DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.' Z/l PK PTiYeeftujjz ett «3 arteJ/orJss/r FeJe/.ma Kinderhuisvest 29-31-33, Haarlem Dans en kleeding. STADSNIEUWS EERSTE BLAD. Zaterdagavond praatjes, SATERDAG 7 MAART 1914 38ste Jaargang üo. 8382] ABONNEMENTSPRIJS! Per 8 maanden voor Haarlem 3T1.B5 Voor de plaatsen, waar een agent ls gevestigd (kom "der gem.) 1.85 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post a 1.80 Afzonderlijke nummers ®®*L Bureaux van Redactie en Administratie intercommunaal Telefoonnummer 1426. PRIJS DER ADVERTENTIëNi Van 1—6 regels 60 cent (contant 50 cent). Iedere regel meer 10 ct. Buiten Haarlem en de Agentschappen 15 ct per regeL Buitenl 20 ct Reclames dubbel tarief. Dienstaanbiedingen 25 ct (6 regels), driemaal voor 50 ct (6 contant). GULDEN bfj levenslange onge schiktheid tot werken. Alle betalende abonné's op dit blad, die In Bel Bezit eener verzekeringspolis rfln efln volgens de bepalingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voorj GULDEN bij |»H GULDEN bij fjBfl GULDEN bi* verlies van een 1 ®gj 18 verlies van 9 111 verlies van GULDEN bü overlijden. één duim. band of voet V V# IUF één oog De nitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Hollandscbe Algcmeene Verzekeringsbank" te Schiedam. GULDEN bij verlies van één wijsvinger, GULDEN hg verlies van één anderen vinger. Dit nummer bestaat uit uijf bla den iu. o. de Of tic iëe ie Kerk- lijst en 'net Geïllustreerd Zon dagsblad, m 8 bladzijden. AGENDA. 9 Maart Gebouw St. Bavo R. K. Volksbond Ondersteuningsfonds. Bestuur Schoen makers. Tey ler Museum Tentoonstelling van teekeningen, behoorende tot de kunstverzame. ling vau Teyler's museum, portretten, portret schetsen en figuurstudies. Bisschoppelijk Museum Jansstraat i9 Geopend eiken dag van 105 uur, tegen betaling van 25 cents. Uitgezonderd Zaterda gen en R. K. Feestdagen. Na sluiting onzer inschrijving voor de kerk van father Staal kwam alsnog bij ons in: Van parochianen St. Elis. en Barbara 9. Van een ernstige zieke 5. N. N. 1 N. N. 0.50 Wed. N. N. f 0.25 Ter eere van den H. Jozef J. K. f 5. Tot zegen over 't huisgezin A. P. 1. N. C. /l.- Wij herinneren eraan, dat wij nu géén gif ten meer in ontvangst nemen. Daar is in den jongsten tijd van katholieke zijde een scherpe actie tegen de mondainiteit der moderne vrouwenkieeding en tegen de perversiteit van het dansvermaak. Niet alleen ten onzent, maar ook overal in het buitenland, en met name in Frankrijk, Bel. gië en Duitsehland, heeft zich het Hoogwaar dig Episcopaat aan de spits gesteld van die actie, en de gevolgen van dit optreden zijn God zij dank reeds publiekelijk merkbaar. De zinnenprikkeling bewust en met op zet van de indecente vrouwenkieeding, die klaarblijkelijk met voorbedachten rade gaat in de richting van de moderne „cultuur" van het lichaam, is volstrekt niets nieuws. Sinds jaren al bewoog zich de „mode" in die rich- tin, maar wat vroeger nog twijfelachtig was, vertoont zich nü schaamteloos-brutaal: al heeft ook juist die langzaam-daarbeen-drin- gende mode ons oog eraan gewend en onzen goeden smaak bedorven, daarover is wel iedereen het eens: het loopt nu de spuigaten uit. En alleen de cynici die liefst „op 't kantje af" loopen, ergeren zich niet. Immers: tegen de indecente kleedij, de op- drijving van het „collé" en de brutale ver grooting van bet „décolleté", wordt protest aangeteekend en 'stelling genomen ook door niet-katholieken, die met do handhaving der zedelijkheid in het openhaar leven dan toch niet willen breken. En juist zoo gaat het met 't dansen. Wij behoeven hier niet dieper op in te gaan. De dans op zichzelf natuurlijk een volkomen onschuldige zaak is ontaard in oen naaste gelegenheid tot zonde, en de z.g. „moderne" dansen zijn zelfs, meer en erger dan dat. Ze brengen het brutaal-bestiale, de grofste voldoening der zinnelijkheid, tot m de salons en de danszalen, zoo openlijk mo gelijk, en daarom is het natuurlijk, dat niet alleen uit een oogpunt van katholieke mo raal, maar ook uit het beginsel der publieke eerbaarheid tegen die dansen voornamelijk wordt geprotesteerd, —-dat niet alleen de ka tholieke geestelijkheid ze verbiedt en de ka tholieke leeken er niet van willen weten, maar ook doktoren, paedagogen en alle voor-' standers van publieke eerbaarheid er ten ern stigste tegen ageeren. Intusschen wordt meermalen de opmerking gehoord: is dat alles dan nu opeens zoo ge komen? Is de wereld dan precies in de laatste drie of vier jaren zoo slecht geworden? Hebben we niet altijd vrouwen gehad die zich onzedig kleedden, is er niet altijd sensualiteit geweest in hot dansen, en is een wals dan zooveel zedeliiker als zoo'n moderne apachendans? Juist hierover willen we nu een woordje zeggen. Het is volkomen waar, dat de onzedelijk heid der vrouwenkieeding niet precies van de laatste dagen dateert in dezen zin, dat te vo ren alles rein en oirbaar en fatsoenlijk was. Integendeel! En even waar is het, dat ook andere dan sen dan de „moderne", indirect of direct voor velen aanleiding en naaste gelegenheid wa ren en zijn tot allerlei zonden. Reden dan ook waarom onze geestelijke overheid die door den biechtstoel van dit alles veel meer weet dan wii misschien kunnen vermoeden uit eigen kring, omgeving of ondervinding in het algemeen zich tegen het dansen, zooals dat in den tegenwoordigen tijd gebruik is, verk laart. Doch in de laatste jaren is er op het gebied der publieke moraliteit in het algemeen een zeer bedenkelijke verslapping ingetreden, waarvan de.sensualiteit van kleeding en dans slechts symptomen zijn. En deze verslapping van de goede zeden is het, die wordt bestreden door en op initiatief der katholieke geestelijkheid, door al degenen ten slotte die zooals wij, katholieken, het behoud der zielen het hoogste achten van al. De verslapping der zeden, de ontzettende a-moraliteit (om een woord te gebruiken dat misschien het begrip der tegenwoordige in derdaad heidensche ontaarding van het zede lijke gevoel en beste weergeeft), het ver schrikkelijke verlies van de kennis van goed en kwaad op striet-zedelijk gebied, dat Is het groote kwaad onzer eeuw, dat invreet in alle verhoudingen, in alle lagen der maat schappij, in alle kringen, in alle doen en laten flor mensclien. En zóó groot en verspreid is die algemecne a-moraliteit, dat zelfs ze zelfs verstandige, goede katholieken meesleept, dat ze het oog benevelt en den geest verwart van menig an ders streng katholiek, dat ze objectief-zien verhindert en de gevolgen van liet kwaad (want de „mode" of de algemeenheid veran dert immers nooit iets wat in zie h kwaad is tot een zaak, die niet kwaad zon zijn!) minder duidelijk doet zijn voor menigeen. Dat is het groote, het ontzaglijke onheil dat ook onzen katholieken dreigt, dat derhalve voor het heil van zoovele zielen het naaste gevaar brengt, en te rechter tijde heeft de j geestelijke overheid, op voorbeeld en aanspo- S ring van Christus' Plaatshekleeder zélf, met waarschuwend woord ingegrepen en aan den ontuchtigen geest, die ook in het kamp der gcloovigen de overhand dreigde te nemen, een „halt" toegeroepen. Men heeft derhalve het optreden van de geestelijke overheid tegen onkuische dansen en immoreele kleedij te beschouwen niet als een nieuwtje, een bizonderheidje, maar als een noodwendig onderdeel van de voortdu rende zorg, die naar plicht en geweten op de schouders onzer geestelijke voorgangers en bestuurders is gelegd om 't volk van Chris tus rein te bewaren en het grootste kwaad voor het heil der zielen.: de onzedelijkheid en de naaste gevaren daartoe, te weren. Wie dat alles zóó beschouwt, zal met eer.- biedige onderwerping en volledige instem ming gehoor geven aan de waarschuwingen die ons van de zijde der geestelijke overheid in dezen tijd op het hierboven besproken ge bied zoo duidelijk wortjen gegeven, zal ook zorgen dat kinderen en onderhoo:rigen zich gehoorzaam betoonen op dit punt, zal lie ver iets strenger en zorgzamer zijn, waar het zóó groote belangen geldt, dan te lakseh en onverschilligi Haarlemsche Alledarjes No. 1273. GROOTE WOORDEN! We hebben sinds een poosje hier ter stede eindelijk een politiek weekblad: zooalsi men weet is het verkiezingsblaadje „De Uit kijk" sedert eenigen tijd tot vrijzinnig-demo cratisch weekblad voor Haarlem bevorderd. Toen dat bekend werd, hebben we het feit toegejuicht, daar het voor de bevordering der oprechtheid in gemeentelijke en andere politiek van groote waarde zou zijn, dat de hier zoo oppermachtige liberale partij ein delijk eens een orgaan kreeg waarin de li berale beginselen royaal en openlijk werden verdedigd. Doch het valt ons niet mee, dit politieke Haarlemsche(?) orgaan I .Van de zes bladzijden tekst is er geregeld hoogstens één kolom aan Haarlem gewijd: zoo als deze week b.v. eea onbenullig raads-over- ziehtje, en.een fel, hatelijk stukje tegen de N. Haarl. O t. De rest van de hoela krant bestaat uit lange dogmatische artikelen, zelfs voor de radicalen zware köst, dunkt ons. Men zal toegeven, dat dit Haarlemsche weekblad (op dien aanval dan na tegen de N. Haarl. Ct.) evengoed op de Mookerlrei kon uitkomen. En wat dan dat artikeltje tegen onze cou rant betreft: och hemel, 't is zoo dun. j We hebben onlangs gezegd, dat in een 'gemeente in den omtrek (niet in Haar lem, zooals „De Uitkijk" verteltI) 30 van de 60 louderdomsrentetrekkers bedeelden wa ren. Daarmee bedoelden we aan te toonen, hoe groot het percentage is van de 70-jarigen, die S als het vooratel-Treub er ooit dóór zou ko men zelfs in een kleine gemeente als die wij hier aanhaalden, geen ouderdomsrente zouden krijgenl Niet waar: de helft van de zeventig jarigen zou dan, als dit percentage ook voor volgende jaren mag worden aangenomen, waaraan gemiddeld natuurlijk niet valt te twijfelen, buiten Treub's staaistpensioen wor den gesloten. Met héél groote woorden komt nu „De Uit kijk" vertellen.... niet dat het percentage bedeelden onjuist is, maar.... dat allen die nu Ouderdomsrente trekken deze zullen be houden -iets wat inderdaad in 't voorstel - ïreub staat, maar dat ons ontgaan was en dat dus (l3t pp dit „dus") „het „brave blad (op deze wijze wordt door deze I „radicale redactie de polemiek gevoerdzich „voor de zooveelste maal weer eens aan be- „drog schuldig heeft gemaakt." We zouden eigenlijk deze taal nog anders moeten aanduiden dan met hetgeen we hier boven hebben gezet: groote woorden. Doch.... we nemen het den schrijver niet zoo kwalijk. Nu de qualiteit en quantiteit van het Haarlemsche gedeelte van dit ra dicale blaadje zoo bedroevend klein is, zal men het in dikke woorden zoeken. Ons wel, als men óns er dan maar buiten laat, althans niet zoo dadelijk van „bedrog", van „be wust onware voorstellingen" e. d. gaat pra ten. Ziet-u, dat doet men niet als men wer kelijk een blad wil worden, waarmede ge- dachtenwisseling en ook beginselen-strijd op z'n tijd te voeren zal zijn! Laat „De Uitkijk" dit overlaten aan de so cialisten: die kunnen blijkbaar niet anders 1 PERSONALIA. Tot geneesheer aan de Rijkswerkinrichting te Veenhuizen is benoemd de heer Dr. de Haas, alhier. Den lsten April herdenkt den heer L. Veldhuijzen den dag waarop hij vóór 25 jaar in dienst trad bij de firma Enschedé bij de administratie dier drukkerij. TER GEDACHTENIS VAN W. ROBERT. Nog nimmer waren de leden der Konink lijke Liedcrtafel „Zang en Vriendschap" on der zoo droeve omstandigheden vergaderd, als gisterenavond, op de eerste repetiiie- avond na het verscheiden van hunnen be minden, onvergetelijken directeur, den heer W. Robert. Woensdag j.l. had men hem grafwaarts zien dragen, geen wonder dat er thans een sombere toon keerschte, waar an ders zoo menige gulle lach weerklinkt. Het spreekt van zelf, dat er niet werd gerepeteerd; deze avond zou geheel gewijd zijn aan de nagedachtenis van den diep be treurden overledene. De banier, getooid met alle eereteekenen, was in rouwfloers gehuld en daaronder was Robert's portret aange bracht, mot bloempji. <ua*fcyfiiu Na het zingen van liederen van Ph. Loots van het „Graflied", indertijd getoonzet door L. F. Brandts-Buys. op de schoone woorden van den heer J. van Breemen, betrad de president, dr. Broese van Groenon, het spreekgestoelte om met van aandoening tril lende 6tem het groote verlies te memoree- ren dat „Zang en Vriendschap" door het afsterven van den lieer Robert heeft gele den. Zwaar had die slag hem en zonder twijfel ook alle leden getroffen; bü 'thooren van de treurmare scheen het bem eerst on gelooflijk, zoo spoedig was alles in zün werk gegaan, doch toen helaas de bittere waar heid moest worden aanvaard, drukte do slag in al zün zwaarte op liem, en was 'them eon behoefte, thans in eigen kring eens volle uiting te geven aan zün diepe smart, wel wetende dat allen met hem zouden mede- voelen. Hij riep het heele verdienstelijke leven van den Directeur nog eens in de her innering terug, want waarlük, met Robert is een groot stuk geschiedenis van de Lieder tafel afgesloten; hij memoreerde hoeveel Zang en Vriendschap aan hem, dien held, te danken had, hoe vooral de zegeteekenen, door de Liedertafel behaald, met recht Ro bert's zegeteekenen konden worden genoemd, doeh stond vooral stil bü zün persoon, prees züne groote beminnelükbeid in den omgang en zün ware, echte, vriendschap, waardoor bü allen tot zich trok. Zoo er iemand het devies van „Zang en Vriendschap" trouw gebleven is en er naar gehandeld heeft, dan was het deze Directeur. Met een aansporing toch nimmer dien man te vergeten en hem in züne liefde tot de vereeniging na te vol gen, eindigde de president zün schoone rede. Hierna stelde hü voor ten teeken van rouw de vergadering te sluiten. Evenwel, nien ging niet uiteen; men bleef nog geruimen tijd bü elkaar, eerst in stil gesprek, doch la- CCCXXIV. 'n Zwaar werk, en hoe ik hulp vroeg. Wat mijn vrouw denkt over schrijven in de krant, en hoe ze mij aan mijn Zaterdagavondpraatje heeft geholpen. Een zorgvolle gemeente en Iioe de nieuwe en moderne school toch soms beter is dan de oude. Een telegrafisch overzicht van een lang verhaal, en wat ik aan de. heeren be loof voor een volgenden keer. Zoo eiken Zaterdag een praatje in de krant, dat is voor een man als ik een heele verbintenis, dat zult u me toegeven. En onlang-s, toen mijn eksteroogen wat harder staken dan gewoonlijk, sprak ik er eens met mijn vrouw over, dat ze voor die week m'n zaakje maar eens moest overnemen. "Maar ze wou er niet aan: schrijven i3 man denwerk, zei ze behalve als je b.v. in ,den Vrouwenbond tot secretaresse bent ge kozen en zoolang het nog niet hard •noodzakelijk is,_ hooren de vrouwen beter •bij het fornuis in de keuken of bij de lap- .penmand om kousen te stoppen 'en de broe- ,ken van de jongens te verstellen thuis, klan .voor de schrijftafel. Zoodat ik maar zeggen wil tusschen haakjes, dat mijn vrouw gelukkig I nog lieelemaal niet verlangt naar vrouwenkiesrecht, en er dan ook niet aan denkt om in de Tweede Kamer te komen, hoewel dat, als het alleen op praten aan kwam, voor haar maar een peulschilletje wezen zou. Maar ik zal je zei ze intus schen bij dat hierboven gemelde gesprek ik zal je toch wel aan wat stof helpen voor je Zaterdagavondpraatjes, opdat je ook eens kunt praten over dingen die ons vrou- wenbelang inboezemen. Ik merk hier al weer op, dat dit een leelijke aantijging en een persoonlijke aanval was, want ik doe juist altijd mijn best om mijn gekeuvel óók voor de dames leesbaar' te maken, en nu lijkt het precies, alsof geen vrouw er ooit belang in stellen zou, wat ik in mijn onbe grijpelijke verwaandheid toch nog zoo vrij ben, ronduit een onwaarheid te noemen. Maar, om dan op mijn chapxtre terug te ko terug te komen: mijn vrouw ging me ver tellen van het „gas-kookbureau" zooals ze het noemde, waar ze op bezoek was geweest, en waar ze zóóveel gezien en gehoord en geleerd had, dat je zei ze met dien onbe- grijpelijken lagen dunk die vrouwen ïn den regel plegen te hebben van het werk van mannen dat je er wel zes Zaterdagavond praatjes over vol zou kunnen schrijven'! Nu, het is te hegrijpen, dat ik met gepasten eerbied heb geluisterd, en ik moet het nu bekennen: d'r was toch wel het een en ander bij, dat geschikt was om natuurlijk op mijn mannelijke wijze verwerkt in mijn praatjes ih te vlechten. Ik. zal dat dan ook nu maar doen, maar ik waarschuw mijn geachte lezeressen dat de wijsheid die ik ga verkondigen, niet van mij maar van mijn vrouw afkomstig is, en dat u als er wat bij is dat nergens op lijkt er mij niet leelijk voor moeten aankijken! Daar is dan in de Kruisstraat tegenwoordig, in het mooie en pas in orde gemaakte groote huis, u weet wel: waar nooit een Roomsche in wonen mag, zooals per testament door een erg anti-paapsche juffrouw is bepaald, een gemeentelijke kookleerares, die vooral tot taak heeft om de vrouwen te leeren koken op gas. Wat die gemeente toch goed voor ons zorgt, hè? Ze stelt een juf frouw aan om je vrouw te leeren koken, en ze benoemd een dokteres om voor je kinderen op school te zorgenwat wil je meer? Weliswaar is die juffrouw voor het koken niet een pure welwillendheid van het gemeentebestuur want de hoofdzaak is dat do gemeente langzaam aan te veel gas produceert, nu dc electriciteit toeneemt in populariteit, en dus als een goed koop man doen zou zorgen gaat, dat ze op alle manieren de vraag naar gasverbruik ver meerdert en verhoogt. Enfin: de kook juf frouw is ik weet het uit ondervinding en diegene van mijn natuurgenooten, die nog al eens last heeft van aangebrand eten, dient z'n vrouw een bezoek aan de juffrouw te recommandeereneen uitkomst voor vele huismoeders. Want we mogen het onder el kaar hier gerust zeggen: in ónzen jongen tijd, toen alles veel kalmer ging dan tegen woordig, li ad-je voor de meisjes weinig of geen huishoud- en kookscholen en menige huismoeder heeft de bereiding van het ida- gelijksche middagmaal eenvoudig thuis ge leerd, in de keuken bij moeder, wat na tuurlijk volstrekt niet zeggen wil dat ze het niet goed en voortreffelijk zou hebben geleerd, maarwaarbij de methode, de manier toch altijd dezelfde bleef, zoodat er maar héél zelden (b.v. alleen uit kookboe ken, en dan nog maar door degenen die in koken en braden en stoven echt pleizier en liefhebberij hebben )voldoende kon worden gekeken naar nieuwe uitvindingen, nieuwe toepassingen, en nieuwe manieren om iets spoediger smakelijker of beter te bereiden dan volgens de oude, huishoudelijke school! Zoo is er bij menige huismoeder ook nog een zeker vooroordeel tegen het koken op gas 't brandt aan, 't is te fel, en wat niet al, zal deze of gene je vertellen. Welnu: een visite aan de kookjuffrouw in de Kruisstraat die er voor iedereen is, en die met alle j pleizier-elke vrouw helpen wil, doet al die bezwaren te niet. Je leert d(aar (goedkoop koken, want de brandstof is hij goed en rich- tig gebruik billijker dan met een fornuis! 'en je leert er ook op het kookgebied het een en ander, dat je te pas kan komen Ziedaar het resumé van wat mijn vrouw" mij dan over dit onderwerp heeft verteld, al zal ze het hierbovenstaande nog korter, vinden dan een telegrafisch bericht, wat het dan ook in vergelijking van den woor denvloed dien ik heb doorstaan, werkelijk- wel gelijkt. Maar het essentieele zit er dan toch in, en daar kunnen mijn geachte leze* ressen dan ditmaal eens hun voordeel mede doen; mijn advies is geheel gratis. Ik hoop dat de gemeentelijke kookleérares in da Kruisstraat veel bezoek zal krijgen, want we betalen er immers allen aan mee, niet waar? En wie dus niet gaat, doet zichzelf ermee te kort! Nu ik dit geschrijf over lees, zie ik dat ik waarlijk enthousiast ge worden ben over mijn onderwerp, en..., dat ik dit praatje net zoowat heelcmaal voor de dames heb geschreven! Daar zie je al weer den invloed van de vrouw, die zich' zoowaar zelfs op zoo'n nuchter man als ik, a) zeg ik het zelf, gelden laat. Maar enfin, voor één keer mag dat dan wel eens: 'n volgende maal, als er eens wat te vertellen is uit de stad want sinds dat we den laat- sten kazernebrand hebben gehad, is het als of er hier niets gebeurt, en of we op 'n dorp leven praat ik weer eens over wat anders en dan voor de heeren ook! 7 MAART,: ter werd ook nog door anderen behoefte ge voeld zich alsnog in verband.met het treu rige feit te uiten. De heer PhilipLoots speelde een indrukwekkende „Phantaisie fu- nébre" op 't klavier, een meesterlijke impro visatie, sehoon van gedachte en rük van in houd. Hierdoor gevoelde rich de heer A. v d. Velde zóó geïnspireerd, dat hü in verhand met deze heerlyke muziek nog eens het beeld van den heer Robert levendig voor den geest riep, wiens heele leven hü in die muziek vond afgespiegeld, ook vooral zün lijden niet vergetend; een heerlüke toespraak. Vervolgens vroeg en verkreeg een der le den, de heer K., verlof eenige dichtregelen, die hü aan de nagedachtenis van den ont slapen Directeur had gewüd, te mogen voor dragen. Het was het volgende; IN MEMORIAM BIJ DE BEELTENIS VAN WILLEM ROBERT. Beminde Directeur, ge mocht het niet beleven, Het loopende seizoen ten eind' te zien go- - bracht. Zoo moedig als 't begon, zoo yv'rig bleef uw streven Dat zóó het eind zou zün, had géén van ons verwacht. Mocht men op uw hei-stel voorheen niet vruch t'Ioos liöpëfl^""" Thans was op uw behoud helaas te veel ver trouwd; Men zag met eiken dag uw dierbaar leven eloopen, 't Bleek wreede en pd'le hoop waarop men had gebouwd. En nu ge er niet meer züt hoeveel herin neringen Doorwoelen niet den geest! Wü zien nu weer zoo klaar Uw krachtige figuur zieh op den voorgrond dringend: Gold 't „Zang en Vriendschap's" eer, steeds waart gü, meester, daar. Helaas, die kloeke hand, die ons ten zege leidde, Zü ligt thans machteloos daar ginds in 't graf terneer. Uw blik, uw woord, uw scherts, die ons zoo kon verblijden, Wü zoeken 'tal vergeefsde vriend, hü ie niet meer. De dierste herinnering znllen wü U blijven wyden, Die met ons roem en vreugd en smarte hebt gedeeld.... Ging dan de meester heen, de vriend ook van ons scheiden, De vriend en meester leeft voor ons steeds in uw beeld. j Hierop gaf een der andere leden, de heer M., nogmaals herinnerende hoeveel „Zang en Vriendschap" aan Robert te danken hoeft, het idee aan de hand een monument daar builen op diens graf te plaatsen, welk idee met applaus werd begroet. Nadat de vice-voorziiter, de heer Paesi^ niWE HURLE HSCHE COMMIT '010 400 300 100 IS

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1914 | | pagina 1