SiW. tnvee/juysen. arrenorts st
Slo&koiasen.
Winterpantofffels
Ingezonden Rtededeeling.
Aambeien-
ULSTERS NAAR MAAT
Winterjassen, Demï-Saisons en Pantalons.
JOüa L. HOLT, Me Uiufsfrait 52.
Letteren en Kunst
Leger en Vloot.
Rechtszaken.
SUIKERZIEKTE
Een nieuw Vervoermiddel?
',tSt e I i o" Balkan®
0 N D E R W IJ S.
GEËTALEERD s
Bxggp tion&eiG
ip. M t i7t È9*~r f 21mmt t 2£3m- &n hoQegGi*
STALEN OP AANVRAAG.
Mij. ürviëtanase, gevestigd Nicolaistr. 23
Den Haag.
RMIG.Ë2tjftgg£i».
Hieuw fiSerk*3nfffl
8 Kurk mondstuk
I ct.
Hü was gedurende een maand afwezig en
leerde in dien tijd Thomas Cromwell kennen,
die secretaris van Wolsey was.
£C. 5T>- III HI I mini i M imi Ill'IWIIII IJ» Ji
ÏJ. -drocbt de jaarvergadering van den Bond
i V iiiden.
Ah onderwerpen te behandelen., werden vast-
r-teld: 1. Het nut van de reclame voor den
ittj.iik'uslrtiid. 2. reemdelingenverkeer en Hid-
Hgtstand. 3. Leerlingwezen en vakopleiding, 4.
n goedkoop recht.
In de plaats van den hcer Marinus van
fcur, die zijn ontslag had genomen als vice-
•ocrzittcr werd benoemd de heer K. Koppel Jr.
v 's-Gravenhage.
l)o voorzitter der Haagsche vinkeliersver-
cbiging deelde mede dat de voorbereidingen
.our de in 1915 te 's-Gravenhage te houden
groot II iddenstandstentoonstelling goed vor-
Jeron. Het gemeentebestuur heeft principieel
steun toegezegd, terwijl een prachtig terrein
Ier beschikking gesteld zal worden.
Kederlandsche Verecniging voor Wettelijke
bescherming der arbeiders.
In het zooeven verschenen jaarverslag over
bet vereenigincsjaar 1912, wordt in korte trek
ken een overzicht gegeven van het verhandelde
jp de internationale vergadering van gedele
geerden der Internationale Vereeniging voor
wettelijke Arbeidersbescherming, waarop ook
de Kederlandsche Vereeniging was vertegen
woordigd. Het door de Nederlandsclie Sectie
gedane belangrijke en gedocumenteerde voor-
ptel om maatregelen te beramen voor een inter
nationale regeling van de werktijden van
havenarbeiders, is in extenso in het verslag
afgedrukt. Dat voorstel heeft tengevolge ge
had, dat thans een internationaal onderzoek
wordt ingesteld naar de arbeidsvoorwaarden
en werktijden in Oceaanhavens.
erkentelijkheid wordt gewaagd van het
"oor de Kederlandsche Regeering aan de Ne-
erlandsche Vereeniging toegekende subsidie.
Die subsidie zal echter uitsluitend dienen voor
de deelname aan het internationale werk. Daar
om dient voor de voorlichting en bestudeering
P het gebied der arbeidswetgeving in ons land
elf krachtig te worden aangestuurd op de ver
sterking van het ledental, dat op 1 October j.l.
140 bedroeg.
Een groot deel van den inbond van het ver-
olag wordt ingenomen door verschillende be-
tchouwingen over de wijze van verbetering der
vaak vicieuse -toestanden in de Huisindustrie.
Dit onderwerp zal aan de hand dezer beschou
wingen worden besproken in de jaarvergade
ring der vereeniging, die op Vrijdag 28 No
vember des v.m. 11 uur zal aanvangen en ge
houden wordt in Parkzicht, Stadhouderskade
£5, Amsterdam. Belangstellende niet-leden
kunnen op aanvraag aan het secretariaat
ieuwe Uitleg 12 's Gravenhage, of op den
g der vergadering aan den ingang der zaal,
introductie bekomen.
—bh tm uanaau mmiaiwaisiu
Actie voor verbetering der onderwijzers-sala
rissen.
Hen meldt ons:
Zaterdag 15 November j.i. Kwamen te
Utrecht bijeen de hoofdbesturen van alle ver
eenigingen van Openbare en Bijzondere ouder
wijzers, die aangesloten zijn bij het Comité
voor gemeenschappelijke salarisactie."
In deze vergadering, die huishoudelijk was,
werden door het Comité aan de vertegenwoor
digers der vereeniging mcdedeelingen gedaan
omtrent den stand der actie, inzonderheid om
trent de audiëntie, die aan het Comité was
verleend door den Minister van Binnenland-
sche Zaken en omtrent de besprekingen, die
door het Comité waren gevoerd niet eenige
leden der 2e Kamer, welke besprekingen voor
een gedeelte van streng vertrouweljjken aard
waren.
Verschillende hoofdbesturen spraken hnn
meening uit over de getroffen maatregelen en
over de actie, die in de naaste toekomst zou
worden gevoerd. Hoewel met belangstelling
kennis nemend van de toezeggingen van Regee
ring en Kamerleden, betreurde men toch alge
meen de vaagheid daarvan, speciaal wat den
t(jd betreft, waarop aan de verbetering der
salarissen de hand zou worden geslagen.
Onder meer werd behandeld een voorstel
„em nog vóór de behandeling van Hoofdstuk V
der Staatsbegrooting in Den Haag te beleggen
een groote vergadering," als die in 1912.
Hoewel van verschillende zijden krachtig ge
steund, werd na ampele diccussie dit voorstel
niet aangenomen, althans niet wat betreft dén
tijd, waarop deze meeting zou worden belegd.
Aan het Comité werd overgelaten tot het be
leggen eener vergadering als boven bedoeld
over te gaan op den tijd, dien het Comité daar
voor het meest geschikst zou achten.
Dit besluit werd genomen op grond van de
mcdedeelingen van het Comité, waaruit bleek
dat een meeting, in dezen tijd gehouden, niet
alleen heel weinig kans bood op nuttig effekt,
maar zelfs de actie ter verbetering der salaris
sen zou kunnen schaden.
In verband met deze actie werden aan het
Comité opdrachten verleend, die voor publica
tie niet geschikt zijn.
Ten slotte werd met algemeene stemmen dooï
de vergadering een motie aangenomen, waar
aan publiciteit zal worden gegeven, zoodra ze
ter kennis van de Regeering en van de Volks
vertegenwoordiging is gebracht.
Doctoraten honoris causa.
In de «p 14 November gehouden vergadering
van den Aeademischen senaat van de univer
siteit te Utrecht is besloten, bij gelegenheid
van de feestelijke herdenking van het herstel
der Hoogeschool in 1813, de volgende docto
raten honoris causa te verleenen
in do Nederlaudsche letteren: aan den heer
mr. S. Huiler Pz., rijks- en gemeente-archivaris
te Utrecht;
in de geneeskunde: aan den heer W. O.
Schimmel, directeur der Rijks-Veeartsenij-
school te Utrecht;
in de wis- en natuurkunde: aan den heer dr.
W. Einthoven, hoogleeraar in de physiologic
te Leiden, welke heeren het diploma in de pu
blieke senaatszittiixg op 4 December as. in ont
vangst zullen nemen.
Vorder heeft de senaat besloten bet docto
raat honoria Causa in de godgeleerdheid te
verleenen aan de heeren: B. B. Warfield, hoog
leeraar aan de Universiteit te Princelon U.
S. A., en A. C. Kruijf, zendeling te Posso,
Celebes. „U. D."
Een „Salarishond."
Een inzender in „Het Schoolblad" (hij teo-
kent zich N.) wil een nieuwe vereeniging
stichten, met dit ééne doel: Traktementsver
betering. „Salarisbond" wil hij het nog niet
geboren kindje doopen.
Of hij veel succes zal hebben? We gelooven
van niet.
De Examens voor dc Hoofdacto in 1913.
De uitslag der examens voor de hoofdacte
in het afgeloopen jaar ia aio volgt:
Opgek. Teruggetr. Afgew. Toegel.
Mann. 1299 148 627 524
Vrouw. 857 18 141 198
Men begrijpt de bedoeling.
Gewezen wordt op de vele jammerklach
ten, op verschillende wijzen geuit over heS j
verval van 't Hollandsche lied.
Pater Linnebank vertelt in prettigen stijl
van den zang op de schitterend-gevierde Ver-
riestf eesten.
M. de W. dringt erop aan de operettes in
dienst van tLn goeden Volkszang te stel
len door zich aanstonds van de operette-
melodieën meester te maken en ze vrucht
baar te maken in dienst van den Volkszang.
Onder „Indrukken" brengt Corn, van Oyen
den Volkszang in verband met den winter
maand, December en wekt hij op tot volks-
zangpropaganda in het gezinsleven.
Van de R. K. Vereenigingen wordt veel
en interessant nieuws medegedeeld. Verder
bevat deze aflevering eenige gedichtjes „De
Molen" en „Oogenblik" van v. D. en „Va
rende Zanger" van H. Gerversmann Jr. en
„last not least" een liedeke van v. D. „Klok-
kespel" getoonzet door Jos. Reekers.
Een vruchtbare aflevering dus, die zeker
lezenswaard is en waarvan de lezing onge
twijfeld zal opwekken tot propaganda voor
't goede lied.
Is het dan zoo verschrikkelijk wanneer zij
bij den dienst in een uniform van grof laken
moeten loopen?
Er wordt smalend over een „grof pak"
gesproken alsof het een minderwaardige klee
ding betreft, terwijl het toch de militaire
uniform is, waarin iedereen die in dienst
komt, onverschillig van welken stand hij is,
gekleed wordt.
Er zijn meerdere jongelui van voornamen
stand die in een „grof pak" moeten loopen
en zoiu het dan voor een onderofficier zoo
verschrikkelijk zijn, dat er gedacht moet wor
den aan „reactie" en „geheime bedoelingen"
wanneer hen wordt gewezen, op den plicht
dien zjj hebben, dat hun uitrusting, waar
voor zij nu zelf moeten zorgen, in orde moet
zijn?
De nieuwe organisatie.
De commandant van het veldleger heeft be
paald, dat niettegenstaande de brigade met
een Romeinsch cijfer tegenwoordig wordt
aangeduid, ook de divisie door zulk een cijfer
moet worden aangegeven en vooral daar dit
ook in den nieuwen velddienst, die binnenkort
zal verschijnen, wordt gehandffaafd.
Totaal
1666
166
768
722
Aambeien, een veel voorkomende kwaal, wor
den gewoonlijk veroorzaakt door verstopping,
een zittende levenswijze, enz. Meestentijds wor
den zij verwaarloosd, totdat de hevige jeuking
en stekende pijn een onuitstaanbare kwelling
veroorzaken of de patiënt geheel verzwakt is
door het bloedverlies, en vaak een operatie
noodig is om verdere gevaarlijke gevolgen te
voorkomen.
Foster's Zelf geeft vanaf de eerste aanwen
ding een opmerkelijk gevoel van verlichting
en rust, en zij heeft in de jaren, dat wjj u haar
deden kennen, haar afdoende werking in het
genezen van zelfs ernstige gevallen voldoende
bewezen.
Foster's Zalf (let op den juisten naam) is te
Haarlem verkrijgb. bij K. v. Eden, Spaarne 38,
en J. J. Göppinger, Gr. Houtstr. 147a. Toe
zending geschied franco na ontv, v. postwissel
a 1.75 per doos.
henevens B£ .NIEUWSTE STOFFEN voor
MUZIEK-CONCQURS.
Ter herdenking van het 25-jarig bestaan
van Aalsmeer's Koorveroeniging en het 15-
jarig bestaan van Aalsmeer's Fanfarekorps
zal door de besturen dier vereenigingen te
gen 29 en 30 Juli 1914 te Aalsmeer een natio
naal concours van Harmonie- en Fanfarekorp
sen en van zangvereenigingen worden uitge
schreven.
„DE VA-RENDE ZANGER."
De elfde aflevering van den loopenden
jaargang den derden reeds is er weer
in haar frisch groen gewaad, als 't zinne
beeld van jeugd en opluikend jong leven.
Daarvan getuigt niet alleen de kleur van
den omslag, dat is het ook, wat de inhoud
u zegt.
't Is of iedere bladzijde van de afleve
ringen van „De Varende Zanger" u toeroept:
de Roomsche Volkszang leeft en stelt zich
te weer tegen 't stuitend gezang van onzen
tijd.
Deze Novcmber-aflevering is, zooals de re
dacteur L. L. Mertens het noemt „Ons Janus-
nummer."
DE KLEEDING VAN ONDEROFFICIEREN.
In de omstandigheid, dat enkele onderoffi
cieren niet van voldoende kleedingstukken
waren voorzien, voor het aanschaffen waar
van zij tegenwoordig zelf verantwoordelijk
zijn, heeft de inspecteur der infanterie, toen
hem dit werd gerapporteerd, aanleiding ge
vonden te bepalen, dat in zulke gevallen
uit 's-Rijks voorraad, doch voor rekening van
den onvolledig uitgeruste, het benoodigde
moet worden genomen.
De minister van Oorlog, dienaangaande ge
polst, heeft zich met de zienswijze van den
inspecteur kunnen vereenigen en daaraan zijn
goedkeuring gehecht.
De redactie van het Algemeen Militair
Weekblad schijnt met den getroffen maatre
gel al heel weinig ingenomen, ziet daarin
het streven der officieren om de onderofficie
ren in een grof Rijkspak te krijgen en somtj
eenige redenen op, waarom sommige onder
officieren in dit overgangstijdperk bezwaar
lijk in het bezit kunnen zijn van een com
pleet stel kleeren, noodig voor verschillende
gelegenheden.
Wij meenen, dat dit Algemeen Militair
.Weekblad, dat zich eenigszins als de spreek
buis der onderofficieren schijnt te beschouwen
aan de zaak dezen militairen meer kwaad doet
dan voordeel.
Uit den onbehoorlijken toon, waarop, zoo
als ook in dit geval, de grieven worden ge-
uit blijkt, dat dit tijdschrift op een tamelijk
revoiutionnair standpunt staat, wat voor een
blad van „militairen" toch zeker misplaatst
is, om het zoo zacht mogelijk uit te drukken.
Ook door de „Tel." wordt op deze onbe
hoorlijke houding gewezen.
„In een wrevelige stemming maar terstond
le gewagen van reactie en de geheime ba-1
doeling de onderofficieren in een uniform van
grof laken te laten loopen is, dunkt ons, ver
gezocht en verraadt min of meer teleurstel
ling, dat nog niet alle leden van het korps
vooral de jongere elementen, rijp zijn voor
de ontvoogding, welke hun door den vorigen
minister van Oorlog bezorgd en destijds met
ingenomenheid begroet werd."
VAN ELDERS.
Faillissementen.
Failliet veiglaard: 17 Nov. J. C. Ouyot, eom-
missionnair, te Middelburg,
18 Nov. J. F. Scholten,, manuiacturiei en
koopman, te Assen.
N. V. Mij. tot Expl. van den Eenport Bier
en Wijnhandel, Amsterdam, Prinsengracht 657.
J. de Wit koopman in galanterieën,
Heppel.
Geëindigd door het verbindend worden der
uitdeelingslijst de faillissementen: H. Hut-
tenga, bakker, Groningen; F. C. Doorhagen,
boekhandelaar, 'e-Gravenhage en N. V. Ned.
Aviateurs Mij. „De Condor," Ede (G.).
Opgeheven het faillissement 0. H. J, van
Offeren, Amsterdam
Men verzuime niet te lezen de gunstige
beoordeeling, geschreven do r Jhr. Mr. A.
F. DE SAVORNIN LOEMAN en opgeno
men in het Maandblad tegen de kwakzal
verij (Amsterdam) uifgave Maart 1913 No. 3-
Deze brief wordt door de Mij. op aan.
vraag gratis toegezonden
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
Redactie zich niet aansprakelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt den inzenders de copie uiet
teruggegeven.
Het nieuwerwetsche gedeelte vormde met
zijn breede ramen een schilderachtige groep,
en maakte een scherp contrast met de oude
torens, die, zoover de muren reikten, kerker-
holen waren, en in vroeger dagen werden
gebruikt om de gevangenen op te sluiten.
Hier woonde eenmaal de brave ridder sir
George Redfyrne met zijn vrouw en hunne
vier kinderen.
De oudste zoon, Geoffrey, was de gunsteling
zijns vaders. Hij was een openhartig edel
moedige jongen, vol moed en edelen geest
drift, was hartelijk jegens een ieder en won
'ie achting van allen die hem kenden. Zijn
jongere broeder, John, bezat een geheel an
der karakter. Hij was korzelig van aard, al
tijd op eigenbelang belust, wraakgierig en
opvliegend.
- De beide zusters moesten dikwijls als
scheidsrechters optreden tueschen de twee
broeders, clnar er zeer dikwijls, tenge
volge van het verschil van hun karakter, he
vige woordenwisseling ontstond.
Over het algemeen echter vormde deze fa
milie een gelukkig gezin, en zoo dc ouders
nog geleefd hadden, zouden onder hun wjjs
beleid en zorgen de fouten van John wel ver
beterd zijn.
Maar de pest, die vreeselijke dood brengen
de bezoekster, lcwam ook hier hare tent op
slaan.
Deze geduchte ziekte, overgebracht door
sen baal klcerstof, welke een kleermaker van
verre had ingevoerd, verspreidde zich spoe
dig -ven buis tot huis. De pastoor overleed,
In de „Katholieke Illustratie" van 15 No
vember zag ik een aardige afbeelding van
het nieuwe vervoermiddel tusschen Utrecht
en Harmeien, den automobiel-omnibus of
autobus, die bij wijze van proef gedurende
een zestal maanden door de firma Verwey
en Lugard als communicatiemiddel langs de
dorpen aan den Ouden Rijn zal worden geëx
ploiteerd. Ook de „Kampioen" gaf een paar
weken geleden zoo'n plaatje en knoopte er
zelfs zeer vérstrekkende beschouwingen aan
vast. In Oostenrijk en Zuid-Duitscbland, heet
het daar, worden verschillende dergelijke
autolijnen door den Staat geëxploiteerd en
met stijgend succes. Immers voor een auto
verkeer zijn geen bizonderc kunstwerken
noodig, geen rails en geen onder- of boven*
grondsche geleidingen, zooals bij electrische
trams. Mocht over een bepaald traject de ex
ploitatie niet loonend zijn, welnu, er is nietc
op tegen om bet traject te vergrooten of té
verkleinen, of zelfs elders met hetzelfde ma
teriaal een dienst in te stellen. Is daarente-
gen de autobus niet meer in staat aan do
eischen van het toenemend verkeer te vol
doen en is een electrische tram noodig, ook
dan kan de staat of provincie andere meer
afgelegen plaatsen in hun drang naar beter
verkeer behulpzaam zijn.
Ik zal „de Kampioen" in zijn diepgaande
beschouwingen hier verder niet volgen; wie
er meer van weten wil, sla liet nummer van
7 November 1913 eens op; misschien zyn het
voor ons land wel „kasteelen in de lucht",
ofschoon ook die eigenlijk al niet weer naar
het sprookjesland mogen verwezen worden;
i maar ik stel me toch voor, dat er vee] Ueem-
i steders zijn, die, ofschoon hier in 't centrum
dor beschaving en vooruitgang, mei een ge
voel van afgunst zullen staren naar de hee
ren met en zonder booge hoeden, en de fris-
sehe boerinnen op het Ulnslratieplaatje, die
door hunne glundere gezichten wel toonen
het nieuwe vervoermiddel hoog té waardee-
ren. Ten onzent zouden vooral de bewoners
van dc-n „Heerenweg" en de tallonze natuur
liefhebbers, die langs dien prachtiger, weg
Groenendaal willen bereiken, bij een derge-
lijken nuto-omnibusdienst zeer gebaat zijn;
want al zal een eleclrisebe tram aan den
„Binnenweg" ook voor hen niet onverschillig
zijn, het westelijk deel van ons dorp zal met
groote snelheid tot bloei geraken, indien het
over betere verkeersmiddelen kon beschikken.
De techniek op automobiel-gebied )6 in de
laatste jaren met reuzenschreden vooruitge
gaan: do Biissing-autobnssen. die nu in Har-
melen rijden, geen dure luchtbanden behoe
ven, en mag men den „Kampioen"-redacteur
gelooven, toch volstrekt gpen rammelkasten
zijn, worden ook in het buitenland met voor
deel geëxploiteerd. Zouden ze ook voor onze
streken niet dienstig zpnf In elk geval kan
het geen kwaad, naar ik meen, in die rich
ting eenB de voelhorens uit te 6teken.
Dr. DROOG.
Heemstede, 21 Nov. 1913.
Gas of clcctriciteit.
Mijnheer de Redacteur.
De firma Spruit en Bakker inbakt op ^rcrige
wjjze propaganda voor den bouw van Kleine
gasfabriekjes.
Nu, dat is hun zaakl Ik denk er niet aan
de heeren in hun bedrijf te bemoeielijken.
Alleen maar heb ik eenig bezwaar tegen de
wijze waarop de gemeente Asseudelft wordt
gebruikt als afschrikwekkend voorbeeld om te
influenceeren op de beslissing van gemeente
raden, die voor de keuze staan: „electrieiteit
of gas?" Voor hen die het nog niet mochten
weten zij het daarom hier uitdrukkelijk gezegd
dat door bijzondere ometandipdiedeu het elee-
trisch-bedrijf aldaar met een te groot k«pUa«l
i« bezwaard, waarvan de rente en aflossing
dat bedrijf de eerste jaren belangrijk drukken.
Dat de heeien S. en B., die zich beklagen
over „de scheeve voorstellingen, die omtrent
het gas worden gegeven," met deze bijzondere
omstandigheden niet bekend waren, waag ik
te betwijfelen en is dat zoo, dan veroorloof ik
mij de vraag of deze manier van de zaken,
voor te stellen, wel door den beugel kan.
Overigens wensch ik geen invloed uit te
oefenen op de beslissing van een of anderen
gemeenteraad, alleen nog dit:
„wij hebben spoedig geleerd dat een kleine
„gemeente beter zich kan aansluiten aan een
„groote electrische-centrale dan zelf een groot
„kapitaal in een kleine onderneming te steken."
In hoeverre dat met gasfabriekjes ook het
geval is weet ik niet. De gasfabriekjes van dé
firma Spruit en Bakker zijn nog jong.
Ik hoop alleen maar dat wanneer het aan een
of andere gemeente later mocht blijken dat
zij met hun gasfabriekje te veel gewaagd heb
ben zij dan op even gelukkige wijze uit de
moeieljjkheden zullen zijn gered als de ge
meente Aosendelft toen zii zich aansloot aan de
Kennemer-Centrale onder wier breedo vleuge
len zij zich erg veilig gevoelt.
K. Cz. DE BOER,
Burgemeester van Aseendelft
Assendelft, 18 Nov. 1913
de geneeeheeren, ook doop de ziekte aange
tast, stierven allen, en eindelijk vertoonde
zij zieh ook op het landgoed van sir Geoffry,
die ondanks het grootste gevaar niet kon na
laten. zijn pachters te bezoeken.
1 De dood klopt zoowel in paleizen aan als
in de armste hut. De goede en achtenswaar
dige landheer was zelve de overbrenger der
besmetting, en voordat de pest daar drie da
gen op zijn zetel troonde, had hij reeds twee
offers gemaakt in de personen van sir Geof
fry en zijne getrouwe gade. Zij hield de wacht
aan zijn ziekbed, en verzorgde hem tot aan
zijn dood. Door dezelfde ziekte op het bed
van smarten geworpen, volgde zij hem ook
naar het hoogere Eden.
Geoffry en zijne zusters werden eenigen tijd
later door de ziekte bezocht. Geoffry herstel
de, maar zijn zusters bezweken. De eenige, die
geheel en al aan het gevaar ontsnapte, was
John, een gevolg wellicht van zijn buitenge
woon lichaamsgestel, waardoor hij tegen de
besmetting bestand was.
Niet ver van het kasteel, aan het beneden
eind van de rivier, stond de Luckland-mo-
len. Daar leefde een vader en een moeder met
lranne zes kinderen en een oude grootmoeder.
De dood betrad den'drempel en allen stierven.
Alleen de oudste dochter, Madge, ontvlucht
te het lot, dat haar familie trof, daar zij, toen
do ziekte uitbrak, voor eenigen tijd bij bloed
ver wante)) toefde, die op eenigen afstand van
Luekland Hill woonden.
Eindelijk verdween deze droevige gast, en
de met kommer en zorg overladen nabestaan
den slechts een derde der gelieele bevolking,
konden hun verlies des te beter beseffen, en
staarden op de onbezette plaatsen aan hunne
haardsteden en tafels, dikwijls den wensch op
de lippen tegenhoudend, dat ook zij maar
door hetzelfde lot waren bezocht geworden.
Een der bloedverwanten nam de zorg over
de twee jongens op zich. Beiden werden zij
naar Glastonbury gezonden, waar John met
iedereen in onmin leefde, terwijl Geoffrey
zich in ieders achting en gunst verheugde.
Richard Whiting was toen een der jongere
broeders, en een van de leermeesters der hei
de jougens. Meermalen gebeurde het, dat
John met de macht van zijn straffende hand
kennis maakte, en van hem eene bestraffing
met de roede ontving, wat hij hem nooit
vergaf.
Te gepaster tijd verlieten zij de school, en
tegelijkertijd ook hune jeugdige onervaren
heid cn onkunde. Zij werden mannen. Geof
frey maakte een veldtocht in het Eransclie
leger inede, die met een buitengewone uitslag
werd bekroond, doch waarhij hij werd gevan
gen genomen. Hier kreeg hij kennis met een
meisje, met welke hij, toen de vrede gesloten
werd, naar Engeland vertrok, waar spoedig
het huwelijk was voltrokken.
John bleef thuis, en belastte zich geduren
de de afwezigheid van zijn broeder met het
toezicht op het landgoed.
Zijn doel was, om eigenaar van het land
goed te worden, zoo hij tenminste op eene of
andere wijze het erfdeel van zijn broeder kon
bemachtigen.
Deze gelegenheid bood zich spoedig aan.
Slechts korten tijd voordat zijn vrouw een
kind geboren werd werd Geoffrey op het ziek. j
bed geworpen en stierf na enkele dagen, tot i
groot leedwezen van allen, die hem kenden, j
I Wij zijn thans genaderd tot dat gedeelte i
van ons verhaal, waarvan Madge van Luck-
land's onderhoud niet sir John gewaagde. j
Sir John vorderde, na den dood van zijn
broeder, het landgoed op, en trad op als de1
rechtmatige eigenaar van de nalatenschap,!
nadat hij vernomen had, dat een ander en na
der erfgenaam ze zou opcischen.
Zijn worsteling met de helsehe ingevingen
duurden niet lang. Hoe ongevoelig hij ook
was, toch kon hij de laatste woorden van
zijn broeder niet vergeten, die onophoudelijk i
door zijn ooren klonken.
„John, beste Jonh, zorg voor Catherine,
en als een zoon haar levenslot zou deelen,
treedt dan om mijnentwil op als zijn vader.
Als wij elkander in eene andere wereld zullen
ontmoeten, zult gij mij de verzekering geven,
dat gij n van uw plicht hebt gekweten. God
vergelde n, wat gij aan haar zult doen."
Zoodra het bewuste oogenblik in aantocht
was, had sir John een onderhoud met Madge
van Luekland, die sedert den dood van hare
familie bij de Redl'orney'a diende. De lezer
weet, tot welke misdaad hij haar aanzette.
Maar Madge toonde veeleer medelijden te be
zitten voor de arme weduwe, en haar natuur
lijk gevoel was machtiger dan de invloed van
hareil patroon.
Nadat sir John een oogenblik had gestaard
op het lijk van 't wicht, zonder eenigen twij
fel te koesteren over de indenlitet.il, verliet
hij bet kasteel, om dringende zaken af te
doen.
De daad was veo-ïcht, en hij gevoelde zieh
gelukkig, deze plaats te kunnen verlaten,
want hij sidderde bij de gedachte aan den
moord, ofschoon hij niet het minste berouw
gevoelde.
Eindelijk naderde het oogenblik, waarop
hij zijn eerste intrede als landsheer zon doen
en een heraut vertrok naar het kasteel Red
fyrne, om den intocht bekend te maken.
Toen gaf Madge, bevreesd voor de gevol
gen, zoo zij het bestaan van het kind, dat on
derwijl bij een arme vrouw werd opgevoed,
niet kon verbergen, aan Catharine den raad
om naar het toevluchtsoord van Glastonbu
ry te gaan, haar verzekerende dat de goede
oude Abt zicli haar echtgenoot wel zou her'
inneren, en haar kind in bescherming nemen.
Men besloot, dat zij in het donkere morgen
uur zou vertrekken; want de nieuwe bedien,
den waren zeer gewillig in het volbrengen
van de verplichtingen welke hun meeste)'
hun oplegde en zouden haar niet laten ver
trekken
Het vroor dien nacht vrij hard en er waren
geen voorteekenen van ongunstige verande
ringen,
- (Wordt vervolgd).