli. Om 5 uur stijgen wij
op. Het is zeer nevelig, wederom bevinden
wij ons in kleine wolken. Ik zie een klein
dorp: nu niets meer: hoe geheimzinnig. Bo
ven ons schijnt de zon, en onder ons wolken,
niets als wolken. Mijn God, waar ben ik;
in den hemel, in sneeuwwitte wolken! Van
de aarde geen spoor. De wolken zien er uit,
alsof men onder zioh slechts diepe, witte
sneeuw had. Ik bid God, dat de motor niet
stil blijft staan. Sinds wij opstegen, zijn 20
minuten verloopen. Letoirt is onrustig: hij
zingt niet: maar misschien is het daarvoor
nog te vroeg. Als ik de wolken voortdurend
onder mij zie als groote sneeuwbergen, on
dervind ik een gevoel van vrees; maar „wie
niet waagt, wie niet wint".
De motor werkt goed, wij vliegen steeds
verder. Van de aarde ziet men niets; maar
wij zijn ook veel dichter bij de zon, ten
minste dat schijnt zoo. Nu begint Letort weer
van „Amelia" te zingen; ik heb mijn reistas-
schen naast mij, en schijn in een zetel te
zitten.
5 uur 35. Nu zie ik huizen, steeds meer en
meer; het schijnt een stad te zijn.
5 uur 37. Wij zijn weder in de wolken. Wij
moeten nog 650 K.M. vliegen voor we in Pa
rijs zijn; reeds 300 K.M. hebben wij achter
den rug. Het is een echte luchtreis. Boven
ons den blauwen hemel en de halve maan,
achter ons de zon, en onder ons de sehoone,
witte, teere wolken. Wee ons, als we naar
beneden vallenHet is erg koud. Als ik
mij omdraai, zie ik achter mij een hoerlijk
schouwspel: de zon die op de wolken schijnt.
5 uur 45. W ij zien de aarde weer, de wolken
zijn weg. Nu komen wij in een nevel. Ik zie
slechts een kerktoren. Waar zijn wij? Wij
volgen het kompas om ons te laten leiden.
De zon is verdwenen; rondom ons niets dan
nevel; het is veel onaangenamer in een nevel
te vliegen, dan in de sehoone wolken. Nu kan
ik Letort behulpzaam zijn door benzifte te
pompen. Wederom twee kerktorens, maar
waar we zijn, weet ik niet. Volgens de kaart
moeten wij bóven de bergen zijn, maar ik zie
geen bergen slechts nevel. Nu wordt het
weer zeer buiig, en de vliegmachine schom
melt. Dit laat mij echter koud. Nu schijnt de
zon weer. OI Le Rhöne (de motor), wordt ons
toch niet ontrouw. Het horloge wijst half
zeven.
6 uur 37. Wij bevinden ons weder in de
wolken. Wij zien de aarde, en dalen tot op
300 M. Rondom wederom neveL Wij zijn
reeds over de bergen gevlogen.
6 uur 47. Het regent, en dat doet mij pijn
in het gezicht. Onder ons zien wij huizen en
fabrieken. Wij vliegen nu reeds twee uur.
Het weer wordt immer slechter. Het is te
hopen, dat .wij goed aankomen. Wij bevinden
ons op 700 M. De aarde is nauwelijks te zien.
6 uur 55. Ik zie een groote rivier en veel
huizen en fabrieken. Ik geloof dat het Dus-
seldorf is.
Hier houden Üe iaanteekeningen bp. De
vliegster vertelde verder, dat Letort den mo
tor stil zette en daalde. Letort bemerkte ech
ter dat de plaats niet voor een landing ge
schikt was, en vloog rakelings over de hui
zen. Eindelijk landde hij op een knollenveld
om tien minuten over zeven, en bemerkten
wij dat wii te Keulen waren.
Bij de landing liep de machine lichte averij
zpodat de reis naar Parijs moest worden uitge-
gesteld'.
AFSTANDSM A RSOHEN.
Naar aanleiding van een verzoek van den
Nederlandscihen Bond voor Lichamelijke Op
voeding aan den Minister van Oorlog om ook
dit jaar pp verschillende wijzen tegemoet
koming te willen verleenen voor de door
den Bond uit te schrijven afstandsmarschep
op 27, 28, 29 en 30 Augustus e.k., is door
genoemden Minister bepaald, jdat:
lp. aan alle militairen onder de wapenen,
die wenschen deel te nemen aan bovenge
noemde afstandsmarschen, .voor zooveel do
belangen van den dienst zulks toelaten, het
benoodigjde verlof kan worden verleend en
dat zij op 26 Augustus voor Rijksrekening
van hun garnizoen naar Amersfoort en op 30
Augustus d.a.v. van Nijmegen eveneens voor
Rijksrekening naar hun garnizoen zullen wor
den vervoerd.
2o. aan militairen, die zich met groot ver
lof bevinden, vergund wordt aan meer be
doelde marsóhen deel te nemen, gekleed in
unfiorm met wapens en ledergoed.
VRIJWILLIG MILITAIR MOTORRIJDERS-
EN AUTOMOBIELCORPS.
Door den Minister van Oorlog zijn ver
schillende bepalingen ter kennis van de land
macht gebracht, in verband met de oprich
ting van een vrijwillig militair automobiel
korps.
Deze korpsen zullen ieder, met inbegrip
van den commandant, bestaan uit ten hoogste
120 leden. Tot het lidmaatschap kunnen bij de
oprichting worden toegelaten resp. mannek
leden der Ned. Motorwielrijdersvereenigingi
van 18 jaar en der Kon. Ned. Automobielclub
van 21 jaar. Zij moeten de beschikking hebben
over een naar behooren uitgerust motorrijwiel
resp. automobiel.
Het lidmaatschap wordt verkregen dooi
het aangaan van een overeenkomst, waarbij
de chef van den generalen staf of een door
die autoriteit aan te wijzen officier optreedt
als gevolmachtigde van, den Minister var1
Oorlog.
Aanmelding voor het lidmaatschap ge
schiedt rechtstreeks aan het bestuur, respt
van de Ned. Motorr.-Ver. en van de Kon. Ned,
Automobielclub, dat gerechtigd is ook niet*
leden, die aan de gestelde eischen voldoen,
als lid voor te dragen.
Tot het verrichten van de dienstoefeningep
worden de leden van het Motorr ijderskorp»
bij korpsen of onderdeelen van het leger in
gedeeld.
De verdeeling bij mobilisatie van de auto
mobielen over de verschillende staven van!
het leger, wordt geregeld door den chef van
den generalen staf in overleg met den com
mandant van het korps.
De leden zijn gehouden, wanneer de mili
tie buitengewoon onder de wapenen wordt ge
roepen, zulks als ook hen geldende te be
schouwen en hunne aangewezen oorlogsbe-
stemming te volgen.
RIJKSTOEZICHT OP VOLVETTE KAAS.
De Min. van Landbouw heeft vastgesteld!
lo. een merk voor volvette kaas, bestaan
de uit een met blauwen inkt op een door
zichtig plaatje kaasstof aangebrachten stem
pelafdruk van 'het Nederlandsche wapen,
waaronder het woord „volvet" en de aan
wijzing „45 pot.", terwijl als randschrift, in
hoofdletters zijn geplaatst de woorden „Ne
derlandsche kaascontröle onder Rijkstoezicht"
en waarvan vorm en afmetingen overeenko
men met de figuur, afgedrukt in „St.-Ct."
no. 173;
en bepaald:
2o. dat op dit merk, overeenkomstig del
door tien directeur-generaal van den Land-i
bouw te geven voorschriften, tusschen het
Nederlandsche wapen en hét woolrd „vol
vet" eenige cijfer- en letterteekens in blau
wen inkt kunnen worden aangebracht voor
het uitoefenen van controle;
3o. dat dit merk van Rijkswege op kos
ten van belanghebbenden zal worden ver
vaardigd en onder nader door den directeur»!
generaal van den Landbouw te stellen voor»!
waarden worden verstrekt aan de besturen!
der onder Rijkstoezicht staande contrölesta-
tions voor volvette kaas ten behoeve van'
de bij hunne inrichting aangeslotenen;
4o. dat door of vanwege deze aangeslotenen';
geen ander dan dit van Rijkswege verstrekte1
merk mag worden gebruikt en dat.alle door!
hen te bereiden kazen van dit merk moeten!
worden voorzien;
5o. dat dit merk bij de bereiding van del
kaas op deze moet worden aangebracht over
eenkomstig de door den directeur-generaal!'
van den Landbouw te geven aanwijzigen:
6o. dat van het gebruik van dit merk door
de besturen der kaascontrólestations en dooi'
de daarbij aangeslotenen aanteekening zal
den gehouden op de wijze als door den di
recteur-generaal van den Landbouw is goedl
te keuren of te bepalen.
De voorwaarden, waaraan controlc-sta tionst
voor volvette kaas moeten voldoen om onder
Rijkstoezicht te worden gesteld, zijn opgeno
men in bovengenoemd nummer van de „St,
Ct.'
VERGOEDING AAN GEHUWDE RJJKSAR'-
BEIDERS.
Naar wij vernemen heeft de Minister var\
Waterstaat bepaald, dat aan gehuwde rijks-*
arbeiders, werkzaam bij de rijkswegen, ka
nalen, rivieren, havens enz. met ingang vair
1 Januari 1914 voor huishuur f 50 per jaad
zal worden toegekend met uitzondering varl
hen, die een vrije rijkswouing bewonen.
SCHIEDAM, 28 Juli. Moutwijn 14, Je
never 18, Commissie 13SA. Stemming
willig. Spoeling 1.10. Graanspiritus 22Al
Melasse 19—19M, Ruwe Spiritus 1°/3
10K