DE ZOON YAN DEN LANDLORD
ft
Brieven uit Lisse.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Hn Bern Rflarehé.
fé'ü iTlITqn^
Haarlem® Brassels
Hatiilschoeneii voos* all® «gelegenheden*
X.
In onzen vorigen - brief maakten we met
genoegen melding daö» de R.K. Kiesvereeni-
ging bij de jongste gemeenteraadsverkie
zing prachtig uit den strijd was gekomen
doordat zij ai haar candidaten gekozen zag.
juoch.. .gekozen blijkt nog niet te willen
srgen, raadslid zijn. Immers zooals we we
ten besloot de Raad bij meerderheid van
stemn.c n het nieuw gekozen lid R. (Warmer
dam met toe te laten als zijnde de ver
kiezing onwettig. Waar wij in dezen paf van;
etonden was van de bewering der hee-
ren van Zanten en van Lijnden dat in deze
kwestie geen persoonlijke overwegingen
voorstonden 1
Daar staan we paf van en met reden.
Immers heeft de broer van het raadslid
van Zanten op den dag der stemming in
een afzonderlijk schrijven aan het gemeen
tebestuur, na de indiening van zijn protest,
gezegd, dat hij zijn bezwaren niet hand
haafde als van Graven werd gekozen. Zou
dit nu werkelijk zijn omdat deze op een
lijst conform de wet stond? Wat ons wel
zeer eigenaardig voorkomt is wel het
advies van Mr. van Styrum als zouden de
candidaten der liberale kiesvereeniging als-
nu bij enkele candidaatstelling gekozen zijn!
Eilieve, zoo tegen den wil der kiezers in?
Dat zou wat moois zijn. Mochten evenwel
Ged. Staten in dezen geest beslissen wat
wij echter voorhands nog niet gelooven
dan, daar mogen we vast op rekenen, zul
len de andere gekozen candidaten der R.K.
Kiesvereeniging nu zij hunne vei'kiezing fei
telijk aan de liberalen hebben te danken,
zeer zeker hun mandaat niet aanvaarden.
Zij zullen voorzekér niet anders willen
zijn dan do wettige candidaten der R.K.
Kiesvereenigingen en ook als zoodanig geko
zen worden.Hierdoor zouden zij ook recht aan
hun mede-candidaat laten wedervaren. On
ze meening is echter dat, mochten Gedep.
Staten het Raadsbesluit van 1 Augustus be
krachtigen, zij zeer zeker de geheele ver
kiezing ongeldig zullen verklaren. Ge
beurt dit, dan, aldus deelde men ons van
zeer betrouwbare zijde mede, zal de heer
van Graven zich in geen enkel geval la
ten candideeren.
Wat hiervan de reden moet zijn?
Niet anders dan deze; thans is aan 't
licht gekomen dat men nu juist van libe
rale zijde niet zoo zeer dweepte met den
heer van Graven maar dat men hem alleen
gebruikte om de Roomsche Kiesvereeniging
een hak te zetten. Wat toch is 't geval?
De liberalen hebben eerst tot tweemaal toe
getracht andere Katholieken te bewegen hun
candidaat te worden. Deze moesten echter
hier niets van hebben zoodat men ten al 1 e r-
laatste den heer v. Graven hiertoe aan
zocht met 't gewenschte gevolg.
't Is wel jammer dat v. Graven deze fout
niet eer heeft ingezien.
Aangaande onzen vorigen brief maakte een
A.'-R. kiezer eenige opmerkingen en bere
keningen inzake het stemmenaantal, waar
wij spraken van het groote verschil tus
schen Tromp en Warmerdam. Het is onzer
zijds een verzuim geweest dat wij niet heb
ben doen uitkomen dat vele Katholieken
niet op W. hebben gestemd. Doch wij acht
ten dit niet noodigl
Immers er zijn zeker minstens wel een
paar honderd Katholieke kiezers geen lid
Van de R. K. Kiesvereeniging, die dus
yrij zijn in hunne keuze. Maar met de aller
gunstigste berekening welke de A. R. kie
zer ten opzichte zijner partij maakt gaan
we toch niet accoord. Wij kunnen eenzelf
de berekening voor de Katholieke partij ma
ken. Wij laten district II voor 't geen het
is, omdat daar ter plaatse van bovenaf een
sterke ongeargumenteerde oppositie ten op
zichte van W. bestond. Maar om zoomaar
Voetstoots de veronderstelling ingang te
doen vinden dat in I 125 Katholieke kie-
zersn niet op W. hebben gestemd, lijkt ons
'op z'n minst wat overdreven 1
Wij kunnen evengoed veronderstellen dat
er bijv. maar 50 Katholieken niet op W.
hebben gestemd en bovendien zijn er werk
lieden van liberale en C.-H. zijde die vol
gens hun beweren wel op W. hebben ge
stemd, zoodat wij evengoed volgens onze
berekening het aantal A.R. stemmen op W.
uitgebracht tot 15 of 20 zouden kunnen re-
duceerenI
Het heeft echter niet in onze bedoeling
gelegen hierover een polemiek uit te lok
ken maar 't trok te zeer onze aandacht
dat alle Roomsche Candidaten, zelfs de Wet
houder Rieggel, beneden Tromp bleven.
Hier wilden we even de aandacht op ves
tigen.
Misschien zeer spoedig, al naar Ged. Sta
ten zullen beslissen, anders toch over 2 jaar
staat er weer iets iets voor de deur, waar wij
elkanders steun onvoorwaardelijk noodig zul
len hebben. Dit is tenminste het idéé van
OPMERKER.;
BULGAARSCHE BRUILOFTEN.
Er is het laatste jaar zooveel geschreven
over de Bulgaren zooals zij zijn in oorlogstijd
dat het eigenlijk ook niet onaardig is eens
iets ver vernemen van het Bulgaarsehe land
leven in tijd va,n vrede. De bewoners van
dat land zullen er naar verlangen meer dan
w'e hun eigenaardige gebruiken weer onge
stoord te pas te kunnen brengen.
Een huwelijk bij de Bulgaarsehe landelijke
bevolking brengt een stroom van vreemde
ceremoniën met zich. In de meeste streken
heerscht nog de gewoonte dat de bruidegom
zijn bruidje koopt, en dat gaat zoo maar niet
door een sommetje geld aan den schoonpapa
in spé te zenden en dan per omgaande de
solioone terug te krijgen. Een medewerker
van de „Figaro" heeft onlangs de lezers van
zijn blad verteld wat daar alzoo bij komt.
Als een Bulgaarsehe jonkman het pieisje
zijne keuze gevonden heeft zendt hij zijn
moeder of een andere bloedverwante als af
gevaardigde naar de ouders zijner dulcinea.
Bij dat bezoek wordt besproken wat de
bruidegom voor het meisje zal moeten geven
en ook wat het bruidje aan kleeren en ge
schenken mee ten huwelijk zal brengen. De
verloving bestaat uit het wisselen van rin
gen, in de méésts gevallen volgt de bruiloft
onmiddellijk daarop.
Een week voor de bruiloft koopt de vader
van den bruidegom een houten flesch met
wijn, een brood en een stuk gebraad; in den
vastentijd neemt men visch in plaals van
vleesch. Wijn, brood en vleesch worden door
een soort afgezant (ostekar noemen hem de
Bulgaren) aan de moeder van de bruid ge
bracht. Nadat men elkander wederkeerig
geluk heeft gewenscht vraagt de ostekar wan-
naar de bruiloft zal plaats hebben; gewoonlijk
wordt die op een Zondag bepaald.
Als dat is gebeurd, wordt de koopprijs vast
gesteld, voor die betaald is mag de jonge man
niet in de woning van het meisje komen.
Drie dagen voor de bruiloft beginnen de hu
welijks-ceremoniën. Donderdagmiddag moet
een zuster of een ander familielid van den
bruidegom een „diver" zoeken die zich be
last met ruiling der ringen en die in de kerk
dioht achter het paartje met twee brandende
kaarsen staat.
Dan moet de zuster van den bruidegom de
jonge meisjes van het dorp uitnoodigen om in
de woning van den jongen man de bruiloft
voor te bereiden. Vier der dorpsmeisjes vor
men een koor, zij leggen een wit laken op
tafel én zetten daar eenig zilver vaatwerk
op. De „Selva" (dat is de zuster van den brui
degom) heeft een kleine schaal, waarop drui
ven', 5 nooten en wat meel liggen. De brui
degom, de diver en de selva nemen dat mand
je met de rechterhand beet en zwaaien liet
voorzichtig rond; de vruchten mogen daarbij
elkander niet aanraken, dat beteekent onheil
voor het tooh angstige echtpaar.
Terwijl de selva alleen het mandje laat
schommelen, zetten bruidegom en diver twee
met water gevulde koppen voor het vuur.
Het water mag niet aan den kook raken en
de vlammen mogen de koppen niet aanraken.
In een der koppen is een houten stokje
geplaatst waaraan een zilveren ring is be
vestigd; die ontvangt het bruidje na de brui
loft. Vrijdags voor de bruiloft komen de vrien
dinnetjes van de bruid te zamen om haar
de haren te verzorgen. De eerste hand moet
daaraan gelegd worden door een idioot klein
meisje. Als de haartooi gereed is kust het
bruidje haar vriendinnen de hand; zij krijgt
nu een muts op.
Zaterdags wordt bij den bruidegom een os
geslacht; de jonge mannen van het dorp
zijn daarbij en dansen en zingen. Den vol
genden morgen komt de dorpsbarbier bij den
bruidegom en snijdt hem baard en hoofdhaar
af; het afgesneden haar legt men in de kast
van het bruidje.
Tegen den middag komen de gasten van
den bruidegom; als ze gegeten hebben gaan
ze in optocht naar de woning van do bruid.
De diver klopt aan haar woning en alle gas
ten zingen'; „Koop het meisje, koop het
meisje, diver, het is de moeite waard." Dan
gaat rdé deur .epen, waarna men het meisje
naar de woning van den bruidegom voert.
HET VREDESVERDRAG DER BALKAN-
STATEN.
Ziehier den officieelen tekst van het vre
desverdrag van Boekarest:
Artikel I: Er zal vrede en vriendschap
bestaan tusschen den koning van Bulgarije
en de andere souvereinen, evenals tusschen
hun erfgenamen en troonopvolgers.
Artikel IIDe Roemeensch-Bulgaarsche
grens, herzien overeenkomstig bijlage 5 van
het protocol, zal loopen van den Donau
stroomopwaarts van Toertoekai, om ten Zui
den van Ekrene, aan de Zwarte Zee, te
eindigen.
Formeel is verder overeengekomen, dat
Bulgarije binnen ten hoogste twee jaar de
te Roetsjoek en Simla bestaande vesting
werken ontmantelen zal, alsmede de ver
sterkingen in een zone van 20 K.M.
Een gemengde commissie zal binnen veer
tien dagen op de plaats zelve de nieuwe
grenslijn vaststellen en overgaan tot de ver
deeling der goederen, gelegen op het grond
gebied, dat de nieuwe grenslijn doorsnijdt.
In geval van een meeningsverschil zal een
scheidsgerecht in laatste instantie uitspraak
doen.
Artikel III. De Servisch-Bulgaarsehe grens
vastgesteld overeenkomstig bijlage 9 van het
protocol, begint aan de oude grens bij den
berg Paratrica, volgt dan de oude Turksch-
Bulgaarsche grens en de waterscheiding tus
schen de Wardar en de Stroema, met uit
zondering van het bovendal der Stroemitza,
dat aan Bulgarije zal blijven.
Artikel IV. De kwesties betreffende de
oude Servisch-Bulgaarsche grens zullen ge
regeld worden ingevolge een overeenkomst
tusschen de eontracteerende partijen, con
form protocol 2.
Genoemde grens eindigt bij het Belasica-
gebergte, waar zij de Buigaarsch-Grieksche
grens ontmoet.
Een gemengde commissie zal deze grens
lijn binnen veertien dagen ter plaatse vast
stellen en overgaan tot de verdeeling der
goederen, gelegen op het grondgebied, dat
de nieuwe grenslijn doorsnijdt, zoo noodig
met behulp van een scheidsgerecht.
Artikel VDe Grieksch-Bulgaarsche grens,
vastgesteld overeenkomstig bijlage 9 van het
protocol, zal loopen van de nieuwe Bul-
gaarsch-Servische grenslijn af over het Ce-
lascica- en Planina-plateau en eindigen bij
de monding van de Mesta, aan de Egeïsche
Zee. Een gemengde commissie en een scheids
gerecht zullen worden samengesteld, zooals
in de vorige artikelen is aangegeven.
Het is strikt overeengekomen, dat Bulga
rije van dit oogenblik van al zijn aanspra
ken op liet eiland Kreta afziet.
Artikel VI: De hoofdkwartieren der res
pectieve legers zullen van de ondertecke-
ning van het vredesverdrag in kennis wor
den gesteld.
De Bulgaarsehe regeering verplicht zich,
den dag na de onderteekening van liet ver
drag de troepen te demobiliseeren, wier gar-
nizoens in de bezettingszone van het oor
logvoerende leger zijn gelegen. Deze troe
pen zullen naar andere punten van het oude
Bulgaarsehe grondgebied worden gedirigeerd
en zullen hun garnizoenen pas weder mo
gen betrekken, nadat de bezettings-zóne zal
zijn ontruimd.
Artikel VII: De ontruiming van het Bul
gaarsehe grondgebied zal dadelijk een aan
vang nemen na dc demobilisatie van het
Bulgaarsehe leger en binnen ten hoogste
twee weken beëindigd moeten zijn.
Artikel VIII: Gedurende de ontruiming
van het Bulgaarsehe grondgebied zullen de
legers het recht van requisitie tegen beta
ling in contanten behouden, en het vrije
gebruik der spoorwegen verkrijgen tot liet
vervoer van troepen en mondbehoeften, zon
der daarvoor aan de plaatselijke overheid
schadeloosstelling toe te staan. Zieken en
gewonden zullen onder de bescherming van
gezegde legers komen te staan.
Artikel IX. Zoo spoedig mogelijk zullen
alle krijgsgevangenen worden uitgewisseld.
Dc regeeringen zullen elkander wederzijds
een staat van dc uitgaven voor het verzor
gen en voeden der gevangenen doen toe
komen.
Artikel X: Het onderhavige verdrag zal
bekrachtigd worden; de bekrachtigingen van
het verdrag zullen ie Boekarest worden uit
gewisseld, binnen 14 dagen of zoo mogelijk
eerder.
Het sss©ia1i«tencoïigp®s te
ZwoHe.
De geheele pers is eenstemmig: Troelstra
heeft een geduchte nederlaag geleden, en de
S. D. A. P. is zeer verzwakt door het con
gres van Zwolle.
De Maasbode zegt o.m„ dat het eene
groote komedie was:
„Alles theater!
En hadden zoo velen niet een bindend
mandaat gehad, er ware met groote meer
derheid besloten om eventueel aangebo
den portefeuilles te aanvaarden.
Wat ware daarvan het gevolg geweest?
Troelstra heeft bet verklaard. Dat zou
moeten dienen om een mogelijk Kabiuct-
Cort van der Linden op te drijven door
de gedurige vrees, dat eigen val de komst
van een liberaal-socialistisch Kabinet
zou beduiden. We zien dus, dat ook nu
nog de bereidverklaring voor Troelstra
iets anders beduidde, dan ze op zich zelf
was.
Het had moeten worden een tactische
zet tegenover de concentratie en vooral
tegenover de Vrij-liheralen, die zoo flink
op socialistische Ministers hebben aan
gedrongen, omdat ze overtuigd waren,
dat deze er toch niet zouden komen.
Dat opdringerig aanbieden van porte
feuilles moest in de toekomst onmogelijk
gemaakt worden. Door den Vrij-libera-
len de vrees in te boezemen, dat de por
tefeuilles bij aanbod zouden worden aan
vaard, zou men wel voorkomen, dat ze
zouden worden aangeboden.
.En aldus zou de socialist zijn heerlijke,
vrije critiek behouden, en niet verant
woordelijk zijn jegens de kiezers voor
het niet brengen van algemeen kiesreeht
en staatspensioen.
Aldus beeft Troelstra zich in de kaart
laten zien. Dat kon niet anders, wan
neer men uit beginsel zijn politiek moet
blootleggen voor het publiek.
Naar onze meening staan de zaken nu
zóó, dat de Yrij-liberalen bij een vol
gende gelegenheid hun aanbod genist
kunnen herhalen. Want waarschijnlijk
is het niet, dat de „leiding" der S.D.A.P.
zich spoedig weer vergissen zal in de
stemming zijner leden, en moeilijk kan
men binnen korten tijd weer aankomen
met de bewering, dat het extra-ordinaire
geval aanwezig is, waarin aanvaarding
van minister-portefeuilles geoorloofd is
volgens socialistische leer.
Daardoor is de positie der S. D. A. P.
ten opzichte van haar meer dan honderd
duizend „bijloopers" verzwakt. Ook in de
toekomst zal zo bloot staan aan dezelfde
truc der portefeuille-aanbieding en aan
dezelfde kritiek door het weigeven daar
van".
De Nederlander geeft de politieke
vooruitzichten:
„Er bestaat thans tusschen socialisten
en vrijzinnigen geen enkel compromis:
de aanvankelijk door de soc.-dem. Ka-
nierclub gedane toezeggingen zijn door
het Congres niet bekrachtigd, omdat ze
er niet behandeld zijn.
„Het komt ons voor, dat liet uitzicht
er voor de vrijzinnigen met den dag van
Zondag niet beter op geworden is. Zij
zullen goed doen voortaan wat minder
met het revisionistisch karakter en wat
meer met het „revolutionair sentiment"
der S. D. A. P. te rekenen".
De N. Rott. Courant wijst op Troel
stra's berekende houding en zijn politiek
spel dat editormislukt is!
„Achter de theorie der motie lag toch
ook een stukje practische politiek ver
borgen. Mr. Troelstra, immers, verlang
de de aanneming van de aanvaardings
motie, vooral om, zoodra liem dat goed
dacht, daarmede het kabinet-Cort van
der Linden te kunnen bestoken.
Hier kwam liet uitnemend doorzicht
van dezen parlementairen leider der Ne-
derlandsehe sociaal-democratie in bet
licht. Met een aanvaardingsmotie een
blanco erediet, gelijk zij na de toelich
ting van Mr. Tr-oclstra terecht, genoemd
is, omdat het tijdstip waarop, en de om
standigheden waaronder ervan gebruik
gemaakt zou worden, in de lucht kwamen
te hangen als ruggesteun, zou Mr.
Troelstra een zeer sterke positie hebben
ingenomen. Zonder haar is hij in de Ka
mer vrijwel lamgeslagen.
Wat- kan hij nu doen, wanneer het R'a-
binet-Cort van der Linden niet den weg
zou opgaan, dien hij gevolgd vvenscht te
zien? Vrijwel niets. Hij kan groote
woorden gebruiken, en daarmede een
schijnsucces behalen. Desnoods moties
over algemeen kiesrecht en staatspen
sioen voorstellen, en stemmingen uitlok
ken, om te pogen, met den steun der con
centratie, het Kabinet-van der Lindeü
ten val te breiigeu.
Hij zal dan kunnen komen tot aan den
drempel van het beloofde land, doch den
drempel overschrijden zal hij niet. Daar
toe is hem de pas nu afgesneden, want
steeds zal hem worden toegevoegd: „Wij
zijn bereid de consequenties te aanvaar
den van de daad, waartoe gij ons noo-
digt; doch gij"? Wilt gij dat ook? Sa nier
met u een Kabinet ten val brengend,
willen w ij 6amen met u voor de gevol
gen staan,gelijk de constitutioneele be
ginselen eisehen. Maar gij?"
Kon Mr. Troelstra dan antwoorden:
„Ik ook", liij zou zoo krachtig zijn, als
maar iemand in de nieuwe Kamer we
zen kon. Doch nu?
*Nu liet Zwolscbe congres op gronden
van partijbelang en anders zijn niet
aangevoerd beslist heeft, dat onder
geen voorwaarden de taak der sociaal-
democratie verder zal worden uitgebreid,
dan tot afbrekennu zal zij het moe
ten aanzien, dat op een gegeven oogen
blik de concentratie terugdeinst voor een
beslissing, die naar groote waarschijn,
lijkheid de rechterzijde aan het be
wind zou brengen.
In zooverre heeft dus het Zwolscbe
congres wel eenig praetisch resultaat op
geleverd. Dit, dat op het komend Kabi
net de sociaal-democraten eiken vat ver
loren hebben. Een Kabinet-Cort van der
Linden zal vaster staan, nu het congres
met negatieven uitslag is bekroond, dan
wanneer er in het geheel geen congres
gehouden ware. Aan mr. Troelstra is een
mooie troef uit de hand geslagen, die de
lieer van der Goes de gebruikelijke
eongresslotvertooning met warmte
heeft gedrukt!"
De Telegraaf schrijft, na een verheer
lijking van Troelstra het volgende:
„De S. D. A. P. kan thans weer gaan
critiseeren. En betoogingen in elkander
zetten voor kiesrecht en staatspensioen.
Om dan straks de heer Vliegen zei het
terecht opnieuw voor eenzelfde situa
tie te komen staan als nu. En opnieuw
te weigeren. Het lijkt op die oude ver
halen uit de fabel-wereld, van mensehen,
die overdag naarstig aan een groot werk
arbeidden, om het in den nacht te ver
nielen, deii volgenden dag het weer op
te houwen, maar 's nachtsenz. Als
een soort sport is zoo iets niet onaardig.
Maar velen kunnen er de dupe van wor
den. Dat is thans het geval. De groote
eisehen der socialisten zijn in den steek
gelaten ter wille van het theoretisch
socialisme".
Morgen geven we een bloemlezing van het
geen de andere bladen, ook onze katholieke
collega's, van dit congres en het daar geno
men besluit zeggen.
EXAMEN COMMIES-VERIFICATEUR.
Het examen voor commies-verificateur der
directe belastingen, invoerrechten en accijn
zen, zal 9 December a.s. te 's Gravenhage wor
den afgenomen.
Er zijn ten hoogste acht plaatsen voor
commies-verificateur beschikbaar.
Inbrekers gepakt. De politie te Zeist
lieeft in den nacht van Zaterdag op Zon
dag een tweetal Duitschers gearresteerd, die
een oogenblik te voren hadden ingebroken
in de tijdelijk onbewoonde villa van den
heer G. Biaauw aan de Schaerweijder-park-
laan. De dieven, die door het keukenraam
waren binnengekomen, hadden dit raam en
de deuren in den gang opengebroken, met
beitels en ander gereedschap, dat zij uit
een in aanbouw zijnd pand hadden weggeno
men. Onraad bespeurende begaven zij zich
naar buiten en vielen daar in handen der
politie, zoodat niets ontvreemd kon worden.
Verijdelde inbraak. Zondagnacht heeft
men getracht in te breken bij den heer J. H.
Middendorf aan den Coolsingel te Rotter
dam. Door de brandgang in den tuin geko
men, lichtten de dieven de glazen waranda
deuren uit de hengsels, doch stuitten op lui
ken met ijzeren sluiting, zoodat ze onver-
riehterzake zijn teruggekeerd.
Sen bijdrage tot de lijdensgeschiedenis
van Ierland.
jj g tÜ! §3 Ei S e
Naar het Fransch van Lueien Tbotnin.
1 Onder Eduard VI werden de bedelaars
door middel van gloeiend ijzer op den schou
der gemerkt met de letter V (vargant, vage
bond.) Ingeval vau herhaling werden zij met
twee jaar slavernij gestraft. Indien zij ont
vluchtten, werden zij in den hals gemerkt
met de letter S. (slave, slaaf) en zij hieven
slaaf voor de rest van hun leven. Alle poging
tot ontvluchting werd met den dood gestraft.
In 1838 stemde het Parlement een wet,
waarbij de oprichting van een workhouse of
armhuis in elk der 161 districten van Ier
land bevolen werd. Twintig jaar later be
vatten de workhouses hij de achttien duizend
zielen. Het waren voor het meerendeel van
de straat opgepakte gebrekkigen, grijsaards
en weezen.
Het is in een dier werkhuizen-gevangenis
sen, dat wij de vrouw en de kinderen van
den ijgnipzaligen Hngues Lindley terugvin-
i den. Het was drie dagen geleden, sinds het
gerechtshof het doodvonnis had uitgespro-
j ken. Het ongelukkige gezin was er nog ge-
I heel onkundig van geiatenIn het rustuur
met elkander op de binnenplaats vereenigd,
spraken de moeder en de kinderen over den
geliefden afwezige, toen een jong meisje
onverwachts bij hen toegelaten werd.
Dat meisje was Ellen.
Juichende van blijdschap wierpen de kin
deren zich in hare armen.
Gij-brengt ons goede tijding, niet waar,
j beste Ellen? vroeg de kleine Lucy.
j Komt gij ons de vrijspraak van vader
j aankondigen? zeide een der jongens.
Het meisje beproefde te antwoorden, doch
de woorden bestierven op hare lippen. Hare
oogen vulden zich met tranen.
De moeder begreep die stomme droefheid.
Hij is dus veroordeeld? stamelde zij.
Ellen boog het hoofd. Allen harstten in een
luid gejammer los.
Veroordeeld! hij, onschuldig!.her
nam de arme vrouw met een door de droef
heid verstikte stem. Ach! dat is niet moge
lijk! Ellen, gij moet u vergissen! God ver
laat Zijne dienaren niet op die wijze
Ik heb het vonnis hooren voorlezen.
O mijn God!En hij heeft zijne on
schuld niet kunnen bewijzen!
De schijn was tegen hem. Het is een
martelaar. Hij is vol kracht en moed. Zijn
blik heeft mij verzocht tot u te gaan.... u
te vertroosten, te versterken....
j Het meisje wilde nog meer zeggen, maar
liare aandoening was al te hevig. Zij ver-
j borg haar aangezicht in hare handen en
barstte in snikken los. Het gezin van den
pachter mengde zijne tranen met de hare.
i Een oogenblik hoorde men niets dan onsa
menhangende uitroepen, klaagtonen, geho-
i den, snikken
Dit hartroerende tooneel werd door de
j komst van den directeur onderbroken. Hij
j kwam aan het onderhoud een einde maken.
De vrouw van den veroordeelde keerde zich
tot hem en riep, de handen vouwende, uit:
Ik heb een gunst te verzoeken, sir.
i Mijn man in zijn gevangenis te mogen
bezoeken.
Dat is onmogelijk.
Ach, sir, gij zult mij de laatste gunst
niet weigeren!
De directeur haalde de schouders op.
Onmogelijk, herhaalde hij, onmogelijk!
Dat hangt overigens niet van mij alleen
af, vöegde hij er hij. Daartoe wordt de mach
tiging van den attorney-general vereischt....
het is te laat om die aan te vragen, daar de
terechtstelling op morgen bepaald is.
De arme vrouw was verbijsterd als had
haar een knoisslag getroffen.
Moeder, fluisterde Ellen haar in het oor,
ik zal hem zien, ik zal hem uw afscheids-
groeten overbrengen
Ach! lieve dochter! stotterde de rampza-
lige vrouw. Dit was alles wat zij kon uit
brengen.
Ellen ging heen .Haar laatste woord was:
Ik zal terugkomen.... moed gehouden!
God is met ons!
Een door tranen verduisterde blik ant
woordde haar.
Den volgenden dag had de terechtstelling
van Hugues Lindley inderdaad plaats. Reeds
in den vroegen morgen omringde een groote
menigte de gevangenis. Onder die massa
merkte men in lompen gckleede hoeren op,
die somher en stilzwijgend, op hunne knoes
tige stokken leunend, blijkbaar iets in hun
schild voerende, stonden te wachten.
Het waren de uitgezette pachters van Fall-
moore en Floweriness. Zij kwamen een laat
ste blijk van achting aan hun landgenoot
brengen, wiens onschuld zij geen oogenblik
verdacht hadden. Op een woord, een teeken,
zouden zij zich op de politic-agenten gewor
pen hebben, om hun vriend te bevrijden.
Het woord werd niet uitgesproken.
Op het vastgestelde uur verliet Lindley
de gevangenis, ondersteund door een pries
ter met witte haren, die aan zijn oor woor
den van vrede en vergiffenis fluisterde.
Een luid gemompel van verwondering
doorliep de menigte.
De katholieke bisschop! riepen tallooze
ontroerde stemmen.
Men vergiste zich niet. Het was de opper
herder van het bisdom, die met de eenvou
digheid van een echten apostel eene groote
droefheid kwam vertroosten en aller zielen
sterken.
Sinds dat oogenblik dacht niemand meer
aan wraak.
De uitgezetten knielden neder op den weg
van den trenrigeu stoet en hogen het hoofd.
De bisschop zegende hen. Een jong meisje
knielde in de voorste rij. Haar ziende, riep
de veroordeelde gesmoord:
Ellen!
Ik hen het, vader, riep zij, opstaande en
ondanks de constabels naar hem toesnel
lende.
Hebt gij hen gezien, lief kind?
Ja, vader.
Waar zijn zij?
In het workhouse.
Lindley verbleekte eu mompelde:
Gij zult lien wederzien, gijZeg hun,
dat ik'hen liefheb.... dat mijn laatste ge
dachte voor hen zal zijnAan Patrick zult
gij zeggen, dat ik onschuldig gestorven ben
dat ik vergeven hebdat ik liem
smeek insgelijks te vergeven.
Terwijl de wachten Ellen terugstieten.,
voegde hij er nog bij:
Zeg aan mijn geliefde vrouw, aan mijne
dierbare kinderen, dat ik hen zegen.
Ik zelf zal liun dien zegen overbrengen
sprak de hissc-hop.
O! Monseigneur!....
Het is mijn plicht. Ik zal gaan.
Heb dank, Monseigneurheb dank
voor hen en voor mij.
NIEUWE HAARLE/ASCHE COURANT
^-r^r.-3JTigrqa-i?' :-.'Triar&r< w«sp&wt«i»-ar:.* v-
10.)
Welke?