BLAD mwmu X BI I J, H. W. Gründemann j J Romeinsche Kroniek. DE VONDELING, HET ADRES 1 BUITENLAND. Koningstraat. III IIHI X Ili Au Bon Nlarché. „Moyons." Haarlem-Brussel. Handschoenen voor alle gelegenheden! WOENSDAG 19 HOVEW3ER 1918 Kleeding voor voor elegante en soliede s Dames en Heerei« SI Steeds groote sorteering BILLIJKE PRIJZEN Rome, 15 November 1913. Het uitgebreid telegram uit de „Maasbode" In deze courant van den 6e overgenomen over de plechtige Repuiem-Mis voor Leo XIII z.g. in de Sixtijnsche kapel den 5den opgedragen, ontheft mij van de noodzakelijkheid iets om trent deze plechtigheid mee to deelen. Mor gen heeft aldaar de herdenking van do kro ning van Pi us X op de gebruikelijke wijze plaats. In den winter wanneer het corps di plomatique compleet is en het Romeinsche patriciaat in de stad teruggekeerd, blijven er slechts weinige banken voor gepriviligeer- den beschikbaar. Toch laat ik mij nooit die gelegenheden ontgaan den Paus in 't voor gaan te zien, den zegen te ontvangen en uit de verte Z.H. op den troon te ontwaren. Daar Z.H. dan de rood fluweelen mozetta draagt en een rooden stool is hij moeilijker te onderschei den dan wanneer de witte gestalte tegen de gekleurde omgeving uitkomt. Het uitzicht van den H. Vader viel mij mede en elkeen, die met den Paus in aanraking kwam, en die ik ondervroeg, o.a verscheidene Kardinalen en 'sPausen Kamerdienaar zeggen, dat Z.H. zich zeer wèl bevindt. De laatste, Alberto Sily, zeide dat de Paus in een paar jaar geen hinder van de jicht gehad heeft en zich heter voelt dan vóór de laatste ziekte. Blijft de hooge leeftijd, die natuurlijk dagelijks toe neemt en do geneesheeren de grootste voor zichtigheid doet aanmanen en de privaat- audiënties inkrimpen. Kardinaal Martinelli zei mij onlangs: Ik lioop niet meer opnieuw: een Conclave bij te wonen, dit is voor ons een harre tijd. Alle vensters, ook die in de loggias op de binnenhoven uitkomen zijn gekleurd, zoodat men niets ziet; de eenige beweging die men nemen kan is in de loggias op en neer wandelen; elke Kardinaal heeft drie ka mers, een voor zich, een voor den prelaat die hem vergezelt, l'u d i t o r e, en een voor den dienaar (il teologo). In do kamer, die zich er liet best toe leent, wordt op een tafeltje, de maaltijd, in het Vaticaan gereed gemaakt, opgedragen. Z. Ern. vermeldde nog een de tail. dat ik niet kende, n.l. dat de troonhemel elke Kardinaal zit op een troon onder een baldakijn in de conclave-zaal de Sixtïjn- eche kapel de door den overleden Paus gecreëerde Kardinaals zwart is, doch van die. van ouderen datum, violet. Wat het consistorie betreft weet niemand iets met zekerheid te zeggen; men vermoedt dat het vóór Nieuwjaar gehouden zal worden. Kard. Bisleti vertelde mij eeno aardige anee- lote: Ik zeg nooit meer iets omtrent een a.s. Consistorie. Toen ik in 1911 in Weenen Was om het huwelijk van den Aartshertog-troon opvolger in te zegenen, vroeg de Keizer mij naar den datum van het te houden Consis torie. Mijn antwoord luidde, dat dit vermoe delijk eerst in 1912 zou gehouden worden. Toen ik uit Weenen terugkwam was het ge heim Consistorie al achter den rug en was il< reeds tot Kardinaal benoemd. Wie zal zich aangissingen wagen, waar wie zoo nabij den troon staat in het duister is? Lachend zei Z.E. nog- „do.Keizer zal dat vernemende, wel ge dacht hebben, dat ik hem voor don gek heb gehouden." Een poos geleden maakte ik melding van den overgang tot het Katholicismus van den rnonophysitischen Syrischen patriarch. Nu is Mgr. Tgnatius Ephren Brahmann in Rome gekomen om den Paus als zijn Opperherder te huldigen en don Apost. Zegen te ontvan gen. Ter gelegenheid van den 25sten verjaardag van de heiligverklaring der zeven Stichters der Serviten, heeft de Paus aan den Generaal- Overste, P. Lepicier, een schrijven gericht, waarin met lof gewag gemaakt wordt van het internationaal college, waar zoovele jeug dige priesters hunne studiën komen voltooi en. De brief eindigt met de aanmaning over de jonge priesters te blijven waken, opdat zij voorn, hij het begin van het aanvaarden van hun ministerie zich met niet minderen ijver toeleggen op het trouw nakomen hunner plichten en het aankweeken der gewijde di- cipline, als zij zich met ijver wijden aan hot heil der zielen. noewel November naast eenigo regenda gen waarvoor trouwens in de kerken gebo den is, daar er nergens gras was voor de groo te kudden schapen, die in dit seizoen uit de Abruzzen naar de Eomeische campagno af zakken nog veel zonneschijn brengt en zuidenwind Sirocca met zacht weer, heeft de Paus nu opgehouden pelgrims in den Da- masus hof te ontvangen. Moravische pel grims, onder leiding van hnn aartsbisschop, Kardinaal Bauer, werden in de Consistorie zaal ontvangen. Zij begroetten den Paus door het zingen van een lied in hun landstaal. Kar dinaal Bauer sprak een latynsche rede uit, waarop Z. H. in dezelfde taal antwoordde. Ten slotte werd eene andere Pauselijke hym ne gezongen die eindigde met de driewerf herhaalde uitroep: ,31 ava". (Lang zal hij le ven) Andore pelgrimaadjes werden in andere zalen en een loggia ontvangen. De Paus bleek zeer opgewekt. Het Centraal Comité van den Zwitserschen Katholieken Volksbond heeft besloten in 1915 een nationale pelgrimstocht naar Rome te or- ganiseeren, waarbij het contingent der arbei ders zeer groot zal zijn. In 1914 zal in Ein- sielden eindelijk het algemeen Congres van alle Kath: jongelings-genootsebappen gehou den worden, en een congres voor de opvoe ding dor jeugd; het Vde alg. Kath. Congres is voor 1916 in Westelijk Zwitserland vastge steld. Zoo komt ook in dit schoone land, steeds als hetbolwerk van het calvinisme beschouwd meer en meer de Katholieke opleving. Gewichtig is het IVde Congres van den Bond voor het Evangelie" te Parijs geweest. Voor het eerst had dit een internationaal ka rakter, (ook Nederland was vertegenwoor digd) en do Aartsbisschop van Parijs, Kardi naal Aniotte bekleedde den Voorzitter's ze tel. Hoofddoel was het bespreken van den in vloed van het Evangelie en het opwekken tot meer verbreiding, meer studie der Evangelie boeken. Kardinaal Mercier hield de slui tingsrede. In Italië zal een tak worden opge richt, van Welke Kard. Maffl het eerevoorzit- tersschap heeft aanvaard. Te beginnen mot 30 November zal in Mi laan de 8ste sociale week dor Italiaansche Katholieken gehouden worden, als onderdeel der Constantijilsehe herdenkingsfeesten. De „vrijheid der Kerk" zal dus het voornaamste onderwerp zijn. Het openbaar gemaakte pro gramma, zoowel wat de onderwerpen als wat de speeebes-inleiders betreft doet voorzien dat het zeer gewichtig wezen zal. Moge het ook vruchten afwerpen! Onlangs had ik gelegenheid eenige verblij dende berichten uit Z.-Amerikaanscbe repu blieken mee te deelen. Wat nu uit Columbia te vermelden valt spant de kroon. In Octo ber werd te Bogota het eerste nationale Eu charistische Congres gehouden niet groote kondgevingen van geloof'» enthousiasme en luisterrijke pracht. Do Paus had tot den Aarts bisschop een vaderlijk schrijven gericht om 't opgevatte plan goed te keuren en te zegenen. Het buitengewone is echter dat bij deze ge legenheid een wet werd uitgevaardigd con waar unicum dio verdient in zijn ge heel overgenomen te worden. „Wet I van 1913. Bij welke aan Jesus Chris tus hulde gebracht wordt. „Het congres van Columbia decreëert: Art. 1- Bij gelegenheid van het eerste Nationale Eucharistische Congres, dat staat gevierd te worden, in plechtige en eeuwigdurende getui genis van het geloof en de katholieke gevoe lens vau het volk. Ten einde uit den hooge den zegen af te smeeken voor den verworven yede en de welvaart der Republiek, brengt de olumbaansche natie, bij monde van hare vertegenwoordigers, de hulde van haro aan bidding en hare dankbaarheid aan Jesus Christus, den Verlosser, in het heilig myste- rio der Eucharistie. Art. 2. Deze wet zal in een marmeren plaat gebeiteld wordeu en ingemetseld op een na der floor den Aartsbisschop van Bogota, pri maat van Columbia, aan te w ijzen plaats. Art. 8. De kosten voor de uitvoering dezer wet zullen op den loopenden balans worden gebracht. Gegeven te Bogota, 5 Augustus 1913". Vol gen de onderteekeniugen van den President van den Senaat, van den President der Ka mer, enz. Ten slotte de goedkeuring van den President der Republiek- Het Eucharistisch Congres werd op 14 Oct. door eeno luisterrijke processie gesloten, waaraan een honderdduizend menschen deel namen. Evenals in Weenen was het H. Sa crament in een prachtige koets, speciaal voor dit doel vervaardigd en door een zes-span witte paarden getrokken, op een troon uitge steld; de Aartsbisschop van Bogota en twee andere hooge kerkvorsten lagen daarbij ge knield. De President der Republiek, de senatoren, de Kamerleden, de Ministers, volgden in den stoet. Vóór de koets uit ging de groep „S e i- zes", die evenals te Sevilla hunne bevallige dansen, onder begeleiding van zang, uitvoer den. De leerlingen der Militaire school wa ren in groot-tenue en ten slotte kwam de bloem der regimenten. Nog een ander feit zou Weenen in gedach tenis roepen. Op eenmaal begon het onder donder en bliksems te stortregenen; maar de stoet liet zich hierdoor niet in de war bren gen, doch vervolgde kalm zijn weg, steeds in liederen den Heer prijzend. Op het groote plein Bolivar, waar zich de kathedraal ver heft, werd het Te Deum gezongen en daarna zegende de Heer in het H. Sacrament Zijner liefde het vrome volk. Gedurende de acht dagen die het congres duurde, waren de ker ken in alle steden en dorpen vol met aan dachtig aanbiddenden voor het uitgesteld H. Sacrament en talloos waren_ de communican ten. Ongeveer vijfduizend kinderen naderden in de kathedraal voor het eersMot d» H. Ta fel, en 's avonds herhaalden zy m het_ groot ste stadspark in het tegenwoordigheid van den Aartsbisschop, hunne doopbeloften en ontroerden zij de saaxngestroomde menigte door hun liefelijk gezang. Volgens ooggetui gen moeten het onvergetelijke dagen geweest zijn. Nu niet. door schnld vfln geestelijkheid en koster, maar door schandelijke nalatigheid van het Ministerie, van de Regeering, heeft voor de tweede maal in een L^lfjnur tijds diefstal plaats gehad in Santa Maria degli Angeli, de prachtige kerk waarin Michel An- gelo een der zalen van de Thermen van Dio- tiaan herschiep. De voorgevel was nog steeds niet af en zou in harmonie met de an dere gebouwen dio het plein begrenzen, ge bouwd worden. Er bestond eene commissie om gelden voor dit doel hijeen te brengen sinds jaren. Een mijner hek end en verhaalde mij, dat bij gelegenheid van haar huwelijk, in 1870, zij een aardige som voor dit doel stort te, en dat deden velen. Sinds jaren echter deed de commissie niets van zich hooren en men vraagt zich af: Waar is het geld? Toch had de kerk een flinke deur en inwendig een rnooic, massief mahoniehouten portiek. Ter gelegenheid van de 50-jarige feesten in 1911 werd in die Thermen een tentoonstelling ge organiseerd. alle zalen waar kroegen, kolen- en andore handelaars in gevestigd waren, ontruimd, en de' ruïnes in staat van ruïne hersteld. Zoo werd ook zoowel de binnen- als buitenportiek der kerk afgebroken, en niets duidt aan dat hier een heiligdom is, wijl men door een opening in een muur naar binnen gaat. Provisorisch zijn deuren aange bracht van grenenhout, een centimeter dik, met miserabele sloten. Dit provisorisch duurt nu drie jaar en de beloofde massieve deuren blijven uit. (De kerk is, zooals alle die bouwkundige en historische waarde hebben, tot nationaal monument verklaard en ressor teert dus onder het Ministerie van BinnenL Zaken). Nooit ging ik de kerk binnen, of ik dncht aan do gebeurlijkheid van kerkroof. Deze had dan ook in Februari 1.1. plaats en alle kostbaarheden van een Madonnabeeld werden geroofd. Protest van den pastoor werd met beloften beantwoord, maar de deuren blijven uit, alleen werd een politie-agent op post gezet. Verleden week was voor een nacht de schildwacht zoek; de dieven profiteerden ervan, zaagden een gat in het peulschilletje en roofden wat de geloovigen weder voor dat beeld bijeen gebracht hadden, voor een waar van frs. 1000. Natuurlijk zijn de dieven niet gevat en zullen wel onvindbaar blijven; flat is hier steeds zoo. Mij-dunkt dat ik eenügen tijd geleden ge sproken heb van een standbeeld voor Pius X op het voorplein van het groot-seminarie van Calabrie, te Oatangaro te plaatsen. Dit is nu voltooid, en kunstvrienden en geestelijken werden door den beeldhouwer Aurely uitge- noodjgd het beeld vóór de verzending te ko men bezichtigen. Het standbeeld is ander half maal manshoog en stelt den Paus voor in zegenende houding. De gelaatstrekken zijn sereen en worden door een vaderlijken glim lach verhelderd. Het hoofd neigt zich eenigs- zins naar rechts. In de rechterhand houdt de H. Vader de rol der encycliek zóó, dat de ti tel te lezen is: De Seminaria. Met groote fijnheid is het Carrarisch mar mer bewerkt, zoodat o.a. alle détails der klee ding uitkomen, en om deze meer relief te ge ven, zijn de kwasten van de ceintuur, als mede het borstkruis en de gouden ketting lichtgeel getint. In de eerste week dezer aan onze doodeu gewijde maand heeft steeds in San Lorenzo die zieh vlak hij het groote kerkhof den Cam pus Veranus bevindt, eene plechtigheid plaats waarbij alle pastoors, ten getale van zestig, assisteeren. Na het H. Officie der Overlede nen gebeden te hebben, wordt de plechtige Requiem-Mis door den deken der pastoors opgedragen, terwijl de kardinaal-vicaris in het priesterkoor aanwezig is. Daarna trekt men in processie naar het kerkhof, dat door den kardinaal-vicaris gewijd wordt, en naai de centraal kapel. Hier onder de portiek neemt de kardinaal plaats op den vouwstoel, en na de gebeden voor de dooden spreekt Z. Em. de absolutie uit over de graven. Proces sioned trekt men daarop naar San. Lorenzo, terug. Wie een goed werk wil doen, moge de Be kentenissen vertalen van Robert Hugh Benson, den tot het katholicisme bekeerden zoon van den Anglicaanschen bisschop van Canteibury. Een Fransche vertaling ver scheen onlangs in de „Revue Hebdomadaire." Wat in deze Bekentenissen treft, is de delicate wijze waarop Benson van zijne vroe gere geloofsgenooteu spreekt. Merkwaardig is zijne opmerking, die trouwens door ieder ge maakt kan worden, die oplet, dat, terwijl tot het katholicisme bekeerden steeds met ach ting, liefde en medelijden van het door hen verlatene geloof spieken, allen van het ka tholicisme afvalligen, zij mogen priesters of leeken zijn, steeds op Rome afgeven en vol haat en afkeer voor hunne vroegere overtui ging en verlaten geloofsgenooten bezield zijn. En daar liefde het kenmerk is van den geest van Christus en haat die van den vorst der duisternis, is liet niet twijfelachtig tot wiens zoon men bij overgang of afval geworden is. In het jubejaccoord van eigen vinden en eigen geluk, klinkt een mineur-toon door van medelijden met die goedgezinden, met wie hij jaren leng in innige vriendschap verkeerde, die hij hoogacht in hun werken en trachten, en die nog in duisternis rondtasten, wiil het licht der genade over hunne ziel nog niet is opgegaan. Een zeer belangrijk hoek ook is dat van Pa ter Konstantijn Kcmpf S. J.: „Die Heiligkeit der Kirche im XIXten Jalirhundert." waaruit ten duidelijkste blijkt dat de Kerk haar ken merkt, heiligen te kweeken wat men ook over de hedendaagsehe verdorvenheid klagen mag. nog niet heeft verloren. Systematisch brengt het boek de levensbeschrijvingen van allen die gedurende de 19de eeuw heilig en zalig verklaard werden en van hen, wier proces nog niet geëindigd is. Belijders zijn er 147, d. i. 91 mannen en 56 vrouwen; 11 dezer zijn reeds zalig verklaard, gecanoniseerd alleen Clemens Maria nofbaucr, Redemptorist. Er zijn duizenden martelaars, te beginnen met Jac. Talu en zyne gezellen in Corea in 1801, De meesten worden geleverd door China, Ton kin, An nam en Japan. Dan de moorden in Rusland in 1850. in Damascus in 1860, gedu rende de Parysche commune in 1870, in Ugan da van 1885—1887. Alle landen, alle standen der maatschappij zijn in die lange lijst verte genwoordigt: een Paus: Pins IX, twee konin ginnen: Maria Clothilde van Sardinië en Ma- ria Christina van Savoie; veel geestelijken, veel kloosterlingen, zoowel mannen als vrou wen, maar ook verscheidene personen in de wereld, o.a. Anna Maria Taige, een vrouw uit de volksklasse. En niettegenstaande dit groot getal dat Pater Kempf noemt, zijn er nog weggelaten, of het mag zijn dat hun proces eerst sinds 1900 aanhangig gemaakt is. Zoo als bijv. Rosa Carafa, dochter van den Her tog van dien naam, op vijftigjarigen leeftijd overleden. Hare tweelingzuster is nu tachtig jaar, en wie haar intiem kent, vermoedt dat ook zy eenmaal aan de beurt zal komen, en verscheiden anderen, van wie ik hoorde spre ken. Indien er niet iets verhlijdens bij te ver melden ware, zou ik na al dit schoons jongste verkiezingen laten rusten. Tengevo ge van den val der twee „bloccards" in Rom de twee renegate prinsen, heeft de gemeen' raad met Nathan aan het hoofd niet een-ma het einde van hun tijd 1914 afgewaeb maar hebben zy hun ontslag genomen. Ee zucht van verlichting ontsnapt ieders borg Rome is zijn vandalen kwijt, eer alles bedo ven is. Het oogmerkt van Nathan, het m dern-lieidensch Rome aan het antiek-heide sche te doen aansluiten en alle sporen va het Rome der Pausen te vernietigen ale eoni burgemeestersperiode, zelfs een me schenleeftijrl daartoo voldoende zon zijn i gefrusteerd. Wij krijgen een koninklijke co missaris en hoogstwaarschijnlijk zal die va een anderen geest bezield zijn. De Regeeriug en Giolitti, hebben toch toond dat zij dien kant niet uit willen. E hoewel de regeeringspartij in de nieuwe Ki raer verzwakt en de socialistische opposittj versterkt is, zijn er toch hetere krachten gekomen, en vooral wat zeer veel waa is een paar zeer slechte elementen weerd. De apostaat-priester Murri is geva len en ook Podrecca, de redacteur van 't vuil aardige schendblad, de meest-schnnnige, kor uit heel Italië, de morecl-melaatsche. Het programma der Augustus-coucerten i verscheneu. Wij krijgen weer Willem Men gelberg te genieten en de Quartetvereenigin belooft ons een ander Hollander den Haarleur scheu fluitist Ary van Leeuwen. Tot mij groote vreugde krijgen wij Perosi's oraf rium: Vespertina Oratio en Pas,t rale te hooren, dadelijk nadat in Milaan eerste uitvoering zal plaats gehad hebben. Het allerlaatste nieuws Ï6 dat nu vaststa dat de Aartsbisschop van Bologna, Mgr. dell Chiesa, alsmede de Aartsbisschop van Ke len en die var Weenen, tot Kardinaal zul'ei benoemd worden. Wio do Curie-kardinaal zullen 7,Vin, wordt nog niet gezegd on steed schijnt do datum van het a.s. Consistorie nofj niet vastgesteld 1e zijn. sB. T. P. WASZKLEWICZ VAN SCHILFGAARDE. DE KATHOLIEKE UNIVERSITEIT TB FREIBURG. Den 15den November, feestdag van den) Z. Albertus den Grooten, werd, naar ge woonte, te Freiburg in Zwitserland plechtig de opening gevierd van het onlangs begon-i nen studiejaar der Katholieke Universiteit) aldaar. j Het feest begon met de Mis van den Hj Geest, in tegenwoordigheid aller studentes en professoren, door Z. D. H. Mgr. A. B01 vet, bisschop van Lausanne en Genève, i« de Universiteitskerk opgedragen. Daarbij hadden de besturen der verschillende stu« denten-corporaties zich in hun kleurige co* tumes, met vaandels en getrokken degeni om het altaar geschaard. Vervolgeas had een plechtige vergaclerin plaats, waaronder de overdracht van hei rectoraat. De aftredende rector magnificus, prof. dr. Leo Michel O.P., bracht verslag! uit van het afgeloopen studiejaar, waaruil! bleek, dat het aantal studenten 613 had be dragen. Zijn. opvolger, dr. Grisar, professor! dor geologie, deelde aan het slot zijner daar-j op volgende inaugurale rede mede, dat da# aantal studeerenden tot nu toe met onge veer 30 was aangegroeid. Ten slotte sprak do aanwezige diocesanq kerkvoogd, Mgr. dr. A. Bovet, eenige wel sprekende en bezielende woorden tot de ver gadering, bracht liuldo aan de professoren'^ spoorde de studenten aan tot een evenzeer christelijk als wetenschappelijk gewijd leven en deelde onder luiden bijval mode, dat kif denzelfden morgen een schrijven van deal H. Vader had ontvangen, waarin deze op nieuw zijn bij zonderen zegen schonk aan da igansche hoogesckool. Nadat Z. D. H. dezen zegen had overge bracht, werd de vergadering gesloten, maat niet zonder dat van do gelegenheid was ge-) bruik gemaakt, om den Staatsraad, dr. Uy- thon, den stichter der Universiteit, waartegen juist nu wederom een uiterst heftige cam pagne gevoerd wordt in de Zwitsersche ra dicale pers, stormachtig too t© juichen. De gebruikelijke feostcommers had dit dit jaar niet plaats wegens den dood van Mgr. dr. F. Speiser, professor in het keH kelijk recht, die de vorige weok plotseling overleed. FEUILLETON. Daarop begaf hij zich weer naar boven. „Mun jongen, zeide bij, u zeer dankbaaren het spijt mij, dat ik niet langer kan toeven, om u op voldoende wijze mijn dank te betuigen. Ik moet mij naar Moretou begeven, en moet deze plaats verlaten. Wel licht zal ik mij te eeuiger lijd bij uw vader aanmelden, die, naar ik lioor, hier dicht hij woont, en zal hem dan in diens bijzijn mijn dank betuigen." „Ik kan dus gaan?" „Onder de verzekering van mijn besten dank Nog- iets: neem deze ketting mede als eene herinnering aan den gever en aan de Gub- bings. Vaarwel." Cullibort spoedde zich huiswaarts. Maar sir John bleef nog een wijl, on, in zijn zadel gestegen, deed hij den waard nog een menigte blijkbaar onverschillige vragen. Zij betroffen echter alle Trevanion ITall. III. EEN DANKBETUIGING. Sir Thomas Stukley van Chagford, een «dolman, was een van die lieden, die voor een type van oud-Engelseho rechters kon doorgaan. Zijn inkomen bedroeg zoowat hon derd pond per jaar, gelijkstaande met dui zend pond in dezen tijd, en voor dat salaris moest hij veel doen. In het kort, hij moest zich met allen en met alles bezighouden. Als iemand zijn kind een al te weelderige opvoe- dig gaf, was liet zijn plicht, daar op te wijzen en te zorgen, dat het kind een zedige opvoe ding kreeg, en ook wat leerde. Maakte iemand zich schuldig aan diefstal, hij was de man. die door geeseling het kwaad moest straffen, en als het ernstige misdaden gold, had hü het recht het doodvonnis uit te spreken en don schuldige aan de galg te brengen, j In den zomer stond Lij om vier uur in don morgen op, ontbeet te vijf uur, waarna bij i zijn .bezigheden aanving. In den winter word lil alles een uur lafer verschoven. Omstreeks twaalf uur gebruikte hij met ge- heel zijn huisgezin zijn middagmaal, bestaan- do uit biefstuk, sehapenvlcesch, terwijl de benedentafel voorzien was van brei en de lioofdlafel van wijn. De tafel was goed voor zien van wit- en tarwebrood; groenten kwn- j men in dien tijd zelden op tafel, want aard appelen kende men in die dagen zeer weinig. Het gebak wérd door de vrouwen zeiven he- reid. Gedurende liet middag- of avondmaal stond voor een ieder de deur open. De meer S gegoede lieden nqinen plaats aan do .hoofd- lafel en do minderen aan de benedentafel. waar de bedienden gezeten wareu Aan alle eerzame bezoekers werd kost cn logies gegeven en de gasten regelden zich volkomen naar do gewoonten van den gast heer, zoowel aan de tafel als overal elders. Na afloop van den maaltijd ging de edel man gewoonlijk op jacht, of reed zijn land goederen rond, om zijn pachters een bezoek te brengen, onderzocht of de schuttingen en hei ningen nog in goeden staat waren, of de we- gen werden onderhouden, en kwam tegen zonsondergang weer terug. om het avondmaal te gebruiken. j Do rechter Stukley had met zijn vrouw plaats genomen in zijn niet eikenhout be schoten kamer, die rondom versierd was met de wapenen der Stukley's. Een groot blok vuur lag in den haard te smeulen. Daar werd nau de fleur geklopt. De por- tier deed open en leidde een vreemdeling de kamer binnen. „Mijn naam is Redfyrne, Sir .Tohti Redfyr- ne; ik ben op rois in mijn hoedanigheid van 'skonings bode, en verzoek u, mij gastvrij heid te willen vcrleenen." „Zoioals gij verlangt," zeide de gastheer, „zet u norier," en tegelijkertijd wees hij op de eereplaats naast hem, die door niemand was ingenomen. Hier staat een goede voorraad brood en wijn 1;er uwer beschikking." Sir John liet zich de spijzen goed smaken j en de gastheer viel hem niet lastig met een menigte vragen, voordat liij den inwendigen I mensch met een goed sink vleesch had ver-1 sterkt ou de voorraad terdege had aan gesproken. „Zijt gij van verre gekomen," sir John?" „Niet zoo ver. Ik kom van Bovey." „l>angs welken weg, over Morreton of over Beckey?" „Langs Beekey, waar ik ternauwernood aan de Gubbings ontsnapte." „De Gubbings!" En do edelman kon nauwe lijks een vèrwensching onderdrukken, die op zijn lippen kwam. „Zo zijn als de wespen; doodt gij er een, er komen er honderd voor in do plaats. Het is nog maar een maand geleden, dat wij een menigte van die roodhandigeii gevangen na men, en op dezelfde plants opknoopten, want zij zijn noch Christenen, noch Engelsehen, en wij meenden, dat het de moeite niet waard was, om er de rechtbank mede lastig te val len. Wij hebben toen vijf mannen, twee vrou wen en drie jongens opgeknoopt aan de schoonste hoornen van Home Chase, en nog hebben wij ben geen vrees ingeboezemd." „En liet zal u niets haten, zoolang gij ze niet met bloedhonden uit dit gewest verjaagt. „Zoover zal het nog wel komen. Zij zijn een plaag voor de geheele streek en vooral voor ons district, Devon. Maar welk nieuws brengt gij van liet hof, sir John?" „Do gezondheidstoestand van Züne Majes teit is bevredigend. De koning is volstrekt niet in zijn schik over zekeren dr. Crome, die predikte, dat niemand de verwoesting der kloosters mag goedkeuren en tegelijkertijd de ydelheid verkondigde van het gebed voor tl a zielen in het vagevuur. Zijne Majesteit go- loofde dat deze rede op hem gemunt was en hij werd met den veroordeelden ex bisschop Latmer en eenigo anderen voor den rechten gedaagd, waar Crome en Latmer hunne woon den terugriepen. Annie Asker, een hofdame Adlam, een kleermaker, Otterden, een pries ter, en Lasceller, een dienstdoend edelman- zijn echter allen te Smitbfield levend ver brand. Shantou, de vroegere bisschop val Worcester, lag reeds op den brandstapel, toe» hij nog intijds zijn woorden terugriep, en la. ter een lijkrede hield over zijn veroord oeld4 bondgenooten." „En is er nog ander nieuws?" „Men zegt dat 'n vernuftige mechanicus ec* toestel heeft uitgevonden, waarmede hij dcit koning zonder eenige moeite naar hoven o* benerleu kan brengen. Hij is zoo corpulent go worden, dat van de prinselijke hoffelijkheid weinig overgebleven is." „De koningin Catharina beleeft moeilijk' dagen." „Zij heeft wel taet om le leiden, maar zf past wel op, dat zij den koning niet dwars* boomt." „Zij heeft in haar vjjjf voorgangsters co* goed voorbeeld gehad." Toen het avondmaal genuttigd was en Oq bedienden zich hadden verwijderd, kwant liet ware doel van sir Jolin'ns bezoek aan het licht, en vernam de rechter tot zijne groote verbazing en met leedwezen, rlat hij een mid- HN J - j

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1913 | | pagina 5