TWEEDE BLAD
I RIHA.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Waarschuwing tegen de
moderne dansergernissen.
ÏRUDAG 20 FEBRUARI 1914
FEUILLETON.
verheerlijkt. D
HIEUW
Reeds hebben zich van vele zijden alleszins
bevoegde en hoogst eerbiedwaardige stemmen
verheven, om met heiligen ernst te waarschu
wen en met luiden nadruk te protesteeren
tegen demodernedansergernisson,
wnarlijk een allerdreigendst geworden gevaar
voor de zedelijkheid van ons volk.
In een gezamenlijk schrijven heeft het Bel
gisch Episcopaat zich met alle beslistheid togen
de hedendaagsche dansontaarding gekeerd,
terwijl verscheidene bisschoppen van krank-
rijk, alsmede de Vicaris van Rome, Zijne Emi
nentie Kgrdinaal Pompili met name en nadruk
kelijk den modernen tango-dans veroordeelden
en verboden.
Ook in ons land heeft de geestelijke over
heid op verscheidene plaatsen, zooals te Roer
mond, te Maastricht en to 's-Hertogenboseh een
wnstig en welgemeend woord tot hare geloo-
vige gericht, om hen tegen het moderne dans-
gevaar tijdig te waarschuwen. Toch achten
wij het geenszins overbodig vooral met het
oog op de naderendo Vastenavondsdagen
hier nogmaals een ernstig beroep te doen op
het geweten van alle katholieken en hen met
allen aandrang te smeeken toch wel te willen
bedenken, dat die dansen „welke het prikkelen
Ier zinnelijke driften ten doel en wel tot eenig
doel hebben" 1) allerminst passen aan hen, die
de eer van hun Ohristennaam, de eer van hun
ratholiek huisgezin en het edelste sieraad van
hunne kinderen de reinheid n.l. hunner
ïeden op waren prijs stellen.
Daarom herhalen wij hier het indrukwek
kend woord, waarmee de Belgische Bisschop-
pen het doodvonnis hebben geveld over die ont-
eerende dansergernissen: „Wij waarschuwen
Jegen zekere wulpsclie dansen het walgt ons,
deze bij hun naam te noemen, wij achten het
overigens overbodig waaraan noch jonge-
nannen en jongedochters, noch gehuwden zou
den kunnen meedoen of zich leenen zonder hun
zedelijke waardigheid schade toe te brengen en
tonder hun deugd en die van anderen aan
EEN TWEEDE MARCONI-ZAAK1
Een nieuw politiek-financiëel schandaaltje,
dat nauw samenhangt met de bekende Mar-
coni-afaire, is door do arrestatie van een Eu-
gelsclien wi viel agent te Parijs aan het liclit
gekomen, meldt de Msb.
De gearresteerde, Charles Edwin Fenner ge-
heetcn, was voor eenige dagen, na zich aan
verschillende ontvreemdingen te hebben schul
dig gemaakt, nit Londen naar de Fransche
hoofdstad gevlucht, waar hij op aanwijzing
van twee Engelscha deteetieven werd
gearresteerd.
Fenner is de man, door wiens bemiddeling
lord Murray of Elibank, zoowel voor persoon
lijke rekening rIs namens de liberale partij,
waarvan hij tot Augustus 1912 de hoofdwhip
was, talrijke financiëele operaties verricht
heeft.
Z.oo zou In Maart 1912 lord Murray door
bemiddeling van Fenner namens de liberale
partij voor een 250.000 gulden Engelsche spoor
wegacties gekocht hebben, terzelfdertijd, dat
de regeering over de oplossing van de mijn
werkerscrisis onderhandelde, hetgeen een
hausse in de koersnoteering van bovengenoem
de acties moest teweegbrengen.
In Juli daaraanvolgende kwam Murray te
weten, dat Fenner een som van ongeveer
375.000 gulden ten nadeele van de liberale
partij had ontvreemd. Niettemin ging hij
voort tot. April 1913 met hem te onderhande
len, datum waarop do faillietverklaring
volgde.
Ten slotte was het wederom Fenner, die
den 18deu April 1912 voor rekening van de lib.
partij 2500 Marconi-aandeelen a 314 pond ster
ling. kocht. Den vorigen dag. 17 April, had
den lord Murray, voor eigen rekening hande
lende, Lloyd George en sir Rufus Isaacs, thans
Hoe zal dat land de reusachtige lasten dra
gen, die zich hij het ontstaan van e ennieu-
wen staat ophoopen, voor de tractemeuten
der ambtenaren, den aanleg van wegen, brug
gen en spoorwegen, en het boawen van scho
len en andere noodzakelijke inrichtingen 1
Terwijl bovendien de geleende 75 millipen
toch moeten worden geamortiseerd en daar
van de rente moet worden betaald?
Daar zal gezegd moeten worden: „Kom
Shipetar, nu belasting betalen!" En dan zou
ik den man willen zien, die uit de Malissoren
een para belasting baalt! zegt Zubowitz.
Hoe de Malissoren denken, verduidelijkt
Zubowitz met enkele staaltjes.
.„Wel, boe gaat het n, Ahmed Aga?" vroeg
bij een ouden bekende op d© ruïne Rosafos,
waar bij slakken zocht.
„Tamelijk slecht", was het antwoord van
den ouden strijder „wiens stambloem tot All
Tepdenti loopt. «Tamelijk slecht. Ik beu heel
arm, ik heb maar twee vrouwen, zeven kin
deren, een knecht. Zelfs mijn paard moest ik
verkoopen. Maar de ellende zal nu niet lang
meer duren. De nienwe Padisja van Albanië
zal nu wel spoedig komen, en dan wordt al
les anders. De afstammelingen van Skandor-
beg en Ali Tepdenti krijgen al hun oude
waardigheden terug, en ook hunne geroofde
goederen. Dan zal ik tien rijpaarden, tien
muildieren ^en tien knechten houden, en den
Armeniër Nir, mijn hnurmau, zal ik uit zijn
kulo jagen, en daarin gaan wonen. Dan kan
ik kalm mijn f-s.i iboeli rooken tot den eersten
Selamlik van iedere maand; ik behoef er zelfs
niet voor naar Durazzo te gaan, de padisja
stuurt ons allen het geld thuis."
Dat is een opvatting....
De Malissoren stellen het zich weer anders
voor. Zij zeggen:
„Wij, Malissoren, worden allen de solda
ten van onzen vorst. Maar hij zal niet alleen
ons, als soldaten, onderhouden, ook onze vrou
wen, kinderen, vaders en moeders. Wij krij
gen 10,000 schapen, en wij mogen daarvan
slachten wat wij willen. Slechts de vellen
moeten wij hem, netjes afgestroopt, terug ge
ven, want die verkoopt hij in zijn land voor
den drieduhhelen prijs, dien de schapen ge
lord chief justieie van Engeland, voor^ezelfde
stukken twee pond betaald. -
Den 14den Mei kocht Fenner voor de partijkost hebben. Geld krijgen wij ook, evengoed
500 Marconi-aandeelen 5 2 7/16. I ate W,J ket Esead-pasja kregen; wij be-
Yolgens verklaringen van een inzender, in' hii stiff Ti01 naal Tm m
irnstig gevaar bloot te stellen. Deze dansen d, jNational Review," die de rekeningen van I Stnnrt elken maU Z"n g°W 1D
M „li /I tmi Tfrt HWTAHTÏ AW A n V7 A1' IT* 1 n)It*
Fenner publiceert, bedragen de ten nadeele van j Zulke en soortgelijke opvattingen heerschen
de liberale partij ontvreemde aandeelen 38.999 0nder de arme analphabeten, en zij gelooven
of 33.800 pond sterling. Dit verschil berust op daaraan, als aan de eeuwige zaligheid,
'n twijfel omtrent de emissie van zekere waar
zijn gestreng verboden, wij verwerpen en ver
oordeelen ze." 2)
Behartigen ook wij die woorden, ons herin
nerend de ernstige vermaning van den H.
Vpostel Pauius, welke Hij weleer richtte tot1 don
de Romeinsche Christenen, levend te midden j Zooala men weeti was lörd Murray of Eli-
der verleiding van het zedenverslapte^ Rome j bank> tyden? do behandeling van de Marconi-
affaire in het Lagerhuis afwezig. Hij was naar
jeno vermaning die ook op ons niet het
minst in verband met de hedendaagsche dans
ontaarding toepasselijk zijn
„Broeders, laat ons als hij dage betamelijk
aandelen, niet in brasserijen en dronkenschap,
.liet in ontucht en onkuischlieid, niet in twis-
'en en nijd, maar doet den Heer Jezus Chris
tus aan en prikkelt het vleesch niet tot begeer
lijkheden" 3)
Op de vraag, welke houding ons Katholieken
netaamt, ten overstaan der moderne onteerende
dansen moet dan ook het antwoord luiden:
Allereerst past den Katholieken onthou
ding van deze dansen.
Dat daarom vooral de ouders hunne kinderen
niet alle zorg voor deze ergernissen behoeden.
Verder past ons Katholieken, waar het kan
oen waardig protest, wanneer dit zedelijk
gevaar zich in onze omgeving schaamteloos
zou vertooneu.
Eindelijk en dit geldt vooral voor de
strijdbare mannen van „Voor Eer en Deugd"
past ons bost r ij ding dier onzedelijk
heid. Dat vermogen wij met het drievoudig
wapen van afzonderlijke en publieke waar
schuwing. van fier en openbaar protest, van
boycot dier plaatsen en personen, welke deze
dansergernissen toelaten en bevorderen.
Beoefenen en verdedigen wij aldus eer en
deugd, opdat wij gelijk de Apostel ons ver
maant „aan de leer van God, onzen Zalig
maker, in alles tot sieraad-verstrekken." 4).
Het dagclijksch Bestuur van
„Voor Eer en Deugd."
L. SCHRIJNEN, Voorzitter.
J. BEMELMANS, Secretaris.
1) Brief van het doOTiuehtig Belgisch Epis
copaat.
2) t. a. p.
3) Rom. 13. 13.
4) Tit. 2. 10.
Amerika, waar hij een belangrijke zending te
vervullen had door de firma Pearson.
Lord Murray, die op zijn reis naar Amerika
vergezeld was van een der zoons van Lloyd
George, die zelf met de firma Pearson in be
trekking stond, is voor eenige weken in Enge
land teruggekeerd.
Men vermoedt nu, dat door de arrestatie
De adel zal den vorst met trouwe toewij
ding ter zijde staan.
Maar wat zal dat baten, als het volk, straks
inziende bedrogen te zyn, aan den troon van
Albamë begint te schudden?....
De weg van den vorst van Albanië zal ze
ker niet op rozen gaan, en die zijner mede.
bestuurders nog minder. Zij komen in een ge
heel andere wereld, van het Westen in het
Oosten, in het land van fanatisme, waar men
het leven niet hooger acht dan een notedop,
en waar men nog vast gelooft door een hel
dendaad zoo nit de wereld in liet hemelseht
paradijs te worden overgebracht. Malissoren,
uit verschillende stammen, tot wie gesproken
werd van de noodzakelijkheid, om onder de
van den onbetrouwbaren wisselagcnt de ïnder-
tijd zooveel gerucht-makende Mareoni-affaire i
gedeeltelijk tenminste, weer opnieuw geopend' n,euT feSeerin/ ™'detta te Ple"
,,niAT»iofA« i i £eoPRn<^ i gen, het moorden te staken, antwoordden:
J v er krachtig uitgebuit „Zullen dan de nieuwe rechters hoven de wol-
za wore en, ],-CI1 wonen? Als zij ons veroordeelen, zullen
lv„.. zij door onze kogels evengoed worden getrof-
WAT MEN VAN DEN NIEUWEN VORST feu."
AAN ALLANIë VERWACHT. j Zoo is het onjuist, naar de meening van
Het Berliner Tageblat! bevat sedert eeni-Zubowitz, dat de internationale commissie
gen tijd brieven uit Albanië, van deu rit-1 van toezicht besloot den vorst dadelijk 't ver
meester A. D. Fedor vnn Zubowitz, die in 1880 zoek om gratie voor Bekir-bey voor te leg-
reeds voor de vrijheid enonafhankelykheid
van Alhanië onder de hevelen van Hado-
pasja heeft gestreden.
Deze correspondent bespreekt, zooals het
A. H. aangeeft, de verwachtingen, die men
in Alhanië van den vorst heeft, verwachtin
gen, die zoo hoog gespannen zijn, dat nie
mand die kan verwezenlijken. Zubowitz zegt
dan ook: „zouden de helden der witte ber
gen mij weer roepen, om aan hunne zijde
voor hun vrijheid te strijden, dan zou ik gaar
ne mijn oude plaats weer onder hen innemen;
maar zouden zij mij tot vorst van Albanië
willen benoemen, dan zou ik dat niet doen,
gen. Schenkt hij hem gratie, dan deugt het
niet, doet hij het niet, dan deugt het nog
minder.
Neen het zal voor den prins van Wied
niet gemakkelijk zijn 0m in Alhanië te re-
geeren.
Keizer Wilhelm a?s Atrïkaansche lieer.
De mededeeling zal voor velen nieuw zijn,
dat de Duitsche keizer farm-eigenaar is in
Zuid-Afrika, natuurlijk in liet Duitsehe grond
gebied, zoo zegt het „Hbld."
Zijn twee farms, geheeten „Dickhorn" en
ook al zouden de Alpen der Malissoren van „Kosis," liggen midden in het Namaland, tus-
louter gond worden, en ik den titel van Ne
gus Negussin krijgen
Wat zegt hij, hoe wil men de financiën re
gelen van een staat, die slechts 32,000 vlerk,
kilometer groot is en die door het Congres
van Londen zoo stiefmoederlijk bedeeld is,
dat alle vruchtbare land aan anderen zijn toe-
schen de, met Duitsche namen aangeduide
Fisch- en Leber-Flusz.
Do keizer kocht de farms als geldbelegging,
wellicht ook uit overweging, dat hij een
voorbeeld moest geven van landaankoop en
ontginning in deze Duitsehe kolonie; voor het
gevoegd, mi Alhanië slechts moerassen en bezit betaalde hij 4 mark per hectare, een niet
ïotaen krijgt,? 1 hoogen prijs, aangezien do grondprijzen in
Roman van Philip Laieus.
18.
van den gewonden arm scheen hem pijn te hand in de zijne pijnlijk schokte,
veroorzaken; hp kromp ineen en was weder „Kijk, ik weet het nu, dat ik zonder jou niet
wakker. - kan leven!"
fluisterde hij. j „De wereld staat voor u open.... ge zult
„Hier hen ik, Egon; wat wil je?" een vrouw nemen nitdo kringen, waar-
„Je hand? t00 ge behoort."
Hij stak zijn niet-gewonden arm uit, naar „Dan hadt je heter gedaan haar mij don
Irma, die hem gewillig hare hand overliet, tweeden stoot te laten toebrengen," prevel-
heide handen nisten ineengestrengeld op de de Egon en stiet hare hpnd van zich af.
debem Gedurende eenige minuten was allrs stil;
«O, ik heb zoo aangenaam gedroomd," zei- Egon had zijn gelaat naar den muur gekeerd,
oir den hui'frpmcp&ler vei, «ïwtöiEw? I E?on, ,na een korte Poos zwijgens; „maar" en Irma zat aan 't bed 0p hare gevouwen han-
ïrt te brraïï ten-ï f fchtend bij' "toen ik wakker de" testaren. Zij wist ternauwernood, dat de
..I15 f If SStfSSn1 rvSr I d 6 droom ^l5st een 1eelPke wen-tranen over hare wangen biggelden.
gevangenen ever te ne- ding nemen. „Irma", begon Egon na een poos, terwijl hp
"ti 1 t?°n, wind je niet op." langzaam zijn gezicht naar haar toekeerde,
„Ik houd je hand vast, Irma, en als ik die „vergeef het mijik was te barseh;
aanraak, is het mij, alsof er een zachte kalmte maar hoe, je weent?.... nu hen je zeker hoos
over mij wordt uitgestort." j op mij.... maar ik kan mij geen geluk voor-
„Egon," zeide Irma op terecktwpzenden stellen zonder jon," riep hij vertwijfeld.
t°on. j Inra verborg haar gelaat in de handen.
„Luister, Irma. Ik droomde, dat wij ver- j „Irma," verzocht hij op smeekenden toon,
Een der twee gendarmen steeg te paard,
Duitsch Zuid-West-Afrika volgens officieele
mededeelingen, sedert den aankoop in 1812,
reeds flink gestegen zijn. De grootste farm
heeft een oppervlakte van 15.556 en de kleinere
van 9984 hectaren, te zamen gekocht voor
96.000 mark van een Boer met den goed Hol-
landschen naam van Krabbenhoef.
De geschiedenis van de wijze, waarop deze
Afrikaansehe Boer indertijd aan zijn bezitting
kwam, is te typisch, om ze in dit verband niet
na te vertellen.
Krabbenhoef had ruzie gehad met den wel
bekenden Henderik Witboy, en het recht was
aan de zijde van den eerste. Do Engelsche
overheid, bij wie hij herstel van onrecht zocht
cn vond, wees als vonnis, dat Krabbenhoef
aanspraak zou mogen maken op een stuk land
naar zijn keuze en van een oppervlakte zoo
groot, als hij in vier dagen zou kunnen om
rijden.
Het Salomonsche vonnis werd door den slirn-
inen boer als volgt uitgevoerd: lip liet zoo
veel mogelijk van ziin knechten en kaffers het
veld inrijden, dat hij als de meest geschikste
(ferreinen had uitgekozen. Daarop steeg hij
zelf te paard en begon te galoppeeren; zoodra
zijn paard vermoeid werd, stapte hij over op
een paard, dat door zijn knechten vcrdev-o'i in
gereedheid werd gehouden; en met zoo we'.aig
mogelijke rust, hield Krabbenhoef dezen rit
vier dagen vol. Toen dan later het terrein werd
opgemeten, bleek, dat de boer een niet onaar
dige oppervlakte zijn eigendom kon noem-
IS EEN KATHOLIEK-BENOEMBAAR?
Door den Rotterdamschen Raad is tot direc
teur van een op te richten gemeentelijke
kweekschool voor onderwijzers benoemd de heer
Dr. van Swaay, R. K. en no. 1 der voordracht.
Volmaakt in orde, zal men zeggen.
Dat schijnt zoo, doch wanneer men nagaat
de wijze'waarop de benoeming plaats had, dan
blijkt weer eens overduidelijk de „v e r d r a a g-
zaamheid!" der lieeren van links tegenover
Katholieken.
Men oordeele uit de onderstaande beschou
wing van het geval, ontleend aan „O. N."
De vraag of een katholiek al of niet be
noembaar is voor een rijks- provincie- of ge
meenteambt, mag naar aanleiding van het
geen in den Raad van Rotterdam is voorga»
vallen nog wel weer eens worden onderstreept.
Het betrof de benoeming van een directeur
voor de op te richten gemeentelijke kweek
school voor onderwijzers. Niettegenstaande
met instemming van alle daarbij betrokken
commissies en ambtenaren, de heer van Swaay
als de meest kundige no. 1 op de voor
bracht werd geplaatst, kon er toch slechts één
van de 17 vrijzinnigen en socialisten toekomen
om op den bekwaamste zijn stem uit te
brengen; omdat.... ja, omdat de heeren te
veten kwamen, dat de heer Van Swaay, ka
tholiek is.
We merkten daarbij op zegt het blad,
dat de beneeming van een katho
liek in een openbaar ambt eener
gemeente afhankelijk is van een rechtsehe, of
wel „toevallige" rechtsehe raadsrneerder-
heid en schreven verder: „Gelukkig echter, de
Rotterdamsche raad is rechts en de stemming
was den katholiek gunstig."
Hier heeft het drukfoutenduiveltje ons een
poets gebakken, door ous te laten zeggen, dat
de Rotterdamsche raad rechts „is," dit moest
zpn „was." Wij bedoelden n.m.l. de „toevallige"
meerderheid rechts der ter vergadering aan
wezig zijnde leden.
Naar wp bereids mededeelden, was het ons
voornemen op het zoo teek end, geval terug te
komen en wij meenen daarom goed te doen,
te memoreeren wat de Maasbode over het ge-
ral schrijft:
Er was veel spanning in de lucht. Het gold
weer een benoeming en nog wel een benoeming
van beteekenis, den directeur van de eerstdaags
te openen gemeentelijke kweekschool.
Op de voordracht stonden, een voordracht
hij voorkeu r, over het goed en beslist recht
waarvan Spiekman het dezen zomer zoo druk
heeft, gehad, als le dr. van Swaay, "van Roer
mond en als 2e de heer Hoogeveen.
Wat was de redeneering geweest om bij het
opmaken van de voordracht dr. Van Swaay
no. 1 te stellen. Er werd, volgens den opzet in
de stukken, gezocht „een man van beschaving
en groote kennis doch tevens een man van
I reede ontwikkeling, die in zijn eigen vorming
de waarborgen biedt, dat hjj den blik ook ge-
slagen heeft buiten den eigen kring van het
lager onderwijs."
Verder moest hij zijn een man van rijke
ervaring, die in de verschillende betrekkingen
door hem bekleed geleerd heeft, welke eischen
aan de deugdelijke organisatie van een kweek
school gesteld mogen worden.
Een man die de behoeften van het 'ager
onderwijs kent, en bovendien een krachtige
persoonlijkheid.
Uit de lange lijst van sollicitanten werd een
dertiental uitgekozen welk een ongeluksge
tal! welke in aanmerking kwamen om meer
met aandacht bekeken te worden. Een viertal
werden daarna weer uitgeschoten en weer voor
een nadere selectie bewaard.
Toen concentreerde zich de keuze eenparig
cp dr. Van Swaay, die, onder alle sollicitanten
„VERRE" vooraan staande werd geoordeeld.
Dr. Van Swaay is doctor in de Ned. letteren
begon zpn loopbaan bij het lager onderwijs,
ging daarna over tot het middelbaar onderwijs
en werd daarna benoemd tot directeur dei-
Rijks hoogere burgerschool met 5-jarigen cur.
sus te Roermond.
Voor eenigen tijd kwam hij zelfs zeer ernstig
ia aanmerking voor een professoraat in de
Germaansche talen.
„Hij is een zeer breed ontwikkeld
man. Wat hij in vakschriften nu en dan publi
ceert, geeft een hoogen dunk van zijn weten
schap en van de wijze waarop hij die weet voor
te dragen. Hij is een aangenaam mensch met
volkomen betrouwbaar karakter. Als leeraar
(vóór hij te Roermond kwam) aan de Riiks
H. B. S. te Tilburg, heb ik hem altijd bewon
derd om zijne mooie lessen en den tact, met
allerlei leerlingen om te gaan. Ook in Roer
mond is hij als directeur der Rijks H. B. S. vol
komen op zijn plaats. Zijn verhouding tot het
doceerend en bedienend personeel gééft bewij.
zen van zijn tact om met mensehen om te gaan.
Zijn toewijding aan de hem opgedragen taak
is hoven rniin lof. Kortom hij leeft geheel voor
zijn taak. Zijn breede ontwikkeling maakt hem
m. i. zeer geschikt voor de hem gewenschte en
zeer verantwoordelijke positie."
Na kennismaking met den heer dr. Van
Swaay den aangewezen persoon voor de be
trekking van directeur.
Dr. Van S waay werd alzoo als no. 1 op de
voordracht aanbevolen.
Als no. 2 werd aanbevolen de heer Vellen-
ga, een man van 56 jaar, hoofd eener m. u. 1. o.
school aan de Lijnbaanstraat, met hoofdakte
Franseh, Engelsche Duitsch, wiskunde en tee
kenen.
De commissie van toezicht schrapte den
heer Vellenga.
Ook de commissie voor openbaar onderwijs
wiizigde haar advies en stelde in plaats van
den heer Vellenga den heer Hoogeveen, direc
teur der kweekschool te Leiden.
Edoch zij verklaarde er bij. dat deze candi.
daat achter moest staan bij dr. Van Swaay.
De voordracht werd dus definitief no. 1 dr.
Van Swaay, no. 2 de heer Hoogeveen.
Het werd dus een voordracht bij voorkeur,
waarvan de heeren vrijzinnigen en sociaal
democraten den afgeloopen zomer zoo breed en
geestdriftig betoogd hebben, dat het parlemen
taire usance is.
Usance is ook bij de liberale, althans als
men de oude jaargangen van de „N. R. Ct."
wil gelooven, dat de liberalen by benoemin
gen uitsluitend letten op bekwaamheid.
En de sociaal-democraten zijn immers uit
principe tgen alle uitsluiting, maar' eischen
recht voor allen.
En nu geven we onze lezers te raden hoe de
Raad de goede oplossing maakte van de som
dezer voordracht,.
Wie gelooft in deu zuiveren rechtvaardig
heidszin der mensehen, moet wel denken, dat
d« Raad wel blindelings de stembriefjes had.
kunnen vullen.
Aanwezig waren 35 raadsleden, dus 35 stem
men hadden moeten worden uitgebracht op
den candidaat, hij voorkeur, uitverkoren uil
velen, door de bevoegde, oordeelkundige man.
nen der commissies.
*on zenden, om de
Tuen; de ander bewaakte intussehen de heide
gevangenen, terwijl juffrouw. Willifred eerst
ïiet het verhand voor de gewonden en ver-
volgeps met versterking voor het lichaam
aandragen. Zij wist, dat Egon onder de
«erpleging van Irma goed bezorgd was.
Inderdaad was een meer zorgzame verpleeg-
dfJ?8t üie.t,te vindon; dacht eecigd leefden op een heerlijk eiland in in-„toe, geef me je hand!"
Vft11 dienst in i' lgen -1"' f gekwetste nige. vreugde, en er ging een lange reeks van Met moeite richtte hij zich op, om hare
?'p,-eten r-.„, r- i-^1zy e zyn open- dagen, weken en maanden ons voorhij. Doch hand tc vatten, en zij liet die aan hem over;
l gem-ii-i-m-F i us sen, zooals het haar opeens stond je vóór mij ia onbereikbare zij hoog zich over hem, en heur vlammend ge-
Jl0oFdkufiaa,' 'J- oes een» schudde het hoogte; je armoedige kleeren waren verdwe- zicht en haar snikken zeiden hem genoeg.
toen W ,1. °F' Z1J v ei nieuw e de compressen, nen, en je verhieft je voor mij in een golvend Nadat de gendarm uit liet dorp weder te-
"'<ie!eni n 'g0n„s °°8'eu langzamerhand dicht-1 gewaad, zooals men de engelen des hemels ruggekeerd was met de Hiding-, dat de nood-
ïitten, zov™,,?VjPen s'oel voor 't bed afbeeldt. wéndige manschappen elk oogenblik hier kon.
Droevig zag je op mij neer. Ik strekte hei- den aankomen, begaf hij zich met zijn kame-
de handen naar je uit, ik voelde zooicts als raad naar de kroeg in 't bosch.
een steek en was wakkerIrma!" j Niemand deed open, toen de gendarmen
„Wat is erV' vroeg zij met afgewend ge- aanklopten en deze verleenden zich eindelijk
toegang door geweld.
Alle vertrekken waren ledig. Maar zeer kort j
geleden moesten daar nog menschen geweest
zweeg; maar Egon voelde hoe hare zijn. want in da kamer van den herbergier'
Bi geen i3Vu.Idig Rr °P bedacht, toch voor-
Een liefeUm1SGh,te n}akeLn'
jes *duimerena GeI sc,h.een nu den zacht"
lOp zijn lippen zl™ ngelli\g f 1°.mzwcv®n-
(Ietwat bleek gSff WlJ Iach;,e' e,n zf
L-iLj. ^Zlcht scheen van vreugde als
•ietleim- ^f sïuimering duurde echter:tenT"
'te, onwillekeurige beweging1 Irma
Iaat.
„Nietwaar, je gaat me immers niet verla
ten?"
droeg alles den stempel van een overhaast
vertrek. De laden stonden open en de inhoud
ervan lag gedeeltelijk over den grond ver
strooid. Van geld en geldswaarden vond men
geen spoor.
Den gendarmen was de zaak zóó duidelijk,
alsof ze erbij geweest waren. Na de mislukte
overrompeling der houtvesterij waren de twee
nog in vrijheid zijnde spitsboeven hierheen
gesneld, hadden al wat van waarde was bij
eengepakt en zich uit de voeten gemaakt. Dat
kon echter nog maar zeer kort geleden zijn.
Nu echter was een achtervolging onmogelijk.
Het was nog donker, al vertoonde de lucht
in het Oosten ook al eenige geelachtige stre
pen. Rondom was het niets dan bosch, en de
richting die de vluchtelingen hadden inge
slagen was ten eenen male onbekend. Er bleef j
den gendarmen voor 't oogenblik niets anders
over, dan liet huis van onder tot boven te on
derzoeken.
In de houtvesterij waren inmidels de man- j
nen uit het dorp aangekomen, onder aanvoe-
ring van politieagenten en veldwachters, en
hadden de gevangenen overgenomen. De vloed
van verwenschingen en woeste bedreigingen,
die het gevangen wijf, nu men haar weg
bracht, uitbraakte naar Irma, was oorzaak, I
dat deze haar wat nauwkeuriger aankeek.
Huiverend herkende zij hare vroegere pijnig-1
ster. Een siddering doorliep haar bij de ge-1
daclite, wat er van haar zou geworden zijn,
wanneer zij gevallen ware in de handen van
dit hoosaardig wijf.
Nu eerst kon men in de houtvesterij den
ken aan slapen, wat allen zoo dringend van
noode hadden. De houtvester schoof weder
overal de grendels voor, juffrouw Willifred
keek nog eenmaal naar haren zoon. cn toen
zochten allen hunne legersteden op; gevaar
was er immers niet meer te duchten, want
van de zes man sterke bende, die de over
rompeling had beraamd, waren twee zwaar
gewond, twee gevangen en twee voortvluch
tig en deze iaatsten werden door de gendar
men vervolgd. Bovendien begon het reeds te
dagen.
Het duurde een langen tijd eer een welda
dige slaap Irma's oogen sloot. Ten prooi aan
folterende gedachten woelde zij op haar le
gerstede heen en weer. Wat heb ik gedaan
om zoo ongelukkig te zijn, en ongeluk le hren.
gen over allen, die ik lief heb.
Misschien dat Irma de noodzakelijke maat
van zelfbeschuldiging verre overschreed.
Maar zij maakte zich diets, dat zü eigenlijk
aanleiding had gegeven tot de nachlelijke
overrompeling; want de haat van liet l unst©,
naarspaar en de afwijzing van den hoschwach-
ter speelde daarbij zeker een doorslaggevende
rol, maar nog meer verweet zij zich, dat. zij
hare genegenheid voor Egon niet in beur hart
Jiad verborgen, maar door die te bekennen
een kiem van twist en tweedracht te midden
dezer vreedzame familie had geworpen.
In deze stand van zaken vatte zij een be
sluit, dat alleen door de overspanning harer
zenuwen kon verklaard worden. Zij wilde
weg van hier, weg naar een groote stad, waai
zij in het gewoel verloren ging, en van den
arbeid harer handen kon leven. Al was dan
heur lot eenzaam en zonder vreugde, dan zon
zij toch tenminste bewust^zijn, dat niet zij,
die zjj beminde, hare gedachtenis zouden
vloeken. Nadat zü zich deze zelfverloochening
had opgedrongen, werd zü allengs kalmer, en