BLAD
mwmu X BI
I J, H. W. Gründemann
j
J
Romeinsche Kroniek.
DE VONDELING,
HET ADRES 1
BUITENLAND.
Koningstraat.
III
IIHI X Ili
Au Bon Nlarché.
„Moyons." Haarlem-Brussel. Handschoenen voor alle gelegenheden!
WOENSDAG 19 HOVEW3ER 1918
Kleeding voor
voor elegante en soliede s
Dames en Heerei«
SI Steeds groote sorteering
BILLIJKE PRIJZEN
Rome, 15 November 1913.
Het uitgebreid telegram uit de „Maasbode"
In deze courant van den 6e overgenomen over
de plechtige Repuiem-Mis voor Leo XIII z.g.
in de Sixtijnsche kapel den 5den opgedragen,
ontheft mij van de noodzakelijkheid iets om
trent deze plechtigheid mee to deelen. Mor
gen heeft aldaar de herdenking van do kro
ning van Pi us X op de gebruikelijke wijze
plaats. In den winter wanneer het corps di
plomatique compleet is en het Romeinsche
patriciaat in de stad teruggekeerd, blijven
er slechts weinige banken voor gepriviligeer-
den beschikbaar. Toch laat ik mij nooit die
gelegenheden ontgaan den Paus in 't voor
gaan te zien, den zegen te ontvangen en uit
de verte Z.H. op den troon te ontwaren. Daar
Z.H. dan de rood fluweelen mozetta draagt en
een rooden stool is hij moeilijker te onderschei
den dan wanneer de witte gestalte tegen de
gekleurde omgeving uitkomt. Het uitzicht
van den H. Vader viel mij mede en elkeen,
die met den Paus in aanraking kwam, en die
ik ondervroeg, o.a verscheidene Kardinalen
en 'sPausen Kamerdienaar zeggen, dat Z.H.
zich zeer wèl bevindt. De laatste, Alberto
Sily, zeide dat de Paus in een paar jaar geen
hinder van de jicht gehad heeft en zich heter
voelt dan vóór de laatste ziekte. Blijft de
hooge leeftijd, die natuurlijk dagelijks toe
neemt en do geneesheeren de grootste voor
zichtigheid doet aanmanen en de privaat-
audiënties inkrimpen. Kardinaal Martinelli
zei mij onlangs: Ik lioop niet meer opnieuw:
een Conclave bij te wonen, dit is voor ons een
harre tijd. Alle vensters, ook die in de loggias
op de binnenhoven uitkomen zijn gekleurd,
zoodat men niets ziet; de eenige beweging
die men nemen kan is in de loggias op en
neer wandelen; elke Kardinaal heeft drie ka
mers, een voor zich, een voor den prelaat die
hem vergezelt, l'u d i t o r e, en een voor
den dienaar (il teologo). In do kamer, die zich
er liet best toe leent, wordt op een tafeltje,
de maaltijd, in het Vaticaan gereed gemaakt,
opgedragen. Z. Ern. vermeldde nog een de
tail. dat ik niet kende, n.l. dat de troonhemel
elke Kardinaal zit op een troon onder een
baldakijn in de conclave-zaal de Sixtïjn-
eche kapel de door den overleden Paus
gecreëerde Kardinaals zwart is, doch van die.
van ouderen datum, violet.
Wat het consistorie betreft weet niemand
iets met zekerheid te zeggen; men vermoedt
dat het vóór Nieuwjaar gehouden zal worden.
Kard. Bisleti vertelde mij eeno aardige anee-
lote: Ik zeg nooit meer iets omtrent een a.s.
Consistorie. Toen ik in 1911 in Weenen Was
om het huwelijk van den Aartshertog-troon
opvolger in te zegenen, vroeg de Keizer mij
naar den datum van het te houden Consis
torie. Mijn antwoord luidde, dat dit vermoe
delijk eerst in 1912 zou gehouden worden.
Toen ik uit Weenen terugkwam was het ge
heim Consistorie al achter den rug en was
il< reeds tot Kardinaal benoemd. Wie zal zich
aangissingen wagen, waar wie zoo nabij den
troon staat in het duister is? Lachend zei Z.E.
nog- „do.Keizer zal dat vernemende, wel ge
dacht hebben, dat ik hem voor don gek heb
gehouden."
Een poos geleden maakte ik melding van
den overgang tot het Katholicismus van den
rnonophysitischen Syrischen patriarch. Nu is
Mgr. Tgnatius Ephren Brahmann in Rome
gekomen om den Paus als zijn Opperherder
te huldigen en don Apost. Zegen te ontvan
gen.
Ter gelegenheid van den 25sten verjaardag
van de heiligverklaring der zeven Stichters
der Serviten, heeft de Paus aan den Generaal-
Overste, P. Lepicier, een schrijven gericht,
waarin met lof gewag gemaakt wordt van
het internationaal college, waar zoovele jeug
dige priesters hunne studiën komen voltooi
en. De brief eindigt met de aanmaning over
de jonge priesters te blijven waken, opdat
zij voorn, hij het begin van het aanvaarden
van hun ministerie zich met niet minderen
ijver toeleggen op het trouw nakomen hunner
plichten en het aankweeken der gewijde di-
cipline, als zij zich met ijver wijden aan hot
heil der zielen.
noewel November naast eenigo regenda
gen waarvoor trouwens in de kerken gebo
den is, daar er nergens gras was voor de groo
te kudden schapen, die in dit seizoen uit de
Abruzzen naar de Eomeische campagno af
zakken nog veel zonneschijn brengt en
zuidenwind Sirocca met zacht weer, heeft
de Paus nu opgehouden pelgrims in den Da-
masus hof te ontvangen. Moravische pel
grims, onder leiding van hnn aartsbisschop,
Kardinaal Bauer, werden in de Consistorie
zaal ontvangen. Zij begroetten den Paus door
het zingen van een lied in hun landstaal. Kar
dinaal Bauer sprak een latynsche rede uit,
waarop Z. H. in dezelfde taal antwoordde.
Ten slotte werd eene andere Pauselijke hym
ne gezongen die eindigde met de driewerf
herhaalde uitroep: ,31 ava". (Lang zal hij le
ven) Andore pelgrimaadjes werden in andere
zalen en een loggia ontvangen. De Paus
bleek zeer opgewekt.
Het Centraal Comité van den Zwitserschen
Katholieken Volksbond heeft besloten in 1915
een nationale pelgrimstocht naar Rome te or-
ganiseeren, waarbij het contingent der arbei
ders zeer groot zal zijn. In 1914 zal in Ein-
sielden eindelijk het algemeen Congres van
alle Kath: jongelings-genootsebappen gehou
den worden, en een congres voor de opvoe
ding dor jeugd; het Vde alg. Kath. Congres
is voor 1916 in Westelijk Zwitserland vastge
steld. Zoo komt ook in dit schoone land, steeds
als hetbolwerk van het calvinisme beschouwd
meer en meer de Katholieke opleving.
Gewichtig is het IVde Congres van den
Bond voor het Evangelie" te Parijs geweest.
Voor het eerst had dit een internationaal ka
rakter, (ook Nederland was vertegenwoor
digd) en do Aartsbisschop van Parijs, Kardi
naal Aniotte bekleedde den Voorzitter's ze
tel. Hoofddoel was het bespreken van den in
vloed van het Evangelie en het opwekken tot
meer verbreiding, meer studie der Evangelie
boeken. Kardinaal Mercier hield de slui
tingsrede. In Italië zal een tak worden opge
richt, van Welke Kard. Maffl het eerevoorzit-
tersschap heeft aanvaard.
Te beginnen mot 30 November zal in Mi
laan de 8ste sociale week dor Italiaansche
Katholieken gehouden worden, als onderdeel
der Constantijilsehe herdenkingsfeesten. De
„vrijheid der Kerk" zal dus het voornaamste
onderwerp zijn. Het openbaar gemaakte pro
gramma, zoowel wat de onderwerpen als wat
de speeebes-inleiders betreft doet voorzien dat
het zeer gewichtig wezen zal. Moge het ook
vruchten afwerpen!
Onlangs had ik gelegenheid eenige verblij
dende berichten uit Z.-Amerikaanscbe repu
blieken mee te deelen. Wat nu uit Columbia
te vermelden valt spant de kroon. In Octo
ber werd te Bogota het eerste nationale Eu
charistische Congres gehouden niet groote
kondgevingen van geloof'» enthousiasme en
luisterrijke pracht. Do Paus had tot den Aarts
bisschop een vaderlijk schrijven gericht om 't
opgevatte plan goed te keuren en te zegenen.
Het buitengewone is echter dat bij deze ge
legenheid een wet werd uitgevaardigd con
waar unicum dio verdient in zijn ge
heel overgenomen te worden.
„Wet I van 1913. Bij welke aan Jesus Chris
tus hulde gebracht wordt.
„Het congres van Columbia decreëert: Art.
1- Bij gelegenheid van het eerste Nationale
Eucharistische Congres, dat staat gevierd te
worden, in plechtige en eeuwigdurende getui
genis van het geloof en de katholieke gevoe
lens vau het volk. Ten einde uit den hooge
den zegen af te smeeken voor den verworven
yede en de welvaart der Republiek, brengt
de olumbaansche natie, bij monde van hare
vertegenwoordigers, de hulde van haro aan
bidding en hare dankbaarheid aan Jesus
Christus, den Verlosser, in het heilig myste-
rio der Eucharistie.
Art. 2. Deze wet zal in een marmeren plaat
gebeiteld wordeu en ingemetseld op een na
der floor den Aartsbisschop van Bogota, pri
maat van Columbia, aan te w ijzen plaats.
Art. 8. De kosten voor de uitvoering dezer
wet zullen op den loopenden balans worden
gebracht.
Gegeven te Bogota, 5 Augustus 1913". Vol
gen de onderteekeniugen van den President
van den Senaat, van den President der Ka
mer, enz. Ten slotte de goedkeuring van den
President der Republiek-
Het Eucharistisch Congres werd op 14 Oct.
door eeno luisterrijke processie gesloten,
waaraan een honderdduizend menschen deel
namen. Evenals in Weenen was het H. Sa
crament in een prachtige koets, speciaal voor
dit doel vervaardigd en door een zes-span
witte paarden getrokken, op een troon uitge
steld; de Aartsbisschop van Bogota en twee
andere hooge kerkvorsten lagen daarbij ge
knield.
De President der Republiek, de senatoren,
de Kamerleden, de Ministers, volgden in den
stoet. Vóór de koets uit ging de groep „S e i-
zes", die evenals te Sevilla hunne bevallige
dansen, onder begeleiding van zang, uitvoer
den. De leerlingen der Militaire school wa
ren in groot-tenue en ten slotte kwam de
bloem der regimenten.
Nog een ander feit zou Weenen in gedach
tenis roepen. Op eenmaal begon het onder
donder en bliksems te stortregenen; maar de
stoet liet zich hierdoor niet in de war bren
gen, doch vervolgde kalm zijn weg, steeds
in liederen den Heer prijzend. Op het groote
plein Bolivar, waar zich de kathedraal ver
heft, werd het Te Deum gezongen en daarna
zegende de Heer in het H. Sacrament Zijner
liefde het vrome volk. Gedurende de acht
dagen die het congres duurde, waren de ker
ken in alle steden en dorpen vol met aan
dachtig aanbiddenden voor het uitgesteld H.
Sacrament en talloos waren_ de communican
ten. Ongeveer vijfduizend kinderen naderden
in de kathedraal voor het eersMot d» H. Ta
fel, en 's avonds herhaalden zy m het_ groot
ste stadspark in het tegenwoordigheid van
den Aartsbisschop, hunne doopbeloften en
ontroerden zij de saaxngestroomde menigte
door hun liefelijk gezang. Volgens ooggetui
gen moeten het onvergetelijke dagen geweest
zijn.
Nu niet. door schnld vfln geestelijkheid en
koster, maar door schandelijke nalatigheid
van het Ministerie, van de Regeering, heeft
voor de tweede maal in een L^lfjnur tijds
diefstal plaats gehad in Santa Maria degli
Angeli, de prachtige kerk waarin Michel An-
gelo een der zalen van de Thermen van Dio-
tiaan herschiep. De voorgevel was nog
steeds niet af en zou in harmonie met de an
dere gebouwen dio het plein begrenzen, ge
bouwd worden. Er bestond eene commissie
om gelden voor dit doel hijeen te brengen
sinds jaren. Een mijner hek end en verhaalde
mij, dat bij gelegenheid van haar huwelijk, in
1870, zij een aardige som voor dit doel stort
te, en dat deden velen. Sinds jaren echter
deed de commissie niets van zich hooren en
men vraagt zich af: Waar is het geld? Toch
had de kerk een flinke deur en inwendig een
rnooic, massief mahoniehouten portiek. Ter
gelegenheid van de 50-jarige feesten in 1911
werd in die Thermen een tentoonstelling ge
organiseerd. alle zalen waar kroegen, kolen-
en andore handelaars in gevestigd waren,
ontruimd, en de' ruïnes in staat van ruïne
hersteld. Zoo werd ook zoowel de binnen- als
buitenportiek der kerk afgebroken, en niets
duidt aan dat hier een heiligdom is, wijl men
door een opening in een muur naar binnen
gaat. Provisorisch zijn deuren aange
bracht van grenenhout, een centimeter dik,
met miserabele sloten. Dit provisorisch
duurt nu drie jaar en de beloofde massieve
deuren blijven uit. (De kerk is, zooals alle die
bouwkundige en historische waarde hebben,
tot nationaal monument verklaard en ressor
teert dus onder het Ministerie van BinnenL
Zaken). Nooit ging ik de kerk binnen, of ik
dncht aan do gebeurlijkheid van kerkroof.
Deze had dan ook in Februari 1.1. plaats en
alle kostbaarheden van een Madonnabeeld
werden geroofd. Protest van den pastoor werd
met beloften beantwoord, maar de deuren
blijven uit, alleen werd een politie-agent op
post gezet. Verleden week was voor een nacht
de schildwacht zoek; de dieven profiteerden
ervan, zaagden een gat in het peulschilletje
en roofden wat de geloovigen weder voor dat
beeld bijeen gebracht hadden, voor een waar
van frs. 1000. Natuurlijk zijn de dieven niet
gevat en zullen wel onvindbaar blijven; flat
is hier steeds zoo.
Mij-dunkt dat ik eenügen tijd geleden ge
sproken heb van een standbeeld voor Pius X
op het voorplein van het groot-seminarie van
Calabrie, te Oatangaro te plaatsen. Dit is nu
voltooid, en kunstvrienden en geestelijken
werden door den beeldhouwer Aurely uitge-
noodjgd het beeld vóór de verzending te ko
men bezichtigen. Het standbeeld is ander
half maal manshoog en stelt den Paus voor
in zegenende houding. De gelaatstrekken zijn
sereen en worden door een vaderlijken glim
lach verhelderd. Het hoofd neigt zich eenigs-
zins naar rechts. In de rechterhand houdt de
H. Vader de rol der encycliek zóó, dat de ti
tel te lezen is: De Seminaria.
Met groote fijnheid is het Carrarisch mar
mer bewerkt, zoodat o.a. alle détails der klee
ding uitkomen, en om deze meer relief te ge
ven, zijn de kwasten van de ceintuur, als
mede het borstkruis en de gouden ketting
lichtgeel getint.
In de eerste week dezer aan onze doodeu
gewijde maand heeft steeds in San Lorenzo
die zieh vlak hij het groote kerkhof den Cam
pus Veranus bevindt, eene plechtigheid plaats
waarbij alle pastoors, ten getale van zestig,
assisteeren. Na het H. Officie der Overlede
nen gebeden te hebben, wordt de plechtige
Requiem-Mis door den deken der pastoors
opgedragen, terwijl de kardinaal-vicaris in
het priesterkoor aanwezig is. Daarna trekt
men in processie naar het kerkhof, dat door
den kardinaal-vicaris gewijd wordt, en naai
de centraal kapel. Hier onder de portiek
neemt de kardinaal plaats op den vouwstoel,
en na de gebeden voor de dooden spreekt Z.
Em. de absolutie uit over de graven. Proces
sioned trekt men daarop naar San. Lorenzo,
terug.
Wie een goed werk wil doen, moge de Be
kentenissen vertalen van Robert Hugh
Benson, den tot het katholicisme bekeerden
zoon van den Anglicaanschen bisschop van
Canteibury. Een Fransche vertaling ver
scheen onlangs in de „Revue Hebdomadaire."
Wat in deze Bekentenissen treft, is de
delicate wijze waarop Benson van zijne vroe
gere geloofsgenooteu spreekt. Merkwaardig is
zijne opmerking, die trouwens door ieder ge
maakt kan worden, die oplet, dat, terwijl tot
het katholicisme bekeerden steeds met ach
ting, liefde en medelijden van het door hen
verlatene geloof spieken, allen van het ka
tholicisme afvalligen, zij mogen priesters of
leeken zijn, steeds op Rome afgeven en vol
haat en afkeer voor hunne vroegere overtui
ging en verlaten geloofsgenooten bezield zijn.
En daar liefde het kenmerk is van den geest
van Christus en haat die van den vorst der
duisternis, is liet niet twijfelachtig tot wiens
zoon men bij overgang of afval geworden is.
In het jubejaccoord van eigen vinden en
eigen geluk, klinkt een mineur-toon door van
medelijden met die goedgezinden, met wie hij
jaren leng in innige vriendschap verkeerde,
die hij hoogacht in hun werken en trachten,
en die nog in duisternis rondtasten, wiil het
licht der genade over hunne ziel nog niet is
opgegaan.
Een zeer belangrijk hoek ook is dat van Pa
ter Konstantijn Kcmpf S. J.: „Die Heiligkeit
der Kirche im XIXten Jalirhundert." waaruit
ten duidelijkste blijkt dat de Kerk haar ken
merkt, heiligen te kweeken wat men ook over
de hedendaagsehe verdorvenheid klagen mag.
nog niet heeft verloren. Systematisch brengt
het boek de levensbeschrijvingen van allen
die gedurende de 19de eeuw heilig en zalig
verklaard werden en van hen, wier proces
nog niet geëindigd is. Belijders zijn er 147,
d. i. 91 mannen en 56 vrouwen; 11 dezer zijn
reeds zalig verklaard, gecanoniseerd alleen
Clemens Maria nofbaucr, Redemptorist. Er
zijn duizenden martelaars, te beginnen met
Jac. Talu en zyne gezellen in Corea in 1801,
De meesten worden geleverd door China, Ton
kin, An nam en Japan. Dan de moorden in
Rusland in 1850. in Damascus in 1860, gedu
rende de Parysche commune in 1870, in Ugan
da van 1885—1887. Alle landen, alle standen
der maatschappij zijn in die lange lijst verte
genwoordigt: een Paus: Pins IX, twee konin
ginnen: Maria Clothilde van Sardinië en Ma-
ria Christina van Savoie; veel geestelijken,
veel kloosterlingen, zoowel mannen als vrou
wen, maar ook verscheidene personen in de
wereld, o.a. Anna Maria Taige, een vrouw uit
de volksklasse. En niettegenstaande dit groot
getal dat Pater Kempf noemt, zijn er nog
weggelaten, of het mag zijn dat hun proces
eerst sinds 1900 aanhangig gemaakt is. Zoo
als bijv. Rosa Carafa, dochter van den Her
tog van dien naam, op vijftigjarigen leeftijd
overleden. Hare tweelingzuster is nu tachtig
jaar, en wie haar intiem kent, vermoedt dat
ook zy eenmaal aan de beurt zal komen, en
verscheiden anderen, van wie ik hoorde spre
ken.
Indien er niet iets verhlijdens bij te ver
melden ware, zou ik na al dit schoons
jongste verkiezingen laten rusten. Tengevo
ge van den val der twee „bloccards" in Rom
de twee renegate prinsen, heeft de gemeen'
raad met Nathan aan het hoofd niet een-ma
het einde van hun tijd 1914 afgewaeb
maar hebben zy hun ontslag genomen. Ee
zucht van verlichting ontsnapt ieders borg
Rome is zijn vandalen kwijt, eer alles bedo
ven is. Het oogmerkt van Nathan, het m
dern-lieidensch Rome aan het antiek-heide
sche te doen aansluiten en alle sporen va
het Rome der Pausen te vernietigen ale
eoni burgemeestersperiode, zelfs een me
schenleeftijrl daartoo voldoende zon zijn i
gefrusteerd. Wij krijgen een koninklijke co
missaris en hoogstwaarschijnlijk zal die va
een anderen geest bezield zijn.
De Regeeriug en Giolitti, hebben toch
toond dat zij dien kant niet uit willen. E
hoewel de regeeringspartij in de nieuwe Ki
raer verzwakt en de socialistische opposittj
versterkt is, zijn er toch hetere krachten
gekomen, en vooral wat zeer veel waa
is een paar zeer slechte elementen
weerd. De apostaat-priester Murri is geva
len en ook Podrecca, de redacteur van 't vuil
aardige schendblad, de meest-schnnnige, kor
uit heel Italië, de morecl-melaatsche.
Het programma der Augustus-coucerten i
verscheneu. Wij krijgen weer Willem Men
gelberg te genieten en de Quartetvereenigin
belooft ons een ander Hollander den Haarleur
scheu fluitist Ary van Leeuwen. Tot mij
groote vreugde krijgen wij Perosi's oraf
rium: Vespertina Oratio en Pas,t
rale te hooren, dadelijk nadat in Milaan
eerste uitvoering zal plaats gehad hebben.
Het allerlaatste nieuws Ï6 dat nu vaststa
dat de Aartsbisschop van Bologna, Mgr. dell
Chiesa, alsmede de Aartsbisschop van Ke
len en die var Weenen, tot Kardinaal zul'ei
benoemd worden. Wio do Curie-kardinaal
zullen 7,Vin, wordt nog niet gezegd on steed
schijnt do datum van het a.s. Consistorie nofj
niet vastgesteld 1e zijn.
sB. T. P. WASZKLEWICZ
VAN SCHILFGAARDE.
DE KATHOLIEKE UNIVERSITEIT TB
FREIBURG.
Den 15den November, feestdag van den)
Z. Albertus den Grooten, werd, naar ge
woonte, te Freiburg in Zwitserland plechtig
de opening gevierd van het onlangs begon-i
nen studiejaar der Katholieke Universiteit)
aldaar. j
Het feest begon met de Mis van den Hj
Geest, in tegenwoordigheid aller studentes
en professoren, door Z. D. H. Mgr. A. B01
vet, bisschop van Lausanne en Genève, i«
de Universiteitskerk opgedragen. Daarbij
hadden de besturen der verschillende stu«
denten-corporaties zich in hun kleurige co*
tumes, met vaandels en getrokken degeni
om het altaar geschaard.
Vervolgeas had een plechtige vergaclerin
plaats, waaronder de overdracht van hei
rectoraat. De aftredende rector magnificus,
prof. dr. Leo Michel O.P., bracht verslag!
uit van het afgeloopen studiejaar, waaruil!
bleek, dat het aantal studenten 613 had be
dragen. Zijn. opvolger, dr. Grisar, professor!
dor geologie, deelde aan het slot zijner daar-j
op volgende inaugurale rede mede, dat da#
aantal studeerenden tot nu toe met onge
veer 30 was aangegroeid.
Ten slotte sprak do aanwezige diocesanq
kerkvoogd, Mgr. dr. A. Bovet, eenige wel
sprekende en bezielende woorden tot de ver
gadering, bracht liuldo aan de professoren'^
spoorde de studenten aan tot een evenzeer
christelijk als wetenschappelijk gewijd leven
en deelde onder luiden bijval mode, dat kif
denzelfden morgen een schrijven van deal
H. Vader had ontvangen, waarin deze op
nieuw zijn bij zonderen zegen schonk aan da
igansche hoogesckool.
Nadat Z. D. H. dezen zegen had overge
bracht, werd de vergadering gesloten, maat
niet zonder dat van do gelegenheid was ge-)
bruik gemaakt, om den Staatsraad, dr. Uy-
thon, den stichter der Universiteit, waartegen
juist nu wederom een uiterst heftige cam
pagne gevoerd wordt in de Zwitsersche ra
dicale pers, stormachtig too t© juichen.
De gebruikelijke feostcommers had dit
dit jaar niet plaats wegens den dood van
Mgr. dr. F. Speiser, professor in het keH
kelijk recht, die de vorige weok plotseling
overleed.
FEUILLETON.
Daarop begaf hij zich weer naar boven.
„Mun jongen, zeide bij, u zeer
dankbaaren het spijt mij, dat ik niet langer
kan toeven, om u op voldoende wijze mijn
dank te betuigen. Ik moet mij naar Moretou
begeven, en moet deze plaats verlaten. Wel
licht zal ik mij te eeuiger lijd bij uw vader
aanmelden, die, naar ik lioor, hier dicht hij
woont, en zal hem dan in diens bijzijn mijn
dank betuigen."
„Ik kan dus gaan?"
„Onder de verzekering van mijn besten dank
Nog- iets: neem deze ketting mede als eene
herinnering aan den gever en aan de Gub-
bings. Vaarwel."
Cullibort spoedde zich huiswaarts.
Maar sir John bleef nog een wijl, on, in zijn
zadel gestegen, deed hij den waard nog een
menigte blijkbaar onverschillige vragen. Zij
betroffen echter alle Trevanion ITall.
III.
EEN DANKBETUIGING.
Sir Thomas Stukley van Chagford, een
«dolman, was een van die lieden, die voor
een type van oud-Engelseho rechters kon
doorgaan. Zijn inkomen bedroeg zoowat hon
derd pond per jaar, gelijkstaande met dui
zend pond in dezen tijd, en voor dat salaris
moest hij veel doen. In het kort, hij moest
zich met allen en met alles bezighouden. Als
iemand zijn kind een al te weelderige opvoe-
dig gaf, was liet zijn plicht, daar op te wijzen
en te zorgen, dat het kind een zedige opvoe
ding kreeg, en ook wat leerde. Maakte iemand
zich schuldig aan diefstal, hij was de man.
die door geeseling het kwaad moest straffen,
en als het ernstige misdaden gold, had hü
het recht het doodvonnis uit te spreken en
don schuldige aan de galg te brengen,
j In den zomer stond Lij om vier uur in don
morgen op, ontbeet te vijf uur, waarna bij
i zijn .bezigheden aanving. In den winter word
lil alles een uur lafer verschoven.
Omstreeks twaalf uur gebruikte hij met ge-
heel zijn huisgezin zijn middagmaal, bestaan-
do uit biefstuk, sehapenvlcesch, terwijl de
benedentafel voorzien was van brei en de
lioofdlafel van wijn. De tafel was goed voor
zien van wit- en tarwebrood; groenten kwn-
j men in dien tijd zelden op tafel, want aard
appelen kende men in die dagen zeer weinig.
Het gebak wérd door de vrouwen zeiven he-
reid.
Gedurende liet middag- of avondmaal
stond voor een ieder de deur open. De meer
S gegoede lieden nqinen plaats aan do .hoofd-
lafel en do minderen aan de benedentafel.
waar de bedienden gezeten wareu
Aan alle eerzame bezoekers werd kost cn
logies gegeven en de gasten regelden zich
volkomen naar do gewoonten van den gast
heer, zoowel aan de tafel als overal elders.
Na afloop van den maaltijd ging de edel
man gewoonlijk op jacht, of reed zijn land
goederen rond, om zijn pachters een bezoek te
brengen, onderzocht of de schuttingen en hei
ningen nog in goeden staat waren, of de we-
gen werden onderhouden, en kwam tegen
zonsondergang weer terug. om het avondmaal
te gebruiken. j
Do rechter Stukley had met zijn vrouw
plaats genomen in zijn niet eikenhout be
schoten kamer, die rondom versierd was met
de wapenen der Stukley's. Een groot blok
vuur lag in den haard te smeulen.
Daar werd nau de fleur geklopt. De por-
tier deed open en leidde een vreemdeling de
kamer binnen.
„Mijn naam is Redfyrne, Sir .Tohti Redfyr-
ne; ik ben op rois in mijn hoedanigheid van
'skonings bode, en verzoek u, mij gastvrij
heid te willen vcrleenen."
„Zoioals gij verlangt," zeide de gastheer,
„zet u norier," en tegelijkertijd wees hij op de
eereplaats naast hem, die door niemand was
ingenomen. Hier staat een goede voorraad
brood en wijn 1;er uwer beschikking."
Sir John liet zich de spijzen goed smaken j
en de gastheer viel hem niet lastig met een
menigte vragen, voordat liij den inwendigen I
mensch met een goed sink vleesch had ver-1
sterkt ou de voorraad terdege had aan
gesproken.
„Zijt gij van verre gekomen," sir John?"
„Niet zoo ver. Ik kom van Bovey."
„l>angs welken weg, over Morreton of over
Beckey?"
„Langs Beekey, waar ik ternauwernood aan
de Gubbings ontsnapte."
„De Gubbings!" En do edelman kon nauwe
lijks een vèrwensching onderdrukken, die op
zijn lippen kwam.
„Zo zijn als de wespen; doodt gij er een, er
komen er honderd voor in do plaats. Het is
nog maar een maand geleden, dat wij een
menigte van die roodhandigeii gevangen na
men, en op dezelfde plants opknoopten, want
zij zijn noch Christenen, noch Engelsehen, en
wij meenden, dat het de moeite niet waard
was, om er de rechtbank mede lastig te val
len. Wij hebben toen vijf mannen, twee vrou
wen en drie jongens opgeknoopt aan de
schoonste hoornen van Home Chase, en nog
hebben wij ben geen vrees ingeboezemd."
„En liet zal u niets haten, zoolang gij ze
niet met bloedhonden uit dit gewest verjaagt.
„Zoover zal het nog wel komen. Zij zijn
een plaag voor de geheele streek en vooral
voor ons district, Devon. Maar welk nieuws
brengt gij van liet hof, sir John?"
„Do gezondheidstoestand van Züne Majes
teit is bevredigend. De koning is volstrekt
niet in zijn schik over zekeren dr. Crome, die
predikte, dat niemand de verwoesting der
kloosters mag goedkeuren en tegelijkertijd de
ydelheid verkondigde van het gebed voor tl a
zielen in het vagevuur. Zijne Majesteit go-
loofde dat deze rede op hem gemunt was en
hij werd met den veroordeelden ex bisschop
Latmer en eenigo anderen voor den rechten
gedaagd, waar Crome en Latmer hunne woon
den terugriepen. Annie Asker, een hofdame
Adlam, een kleermaker, Otterden, een pries
ter, en Lasceller, een dienstdoend edelman-
zijn echter allen te Smitbfield levend ver
brand. Shantou, de vroegere bisschop val
Worcester, lag reeds op den brandstapel, toe»
hij nog intijds zijn woorden terugriep, en la.
ter een lijkrede hield over zijn veroord oeld4
bondgenooten."
„En is er nog ander nieuws?"
„Men zegt dat 'n vernuftige mechanicus ec*
toestel heeft uitgevonden, waarmede hij dcit
koning zonder eenige moeite naar hoven o*
benerleu kan brengen. Hij is zoo corpulent go
worden, dat van de prinselijke hoffelijkheid
weinig overgebleven is."
„De koningin Catharina beleeft moeilijk'
dagen."
„Zij heeft wel taet om le leiden, maar zf
past wel op, dat zij den koning niet dwars*
boomt."
„Zij heeft in haar vjjjf voorgangsters co*
goed voorbeeld gehad."
Toen het avondmaal genuttigd was en Oq
bedienden zich hadden verwijderd, kwant liet
ware doel van sir Jolin'ns bezoek aan het
licht, en vernam de rechter tot zijne groote
verbazing en met leedwezen, rlat hij een mid-
HN
J - j