binnenland. I R M Ar Hildébrand. Rond de Liturgie. BUI TENLAND. ESPERANTO. Vragenbus. ZATERDAG 14 FEBRUARI ISI F E IJ I L L T O N. exov. NIEUW •Wie kent Hildébrand niet? Als er Mn boek is, dat we in den kinderlijd af lazen en genoten en nn op rijnaren leeftijd nog met bewondering herlezen, dan is hot de mooie, nooit-verouderende „Camera Obscura" vran JFTildebmnd". Toen dan ook een tijd geleden door bieder- Tand de mare ging, dat er een huldiging werd voorbereid van „Hildébrand"': Ni col aas die op .13 September 3813 hier te Haarlem werd geboren, bij gelegenheid van bet ir«0ste jaar-herdenkingsfeest zijner ge- boor: c, was de instemming algemeen. Ken „Hildebrand"-gedenkteekeii maar hebber wij dan daaraan vroeger nooit ge dacht 1 Dsn moet het er toch nfs van komen! Het bestuur der afdeel*ng Haarlem van zocals onze lezers weten, het initï*lief genomen, begrijpend dst een „Hildébrand" monument natuurlijk staan moet dailr aan het begin van den Haarlemmerhout, waar Hildébrand met vriond Nurks op dien gedenk waard igeu Zondagmorgen' zat, begrijpend ook dat Hild ebrand-Be ets nergens beter in een gedenkleeken kan worden ge- eerd dan op dc grens van Haarlem, zijn ge boortestad, en Heemstede, dat zijn veelge liefde woonplaats was gedurende zoo lange jaren. Dat „Hildebrand"-gedenkteeken, zoo deelt ons nu hel Hildebrand-Comité mede, dat hier in Haarlem is gesticht en, zooale onze lezers weten, nit heel wat vader land onze eerste letterkundigen, onze beste schrijfsters en schrijvers, mannen en vrou- wert van den besten naam als eereleden, wer kende leden of in andere positie omvat dat „Hildebrand"-gedenkteeken moet dit jaar nog worden gesticht, bet liefst bij gelegen heid van het 33e Taal- en Letterkundig Con gres, dat in Augustus te Haarlem zal wor den gehouden. Daar zal nu toch wel heel Nederland, van welke politieke of godsdienstige gezindheid ook. aan willen medewerken! Inderdaad: een monument voor den popu- lairen Hildébrand is in ons vaderland en overal waar de nationale eenheid van ons volk door de volkstaal tot uitdrukking komt, een werkelijk nationaal, echt-Nederlandseb werk! Het Hildebrand-Comité heeft nu met 'n cir culaire, waarop Louis Raemaekers een prach tiger. „Nurks" teekende, een beroep gedaan op heel Nederland, om die stichting van een Hildebrand-gedenkteeken mogelijk te maken! Van harte steunen wij dien oproep: mogen de bijdragen toeetroomen van allen kant, op dat onze eebt-Nederlandscbe Hildébrand spoedig een monument krijge, evenarend in duurzaamheid, dat alle tijden trotseerend mo nument. dat hij in '/ijn „Camera Obscura voor zichzelf al stichtte in bet hart van ons Penningmeester van bet Hildebrand-Comité is de heer J. B. van Logbem, B. I„ Zonnelaan 1, alhier in het eere-comité zijn, naar men weet de allereerste mannen en vrouwen nit politieken, literairen en godsdienstigen kring vertegenwoordigd, terwijl dr. J. B. Schepers te Haarlem voorzitter er van is. Uit "den aard der zaak zal niet ieder ter stond een rondschrijven kunnen ontvangen; ook kunnen er belangstellenden vergeten zijn; wie echter in het bezit wenscht te ko men van dit schrijven met de aardige teeke- ning van Robertas Nurks, „Het Onaange naam mensch in den Haarlemmerhout", door onzen kranigen teekenaar Louis Raemaekers, zal gaarne daarvan voorzien worden door den secretaris Jhr. dr. C. G. S. Sandberg, geoloog, Spruitenbosehstraat 18, alhier. Het burgerlijk en kerkelijk huwelijk in Italië. Tegen het wetsontwerp van de regeering om het burgerlijk huwelijk aan het kerkelijk te doen voorafgaan hebben, twee socialistische af gevaardigden Labriola en Marchesano een tegenontwerp ingediend, hetwelk den knoop aldus wil doorhakken, dat de kerkelijke echt verbintenis en ook die welke voor een notaris is aangegaan, zonder meer dezelfde gevolgen en dezelfde rechten zullen hebben als het bur gerlijk huwelijk. De geestelijken en notarissen moeten echter binnen de 24 uur aan het bu reau van den Burgerlijken Stand van de door hen bekrachtigde echtverbintenis kennis geven. De geestelijkheid, die op last der bisschop pen van den' preekstoel "af de' item tegen fiet ontwerp van Giolitti doet fiooren, Haar fiet een aanslag is op fiet Sacrament der Kerk, en een pro'faneering Vafi dat 'genademiddel ten doel heeft, wordt in haar protest gesteund door alle Italiaansche katholieken, die als tolken van hun misnoegen de voorzitters der vijf af dee lingen van de katholieke actie in Italië heb ben bekomen. In een onlangs gehouden vergadering n.I. hebben deze voormannen zich met fiet protest belast. Dc revolutionnaire sociaal-democraten en de vrijmetselaars zijn echter met de inbreuk, die Giolitti op de rechten der Kerk wil maken, neg niet tevreden. Immers, zeggen zij, de Kerk en haar Sacramenten worden hierdoor indirect erkend, en deze moeten niet eens 'genoemd wor den in een leekenstaat als Italië. In liberale kringen 'oordeelt men er anders over. De afgevaardigde Valvassori acht de wet niet noodig, terwijl de senator Molmenti, even eens liberaal, fiet ontwerp niet alleen „anti- clerieaal," maar ook „anti-godsdienstig* noemt. In den senaat in de strooming tegen Giolitti's ontwerp nog sterker dan in de Kamer. Het ziet er dus voor Giolitti niet zoo heel best uit! Heldinnen der naastenliefde. Ook in het 136ste regiment infanterie te Saint Ld lagen dezer dagen eenige soldaten aan de zeer besmettelijke hersenvlies-rugge- mergontsteking, die, zoo geweldig in verschil lende Fransche kazernes heerscht. Men maakte er zich bezorgd over, niemand te kunnen vinden, die bereid was het met ge vaar voor eigen leven verbonden verpleging der zieke militairen op zieh te nemen. Doch geen nood, de moeder-overste der zie- kenhuizsusters te Saint Ló, de 70-jarige zuster Angela, bood zich dadelijk daartoe aan. Het zou de heldin echter haar leven kosten. Want spoedig, nadat zjj de verpleging der zieke soldaten op zich genomen had, werd ook zij door de vreeselijke ziekte aangetast en stierf na eenige dagen van verschrikkelijk lijden. Geen enkele wereldlijke verpleegster bood zich tot nu toe aan, om haar heldhaftig werk over te nemen, maar 't is weer een andere geestelijke zuster, die haar met Christelijke zelf-opoffering is komen vervangen. De vorst van Albanië. De Tagliche Rundschau weet nog eenig nieuws te melden over de plannen van den prins von Wied. Prinses Sophie, zijn gemalin, gaat dadelijk met hem mede, maar zijne kinderen, de vijf jarige prinses Maria Eleonora en prins Karei Victor;, acht maanden oud, die nu erfprins van Albanië wordt, blijven voorloopig in Duitschland. Durazzo zal alleen gedurende de winter maanden vorstelijke residentie zijn. Reeds in eind April wordt het verblijf daar wegens de malaria ondragelijk. Des zomers zal de nieuwe vorst op een hooger gelegen plaats in het bin nenland verwijlen, waarschijnlijk te Tirana. Na de verdrijving der zusters. De vice-president der commissie, belast met het bestuur der gasthuizen te Lorient, heeft de justitie in kennis gesteld van twee ernstige feiten, die zich in het verleekte gasthuis Po- delio hebben voorgedaan, meldt de Msb. Een der ziekenverpleegsters had namelijk de „onvoorzichtigheid" gehad een kind in een warm bad te dompelen, zonder eerst de tem peratuur op te nemen. Het water was kokend heet en de arme kleine bekwam de vreeselijk- ste brandwonden. Het tweede feit bestond hierin, dat de ver pleegsters een vrouw, die voortdurend toezicht noodig had, onbewaakt lieten liggen. De zieke sprong op een gegeven oogenblik in een over spannen toestand uit het venster en werd zwaar gekwetst opgenomen. De vice-president der bestuurscommissie heeft nu zijn ontslag ingediend. De man kon liet niet langer aanzien, hoe in het verleekte ziekenhuis de meest schuldige nalatigheid heerschte. De Middachter allée verlicht! In de jaar vergadering der vereeniging /Vreemdelingen- Roman van Philip Laicus. 13. „Hij bedoelt, dat de moord niet kan bewe zen worden, wel de inbraak; daarop was een vechtpartij ontstaan, en dat was maar dood. slag.^ Ook zou het, als wij ons maar kranig hielden, niet mogelijk ziju te bewijzen, dat wij alle vijf gemoord hadden, en zoo niet, dan kon men ook niet zeggen, wie van de vijf den «toodslaghad bedreven." Ranzig keek z'n vrouw verwonderd aan. „Je kunt er zeker van zijn, dat het zoo is," verzekerde zij; „je weet, dat hij altijd het Wotuoek van Strafrecht in z'n zak heeft, en hij heeft mij de verschillende paragrafen voo egel mm." »lk zal eens met den „Vos" praten." X. OP HET PAD DER MISDAAD, Wio eenmaal den weg der misdaad heeft betreden, vindt geen steunpunt meer, als hij niet bereid ia Zich geheel en al uit de mis dadige atmospheer terug te trekken. 7jOo ging het ook niet Ranzig. Toen bij met lesi „Vos" gesproken en daarna do algemeene beraadslaging over de zaak had bijgewoond, -at bii cr in, en hoe meer hü het Dlan over- woog, des te minder vond hij er tegen in te brengen. Alleen de zaak met Irma beviel hem niet. Het geld wilde hij wel, en zelfs een dubbel aandeel voor hem en zijne vrouw; dat Irma met de anderen omgebracht werd, daarte gen had hij geenerlei bezwaar. Maar dat zij naar den bouwval gebracht en daar gemar teld zou worden, daarvan wilde bij niets weten. Zijn haat trouwens, was niet zoo groot als die zijner vrouw. Op de eerste plaats had de hoschwachter Dippold met het moorden niets uit te staan. Ja, hij was het zelfs niet geheel en al eens met de bende, wat betrof de inbraak en den diefstal. Hij meende, dat het op 't laatste oogenblik van hem zou afhangen, of hij in den uitersten nood als redder of als wreker zou optreden. Hij speelde met zijn misdaad. Dp zijn surveilleeringstochten had hij dik werf den „rooien Bles" ontmoet, die, als hij niet anders te doen had, zich voordeed als houthakker. Hü kende hem natuurlijk niet als de „rooie Bles", maar als Paneratius Pichler, en vermoedde in de verste verte niet, dat de houthakker in andere gedeelten van het boscli een hartstochtelijk strooper was, en tusschen het mijn en dijn weinig verschil; kende. Natuurlijk was bij bii alles wat in bet bosch gebeurde nummer cén; het prikkelde hem steeds, als hij op de houtveilingen zoo- veel geld zag lieen en weer rollen, en reeds sedert eenige jaren li.ep hij rond met bet denkbeeld, den een of anderen tijd in te bre ken, als de kassen gevuld waren, Bii had daarom de kennismaking met den verkeer'' ie De Steeg is besloten, pogingen ïfi hef werk ie stellen om "mei medewerking van andere vereenigingen in den komenden zomer de Middachter allée la 'giorno ie verlichten en daaraan eenige feestelijkheden t® verbin den. Kranig 1 Als een bijzonderheid kan worden vermeld, dat een aan den Burgemeester, van Boskoop gericht drukwerk geadresseerd „den Heer Burgemeester van Ridderbuurt" en af komstig nit Amsterdam aan het goede adres werd bezorgd. „Ridderbuurt" n.1. ig een straatnaam ïn Boskoop, en 'f is haast onverklaarbaar, hoe de post in Amsterdam op het 'goede denkbeeld kwam, het stuk te Boskoop te doen bezorgen. Wij hebben van verschillenden kant verzoe ken gekregen, om met het oog op de ontzag lijke uitbreiding, die de wereldhulptaal E s- per an to neemt, van tijd tot tijd in de cou rant eenige nieuwsberichten daarvan' op; te nemen. Gaarne voldoen wij daaraan. En wij hebben dan ook ons de welwillende hulp van een deskundig en bekwaam mede werker verzekerd, die geregeld deze rubriek zal verzorgen.. Onze Esperant o-lievende lezers zullen dat, gelooven we, met genoegen .ver nemen. Esperanto in Amerika. Uit Pittsburg vernemen we dat op de univer siteit aldaar aan Esperanto, officieel een zetel werd aangeboden. Reeds lieten zich meer dan 100 studenten voor het onderwijs inschrijven. In dezelfde plaats werd in het Carnegie-insti- tuut vanwege de Academie van Wetenschap en Kunst een Esperantiseh vredescongres gehou den, waar o.a. door verschillende wetenschap pelijke personen redevoeringen werden ge houden over „de noodzakelijkheid van een in ternationale taal als middel tot den vrede." Aan het einde van dit belangrijke congres werd een vredbond voor westelijk Pennsylvanië opgericht, waartoe staande de vergadering 200 leden toetraden. Esperanto in Rusland, Ofschoon Esp. in Rusland van officieele zijde veel tegenstand ontmoet, vooral de arbeiders Esp. vereenigingen, lezen we evenveel bewijzen van instemming met de hulptaal-idee. Zoo werd o.a. op voorstel van den minister van Handel en Industrie een subsidie van 12o0 aan de Esp. groep te St. Petersburg geschonken tot stichting van een Esp. informa tiebureau van handel en industrie. Tevens lazen we uit dit land, dat vanaf Sept. j.l. eveneens vanwege het ministeA van H. en I. de Es- peranto-cursus8en aan de handelsschool ge opend .werden. Esperanto in China. De Öhineesche minister van openbaar onder wijs, kunst en wetenschap Tsai Guenben, schreef aan generaal Sébert, een der bekendste Esperantisten in Frankrijk: „Van nu af aan zal ik al het mogelijke doen om de Internatio nale hulptaal Esperanto in de geheele repu bliek te verbreiden. Reeds heb ik in de hoofd stad een aanvang met Esp. onderricht ge maakt." Esperanto in hei Italiaansche parlement. De heer Pescetti, afgevaardigde- in het Ita liaansche parlement, heeft bij gelegenheid der behandeling van het budget voor het openbaar onderwijs, het volgende pleidooi gehouden voor Esperanto. „Ik heb het woord gevraagd om uw Excellentie te verzoeken mede te werken tot de ontwikkeling van de hulptaal Esperanto. Deze taal, zoo eenvoudig, welluidend en gemak kelijk te leeren., heeft alreeds bij vele ministers van openbaar onderwijs in verschillende lan den, een gunstigen ontvangst- genoten. In Ja pan is o.a. de vroegere minister, graaf Hayaski, voorzitter van den Esp, bond te Tokio. Wetenschap, handel, industrie, vredesbewe gingen, het R'oode Kruis, de lucbtscliAipvaart, toerisme enz., doen reeds hun voordeel met de toepassing der Int. hulptaal, zoodat ik uw Excellentie verzoek sympathie te willen be tuigen mei dit middel, dat ongetwijfeld irt staat is de taalverschillen öp Int. gebied en de daar uit voortvloeiende moeilijkheden, bezwaren en oneenigheden op. ie heffen.'' Wordt Esperanto beoefend door blinden? De onlangs verschenen adreslijst van blinde Esperantisten uitgegeven door de redactie van het in Braille-schrift uitgegeven blinden-tijd- schrift: „Esperanta ligilo (band)" toont aan, dat de Esp. beweging onder blinden zeer popu lair is en dat de internationale hulptaal voor hen een zeer gemakkelijk middel is om met elkander in contact te komen. De adreslijst bestaat uit 811 alfabetisch ge rangschikte namen van blinde Esp.isten be- hoorende tot 27 verschillende nationaliteiten. Hoewel het grootste aantal uit Duitschers be staat, zijn ook Zweden, Engeland, België, Frankrijk en Noorwegen sterk vertegenwoor digd. Ook lezen we namen uit Egypte, Oranje rivier, Australië, Peru, China enz. Holanda Pioxiro. V r. Een weduwe heeft een zoon, "die reeds 1^ jaar in dienst ie hij de veld-artillerie. Hij was de kostwinner der familie. Zij zou hem nu gaarne met April thuis hebben, omdat er nijpende armoede in het gezin heerscht, doch de zoon moet nog tot September of October dienen. Daarbij komt nog dat, als de zoon tegen den winter thuis komt, hij wellicht al dien tijd zonder werk loopt. Kan men nu een request zenden aan H. M. de Koningin of aan den Minister van Oorlog, om vrijstel ling van dienst voor den zoon? Zoo ja, moet dat op zegel geschieden? Antw. Als er werkelijk aanleiding bestaat om te wenscheh dat de zoon van den dienst ontheven wordt wegens kostwinnerschap, kunt u zeker een request met dit verzoek in zenden. U richt dat, op ongezegeld papier, tot H. M. de Koningin. V r. Ik heb een hond, Pincher. Toen ik hem kocht, zat hij van ondfcr tot hoven vol mei zoogenaamde roos, en had hij op zijn kop een kaal plekje. Men gaf mij den raad hem 's morgens met een oplossing van zwavel te wasschen. Sinds dien valt zijn haar heele- maal uit en krijgt liij groote zeere plekken. Wat is hier aan te doen? Antw. Wij raden u aan in dit geval een veearts te raadplegen. V r. Hoe kan- ik een teervlek uit een sol- datentnniek krijgen? Antw. Met varkensvet uitwrijven, dan in- zeepen, rusten laten, verder met water en terpentijnolie afwisselend uitwasschen. Het moet zorgvuldig geschieden. V r. Tot wien moet ik mij wenden om ïn het bezit te komen van een maandblad voor heeren-mode-artikelen Antw. Een maandblad kennen wij niet, wel een weekblad en een blad, dat om de 14 dagen verschijnt. Het eerste is „De Manu facturer" en verschijnt hij de firma Dufonr en Co., Heerengracht 255 te Amsterdam; het tweede is „De Nieuwe Manufacturier", uitg. door v. d. Stal en Groenewegen te Utrecht. V r. Heeft een dagmeisje, als haar juffrouw een week op reis gaat, recht op kostgeld? Antw. Neen! Vr. Mijn dochter is jl.l. Februari in be trekking gegaan als dienstbode, doch om ver schillende redenen wil zij zoo spoedig moge lijk vertrekken. Kan zij nu tegen 15 Maart vertrekken, wanneer zij haar dienst op zegt? En heeft ze nog aanspraak op haar loon gedurende dien tijd? Antw. Uw dochter mag haar dienst, be halve wanneer zij geldige redenen heeft, niet verlaten vóór Mei, en moet den dienst opzeg gen 6 weken van te voren. Vr. Kunt u mij het adres der redactie of administratie van „De Komeet", weekblad voor Tooneelisten te A'dam, opgeven? Antw. „De Komeet, vakblad voor artisten, kermisvakgenooten, theater-directeuren enz. wordt uitgegeven te Winschoten door B. M. Zuikerberg. V r. Tot welken 'datum is het Vredespaleis voor het publiek geopend, op welke uren en welke dagen? Antw. Eiken dag van 2 tot 4 nnr, behalve Zondags en Zaterdags. Een termijn waarna het niet meer geopend is, is niet vastgesteld. V r. Mijn dochtertje is dagmeisje en is nn Verklaring der tegenwoordige dooppleclitig. heden. In de eerste tijden der Kerk werd het Doop, sel gewoonlijk aan volwassen heidenen toege diend. Een zeer langdurige godsdienstige oplei ding ging dan ook de toediening van dil Sacrament vooraf. Dat was als een proeftijd vóór het christelijk leven, waarin de bekeerdt heidenen stap voor stap de heile bron nader- den, waaruit zij een nieuw leven zouden put ten. Al onze huidige doopplechtigheden vinden haren oorsprong in de oude doop-liturgie. Om ze te begrijpen, was het rus noodzakelijk, dat wij gelyk wjj de laatste maanden deden in 't kort aan de vroegere wijze van doopen herinnerden. Mogen wij er thans in slagen eenigszins de heerlijke schoonheid te doen beseffen van die eerbiedwaardige doopplechtigheden, welke aan zoovele Christenen vreemd en nutteloos toe schijnen, waaraan onze Moeder de H. Kerk echter het grootste gewicht hecht en waarom, trent Zij haren priesters de zware verplielit- ting oplegt, ze met de grootste nauwgezetheid te verrichten. Niets ook is meer bekwaam om ons een groote en ware gedachte te doen opvatten van onze waardigheid als Christenen en ons de grondwaardigheden van den eersten zondeval en van onze wedergeboorte in Jezus Christus in te prenten. Uit hetgeen wij reeds besproken hebben, blijkt, dat de tegenwoordige doopplechtighe den in vier afdeelingen kunnen ver deeld worden. Eerste af deeling. lo. Ondervra- g;ng; 2o. Beademing: 3o. Kruisteekens; 4o. Handoplegging5o. Ceremonie met het zout. Dit gedeelte beantwoordt aan d& plechtigheden, welke oudtijds plaats grepen bij de inschrijving van een heiden op de lijst dei geloofsleerlingen. Tweede afdeeling. 6o. Tweede duivelbezwering; 7o. Plechtig Kruistceken; 8o. Handoplegging; 9o. Gang naar do doopvont. Deze ceremoniën herinneren om aan de plechtigheden, welke vroeger tijdens de asten vóór Pasehen verricht werden om de heidenen tot het Doopsel voor te bereiden. Derde afdeeling. lOo. Duivelbe zwering. llo. Ceremonie van het Ephpheta; 12o. 't "Verzaken aan den duivel; 13o. Zal ving met de H. Olie; 14o. Geloofsbelijdenis. Deze derde reeks van ceremoniën herinnert ons aan de laatste vergadering der Uitverkore- nen, die oudtijds daags vóór Paschen gehouden werd. V ierde afdeeling. 15o. Doopsel 16o. Zalving met H. Chrisma; 17o. Opleg- ging van het witte kleed18o. Overreiking der brandende kaars; 19o. Laatste Zegen- wensch. Dit gedeelte komt overeen met de plechtigheden, van oudsher bij en na het Doop sel in gebruik. Na dit algemeen overzicht gaan wij de-vol gende keeren elke doopplechtigheid afzonder lijk verklaren. ziek thuis gekomen. Heeft zij nu recht op haar loon? Antw. In den regel wordt de week, waarin zij ziek thuis is gekomen, nog uitbetaald. Yr. Tot wieu moet ik mij wenden om mijn 2 gulden peneioen een beetje spoediger te krij gen dan een kennis van mij. U moet weten, dat ik verleden week 70 jaar geworden hen, en récht heb op pensioen, maar ik hoor er niets van, en die kennis van mij zit al twee maanden te wachten, die hoort er ook niets van. U kunt wel begrijpen, als dat zoo lang dunrt, dat wij dood zijn en dan hebben wij er niets meer aan. Antw. Wendt u nog eens tot den tusschen- persoon, die u geholpen heeft Dat is de aan gewezen persoon. V r. van M. E. te V. A n t w. Daar is absoluut niets over be paald. Het kind kan gerust wat gebruiken-. V r. van H. v. W. te V. Antw. Recht om uw maten terug te nieuwen hoschwachter warm gehouden; men kon immers nooit zeggen, of men van hem niet eens iets kon te weten komen wat geld waard was. En zoo gebeurde het op zekeren dag, dat de boschwachter Dippold met Pich ler kwam te spreken over de voor hem hoogst onaangename voorvallen in de houtvesterij. „Wacht!" dacht de rooie, „nu 6taat m'n ko ren te bloeien!" Met een geslepenheid, een hetere zaak waardig, hitste Picliler den hoschwachter te gen den houtvester op. Zóó had hij (Willi- fred) ook met den vorigen hoschwachter ge daan, die maar alles zich moest laten wel gevallen!, anders ware hij zijn betrekking kwijt geraakt. „Dat staat ook mij te wachten," zei Dippold kregel. „Hoezoo?" vroeg Pichler en hield zich on- noozel. „Wel, bii wil den rentmeester schrijven..»" „Is het al zóó laat? Ja, heer hoschwachter, dan is u te beklagen. Als u nu heel ootmoe dig voor hem kruipt, dan gaat het misschien nog een half jaar lang goed De hoschwachter werd driftig. Kruipen wilde hij in geen geval. „Ga naar Amerika! Daar staat de wereld voor monsehen van uw slag wijd open, ik zou er al lang heen geweest zijn, als ik maar geld had." „Ja, geld," herhaalde de boschwachter bit ter; „als ik geld had, kon de heele dienst me gestolen worden." „Als wij met ons tweeën konden deelen, wat er met zoo'n houtverkoop gebeurd wordt dan zouden wij naar Amerika gaan en wareu uuxamn ia bonisl" waagde het de „rooie Bles" thans te zeggen. Hü zag, hoe de hoschwachter van kleur verschoot; deze ant woordde daarop wel is waar niets, maar bij wierp het geweer over den schouder en ver dween tnssehen de hoornen. ,,'tWas raak!" dacht Pichler en zwaaide de byl nog eens zoo vroolük als te voren. En inderdaad, zoo was het. Den volgenden dag kwam Dippold weder hü Pichler, en men hesprak de mogelükheid, de waarschü'nlijk- heid van 't welslagen, de middelen tot eene veilige vlucht; maar zulks natuurlü'k niet, alsof men dat zelve wilde ten uitvoer bren gen, maar zoo in 't algemeen, zooals bijvoor beeld anderen in dezelfde omstandigheden zonden handelen. Van toen af raakte Dippold meer en meer met het denkbeeld vertrouwd en hoe meer hij er mee vertrouwd werd, des te meer ver loor de gedachte hare oorspronkelüke leelük- heid. Waarom zou ook hü niet eenige aan spraak op de goederen dezer wereld hebben? Waarom zou het geld voor de hoornen, die Onze Lieve Heer hier liet groeien, nu juist in de kas van 's vorsten rentmeester moeten vloeien? Op den keper beschouwd was het geenszins zoo'n groot kwaad, als hij ook eens een gedeelte daarvan voor zich zeiven vroeg. Ginds in Amerika wist niemand iets van de wijze, waarop hü aan geld gekomen was en het vorstelijk huis kon zoo'n aderlating best velen, men zou er geen druppel champagne minder om drinken. In de hoeken figureerde slechts onder de uitgaven een post, wegens het vermiste geld, die geen anderen invloed oefende, dan dat de eiudcüfers iets lager zou- den zün. Geen sterveling bespeurde er iets van en hü zou levenslang uit den brand "Un.1 ja, als hij gelukkig was, waaraan geenszins te twijfelen viel, dan kon hü zonder groote opoffering het bedrag vergoedenja, eigenlijk als men het goed beschouwde, I on men het in 't geheel geen stelen noemen. Het was, wel hekeken, slechts een gedwongen lee ningeen heimelüke, gedwongen leeniug! Zóó onschuldig kan de mensclielüke zelfzucht een daad voorstellen, welke de wetten van God en de menschen als een zware zonde en een onteerende misdaad hestempelen, die bo vendien door de bykomende omstandigheden! het karakter van een groote schanddaad aan nam. De „rooie bles" wist ook den angst voor 't tuchthuis weg te nmen. Hü verzekerde den boschwachter, dat hü een veilig toevluchts oord wist, waar men zich zóó lang kon schuil houden, totdat het eerste gepraat verstomd zou zy'n, dan konden zü zonder gevaar naar Amerika de wük nemen. Van dat oogenblik af beraamde Dippold vaste plannen, hoe het aan te leggen om den houtvester te bestelen. Nu bracht de „rooie bles" den boschwachteï in kennis met den „Schelen Vos" die mede zeer bereidwillig op die plannen inging. Dien tengevolge werd afgesproken, dat den bosch wachter van het geld, dat men hoopte buit te maken, in geen geval meer dan twee hon- derd thalers zou worden toegekend als zün rechthebbend deel! Nu was slechts de toestemming van de twee Ranzigs noodig, want men kon hen niet mis sen wegens de ontoegankelüke schuilhoeken. Vrouw Ranzig was terstond vuur on vlam voor 't plan. Ook haar was niets aan 't geld gelegen; zü wilde alleen Irma. De „schele Vos" wist raad, om de aanspra.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1914 | | pagina 5