Slobkousen. Si tv. Sivee/n^/se/v m arrsyorissf27. Winfe^pantoffels, STADSNIEUWS. Letteren en Kunst Amsterdamscho justitie met dit voor Wijn oogst bezwarende materiaal in kennis ge steld. Vrijdag heeft de officier van' justitie te Amsterdam, zoovel aan den officier te iWeencn als aan de politie-direstie, por draad do gevangenneming en uitlevering van Wijn oogst gevraagd, welke arrestatie Zaterdag morgen heeft plaats gehad. Uit zijn woning- naar het politiebureau gebracht, werd hem aldaar zijn aanhouding medegedeeld. Bij liet onmiddellijk daarop gevolgde ver hoor, werd hem de vraag voorgelegd, waar voor het grootc quantum vergif gediend had. Steekhoudende gronden kon hij hiervoor niet aanvoeren, terwijl hij moest toegeven in dc laatste jaren zich nimmer meer met foto- grafecren te hebben bezig gehouden, ja zelfs bekende geen toestel te bezitten. Ten overvloede verklaarde hij, ook vroeger als amateur-photogvaaf nooit cyankali to heb ben gebruikt. Naar dc verblijfplaats van het vergif gevraagd, antwoordde hij, het te heb ben weggeworpen. Wat het in Amsterdam voorgevallene aan gaat, Wijnoogst ontkende daaraan debet te zijn; hij herhaalde zijn bewening, het mis drijf oiimogelijk te hebben kunnen begaan, daar li ij pas op den avond van den lO-len November Weencn verliet om zich'naar Leip zig te begeven, eon bewering, die echter, ook door getuigen, zonneklaar als onjuist bewezen is. Kort vóór zijn vertrek naar Leipzig moet hij een groot bedrag- aan geld ontvangen hebben. Uit Weonen wordt ons geseind Tot het instellen van een onderzoek in verband met de aanhouding van H. Wijn oogst hebben dc Amstcrdamsehe politie-au- toriteiten den inspecteur van politie Harre- bomec naar Weenon gezonden. De intus- sohen door de Wcensche recherche gedane onderzoekingen hebben evcuwci reeds ver schillende bezwarende omstandigheden aan den dag gebracht. Men zou 11.1. ondanks dc positieve verklaringen van den verdach te dat hij zich toen de vergiftiging plaats vond, in Leipzig ophield, mot zekerheid heb ben kunnen vaststellen dat; deze toen gedu rende korten tijd in Amsterdam vertoefde. Een den lOden November aan zijn broer gericht telegram mot de afstempeling Leip zig zou slechts ten doel hebben gehad oen kunstmatig- alibi te scheppen. Een ilinke elevator. Men schrijft uit Middelburg aan de Msb.: Al is de liaven- beweging in onze stad van goene grootc betcekcnis, toch heeft Middelburg thans op het gebied van schepenlossen een hulpmid del gekregen, dat tot nu toe in geheel Ne derland niet in gebruik is en geheel onver anderd zelfs in geheel Europa niet. Wij be doelen een eicel rischen elevalor welke niet de waren uit do schepen met bakken, of scheppen naar boven brengt, doe.li die er. op berekend is zware zakken en balen aan wal te brengen. De elevator, welke kauwor den verplaatst, bestaat voornamelijk uit twee doelen, welke ieder voorzien ziju van twee kettingen zonder einde, terwijl deze kettin gen worden verbonden door staven, die dus als het ware een beweegbare trap vormen. I)e balen wij zagen baaltjes kunstmest van 100 K.if. naar boven brengen wor den in liet ruim tegen den trap aangezet en ongeveer 18 seconden liggen zij aan den wal in den wagen, dia onder den elevator is geplaatst. De hier geplaatste wordt door edoolrisehc kracht gedreven, doch ook een benzinemo tor is gemakkelijk in de machine te plaat sen. De bediening van dozen elevator is hoogst eenvoudig, wij zagen een gewonen pakhuisknecht daarmede bezig. De elevator is voor do Naauil. Venn. Zeeuwsche Voeder- en Kunstmosthandol, voorheen S. en "M. Uoogerd, vervaar digd door Brown Portable Elevator Compa ny, te Chicago. I)at zal je overkomen! Een met do Harwichboot gisteren te Hoek van Hollafkl aangekomen reiziger vermiste bij zijn aan-' komst te Utrecht zijn portefeuille met. f (15.000. Hij koerde dadelijk naar Hoek van 6Holland terug, waar het geld aan boord was teruggevonden. De vinder kreeg een ruime belooning. Prins, diplomaat of.... oplichter? Een VTeeind heerschap werd Maandag door een politieagent binnegebraeht in het bureau Stad houderskade, te Amsterdam, meldt bet Hbld. 'fcWas een Fransch sprekend jonginensch, ge-; kleede jas, wit vest, roset in het knoopsgat, die er met-dat-al toc-h wat verloopen uitzag. Een vrouw had hem in de Ferdinand Bolstraat wan den agent aangewezen, omdat do man haar nog geld schuldig was. Ondervraagd ver klaarde het jongmensoh met Franse-hen zwier te hoeten Kdmond Antoino Martin Padorani, ariiste-polntro, geboren te Marseille in 1888. Papieren, had hij bij zich in verbijsterende vcr-clieidenheid. Daar waren er ten name dien naam schijnt hij verleden jaar te hebben gelogeerd in het Victoriahotel alhier. Hij ver dween er roet stille tram, zonder to beta len..... Dan was er een stuk ten name Ohai- vigny, onder dien naam schijnt hij het Pran- sc'ne consulaat alhier te hebben opgelicht. „Agent diplomatique" in Den Haag, was hij volgens weer een ander papier. En dan bleek nog, dat hij gedessorteord moest zijn uit het Fransche leger en dal| men in een plaats in Hongarije met een onuit- sprebclijken naam hem een paar maanden had vastgehouden wegensspionnage. Boe hij aan ai die papieren kwam? Gevonden, op straat, beweerde do prins- di plomaat-artis te. Zijn zwak voor mooie, namen schijnt te zijn geëvenaard door zijn zucht naai- „lin tjes". Verschillende rosetton van ridderorden moet hij hier gekocht hebben; in een dei- winkels moet hij zelfs geld tekort zijn gekomen om het begeerde roeetje te betalen. Arme adel. Als vreemdeling zonder middel van bestaan werd hij naar liet hoofd bureau overgebracht. En Hij zou over dc grens worden gezet, daal de politie geen trmen aanwezig achtte hem vast to houden. „Prince <ie Bourbon", die gelogeerd had in hotels te Bern. Weer een ander stuk vermeld de den naam Edmond de Vitlcurbane. Onder Een eerlijk manneke. Bet gebeurde ver- 1 leden jaar St.-Nicnlau's, dat een boodscliaploo- 1 per een net, oud manneke, al vijftig jaren in «ie zelfde betrekking, bij een dame een pakje chocolade ter waarde vau 2 moest bezorgen. Hij had nog nooit con cent te weinig thuis gebracht, was geacht om zijn stipte eerlijk heid. En nu bij zijn thuiskomst, ontbraken tot zijn ontsteltenis.... 2. Misschien had mevrouw dc chocolade niet behaald?.... En hét, man neke haastte zich terug naar de dame, die zich. ook niet wist tc herinneren, of zij betaald had, doch in ieder geval hem dc schade nieit wild© loten lijden. Daarom stuurde zij hem met twee gulden heen. Toen was hij ten minste voor zijn baas ge holpen Maar was hij nu wel eerlijk geweest Die ge dachte plaagde hem een heel jaar lang, liett hem maar geen rust tot dat een gewichtige dhg de 9c December aanbrak. Want hij be hoorde tot do ouden van dagen, die do twee gulden rente mochten gaan halen, En toen haastte hij zich naar do dame om restitutie, te doen, om zijn oude schuld wrant zoolang hij zich niet gerust gevoelde, meende hij schul dig te zijn te gaan voldoen. MANNEN ADEL. Zooeven gewerd mij do 2o aflevering van den Vierden jaargang van „Manncnadel", en hef! was waarlijk met een gevoel van vreug de, dat ik nog' voor het openslaan voelde, hoe langzaam, maar zeker liet maandschrift in omvang gaat toenemen: niet minder dan 48 bladzijden worden thans in eeno aflevering geboden I Maar toon ik vluchtig den inhoud doorliep en van zelf daarna door verschillende artikels tot ernstig lezen werd gebracht, voel de ik die vreugde, merkbaar stijgen. Want, niet alleen in omvang, ook in actualiteit bij de keuze der stoffen, in degelijkheid en we tenschappelijkheid overtreft deze aflevering haar voorgangsters. Het zou mij verwonderen als niet idle ern stige lezers van Manncnadel overkomt, wat mij zelf gebeurde, dat zc in een adem de 48 bladzijden rnet steeds klimmende belangstel ling doorlezen 0111 daarna onwillekeurig to zeggen: „Geleid door zulk een tijdschrift moet do actie van Voor Eer en Deugd in Nederland snellen voortgang maken, moeten noodzake lijk velen zich opgewekt gevoelen ook in het openhaar aan den strijd voor de vcrzedelij king van ons volk deel te gaan nemen. Wie immers gevoelt niet liet hooge nut, den diepen ernst uit ondervinding geput, neer gelegd in den open brief van Dr. Geolen en Pröf. Timmermans? Wie bewondert niet het zukel ijke, eenvoudige, maar daardoor zoo waro aartikel over de moderne, onzedige dansen van de hand van Pater Stofcs? Wie voelt zich niet met nieuwen moed bezield wan neer hij de verslagen ziet van do pasbegon- nen werkzaamheid op het gebied van de be strijding van do openbare zedeloosheid te Breda, Den Bosch en andere plaatsen? Het zoude nutteloos zijn nogmaals het booge prak tische nut te roemen van do artikelen over de wijze van werken, zoowel voor het bestuur als voor de leden dei- afdeelingen. Het zal een troost voor do ijverige redactie zijn, wanneer ze voortdurend meer vruchten van haar werkzaamheid, van haai' moeite- vollen, dikwijls onverkwikkelijben arbeid mag zien. Maar daarom ware het ook to wenschen dat do Boomsche mannen in Nederland meer nog hunne belangstelling in dit werk gin gen toonen en die belangstelling openbaarden door het nemen van een abonnement op dit tijdschrift: het voortdurend lezen zal ze wel dra! tot ijverige, vurige propagandisten maken. H. v. E. R. K. Pz. Rcmbandt's tempermes? De „N. R. Crt." bevat deze mededteemng Wjj ontvangen het volgend bericht, dat wij onder voorbehoud opnemen. Hedenochtend is in publieke veiling te Am- sterdam verkocht bet ivoren tempermes, een paletetok van Rembrandt, met bjjbeheorend document, ondertedkend door verschillende 17- en 18-eeuwsche schilders, waaronder .T. Ruys- dae>l, Gonst. Netscher en J. van Gooi, Bet do cument bevat het volgende verzoek van Ruya- dacl „Op Puhlicq Vandu rn Amserdam Anno 16(19 is door meyn gekogd een kast vól airoogche Verwstofven en Veyn gevreeven gr. Wit en Oker in pot en bktassen en die bij 't solve oock dit yvoor tempermes <fe Schildpad gtokeic ckoomende uyt t rest.and inboedel van Rem brandt van Ryn Hai-mz. Dit waerd bij den Requamen Konsd schilder yder dag in 't ge- bruick en sol tot Seyn Respect door meyn. be- waerd bleyven en de besidter dees versoocken- de alzoo te onder sehreyve». HasTlem den 14 May Ao. 1670^ J. RUYSDAEL. Naar wij vernemen zou het document met bijbeboorende voorwerpen vcor een Engolsche verzameling zijn aangekocht. De stukken hebben 75 opgebracht. DA VINCI'S „AVONDMAAL" BIJ KUNST LICHT. Ieder vreemdeling, die de hoofdstad van Lombard ij c bezoekt, wordt onweerstaanbaar heengetrokken naar de wondere fresco-schil dering, van Leonardo da Vinci in het refec torium dm- monniken van het klooster Del- lo Grazie. Zooals men weet Is het aan den geduldi- gen en kundigen arbeid van den beroem den professor Oavenaghi gelukt, den drei genden ondergang van het kunstwerk te gen te houden, door de verf-schilfertjes vol gons eeno door hem uitgevonden methodo tegen afblatton te behoeden. Sinds dit in de reisgidsen ver méld werd, is liet aantal bezoekers aanmerkelijk ge stegen zoodat do staat, die 1 lire entree beft, er jaarlijks 50.000 lire beurt. Toch was nog menig bezoeker teleurge steld, als hij het ongeluk had juist op een van die nevelachtige dagen, welke in het Milaanschc klimaat gedurende do winter maanden dikwijls voorkomen, de zaal te be zoeken. Hij kon dan onmogelijk de schil-, dering in haar volkomen schoonheid genie ten. Daaraan is nu, zooals de „K. Z." weet te berichten, voor goed een einde gemaakt door eeue kunstmatige belichting, welke de laud- seli apschi ld er Pietro Chiésa heeft uitgevon den. Door het op Vernuftige wijze plaatsen van gekleurde schermen en het aanbrengen van elcctrische lampen bij het venster, waaruit de zaal haar licht ontvangt, komen alle de tails der schildering volkomen tot hun recht, terwijl het natuurlijke licht in het geheel niet gemist wordt. Msb. POVINCIALE STATEN VAN NOORD HOLLAND. (Vervolg der zitting van gisteren). Na de pauze was aan de orde het voorstel van den heer Dr. D. van Embdeu, tot wijzi ging van de huishoudelijke reglementen der krankzinnigengestichten Meerenberg en Duinenbosck. Do heer van Tienen wenselit te spreken als Statenlid en niet als voorzitter van de Commissie van Toezicht op 'het gesticht Meerenberg, desniettemin gebruik makende van de ondervinding in die-functie opgedaan. Do redeneering dat. beide gestichten pro vinciale krankzinnigengestichten en dus beide dezelfde bestuursorganisatie moeten hebben, zoh opgaan als bet werk aan beide gestichten verbonden, hetzelfde was. Dat is niet zoo. De commissie van Dninenbosch kan het werk gemakkelijk afdoen met éénmaal in de veertien dagen te vergaderen, die van Meer- en-berg vergadert elko week een vollen dag. Spr. acht de Tegenwoordige bestuursorgé- nisatio van Meerenberg een zeer gelukkige, en zet dat uitvoerig uiteen. Wel zij'' er scha duwzijden aan het stelsel, o.a. het langzaam afwerken, maar spr. vraagt of die schaduw zijden van zooveel belang eiju om een odium te werpen op dit bestuurscollege. Dit lichaam I dat, zooals betoogd is, „in een museum van 1 antiquiteiten thuis behoort", is liet mogen gelukken, dat Meerenberg een eereplaats in haar genre inneemt niet alleen onder de ge stichten van Nederland, maar ook van Eu ropa. Het staat geheel op de hoogte van on zen tijd. Spr. heeft geen bezwaar dat een lid van Gedep. voorzitter van het college is, maar spr. heeft bezwaar tegen den noodeloozen band, die de SI aten sneb oplegt dooi- te be palen. dat leden, lid van de Staten moeten zijn. Ongemerkt gaat, de voorkeur toch daar heen. Het zal moeilijk zijn om onder de leden immer bekwame personen te vinden, die zich aan de taak willen geven met liefde en voor het geheele leven eu die daarvoor den tijd hebben. Do heer van Embdon waardeert de wijze, waarop zijn voorstel door Ged. Staten is behandeld. Volgens spr. belmoren de Staten meer zeggingschap in bet bestuur van hot gesticht te hebben. Verder acht Mi het wen- ■scliclijk te bepalen^ dat iniinstens twee leden lid der Staten zijn, waardoor voorko- men wordt, dat geweigerd wordt een geschikt persoon, ómdat ij lid dei- Staten is. De heer d e .Tong S c li o u w e n b u rfc meent, dat do veiligheidsklep aan één zijde is. Hot is gewenscht deze ook aan te bren gen van de andere zijde. Op hot «ogenblik is ons collego wellicht gelukkig samengesteld. Maar de stembus is grillig en het kan ge- beuven dat er een samenstelling komt met niet zoo geschikte personen of wellicht ge schikte maar met weinig vrijen tijd. Spr. is er tegen de Staten aan banden te leggen. De heer Thomassen, rapporteur, verde digde de voorstellen der commissie. De heer Fabius hoeft geen bezwaar om verandering in bet bestuur van Meerenberg aan te brengen, als bewezen wordt dat er aan het tegenwoordige stelsel gebreken kleven, welko gebreken worden opgeheven door een nieuwe bestuursorganisatie. De beer KI eerekoper handhaaft zijn uitdrukking dat bet huidige colege in een museum van oudheden thuis behoort. Het oude stelsel van benoeming wordt thans al gemeen verlaten. Bovendien heeft men ook te zorgen behalve voor de belangen der pa tiënten, voor die der verplegers. De heer Quarles van TT f f 0 r d e.a. stel len een amendement voor om een commissie te benoemen, bestaande uit minstens vijf le den en hoogstens negen leden met één lid van Ged. Staten als voorzitter en de overige al of niet leden der Prov. Staten. De heer Qn a r 1 e s van U f f o r d verde digde dit amendement. De heer Ketelaar bracht onder applaus der vergadering hulde aan de commissies der beide gestichten voor hun werk in hét belang der gestichten. Maar spr. meent dat bet stel sel verouderd is en toont aan dat immer de wen,se,h is geweest om een zoo vast mogelij ken band te loggen tussehen do commissies en Gedep. Staten en Prov. Staten. Deze be doeling beeft ook bij dezo regeling voorge zeten. Er zal gebruik gemankt worden van over gangsbepalingen om daardoor -persoonlijke gevoeligheden te sparen. De vrees dat er geen personen voor geschikt gevonden worden^ deelt spr. niet,. Tegen het amendement van den heer Quar les van Ufford lieeft spr. het bezwaar, dat immer weer een afzonderlijk debat zou ge voerd moeten worden over het aantal perso nen dat in de colleges zal zitting hebben. De beer de Jong Schouwenburg ver dedigde het amendement; van den heer Quar les van Ufford. Het voorstel van den heer Quarles van IJfford werd verworpen met 39 tegen 30 stemmen. Hierna nemen God. Staten de bedoeling van het voorstel der commissie over, en wordt het voorstel van de Gedep. aangeno men. De gestichten worden dan bestuurd door een commissie van vijf leden, met periodieke aftreding, met één lid van Ged. Staten als voorzitter; door de Staten worden de vier overige leden benoemd, waarvan tenminste twee uit bun midden. Het voorstel der commissie om de direc teuren der gestichten te doen benoemen door Provinciale Staten op voordracht van Gede puteerde Staten, werd verworpen met 46 te gen 20 stemmen, waarna het voorstel van Ged. Staten wordt aangenomen om de direc teuren te doen benoemen door Ged. Staten. Goedgekeurd werd dat de bezoldiging der hoofdambtenaren worrlt geregeld door de Staten. Ook werd goedgekeurd dat het ver der personeel wordt benoemd door de com missies, die ook de tractementen, ondergoed- keuring van Ged. Staten regelen. Ged. Sta ten namen hierbij de lezing van de commis sie over, welke als volgt luidt: het verder personeel wordt benoemd door de commis sies, die ook do arbeidsvoorwaarden, inbe grepen de Iractementcn, onder goedkeuring van God. Staten, regelen, met inachtneming van de bepalingen van een door de Stater te dezer zake vast te stellen algemeen regle ment. Prof. van Embden pleitte voor <k instelling van een -scheidsgerecht. De heer Ketelaar verdedigde dc hou ding der meerderheid van Ged. Staten. Deze voelt voel voor een scheidsgerechtde .min derheid van Ged. Stalen voelt er nie.ts voor j Gestemd wordt over het voorstel der eoui missie om een scheidsgerecht in te stellen Het werd aangenomen met 52 tegen 11 si. I Na eenige discussie werd het voorstel om aan de vereeuiging Centraal Israëlietisch Krankzinnigengesticht in Nederland voor de uitbreiding van baar gesticht te Apeldoorn aangenomen en werd daarvoor 500,080 voor schot verleend onder bepaling, dat zij 140 bedden voor patiënten uit de proviaaie be schikbaar moet stellen. Bij het voorstel tot het aangaan van een overeenkomst inzake de verpleging van krankzinnigen met „Het Geneeskundig ge sticht voor krankzinnigen te Utrecht", vraagt 1 de lieer W i b a u t welke bezwaren er zijn I tégen een controleerend bezoek in de gestich ten. Moet de psychiater gehoord,worden, dan vervalt de kracht van alle controle. Hij vindt dio voorkennis niet noodig. De heer Boreel v. Ho ge land en ont- Iraadt deze bepaling namens het college vun i Gedeputeerden. Na uitvoerige discussie drong de heer W i- bant niet langer aan op vastlegging in hét contract van zijn verzoek. Hierna werd de agenda afgehandeld t<>< aan het voorstel van de hoeren Gerhard e.s. om het openingsgebed voor de Statenzitlinj af te schaffen. De heer Gerhard meende niet voel be hoeven te zeggen om zijn voorstel te verde digen en zeide to zullen afwachten of wel licht bezwaren tegen zijn voorstel zou worden aangevoerd. Prof. Fabiue ontleedde dc memorie van toelichting des heeren Gerhard om het gebed af te schaffen. Het-schijnt dat een kleine min derheid listiglijk wil tot stand brengen wat zij als meerderheid al dadelijk zon doen. Men moet onderscheid maken tussehen handelin gen, die een college doet als zoodanig er tussehen die, welke de leden individueel doen. Met een woord van hulde zullen ook uiu altijd nlle leden instemmon. In een gezin, waar do vader voorgaal, kunnen ook U-den zijn dio niet met dat gebed instemmen. Spr. verwondert zich erover dat nu ooi' voorstel komt tot afschaffing, waar een dra gelijk voorstel in 1902 met 54 tegen 17 stem men werd verworpen en liet college niet veel verandering heeft; ondergaan. De eerbied, die de lieer Gerhard betuigt voor liet gebed var anderen, moest hem doeu besluiten mn zulk een voorstel niet tc doen. Dc heer P. Beym er onderschrijft hel priti cipieel betoog van den heer Fabius, on voi der wjjst spr. er op, dat bet niet gaat om invoering van iets nieuws, maar behoud vai iéts dat bestaat. Toen er sprake was om in den Amsterdamscben Raad het gebod af t< schaffen, verscheen ook in liet Algemeen Handelsblad van 28 October een artikel waarin de schrijver onderscheid wensclile k zien gemaakt tnsschen een bestaanden en eei nieuwen toestand, en adviseerde tot behoud. De beer Matt hijsen onderschrijft, het geschrevene door den heer Gerhard en wij. f er op dat in de Tweede Kamer, toen daaf een Rcchtsche meerderheid was, ook geen pogingen werden gedaan het gebed in te voe ren. Men is bang om met een bestaande go woonte te breken dat is 't eenige. Het is een teeken van achteruitgang van het geloof, zon men kunnen neggen. De heer Gerhard verdedigde zijn v.oor- stel en vroeg o.a. van de verdraagzaamheid der voorstanders om niet te vorderen, dal menschen, die het niet eens zijn, gedwongen worden een houding aan ie nemen, wnarvooi zij niet het minste voelen. Ook deze spr. weo« er op dat in de Tweede Kamer geen pogin». gedaan is om het gebed in te voeren. De heer F a b in s gaat do formule na waarmede de Staten geopend wordt en acht de opnemiing in die bewoordingen heel na tuurlijk. Het voorstel-G e r h a r d om het gebed ai te schaffen, wordt v er w or p en met 41 Ie gen 20 stemmen. Na afhandeling der- overige punten dei agenda, welk tot geen discussie aanleiding gaven, werd aan Ged. Staten machtiging ver leend tot het aangaan-van een leerimg om te voorzien in de behoefte aan kasgeld op dez dienst 1914, en werd wegens het vergevor derde nur dc -vergadering verdaagd to\ Woensdagmorgen. Tn deze zitting zal enkc' het punt aan de orde komen tot verdediging der hooge gronden te Muiderberg. met de toekomst voor zich te laten zorgen, i „Het schijnt mij toe dat ik u altijd al ge—j keud heb, mijnheer Yeldham, zeide het meisje terwijl ze wandelden over den zachten bo- j deni. „Ik denk, dat dit komt omdat u zooveel op mijn lieven Helen gelijkt, en ook misschien omdat 11 mjj het eerst is verschenen als een echt. ridder, die een in ongelegenheid verkee- reude vrouw ter hulp sne.lt." „Ik zou kunnen wenschen, dat die ongele- genh-eid een grootere was geweest." antwoord de Hector zonder zijn woorden zorgvuldig te kiezen: liet «ogenblik daarna, toen het te laat was, hod hij al spijt over zijn voortvarend heid. Er was geen bijgedachte in zijn geest geweest, toen hij sprak. Om een verborgen gedachte te willen lanceeren, was aller minst zijn bedoeling geweest, en toch wierp gezellin op hem een vluggen blik die huik gal' ofwel van verontwaardiging ofwel vau achterdocht. Hij .was hier niet zeker yau', "'aar de woorden, die er volgden op en «lik, eu de loon waarop ze wer-den uitge- «jm o ren, riepen alle twijfel en vrees weer in 1 (r', kü> als knellend gewaad ge il ui ei. Ie het laatste halfuur van zich had af- ge worp ij. „\v naioiïi1 j oeg zij, en haar stem klonk koud eu helder als de klank van staal. Js n hierheen gekomen, als een Brui Qniehotte om windmolens te bevechten? Uit welke grootere ongelegenheid dau het gevaar van mijn lief „Doggie" to verliezen kondt u mij met eenige mogelijkheid gered hebben?" 1 Zon.J. j- 11 ilatei trachtte Hector ziin voortva rendheid goed te malven, door er eens mee te laciien. „O, ik had geen bijzondere ongele genheid op liet oog," antwoordde hij. „Het was een lieel gewone beleefdheidsformule. Het zou natuurlijk ongerijmd zijn, te meeneii Lady Madge, dat u mijn nederige hulp ooit zoudt kunnen behoeven in eene werkelijk ern stige moeilijkheid! Ik veronderstel, dut u in een moeilijk geval u zelf wel zoudt weten te redden." „Daar li ebt u gelijk in," was het antwoord, waarin een glimp doorschemerde van wan trouwen, dat meer behendig achter de waar heid wildo komen, dan openlijk uitdagend optreden. En toen Heoior er niet verder op inging, liet de sehoone meesteresse der Abdij baar plotselinge kwade luim varen, en" kreeg weer e enigszins haar vorige vriendelijkheid terug. Doch er was een wanklinkende enaar aan geraakt, en of het nu was, dat Hector niet langer geheel op zijn gemak was, ofwel dat Lady Madge zijn herroeping in haar hart niet had aanvaard, de zoo gunstig begonnen vertrouwelijkheid vorderde niet verder. Als een hoffelijke gastvrouw vervulde zij haar belofte, hem de oude tuinen te laten zien, maar hun gesprek gedurende het overige ge deelte der wandeling ging niet verder dan over 'bloesems en bladeren, doch over zichzelf en over elkaar spraken zü niet meer. Ze nam afschei-d van hem zoodra zjj de inrij laan be reikt hadden, in plaats van hem tot de mo numentale poort te begeleiden. Zonder twij fel was er een wolkje aan den hemel eeko- men, nog onbeteekenend, maar toch niet te j verachten door een jongeman, die zich zoo even nog overgelukkig gevoelde. „Een leelijko tegenvaller, en alleen mijn eigen domme dwaasheid is er de schuld van, zei Hector bij zichzelf, terwijl hij door do laan ging. „Maar zij ie er in betrokken, oogen- schijnlük althans, te samen met haar vader. Ik ben benieuwd, of die grijze zangeres er ook in betrokken ie. Ze zou in elk geval een eigenaardig figuur maken ale twintigste eeuwsche smokkelaarster". En zie, uit de bosehjes, die er stonden aan weerszijden van de laan, verscheen plotseling niemand minder dan tante Drusilla zelf, met geplooid voorhoofd en vermoeid uiterlijk. Haar met diepe stem uitgesproken groet klonk bijna als een donderslag in Hector's ooren. „Hoe gaat heit met u, Mr. Yeldbanl?" be gon zij. „Laat mij u aanstonds zeggen, dat dit geen toevallige ontmoeting ie. Ik wist dat u een bezoek bracht aan de Abdij, eni ik wenschte een enkel woord met u alleen te spreken. Zoo stond ik op u te wachten. Het is geheel in overeenstemming met wat hier gewoonlijk gebeurt. Er is hier altijd iemand wachtende op iemand anders". Zonder acht te slaan op Hector's conven tioneel antwoord, verzocht de oude dame hem met ©en handgebaar, zijn weg te vervolgen, en begon met f linken stap naast hem voort te loopen. „Ik houd heel veel van mijn nicht", aldus ging zij tot Hector'® groqte bevreemding voort, „Madge is het eenige kind van mijn overleden zuster en haar vader is ofwel krankzinnig ofwel misdadig. Waarschijnlijk beide. Ik moet een beroep op u doen, Mr, Yeldham. Wij worden omgeven door spion nen. Ik klaag daar niet over, want er gebeu ren hier dingen, die moeten bespied worden, en indien 'tniet was ter wille van Madge, dan zou ik Lord Purbeck zijn gang laten gaan en hem de kans laten loopen betrapt te worden. Nu kunt gij niet ontkennen, dat gij een spion zijt in dienst van uw blad. Ik mag een domme oude vrouw zijn, maar ik ben Blim genoeg, om dat te zien. Toch geloof ik, dat gij verschillend zijt van den spion, dien gij zijt komen vervangen, want gij maakt den indnik het karakter vtm een gentleman te hebben. Daarom vraag ik u, te gelooven, dat het kind heelemaal niet in betrekking staat tot den moord op .dien armen man, wiens lijk gij gevonden hebt op do kust. Ik zou den schuldige niet willen beschermen, maar ik bid u, betrek er Madge niet in". Hector vertraagde zijn stap, en wandelde een poosje in stilte voort. Hij had tijd noo dig, om deze onverwachte ontwikkeling der zaak te overwegen, vóór hij aan den grooten weg was gekomen. Hij zag aanstonds in, dat, ofschoon Miss Campion wellicht niet goed op de hoogte van de feiten was, zü toch ook niét aan waanzin leed. Hij riep al zijn ver nuft te hulp. „Ik begrqp u niet," zei hü ten slotte. „Op de eerste plaats hen ik niet hiei'heen geko men als een spion, maar alleen omdat Mr. Calloway een oude familiedienetbode was. die het mü waarschijnlijk gedurende rnyne vacantie gezellig zou weten te maken. En daar dit zoo is, ben ik ook zeker niet geko men, om een anderen spion te vervangen. Mag ik vragen, wien u bedoelt. Miss Cam pion?" „Wel, wien anders dan dien Mapleton, die onder hetzelfde dak verblijf houdt als u? Madge en ik spreken niet dikwijls over dezo zaak. Ik houd daar niet van. Maar ik weet, dat zy Mapleton als een soort detective be schouwt en dat zü haar vader tegen hem heeft gewaarschuwd. Lord Purbeck acht het goed, in dit opzicht met haar in meening te verschillen en houdt vol, dat de kerel van niets weet. De opzichter Budge heeft hem, geloof ik, een strik gespannen, en hü be dankte ervoor, om daar in te loopen, maar voor mij bewüst dat alleen zijn slimheid." Hector gevoelde, dat hü reden had tot ont- etemdheid. „Ik kan enkel op mijn woord van eer de verzekering herhalen, die ik u reeds gegeven heb, dat ik nooit of te nimmer Mr. Smyly Mapleton tot vóór kortelings ontmoet heb, en dat ik een oprechten afkeer-van hem. heb," antwoordde hij met eenige warmt© en voegde erbü: „Wat zün bezigheid aangaat, ik weet er hoegenaamd niets van. Wellicht is hii een detective, dat is al wat ik kan zog gen." (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1913 | | pagina 14