Au Bon nüarché „Moyons" A| 1
Gr. Houtstraat 58, Haarlem. Ullll
B U I T E N L AN D.
BINNENLAND.
?ake Staatspensioen.
Öe geschiedenis van
Hendrik Knip.
Een staaltje.
Het malle voorstel-Treub in
NIEUWE HAARLE/ASCHE COURANT
De lieer van der Voort van Zijp had het
eergisteren in de Tweede Kamer over de leu
genachtige manier, waarop de strijd voor het
goed recht der bijzondere school door de- anti-
clericalen en liberalen wordt voorgesteld als
een strijd tegen de Openbare school.
En hij noemde' daarbij de plaat van de ver-
ïen'giug „Volksonderwijs."
Toevallig hebben wu dezer dagen dit fraaie
gtu|< teekening van onzen stadgenoot IiOuis
Baeniaekers, onder de oogen gekregen.
Ziethier. wat deze prent bevat:
Voor een huis, waarop staat: „Art .192.
Openbare School" staat eeu reusachtige Wil
lem de Zwijger, met het kalotje en den tab
berd als de traditioneele „vader des vader
lands".
Eu van liuks, blijkbaar uit de gotlneke ka-
te doen aan zeventigjarigen, die nooit onder
do verplichte verzekering waren gevallen en,
als vijftig jaren geleden de dwangverzeke
ring reeds had bestaan, thans zeker geeni
rentetrekker zouden zijn.
Indien Minister Treub getracht had deze
fout, die er overigens een is van vborbijgiaan-
den' Sard, te herstellen, dan had hij, geloof
ik een goed werk gedaan. Hij had dan de
bedoeling der wet laten primecren boven de
letter. Wat hij echter, volgens de bladen,
thans mn plan is te doen is een nieuwe
fout maken, die erger is dan de eerste. Of
kan men zich een funester bepaling denken
dan deze, dat het recht op do uitkeering
verloren gaat, wanneer een persoon tusschen
zijn 65e en 70e jaar is ondersteund door een
instelling van liefdadigheid? De Minister had
veel beter kunnen eischen, dat de man geen
ondersteuning heeft ontvangen van zijn '20e
tot zijn 60o jaar. In den regel begint bij het
Ij 11 V 21-11 1 I li IV Dj ülJjn - .11 UU't OW C7 'J
thedraal, die gij op den achtergrond ziet, ko- (;()o jaar ia.nff2iamerhand de toestand in ba
men twee gemeenc, ploertige gestalten, ue tr<x}QIlj dat mcn (iQ wn wat vroeger, de an-
voorste, in een boezeroen en met een gewei- j wat later, gedwongen wordt, bij een arm-
dige hakbijl in de hand, is.Dr Kuyper. i hestuur aan te kloppen. Men schept nu een
chijl in de hand, is.... DrKuyper. l>estuur aan te kloppen. Men schept nu een
met een satanischen grijns op het kwanoige d- fc belang, niet voor den arme, om tus-
gezieht. En achter hem, de hand op zun schou. *•-'
1 nv. „n.nniATl T
der, mét den steek op en een zwarten toog
aan, groot© grove schoen en met gespen, staat
go raadt liet dadelijk: dat is een geeste-
teiijke, als het ge Jezuïet is, want dat is
direct belang, niet voor den arme, om tus
schen zijn 65e en 70e jaar niet ondersteund
te werden, maar voor de armbesturen, om
do mensehen tusschen 65 on 70 jaar niet te
helpen. Indien het armbestuur den arme in
=.- - "t dat is <jjen tU;isclicntijd ondersteunt, zal het dit moe-
nog erger. De kop van Kuyper is satMiecii, ^ell blijven doen, wanneer hij 70 jaar is ge-
zoo iets van den reus uit Dore s illustratieworden Een ondersteuning weigerend lus
van „Klein Duimpje". Maar de muil waar- I schen het 65ste en 70ste jaar, is hij van
aehtig, er is geen woord voor J3*1 <]en arme op zijn 70ste jaar geheel af. Men
Jezuïet is nog gemeener. Zoo ce y schept ook een dergelijk financieel l
.jezuïet is nog gcmccu«.
rrijnst tegen den hoogen „Vader des Vader
lands" teekende Doré z'n figuren nooit!
Maar 't mooiste van al is nog, wat onder
dit kunstproduct staat.
Wij lezen daar:
„Willem van Oranje: Laat af! Gy
hebt reeds genoeg kwaad gesticht. Oorlof,
mijn arme schapen!"
Die arme schapen zijn natuurlijk niet an
ders dan de onnoozele bloeden, d'e door dit
leugenachtig stuk teekening worden beotge-
nomen, on die TverkcdijV nog geloovoti dat di8
satanische Kuyper en die belsch-gemeene Je-
sieten de openbare school willen neerliakken.
Jammer is het waarlijk, dat een teekenaar
van talent als Iiaomaekers, die natuurlijk om
deze méér dan earicaturistische teekening
zelf hartelijk heeft gelachen, aan zulk leu
genachtig gedoe zijn talent weggooit.
Maar, - en hier komen wij on de ergerbike
wijze waarop nu in de Tweede Earner de libe
rale partij den onnoozele uithangt: méér dan
schandelyk is liet dat mannen die zich tot
zulk een onartistiek, onwaar en belecdigend
pamflet verlaagden (want de vereeniging
„Volksonderwijs is het troetelkind der libe-
\tuil Wl g ugu I VOW JMCVl gvuvv* WH
schept ook een diergelijk financieel belang
voor gestichten van oude lieden, die, als zij
voortaan lieden beneden 70 jaar toelaten, alle
kans op vergoeding zien verkeken, terwijl,
als do menschen tot hun 70ste jaar buiten,
de gestichten worden gehouden, zij f 2 por
week zullen inbrengen. Men zal dus tweeërlei
zien gebeuren: men zal of wreed worden te
genover 65- en 70-jarigen of en dat zal de
regel zijn men zal de wet ontduiken. Ik
wil daartoe een paar middelen noemen, die
voor het grijpen zijn: men bedeelt den ar
men man op naam van de kinderen of in 't
algemeen van de menschen, bij wie de oud
jes inwonen; men geeft de ondersteuning als
loon voor gefingoerden arbeid, of voor een
arbeid, die in geen verhouding staat tot de
betaling. Ik zie zoo kans een geheel boekja
vol te schrijven met middeltjes om den man
nominaal uit de bedeeling te houden. Do
regei zal echter wel zijn, dat de bedoeling!
komt op naam van een, die geen 65 jaar is,
zoodat nu Nederland het land wordt met de
minste bedeelden tusschen 65 en 70 jaar,
maar met de meeste bedeelden beneden den
leeftijd van 65 jaar.
Ik weet echter nog niet, wat voor de ar-
Volksonderwijs het troetelkind der hbo-| i^ het gescharrel van
opzdtelük volksbedrog, b«» voMeldm.
O vei- de bdioeti ngen en de daden der Chri.-
teüjken, alleen in de verbeelding van den
heer Van Wijnbergen hestonden!
Over het voorstel-Treub, om deu overgangs
maatregel van Minister Talma plotseling tot
principe te maken, om staatspensioen op
de schouders der gemeenten te leggen, en
(dut is wel het c o m b 1 e) uit te sluiten allen
die van 65 tot 70 jaar eenigen onderstand
kregen, schrijft do Haagsche briefschrijver
van „Do Tijd" een goed artikel, dat hel
der de dwaasheid die hier wordt voorgesteld,
xdiclit.
Wij nemen daaruit het volgende over:
„De uitkeering aan zeventigjarigen van een
minimumrente, zonder dat daarvoor is be
taald, kon haar rechtvaardiging alleen hier
in vinden, dat de Staat, die op een gegeven
aogonblik de verplichte verzekering invoert
als oen maatregel van sociale rcchtvaardig-
acid, ala overgang aan hen, die, ware deze
verzekering vroeger ingevoerd, daaronder
fiouclen zijn gevallen, do uitkeering doet zon
der betaling, omdat dezen te oud zijn, om van
hen nog de betaling te kunnen vorderen,
Tusschen do invoering der verplichte verzie
ring en de uitkeering aan ouden van dagen
is dus ecu onverbrekelijke band. Het is dan
wk, geloof ik, eeu fout geweest v.an minis-
cr Talma, dat hij, om van zijn wet de in-
oering té verzekeren, dien band verbrak
>n tot invoering der ouderdomsuitkeering
>verging, vóór de ouderdomsverzekering in
working trad. Door het losmaken van dien
hand Ls men er toe gekomen een uitkeering
men tusschen 65 en 70 jaar van hun lijst
van ondersteunden te houden, dan het ge
scharrel in omgckoerden zin, hetwelk is te
vreezen, wanneer men, zooals de bedoeling
schijnt te zijn, een belang .schopt voor da
gemeenten en gemeentelijke armbesturen, om
hun ingezetenen toch vooral er toe te brengen
tusschen hun 65ste en 70sbe jaar een onder
steuning' aan te nemen.
De wet-Treub zal dan ook zijn tegelijk
de grootste ramp, die de armen kan treffen,
en de bedenkelijks te aanslag op ons armwe
zen, dat in zijn grondslagen wordt onder
mijnd. Men heeft gezegd, dat het stelael-
Treub zuiver staatspensioen is. Ik zou haast
zeggen: was het dit nog maar! Staatspensioen
vind ik een verfoeilijk stelsel, maar het zui
ver staatspensioen is, tegenover wat de heer
Treub ons brengen gaat, nog het kleinste
kwaad."
DE BISSCHOP VAN BAZEL EN HET
KANTON BERN.
De groote raad van Bern heeft het voor
stel tot officieel© erkenning van den bis
schop van Bazel met 138 tegen 30 stemmen
verworpen, meLdt de Msb. De voorstemmers
waren: 11 Katholiek-conservatieven, 10 li
beraal-conservatieven en 9 sociaal-democra
ten. De debatten over dit voorstel brach
ten een Ueele reeks vermeldingswaardige
bijzonderheden. Zoo verklaarde de verte
genwoordiger der regeering, Burren, onom
wonden, dat er redenen bestonden voor een
definitieve regeling der kwestie, maar wijl
sedert jaren tusschen regeering en kerk
geen conflict was voorgekomen, 'kon men
slechts met bedenken aan een verandering
in den bestaanden toestand denkeu.
Ook een logical Spreker gaf toe, dat het
onrechtvaardig was dat het kanton Bern wel
den oud-Katholieken bisschop erkende, doch
niet den Katholieken, maar de agressieve
geest welke de encyclieken uit Rome
vervulde, ried tot voorzichtigheid.
Burren was zoo eerlijk te erkennen, dat
het toch feitelijk niet aanging om op het
oude standpunt te blijven staan en ver
klaarde, dat hij aan de regeering had voor
gesteld den bisschop de erkenning te ver
zekeren.
De regeering verwierp dit voorstel en wil
thans een erkenning voor een beperkten
tijd, bijv. voor vijf jaarl
Opmerkelijk was het toen verschillende
Protestantsche leden voor de erkenning van
den bisschop spraken en heftig uitvoeren
tegen het onwettig optreden van de regee
ring, die wel de Mormonen wil erkennen,
maar geen rechtvaardigheid kent voor haar
Katholieke onderdanen. Maar ook de krach
tige pleidooien van deze verdedigers hiel
pen niet; de antikatholieke raad van het
kanton Bern, verwierp het voorstel en be
krachtigde daarmee den onwettigen, hate-
lijken toestand, welke nu al sinds 1814 be
staat en voor den Katholieke Jura-bewoners
een voortdurende ergernis is.
DE RAMP DER „VOLTÜRNO".
Uit het onderzoek betreffende de „Vol-
turno"-ramp bleek, dat het aantal gered
den grooter was, dan in de zitting aanvan
kelijk wa; opgege o i.Ku verschil was echter
slechts gering. Gered waren 457 passagiers
en 63 leden der bemanning; totaal 520 per
sonen.
De eerste machinist van de „Volturno"
gaf een verhaal van het bluschwerk. De
oorzaak van de ontploffing kon getuige niet
opgeven. Toen de brand woedde, had hij
nog order gegeven, zooveel mogelijk kolen
uit de ruimen te halen. Vijf of zes ton waren
verwijderd; toen moest het werk gestaakt
worden, wegens het koleng&s, dat zich gaan
deweg ontwikkelde.
De machines waren even na twee uur
stop gezet en tusschen vier en vijf uur
kon men niet meer stoken. Er was echter
genoeg stoom voor de pompen om lang
zaam tot 9 uur in werking te kunnen blij
ven. Getuige was tot het laatste aan boord
gebleven. De andere machinisten hadden het
schip tusschen elf en twaalf uur 's avonds
verlaten, toen het fel brandde en er niets
meer voor hen te doen vieL
N De tweede machinist werd gehoord om
trent de bewering, dat de derde machinist
de stokers met een revolver bedreigd had.
Getuige had daar niets van gehoord of ge
zien. De stokers waren even naar boven
komen loopen, toen de ontploffing plaats
greep, maar toen hij hun gezegd had, dat
alles van hen afhing, waven ze weer ge
willig naar beneden gegaan en hij had ver
der niet den minsten Fast met hen gehad.
Even na middernacht was getuige in een
boot gesprongen en later door de „Kroon
land" opgenomen.
De derde machinist, vervolgens gehoord,
erkende, dat hij een der stokers, die niet
naar zijn post had wil]en terugkeeren, met
een revolver gedreigd had. De stokers had
den verder goed gewerkt. Getuige had het
schip eerst verlaten, toen de kapitein zei,
dat het tijd voor hem werd. Hij wercl door
een boot van de „Grosser Kurfurst" opge
nomen.
HET DOEL DER VRIJMETSELARIJ.
Een definitie var het doel der vrijmetse
larij ;<5 ons gegeven in het „Journal de Char
leroi," die als van de party bet wel weten
kan.„Hét doel der sociëteiten der vrije ge
dachte," zegt het blad, „is strijd tegen indrin
ging der kerk in hft civiel beheer en in het
gebied des gewetens. andaar, dat de plicht
van ieder vrymetselaar js voortdurend eiken
geopenbaard en godsdienst te bestrijden, j'uist
omdat de vrijmetselarij, in wezen .vyandig-
is aan alle gidoofsbcHidemssen.
Ziedaar dus de plicht van lederen vrymet-
selaar door een der Belgische hoofdorganen
afgekondigd.
HET MILITAIRE LAND.
Een merkwaardig staaltje van de rare be
grippen, die er in Pnilschland betreffende
militaire aangelegenbeden bestaan, levert
ook weer de nieuwe spionnagegwet. De wet
bevat strafbepalingen, en zeer ernstige, te
gen scherd:ng van militaire geheimen, dat
wil zeggen, van dingen, die door de militaire
overheid als geheim worden beschouwd.
Daardoor krijgt de militaire overheid, zoo
als de „Köln. Ztg." uiteenzet, hèt recht beve
len te geven niet alleen aan militaire perso
nen, maar aan iedereen. Het blad haalt als
voorbeeld aan:
Een reserve-luitenant krijgt een mobili-
eatiébevel, dat geheim is. Hü vertelt aan
zyn vrouw, dat hij moet mobiliseeren en
op den tweeden dag uitrukken; dat hü dit
vertelt, is zeer-natuurlijk, daar in een huis
gezin waarvoor toch maatregelen moeten
worden genomen. De officiersvrouw, die dit
nu vertelt aan haar vriendin, of do meid,
die het den bakker of slager mededeelt, zijn
schuldig aan verraden van militaire gehei
men, en kunnen met zeer langdurige gevan
genisstraf worden gestraft!
Wat de wet zegt: dat het verder vertellen
van de door de militaire overheid als ge
heim aangegeven bevelen of berichten met
verraad van militaire geheimen gelü'kq staat.
Daardoor zou Duitschland tot een groote
kazerne worden gemaakt, zegt het HbL te
recht.
DE TWEEDE BALKAN-OORLOG,
Nieuwe onthullingen, over den tweeden
Balkanoorlog bevat het Sofiotische blad Da
gelij ksch Bulletin", die afkomstig zouden
zijn van Nekludof, don gewezen gezant te
Sofia, zegt de N. R. Ot.
Voor hij naar Stockholm is vertrokken,
moet deze hebben verklaard, dat onmiddel
lijk na den vrede van Londen, graaf Tar
nofski, de Oostenrijksch-Hongaarscho ge
zant te Sofia, de Bulgaarscke regeering een
bondgenootschap heeft voorgesteld. Danef,
toenmaals minister-president, deelde het
voorstel niet, dadelijk in den kabinetsraad
mede, doch lokte er een beslissing uit over
de vraag of Bulgarije het geschil met Servië
en Griekenland met de wapenen dan wel
met vreedzame middelen diende te beslech
ten. Het ministerie koos den vreedzamen
weg, waarop Danef graaf Tarnofski mede
deelde dat de regeering prijs stelde op het
behoud van het Balkanvcrbond en het voor
stel van Oostenrijk-Hongarye mitsdien niet
kon aanvaarden. De regeering te Weenen
gaf echter haar gezant instructies om ten
allen prijze een toenadering tot Bulgarije
te bewerken. Graaf Tarnofski vroeg, om
daartoe te komen, een audiëntie aan bij
koning Ferdinand, dien hij na een lang on-
houd voor de plannen zijner regeering wist
te winnen. Den 26en Juni werd het bond
genootschap tusschen. Oostenrijk-Hongarijo
en Bulgarije gesloten. De voornaamste be
palingen waren: le Bulgarije verbindt zich
de verdragen met Servië, Griekenland en
Montenegro op te zeggen. 2e. Ingeval van
oor logt usscheu Oostenrijk Hongarije en Ser
vië of tusschen Oostenrijk Hongarije en Rus
land, verbindt Bulgarije zich een leger op
de been te brengen, dat in staat is Servië
volkomen in toom te houden. 8e. Oostenrijk
Hongarije verbindt zich langs diplomatieken
of militairen weg zich tegen een aanval van
Roemenië op Bulgarije te verzetten, indien
Bulgarije in oorlog komt met zijn bondge-
nooten. Als zulle een oorlog een ongunstige
wending neemt voor Bulgarije verbindt Oos
tenrijk Hongarije zich tusschenbeide to ko
men.
Twee dagen later, den 28en Juni, gaf ko
ning Ferdinand het bevel tot een algemee-
nen aanval op de Servische en Grieksche
troepen.
Zoodra Sasonof, de Russische minister van
buitenlandsche zaken, van liet verbond tus
schen Oostenrijk Hongarije en Bulgarije ver
nam, besloot hij Bulgarije door Roemenië
te vervangen. De Russische en Franscho di
plomatie stelde Roemenië voor in den strijd
tusschen de bondgenooten tusschenbeide te
komen en Roemenië aanvaardde dat voorstel
op voorwaarde dat het een deel van het
Bulgaarscho grondgebied, gelegen tusschen
de Donau en de lijn Toertoekai-Baltsjik zou
krijgen. Toen Roemenië nu zijn leger mo
biliseerde, gaf prins von Fürstenberg, de
Oostenrijksch. Hongaarsche gezant te Boe
karest, de regeering te kennen, dat het Oos-
tenrijksch Hongaarsche leger de Roemeen-
sche grens zou overtrekken, als het Roe-
meensche leger do Donau overstak.
De Roemeensche regeering zat met het
geval verlegen en vroeg raad te St. Peters
burg, Parijs en Berlijn.
Rusland en Frankrijk bevreesd voor een
Europeeschen oorlóg, talmden met een ant
woord, doch Duitschlau^ gaf dadelijk te ken
nen het niet eens te zijn met de plannen
van Oostenrijk Hongarije. Keizer Wilhelm
seinde koning Karei dat liij zich kon be
schouwen als mandataris van Duitschland
in het geschil, en tegelijkertijd gaf hij kei
zer Frans Jozef te kennen, dat Duitschland 1
zijn bondgenoot tegen Rusland niet zou stvu-
nen, als deze zich niet onzijdig hield in
den oorlog tusschen de Ijondgenooten.
Zoodra dit te St. Petersburg en Parijs
bekend was geworden deelden Rusland en
Frankrijk de Roemeensche regeering mede,
dat zij zonder zich om Oostenrijk Honga-
nje te bekommeren, tusschenbeide kon ko
men.
NIEUWSTE TAKTIEK-
Onder dit opschrift schrijft de Nederlan
der:
Dezer dagen zond een lezer van ons blad-
ons twee uitknipsels. Eén uit een rechtsch
een tweede uit een linkseh blad. Ze stonden-
terzake van eenzelfde Kamerzitting, vierkant
tegenover elkaar.
Nu kon dat gebeuren, omdat 't hier een ge
val gold, waarbü tweeërlei opvatting rnoge-
lyk was. Maar slag op slag treft u de volko
men valsche voorstelling in de vrijzinnige
pers van heel eenvoudige, voor ieder duide-
lyko feiten.
Zoo bijv. het feit, dat de beer Pleyte als Mi
nister zijn concentratie-denkbeelden eenvou
dig ter zijde zette
Op het voetspoor van den heer Tydeman
in de Kamer, heeft de vrijzinnige pers dit fe't
eenvoudig verdonkeremaand, 't weggepra'
achter allerlei woordspelerü. Vooral de „N.
K. Ct." is vernuftig, op dit punt byna even
aart zy den heer Fook.
Maar ook de Nieuwe Crt.. kent die practy-
ken als een prik. Zoo ontkende zü onlangs
zelf, dat er van een campagne tegen Itlen-
burg mocht gesproken worden. Maar nu ber-
innere men zich eens de eerste woorden, die
dat blad over den heer Pleyte schreef, toen
hy pas opgetreden was. Als Concenitratie-
candidaat „heeft hij zich over den „Christe
lijke" koers in Indië in zeer scherpe bewoor
dingen uitgelaten," zoo schreef de „N. Ct."
en zy voegde erbij: „van langen du&r zal tie
samenwerking tusschen hem en den tegen-
woordigen gouverneur-generaal dan ook den
kelijk niet zijn.'
Nu tapte zü uit een ander vaatje. Ny ver
blijdt zy er zich over dat samenwerking mo-
gelyk leek, nu herinnert zy zich blykbaar
niets meer van de „zeer scherpe bewoordin
gen" over den „Christelyken" koers; nu hoont
zy den heer Van Veen, die aan zulke bewoor
dingen herinneren durft.
Eu tot toppunt van deze akelige draaierij
durft zy dan nog schrijven:
Met liet Indische debat is bet niet zoo
glorieryk voor haar (de rechterzijde) r.
geloopen als men zich dat in 6omuf "e
kringen voorgesteld had. De nieuwe f i-
nister van Koloniën bleek haar te slim
af en handhaafde zich op eigen vryzinng
standpunt zonder haar stof te leveren
voor blaam of smaad aan het Kabinet.
Men is aan de rechterzijde niet hard op
geschoten met den eersten aanval en
voelt behoefte dit in te balen.
Is bet te verwonderen, dat wie alleen do
vrijzinnige pers volgt welke zoo goed als
nooit van onze argumenten notitie neemt,
en ze slechts bij uitzondering en dan vaak
nog incompleet aan haar lezers voorleegt
is het te verwonderen, vragen wij, dat trouwe
lezers van zulke bladen van de rechterzyde
geen goed woord meer gekloven?
En toch wordt deze pers nog maar al te
veel door mannen van rechts gesteund.
Voelen zy niet wat hun beginsel in dezeD
van hen eischtï"
Tot zoover de Nederlander.
't Teekent alweer precies, dat wü dag aan
dag van de tactiek der liuksche groote bladen
zeggen.
Daarom ie echter ook het opschrift met
juist! De tactiek is niet niouw maar oud,
alleen wordt ze in den laatsten tyd wat stren
ger toegepast
Staking aan het abattoir te Amsterdam.
Men meldt ons uit Amsterdam Gisterenochtend
Ls order dc loonslagers wan de varkensslachterij
aan het abattoir een staking uitgebroken, mar
aanleiding van een besluit van de patroonsrer-
een.iging om het si-echten in eigen beheer te
nemen. Door deze maatregel worden ongeveei
17 arbeiders overbodig, terwijl de overige, een
20-tal, een loonderving hebben van plm. 8000
per jaar.
Ook do werktijd zou zeer verlengd worden
Aanvankelijk was reeds door de afdeeLing
van den R. K, on Ned. Slagersgezellenhonden
getracht met de werkgevers in contact g-eko-
Kicolaasgeschenken
Mejuffrouw Sterk, kasteleines in de Vergul-
'le Flcsck, zat ah naar gewoonte in haar woon-
'ertrek dat aan de gelagkamer harer herberg
e-rensde en rekende met een boer af. Terwijl
tjj zyn rekening nazag, staarde de eenvoudige
landsman door het raam in de gelagkamer, die
er zeer kostbaar en prachtig uitzag. Het buf
fet was geheel van mahoniehout en blonk dat
het eeu lust was om te zien. Op de planken
Prijkten een menigte kristallen karaffen met
versehillendo likeuren en vele fijn geslepen
^oe-mer-s en kelken. Een groote spiegel daaiach-
l^r geplaatst verdubbelde al die pracht en deed
®ar nog meer in het oog vallen. Daar tegen^
hgen een aantal vaten en tonnetjes van
den*" geschilderd eikenhout met koperen ban-
Iruite^ koperen kranen, en de groote venster-
|der na'liJVliard0or de stralen der avondzon liel-
'®en zoo Vi'"n"en vielen, gaven aan liet geheel
°°li.ik en schitterend aanzien, dat dit
goede man onwillekeurig uitriep: „Maar mijn
lieve juffrouw Sterk! waar krijgt gy toch het
geld vandaan om dat alles te bekostigen»"
Juffrouw Sterk zag den onnoozelen hals mot
een spottend gezicht aan en schoot in zulk een
hartelijken lach over zyn verwondering, dat de
boer er geheel van bedremmeld was. „waar ik
het geld vandaan krijg?" vrotg zij. „Wel van
e centen, die honderden gekken mij dagelyks
m huis brengen. Waarvan anders, man?"
Toevalligerwijze opende op hetzelfde oogen-
blik dat zei dit zeide\, Laura, de dochter van
juffrouw Sterk de deur der gelagkamer, waar
zy eenige klanten bediend had, en zoo bereikten
de zoo even gesproken woorden het oor van een
knappen ambachtsman, die dicht bij de deur
aan een tafeletje st-ond te wachten op een glas
jenever, dat hij besteld maar in de drukte niet
gekregen had. Het w-as of de man onthutst
werd bij die woorden. Hij wierp een opmerk-
zamen blik op de lieden die naast hem stonden
en met hetzelfde oogmerk als hij gekomen wa
ren. Hy zag er velen met ingevallen kaken,
bleeko aangezichten en havelooze k Lee der-en.
Vervolgens zag hij den prachtigen winkel
rond. Hy wierp een blik door de onenstaando
deur der huiskamer eu zag ook daar prachtige
schilderijen, fraaie spiegels, kostbare meubelen
si ion klavier, waaraan Laura, de dochter des
huizes, in een zijden kleed gedost, zich plaatste
en waarop zij begon te spelen. „Ja, zeide hij
bij zichzelf, dat moet veel geld gekost hebben.
Wat is dat toch vreemd. Hoe komt het toch
dat iik zooveel armoede en ellende aan mijn
rechterhand en zooveel pronk aan mijn Imker
ij ad zie?" Een tijd lang st-ond hij in diep na
denken verzonken.
„Wel, wat is er van uw dienst?" Deze woor
den met een schelle stem tot hem gericht, deden
Knip zoo heette de man uit zijn mijme
ring ontwaken. Hij z£>g op. Juffrouw Sterk
stond in eigen persoon voor hem, even fraai
gekleed als hare dochter.
„Voor vyf centen jenever, juffrouw," zed de
man, terwijl hij naar de toonbank ging. Hy
telde het geld neer en zag de kasteleines met een
glimlach aan. „Daar zyn de centen, juffrouw!
voegde hy er by, die een gek u zoo dikwyls
gebracht heeft. Het zijn de laatste, die ik in
Jangen tijd denk to betalen."
Knip snelde naar huis. Zijn vrouw en twee
dochtertje» zaten to werken. Zjj zagen ex bleek
en vermagerd uit, omdat zy geen goed voedsel
kregen. Het kleine vertrek liad een armoedig
voorkomen, en er lag zoo weinig vuur in de
kachel, dat men de warmte nauwelijks bespeur
de. Niettemin stond men verwonderd over de
ord© en de netheid, die men overal waarnam in
de rangschikking van tafel en stoelen, in het
zuivere wit d.-er muren, en het heldere zand,
dat op den vloer gestrooid wa-s,
„Dat is een vergissing, meisjes" zeidie de moe
der, dat wij vader van avond zoo vroeg thuis
zien," en zag daarbij haar man aan.
Deze stond voor de tafel, richtte zijn oogen
van het eene kind op het andere, en zich ver
volgens in den ouden leuningstoel nederzetten
de sprak hij glimlachend:
„Wel meisjes, zijt gij niet blijde dat vader
weer thuis is? Nu Leent je, nu Grietje, kunt
gij de naald niet wat laten rusten, niet een
oogenblik opzien en uw-vader een zoen geven?
O, jawel, riepen de kinderen en sprongen
tegelykertyd op om haren vader te kussen.
Maar, vaderlief, wij hebben liet ook zoo druk,
j zeide Leentje, terwijl zy haar schraal gezichtje
tegen zijn wang drukte, en zij ging fluisterend
voort „deze overhemden ziin de laatste van het
dozijn, dat wij voor mynheer Martens moeten
m-aken. En morgen, voegde Grietje el bij,
terwijl zij haar handje in die van haar v-adeé
legde, morgen wilden wij onze zieke tante be
zoeken en daarom werken wij vandaag zoo hard
ais wij kunnen, want moeder heeft beloofd, dat
het werk Maand-namiddag klaar zou zijn.
11-oe zien uw oogen zoo rood, ivaije? zeide Knip
tot zijn vrouw. Werkt- gij ook al te "-rr: azars»
licht? Of hebt gij geschreid? Glimlachend ver-
zekerde Aafje met een geruststellend hoofd
schudden, dat het werk hare oogen niet schaad
de, en tegelijkertijd keerde zy zich om en wenk
te haar kleine jongen om bij haar te komen.
„Vv at is dat. Hendrik? zeide zijn vader. Wat
doet gy daar in dien hoek? Ziet gij niet dat
moeder u wenkt; kom eens hier en.zeg my, wat
gij gedaan hebt? Nu vader, beknor hem maar
niet meer, viel de moeder in, wy zullen maar
niet meer spreken over hetgeen gebeurd is.
Goed hernam Knip, terwijl hij den knaap tot
zich trok, maar ik wil het toch weten. Kom
Hendrik, ik zal het u vergeven, maar zeg my
eerst, wat is er voorgevallen? Hendrik was eeu
ronde jongen; hy ging naar zijn vader, zag hem
«"beschroomd in de oogen en zeide„De bak-