DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
i
STADSNIEUWS
ZATERDAG 14 FEBR.
Kinderhuisvest 29-31-33, Haarlem
£ER3T£ S3LAD.
EEN PLEIDOOI VD08 EEN SPOORWEG-
HAVEN TE HAARLEM,
VOOR DE R00MSCHE VROUW.
VRIJDAG 13 FEBRUARI ISI4
30ste Jaargang Mo. ü3S9
Bureaux wan Redactie en Administratie
Intercommunaal Telefoonnummer 1426.
Dit
twee
nummer
bladen.
bestaat uit
agenda.
J. c.
Haarlemsche Alledagjes Ho. 1254
DE LAATSTE DAG OM U AA
TE GEVEN ALS KIEZER IS
per&qnama
RENE KIMME CMUiï
ABONNEMENTSPRIJS*
Pet 8 maanden voor Haarlem
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (Som der gein) - 1.35
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post
Afzonderlijke nummers
1.80
PRIJS DER ADVERTENTIëN*
Van 1—6 regels 60 cent (contant 50 cent). Iedere regel meer 16 ei
Buiten Haarlem en de Agentschappen 15 ci per regeL Bnitenl 20 ct
Reclames dubbel tarief
Dienstaanbiedingen 25 ct (6 regels), driemaal voor 50 ct. (a contant).
,.ra. ...rcsesapaeaMMBBaannan—a=
1000
GULDEN bfj
levenslange onge
schiktheid tot
verken.
'Alle betalende abonné's op dit blad, die In hel bezit eener verzekeringspolis sün, zijn volgens de bepalingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voori
GULDEN bi» lm GULDEN bil flflfl GULDEN bij ft f| GULDEN bi]
verlies van eer |>l|| verlies vat 9 Uil vcrlie3 van ly 11 yhUA
hand of voet I (r UI één oog 9 typ As één duim. U 99 wijsvinger.
400
GULDEN bij
overlijden.
300
15
GULDEN ba
verlies van
één andere»,
vinger.
De nitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Hollandsehe Algemeene Verzekeringsbank" te Schiedam.
I
14 Februari.
overtuigend en bevattelijk: en dat is ze in
derdaad.
Gedocumenteerd, want het betoog, dat
de wenschelijkheid van zulk een haven vast
stelt, gegrond op historische gegevens, is in
derdaad zoo volledig mogelijk. Met tal van
cijfers betoogt de heer Hulswit, dat handel
en nijverheid in Haarlem in de laatste jaren
vooral aanmerkelijk vooruit zijn gegaan, doch
hij merkt ook opdat één gewichtig ding
Gebouw Sint Bavo 8 uur j nog altijd ontbreekt aan dien „gunstig gele-
Hulpspaarbank Schoterkwartier. Half 9gen Spaarneetroom", waaraan in 1912 circa
spaarkas St. Nicolaas (winterprovisie). 30 grootere en kleinere fabrieken werden ge-
Spaarbank. Steuncomité. Inschrijving Coöp.
TeyIer Museum Tentoonstelling van
teekeningen, behoorende tot de kunstverzame
ling van Teyler's museum, portretten, portret-
schetsen en figuurstudies.
VOOR DE MISSIE VAN FATHER STAAL,
C. O.
H.
N. N.
Uit den spaarpot der kinderen
Voor zegen op mijn huisgezin
J. F.
A.
B.
De toekomst van Haarlem ligt niet meer
in de mooie omstreken, in de luxe-reputatie,
jf in de bloemen, maar ze ligt in het toene
men van handel en industrie.
Dat is een stelling, die met het jaar méér
aanhangers krijgt.
Met velen zijn ook wij overtuigd, dat Haar
lem te laat heeft begrepen het groote belang
van de vestiging van een krachtige, energieke
industrie binnen haar gebied, waarvoor de
gemeente dan natuurlijk de gelegenheid en
de faciliteiten moet aanbieden, doch wat
ip dit gebied verzuimd is, wordt in de laatste
jaren met kracht en volharding ingehaald.
De algemeene drang naar een heter ge
bruik van de toch wel in hoofdzaak gunstige
ligging van Haarlem aan het spoorwegnet en
groote waterwegen, is van dit inzicht een
gevolg.
Doch.... nog véél moet op dit gebied ver
beterd en uitgebreid worden.
En hieronder staat op den voorgrond de
stichting van een groote spoorweg- en over-
taadhaven aan het Noorder Spaarne, ter
hoogte van de gasfabriek, verhonden door een
spoorweglijn aan het spoorwegnet.
De heer J. F. Hulswit, de vroegere wet
houder van de lichtfabrieken en directeur
van de Haarlemsche Machinefabriek, heeft
een goed werk gedaan om gedocumenteerd,
overtuigend en bevattelijk, de wenschelijk
heid èn de noodzakelijkheid van zulk een
spoorweg- en overlaadhaven in een pittige
brochureaan te toonen.
Wij noemen deze brochure gedocumenteerd,
houwd, n.l. een goede overlaadgelegenheid,
waar men de grondstoffen, per wagon aan
gevoerd, op voertuig kan overladen, en om
gekeerd.
Met de stukken in de hand zet de heer
Hulswit dan uiteen, dat op dit gemis hij
herhaling is gewezen door officieele lichamen
en- particulieren, en duidelijk wordt gemaakt,
hoe de aanleg van de spoorweghaven aan de
L— i Leidsche Vaart in alle opzichten een f a i-
- 1.1 u r e is gebleken te zijn.
- 1-I Hoe men ooit tot dezen aanleg is gekomen,
- 0.20 is haast niet te begrijpen, wanneer men den
/3.18L heer Hulswit hoort hetoogen, dat de haven
- 2.50 aan de Westergracht „niet alleen geheel on-
- 1-I voldoende is, maar ook dat door het ontbre-
- 0.50 ken van een hetere overlaadplaats groote
- 0.25 schade aan handel en industrie wordt berok-
i kend!".
Trouwens, de Kamer van Koophandel heeft
nooit anders gezegd.
En de gemeente heeft er dan ook geducht
schade van, dat men een spoorweghaven
heeft gemaakt daar, waar er niet het minste
wat van is te trekken:
„Een goed bereikbare spoorweg- en over
laadhaven voor Haarlem", door J. F. Huls
wit, oud-wethouder van Haerlem. Bij de Er
ven Loosjes te Haarlem.
„Zijn zoo zegt de heer Hulswit voor
de verschillende nijvei'heidsondernemingen
de gevolgen van het ontbreken van een
goede sptrorweghaven meer of minder fë
overzien, ook de gevolgen voor de gemeente
zijn niet van belang ontbloot. Kon toch in
alle gevallen overlading te Haarlem plaats
vinden, dan zouden de ontvangsten aan ha
ven- en kaaigelden aanmerkelijk toenemen
en niet zooals nu tamelijk wel op dezelfde
hoogte blijven. Uit de ons ten dienste staan
de gegevens blijkt, dat het. bedrag aan ha
ven- en kaaigelden door de gemeente ont
vangen van 20,369.— in 1904 tot 23,488
in 1912 steeg; een vermeerdering dus van
slechts 15 pet., niet in overeenstemming met
de groote toeneming in bedrijvigheid, die
o.a. blijkt een uit bijgaande grafische voor
stelling, die een beeld geeft van de toene
ming van het scheepvaartverkeer na de
openstelling van de sluis te Spaarndam.
Dat ook de spoorweg de gevolgen onder
vindt van het gebrek aan een goede over
laadplaats, is dunkt ons niet aan twijfel on
derhevig. Niet alleen dat men het spoor
wegtraject verkort door de goederen op
heter ingerichte havens te dirigeeren, maar
een ernstiger feit is, dat men zich zooveel
mogelijk van het spoorwegvervoer tracht
los te maken en waar zulks maar even
kan aan watervervoer do voorkeur geeft.
Zoo werken dus verschillende omstandig
heden mede, die allen wijzen naar de eeuigo
goede oplossing van de vele moeilijkheden,
die zich voordoen, nl. het het maken van
een onmiddellijk van uit het Spaarne be
reikbare spoorweg- overlaadhaven".
En dan stelt de heer Hulswit de vraag:
„Waar en hoe kan nu de zoozeer ge-
wenschte spoorweg-haven gemaakt worden?
Klaarblijkelijk moet de haven daar gemaakt
worden, waar zij op eenvoudige wijze met
de bestaande spoorlijnen in verbinding ge
bracht kan worden en van uit het Noorder
Spaarne gemakkelijk bereikbaar is, zoowel
voor de schepen die uit de richting van
het Noordzeekanaal door de sluis te Spaarn
dam geschut worden als voor die welke
uit de richting van het Zuider-Spaarue ko
men."
De aangegeven plaats is ongeveer in de
nabijheid van het bestaande „Vuilrak", zoo
zegt de schrijver, na ook van den aanleg van
het verbindmgsspoor naar de gasfabriek te
hebben gesproken.
En de heer Hulswit zet dan uiteen hoe
naar zijn meening de haven gemaakt kan
worden:
„Wil men haar tot goede ontwikkeling
brengen, dan is het niet voldoende dat zij
gemakkelijk bereikbaar en van goede spoor
verbinding voorzien is, maar dient ook ge
zorgd te worden voor voldoende opslag
en handelsterreinen, terwijl het tevens van
groot belang is dat in den omtrek industrie
terreinen beschikbaar zijn, waar fabrieken,
die hij een goed water- en spoorverkeer
belang hebben, zieh kunnen vestigen."
Dit wordt wederom op overtuigende en ge
documenteerde wijze uiteengezet, waarhij de
schrijver (het is begrijpelijk!) die gunstige
ligging der Eléctrische Centrale niet vergeet,
evenmin den aanleg van den Haarlemmer
meerspoorweg, den aanleg van een werklie
denkwartier daar ter plaatse, enz.
Wij gillissen hier en dat spijt ons even
wel één zaak, die in dit verhand toch wel de
moeite waard gewe^êi was, althans niet een
énkel woord aan te stippen.
En dat is het volgende: herhaaldelijk is ons
door industrieelen opgemerkt, dat de grond
aan het Noorder Buiten-Spaarne voor den
aanleg van fabrieken wel wat slap is, zoodat
de houw van een fabriek, welke ook, daar ter
plaatse véél duurder zal zijn dan elders.
Wij kunnen niet beoordeelen of dit be
zwaar voor alle industrieën gegrond is en gel
den ïiioet, maar het is hekend dat het tegen
een vestiging van fabrieken aan het N. B-
Spaarne wordt aangevoerd, en daarom had
een vermelding (misschien opheldering) hier
niet mogen ontbreken, dunkt ons.
De heer Hulswit eindigt zijn pleidooi voor
de handels- en spoorwegliaven met de op
merking, dat van de exploitatiekosten geen
betrouwbare raming is te maken, doch dat
de energie en spankracht van Haarlem wa
gen en winnen! in dit opzicht den doorslag
moet geven.
Het betoog van den heer Hulswit is wij
zeiden het reeds overtuigend, pakkend en
begrijpelijk voor een ieder. Wij wensehen aan
zijne brochure een groote verspreiding, opdat
de volks opinie (die wegens de groote lasten
welke de aanleg van zulk een haven on
getwijfeld zal medebrengen, ietwat terughou
dend is) in de richting van een energiek d u r-
ven worde gewijzigd.
De toekomst van Haarlem ligt in den bloei
van industrie en handel, dat denkbeeld is
de grondidée dezer brochure, en dat denk
beeld dient ook in geheel ons gemeentelijk
beheer steeds voor oogen te worden gehou-
dèn!
HAARLEM VERGETEN?
Er is een „lintjesregen" neergedaald in
den lande, naar aanleiding van de feesten,
in 1913 bij liet 100-jarig bestaan van Ne
derland's onafhankelijkheid gevierd.
Wel een beetje tot onzen spijt vinden we
hier Haarlem niet in bedacht.
Meppel en Sittard en Groningen zijn er
hij» Haarlem niet.
Toch is het Haarlemsche onafhankelijk-
lieidsfeest van beduiden geweest, en volgens
algemeene erkenning een der schitterendste
die in den lande zijn gevierd.
Wij kunnen echter wel een oorzaak ver
moeden, waarom geen Haarlemmer de eer
van een onderscheiding waardig is gekeurd:
deze had natuurlijk moeten zijn toegekend
aan den man die met de leiding der feest
viering zich zoo verdienstelijk heeft ge
maakt en er de ziel van was: den heer
Rinkema.
Docher was hier ter stede ook nog
een officieel feest comité, dat weet
men: een officieel comité dat 1' 2500 subsi
die van de gemeente heeft gekregen, doch
er hitter weinig f e e st voor gemaakt heeft.
En van dit comité was de heer Loosjes voor
zitter. Een onderscheiding* aan den heer Rin
kema zou dus een voorbijgaan van dit offi
cieele comité geweest zijn, en we veron
derstellen dat dit langs don officieelen weg
niet ging.
Intusschenhet is een feit dat „lint
jes", niet immer de graadmeter zijn van
ware verdiensten. Daar kan Haarlem zich
mee troosten.
HlIHMRIiaHBill IIE9HSI1BE
Onze stadgenoote Mej. H. 8. Rosso van het
Pensionaat St. Marie te Mook is te Breda ge
slaagd voor het examen nuttige handwerken.
DE BELASTING-WIJZIGINGS-PLANNEN.
Het socialistische voorstel om een sterke
progressie in te voeren bij de heffing van
iden Hoofd. Omslag' is ingekomen, naar wij
vernemen.
De toenemings-peroentages loopen van 1,2
pet, tot 4 pet. bij f 5000. Terwijl nu het
percentage 5,2 bedraagt, zal bij aanneming
van dit voorstel het hoogste percentage 7,8
pet. bedragen, dus anderhalf maal zooveel
als het percentage nu bedraagt.
Ook de vrijzinnig-democraten zullen spoe
dig hun voorstellen gereed hebben.
De rechtsche-raadfracties vergaderden deze
week ter voorloopige bespreking van de voor
stellen van B. en W.
R. KL BUR. VOOR ADVIES INZAKE
ARBEIDERSBELANGEN.
Gisterenavond vergaderden de vertegen
woordigers der R. KL vereenigingen die bij
bovengenoemd bureau zijn aangesloten. De
agenda werd vlug afgewerkt. Het aftredende
bestuur werd herkozen. De voorloopige be
grooting werd goedgekeurd.
Tijdens de vergadering kwam het verzoek
om de buitengemeenten dezelfde voordeelen,
te bieden als de plaatselijke aangesloten ver
eenigingen. Het bestuur liet zich hiervoor
vinden, zoodat de R. K. Arbeidersverenigin
gen uit den omtrek alsnu in de gelegenheid
zijn hunne leden gratis advies te kunnen ver
schaffen.
Alle R. K. mannen hoven 25 jaar en zij
die vóór of op 15 Mei a.s. 25 jaar wor
den, kunnen in de meeste gevallen kie
zer worden.
De R. K. Pol. Prop. Club zal nog he
den Vrijdag 13 Februari en morgen Za
terdag 14 Februari, zitting honden in St.
Bavo, Smedestraat, des avonds van 8 tot
elf uur tot het geven van alle moge
lijke inlichtingen.
Namens het Bestuur,
J. H. VISSER,
Voorzitter.
75-JARIG BESTAAN DER H. IJ. S. M.
Gisterenavond had, onder leiding van den
heer H. Mul, stationschef alhier, eene verga
dering plaats van afgevaardigden uit alle
diensten en afdeelingen van het Haarlemsche
Spoorweg-personeel, tot oprichting eener com
missie voor eene feestelijke herdenking
van het 75-jarig bestaan der H. IJ. S. M.
en de opening van den eersten spoorweg in
ons land, welk heugelijk feit juist, ook voor
onze gemeente van beteekenis is, omdat Haar
lem de eer genoten heeft den eersten spoor
trein binnen hare veste te zien!
De uit 28 personen bestaande commissie
benoemde bij acclamatie tot Dag. Bestuur,
de heeren: H. Mul, stationschef, voorzitter;
K. Bakker, chef de bureau, se 'taris; O. E
van Bilderbeek. Magazijn meest r, penningm.,
terwijl de heer J. T. Bierman, chef der Centra
le Werkplaats, als eere- voorzitter der comf-
missie is opgetreden.
Aan het geheele personeel ter standplaats
Haarlem bestaande uit ruim 1800 perso
nen zal van de oprichting dezer Centrale
Commissie mededeeling geschieden, met ver
zoek öm financiëelen steun.
De volgende maand zal de commissie op
nieuw vergaderen tot nadere bespreking van
plannen tot versiering, verlichting en te or-
ganiseeren feesten in September e.k.
DE VLOOTPLANNEN DER
STAATSCOMMISSIE.
Dat was het onderwerp gisterenavond voor
eij talrijke sehare op de bovenzaal der Socië
teit Vereeniging bijeen, op duidelijke en onder
houdende wijze behandeld door den luitenant
ter Zee le klasse L. J. Quant, leeraar in
de zee-artillerie aan het Koninklijk Instituut
voor de Marine te Willemsoord.
De voorzitter der afd. Haarlem van „Onze
Vloot", de heer van Bemmelen, heette den
spreker en de aanwezigen welkom.
Dan verkrijgt de heer Quant het woord en
houdt een inderdaad populair-wetenscliappe-
Ijjke voordracht over een onderwerp, dat zoo
moeilijk is voor niet-deskundigen en dat mis
schien juist daarom door zoo velen verkeerd
begrepen en beoordeeld wordthet pantser
schip volgens het voorstel der Staatscommis
sie, die allereerst door spr. verdedigd wordt als
niet. eenzijdig te zijn, waar zij bestond uit drie
LXV.
Een zeer betreurenswaardig gevolg van de
wijziging der arbeidsverhoudingen en van het
deelnemen der vrouwen aan arbeid, welke
buitenshuis moet worden verricht, is wel het
arbeiden der vrouw, der gehuwde vrouw, buiten
haar gezin, ofschoon zij daar niet kan en niet
mag worden gemist.
Hierbij behoeft niet enkel aan den arbeid
der gehuwden fabriekarbeidsters te worden
gedacht. De beraadslagingen in de gemeente
raden en de wettelijke bepalingen, welke ver.
bieden of later wederom goedvinden en
sanctionueeren, dat bijv. gehuwde vrouwelijke
gemeente- of Staatsambtenaren in haar huwe
lijk deze betrekking blijven vervullen» wijzen
het maar al te dikwijls uit, hoe de denkbeelden
over huwelijk en de gezinsplichten der gehuw
de vrouw zijn verward en verkleind of geheel
en al miskend. Gemeente of Staat werken
daardoor maar al te dikwijls practijken in de
hand, welke het gezinsleven ondermijnen» ter
wijl zjj er tevens aan medewerken om plichten
van huis en gezin gemakkelijk te doen verwaar-
loozen. Het toelaten van gehuwde ambtenares-
len in de Staatsbetrekkingen toont allerduide
lijkst aan hoever men afstaat van de eerste
Christelijke grondbeginselen. Dat, of het werk
der ambtenaressen in haren dienst of het ge
zinsleven er onder lijden, spreekt vanzelf, en
doorgaans zullen het gezinsleven en de opvoe
ding der kinderen er de dupe van worden op
de eerste plaats. Ofwel de leiding in het gezin
of de opvoeding der kinderen zal aan der
den moeten worden overgelaten, ofwel de ge
huwde vrouwelijke ambtenaar zal zich in een
tweeslachtige positie bevinden, ten nadeel van
liaar werk en van zichzelf en haar levensstaat,
gezin en kinderen. Het toelaten van beide mo
gelijkheden, en natuurlijk weegt het ge
zinsleven, als de grondslag der maatschappij,
het zwaarst heeft een zeer bedenkelijke zijde,
waardoor wordt aangetoond, dat in dezen zin
de arbeid der vrouw aan de maatschappij
niet veel goeds heeft gebracht. Vrouwen, die
zooveel mogelijk tijd willen en moeten uit
sparen om in haar gezin met verschillende
sociale of andere aangelegenheden bezig te zijn,
kunnen eenigszins begrijpen van hoe groote
beteekenis dit is, als zij nagaan hoe zjj menig
maal de eisehen van het gezin het zwaarste
moeten laten wegen en gewoon zijn daarnaar
te handelen.
Voor het meerendeel wordt bij arbeid der
gehuwde vrouw niet het eerst gedacht aan de
bovenomschreven werkzaamheden en betrek
kingen, maar aan den arbeid der gehuwde
vrouw, die zoo goed als haar geheele leven of
als men wil geheel haar arbeidstijd in de fa
briek doorbrengen.
Zonder meer mag worden gezegd, dat de
arbeid der gehuwde vrouw in de fabriek
dit zeer wel uit te breiden tot ateliers enz. enz.
een groot kwaad is en dat alles moet worden
aangewend om dit kwaad langzamerhand te
beperken en allengs geheel uit te roeien.
Met, tallooze factoren dient hierbij echter
rekening te worden gehouden en over 't alge
meen mag worden gezegd, dat een radicaal ver
bod in de bestaande omstandigheden niet tot
de aanstonds verwezenlijkte mogelijkheden
kan behooren, hoe gewenscht het ook zou zijn.
Dat de gehuwde vrouw in de fabriek, en
minstens niet den geheelen dag» niet thuis be
hoort, niemand zal het met reden kunnen
of willen ontkennen. En nu moge het inder
daad reeds een heele verbetering zijn, dat in
bepaalde omstandigheden de gehuwde vrouw
in de fabrieken geen arbeid meer verrichten
mag en ook dat hier en daar algeheel wegblij
ven der gehuwde fabrieksarbeidster kan wor
den waargenomen toch moet nog heel wat
werk worden verricht voor en aleer, ook
zonder financieel nadeel der vrouw en haar ge
zin zelf, een toestand zal zijn verkregen, welke
cok de gehuwde vrouw uit den arbeidersstand
aan haar gezin teruggeeft. Want misschien
gelden, de argumenten, welke tegen arbeid van
andere gehuwde vrouwen worden aangevoerd,
met nog meer klem voor de fabrieksarbeidsters,
die om maar iets te noemen geen hulp kunnen
nemen en ook in zoo geheel andere omstandig
heden zijn geplaatst
Het behoeft nauwelijks gezegd, dat de 'fa
brieksarbeid der gehuwde vrouw van buiten
gewoon grooten invloed is op hare huiselijke
bezigheden alleen reeds. Waar nog geen andere
toestand kan worden geschapen, daar zien we
maar al te goed hoe en op welke wijze een
enkel oogenblikje daags, als dit geschieden
kan! of des Zaterdag middags of 's avonds
de huishoudelijke en ook de moederlijke bezig
heden worden „behartigd". Dit moet zich op
een of andere manier wreken, wat dikwijls gaat
ten koste van het meerdere gewin, waar om
zooveel worden ten offer gebracht.
Een middel, dat in ieder geval directe ver
betering, zooveel als dan mogelijk is, kan bren
gen, is, dat op den geschiksten tijd aan fa
brieksarbeidsters ook vooral, wanneer zij nog
niet gehuwd zijn, geleerd wordt, wat des huis
houdens is en wat daarmee samenhangt. Afge
zien van het vele, dat bij dit onderricht kan
worden ingevlochten, zal netheid en orde en
ook tijdsindeeling worden geleerd. Dit gevoegd
bij de wijze van werken, volgens orde en re
gelmaat, waartoe men in de fabriek wel ge
dwongen is, zal veel van de huiselijke bezig
heden beter doen behartigen. In die richting
kan nog veel worden gewerkt en met name
in de fabrieks centra zou het de katholieke
Vrouwenbond kunnen zijn, die met en door de
vrouwelijke vakvereenïgingen voor de fabrieks
arbeidsters de gelegenheid openstelde om bijv,
de ongehuwde arbeidsters met meer onbe
zorgdheid ook die zaken, welke speciaal voor
de vrouw zijn, eigen te maken, Godsdienst
onderwijs hier vooral niet te vergeten l
Zonder twijfel toch komt hier nog bij, dat
iets anders op die wijze zou kunnen worden
aangevuld. Gevraagd mag worden of bij alle
routine van de fabrieksarbeidster wel voldoen
de het verantwoordelijkheidsgevoel wordt ont
wikkeld, wat, wanneer dit niet het geval is,
terugwerkt op de verrichtingen buiten den
arbeidstijd voor eigen gezin, waar orde en re
gelmaat niet voldoende zijn. Daar moeten
andere motieven de verhouding tot de omge
ving regelen en gelukkig mag van 't Katholieke
"Vereenigingsleven, al blijft vaststaan, dat
de gehuwde vrouw onverdeeld in haar gezin
moet kunnen werkzaam zijn worden ver
wacht, dat in den arbeid zelf en in de positie
tegenover hen, die den arbeid doen verrichten*
steeds meer het Christelijke Grondbeginsel
zich zal kenbaar maken en doorwerken. De
vrouw, die arbeid om den boorde verrichten
moet, zal door het weder in toepassing brengen
van de verplichtingen door den arbeid opge
legd, niet enkel ten voordeele werken van zioli
zelf en van den. werkgever, wat louter den
arbeid als zoodanig betreft, maar de heilzam^
gevolgen van een dusdanige Christelijke* op
vatting ook terugbrengen op hare omgeving
buiten beroep en arbeid om, wat in breede
vertakkingen invloed ten goede zal uitoefenen