Romeinsche Kroniek.
De Zoon van den Landlord.
BINNENLAND.
KERKNIEUWS.
Eon llnrché.
„üoyons."
Haarlem-Brussel» Handschoenen voor alle geSegenhedsn^
ir.
(Vervolg en slot.)
Een staaltje van .pelgrims toevloed toon-
-.e ik 'de vorige week reecis aan, maar dat
«was niets in vergelijking van wat gisteren
begon, en lieden toestroomt, ter gelegenheid
van Maria Hemelvaart.
Do vorige Zondag was het feest der II.
Eilhnena te Montagni in de vlakte, niet ver
Van Abelleno gelegen. Sinds eene wonder
baarlijke genezing eener Fransche dame is
do vereering dozer heilige steeds stijgend;
men zal zich herinneren dat de Z. Pastoor
van Ars veel daartoe heeft bijgedragen. Wel
nu, de massa's pelgrims, die naar haar heilig
dom togen bestegen eerst den heiligen berg
om de Madonna van Monte Verg me te v r-
eeren en hier te biechten, wijl zij meer ver
trouwen hebben in deze paters dan in hunne
Wereldgeestelijken. Ze kwamen in troepjes
van 20 tot 50 personen, dikwijls met een
vaandel of een crucifix, zingend, of liever op
do wijs schreeuwend den berg op, bestogen
op de knieën do trappen van bet heiligdom
en zoo in de kerk tot aan het altaar der
H. Maagd. Sommigen hebben dc afschuwe
lijke gewoonte wegens eene afgelegde ge
lofte met hun tong over den vloer te strij
ken, en wat de Paters ook zeggen om hun
dit te verbieden, het helpt niet. Zij meenen
daardoor aan hun gelofte te kort te komen
en zonde te doen.
Er was een groep, de eenigen, die nog
een pittorish nationaal kostuum dragen, uit
de buurt van Benevento. Zij hadden drie da
gen geloopen. Waren nu hier, gingen daarna
naar Santé Filomena, vervolgens naar de Ma
donna van Valle di Pompei, en van daar per
trein huiswaarts.
Treffend is bij al hun onwetendheid, het ge
loof dezer menschen, mannen zoowel als
vrouwen. Eenige groepen schreeuwen, zoo
lang het hen veroorloofd wordt, hunne Maria-
liederen uit; dan is er.weer eens een groep,
1 jdie nadat een er mee begonnen is allen
hardop huilen: o Madonna Mia, o Mamma
Mia, Misericordial
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag
Waren er een kleine duizend personen, on
geveer evenveel mannen als vrouwen aanwe
zig. De eersten werden in een tiental kamers
Waar britsen staan met stroozakken en in
©en groote zaal ondergebracht en verder
Waar zij een plaatsje vonden. De vrouwen
lovernachten alle in de kerk op stoelen
gezeten of op de altaartrappen en den grond
gelegerd. Twee vertrouwde personen houden
de wacht, opdat geen mannen in do kerk
komen. Den gansehen nacht door hebben ze
gezongen, elkaar als ze moe werden, afwis
selend.
Voor de Paters zijn die dagen ontzettend
vermoeiend. De prior bijv. heeft van vier
tot negen uur in den biechtstoel gezeten,
eerst daarna zijne II. Mis gelezen, dus eerst
om tien uur iets kunnen nuttigen. De abt,
die om half acht uit Loreto te paard naar
boven was gekomen, is dadelijk in den biecht
stoel gegaan en heeft toen twee en half uur
en tegen den avond nog anderhalf uur biecht
gehoord. En zoo is het met allen. Talrijk
zijn zij niet; slechts een dozijn. En ditmaal
waren geen wereldgeestelijken gekomen om
te helpen, zooals heden gelukkig wel het
geval is.
Gewoonlijk geschiedt de aanwas der monni
ken door zeer jonge studenten, van af tien
twaalf jaar, die in een alumnaat opgevoed
worden, zooals oorspronkelijk, reeds tijdens
het leven van den H. Benediktus het geval
Was; men donke aan de jeugdige Placidus en
Maurus. In Monte Cassino bestaan nog do
ruïnes van het alumnaat, waar da II. Tho
mas van Aquino, door zijn vader tot Bene-
jdiktijn bestemd, een tijd verblijf hield. Hier
zijn er nu tien van verschillenden leeftijd.
Er is, bij uitzondering, zelfs een klein ventje
van acht jaar. Het vorig jaar stierf zijn
broertje van 14 jaar, en nu uitte het kind den
Wensch de ledige plaats in- te nemen. Men
vond dezen wensch zoo treffend, dat deze,
niettegenstaande de bezwaren, ingewilligd
Werd. Dagelijks zie ik het kind als misdienaar
fungeeren gedurende de conventueele Mis,
en aardig is hot op te merken, met hoeveel
ambitie hij bezield is om alles goed en juist
Ne doen. Zijne familie wil hij niet bezoeken,
geheel wil hij zich hier inburgeren. Groeit
hij op zooals hij nu belooft, zoo wordt hij
een voortreffelijke monnik. Door zoo jeug
dige personen op te kweeken, wordt do H.
Maagd steeds door maagdelijk gezinden ge-«
diend, aan wie alle wereldsch verderf vreemd
gebleven is.
Dagelijks maken de leerlingen eene flinke
wandeling en klauteren in de bergen. Als
een bewijs dat zij voor zoover dienstig, in
Jrnen zin worden opgevoed, diene bijv. dat
de Pater het vorig jaar met de jongelui
Pompei en zijne opgravingen is gaan bezoe
ken.
Getrouw aan do Benediktijner tradities'
wordt met liefde de Gregoriaansche en zui
ver Liturgische zang beoefend.. De gastpater
is volleerd organist en heeft een mooie stem;
hij is het die het zang- en muziek-onderwijs
leidt. Drie der jongens zijn reeds in staat
diensten met orgelspel te begeleiden. Het is
een genot, na de ergernis van Casamicciola
nu zu'k zuiver, liturgische Missen te zien op
dragen.
Voor zoover het mogelijk is men moet
met den Hollandschen maatstaf aanleggen
heerseht hier zindelijkheid en orde. Voor
namelijk de altaren, liet altaarlinnen en de
priesterkleeding laten niets te wensohen over.
De monniken zelf maken ook een frisschen,
zindelijken indruk, zelfs de broeders. Het vuil
dat er is, wordt door de pelgrims aangebracht,
die nevens de vliegenplaag, welke zeer hin
derlijk: is, een anderen, nog afschuwelijker,
aanbrengen, n.l. insecten, wier naam met de
zelfde letters begint, en die bij duizenden de
kerk en het vreemdelingenkwartier bevolken.
Zelfs nadat de kerk gewassohen en gedurende
twee dagen geen pelgrimbezoek plaats had,
bleek deze nog niet zuiver te zijn.
Na een stijven klim van veertig minuten
bereikt men een zelf regis (.roerend metereolo-
gisoh observatorium, op 1400 meter hoogte
gelegen, dat eens per week door een der
paters afgenomen wordt. Boven liet klooster
bevindt zich een ander observatorium, dat
dagelijks afgenomen wordt. De observaties
worden aan het Staats observatorium te Rome
overgeseind. Sinds een paar jaar is Monte
Vergine door een telefoon, door middel van
welke men ook telegra.feeren kan, met de bui
tenwereld verbonden. Alle benoodigdheden
moeten per pakdier uit Lorits aangebracht
worden, daar hier niets groeit en niets ge
kweekt kan worden, wegens de guurheid van
het klimaat en den korten zomer. De berg
is echter meerondeels goed lieg roc id. Langs
de onderste hellingen kastanjes, die een rui
men oogst opleveren en uitgevoerd worden;
hoogerop beuken, linden, berken, naaldhout
ontbreekt. De wilde flora is prachtig, een
botanicus vindt hier ruim veld voor studie.
Bergpaden, voor het meerendeel lastig, bie
den gelegenheid tot wandelen en er zijn pun
ten waar men de verrukkelijkste, uitgebreid
ste vergezichten geniet. Hei; schouwspel vau
mooie zonsopgang en zonsondergang ont
breekt; de dagvorstin gaat achter andere ber
gen schuil eer het zoover is. En zijn de
morgens meestal helder en blauw, in den na
middag is het gewoonlijk bewolkt.
Ik zeide reeds dat sinds de stichting slechts
vastenspijzen hier geoorloofd waren en zelfs
strenge vasten, d. i. noch eier- noch melk
spijzen. Daar in den loop der tijden de ge
stellen dit niet meer schijnen toe te laten,
vooral op zulk eon hooggelegen punt, werd
een tunnel door een rots gegraven en aan de
andere zijde eene refter, keuken en zieken-
kwartier gebouwd. Hierheen gaan de monni
ken om te middagmalen, behalve Zaterdags,
wanneer ter eere van de H. Maagd gevast
wordt, zooals ook 's avonds. Voor vrouwelijke
gasten is op eenigen afstand een houten hutje
gebouwd, waar het middageten hun gebracht
wordt.
De tafel laat begrijpelijkerwijs veel te wen-
schen ovqr, maar na het hoogst middelmatige
hotel van Casamicciola ben ik reeds aan on
smakelijk klaar gemaakt, slecht opgedischte
spijzen gewend geraakt. De onzindelijkheid en
slecht© bedden daar, maken de primitieve
kamer en het slechte bed hier minder op
vallend. Bovendien men heeft voor mij gedaan
wat men kon, heeft eén der drie bedden weg
genomen en mij een fauteuil gegeven, en wat
wel het voornaamste is, de abt. veroorlooft
mij bij hoogeuitzondering als Benediktijner
Oblaat te blijven, zoolang ik wil. Een verlof
dat mij hoogst welkom is daar dagelijks mijne
krachten toenemen en ongemakken verdwij
nen, zoodat ik het reeds tot oene bergwan
deling van twee uren gebracht heb.
A.s. Maandag, na. een verblijf van twaalf
dagen gaat het weder dal waar ts.
Onder harmonisch klokgelui der mooie klok
ken die pelgrims den ganschen dag luiden,
sluit ik dit schrijven, om een volgende maal
van liet feest van morgen te vertellen.
B. T. P. WASZKLEW1CZ
VAN SCHILFGA.ARDEN.
DE MINISTERIEEDE CRISIS.
Het Nederlandsche Correspondentiebureau
meldtNaar in ambtelijke kringen sedert
gisteren bekend is geworden, is het zoo
goed als zeker, dat een oplossing van de
ministerieele crisis niet meer in deze maand,
doch wellicht in het begin van September
te wachten is. Dientengevolge zullen de ope
ning van het Vredespaleis en de andere
openbare plechtigheden en feesten van deze
maand, waarbij de tegenwoordigheid van de
regeering ot van ministers vereischt wordt,
of welke van. wege de regeering zullen aan
geboden worden, nog onder liet bestaande
bewind plaats hebben.
DE ONTMOEDIGING DER LIBERALEN.
Wat men vóór de verkiezingen ten onrech
te van de Rechtsche partijen getuigde: n.l.
dat een gevoel van apathie, van lusteloos
heid, in hun midden heerschte, is naar het
Centrum zeer terecht opmerkt, thans volko
men op de groepen ter Linkerzijde van toe
passing.
De «ontnuchtering heeft niet lang op zich
laten wachten, en een volkomen ontstem
ming is daarop gevolgd.
Een groot deel der sociaal-democraten is
ontevreden, omdat de portefeuilles niet zijn
aanvaard.
Een groot deel der liberalen pruttelt even
zeer, omdat de Concentratie op haar beurt
de portefeuilles weigerde.
De vrijzinnig-democraten zijn teleurge
steld, omdat een hunner leiders niet kon sla
gen in de hem gegeven opdracht tot Kabi
net s-fonnatie.
De Unie-liberalen hebben weinig reden tot
tevredenheid,- omdat zij niet meer, als in
1905, de overwegende rol kunnen spelen.
Welbeschouwd zijn alleen de Vrij-libera-
len min of meer voldaan, daar de zetelwinst
hij de stembus vooral hun ten goede kwam
en hun wil daardoor in menig geval wet zal
zijn.
Maar voor 't overige is de stemming Links
gaandeweg gedrukter geworden, waarhij nog
komt, dat de meerderheid die zich reeds een
zetel zag ontgaan, maar al te goed weet, op
hoe zwakke beenen zij staak
Wie deukt nu nog aan de verwezenlijking
van het Concentratie-program en de over
eenkomst met de sociaal-democraten?
En vooral: wat rest er van de geestdrift,
die slechts enkele weken geleden Links
heette op te laaien?
Het gevoel van onmacht overheerseht.
En daarmee een gevoel van lusteloosheid,
dat reeds, als eenige uitkomst, naar een Za
ken-kabinet deed vei-langen en thans nog
slechts heil ziet in een extra-parlementair
ministerie.
LIBERALEN EN SOCIALISTEN.
De U. L. „Zutphensche Courant", het or
gaan van den heer Borgesius, welke een
zestal weken geleden, bij de herstemmingen
met de socialistische vrienden door alles
meeging, schrijft nu in haar „Haagscho Cor
respondentie" o.m.:
„Dat Zwolsche congres, welk een doodstrijd
voor het gezond verstand is het geweest en
hoe duidelijk is daar weer gebleken, dat de
sociaal-democraten het volk om den tuin
leiden. De klassenstrijdpartij heeft daar de
zege behaald. Vraagt men deze echter tot
welk doel die strijd moet leiden en wat de
socialisten zullen doen, als ze of wel 51 ze-
fels in het parlement zullen hebben of wol
alles tot de uiterste op haren en snaren zul
len hebben gezet, dan blijft zij, gelijk For-
tuyn ,op het congres met den mond vol tan
den staan en weet zij geen antwoord te geven.
De waarheid iS, dat het klassiek socialisme
thans voor het laatst heeft kunnen overwin
nen. De S.D.A.P. zal door haar weigering om
voor de arbeiders te doen wat in het parle
ment gedaan kan worden, méér aanhang ver
liezen, dan zij kan verdragen. De 10000
Marxisten zullen wel altijd blijven bestaan,
van de 134000 niet Marxistische kiezers, die
hunne stemmen aan socialisten hebben ge
geven, loopen al honderdtallen van het rooide
vaandel weg.
„In de Kamer is de S.D.A.P. nu lam ge
slagen. Laat zij een liberaal hervormings
kabinet vallen, welnu het zal voor jaren met
alle hervorming gedaan zijn: zij zelve wei
gert immers mee te doen om binnen te halen
wat geoogst kan worden zij wil immers al
leen praten!
„Het geweldig proletariaat zal nu een rol
van „pootjes geven" kunnen vervullen of
wel de reactie binnenhalen. Met 17 zetels van
de 100. Waarlijk een fraaie pai'lementaire
positie!
„En dat alles waarom? Om een schijn te
bewaren alsof men werkelijk iets anders kan
of wil dan andere hervormingsgezinde par
tijen. Om propaganda te maken voor een
zaak, die in wezen niets is dan de holste
theorie dan frazen?
„Dat er een strijd voor lotsverbetering ge
voerd moet worden, wie zal het ontkennen?
Dat die strijd welke vooral van de organi
satie der arbeiders behoort uit te gaan soms
in het parlement weerklank zal vinden,
spreekt van zelf. Maar dat de arbeiders meer
gehaat zijn als de socialisten hun gouden
hergen beloven en niets dan woorden willen
brengen dan wanneer vertrouwen gesclion
ken wordt aan wie weinig beloven maar be
reid zijn hun beloften gestand te doen, dat
zal er ten slotte wel hij niemand in willen.
„Schaper en Wiegen hebben het zoo dui
delijk gezegd, Hugenholtz heeft het kras her
haald: de soeiaaldemocratie heeft zich zelf
onmogelijk gemaakt door haar besluit. Wijn
koop heeft zich gewroken."
Het „sjouwen" vau gaston. De Hotel
houder schrijft: Gelijk bekend is, maakt een
zekere categorie van personen er in 't druk
ke seizoen een beroep van reizigers, vooral
degenen die weinig bereisd zijn en dus dik
wijls bij aankomst in een groote stad staan
als een kat in een vreemd pakhuis, den weg
te wijzen naar „een goed hotel". Voor el-
ken gast, dien dergelijke personen ia bet
hotel brengen krijgen zij een zeker bedrag
van den hotelier. Het „goede hotel" blijkt
dan dikwijls een slechte en dure gelegen
heid te zijn, want de provisie voor den
tusschenpersoon moet natuurlijk op den gast
verhaald. Een en ander vormt een misstand,
die zoowel in het belang van de vreemde
lingen als in dat van de serieuze hotel-
industrie zeer ongewenscht is. Klachten
dienaangaande kwamen ons, evenals vorige
jaren, ook nu weer ter oore.
Een paar staaltjes. Een koetsier krijgt
aan het station een paar vreemdelingen, die
met een der avondtreinen zijn aangekomen,
als vrachtje. Zij verzoeken hem hen naar
een bepaald hotel te brengen. De koetsier
geeft hun de verzekering dat dit hotel en
vele andere geheel vol zijn, maar dat hij
nog een uitstekend etablissement weet, waar
nog plaats is. 't Is reeds laat en de Rei
zigers zijn dus erg blij dat zij tenminste
nog Logies kunnen krijgen eu vertrouwen
zich aan hun gids toe en nu gaan zij haar
de inrichting waar de koetsier voor zijn
vrachtje per persoon f 0.50 of soms wel f 1
krijgt, doch waar het nachtverblijf veelal
slecht en naar verhouding duur is.
Een ander geval werd ons nog gerappor
teerd. Een koetsier bracht een paar reizi
gers op hun uitdrukkelijk verlangen naar
een bepaald hotel. Dit was echter vol; de
eigenaar, die in het drukke seizoen in ver
binding staat met een degelijk pension, tele
foneerde of daar nog plaats was en op beves
tigend antwoord, gaf hij den koetsier order
daarheen te rijden. Maar al wie er aan
kwamen, niet de verwachte gasten. De aap
jeskoetsier had ze naar een van zijn dé
pendances gebracht, waar hij zeker is van
een zoet provisietje, maar waar de gasten
in den aap gelogeerd waren.
Onaangenaam zijn deze dingen zeker, doch
moeilijk schijnt het tot nu toe om aan de
zen disstand paal en perk te stellen. Ook
in het buitenland komt hij veel voor: in
Duitschland noemt men dezen toestand met
een algemeen' woord „das Schmiergelder-
u nd V ersch i e p p u ngs -u n was en
In Das Hotel, het orgaan van don Int.
Hotelbesitzer Verein doet een inzender het
volgende middel aan de hand om het euvel
te bestrijden, een middel, dat wij moge
onze dagbladpers er hare medewerking toe
verleenen inderdaad aanbevelenswaard
achten.
Ik geloof, aldus de inzender, dat voor vele
reizigers het reizen ongewoonte is. Hoe zou
het anders mogelijk zijn, "dat bijv. advocaat
A. zich tot een kruier, dr. B. zich tot oen
koetsier, de fabrikant O. zich tot 'n spoor
wegbeambte en dominó D. zich tot een an
der geheel onbevoegd persoon wendt om
te informeeren naar een good hotel of res
taurant en naar den rang daarvan alsof een
dezer daar ooit had gelogeerd of gegeten?
Het zou inderdaad een dankbare taak voor
onze dagbladpers zijn als zij er van tijd
tot tijd en vooral in den vacantietöd
eens do aandacht op vestigde, dat elke rei
ziger, die een hem vreemde plaats wil be
zoeken, best doet vooruit inlichtingen in te
winnen naar behoorlijk onderdak of dat hij
ook, ter plaatse aangekomen, bij de inlich'-
tingen-bureaux der vereenigingen tot be
vordering van het vreemdelingenv erkeer de
noodige gegevens kan verkrijgen. Op deze
manier zou een belangrijk deel der reizi
gers „reis-wijs" worden en daar liet goede
voorbeeld nooit geheel zonder uitwerking
blijft, zou er gegronde kans bestaan dat het
„sjouwen" van gasten naar meer óf minder
onaanzienlijke herbergen of „Ook-IIotels"
langzamerhand zeldzamer werd.
Dc inbraak te Amsterdam. Bij het na
der onderzoek van de Amsterdamsche poli
tie, in de woningen der families 'Buré en;
Staal in de Roelof Hartstraat, is gebleken,
dat de buit den inbrekers niet kan zijn
meegevallen, en zeker niet staat in verhou
ding tot de gewaagdheid van het stukje, dat
zij hebben bestaan. Met eenig Zilverwerk,
een paar horloges en eenige sieraden van
niet te groote waarde, en voorts met een
geldsbedrag van hoogstens f 100 uit de
brandkast in het bovenhuis, hebben zij zich
moteen tevreden stellen.
Eeu komma vergoten. Uit een blad voor
de scheepvaart knipte de N. R. Gt, het vol
gende bericht, waarin liet wegvallen van een
eenvoudige komma achter den naam van de
schuit een, ongewenscht, komischen indruk
maakt:
IJmuideii, 17 Aug. Gisteren kwamen van
de haringvisscherij hier binnen de bomschui
ten KW 10 De jonge Dirk met 12, KWj
47 01 Heere bewaak ons met 14 last pekel
haring.
f 200.000 verduisterd. Men meldt om
trent deze door ons gemelde zaak nador
aan de Msb.De benadeelde firma is het
bankiershuis Jau Kei. De bediende, zekere
F,, ging over de stukken van liet bankiers
huis. Hij was tevens geassocieerd met een
anderen gewezen bediende van genoemde
bankiers, samen vormden zij de firma ,Wl
en Co., die zich voornamelijk toelegde op
den beurshandel van effecten. Speciaal deed
zij in Rumeensclie petroleumwaarden. Toen
de tweede Balkanoorlog eindigde, stegen da
stukken. W. en Co. moesten bijpassen en
F. braelit voor een deel effecten in, die
niet van hem, doch van de firma Kol wa
ren. De gevolgen bleven niet uit. De com
missionairs-fir ma W. en Co. zag zich ge
noodzaakt te liquideeren eu F. werd de Am
sterdamsche grond te warm. Hij trok er tus-
schen uit met zijn gezin en is, toen de
firma Kol zijne manipulaties ontdekte, on
middellijk ontslagen. F. leefde de laatste
maanden ver boven zijn stand.
Hij had in Hilversum een villa laten bou
wen voor f 40.000 en liet die voor onge
veer f 30.000 inrichten door een bekende
meubelinrichting hier ter stede.
Toen deze inrichting hoorde, dat F. op
het punt van failleeren stond, hoeft zij met
een paar dozijn harer werklieden de meube
len uit het huis gehaald. Zoodoende dekte
zij zich eenigszins voor de te beloopen
schade.
Gouden jubilé der H. Familie te Rotterdam.
Zondag is te Rotterdam de plechtige vie
ring gesloten van het gouden jubilé der
Aartsbroederschap van de H. Familie in de
kerk van den H. Antoniua Abt. aan de
Havenstraat te Rotterdam.
Nadat do leden der H. Familie des morgens
allen tot de H. Tafel waren genaderd, had
na de H. Mis een gemeenschappelijk ontbijt
plaats in de zaal der St. Aloysius-vereeni-
ging. Om helf elf droeg Z. D. H. Mgr. M. G.
Vuylsteke een pontificale Hoogmis op, waar
na de feestcantate „De H. Familie" werd ge
zongen.
Des avonds om zes uur bad de plechtige
opdracht plaats der nieuwe leden.
Des avonds om 8 uur had in het gebouw
der St. Aloysius-Vereeniging een feestelijke
bijeenkomst plaats, waarbij ook wederom
Mgr. Vuylsteke en verschillende Eerwaar
den lieoren geestelijken tegenwoordig waren.
Pastoor van Beukering sprak allen, en in de
eerste plaats Mgr. Vuylsteke, een hartelijk
woord van welkom toe en bracht dank aan
allen, die hebben meegewerkt om deze fees
ten te doen slagen.
Daarna werd wederom door de koren dor
mannen- en vrouwencongregatie de feestcan
tate „De H. Familie" gezongen, eeu compo
sitie van E. M. Panjée, organist der kerk en
weid den avond verder genoeglijk doorge
bracht.
FEU ILLE I ON.
Eeu bijdrage tot de lijdensgeschiedenis
van Ierland.
Naar het Franseh vau Lucieu Thomiu.
Gij zijt eeu edel mensoh, Patrick..,.
Een oogenblik daarna wierp sir Edward
een inoedeloozen blik naar den gezichteinder
en hernam:
Wij zijn nog niet gered. Wie weet, of
wij buiten deze woestijn zullen kunnen ge
raken?
Wij bevinden er ons op de uiterste grens
ran. Achler die zandheuvelen stroomt een
broede rivier, de Vaal.
De Vaal! riep sir Edward. Aan gene
fc'jde is de Oranje-Vrijstaat! dat is de red
dingAch! kon ik mij tot daar voortslee-
ben!
Ik zal u ondersteunen, u dragen als bet
teoet. Morgen zullen wij ons op weg begeven.!
lutusscben zullen wij vandaag in deze oasis
toi ten sten en onze krachten wat herstellen, j
Sjx Edward antwoordde niets. Hij voelde I
zich zeer zw!L'"-u vreesde den koenen Ier!
piet te zullen kunneuT°Igeii. Deu gelieelen'
dag bleef hij in eeu soort van koortsachtige
verdooving verzonken. Eerst bij het intreden i
van den nacht viel hij in een gerusten slaap.
Patrick durfde hem niet ondervragen om-1
treilt het lot van Mohammed en hetgeen er
met hem voorgevallen was sinds zijne vlucht
uit de kraal van Cassanga. Hij vreesde zijn
vriend t© vermoeien en wreed© herinnerin
gen bij hem op te wekken.
Den volgenden morgen voelde sir Edward
zich veel sterker. Hij was bereid den tocht i
weder te aanvaarden. Tijdens het eenvoudige
maal, dat het vertrek voorafging, zeide hij
met weemoed:
Gij hebt mij nog niet naar Mohammed
gevraagd, waarde Patrick? I
Neen, want ik wilde geen smartelijke1
herinneringen hij u wakker roepen; hij is
zeker dood, niet waar?
Ja, hij is onder de vermoeienis en de ont-
bering in de woestijn bezweken. Hij was een J
trouw dienaar, zijn verlies heeft mij diep ge
troffen. Ik zou mijn fortuin gegeven hebben
om hem te rédden.
En de kameelen?
Ok dood. Wij waren in de woestijn ver
dwaaldWelk een vreeselijk lijden hebben j
wij daar doorstaanO! di© woestijn van j
Kalahari is een groot knekelhuis. Ik weet
niet hoe ik het tot hier heb kunnen brengen.
En gij, Patrick, hoe hebt gij u gered? j
Door den stroom op een prauw af te
zakken. i
En gij hebt liet meer Ngaini ontmoet?
Ja, sir Edward.
De rivier was de Tiougé. Wat hebt gij
vervolgens gedaan?
Ik werd vrienschappelijk door eenige
Beckuanas opgenomen, die mij veilig door d©
woestijn gevoerd hebben. Ik mag wel van ge
luk spreken en ik dank God voor Zijne be-
schez'HiingEn dit is nog niet alles, sir
Edward; God heeft mij ook rijkdoma. geschon
ken. Zie eens hier.
En Patrick liet dep jongen landlord een
der kostbare steenen zien, die hij in de bed
ding van de Vaal gevonden had.
De Engelschman deed een uitroep van ver
bazing hooren.
Eeu diamant, riep hij uit, en welk een
diamant!
Ik heb er drie van dezelfde grootte en
een kleinere.
Hebt gij ze gevonden?
Ja, hedenochtend in de bedding van de
Vaal.
Dat is wonder baarlijk! Ik wensch u ge
luk uit den grond mijns harten. Uwe diaman
ten zijn schooner dan het Zuiderkruis, de ver
maarde diamant, waarvoor lord Derbey
30000 pond sterling aan de heereti Lilienfeld
betaald heeft. Gij zijt rijk, waarde Patrick.
Verberg uw schat zorgvuldig; indien God
ons vergunt Hope Town of Boerfontein te
bereiken, zult gij er gemakkelijk een aanzien
lijken prijs voor maken. Laat ons op weg
gaan, het is nu tijd.
Na eenige uren gaans trilden onze reizi-
gers van blijdschap bij het zien eener vallei,
waarin zich ruime gehouwen verhieven, met
I hoornen omgeven. Het was de hoeve van een
Boer. Zij vonden daar een gastvrije opname.
Op hunne dringende bede stemde de Boer er
zelfs iri toe hen naar Hopo Town te rijden,
waar zij zonder ongeval aankwamen.
Het eerste werk van sir Edward was aan
zijne familie te schrijven om haar zijn tcrug-
keer naar Londen aan te kondigen zoodra
zijne geschokte gezondheid het hem zou ver-
oorloven. Patrick van zijn kant verkocht
f aau den sjacli van Perzië den kleinsten zijner
diamanten; de prijs, dien hij er voor ontving,
I was meer dan voldoende, om zijn toekomst
en die zijner familie te verzekeren.
I Do verkoop der andere diamanten, die een
verwonderlijke schoonheid bezaten, had
eenige dagen later plaats.
I Een Hollandsch© speculant bood er 150.000
pond sterling voor. Dit bod vond, Patrick
zeer aanlokkelijk en hij zou misschien toege
slagen hebben, muur sir Edward ried hem
dit af en verwittigde den directeur vau de
London en South African Company. Deze
bood 175.000 pond, die aangenomen werden.
Deze zaak afgedaan zijnde, vertrokken de
schipbreukelingen van Shamrock naar de
Kaap, vanwaar een pakketboot hen naar
Plymouth moest overbrengen.
Te Victoria kreeg sir Edward een aanval
van koorts, die hem noodzaakte de reis te on
derbreken. Patrick nam met hem zijn intrek
in het Commercial Hotel eu verpleegde hem
met do grootste zorgvuldigheid.
VL
DE BRIEF VAN SIR EDWARD.
Bij zijn aankomst te Hope Town had sir
Edward O.Connor, gelijk de lezer zich zal her
inneren, zich gehaast aan zijne familie te
schrijven. Deze brief, die naar de Kaap ge
zonden en door de Suntley, een schroefpak-
ketboot. van do maatschappij Gross en Kin ton
medegenomen werd, kwam zeven en twintig
dagen na het vertrek uit Hope-Town te Lom.
den aan.
Sinds de schipbreuk van de Shamrock,
waarhij hun zoon omgekomen moest zij u,
leidden eiir Robert en zijne vrouw oen tame
lijk treurig leven. Het hotel van Hyde-Park
weergalmde niet meer van bet gedruisch der
feesten; slechts enkele intieme vrienden over
sell reden er met lange tusscheupoozen den
drempel van. De reverend Dr. Mac Paxton
behoorde tot dit getal. Men zag er ook leden
van het parlement en de sportclub, want de
landlord verdeelde, om zijne sombere gedach
ten te verdorijveu, zijn tijd tussclien de jacht,
de wedrennen en diepzinnige studiën over de
koloniale politiek yam Groot-Brittanje.
Op dit laatste punt had hij onder zijn col
lega's een onbetwistbaar en onbetwist gezag
verworven.
Bil!, de voormalige groom, was de ver-
NIEUWE HAARLE/ASCHE COURANT ™S2Ï,
10.)
i